Gehuwde vrouw en
de belasting
Over de Vredepeel
Geestelijk artikel
Overpeinzingen
Denk aan de nieuwe verkeers
regeling op 1 november a.s.
Assurantiekantoor
VENRAY /éc
JULIANASINGEL 41
Vrijdag 27 oktober 1961 No. 43
Twee en tachtigste jaargang
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF NV. VENRAY WFFFUT AH VOOR VRNRAY FN OMSTRFKPN ADVERTENTIEPRIJS 8 cl per mm ABONNEMENTS-
GROTESTRAAT 28 POSTBUS! TEL. 1512 GIRO 1050652 V* UUILULriU v W WIV V LilIIVM 1 L*il\ UIVIO 1 IVLtlYLrll PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (buiten Venray f 1.75)
De nieuwe voorstellen van de re
gering ter verlichting van de fisca
le positie der gehuwde vrouw zijn
over 't algemeen gunstig ontvangen.
Een derde van het arbeidsinko
men der gehuwde vrouw zal in het
algemeen belastingvrij worden ge
laten met een minimum van 500
en een maximum van 2.000 per
jaar. Deze regeling zal in het jaar
1962 in werking treden, waarbij ook
gedacht is aan de vrouwen, die in
de onderneming van haar man wer
ken.
Het inkomen, dat zij verdienen,
wordt in het algemeen fictief op
f 2.250 gesteld, zodat zij over 750
daarvan geen inkomstenbelasting
behoeven te betalen.
Slechts in uitzonderingsgevallen
zal de aftrek lager kunnen wor
den gesteld, terwijl naar mag wor
den aangenomen dat de inspectie al
spoedig accoord zal gaan met die
aftrek van 750.
Vergelijken wij deze nieuwe voor
stellen met hetgeen in het verleden
al in wetsontwerpen werd neerge
legd, dan valt ons op dat nu een
ruimer standpunt is ingenomen en
dat deze regeling ook veel doelma
tiger is.
Voor de Nederlandse economie èn
voor de werkende gehuwde vrouw
is het te hopen dat zij spoedig
wordt ingevoerd.
DE EERSTE DIE MET EEN
VOORSTEL KWAM
Oud-minister Hofstra wilde in
1958 een regeling invoeren waarbij
voor gehuwde vrouwen een aftrek
werd verleend van maximaal 624
per jaar, uitgaande van 3 per dag
wanneer de gehuwde vrouw ten
minste vier uur achtereen werk
zaamheden zou hebben verricht.
Ten eerste was deze regeling
praktisch niet uitvoerbaar, want hoe
zou men in de praktijk kunnen na
gaan wanneer er vier uren achter
een werd gewerkt?
En wanneer dan aan de voorwaar
den was voldaan, bedroeg de aftrek
nog maar 3 per dag.
Deze regeling liep op niets uit.
Hoewel over 't algemeen de arbeid
apuqej ui mhoja apAvnqag ap uba
en atelier niet moet worden toe
gejuicht, vraagt de arbeidsmarkt
dringend om inschakeling van meer
gehuwde vrouwen. Maar afgezien
daarvan, werken reeds jaar en dag
echtgenoten van kleine zelfstandi
gen in hun winkels en bedrijven.
Dit bracht minister Zijlstra er toe,
het bedrag van de maximum aftrek
in 1960 reeds op 1.000 voor te stel
len. Nu wordt het maximum 2.000.
Dit is aanvaardbaar, omdat deze
som als tegenwicht kan dienen voor
de kosten van huishoudelijke hulp
wanneer een vrouw een volle dag
taak heeft in het arbeidsproces.
HET BEGIN IS ER
Royaal is de regeling niet, want
een vrouw moet nog 6.000 verdie
nen om de maximum-aftrek te krij
gen. Mogelijk kan in de toekomst
nog een verdergaande concessie
worden tegemoet gezien, wanneer
blijkt, dat de fiscale verlichting in
derdaad succes heeft door een gro
tere toeloop van gehuwde vrouwe
lijke arbeidskrachten. Dan zullen er
tevens nog termen gevonden kun
nen worden om het minimum van
500 op te trekken naar 1.000.
