PASEN...
MOTORCROSS
Het lijden van Christus in
de Europesche dichtkunst
B0EKEL
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
de dag die de Heer gemaakt heelt
Tentoonstelling in Venray
Ysselsteyn
2e Paasdag
Internationale
Ingediende candidaatslijsten
voor de gemeenteraad
Textielraadsels
Vrijdag 20 april 1962 No. 16
Drie en tachtigste jaargang
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050625
75)
Pasen, dit is de dag die de Heer
gemaakt heeft. Ja, ja, maar wat voor
een dag? Een zondag, een rustdag,
een feestdag? Is het wellicht een
dag van zilverpapier en rode lintjes
en suikereitjes en chocoladehaasjes?
We behoeven ons niet te ontvein
zen dat voor menig mens in deze
tijd, vervreemd van Kerk en gods
dienst, Pasen alleen maar dat is. En
romantischer, siert hijzelf die dag
om het nog mooier te maken, nog
op met zon, nieuwe kleren en een
feestsigaar en gebakjes.
Maar dit is toch echt niet Pasen,
wanneer gesproken wordt over de
Dag die de Heer gemaakt heeft.
De Heer heeft Pasen in een ander
perspectief gesteld dan de louter
stoffelijke genoegelijkheid. Pasen is
de Dag van zijn eigen Mysterie en
onze opneming erin.
Pasen is gegroeid uit de Nacht, de
geheimnisvolle Nacht, waarin wij
Christus' dood en begrafenis heb
ben herdacht, waarin wij de zin van
dit sterven goed op ons hebben la
ten inwerken, er één mee geworden
zijn.
Pasen is ook gegroeid uit de
Nacht, waarin de Kerk ons bewust
heeft binnen geleid, toen Zij de Vas
ten afkondigde en ons aanraadde
schuld te bekennen tegenover God,
zondigheid te erkennen en tenslotte
boete te doen. Die nacht, de vasten
tijd diende om onze ziel rijp te ma
ken voor die Ene dag, die voor de
Christen „de Dag" zou zijn en voor
ons de Dag, welke de Heer ge
maakt heeft.
Pasenn eemt ons ten volle mee
in het mysterie vain de Verrijzenis,
die een herdenking van de Opstan
ding van de Heer zelf is, maar te
gelijk en nog veel meer het vestigen
van de aandacht op onze eigen Ver
rijzenis.
Want terecht zeide St. Paulus het
tot de christenen van zijn tijd, maar
tegelijk tot de Christen van de 20e
eeuw: „Indien gij met Christus ge
storven zijt en met hem begraven,
dan zijt gij ook met Hem verrezen".
En als consequentie daarvan komt
onmiddellijk dat andere woord van
Paulus in het geding: „Indien gij
gestorven zijt voor de wereld en ver
rezen met Christus, dan is uw ver
blijf in de hemel".
Het is waarlijk geen gering mys
terie. We kunnen daar diepgaand
over nadenken en er oneindige
kracht uit putten. Want het is en
blijft de kern van ons christelijk
bestaan. En daarom is Pasen terecht
de Dag ,die de Heer gemaakt heeft.
Het lijden van Christus als diep
tepunt in de historie der mensheid
en de glorieuze opstanding van de
ze zelfde Christus drie dagen later
hebben de eeuwen door de dichters
geïnspireerd tot gedichten, tot ont
boezemingen van vroomheid, tot
geselslagen voor de goddeloze, tot
uitingen van liefde voor dit Liefdes
mysterie.
Vanaf de vroegste tijden van het
Christendom vindt men een schat
van Poëzie over lijden en sterven
én opstanding van Gods Zoon. Een
der vroegste gedichten in Nederland
gaat terug tot ongeveer de twaalfde
eeuw.
De dichter ervan is, zoals zo vaak
het geval is met geschriften uit die
tijden, anoniem gebleven. Dat ge
dicht kennen wij nu nog onder de
woorden: Ik wil mij gaan vertroos
ten. Het origineel luidt echter:
Ic wil mi gaen vermeiden
in Jesus liden groot
vandaer en wil ic niet scheiden
int leven noch in die doot.
