eerste steenlegging van
Venrays toren
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
ETIL-rapport over VENRAY
verschenen
Altijd rechts, behalve
Uit Peel en Maas
Nijmegen-Maastricht
LANDBOUW
EN VEETEELT
Zondag 12 maart
Zaterdag 4 maart 1961 No. 9
TWEE EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 150652
ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm. ABONNEMENTS
PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (buiten Vcnray 1.75)
Totaal
13020 12398
Belangrijk is hoe de leeftijd op
bouw ligt. In percentages van de be
volking geeft het rapport de volgen
de cijfers.
1959 1975
Joliger dan 15 jaar 39 36
1519 jaren 9 10
2054 jaren 41 42
5564 jaren 6 6
ouder dan 65 5 6
De zgn. productieve jaren (2064)
tonen dus ook voor de toekomst een
goede ontwikkeling, van belang als
aanbod aan arbeidskrachten. De
groei van onze zg. bejaarden (1959:
957, 1975: 1499) vraagt ongetwijfeld
de bijzondere aandacht.
In bovengenoemde cijfers is niet
het aantal vestigingen in Venray (de
zgn. migratie) verwerkt. Op grond
van vestigingen in het verleden
schat men dat de bevolkingsgroei
door migratie tot 1975 zal bedragen
ongeveer 450 mannen en 500 vrou
wen, dus totaal 950.
BEROEPSBEVOLKING
Waar werkten de Venrayse men
sen? In de landbouw, in de nijver
heid (industrie en ambacht) en in de
sector diensten (handel, verkeer,
geld-, krediet-, bank- en verzeke
ringswezen, overheidsdiensten, vrije
beroepen, onderwijs, eredienst, hui
selijke dienst).
Voor de mannen kwam men tot de
volgende cijfers:
1930 1947 1960
Landbouw 1570 1812 1410
Nijverheid 827 1289 1972
Diensten 640 1048 1327
Totaal 3037 4149 4709
Procentsgewijze komt dan neer
op:
1930 1947 1960
Landbouw 51,7 43,7 29,9
Nijverheid 27,2 31,1 41,9
Diensten 21,1 25,2 28,2
Van de 1972 mannen die in 1960
in de nijverheid werken, werkte 37%
in de bouwvakken, 36% in de me
taalnijverheid en de rest in andere
bedrijven. Interessant is de verde
ling over de gemeente:
aant. proc. proc. proc.
man. landb. nijv. dnst.
1 Kom 2551 6 56 38
2 Ysselsteyn 399 67 16 17
3 Oostrum 367 36 40 24
4 Leunen 362 57 29 14
5 Oirlo 300 54 26 20
6 Merselo 241 64 22 14
8 Castenray 123 62 21 17
7 Heide 138 76 15 9
9 Veulen
93
70
21
9
10 Vredepeel
81
85
3
12
11 Smakt
54
41
30
29
Totaal
4789
30
42
28
De gemeente Venray heeft het Economisch Technologisch Instituut
Limburg gevraagd een rapport op te stellen dat voor het gemeente
bestuur leidraad zal zijn bij een eventuele wijziging van uitbrei
dingsplannen.
Dit raport is nu verschenen. Intussen zyn echter ook de uitbrei
dingsplannen voor verschillende kerkdorpen al aan de orde geweest,
zodat o.i. voor wat de kerkdorpen betreft het rapport komt als mos
terd na de maaltijd.
Laten we echter eens kijken tot welke bevindingen het ETIL is ge
komen.
Het ETIL heeft als volgt gerede
neerd: Kennen we
a. bevolkingsgroei der woonkernen;
b. de aanwas der beroepsbevolking
per woonkern;
c. de behoefte van woningen naar
aantal en kern en
d. de daarbij behorende verzorgen
de bedrijven,
dan kennen we ook de uitgroei van
kom en kerkdorpen en weten we
waaraan we ons, wat de uitbrei
dingsplannen betreft, te houden
hebben.
BEVOLKINGSGROEI
Op 31 december 1959 woonden in
onze gemeente 20610 mensen, waar
van 2853 iri gestichten. Deze laatsten
moeten we buiten beschouwing la
ten en we gaan dus uit van 17.757
mensen. Hiervan wonen 54% in de
kom en 46% op de kerkdorpen.
Interessant is de onderverdeling.