Maar er moeten ook nog wensen
blijven!
Duiken we even in de praktische
toepassing, dan blijkt het dat de
nieuwe wet een aanzienlijke be
sparing kan brengen. Een echt
paar, dat tot heden samen 4.500
verdient, betaalt nu 380 in
komstenbelasting als het geen
kinderen heeft. Wanneer de
vrouw van dit inkomen 900 voor
haar rekening neemt, zullen zij
samen voortaan 83 belasting
kunnen sparen. Dat is een korting
van ruim 20%>!
Een zelfstandige met twee kinde
ren, waarvan de vrouw in de zaak
werkt, betaalt nu van een zuiver in
komen van 7.500, een bedrag van
647 aan belasting.
Na invoering van de aftrek-rege
ling behoeft deze man nog 514 aan
de staat over te dragen. De vermin
dering bedraagt 133 of ruim 20°/o!
AANZIENLIJKE VERLICHTING
De gegeven voorbeelden tonen
aan, dat hier voor zelfstandigen 'n
aanzienlijke verlichting van belas
tingdruk wordt gebracht.
Deze verlichting is niet alleen al
jaren nodig geweest, maar o.i. ook
noodzakelijk om de economische
weerbaarheid van vele dragers van
eigen-risico te versterken tegen
over de groeiende kracht van het
grootbedrijf.
De regering heeft afgezien van 'n
vermindering op basis van gemaak
te kosten voor huishoudelijke hulp.
Daarover behoeft echter niet ge
treurd te worden. Het brengt op
zijn minst weer veel controlewerk
zaamheden met zich.
De grondgedachte van de in
komstenbelasting, dat de draag
kracht van een echtpaar wordt be
paald door het gezamenlijke inko
men van de huwelijkspartners, is
niet verlaten.
De juridische zelfstandigheid van
de gehuwde vrouw wordt fiscaal
nog niet erkend. Op de duur zal
stellig wel meer in die richting wor
den gedacht, maar Rome is niet op
één dag gebouwd.
De betere regeling van de belas
tingheffing voor gehuwde vrouwen
wordt doorgetrokken naar het ter
rein van loonbelasting. Hier zien
wij, dat de heffing aan loonbelas
ting veel geringer is dan het uit
eindelijk te betalen bedrag.
Menig echtpaar heeft al met een
zuur gezicht een definitieve aanslag
inkomstenbelasting voldaan, waar
op niet meer gerekend was.
GROEIEND LEGER WERK
WILLIGEN
Per 1 januari 1962 wil de staats
secretaris nu voor gehuwde vrou
wen een speciaal tarief invoeren
van 15°/o belasting bij wijze van
voorheffing, uiteraard nadat er re
kening is gehouden met aftrekpos
ten. Dit zal tot gevolg hebben, dat
nabetalingen nu voor 't grootste
deel achterwege kunnen blijven.
Door deze regeling zal het werken
van de gehuwde vrouw in veel bre
der kring aan populariteit kunnen
winnen, omdat dan gezegd zal kun
nen worden, dat hetgeen „schoon"
overblijft ook inderdaad verteer
baar is.
De regering zal er van uitgaan,
dat door de nieuwe regeling vele
duizenden aan het leger van ge
huwde vrouwen in het arbeidspro
ces zullen worden toegevoegd.
Van 1947 tot 1959 steeg dit leger
van 36.000 tot 86.000. Wij hopen, dat
de overheid in haar opzet zal sla
gen, maar wij pleiten voor een mis
lukking daarvan wanneer dit ten
koste zou moeten gaan van een
goede gang van zaken in vele ge
zinnen. Dat is het grote gevaar, ver
bonden aan de bevordering van de
arbeid der gehuwde vrouw buitens
huis.
De nieuwe belastingregeling voor
gehuwde vrouwen is een stap voor
uit naar gezonder toestanden in de
belastingheffing.