Tis een prieel met bloemen
bedaut met menighen traan:
och, mochtic daer in comen,
mijn truren waer al ghedaen.
De geheel andere instelling dei-
vroege middeleeuwers, hun vroom
heid die zich niet beperkte tot een
kerkdienst, maar het gehele dage
lijkse leven beheerste, kon een ge
dicht doen ontstaan als het volgen
de; klaarblijkelijk van een vrome
zuster geschreven.
Dat cranselijn dat hi draghet
dat is van bloede so root:
sijn lichaem heeft hi gegeheven
voer mi in die bittere doot.
Sijn hooft heeft hi genegen
al om te cussen mij,
dat neme ic op mijnen henevaert
(zweer ik bij mijn doot)
dat hi die liefste sal sijn.
Een mooi gedicht van de Francis
caan Willem Spoelberch uit de 17e
eeuw toont het kruisoffer als het
alles reinigende offer dat een rust
punt en toeverlaat is voor iedereen:'
Rust op de stok des heiligs kruis,
't zal u verlichten fijne;
ik ben die schoon fonteine.
Wast u in dit bloed, ik heb
't gestort,
voor u allen in 't gemeine,
ik ben die schoon fonteine.
Mijn vlees en bloed
maakt u gezond,
al schijnt het brood en wijne,
ik ben die schoon fonteine.
In een korte reis door de Neder
landse poëzie mag de prins onzer
dichters natuurlijk niet ontbreken.
Vondel uit in zijn prachtige gedra
gen stijl zijn deernis met de zo diep
beledigde Mensenzoon:
O Koning van Jerusalem,
hoe staat ge hier van glans beroofd
o doornenkroon, gij drukt dat hoofd
om 't welk de glans der
godheid straalt
en waar Gods Duif op neder daalt.
Is dit het stralend aangezicht,
waaruit op Thabor 't hemels licht,
gelijk een zon op aarde scheen?
Guide Gezelle, de grote Vlaamse
dichter uit de vorige eeuw, beschrijft
in „Goedevrijdag" de rouwdienst bij
de herdenking van Christus kruis
offer. Hiervan het eerste couplet:
's Goede vrijdags ratel, rauwgetand
dwers dóór de kerk relt,
terwijl het volk, stilzwijgende, om
den autaar neêrgeveld,
den God aanbidt, die Golgotha
zag sterven naakt en bloot,
's Goedsvrijdags, op den
schandeboom, de schandelijke dood
En om met een van de grootste
nog levende Nederlandse dichters te
besluiten laten wij hier het vers
van Martinus Nijhoff „Johannes"
volgen.
Hij hing niet hoog aan 't kruis:
zijn voet bleven
Ter hoogte van mijn schouder;
maar hij leek,
Als ik van onder naar
zijn stil hoofd keek,
Stijgende langs het hout
omhoog geheven.
En toen de spijkers waren
losgedreven
En 't stijve lichaam in
mijn armen streek,
Wist ik dat hij ons
in den dood ontweek
En mij den bitt'ren beker
had gegeven.
Maria nam zijn koud hoofd
aan haar borst
En Magdalena schreeuwde
en hief haar handen,
Petrus zag toe vanaf den
muur der stad
Mij had hij toen hij
leefde liefgehad,
Maar toen hij stierf gaf
hij zoo veel, dat :k van de
Vervuldheid eerst na jaren
spreken dorst.
VAANDELWIJDING
ST. CHRISTOFFEL
Op Tweede Paasdag 's morgens, in
de mis van half 9, zal het nieuwe
vaandel van de Gymnastiekvereni
ging St. Christoffel gewijd worden.
Om 8 uur worden alle leden ver
wacht in uniform aan de gymnas
tiekzaal waar vandaan opgemar
cheerd wordt naar de kerk.
Het bestuur vraagt bij deze vaan
delwijding om een aigemene H.
Communie en een extra gebed voor
de overleden leden.
De gymnastiekvereniging heeft dit
nieuwe vaandel aangeschaft bij ge
legenheid van haar 40-jarig jubi
leum. Het is vervaardigd door de
Zusters van St. Anna ,die ook de
vaantjes voor de trommen en trom
petten verzorgd hebben.