(Let op overwicht aan mannen).
mannen vrouwen
1 Kom 4754 4746
2 Ysselsteyn 814 717
3 Leunen 676 631
4 Oostrum 645 632
5 Oirlo 576 544
6 Merselo 488 460
7 Castenray 330 313
8 Heide 272 260
9 Veulen 261 238
10 Vredepeel 126 106
11 Smakt 82 86
Totaal 9024 8733
Volgens ingewikkelde berekenin
gen, waarbij landelijke geboortecij
fers en sterftegevallen een rol spe
len neemt men aan dat in 1975 de
bevolking zal zijn gegroeid met 43%
tot 25418.
mannen vrouwen
1 Kom 6938 6728
2 Ysselsteyn 1163 1053
3 Leunen 955 875
5 Oirlo 807 763
4 Oostrum 923 887
6 Merselo 695 649
7 Castenray 478 453
8 Heide 389 370
9 Veulen 374 346
10 Vredepeel 177 155
11 Smakt 121 119
Venray telt 1252 vrouwen die een
beroep hebben. 734 hiervan wonen
in de kom, 98 in Leunen, 94 in
Oostrum, 76 in Oirlo, 74 in Merselo,
61 in Ysselsteyn, 46 op de Heide, 24
op het Veulen, 18 in Castenray, 18
in Smakt en 9 in de Vredepeel.
Van deze 1252 vrouwen werken er
283 in de nijverheid (2/3 textiel), 234
in de landbouw en 735 in de sector
diensten. De uitgaande pendel (578
mannen en 105 vrouwen) noemt het
rapport niet verontrustend!
AANGROEI
Na een zeer interessante bereke
ningsmethode komt het rapport tot
de conclusie:
dat het aantal personen werkzaam
in een beroep tot 1975 zal toene
men met 3750 en dat het aantal
personen werkzaam in de industrie
zal groeien met 1750 personen. Wil
men werkloosheid tegengaan dan
zullen tot 1970 3750 arbeidsplaat
sen moeten worden gereserveerd.
Dit houdt in dat het industrieter
rein aan de Smakterweg moet wor
den uitgebreid en dat in Oostrum
industrieterreinen worden aange
legd.
WONINGBOUW
Het ETIL rapport houdt zich ook
bezig met de nog te bouwen wonin
gen. Op grond van verschillende re
deneringen, waar we niet pader op
in zullen gaan, blijkt dat in 1975
Venray 5500 woningen moet hebben
om zijn bevolking te kunnen bergen.
Thans heeft Venray 3250 bewoonde
woningen, zodat er 2250 woningen
dienen te worden gebouwd, wil men
in 1975 alle mensen onder dak heb
ben. Dit cijfer van 2250 is echter ge
flatteerd, omdat er geen enkele re
serve in zit, noodzakelijk om wo
ningkeuze ï.v.m. grootte van het ge
zin mogelijk te maken.
Verder is geen rekening gehouden
dat reeds in 1954 300 woningen (geen
noodwoningen) werden aangegeven
met zodanige woon-technïsche ge
breken dat ze feitelijk vervangen
moesten worden. En dan praten we
nog helemaal niet over de noodwo
ningen. Hierop gaat het rapport
jammer genoeg niet verder in. Aan
de hand van verschillende progno
ses komt het rapport wel tot de con
clusie dat de woningvoorraad in 1975
voor 65% zal kunnen bestaan uit wo
ningen met minder dan 4 slaapka
mers, 20-23% zal vier slaapkamers
moéten hebben en 12-15minstens
5.
BEDRIJVEN
133 bedrijven zijn in Venray am-
bachtsbedrijven. 50 bedrijven bewe
gen zich daarvan op het terrein van
de voedselvoorziening, 39 bouwvak,
12 verzorging en reiniging, 11 me
taal, 8 textiel, 6 hout en 5 leder. In
34 van deze 133 worden naast de
hoofdbranche nog nevenbranches
beoefend.
Van deze 133 bedrijven liggen er
85 in de kom, 14 in Oostrum, 8 in
Oirlo, 6 in Ysselsteyn, 5 in Leunen
en idem in Merselo en 10 in de rest
der gemeente.
Venray kent daarnaast 230 detail
handelszaken. waarvan 81 speciaal
zaken, terwijl 149 er nog een neven
branche bij uitoefenen. Hiervan lig
gen er 161 in de kom, 17 in Oirlo, 13
in Oostrum en Ysselsteyn, 10 in Leu
nen, 7 in Merselo en 9 in de overige
kerkdorpen. 52 horecabedrijven zor
gen dat ieder zijn natje krijgt, ter
wijl 13 beroepsvervoerders 250 ton
ineens weg kunnen brengen.
De vraag is nu moet de mogelijk
heid geschapen worden dat in het
groeiende Venray, dat in 1975 43
procent meer inwoners zal hebben
dan nu, nieuwe bedrijven zich kun
nen vestigen.
Het rapport zegt dat het ontstaan
van nieuwe vestigingen niet nood
zakelijk is om de toenemende be
hoeften op te vangen. Dit kan ook
gebeuren door de bestaande zaken,
al zal zich in nieuwe woonkernen
zeker ook de zaak met de dagelijkse
behoeften vestigen.
