GROND Het Concilie Veilig Verkeer en -ónteiqminqen Waarvoor sparen we? „gezondheid" Uit Peel en Haas VRIJDAG 25 OKTOBER 1963 No. 43 VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCRHOF N.V. VENRAY WFFKRIAH VOOR VFNRAY FN nM^TRFïfFlM ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm-iten Venray 1.75) GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 VAUliOLf AU V V UHA/i I EriV UIVIO 1 AErlVCrll PRIJS PER KWARTAAL f 1.50 (bu ABONNEMENTS- Grondonteigeningen zijn in onze gemeente een vrij normale zaak ge worden. Men heeft grond nodig om huizen te kunnen bouwen, wegen aan te kunnen leggen en andere voorzieningen te kunnen treffen als sportvelden e.d. Venray groeit, zo zegt men, maar die groei kost grond. Nu is grond een emotionele zaak. Men bedoelt daarmee, dat het woord sterke ge voelens opwekt. We zingen immers van het dierbaar plekje grond waar eens onze wieg op stond. En zijn de meeste oorlogen niet om vergroting en vermeerdering van het grond gebied gevoerd? Grond heeft eeuwigheidswaarde, zegt men en met die overdreven uit drukking bedoelt men, dat bossen gekapt en huizen verwoest kunnen worden, maar dat de grond, altijd in stand blijft. Geen wonder dus, dat b.v. ons na tionale grondbezit altijd de aandacht trekt. Landaanwinningswerken spre ken sterk tot de verbeelding. Zij vergroten immers de ruimte voor onze 12 miljoen volksgenoten. Even zo stelt ieder belang in de vraag, wat men met de grond moet doen. Daar kan men nl. van alles mee doen: bestemmen voor land- en tuinbouw, huizenbouw, industrie vestiging of verpozing (bossen, par ken enz.) om maar niet te spreken van wegenaanleg, sportvelden e.d. bestemmingen. GROND ALS PRODUKTIEMIDDEL Vanouds spreken wij van produk- tieve grond wanneer daar huizen, fabrieken e.d. op staan of wanneer land- en tuinbouw hem gebruiken. Deze gedachtegang is in onze tijd geheel doorbroken. Want als er geen ruimte is om zich te verpozen, dan lijdt het produktieproces daaronder. Zijn er geen voldoende wegen, vlieg velden of havens, dan gebeurt het zelfde. Daarnaast krijgt men er in onze tijd meer en meer oog voor, dat er plekjes moeten zijn, waar zeldzame planten en dieren zich kunnen handhaven, ook al hebben die levende wezens niet de geringste economische betekenis. Allemaal mooi en wel. zeggen vooral onze boeren, maar waarom moet men boerengrond pakken, kostbare landbouwgrond, die mede voor de voeding van een steeds groeiend Nederland van groot belang is en zal blijven. Een groot belang is en zal blijven. Een klacht die we niet alleen in Venray horen, waar b.v. op de kerkdorpen grondaankopen voor woningbouw om die redenen zeer moeilijk zijn, maar ook elders. Het is een lande lijk probleem. Blijven we echter bij Venray, dan vraagt men zich hier af, of veel van de slechtere bosgrond die men b.v. nu in de Vier Uutersten hoofdzakelijk voor recre atiedoeleinden reserveert, niet beter voor woningbouw had kunnen ge bruiken ,mede om daardoor elders in onze plaats landbouwgronden te sparen. Men vertelt er wel niet bij, hoe men stedebouwkundig een en ander had moeten klaren. Integendeel, men weet nu al dat binnen afzienbare tijd boerengrond verdwijnen gaat in Veltum, op de Landweerd, in ver schillende kerkdorpen in verband met nieuwe uitbreidingsplannen of verwezenlijking daarvan. Spreekt men met de „plannenma kers" over deze kwestie, dan wordt er allereerst op gewezen dat Venray geen buitenbeentje is en dat dit niet iets is, waar Venray alleen met te doen heeft. Dit geldt y voor iedere plaats, die groeit. Hoogstens is er kwaliteitsverschil, omdat kleigrond die verdwijnen gaat, hoger gewaar- weerd wordt dan de zandgrond. Die groei betekent dat overal grond verloren gaat in die zin, dat zij niet meer voor land- of tuin bouw geschikt is. Wanneer de be langhebbenden