CARITASWEEK. PETROLEUM Hoofdpijn ASPRO BEHAAGLIJKE WARMTE Politierechter Plaatselijke Commissie voor de lólimcck voor moderne mensen natuurlijk een oliehaard gestookt met OLIESERVICE K. VAN ELSEN neem Vrijdag 12 oktober 1962 No. 41 Drie en tachtigste jaargang PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY A H VOHP VP1SIPAY PM ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm. ABONNEMENTS- GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 WW LtUtlVOLriU VUUI\ V £rlli\A 1 A-#Iw vlVlO 1 i\L/I\L<li PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (bulten Venray 1.75) Venray gaat de 18e verjaardag gedenken van zijn bevrijding. Op donderdag a.s. zullen in een plech tige Requiemmis in de Petrus-Ban den, met een stille tocht naar het Henseniusplein en een Dodenappèl aldaar, de tientallen mannen, vrou wen en kinderen herdacht worden, die in oorlogshandelingen rond Ven- rays bevrijding zijn gevallen of in concentratiekampen, in Duitsland, in Indonesië en waar ook ter we reld het hoogste offer moesten bren gen, opdat wij in vrede en vrijheid kunnen leven Gelukkig heeft men dit jaar van deze herdenking iets meer willen „maken" dan in de afgelopen jaren, toen feitelijk deze hele herdenking geen belangstelling meer trok, mede door de vrij primitieve organisatie. Want het heeft nog wel degelijk zin weer eens even in onze gedachte te rug te gaan naar die dagen van sep- tember-oktober 1944, toen Venray onder voortdurend kanonvuur lag en bombardementen 't gehele hart van onze gemeente praktisch uiteenruk ten. We leven snel en een hele genera tie groeit al op, die de namen op de bronzen platen achter het gedachte nis-monument niets meer zeggen, 'n Generatie die iemand onbegrijpend aankijkt als hij vertelt over het kel derleven van die dagen, over de nood, de pijn, de ellende, die er ge leden is. Een generatie, die woorden evacuatie en wederopbouw zo wei nig meer zegten die al die mil- joenen-cijfers uit het gedenkschrift, dat bij de Torenfeesten verscheen vanzelfsprekend en doodgewoon vinden.... Het heeft wel degelijk zin in deze tijden van jachten en jagen even stil te staan bij het of fer van die talloos velen, die even als wij van het leven hielden, er hun verwachtingen van hadden, maar die dit leven moesten offeren, op dat wij vrij zouden worden, opdat wij een nieuw Venray konden op bouwen. Het heeft wel degelijk zin in deze tijd, nu het soms zo harde materia lisme ook ons te pakken krijgt, even stil te staan en te denken aan de naastenliefde en de opofferingszin van zo velen, die hun kelders be schikbaar stelden, die doden onder het puin uithaalden, gewonden ver voerden en verzorgden, die hun le ven op het spel zetten om dat van anderen te redden. Het heeft wel degelijk zin in onze tijd nu we weer zo angstig werken om eigen standje en eigen plaats er kend te zien, te denken aan die som bere dagen toen in nood en pijn ran gen en standen wegvielen en het al leen ging om het haakte leven Herdenking doet altijd pijn. De oude littekens worden dan ruw en rood, maar het dwingt tot een besef dat er andere waarden zijn in het leven dan een goed betaalde baan, een keurig huisje en 't eigen stand je. Herdenken haalt het beeld weer voor ons van die tallozen, die niet als wij, na al die ellende weer een blijde toekomst tegemoet mochten gaan, maar nu rusten rond de torens in 't Venrayse land, verzwolgen zijn in het wijde Europa vol oorlogsru moer verstikt zijn in de concentra tiekampen, gevallen in