VEHRAYSE GROND wckdt kóitiaakdek 'T WERD WER Catnaual BIBLIOTEEK VENRAY ïlieuiue fiostóck, ie Castenray M>nd en klauutzui Vrijdag 16 februari 1962 No.' 7 Drie en tachtigste jaargang PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN JSSfSSTSSS ABONNEMENT» Venray 1.75) In de laatste raadsvergadering is naar aanleiding van grondaan kopen door de gemeente aan de Hoenderstraat en Hagelweg de vraag gesteld, waar het feitelijk wel naar toe gaat met de prijs van de bouwgrond in ons dierbaar Venray. Inderdaad is de prijs, die daar de gemeente aanbood, heel wat hoger dan die welke men 1015 jaren geleden bood, toen de gemeente voor het eerst grond voor woningbouw nodig had. Toen sloeg men op het gemeente huis van schrik achterover als een grondeigenaar voor een stuk, prak tisch midden in de kom van Venray, aan een bestaande weg, 0,75 per m2 durfde vragen. Dat was iets on gehoords en men deed de zaak sim pel af dat voor een dergelijke „stie- ve pries" geen andere oplossing was dan onteigening De tijd is nog niet zo lang achter ons, dat men aan de „villa-straat" van Venray, de Julianasingel 5, per m2 moest betalen (voor het eer ste gedeelte wel te verstaan) en dat men toen stelde, dat niemand grond voor zo'n schandalig dure prijs kon kopen, dan kapitalisten Twee tegenstellingen, die in feite helemaal geen tegenstellingen zijn. Alleen een kwestie van instelling. En dat maakt de zaak soms moeilijk. Toen de gemeente als een taak op gedragen kreeg voor woningen te zorgen, had zij er alle belang bij, terwille van de toekomstige huur ders van die woningen, de kostprijs zo laag mogelijk te houden. Een van de onderdelen van die kostprijs, is wat men betalen moest voor de grond Dat speelde des te meer, toen de rijke overheid de aanleg van trot toirs, wegen, riolering en openbaar groen, mede ingekalculeerd wenste te zien in de grondprijzen, voorheen had deze immers een deel van die kosten voor haar rekening genomen. De grondeigenaren vroegen zich in die tijd wel eens af, of zij nu ten behoeve van die huurders en ten be hoeve van de gehele gemeenschap nu maar het hele gelag moesten be talen. Of niet op hun rekening een voordelige huurprijs voor anderen geschoven werd. Maar er waren moeilijk vergelijkbare normen te vinden. Landbouwgrond en cultuur grond kende een prijsvaststelling van de grondkamer, de grote run op de bossen was nog niet begonnen en de meeste gemeenten in deze buurt volgden t.a.v. de andere gronden dezelfde „goedkope" grondpolitiek als Venray. De grondprijs in deze contreien bleef dus laag, zeker als men die vergelijkt met plaatsen van dezelf de grootte in het Hollandse, waar, mede door de trek uit de grote ste den naar buiten, de grondprijzen reeds belangrijk gestegen waren of, stegen. De klachten dat een vierkante me ter vloerbedekking in de nieuwe huizen die toch maar een x aan tal jaren meegaat, duurder was dan de prijs voor een vierkante meter grond, waarop het huis ge bouwd is, kwamen al langer hoe meer Maar ook kwamen particuliere bouwers mee naar voren, die bereid bleken meer voor bouwgrond te be talen dan tot dusver officieel gebo den was. Deze mensen hadden ge woonlijk iets meer kapitaal ter be schikking, maar redeneerden ge woonlijk ook heel zakelijk dat bij de steeds maar toenemende vraag naar woningen de grondprijzen automa tisch zouden stijgen, ondanks alle dammen, die men in de opkomende vloed probeerde op te werpen. Die paar gulden meer, zo was hun rede natie, komen er op de lange duur zeker uit en maken in feite op de bouwsom niets of heel weinig uit. Toen de eerste bres in de (te) lage grondprijs barrière geschoten was, moest ook langzaam maar zeker de plaatselijke overheid mee. Men mocht het dan minder ole- zierig vinden dat bijv. in plan Zuid de grondprijs, na