Nog niet zo lang geleden is in OVERPEINZINGEN de vraag ge
steld cf de mogelijkheid er intussen weer niet is om in Venray
een tentoonstelling te organiseren van schilderijen e.d. Het is im
mers al weer een hele poos geleden dat we in Venray schilderijen
konden bewonderen van Petran Vermeulen, de Horstenaar Lam
bert Ccppus en Henri Jonas.
We weten niet of de Culturele
Raad Limburg deze vraag onder de
ogen heeft gekregen, maar vast staat
dat onder de paasvakantie in Ven
ray onder haar auspiciën in de St.
Petrus-Bandenschool een expositie
wordt gehouden, die zeker de moei
te van een bezoek waard zal zijn.
BEKENDE KUNSTENAARS
Immers aan deze tentoonstelling
werken verschillende bekende kun
stenaars mee. Namen als Sylvia
Nicolas, René Wong, Sjef Moonen
zijn bekend, om van Frans v. d. Berg
en Jan Tuilemans maar te zwijgen.
Deze Limburgse schilders hebben
een collectie van hun werken sa
mengesteld, die beslist het bekijken
loont.
Sylvia Nicolas, de dochter van de
bekende glazenier en afkomstig uit
Belfeld, heeft veel monumentaal
werk gemaakt o.a. grote wandschil-
dex-ingen. Maar ook in mozaïk en
glas is zij in de voetsporen getre
den van haar beroemde vader. Op
deze expositie komen verschillende
tekeningen van deze dame te han
gen, die aantonen dat ze ook op dit
terrein grote kwaliteiten bezit.
De Roermondse kunstschilder
René Wong heeft naast zijn wand
schildering vooral bekendheid ge
kregen door zijn portretten en we
mogen daarvan op deze tentoonstel
ling enkele fraaie specimen ver
wachten.
Hetzelfde kan gezegd worden van
de Kesselse kunstenaar Frans v. d.
Berg, die ook om zijn portret-studies
bekend is geworden.
De oud-leerling van de Jan van
Eyck-academie in Maastricht, de
Weertenaar Jan Tuilemans heeft 'n
zeer snelle ontwikkeling te zien ge
geven en we zijn nieuwsgierig wat
hij op deze tentoonstelling brengen
zal.
Datzelfde geldt ook voor de Ven-
Ionaar Sej Moonen, die zowel in
landschap als stilleven en portret
zeer vele werken heeft gemaakt,
waarvan ook in Venray enkele
stuks hangen. We zijn nieuwsgierig
wat van zijn werk hier op deze ex
positie komt.
We betreuren het dat men door
omstandigheden geen kans ge
zien heeft bij deze expositie ook
beeldhouwwerken te brengen.
Verschillende van de genoemde
kunstenaars hebben zich ook op
dit terrein bewogen en het zou een
waardevolle aanvulling zijn van
hun schilderwerk. Er moet nu een
maal wat te wensen overblijven.
VENRAYSE KUNSTENAARS
Dat een Petran Vermeulen en een
Als gevolg van de langdurige vaak
intensieve regenval van de laatste
weken heeft het over het algemeen
laag gelegen Ysselsteyn met veel
wateroverlast te kampen gekregen.
Vooral de wat lager gelegen perce
len hebben hiervan het meeste na
deel ondervonden.
Een verslaggever van De Nieuwe
Limburger heeft dit onderzocht. Hij
vertelde dat op de wat hoger gele
gen gronden de situatie echter gun
stiger is. Een nadelige factor bij al
dat water is geweest de aanleg van
nieuwe sloten langs de Middenpeel-
weg op het moment, dat de oude
sloten het vele water niet verwerkt
konden krijgen. Voor de boerenbe
volking brengt een en ander grote
moeilijkheden en zorgen met zich,
daar ze geen kans zien, hun ak
kers ook maar enigszins te bewer
ken.
Zo had een bepaalde boer 3 ha
blank staan; het water stond er wel
70 cm hoog. In agrarische kringen
is men vrij pessimistisch gestemd
over de graan- en suikerbietenoogst.