op behoorlijke wijze schadeloos worden gesteld, is dit ontrekken van landbouwgrond aan zijn gewone bestemming echter niet te verwerpen, ja noodzakelijk om aan de steeds dringender behoeften naar woon-, verkeers- en recreatie mogelijkheden te voldoen. KOMT DAARDOOR DE LANDBOUWPRODUKTIE IN GEVAAR? Stelt men deze vraag, dan krijgt men te horen, dat van tal van land en tuinbouwprodukten steeds (of af en toe, dat geldt voor de tuinbouw) overschotten bestaan. Soms moeten ze vernietigd worden, soms moet men ze tegen te lage prijzen elders afzetten. In de laatste jaren kon 400 mil joen kg. melk zelfs niet met flinke uitvoertoeslagen tot waarde ge bracht worden. Dit restant bracht 8 ct. per kg. op, dus 32 miljoen. Maarhet voortbrengen van de ze melk kostte 267.000 ton kracht voer van 72 miljoen (franco grens). Nationaal gezien was dit dus een verlies van 40 miljoen. Het melkvoorbeeld leert ons, dat het voordeliger is te bezuinigen op de duurste grondstof (krachtvoer) dan op de goedkoopste (grond). Men kan het ook anders zeggen: zelfs wanneer de landbouwgrond vermin dert, dan kan men nóg de produktie opvoeren. Dat leren ons de cijfers. Sinds 1949, het eerste „gewone" jaar na de oorlog, is de oppervlakte cultuurgrond in ons land vrijwel steeds iets afgenomen, maar de hoe veelheid produkten steeg tot 1961 niettemin met 6 pet. Is het Lollebeekplan niet juist voor deze streken opgezet om met minder grond, minder arbeids- kraphten. rationeler te kunnen wer ken en zo de produktie in stand te houden? Waar men van de ene kant grond moet afnemen, geeft men van de andere kant nieuwe mogelijkhe den. Natuurlijk is deze hele redenatie misschien wat koud en zakelijk en zelfs hard voor die mensen, die grond verliezen ,maar deze ontwik keling is niet tegen te houden. In een zich sterk uitbreidende gemeen te (deel van een steeds dichter be volkend Nederland) moet de land bouw grote offers brengen Van de andere kant mag men zich afvragen: SPREEKT DE LANDBOUW NOG WEL MEE? Het is niet voldoende, dat de land bouw zich telkens verzet tegen aan tasting van het areaal. Hij zal zich evenals op nationaal plan ook met name op gemeentelijk terrein op deskundige wijze 't uitbreidings vraagstuk van Venray. eigen moeten maken. Hij zal moeten erkennen, dat op dit terrein vele vraagstukken bestaan en zelfs zeer groot zijn, ja dat ze groter zullen worden naar mate onze bevolking groeit. Aan dit inzicht ontbreekt het velen, juist omdat de agrariër veelal een ande re kijk heeft op vele van deze vraag stukken dan de niet-agrariër. Dat onze landbouw nog 30 pet. van onze uitvoer levert is belangrijk genoeg, maar de resterende 70 pet. kan alleen gehandhaafd blijven, als de landbouw tot offers bereid is. Die offers worden echter al in ruime mate gebracht, want wanneer het om industrievestiging en huizen bouw enz. gaat verliest de landbouw het altijd. De landbouw zal vooral invloed kunnen doen gelden, wan neer hij in de gemeentelijke en pro vinciale planologie wat meer te zeg gen krijgt of liever val krijgen. DE BUITENKANT VAN HET CONCILIE De plechtigheid in de Maria Mag- giore op vrijdag 11 oktober trok weer zeer veel belangstéllïng. 't Was een mooie gelegenheid om alle kar dinalen en bisschoppen van dichtbij te kunnen zien. En die kar-.s laat geen Romein schieten. Op 't feest van Maria's Moederschap zou Paus Paulus VI 'n avondplechtigheid vie ren in dezelfde kerk, waar Paus Johannes voor de eerste maal ge sproken had over 't concilie. De Ma- ria-Maggiore is de grote Maria- kerk van Rome. Ze werd gebouwd in 352 en na een grote brand hersteld in 432. Hier heerst altijd de vreugde en een stemming van geluk. Maria wordt er door de kunstenaars uitge beeld als de Vorstin, die op de troon zit; zij is 't voorbeeld van 't immer volhardend gebed. Misschien