incalculatie van alle hierboven genoemde factoren, voor de koper tussen de 11,en 15,lag, feit was, dat daarmede enigermate de vroegere grondprijs gecorrigeerd werd. De invloed van een vrije markt deed zich gaandeweg gelden. Aan deze vrije markt moest ook eniger mate Stichting Taxaties zich hóu den, die werd opgericht toen de 'overheid haar taxaties aan de ge meente zelf overliet. Door deze stichting kreeg men gelukkig een beter overzicht van wat elders voor bepaalde stukken grond geboden werd. Deze taxatiecommissie bestrijkt immers een zeer groot gebied (voor de vlotte afwerking van een en an der zelfs te groot) en kan dus vrij goed gemiddelde normen vaststellen, die over haar gehele werkgebied gelden. Voorkomen wordt daarmede al dat bijv. in Venray 'n stuk bouw grond goedkoper aangetrokken wordt dan een zelfde stuk, onder de zelfde omstandigheden, als bijv. in Roermond Men heeft dus op dit moment, nu de realisatie van uitbreidingsplannen als het Desselke en West 1 aan de órde komen een heel wat reeëler aanbod kunnen doen, dan in het verleden. En men krijgt niet bepaald het idee dat de gemeente een te schriele partner is, die uitgeknepen prijzen biedt. Dat men zich van de andere kant afvraagt waar dit heen moet, is lo gisch. Zo vragen zich onze land bouwers af, wat hiervan de invloed zal zijn op de landbouwgrond, die bijv. al achter gebleven is bij de prijzen, die voor woeste- of bos grond wordt betaaldWant ook landbouwgrond en cultuurgrond worden al langer hoe meer betrok ken bij de uitbreidingen. Anderen vragen zich af, hoe hoog de huren wel zullen komen liggen voor de woningwetwoningen, die toch ook op deze kostbaardere bouwgrond gesticht zullen worden en die bovendien de kosten voor straat- en trottoiraanleg, riolering, waterleiding e.d. ook nog daarbij moeten tellen. Men dringt al aan om toch in de nieuwe uitbreidingsplannen de ste- debouwkundige opvattingen van het scheppen van meer ruimte wat in te perken. Want ook die ruimte kost immers geld Het is geen specifiek Venrays pro bleem. Integendeel zelfs, we doen hier nog betrekkelijk kalm aan, als men vergelijkt met wat op andere plaatsen op dit gebied al te zien is gegeven. Maar we leven in een tijd van „landhonger". Overheid en par ticulieren moeten ruimte hebben voor woningbouw en voor vele an dere voorzieningen. Niet alleen moet veel, wat onder de oorlog is blijven liggen ingehaald worden, niet alleen moeten verwoestingen hersteld en verbeterd worden, maar ons steeds maar groeiende bevolking stelt ook. zijn eisen. Zwaardere eisen, omdat sociale en maatschappelijke factoren veranderd en uitgebreid ziin en ook daarmede moet voldoende rekening worden gehouden. Hiervoor zijn enorme oppervlak ten grond nodig en zelfs een leek weet dat bijv. waardeloze grond, waarop men vroeger van pure ar moede bossen heeft gezet, tegen woordig voor goud-geld weggaan. Men hoeft maar enkele grote kran ten open te slaan om de advertenties te zien, waarin gronden te koop ge vraagd worden of te koop worden aangeboden. De behoefte is schijnbaar wel het grootst in de randstad Holland, maar als het daar regent, druppelt het hier en we blijven de reactie voelen. Men zegt dat de laatste tien jaren de grondkosten naar verhouding driemaal zo hoog zijn geworden als de bouwkosten. Of dit klopt is moeilik te achterhalen, maar zeker is dat de minister de ont wikkeling dermate verontrustend vindt dat er een aparte commissie in het leven is geroepen, die de grondprijzen maar eens moet be kijken en die richtlijnen op moet stellen om die prijzen in de hand te houden. De kogel is dan door de kerk, de Piëlhazen hebben een Prins Carna val, welke zware taak dit jaar Ben Schim van der Loeff op zijn schou ders heeft genomen. In de plechtige zitting van