Laat de volksvertegenwoordiging
haar snel accepteren, dan kan zij bij
de algehele belastingherziening in
de toekomst de resultaten peilen. De
punten, die nog verbetering behoe
ven, kunnen dan worden herzien.
In de grote landelijke illustratie
Panorama, dat tegenwoordig veel
aandacht schenkt aan deze streek,
heeft het zoveelste verhaal gestaan
over de water-miserie in de Vrede
peel.
Afgezien van enkele onnauwkeu
righeden (want het was geen staats
secretaris, die de Vredepeel in ge
bruik stelde maar Z. Excellentie Mi
nister Mansholt himself) krijgt de
lezer in den lande het verhaal voor
geschoteld, dat ons blad en vele an
der bladen al tot in den treure we
reldkundig hebben gemaakt. Het
verhaal namelijk van het stinkende
drabbige peelwater, dat mens en
dier daar gebruiken moeten, wan
neer niet zuivelfabriek en militairen
hulp hadden geboden en nog dage
lijks hulp bieden. Men hoort weer
het verhaal van de flesjes met
„drop-water" die weken hebben
staan te stinken op de vensterbank
van het schoolgebouw als overtui
gend bewijs dat in letterlijk geen
enkel huis van de Vredepeel goed
water tet vinden is. Niet alleen goed
voor te drinken, maar zelfs ondeug
delijk om in te wassen of te spoe
len.
Inderdaad kan men sappige stuk
jes schrijven over het olievlies bo
ven op het water, over de de aan
slag, die het nalaat in potten en
pannen, over de viezigheid, die men
er in ziet zweven en zo meer. We
kennen ze al tot in den treure en
wat erger is, de bewoners van de
Vredepeel zitten er nog dagelijks
mee opgescheept. Men heeft geluk
kig zij het dan met kosten en
moeiten goed water, zolang de
militairen zo bereidwillig zijn een
tankwagen te plaatsen en de zui
velfabriek de melkbussen met goed
water gevuld retour levertMen
heeft de moed intussen opgegeven,
dat het nog ooit anders wordt, of
worden zal.
Men weet er alles van wat het be
tekent ergens achter in de wereld
neergezet te worden in een zgn.
nieuwe ontginning. Vergat men in
de oude ontginningen, nog wel eens
een behoorlijke weg aan te leggen,
hier vergat men het water. Bij de
miljoenen die de Vredepeel-ontgin-
ning kostte kon het bedrag voor
waterleiding niet af. Dat kon wel
voor het vliegveld, want als daar
rot-water geweest was zou de Mi
nister waarschijnlijk openlijk in de
Kamer geïnterpelleerd zijn en zou
het een schandaal van jewelste ge
geven hebben. Nu zijn 't maar bra
ve boeren, die rustig dagelijks naar
de tankwagen wandelen en wier
vrouwen bij het vele ongemak deze
water-ellende wel op de koop toe
nemen.
Minister Mansholt zei bij de plech
tige ingebruikstelling, toen men hem
zo'n bakje onder zijn neus hield,
dat het een openbaar schandaal was
en dat dat moest veranderen. Minis
ter Mansholt vertrok met geschen
ken overladen en het water bleef
brak.
O, er zijn nog meer Excellenties
geweest, die 't verschrikkelijk naar
vonden daar in die Peel. Dat was
Minister Klompé, die niet gedacht
had, dat zulks in deze beschaafde
wereld nog mogelijk was. En staats
secretaris Schmelzer, die men een
flesje water achterna bracht bij een
officieel bezoek aan Venray. „Ver
schrikkelijk" zei hij, en dat is in
tussen alweer anderhalf jaar gele
den.
Er hebben er meer verschrikkelijk
gezegd, zelfs onze minister-presi
dent, die op doortocht hier graag 'n
kijkje nam en neemt, want per slot
van rekening is het mede zijn werk
dat hier de zaak ontgonnen is. Maar
dat water
Leden van Ged. Staten, leden van
Provinciale Staten en andere hoog
heden zijn allemaal verschrikkelijk
overtuigd van de verschrikking van
dit water. Er is in de Staten een re
geling ontworpen met een hele lan
ge en ook een hele dure naam, maar
dat zou dan de redding brengen
Maar dat is ook al weer maanden
geleden.