dat de Paus daarom op de eerste verjaar dag van dit concilie hier naar toe kwam om er samen met zijn bis schoppen te bidden voor 't welslagen van dit Concilie. Iedere Romein gaat graag naar deze kerk toe; in de der tiende eeuw is er 'n wonderverhaal ontstaan omtrent 't ontstaan en de bouw van deze basiliek. Een rijke Romein, Johannes, bad om 'n teken, om te weten wat hij met zijn geld zou moeten doen. In 'n droom werd hem gezegd dat hij een Mariakerk moest bouwen op de plek waar de volgende dag, 5 augustus, sneeuw zou zijn gevallen. Paus Liberius had dezelfde droom en de volgende dag kwamen deze twee elkaar tegen op de plek waar de sneeuw gevallen was. Zodoende heeft deze basiliek altijd een bijzondere plaats gehad in het hart van iedere Romein. Vrijdag, om drie uur, was het plein al vol met mensen, die stonden te wachten op de komst van de bis schoppen. En ons wachten is beloond geworden, want 't was prachtig om al die kardinalen en bisschoppen te zien uitstappen. Je hebt dan meteen een aardige gelegenheid om de wel stand van de Vaders af te lezen naar hun auto's. De eerste kardi naal ,die aankwam was Cicognani. zoals men mij vertelde. In deze tijd moet je hier in Rome werkelijk de kardinalen en bischoppen met naam kennen, om mee te kunnen praten. Zo had ik 't geluk aan de Duitse nummerplaat kardinaal Frings te kennen. Sommige Vaders werden met aplaus ontvangen, zoals b.v. kard. Gracias uit India en kard. Sue- nens uit België. De H. Vader kwam om vijf uur aan, maar stapte jam mer genoeg uit bij de sacristie. Bui ten hebben we toen nog een half uur gewacht, maar de tijd vloog voorbij, omdat er telkens weer een of andere bisschop te laat kwam. Een grote autobus met veertig mis siebisschoppen er in kwam zelfs meer dan twintig minuten ie laat en moesten ze zich zodoende een weg banen door de mensen. Ieder een begon te klappen als teken van verstandhouding en de Vaders knik ten heel vriendelijk terug, omdat ze ook wel zullen weten dat laat- komen menselijk is. Na afloop van de plechtigheid waren de straten vol met kardinalen en bisschoppen. Iedereen zocht zijn bus of zijn auto. De toeristen profiteerden ervan om even een foto van een bekende bis schop te maken of om de handteke ning te vragen op een kaart naar huis. Mgr. Fulton Sheen-,de Ameri kaan, stond wel zeer hoog in de be langstelling van de mensen. Zo was dit de afgelopen weken weer een hoogtepunt voor de gewone mensen. DE BINNENKANT VAN HET CONCILIE Op het ogenblik bespreken de Va ders het schema van de Kerk. Dit grote schema heeft natuurlijk weer verschillende hoofdstukken; b.v. het mysterie van de Kerk, de roeping tot heiligheid van ons allen in die Kerk. Nauw verbonden met de Kerk staat natuurlijk ook Maria als Moe der van de Kerk. De kernkwestie ,waar de Vaders nu over spreken is de verhouding PausBisschoppen. Hierover heeft men reeds gesproken op het concilie van Trente ,maar vooral op 't eerste concilie van 't Vaticaan. Daar werd vooral de positie van de Paus be sproken. Dit is nu opnieuw aan de orde gesteld, mede tegen de achter grond van de kritiek op de Kurie. In dit verband deed Mgr. Hermaniuk het voorstel om naast de paus een college in te stellen van patriarchen, kardinalen en afgevaardigden van bisschopsconferenties. Sommige Va ders zien in dit college een aanval op de uitzonderlijke positie van de paus en zien niet hoe dit in overeen stemming te brengen is met de H. Schrift en de traditie. Het gaat hier over of de Paus samen met de bis schoppen de kejrk bestuurt, zoals Petrus namens de andere apostelen van Christus de opdracht kreeg zijn werk voort te zetten. De bisschop Mgr. Desmedt, een geweldig rede naar, zei dat dit college de band met de H .Vader zou aanhalen en ver sterken en dat deze band met de H. Vader dan niet meer alleen