Circus Mök zijn hem de versierselen, aan dit hoge ambt ver bonden, om de schouders gehangen en op het doorluchtig hoofd gezet en het „spul" kan dus beginnen. Zo hij nog niet wist wat er in zijn rijk allemaal voor problemen zijn op te lossen, dan heeft hij dat nog eens overduidelijk gehoord uit de redevoeringen van de Brand weerman, Handrie de werkman, den Urgeldrejer (die we dit keer niet vergeten), Gradje uut Oostrum e natuurlijk Mathies. Prima „buuts' die bewijzen dat we langzaam maar zeker ook in dat vak uitstekende krachten in Venray krijgen. Trou wens ook de muzikale omlijsting: 2 zingende Piëlheskes, het dames-hof- koor, Thej Budinger en de onvolpre zen Hofkapel maakten van deze zit ting een genoeglijk geheel, waarbij o.i. het beste bier zijn rol ook dub bel en dwars heeft gespeeld. Maar goed, hij is er dan de nieuwe Prins, die gelukkig wat assistentie krijgt in onze uitgestrekte gemeente van liefst 7 prinsen op de kerkdorpen, die in zijn naam daar de leiding van het vastelaovendgebeuren op zich nemen. Ja dat vastelaovend-gebeuren. We komen al langer hoe dichter bij die eerste zondag van maart en in ver schillende etalages kondigt dit groot gebeuren zich aan. Maar ook nog in een drietal bals, die we graag even noemen. Dat is dan zondag het nar renbal, in beide zalen, waarbij de Prins in Prinsenhof is, maandag het Vorstenbal (alleen in Wilhelmina) en dan de laatste zondag nog het Prin senbal ook weer in beide zalen. VORSTENBAL Nog een enkel woord over het Vorstenbal. Vorst Karei nodigt op dit bal al die vaders en moeders, die gewoonlijk niet naar andere bals kunnen omdat ze thuis met kleinen zitten of liever de jeugd de voor rang geven. Speciaal op een maan dagavond, als de jeugd dus niets op haar programma heeft staan en best eens een avond thuis kan blij ven, worden de gehuwden in zaal Wilhelmina verwacht om daar ge zamenlijk onder elkaar eens een prettige vastelaovend te vieren. De ouderen moeten er laten zien, dat zè het ook nog kunnen. Daarom de kleerkast maar eens overhoop ge haald en maar eens wat spullen bij een gezocht, het zal er best gezellig worden. Dat was in het verleden ook het geval, maar er moeten meer mensen aan deelnemen. Dat bal is er speciaal voor ingesteld. Spreek daar om met vrienden en kennissen af, dat men maandag ook van de partij zal zijn. OPTOCHT Tenslotte nog een enkel woord over de optocht. Het wordt zo zoet jes aan tijd, dat de optochtcommissie die zondagsmorgens in de Zwaan zitting heeft handen tekort komt om aanmeldingen te noteren en advie zen te geven. Denkt er aan dat Ven rays vastelaovendviering staat en valt met een goede optocht. Een op tocht, waarin niet alleen leuke wa gens, maar ook aardige groepen moeten zijn. Laat niet anderen al het werk opknappen, maar doe zelf ook mee. Help mee, neem actief deel, dan komen'er van zelf ideeën, dan komt er vanzelf plezier, en dan zit er vanzelf muziek in. Dit laatste is het motief van deze optocht: Er zit muziek in. Laat dat ook zitten in de tijd van voorbereiding en laat iedereen op zijn eigen plaats zijn steentje bijdragen tot het welslagen van dit volksfeest. NIEUWE AANWINSTEN VAN DE R.K. OPENBARE LEESZAAL EN JEUGDBOEKEN H. Barnard. Torentje torentje val niet om. E. Chapman. Marmaduk en Jan. B. Bruyn Ouwehand. De school meester van Nunspeet. W. Matthiesen. Het geheim van de rode U. P. Nörgaard. Leontien. P. Nörgaard. Leontien wint de prijs. V. Wahlsted. Kom terug Jack. C. Brink. Een ongeluk komt nooit alleen. A. Hildebrand. Harry en Kwartje in de ruimte. A. Hildebrand. Soebkad en de ju welenschat. F. Meisnitzer. Johomrai en de hei lige olifant. F. Meisnitzer. De spookwolf. N. Basenau-Goumans. Het oude huis. C. van den Berg-Akkérman. En toch werd het zo. A. van Gelder-Malsen. :t Kan ver