De ambtelijke molens werken lang
zaam, zeer langzaam soms, en zeker
als ze met brave boeren te doen heb
ben, die geen verkeersopstoppingen
veroorzaken en niet met rieken als
voorheen voor hun doodgewoon
recht gaan vechten. Men is 't vech
ten moe daar in de Vrej, want over
al waar men komt vindt men het
"een openbaar schandaal dat water
en zegt men dat er hoogst-dringend
'wat aan gedaan moet worden, maar
het is al bijna 7 jaren geleden dat
de Vreej officieel geopend werd en
al die tijd gebeurt er niets
Een mens laat zich een of twee
keer met een kluitje in het riet stu
ren, maar men moet niet aan de
gang blijven
Misschien dat dit zoveelste ver
haal in deze grote landelijke illu
stratie, misschien dat dit kanker
stuk nu eindelijk eens resultaat gaat
hebben. Men kan dit schandaal niet
eeuwig en altijd laten voortbestaan.
Men kan niet ongestraft deze men
sen maar altijd opnieuw met loze
beloften naar een watertank laten
wandelen.
Het wordt tijd, de hoogste tijd
zelfs, dat men nu daden gaat stel
len. Dat men deze mensen verschaft
goed drinkwater en bruikbaar was
water. Water wat al zovele excel
lenties en ander hoogwaardigheids
bekleders beloofd hebben en wat 'n
einde gaat maken aan veel onnodig
werk en offers.
Het wordt tijd, de hoogste tijd he
ren
„IK WAS FIJN MIJN HANDEN
IN ONSCHULD"
Dank zij moderne communicatie
middelen, dank zij het enorme net
van kranten, persbureaux, t.v. en
radiostations over de hele wereld,
zijn wij vrij plotseling op de hoogte
gekomen van de ellendige toestand
der Kerk in heel veel z.g. katholie
ke landen. De zielenood is links en
rechts voor ons reëel geworden in
die zin, dat wij er ons bij betrok
ken voelen.
Door de moderne publiciteit heb
ben we kennis kunnen nemen van
de noden der Kerk in Afrika, Zuid-
Amerika en Azië. En om maar dich
ter bij huis te blijven, wij zien ook
de enorme geloofsafval in Europa
als een voldongen feit.
Statistieken, verschaft door we
tenschappelijke bureaux, soms zelfs
door bureaux, die door de Kerk
worden gesteund, stellen ons in
eens de beangstigende nood voor
ogen.
Bij dit vaststellen is er een an
der facet, dat ons ongerust maakt:
het opdringen van het communisme.
Dit mooie woord „opdringen"
lijkt ons bedriegelijk .Want het
feit, dat de communistische maat-
maatschappijleer door grote massa's
gretig als een redding wordt aan
vaard, bewijst dat de christelijke
geloofs- en maatschappijleer NIET
geaccepteerd is. Dat is een feit,
waarover wij als christenen ons
ernstig bezorgd moeten maken. Bo
vendien dwingt dit feit ons te zoe
ken naar de oorzaak.
Ligt de oorzaak van de grote ge
loofsafval, van het opdringen van
het communisme, van het niet-ac-
cepteren van onze oplossing mis
schien bij onszelf, bij de Kerk?
Als leek lig je natuurlijk altijd
in een heel gevaarlijke positie, wan
neer je zoudt volhouden, dat de
Kerk schuld heeft door nalatigheid
of door onkunde. Want als je de
Kerk van fouten beticht, wordt dat
gelijk gesteld hetzij met een be
schuldiging aan het adres van de
bisschoppen hetzij met een aantas
ten van de Kerk als Onbevlekte
Bruid van Christus.