een pri vilege van de Italiaanse bisschoppen zou blijven. Deze stelling werd even eens verdedigd door twee, andere Belgische bisschoppen, nl. Mgr. Cha- rue en Mgr. Heuschen. Omdat deze punten 't duidelijkst zijn en eigenlijk 't hele dispuut bevatten, geef ik even een kort overzicht. Mgr. Charue, bisschop van Namen, trachttte te bewijzen dat dit college overeenstemt met de H. Schrift. De brief aan de Efesiërs zegt b.v. dat de Kerk gebouwd is op 't funda ment van de apostelen en de pro feten. De Apostelen zijn zo mede stichters van de Kerk. In 't boek der Openbaring wordt de verheer lijking der Kerk beschreven en in deze verheerlijking worden de twaalf met name genoemd. Dus ook in de kerk hier op aarde hebben de twaalf apostelen dezelfde plaats bekleed. Mgr. Heuschen, hulp-bisschop van Luik, sprak vanuit de Traditie. Irenaeus vertelt dat de Kerk ge sticht is op de twaalf zuilen. Om te bewijzen dat een Kerk echt wat vol deed, dat men kon terug gaan op de stichting van een apostel. Augus- tinus zegt dat de Kerk gesticht is op de rotsen ,te weten de apostelen. Een andere belangrijke kwestie in verband met de kerk is de weder instelling van 't diakonaat en over het al of niet gehuwd zijn van de nieuwe diakens. We kennen alle maal de heilige priesterwijding in de Kerk, maar daarvóór heeft men de diaken-wijding. Een diaken mag de priester helpen bij het celebreren van de H. Mis ,hij mag de H. Com munie uitreiken en het Evangelie voorlezen. Tegenwoordig is 't zo in de kerk ,dat een diaken bijna altijd priester wordt. In de allereerste tij den was dat echter niet zo. Toen deden de diakens 't sociaal caritatief werk. Het diakonaat was zodoende een ambt los van het priesterschap. Over dit diakonaat nu is heftig ge debatteerd. De Amerikaanse kardinaal Spell- man meende dat 't iets overbodigs was om 't diakonaat opnieuw in te stellen ,los van het priesterschap, omdat al 't werk, dat de diakens zouden doen toch al gedaan werd door de leken. Dan opperde men 't bezwaar dat vele priesterstudenten hun studies bij 't diakonaat zouden afsluiten en zodoende zou er een nog groter tekort aan priesters komen. De Belgische kardinaal Suenes antwoordde hierop dat 't leven van de Kerk niet beroofd mag blijven van de genade van 't diakonaat. Doet een diaken, dus een mens met de wijding van 't diakonaat het werk, dan is dit werk in zijn dienst tot de Kerk, geheiligd. De Kerk, zo zei hij, heeft recht op datgene ,wat Chris tus haar gaf. Maar niet overal hoe ven er diakens te zijn, alleen daar, waar er behoefte aan is. De missie bisschoppen hebben meer dan wie ook behoefte aan de diakens, omdat daar een priester vaak verschillende kerken te bedienen heeft. De diaken zou dan zondags de communie kun nen uitdelen. Een Franse bisschop voegde er 't argument aan toe dat de diakens de priesters 't materiële werk uit de handen zouden nemen en de priester zou dan meer tijd hebben voor zijn geestelijk werk. Een andere kwestie is ,of deze diakens dan gehuwd mogen zijn of niet. Sommige menen dat door de gehuwde diakens afbreuk gedaan zou worden aan 't ongehuwd zijn ,an de priesters. Maar, zo meende Kard. Suenens, men zou daardoor juist meer waardering krijgen voor het ongehuwd zijn van de priester. Ook deze kwestie is nog voortdu rend aan de orde. Een ander gedeelte van het con cilie zijn de stemmingen van de va ders over het schema van de litur gie, dat besproken is op 't eerste ge deelte van 't concilie in 1962. Aan genomen werd b.v. dat men een gro ter gebruik mocht maken van de volkstaal in de H. Mis. Maar deze besluiten zullen naderhand wel wor den bekend gemaakt. U ziet zelf hoe hard de Vaders op 't concilie werken. En vergaderen moet bij dit mooie weer in Rome, ook voor een bisschop een kruis zijn. H. Janssen m.s.c. Het leven wordt met