keren. A. de Greeve. Wanda wint de wonderreis. G. Hartl. Kleine hart grote wereld, K. de Leeuw. Anita. P. Ruys. Steven Berger en de drie schatgravers. M. Vendelier. Big Bas in Arizona B. Douwes en J. Nowee. In sprookjesland. K. Houtman. Einstein. C. Pels. Van boom tot krant. L. Smulders. Sprookjes van lang geleden. ROMANS I. Andric. De hellehof. H. de Beaufort. Dolly van Arn hem. W. Berthold. Moordbrigade Dirle- wanger. F. Bordewijk. Tijding van ver. W. Corsari. Kinderen en minnaars. A. Gilbert. Lijak no. 2. A. Matti. Vingerafdrukken van God. L. Metz. Het geslacht Hyoens. A. Oosterbroek. De drie linden. T. Pulles. Start. A. Turnbull. De nachtegaal. M. Wertheim. De laatste levano. STUDIEBOEKEN H. Breuil. Het stenen tijdperk. H. Hooftman. Alles over straalver- keersvliegtuigen. R. Kwant. De wijsbegeerte van Karl. Marx. W. Speiser. China. Teresia van Lisieux. Werken. C. Trimbos. Gehuwd en onge huwd. C. Wright. De bijbel ontdekt ii aarde en steen. J.l. dinsdag 6 febr. kwam totaal onverwacht het bericht dat Pastoor A. Geurts Castenray gaat verlaten om het pastoraat in Afferden te gaan waarnemen. Deze benoeming van Mgr. Moors kwam geheel on verwacht en men werd er in Cas tenray wel een beetje stil van. Pastoor Geurts heeft namelijk in de 9 jaren dat hij in Castenray pas toor was de harten van de aan hem toevertouwde gelovigen wel gewon nen. Dat bleek wel in 1958 toen Castenray zijn zilveren priesterfeest groots heeft gevierd en hem o.a. als feestcadeau enkele nieuwe kerkra men aanbood. Die goede vex'stand- houding is in de daarop volgende jaren alleen nog maar beter en in niger geworden. Er gebeurde in Cas tenray niet bar veel, waar men niet eerst de mening van Pastoor over vroeg, niet omdat die zijn neus over al in wou steken, maar omdat men zijn oordeel op prijs wist te stellen en wist dat zijn mening wel gefun deerd en ter zake kundig was. Men heeft hem leren waarderen als een goede herder, die voor zijn mensen immer klaar stond, als een goed ad viseur in een bloeiend verenigings leven, kortom als priester en mens die in de gemeenschap van Casten ray veel goeds heeft kunnen doen. Pastoor Geurts is in 1906 in Geyste- ren geboren. Na zijn priesterwijding 1933 was hij eerst 3 jaren kape laan in Meerlo en vervolgens 9 jaren op de Reuver. In 1945 werd hij rec tor op de Smakt en in 1947 pastoor in Broekhuizen. Vanuit Broekhuizen kwam hij in 1953 naar Castenray, waar hij thans afscheid moet nemen voor het pastoraat in Afferden. ZIJN OPVOLGER is een Venrayer van geboorte name lijk pastoor G. Litjens die in 1911 in Leunen het levenslicht zag. Na zijn studies in Sittard en Rolduc werd pastoor Litjens in 1938 priester ge wijd, waarna hij tot kapelaan werd benoemd in Baarlo. Na 4 jaren kwam hij als kapelaan in Sevenum, waar hij dus bijna 20 ja ren werkzaam is geweest. Hij heeft daar veel gedaan voor het jeugd werk, dat altijd zijn bijzondere lief de had, is een grote promotor ge weest van de H. Familie en was de geestelijk adviseur van alle vrou wenverenigingen, die Sevenum kent. Men heeft de nieuwe pastoor daar leren kennen als een zeer behulp zaam priester, die men deze promo tie gaarne gunt. Hij van zijn kant verlaat Sevenum niet graag, waar immers zo'n groot deel van zijn priesterleven ligt. Van de andere kant komt hij natuurlijk graag naar zijn geboorteplaats terug, die hem nog altijd dierbaar is. Door omstandigheden is boven staand artikel slechts in een deel van vorige week verschenen. We menen er goed aan te doen in dit nummer het in zijn geheel te her plaatsen. 