Deze hardnekkige, verkeerde op
vatting heeft maar al te veel kerk
leden (en nu is de hele gemeen
schap bedoeld) ertoe gebracht, de
schuld voor misstanden uitsluitend
op niet-leden, op zwakke broeders,
of op tegenstanders te gooien. En
al te vaak nemen wij christenen
dan de houding aan van: „ik was
mijn handen in onschuld".
Alsof de hele christenheid, van
gezagsdrager tot simpele gelovige,
niet uit mensen bestaat ook met
fouten, stommiteiten, ellendige ka
raktereigenschappen. Alsof wij niet
geneigd zijn af te schuiven, het wel
te geloven.
Christen of niet, wij zijn allemaal
liever lui dan moe, afgunstig op een
ander. Daaraan verandert Doopsel,
noch Vormsel, noch Priesterwijding,
noch Huwelijk iets.
Wij zijn de gemeenschap van zon
dige mensen, wel is waar gedoopt
in Christus' Bloed, maar voort-
sjouwend met de last van onze on
volmaaktheid.
En die is niet onaanzienlijk.
Derhalve: Als de Kerk ergens
blijkt te falen, gaat het niet aan de
schuld bij voorbaat op anderen af
te schuiven. De eerste vraag is:
„Wat heeft aan ons gemankeerd?"
DE NIEUWE KINDERBIJSLAG
Men heeft kunnen kennis nemen
van een openbare brief, die de Ka
tholieke Volkspartij heeft geschre
ven aan de Tweede Kamerfractie
betreffende de nieuwe kinderbij
slagwet.
Zoals men weet heeft de nieuwe
minister van Sociale Zaken de kin
derbijslag voor zelfstandigen nu in
gebracht in een wet. Hij rtacht
thans de Kamer te bewegen, dit
voorstel aan te nemen en een moei
lijk stuk sociale voorziening defini
tief op te lossen.
Het wetsontwerp zoals het er nu
ligt is een monstrum, waar weinig
lijn in zit en zo veel mogelijk aan
zeer uiteenlopende en vaak tegen
strijdige wensen tegemoet komt.
Is het dan niet mooi, niet recht
lijnig gedacht, het is iets.
Het is zelfs zodanig in elkaar ge
knutseld, dat men er bij een andere
politieke constellatie, gemakkelijk
stukken uit kan lichten en veran
deren.
Dat de K.V.P., die altijd sterk is
opgekomen voor de rechten van
de zelfstandigen en vooral van de
kleine zelfstandigen, bezwaren heeft,
is volkomen logisch.
De grens naar beneden van
3.500 is te gering en de grens naar
boven van 12.000 wordt door geen
enkel redelijk argument aanvaard
baar gemaakt
Wat nu te doen?
Een regeringscrisis erom wagen?
Wij geloven niet dat de Katho
lieke Volkspartij het in deze om
standigheden op een crisis zal laten
aankomen.
Het beste lijkt ons, dat men
ondanks de grote bezwaren, het
wetsontwerp voorlopig aanvaardt,
om later de uitkeringen voor de
zelfstandigen te verbeteren.
ONZE PRIJSBEHEERSING
Het is, geloven wij, niet zo moei
lijk voor de huisvrouwen aan te to
nen, dat de kosten van het levens
onderhoud langzaam maar zeker
stijgen.
Van vele kanten mag men dan
aandringen op het handhaven van
de prijzen, de werkgevers en mid
denstanders mogen dan plechtig
verzekeren, dat men zich aan een
vastprijzenstelsel wil houden, de
mogelijkheden om te ontsnappen
zijn legio.
Er wordt met de prijzen geknoeid,
dat staat vast.
Nu blijkt helaas, dat een aantal
bedrijven als kolenhandelaren,
broodbakkers, melkboeren en an
deren, geen kans hebben de prijzen
De verhogen, zonder dat iedereen
het merkt, zonder dat ook groot
alarm wordt geslagen als dit toch
zou gebeuren.
Deze bedrijven zijn in verzet ge
komen tegen het prijsbeleid en te
gen de onoprechtheid van de ge
maakte afspraken.