de dag duur- dwer .Openlijk en bedekt stijgen de prijzen. Volgend jaar zal dat nog veel meer het geval zijn, wanneer de vakbondseisen er geheel of gedeel telijk doorkomen. Deze algemene stijging betekent echter ook inflatie. Het geld wordt minder waard. En dat heeft belang rijke consequenties met name voor het sparen. Statistici hebben berekend, dat elk jaar de gulden 3 pet. minder waard is geworden afgelopen jaren. De waardevermindering zal over 1964 nog meer zijn. Waarvoor zou men dan sparen? Voor de rente? De ren te dekt nauwelijks of niet het waar deverlies. Om dat geld achter de hand te hebben? Maar dan is het toch geld, waarmee men steeds minder doen kan. En hoe gaat het met het verzeke ringswezen? De uitkeringen, waar over jarenlang met goed geld be taald is, worden steeds minder waard. De verzekeringsmaatschap pijen winnen er goud bij ,de verze kerden komen er dik aan te kort. De regering zegt steeds de spaar zaamheid en het eigen bezit te be vorderen. De minister van Finan ciën schrijft daarvoor zelfs een le ning van 400 miljoen uit, die hij eigenlijk niet nodig heeft, want de schatkist zit behoorlijk vol. Het be gint er op te lijken, dat het econo misch beleid de stabiliteit niet meer kan handhaven. Wij zitten in een vicieuze cirkel. Is het de overheid ernst met haar wil de spaarzaam heid te bevorderen, dan moet zij die schone deugd wat aantrekkelijker gaan maken. Het heeft geen zin de deugd te beoefenen .wanneer men er niet be ter of zelfs slechter van wordt. K\iy NATUURZUIVER JK OPWEKKEND VERKWIKKEND WEEST UW (GLADDE) BANDEN TE GLAD AF.... De bladeren van de bomen begin nen thans weer hun aantrekkelijke herfsttinten te tonen. Een prachtig gezicht, maar diezelfde fraaie bla deren vallen straks van de bomen en komen dan in grote getale op de weg terecht. In combinatie met de in dit jaar getijde dikwijls natte wegen, leve ren zij een aanzienlijk slipgevaar op. Speciaal voor voertuigen met gladde banden, die dan alle „grip" op de weg verliezen. Het Verbond voor Veilig Verkeer vestigt er de aandacht op ,dat in uitstekende staat verkerende banden veel narigheid voor u en anderen kunnen voorko men. Een regelmatige controle van ban den is vooral in het najaar van groot belang. Voor de wet bent u verantwoord ,als de oorspronkelijke groeven van de luchtbanden over 't gehele loopvlak een profiel hebben, waarvan de diepte tenminste 1 mm is. Wilt u voor uzelf verantwoord zijn, dan is een profieldiepte van 2 mm een veilig minimum. Gladde banen verhogen niet al leen het slipgevaar, ook de remweg van uw auto wordt, langer. U kunt uw banden voor een te snelle slij tage behoeden door altijd rustig te rijden en alleen een krachtig gebruik van de remmen te maken, als dat beslist nodig is. Met gillende banden door de bocht rijden doet (een mis schien niet altijd vriendelijke) aan dacht op u vestigen, maar de extra snelle slijtage van uw banden kost u veel geld. Verwissel uw banden regelmatig en vermijd het tegen ste nen of trottoirbanden rijden. Ook 'n goede afstelling van stuur en rem men en een juiste bandenspanning verlengen de levensduur van uw banden. Kijk zo nu en dan eens naar uw banden en zeg niet „het kan nog wel", als het eigenlijk niet meer kan. Twijfelt u aan het al dan niet in goede staat verkeren van uw ban den ,kies dan de veilige weg en ver nieuw ze. Uw leven kan er van af hangen. In dit verband wijst het Verbond op de periodieke veilig heidsinspecties, welke in bepaalde delen van het land kunnen worden uitgevoerd. Laat uw auto regelmatig bijvoorbeeld na elke 10.000 km- beurt inspecteren. Het kost u dan niet meer dan een rijksdaalder en voor dat bedrag „koopt" u zekerheid èn veiligheid! van zaterdag 1 november 1913 Door Z. Ex. den Commissaris der Koningin zal op Woensdag 12 November a.s. een