diens: van het vaderland in Indië of elders ter wereld. Zij waren de tol, die onze gemeenschap moest betalen voor dat nieuwe en mooie van vandaag. Ze mogen terecht vragen dat eenmaal per jaar bij die herdenking van de bevrijding diezelfde gemeencshap weer eens even aan hen denkt. Hun nagedachtenis is geen „zaak" van de achtergebleven familie die hen soms pijnlijk mist. Neen, het is een taak voor de gehele gemeen schap, voor wie zij immers het bes te oferden wat een mens ooit geven kan, zijn eigen leven. Zij vragen niet veel van ons Slechts een avond in het jaar, op de jaardag van onze bevrijding. Laten we dan ook zorgen dat ieder van ons bij deze officiële herdenking aanwezig is. En dat ieder van ons dan weer terugdenkt aan 18 jaren geleden, toen alles zo anders, zo ver schrikkelijk was. Laten we God vragen dat Hij hen, die Hij in die dagen van ons weg nam de eeuwige rust en vrede moge schenken en dat Hij ons in het nieu we vrije Venray mogen zegenen op dat wij in vrede en vrijheid ook in de toekomst ons werk kunnen doen. /•oil# j JAKM/ foPdktk» ItónmtlL financufiaya J JULIANASINGEL41'tekf. 1061 (K4780) De mens van tegenwoordig wordt altijd kriebelig als men over naas tenliefde praatHij is als de man in het Evangelie ,die aan Christus vroeg, wie is mijn naaste en toen de parabel van kreeg te horen van de Barmhartige Samaritaan. Maar hij staat dan direct klaar met zijn ant woord: Ja, toenMaar nu heb ben we zieken- en bejaardenhuizen, sociale verzekeringen van de wieg naar het graf. Er zijn sociale wetten en ales is keurig geregeld voor hen die ergens gebrek aan hebben. We hebben een Sociaal Caritatief Cen trum en al snap ik dan misschien de taak daarvan niet goed, maar het zorgt toch in ieder geval dat alles weer op zijn pootjes terecht komt. Als ik op tijd wat geef om al die dingen draaiende te houden, doe ik dan geen naastenliefde genoeg. Ergens heeft de man natuurlijk gelijk.... We leven in een wereld, die zelfs de naastenliefde keurig net jes en deskundig weet te organise- den en burenhulp vervangt door 'n begrafenis-onderneming. Maar bij even nadenken zal men toch toe moeten geven ,dat caritas, de liefde tot. de evenmens niet is een bepaald bedrag te storten opdat deskundige mensen de „zaak" in orde maken. Net zo min als men vroeger het gebod van naastenliefde opvolgde door zoveel maal per jaar een brood aan Antonius te geven, zo min is men nu met dit een na grootste ge bod klaar door een bedrag te stor ten op de bankrekening van het So ciaal Caritatief Centrum I' i Caritas is op de allereerste plaats een persoonlijke instelling, de hou ding van ons zelf tot de evenmens. Tot de buurman, die we misschien niet kunnen hebben, tot het oude wijfje een eind verder op, tot dat vervelend kind van 2-huis verder. Het is onze persoonlijke verhouding tot elke mens, hetzij jong of oud, knap of lelijk, wit of zwart. We zijn niet alleen op de wereld maar met miljoenen mensen, die allen onze naasten zijn, wier vreugd onze vreugd, wier leed ons leed moet zijn Dat heeft met geld op zich niets te maken, wel met onze verhouding tot de evenmens, tot de gemeen schap. Een evenmens, een gemeen schap, die vooral als zij in nood ver keert, niet kan zonder de hulp van anderen. Het is goed dat de caritas-week die de volgende week gehouden wordt dit nog eens even benadrukt. Een caritas-week, die feitelijk sa menvalt met de wefck, waarin we herdenken dat Venray bevrijd werd. Als we even terugdenken aan die dagen, dan weten