1061 (K4780) GEVOLGEN KUNNEN LANG DOORWERKEN De gevreesde ziekte mond- klauwzeer heeft sinds een drietal maanden een groot deel van het Ne derlandse boerenbedrijf in haar ban. Ook Venray heeft zijn tol moeten betalen. Van de 46 Limburgse be drijven die vorige week als be smet geregistreerd stonden, waren er liefst 23 uit Venray. Honderden varkens zijn al het slachtoffer geworden van deze ziekte, die ook de koeien, schapen en geiten bedreigt. Dit zijn de dieren die schadelijke gevolgen van do kwaal ondervinden. Andere dieren kunnen er wel door worden be smet en de besmetting overbren gen maar hebben er geen last van. De strijd tegen het mond- klauwzeer wordt al jaren intensief gevoerd. Deze nieuwe epidemie kwam dan ook als een verrassing. In de loop van 1961 zag het er naar uit, dat de vee-artsenijkundige dienst een flink succes had geboekt, Het Staatsblad gaf begin november aan, dat er op dat moment slechts zes gevallen van mond- en klauw zeer voorkwamen. Hoe sterk de nieuwe opleving is, blijkt wel uit de cijfers voor begin januari van dit jaar. Toen waren al sinds november negenduizend besmette varkens, bij na zevenhonderd runderen, 230 schapen en enkele geiten geslacht. Deze epidemie is naar alle waar schijnlijkheid ontstaan door de clan destiene invoer van besmette biggen uit Duitsland. Daarna heeft de ziek te zich snel verspreid Dat is niet zo verwonderlijk, want de kwaal is ui terst besmettelijk. Mond- en klauw zeer wordt veroorzaakt door een virus, een voor de wetenschapsmen sen nog altijd tamelijk raadselachtig en minuscuul stukje natuur. MILJOENSTE VAN EEN MILLIMETER En virus is niet hetzelfde als een bacterie. Een bacterie of bacil is een levend iets, zoals een plant of epn dier. Maar de geleerden hebben nog niet kunnen uitmaken of men de virussen ook tot de levende soort voortbrengselen van moeder natuur moet rekenen. Er zijn talrijke soor ten, die naar haar onderlinge aaz-d sterk kunnen verschillen. Soms ge lijkt het virus op een scheikundig fenomeen voor wat de structurele opbouw betreft, soms gedraagt het zich als een levende stof. Eén ding is wel vastgesteld: een virus is voor het allergrootste deel opgebouwd uit een eiwitachtige stof. En dat is al heel wat om te weten, „gezien" het feit, dat zo'n virus soms niet groter is dan een miljoenste deel van een millimeter, zodat het zelfs onder de microscoop nauwelijks of helemaal niet zichtbaar wordt. LIFT De besmetting van mond- en klauwzeer ontstaat door overbren ging van het virus. Voor dit trans port maakt het virus van alle gebo den mogelijkheden met gretigheid gebruik. Niets is te goed of te slecht. Het komt veel voor, dat de ziekte wordt verspreid door mensen, die beroepshalve boerderijen moeten bezoeken, zoals keurmeesters en veehandelaren. Van de zijde van de Gezondheidsdienst werd ons verze kerd, dat mensen geen enkele hin der van de ziekte ondervinden. Het menselijk lichaam heeft voldoende afweerstoffen om het virus direct onschadelijk te maken. Toch kan het soms wel eens voorkomen, dat iemand zich gevoelt alsof hij een licht griepje heeft. Maar dat zijn grote uitzonderingen. Ook dieren honden en katten kunnen het mond- en klauwzeer- vinus een lift geven van de ene boerderij naar de andere. Een ander middel is de veewagen van de han delaar, als daarin besmette dieren vervoerd zijn. Wordt de wagen niet ontsmet, dan zal ieder gezond dier, dat daarna in de wagen wordt ver voerd, onvermijdelijk worden aan getast. BLIJVEND NADEEL De dieren, die door het mond- en klauwzeer-virus zijn aangetast kun nen allerlei ziekteverschijnselen ver tonen. Er treedt vrij hoge koorts op, terwijl in de bek en op de poten al lerlei zweren opkomen. De zweren kunnen zo ernstig doorwerken, dal de klauwen afvallen. Meestal blijven de dieren, ook na genezing, kreupel. ij koeien treedt meestal ook een "uierinfectie op, die zich manifesteert in blaren aan de spenen van de uier. Deze infectie benadeelt de melkpro- duktie of zet deze zelfs geheel stil. Dit