De oogst van rogge schijnt reeds
verkeken te zijn, terwijl met haver
en suikerbieten de grootst mogelijke
haast gemaakt dient te worden. De
suikerbietenteelt is in Ysselsteyn
vrij belangrijk te noemen: het vorig
jaar was het totale areaal nog 1.10
ha, doch voor dit jaar verwacht men
een noodgedwongen inkrimping van
deze teelt. Over de teeltmogelijkhe
den van aardappelen verkeert men
op het ogenblik ook nog in onzeker
heid. Een lange periode onafgebro
ken droog weer kan deze mogelijk
heden reëel doen worden. Naar ons
desgevraagd de heer A. Fleurkens,
zaakvoerder van de LLTB afd. Ys
selsteyn mededeelde, zijn er van de
180 leden van de plaatselijke LLTB
afdeling 70 - 80, die met grote water
overlast zitten.
Lambert Coppus uit Horst verstek
laten gaan is te betreuren, maar- ook
verklaarbaar.
Petran Vermeulen blijkt het zeer
druk te hebben met verschillende
opdrachten en kon moeilijk tijd vin
den om een behoorlijke collectie sa
men te stellen. Trouwens hij heeft
een tentoonstelling in Venray gehad
en wil natuurlijk een volgende keer
met een heel nieuwe collectie ko
men. Hetzelfde is het geval met
Coppus uit Horst, die het met wand
schilderingen (Lunchroom Verheu
gen, kerk Wanssum) zo druk heeft
dat er geen tijd overschiet voor
schilderijen.
Wel hadden we werk van Wie
Claessens uit Leunen verwacht,
maar blijkens informatie wil die
wachten tot hij een aparte tentoon
stelling voor zichzelf in Venray kan
organiseren. Wat in het vat zit, ver
zuurt niet en we hebben dus nog
iets te wachten.
Ons persoonlijk spijt het zeer dat
de jonge Arcense kunstenaar Frans
Timmermans die hier onder de
oorlog gewerkt heeft niet acte de
presence geeft. Maar hij is op de
eerste plaats beeldhouwer en beel
den zien we zoals gezegd niet.
24 APRIL 3 MEI
Dit alles verhindert echter niet
dat we tevreden kunnen zijn met de
ze expositie. Verschillende Limburg
se kunstenaars van naam zijn hier
op immers vertegenwoordigd en we
krijgen van dinsdag 24 april tot en
met donderdag 3 mei a.s. van 2 tot
7 uur namiddag volop gelegenheid
hun werk te bezichtigen.
A.s. dinsdag om half 6 wordt de
tentoonstelling geopend door de
Burgemeester, nadat de criticus Ju
les Kockelkoren een inleiding heeft
gehouden.
Deelnemende landen
Engeland
Zweden
Zwitserland
België
Denemarken
Duitsland
Australië
Nederland
Aanvang 2 uur
Dinsdag werden 5 lijsten inge
diend met candidaten voor de ge
meenteraadsverkiezingen van 30 mei
a.s., t.w.:
Jenniskens, M. J. H., Ysselsteyn
van Dijck, M. A. H., Leunen
Emonts, M. J. J., Merselo
Fleurkens, M. A., Oostrum
van der Sterren, M. H., Oirlo
Steeghs, P. J., Castenray
Houben, P. J. M. J., Veulen
Maas, H. A., Heide
Litjens, P. J. A., Ysselsteyn
Reintjes, J. A. L., Leunen
Bruijsten, J. Th., Vredepeel
Volleberg, G. W., Oostrum
Versteegen, P. J. H., Oirlo
Willemsen, Th. G., Castenray
Cox, P. L., Veulen
Loonen, J. W., Heide
Geurts, M. J., Smakt.
de Bruijn, J. A. C., Hoenderstraat 16
Schols, G. H., Pr. Irenestraat 20
Ponjee, Beekweg 16
Peeters, M. H., Pr. Irenestraat 1
v. Valkengoed, H. A. Julianasingel 23
Jaegers, H. J., St. Odastraat 21
Franssen, W. J., Esdoornstraat 7
Arts geb. Verkoeijen, Hoenderstr. 21
Janssen, G., Pr. Bemhardstraat 74
Borghs, M. M., Burg. v. d. Loostr. 20
Nogarede, G. J. M., Reekgraafstr. 20
Schoester, P., Oostsingel 8
Vermeulen, M. H. H. A., Bergweg 1
Oudenhoven, J. H. C., Hoenderstr. 13
Rongen geb. Strijbos, M. H.,
Castenrayseweg 16, Oirlo
Janssen, F. P., Julianasingel 9
Colsen, J. K. M.. Langstraat 27
Rutten geb. Thielen, A. P., Eindstr.