Zij hebben onthuld, dat de ware
oorzaak van de prijsstijging ligt in
de stijging van lonen en andere
kosten. Maar omdat deze groepen
de prijzen niet kunnen verhogen,
raken zij in de knel, moeten zij de
meerkosten der productie uit eigen
zak betalen.
Het is goed, dat de Katholieke
Middenstand op dit euvel de aan
dacht gevestigd heeft.
Te duidelijk is het nu geworden,
dat de opwaartse beweging van de
prijzen voortduurt, terwijl men of
ficieel verkondigt dat zij stabiel
blijven.
Er moeten andere maatregelen
komen dat is nu wel duidelijk.
HUURVERHOGING
1 JULI 1962
PER
De minister voor de Volkshuis
vesting heeft ons nu ook nog ver
rast met die mededeling, dat de
huurverhoging volgend jaar zal
doorgaan.
Echter zal dit niet in april ge
schieden, maar in juli. Daardoor
valt zij samen met de belastingver
laging.
De mededelingen van de minister
zijn vaag omtrent de vraag of com
pensatie in de lonen zal worden ge
geven. In ieder geval zal de verho
ging toch wel bijzonder zwaar
drukken op de werknemers met de
lagere en matige inkomens, omdat
juist zij al zeer hoge huren te beta
len hebben.
Teleurstellend is dat de minister
alleen over „hele schrijnende ge
vallen" wil nadenken.
Deze huurverhoging heet officieel
geen verband te houden met de be
lastingverlaging. Toch ziet het er
naar uit alsof de regering de uit
breiding van de koopkracht, die per
1 juli 1962 een feit wordt, wil afro
men door de huurverhoging.
Uit economisch, we zouden haast
zeggen uit bijna technisch stand
punt is hier iets voor te zeggen.
Maar uit sociaal oogpunt zou dat
onaanvaardbaar zijn.
Waar is immers, dat de belasting
herzieningen eigenlijk niets anders
zijn dan een rechttrekken van de
achterstand, die de middel-inko
mens hebben opgelopen door de
langzame loonstijging gepaard met
een progresieve zwaardere belas
tingdruk. Die is in 5 jaar tijds heel
sterk geworden.
De huurverhoging zoals de rege
ring die aankondigt zal dus niet
zonder meer aanvaard kunnen wor
den. Er dienen wel degelijk com
pensaties naast komen te staan.
Op 1 november a.s. gaat het nieu
we samenspel tussen voetgangers en
rijverkeer op de voetgangersover
steekplaats in.
Het komt er op aan dat het rij
verkeer zijn plichten ten aanzien
van de overstekende voetgangers
stipt nakomt, terwijl de voetgangers
moeten begrijpen, dat zij van hun
voorrechten op gepaste wijze ge
bruik dienen te maken.
De gehele regeling valt of staat
met de goede wil en voortdurende
attentie van beide zijden.
Een voetgangersoversteekplaats
wordt altijd aangegeven door zebra-
strepen.
Het rijverkeer moet voetgangers,
die zich op een zebra bevinden, on
belemmerde doorgang verlenen.
Met het oog op het uitzicht mag
binnen een afstand van 5 meter voor
een zebra niet worden stilgestaan
(behalve natuurlijk om voetgangers
voorrang te verlenen!)
Politie, brandweer, ziekenauto's,
uitvaartstoeten en militaire-colon-
nes zijn vrijgesteld van de verplich
ting om voetgangers voorrang te
geven. De eerste drie alleen indien
ze gebruik maken van tweetonige
hoorn, bel of sirene en drietonige
hoorn.
De voetgangers dienen bij nade
ring van een tot deze categorieën
behorend voertuig, de zebra te verla
ten.
PLICHTEN VAN DE VOET
GANGERS
Voetgangers, die de rijweg of een
rijwielpad oversteken, dienen dit op
voorzichtige wijze en zonder node
loze onderbreking te doen. Zij zijn
verplicht daarbij gebruik te maken
van de zebra's; het is verboden om
binnen 30 meter van een zebra over
te steken.