we meteen wat caristas isToen werd niet ge vraagd wie daar onze kelder binnen kwam vallen, toen kreeg die man of vrouw hulp en bescherming. Toen vroeg men niet of degene, die men onder granaatvuur naar het zieken huis bracht arbeider of intellectueel was, toen sjouwde men aan, want daar was een mens in nood. Toen werden doden onder bergen puingeborgen, vervoerd en begraven en men vroeg zich niet af of dat fei telijk nu wel zijn werk was.... Toen de mens in ellende zat en in nood ,toen was er praktisch geen andere redding meer dan alleen de naastenliefde de hulp van de een aan de ander Het is goed bij tijd en wijle dit weer eens even voor de geest te ha len, nu we zo gauw gerieigd zijn met een gulden of rijksdaalder ons aan deel in deze hulp aan de mens-in- nood af te kopenZeker zonder geld gaat het niet ,maar onze per soonlijke instelling is en blijft het voornaamste. Die is met geld niet te krijgen noch te kopen.... De be kommernis om het lot van de ander moet ieder Christenmens eigen zijn. Dat is de eerste en voornaamste ge dachte van de komende caritas- week: goed zijn voor ieder ander Daar volgt dan automatisch uit, dat we ook moeten weten te offeren, dat we ook moeten weten te geven om een instituut als het sociaal cari tatief centrum in stand te houden, waar we de zekerheid hebben dat deskundigen hier de nood voor en namens ons zullen lenigen. Noodja. Want men mag dan praten over sociale verzekeringen enz. enz. er is nog steeds nood. Laat het dan niet zo zeer meer liggen in het materiële vlak, dan zeker op geestelijk terrein. Want vele men sen, ook in Venrayse gemeenschap, kunnen dat jachtige leven van van daag aan de dag, niet meer aan, worden stakkers in hun nette huisje met televisie en wasautomaat Geestelijke nood is nog erger dan materiële nood, waar men met wat geld soms al veel bereiken kan In deze tijd staan vele andere pro blemen voor de mens, die hij soms niet aan kan en waarin hij terecht van U, van mij, van ons allen sa men, hulp in verwachten mag en kan. Welnu, die hulp wordt gegeven middels het centrum werk, waarvoor eventuele financiële baten van deze week bestemd zijn. Maar nogmaals, dat geld heeft al leen waarde als het niet beschouwd wordt als een afkoopsom van ons deel in de naastenliefde, maar als 'n logisch voortvloeisel uit een diepe Christelijke overtuiging dat wij ons broeders hoeders zijn EEN ZAAK VAN LEVEN EN T DOOD Iedere weggebruiker zou zich T eigenlijk eenmaal per week de spiegel moeten voorhouden T met de vraag „Ben IK een T goed weggebruiker?" Het verkeer van vandaag is T een zaak van leven en dood y geworden. Daar staan wij niet iedere dag bij stil. Maar een T doodsbericht in de krant of 'n autowrak ergens aan de kant van de weg zijn stille getui T gen van de mateloze ellende dit het moderne verkeer ons naast alle zegeningen T heeft gebracht en bijna dage- lijks wéér brengt. Natuurlijk kan men van iemand vergen, dat hij zich dag in dag uit en T op elk uur van de dag die el- lende bewust is. Het leven zou daarbij ondragelijk worden. Y Maar wél is het goed, dat ieder zich bij tijd en wijle af vraagt, of hij of zij wel alles doet wat moglk is om het ver keer zo mogelk te maken. „Ha, ha", lachte de lange magere man in het ruitjespak vals. „Daar heb je 'm nou, die uitgekauwde spekbokking!" „U bent nog niet aan de beurt om iets te zeggen", zei de rechter. „Maar u kunt al wel een bonnetje krijgen wegens belediging", voegde de of ficier daar aan toe. Indien ooit