administratief bezoek gebracht worden aan onze gemeente. Verschillende werkgevers in Venray werden deze week door de Marechaussees bekeurd wegens ar beid laten verrichten door personen beneden 17 jaar zonder voorzien te zijn van arbeidslijsten. Dinsdagavond is alhier een vereeniging van bouwvakarbeiders opgericht. Staande de vergadering traden 45 leden toe en werd een voorlopig bestuur gekozen. Het plan bestaat zich bij de R.K. Werklieden- vereeniging aan te sluiten. In de laatste vergadering van Venrays Fanfarecorps werd tot be stuurslid gekozen de heer Th. Camps Groote Markt, in plaats van den heer W. Laurensse, die wegens te drukke werkzaamheden bedankt heeft. Door de politie werd Woensdag bekeurd een inwoner uit Leunen, wegens het vervoeren van ongekeurd vlees. Een tot nu toe onbekend geble ven manspersoon heeft Zondagmid dag op den Heuvel alhier, met een 9-jarig meisje niet te noemen han delingen gepleegd. Daar dit gebeur de op een afgelegen stuk bouwland, werd dit niet opgemerkt en is dit monster jammer genoeg onopge merkt verdwenen. Volgens het sig nalement dat het kind van den da der gaf ,was deze gekleed met een grijs pak en pet en had puisten in het gezicht. Hoewel de politie er di rect met een politiehond op uit toog, is het nog niet geluk de dader te achterhalen. Door Johannes Franciscus Mi- chels, molenaar te Merselo, wordt vergunning gevraagd tot het oprich ten van een korenmalerij in den be- staanden molen en het doen plaatsen van een zuiggas-motor, tot het drij ven van de kolenmalerij in een nieuw te bouwen steenen gebouw. In de deze week gehouden Raadsvergadering werd o.m. behan deld de verandering der exploitatie van onze gemeentetram naar het station waarover in een vorige ver gadering reeds met een enkel woord werd gesproken. De Voorziter deelt thans mede. dat het voornemen bestaat de paarden te vervangen door motor-locomotie ven. Hiervoor werd een commissie benoemd ,nl. B. en W. en de raads leden Th. Camps en W. Wijnhoven. De kosten voor aanschaffing van twee locomotieven en voor den ombouw der lijn zullen bedragen circa 20.000,.zijnde voor de loco motieven 11.340,nieuwe dwars liggers 3600,het maken der baan 2000 ,9 halve wissels 2160, bijkomende kosten 540,De ex ploitatie met motorkracht wordt ge schat op 3250,de exploitatie met paarden kost 3800,een voordeel alzoo van 550.De rekening als volgt verdeeld: salaris twee machi nisten ad 700,- per jaar is 1400,-. rentekosten 850,-, brandstoffen enz. 800,-, onderhoud 200,-, to taal f 3250.-. De locomotieven kun nen 3 wagens trekken. De commissie zal hierover een rapport uitbrengen. Een schrijven wordt voorgelezen, dat de Staat genegen is een derde der aanlegkosten tot een bedrag van 42.000 bij te dragen in den aanleg van den grindweg naar Deurne. De aanlegkosten bedragen 126.000. De weg zal in de jaren 19141916 wor den aangelegd. Door een commissie, belast met de totstandkoming eener halte van de S.S. te Oirlo was een verzoek in gediend om subsidie van f 200,per jaar in de kosten op 13.000 ge raamd, zijnde de helft van de totaal- kosten. Zij wijst de Raad op de vooruit gang van Oirlo. waar in de laatste jaren 26 nieuwe boerderijen zijn bijgekomen, honderden hectaren woeste gronden zijn ontgonnen en door verkoop van gronden onder Oirlo een bedrag van ruim 25.000 in de gemeentekas vloeide. De heren Strijbos en Geurts be tuigden dat de Boerenbond te Oirlo zeer slecht bij kas is, terwijl men bij die van Venray al aan een heel ver keerd kantoor zal komen. De Voorziter brengt in omvraag ja of neen subsidie. Voor stemden: Strijbos, Slits en Geurts; tegen Aerts Michels, Th. Camps, Wijnhoven, Derks, Janssen en de Voorzitter Van stemmen onthielden zich Fonck, G. Camps en Loenen. De subsidie is dus geweigerd.

Peel en Maas | 1963 | | pagina 13