Berkhout, J. W., Gussenstraat 10
Bartels, E. L. L. H., Hoebertweg 10
Tillemans, J. H. J., Eindstraat 2
Oosterbaan, W. M., Stationsweg 65
Horbach, A. A. C., Stationsweg 26
Receveur geb. Janssen, R. M. A.,
Stationsweg 2
Janssen, G. A., Kempweg 10
Kersten, J. H. H., Oostsingel 32
de Jong, S. J., Stationsweg 22
De lijst Jenniskens geeft kennelijk
de enige vertegenwoordiging van de
kerkdorpen. Ze is de samensmelting
van de oude lijsten 1 (van Dijck), 4
(Jenniskens) en 7 (v. d. Sterren). Een
oud ideaal is daarmee verwezenlijkt,
ook al omdat men terecht zo weinig
mogelijk stemmen verloren wil doen
gaan nu de grootste bevolkingsaan
was dus ook het grootste aantal
stemmen in het centrum te vin
den is.
Op de verkiesbare plaatsen vinden
we al de thans zittende raadsleden
terug, terwijl ook de vertegenwoor
diger van Oostrum nu weer hier te
vinden is in tegenstelling tot vroe
ger, toen wijlen de heer Derickx,
candidaat stond op de arbeiderslijst.
De Arbeiderslijst de Bruiin toont
ook in de „koplopers" de thans zit
tende raadsleden. Zoals al gezegd,
deze arbeiderslijst geeft alleen can
didaten uit het Centrum van Venray.
Een derde lijst brengt de heer
Vermeulen en Hans Oudenhoven,
terwijl Mevr. Rongen-Strijbosch uit
Oirlo als alleenstaande een unicum
vormt letterlijk en figuurlijk bij de
candidatenlijsten voor onze raad.
Tenslotte is er nog de oude lijst 5,
die ruimte geschapen heeft op een
verkiesbare plaats voor Mevr. Rut-
ten-Thielen. Een 2e dame dus die
een gok doet op een raadszetel.
Al met al is er weinig veranderd.
Alleen de lijst van Haaren ont
breekt, nu de heer Hub. Janssen zich
niet meer candidaat heeft gesteld.
En voor het overige nu maar dui
men op woensdag 30 mei a.s.
Tegenwoordig staan wij voor tex-
tielgeheimen, die wij als leken niet
meer kunnen ontraadselen. Gingen
onze grootmoeders of misschien zelfs
nog onze moeders vroeger doodge-
rust een lapje wollen of katoenen
stof kopen, nu vragen wij ons bij het
kopen van een lapje en trouwens ook
bij het aanschaffen van kleding af,
wat we nu eigenlijk in onze handen
krijgen. Want kunt u nog bepalen
wat voor kwaliteit u koopt? Kunt u
voelen: dit is graslinnen, dit is zij
de of wol? Het is bijna onmogelijk
geworden nog met enige zekerheid
vast te stellen welke kwaliteit stof
u in uw handen hebt.
De enorme verscheidenheid en de
steeds weer nieuwe „vervolmakin
gen" brengen zo'n verwarring dat
men zich werkelijk soms afvraagt
heb ik me bekocht aan dit lapje of
niet?". Want op de prijs afgaan voor
de kwaliteit der stof is natuurlijk
niet de methode. Maar waarop dan
wel? Op het etiketje dat eventueel
aan de stof of confectiekleding
hangt? Dit etiketje vertelt u vaak
niet voldoende of het bevat een mis
leidende „stofuitleg". Want bij het
kaartje „wol" blijft de vraag bestaan
hoeveel procent wol er in de textiel
verwerkt is.