in de wereldgeschiede nis een mens op een bokking heeft geleken, dan was het de persoon, die vervolgens voor de groene tafel trad. Hij zweeg en keek vissig naar de bedrijvig schriivende griffier. „Hebt u deze man met een schoen geslagen?" vroeg de rechter. „Ik weet nergens van, meneer de edelachtbare", zei de bokking zal vend en met trillende adamsappel tegen de griffier. „U kunt gerust te gen mij spreken", maande de rech ter, .meneer daar zal alles wel se cuur opschrijven." „Ja zeker, edelachtbare rechter", zei de bokking weer tegen de grif fier. „Kunt u niet naar deze kant spreken?" vroeg de rechter ver stoord. „Ha, ha, hij is zo scheel, dat-ie met z'n linkeroog in z'n rechterves- sieszak kijkt", lachte de lange ma gere weer. „U hebt hier te zwijgen als u niet gevraagd wordt. En anders wacht u maar zo lang op de gang", zei de rechter streng. De lange bleef stil. „Nou ziet u es, wat voor 'n loeder hij is", sprak de vissige, weer tegen de griffier. „Houdt uw mond", zei de rechter met kracht „.anders zal de behandeling worden voortgezet bui ten uw tegenwoordigheid!" „Dan gaan ik met verstek in be roep!" dreigde de bokking, die nu minder vissig begon te worden, naar de griffier. „Stilte!" klonk het en de ï'echter sloeg een stukje van de paarlmoeren versiering uit de ha- Toen kwam de lange magere man met het ruitjespak aan de beurt. „Hij', wees hij in de richting van de verdachte, „moet altijd van zijn vrouw de ramen lappen. En dan loenst hij altijd maar bij ons naar binnen, net zo-as-t-ie nou naar die meneer de schrijver zit te staren. Dat werkt toch zeker op een mens z'n zenuwen, meneer de rechter. Dat zou uwes toch ook niet kunnen heb ben?" „Bepaalt u zich tot uw onder werp", verzocht de rechter. „Heeft hij u met die schoen geslagen, ja of neen." „Naturlijk, natuurlijk, ha, ha!", lachte de lange alweer. „Hij had z'n schoenen buiten staan, want daar mag-t-ie niet mee naar binnen van z'n vrouw. Eigenlijk is die vrouw cl straf genoeg .meneer de edelachtba re. Je hoeft 'm d'r geeneens een boete bij te geven. Mot je zo'n colo radokever zien staan daar!" En te gelijk wees hij op een enigszins paars aanlopend vrouwspersoon, dat in een houding als een keulse pot de publieke tribune voor een groot deel in beslag nam. „Kom d'r maar is hier, broek met botten, dan zal ik je op je magere tronie.Verder kwam ze niet, want de parketwacht ontruimde de tribune en bracht de keulse pot naar de gang. „Heeft hij u met een schoen ge slagen of niet?" herhaalde de rech ter weer. „Dat zal ik u nu is haar fijn uitleggen", antwoordde de ge tuige. „Dat vraag ik niet. Heeft hij u een klap met een schoen gegeven of niet?" riep de rechter, die aan het eind van zijn geduld kwam. Maar helemaal mocht hij zijn ge duld niet verliezen, want zonder de ze getuige had hij geen bewijs. ,Ja zeker, nou ,zon bult, ha, ha", lachte de lange weer, terwijl hij zijn beide vuisten op zijn hoofd drukte om aan te tonen, hoe opzettelijk en gewelddadig de ramerzemende vis sige hem wel met die schoen had geraakt. „U schijnt 't nogal leuk te vinden", merkte de officier misprijzend op. „Hij is gek", verduidelijkte de bok king rustig in de richting van de griffier De rechter hield zich, alsof bij niets noorde. „U hoort, wat de ge tuige zegt", zei hij. „Ik wou, dat u die kop had gezien", luidde het ver bazingwekkende antwoord, ,,'t Was net de Wesuwius". „Dus u erkent r.u, dat u de getui ge hebt geslagen?" concludeerde de rechter. „Nou en of, 't is alleen