Binnen 30 meter van een zebra
mag wel worden overgestoken om
een openbaar vervoermiddel te be
reiken of het dichtstbijzijnde voet-
Voor al uw verzekeringen
Hypotheken 4Va
Auto- motor- tractor-
financiering
(lage rente)
Nadere inlichtingen zonder
verplichting,
op ons kantoor
en bij onze medewerkers
G. KOPPENS
Kruitweg 2b Venray
J. HOEX
Westerthienweg 15 Oostrum
M. BERTRAMS
Pr. Bernhardstraat 70 Vènray
pad. Men mag ook binnen 30 meter
van een zebra oversteken indien
men om bij de zebra te komeneerst
een andere straat zou moeten over
steken.
Voor de voetgangers betekent dit
samenspel dat zij:
voor het betreden van de zebra
moeten stilstaan en moeten uit
kijken naar links, naar rechts en
weer naar links en tijdens het
oversteken moeten blijven uitkij
ken;
er rekening mee moeten houden,
dat het rijverkeer enige afstand
nodig heeft om tot stilstand te
kunnen komen;
bij voorkeur moeten oversteken
in groepen (die op de zebra goed
rechts houden!); onnodig één voor
één oversteken veroorzaakt node
loos oponthoud;
het rijverkeer op zijn tijd ook een
kans moeten geven; verkeersop
stoppingen zijn óók voor voetgan
gers onveilig.
OVERSTEKEN BIJ KRUIS
PUNTEN WAAR HET VER
KEER GEREGELD WORDT
Indien bij een kruispunt speciale
voetgangerslichten aanwezig zijn
(rood stop, groen er kan wor
den overgestoken), dienen voetgan
gers zich daaraan te houden.
Indien geen speciale voetgangers
lichten aanwezig zijn, mag alleen
worden overgestoken, indien het
verkeer in de straat, die men wil
oversteken, stil staat.
Bij verkeerslichten mag men nooit
„dwars door het groene licht" lopen.
OVERSTEKEN BIJ AVOND
Ook bij avond moet het rijver
keer de voetgangers onbelemmerde
doorgang verlenen. Voetgangers
dienen echter te bedenken dat de
zebra bij avond en zeker als de weg
nat is, zeer moeilijk te zien zijn ook
al zijn ze schijnbaar goed verlicht.
Ook de voetgangers zelf zijn in
de regel zeer slecht zichtbaar omdat
hun kleding het erop vallend licht
vrijwel niet reflecteert. (Overigens,
hoe lichter de kleding hoe beter).
Het kan dus bijzonder gevaarlijk
zijn bij avond zonder meer van zijn
rechten gebruik te maken.
Voetganger, overtuig u ervan of
een naderend voertuig aanstalten
maakt om u doorgang te verlenen.
Steek in geval van twijfel NIET
over. U kunt beter wat langer
wachten om alle risico's te vermij
den.
NIEUWS UIT VENRAY
EN OMGEVING
Zondagsdienst huisartsen
Vanaf zaterdagmiddag 4 uur tot
maandagmorgen 8 uur, wordt de
praktijk der huisartsen voor Venray
e.o. waargenomen door
Dr. VAN THIEL
Patersstraat 30 Telefoon 1887
Uitsluitend voor spoedgevallen 1
GROENE KRUIS
Donderdag a.s.:
Zuigelingen-bureau voor de Kom.
ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS
Zr. Janssen, Kard. van Rossum-
straat 4, tel. 1504.
ZIEKENAUTO
bel 04780-1592 b.g.g. 2116
BEKENDMAKING
Burgemeester en wethouders van
Venray maken bekend, dat op 2 ok
tober 1961 is ingekomen een verzoek
van Johannes Wilhelmus van Dijk,
wonende te Oostrum-Venray, Mgr.
Hansenstraat 29, om een tapvergun-
ning voor de rechterbenedenvoor
kamer groot 68.76 m2, van het pand
Mgr. Hansenstraat 29;