Het verschil tussen zuiver wollen
stof en een lapje waarin slechts één
draadje schapevacht is verwerkt,
voelt u natuurlijk al gauw. Maar
met de verwerking van de syntheti
sche vezels tegenwoordig is het on
doenlijk geworden nog te „voelen"
welke kwaliteit stof u koopt. Er be
staan eenvoudige proeven om de
stof te testen. Wij proberen vaak,
een beetje stiekum, de stof op een
uiteinde te kreuken en haar zodoen
de te testen op kreukherstellend-
heid. Bij een lichte wrijving kunt
u ook zien of er eventueel veel „pap"
in het goed is verwerkt. Maar daar
blijft het dan wel bij. Het is voor
een gewone klant niet te doen om
met een vlammetje van een lucifer
een draad uit de stof te testen. Men
zou u al gauw de deur wijzen van
wege brandgevaar en bovendien
staat het nogal achterdochtig hoe
wel dit laatste niet ongegrond is.
Voor hen echter die het vak wil
len leren van textieldetaillist(e) be
staat er natuurlijk een opleidings
instituut waar men haarfijn de stof
fen leert testen op haar kwaliteiten
en op haar tekorten.
Daar is de brandproef natuurlijk
aan de orde van de dag. Bovendien
kent men nog andere manieren om
de stoffen te testen, zo bijv. met de
nagel eenvoudig de stof uitpluizen
op al haar elementaire vezels met
een microscoop wordt er gewerkt en
tenslotte met chemische methodes
waarbij de stoffen getest worden
in speciale vloeistoffen.
De opleiding echter op een der
gelijk instituut kan niet door alle
Nederlandse huisvrouwen, die zelf
stoffen moeten kiezen, worden ge
volgd. Slechts zij die hun leven in
het textiel willen slijten, op een
andere manier dan waarop wij het
allemaal doen, zien letterlijk brood
in deze opleiding. Voor ons arme
huisvrouwen echter de taak om te
kiezen uit de veelsoortige stoffen
zonder al te veel kennis van zaken.
Nylon, draion, yersey, coton-satin
of gewoon katoen-satijn, corduroy,
tweed en noemt u ze maar op. Er uit
wijs worden lukt niet erg meer. Een
stof die er eerst bijzonder aantrek
kelijk uitzag herkent u na een sop
je of regenbui niet meer. Hoe houdt
de stof zich bij het dragen, bij was
sen, stomen, in het zonlicht? We
vragen het ons vaak af wanneer we
door een beeldig jurkje of door een
dessin worden verleid tot kopen.
En zoals gezegd, de etikettering is
vaak niet voldoende of misleidend.
De mensen uit het vak, de inkopers
van stoffenmagazijnen en confectie
bedrijven, eisen soms dat de samen
stelling van een stof vermeld staat
op het monster waarop ze de par
tijen textiel bestellen.
Deze vermelding zou echter ook
voor de klant een uitkomst zijn.
Etiketten waarop niet heel neu
traal staat: wol of draion of coton,
maar waarop omschreven staat de
samenstelling van het goed. Dat de
stof moet beantwoorden aan de ge
gevens op het etiket spreekt voor
zich. Toezicht van de overheid is
hier dan ook weer een vereiste.
Zoals nu de boter, het vlees en
ander artikelen gekeurd worden en
onder toezicht staan van de Keu
ringsdienst van Waren, zo moet er
ook voor het textiel een algemene
controledienst worden opgericht ter
bescherming van ons, ondeskundige
lapjeskoopsters, die niet meer weten
waar we aan toe zijn met al die ver
leidelijk uitziende stoffen. En dat er
een dergelijk instituut zal komen in
de toekomst, dat staat wel vast. De
fabrikanten van synthetische vezels
staan hier volkomen achter. Voor
deze industriëlen is het een erezaak
wanneer blijkt dat het etiketje aan
hun stof waarheidsgetrouw is en
hun naam de kwaliteit garandeert.
Daarom kan er niet genoeg gepleit
worden voor etikettering van stof
fen en confectiekleding, die nu al
wel, maar niet volledig bestaat. Ook
al heet het dat de mens bedrogen
wil worden, bij het kopen van tex
tiel hebben wij nog nooit iemand ho
ren verzuchten: „Ik wou maar dat
die stof nu eens fijn tegenviel!"