niet hard genoeg gegaanvond de bok kingman. „Maar waarom hebt u dat dan straks niet bekend?" „Toen stond mijn vrouw och op de tribune!?" antwoordde dc verdachte veront waardigd, voor het eerst de rechter aankijkend. Een maand voorwaardelijk kreeg hij, en veertig gulden boete „Zal lastig ramen zemen wezen in de bajes, met al die ijzers d'r voor ha-ha", meende h'et ruitjespak, toen ze broederlijk samen het zaal tje uitgingen. SCHOON ZUINIG WARM Prins Hendrikstraat 18 VENRAY Tel. 1834 DRINKWATERLEIDING Voor velen op het platteland is het verkrijgen van goed drinkwater een moeilijke zaak. De kwaliteit van het pompwater loopt zeer uiteen. Heeft men een ondiepe put, dan kan bij het onder zoeken van een watermonster een nitraat of nitrietverontreiniging worden aangetroffen, hetgeen wijst op verontreinigingen door een na bijgelegen mestvaalt of anderszins. Onnodig op te merken, dat daar door ernstige besmettingskansen aanwezig zijn. Dit zal dan zeer ze ker blijken uit een bacteriologisch onderzoek. Ook heeft men pompwater met 'n hoog ijzergehalte ,een bruine uit- vlekking van ijzer is dan waar te nemen wanneer men het water eni ge tijd in een emmer heeft laten staan. Voor de was is dit water minder geschikt en men is dan meestal op regenwater aangewezen. Tevens is dit water onsmakelijk voor koffie of thee. Er zijn er echter ook, die het wa ter van belangrijke diepte elektrisch oppompen en eventueel via een drukketel voor verspreiding naar verschillende aftappunten zorgdra gen. Soms heeft men zelfs een eigen ontijzeringsinstallatie. Voor deze in richting heeft men zich dan veel kosten getroost. Ongetwijfeld is goed drinkwater voor mens en dier een eerste eis voor de gezondheid. RENDABELE DRINK WATERA AN SLUITINGEN In de bewoningskemen van het ruilverkavelingsblok „Lollebeek" is inmiddels de mogelijkheid ontstaan aan te sluiten op het drinkwaterlei dingnet van de N.V. Waterleiding Maatschappij voor Midden- en Noord-Limburg. Deze Mij. pompt het water op uit de ondergrond op gunstig gelegen plaatsen en oefent een regelmatige kontrole uit op de samenstelling. Via een buitzennet wordt dit water gedistribueerd. In de woonkernen, waar vele huizen dicht bij elkaar staan ,is dit bij de huidige tarieven rendabel. Liggen de woningen echter verder uit el kaar, dan is een buizennet veel te kostbaar ten opzichte van de op brengsten aan watergelden. ONRENDABELE- EN SUPER RENDABELE AANSLUITING Bij de voorbereiding van de plan nen voor de ruilverkaveling „Lolle beek" bleken binnen het ruilverka velingsblok 428 verspreide panden n|iet op het drinkwaterleidingnet te zijn aangesloten. De kosten van aansluiting werden begroot op 1.091.170,Onder deze 428 pan den zijn aansluitingen welke betrek kelijk goedkoop tot stand kunnen komen, maar er zijn ook peperdure aansluitingen bij. De gemiddelde aansluitingskosten bedragen plm. 2500,per pand. Bij de stemming over de ruilverkaveling is tevens besloten, alle panden binnen het blok aan te sluiten. De kosten voor de belanghebbenden bedragen 500 per aansluiting, benevens 50 per had. cultuurgrond welke tot het be drijf gerekend dient te worden. De rest of ruim 60 pet. van de aanslui tingskosten worden door de rijks overheid gedragen. BETALING Een landbouwbedrijf met 10 ha. cultuurgrond betaalt voor de aan sluiting 500,plus 10 x 50,is totaal 1000,Men kan dit ineens doen vóór de afsluiting van de ruil verkavelingsboekhouding. Doet men dit niet ,dan wordt daarna de huis kavel belast met 