is ook al een blijvend verschijn sel. Omdat de ziekte blijvend nadeel veroorzaakt worden de besmette dieren meestal zo snel mogelijk ge slacht, ook al om verdere besmet ting te voorkomen. Dit betekent voor de boer vanzelfsprekend een grote schadepost, ook al krijgt hij voor het dier een flink bedrag terug van het rijk. Dit bedrag is echter nooit voldoende om bijvoorbeeld de schade te vergoeden, welke de boer lijdt door het wegvallen van een goede melkkoe. De geslachte dieren worden gesteriliseerd. Het vlees wordt na enige tijd aan de consu ment aangeboden. Er staat dan dui delijk bij, dat het van besmet vee afkomstig is. BESTRIJDING In de laboratoria van de vee- artsenijkundige dienst is al in 1940 een entstof ontwikkeld tegen het mond- en klauwzeer. Men maakte daarbij dankbaar gebruik van een vinding in Duitsland. Duitsland had het idee ontwikkeld in samenwer king met Denemarken. De entstof, die door de Nederlanse veeartsenij- kundige dienst in het Amsterdamse researchcentrum is ontwikkeld, werkt volgens het aanwakkerings principe. Het is geen geneesmiddel tegen mond- en klauwzeer, maar als het ware een opwekkingsmiddel, dat de natuurlijke afweerstoffen in het lichaam sterk stimuleert. Het groot ste deel van de Nederlandse runder stapel is ingeënt. Men heeft de ent stof echter nooit op varkens toege past. Bij deze dieren schijnt zij niet veel te helpen. Veel van het goede, dat de ent stof bij runderen kan doen, wordt echter teniet gedaan door onacht zaamheid op het boerenbedrijf. Niet voor niets heeft de regering een ver- voersverbod voor varkens ingesteld dat nog wel enige tijd zal duren. Hoeveel boeren ook hun bedrijf ontsmetten, er blijven er altijd en kelen, die er niet toe overgaan en Gods water maar over Gods akker laten lopen. Hun bedrijf kan dan een haard worden, waaruit de ziek te zich opnieuw over de omgeving verspreid. Dat dbk zij bij die bestrij ding helpen is van het allergrootste belang. VIJF GEBODEN VOOR DE VEEHOUDER 1. Isoleer uw bedrijf. 2. Laat geen merkers en kooplui in varkenshokken. 3. Besef, dat elk vervoer gevaarlijk is. 4. Zorg voor aanwezigheid van ont- smettingsloog. 5. Gebruik het!!! MOEILIJKHEDEN De boeren klagen. Ze kunnen met hun zeugen niet naar de beer, ze kunnen geen biggen ver- of aanko pen. Voor het eerste geval kan de plaatselijke bureauhouder verlof ge ven, mits de aanvrager minstens 5 km vanaf een besmette plaats woont. Maar als men bedenkt dat deze week in Leunen nog 5, in Oostrum nog 7, in Oirlo nog 4, in Ysselsteyn nog 3 en in Venray-Heide, Vrede- peel en Castenray nog elk 1 besmet bedrijf stonden geregistreerd, dan wordt dat toch wel zeer moeilijk. Voor aan- of verkoop moet de vee arts de biggen eerst keuren. NIEUWS UIT VENRAY EN OMGEVING Zondagsdienst huisartsen Van zaterdagmiddag 12 uur tot zon dagnacht 2 uur. Dr. W. J. A. BLOEMEN Stationsweg 15 Telefoon 1465 Uitsluitend voor spoedgevallen ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS Zr. J. Janssen Leunen tel. 1361 Albionstraat 15 GROENE KRUIS Donderdag a.s.: Zuigelingen-bureau voor de Kom. ZIEKENAUTO bel 04780-1592 b.g.g. 2116 ONDERLINGE SPIEGELGLASVERZEKERING De kas van de Onderlinge Spie gelglasverzekering zal er wel bü va ren dat er voor de boeteplichtige jaarvergadering zo weinig belang stelling bestond. Uit de jaarstukken bleek dat er toch wel enige ruiten per jaar sneu velen, die echter vlot en coulant door nieuwe worden vervangen, zonder dat dit de betrokkenen ka pitalen kost. De heer Poels, die ja renlang in het bestuur van deze on derlinge verzekering zo'n grote rol heeft gespeeld keerde niet meer te rug en in zijn plaats werd de heer Rooyackers gekozen. De premie blijft op hetzelfde bedrag gehand haafd als in het verleden.

Peel en Maas | 1962 | | pagina 1