5 pet. van 1000,- of 50.per jaar gedurende dertig jaar. Dit bedrag wordt dan jaarlijks met de grondbelasting geïnd. In de genoemde 5 pet. is rente en tevens aflossing van de hoofdsom 1000,-) begrepen. Opgemerkt moet nog wor den ,dat de afsluiting van de ruil verkavelingsboekhouding eerst zal geschieden na uitvoering van alle werken, naar raming in 1972. Vanaf de aansluiting der panden tot de afsluiting van de ruilverka velingsboekhouding dit is zoals ge zegd plm. 1972, dienen de belang hebbenden dus alleen maar water- geld aan de Waterleidingmaatschap pij te betalen. Zoals reeds gezegd is men ook vrij, het totaal verschuldig de bedrag in een keer, doch dan vóór plm. 1972, te betalen. UITVOERING „Wanneer wordt de drinkwater leiding bij mij aangelegd?" is een regelmatig voorkomende vraag. Het antwoord hierop luidt: „Zoveel mo gelijk gelijktijdig met het verbete ren van de wegen". Dit laatste om zoveel mogelijk ver nielingen aan het wegdek te voor komen .Reeds eerder werden op de ze plaats enkele mededelingen ge daan inzake de verbetering van de Lorbaan. Gelijktijdig zullen ca. 24 panden op het drinkwaterleidingnet worden aangesloten. De eigenaren van deze panden zijn reeds bezocht. Hun wordt binnenkort een schuld bekentenis ter ondertekening aan geboden, waarop duidelijk is ver meld het bedrag voor hun bedrijf. VRAGEN 1. Moet men nu ook nog aan de Drinkwaterleidingmaatschappij be talen? U betaalt aan de Drinkwaterlei dingmaatschappij voor de per kwar taal afgenomen hoeveelheden water conform de goedgekeurde tarieven in haar distributie-gebied, z.g. wa- tergeld. 2. Iemand heeft een pomp en goed water, moet hij zich dan toch direct laten aansluiten? De drinkwaterleiding wordt ge legd tot aan de woning. Wil iemand voorlopig geen water afnemen, dan is het niet noodzakelijk, dat het pand wordt aangesloten op het lei dingnet. Zolang de werkzaamheden voor de gehele ruilverkaveling in uitvoering zijn, kunt U altijd aan sluiting vragen bij het Sekretariaat. Na afsluiting van de ruilverkave lingsboekhouding (plm. 1972) moet U echter een aanvrage doen bij de N.V. Drinkwaterleidingmaatschappij voor Midden- en Noord-Limburg. Of men echter direkt zijn pand laat aanslui ten of niet, de kosten voor de buis leidingen worden na afsluiting van Ï3e ruilverkavelingsboekhouding op de kavel geboekt. Met het uitstellen van de aansluiting bespaart men dus alleen de kwartaalrekening voor geleverd water van de Drinkwater leidingmaatschappij. 3. Hoeveel kubieke meter water gaat men per jaar gebruiken? Wanneer nog met de hand ge pompt moet worden is het waterver bruik zeer gering. Met een drinkwa terleiding neemt het gebruik ge woonlijk toe. Bij reeglmatig gebruik van een douche ,een W.C. met spoel inrichting ,een wasmachine en der gelijke moet voor huishoudelijk ge bruik gerekend worden met 50-100 liter per persoon per dag. Deze hoe veelheid is echter rekbaar. De een gebruikt meer de ander minder. Voor het bedrijf kan men het be ter zelf uitrekenen. Drinkwaterlei ding is zowel voor uw klein- als grootvee van het grootste belang. De melk te koelen met leidingwa ter is echter kostbaar. Voor koel water kunt U beter gebruik blijven maken van Uw oude pomp. Voor het veilingklaarmaken van asperges is leidingwater echter weer zeer belangrijk, vooral wanneer uw pomp ijzerhoudend water geeft. Voor sommige bespuitingen van de gewassen tegen ziekten of on kruid kan leidingwater uiterst be langrijk zijn.

Peel en Maas | 1962 | | pagina 5