Wel zal het winkelcentrum, in eer
ste aanzet aanwezig, grotere beteke
nis krijgen en verstevigd en uitge
bouwd moeten worden. Daarbij is
gemeentelijke hulp i.e. door haar be
leid en door haar plannen, noodza
kelijk.
Het is in onze (geregelde) samen
leving nu eenmaal zo, dat er al
tijd uitzonderingen moeten bestaan,
die de regels dan zgn. heten te be
vestigen. Zo ook op de weg. Daar
om kunnen wij niet alleen volstaan
met ons in het verkeer aan de regels
te houden. Ook uitzonderingen zijn
er om in acht genomen te worden.
De regel „houd rechts" zou geen
volmaakte regel zijn, als ook daarop
geen uitzonderingen bestonden. Een
daarvan zal iedere voetganger en
wie is dat niet? terdege in de
oren moeten knopen, om het maar
eens even oneerbiedig te zeggen. Wij
doelen op het voorschrift, dat een
voetganger buiten de bebouwde kom
op een weg waar geen voet- of fiets
pad is, niet rechts maar links moet
lopen. U vindt dat gek? In strijd
met de principes? Een dwaze uit
zondering op het van kindsbeen in-
gehammerde: rechtshouden? Een
vondst om het ons op de weg nóg
moeilijker te maken?
Allerminst! Bij de wetkamp in de
Romeinse arena, bij het gladiatoren
duel en bij het stierengevecht gold
en geldt altijd de stelregel, dat men
zich tot elke prijs moet hoeden voor
een aanval in de rug. Nu is het op
de weg geen steekspel (al lijkt 't er
soms wel op!). Maar een steek in de
rug kan er even dodelijk zijn als in
de arena.
Daarom is het zo noodzakelijk, dat
de voetganger die van de rijbaan
gebruik moet maken wat op zich
zelf al onveliger is dan op 'n voet-
of fietspad altijd 't verkeer tege
moet loopt. Hij kan immers het ver
keer zien aankomen en op elke on
verwachte beweging van een nade
rende „tegenligger" direct en af
doende reageren.
Ieder jaar weer verongelukken er
voetgangers, omdat zij zich conse
quent té consequent aan de
regel „rechtshouden" vasthielden,
óók daar waar dat levensgevaarlijk
was. De uitzondering op de regel is
er om levens van een vreselijke dood
te redden. Is dat geen reden, om die
uitzondering vandaag nog in praak-
tijk te brengen?
Van 18 maart 1911
Bij Kon. Besluit is benoemd tot
ontvanger der directe belastingen en
accijnzen te Venray, de heer P. Ton-
naer van het Ministerie van Finan
ciën in Den Haag.
Op 1 mei zullen plaatsbewijzen
voor buurtverkeer worden ingevoerd
op de baanvakken NijmegenVen
ray en VenrayVenlo. De tarieven
zijn aanmerkelijk lager dan thans.
Mgr. Drehmanns diende de
tonsuur toe aan de eerw. heer Jos.
Esser te Venray.
Van 21 maart 1911
Door Mgr. Lemmens werd het
Rectoraat Ysselsteyn tot Parochie
verheven.
Vergunning werd verleend aan
P. J. M. Haegens tot het bouwen van
een woonhus aan de Stationsweg;
aan H. W. Stiphout tot het bouwen
van een woonhuis aan de Merselo-
seweg; aan de Boerenbond te Merse
lo tot het bouwen van een woon
huis met pakhuis en stierenstal al
daar.
Feitelijk moesten we ons verheu
gen over het feit dat de treinen tus
sen Nijmegen en Maastricht sneller
gaan rijden - zo zeggen de Neder
landse Spoorwegen tenminste en
dat met een vaart van niet minder
dan 125 km per uur op dit traject
wordt gereden. Tot nu toe werd er
met een snelheid van slechts 120 km
per uur gereden, zodat men gerede
lijk de conclusie moet trekken dat
beide steden dichter bij elkaar zijn
komen te liggen.
Zo op het eerste gezicht lijkt
'n vooruitgang en denkt men: hel
ben is hebben, doch wanneer mei
de zaak wat nader bekijkt verstom
men de eerste vreugdekreten al zeer
spoedig. Want dit is niet meer dan
wat men hier in deze contreien zo
kernachtig betitelt met: iets in een
tütje geven! Wanneer men namelijk
weet dat op het gehele trajekt de
ouderwetse boemeltrein rijdt en dat
op ieder stationnetje, hoe klein ook,
wordt gestopt, kan men nagaan wel
ke voordelen er aan deze opvoering
van de snelheid verbonden zyn. Het
is niets anders dan vertrekken en
stoppen en wanneer men een goede
vijf minuten wil uitsparen, is het
dik op.
Vooral voor de zuiderlingen, die
naar Nijmegen gaan natuurlijk
ook omgekeerd is het het geval is
deze „verbetering" een geduchte te-
gevaller. Men had gehoopt op 't in
leggen van een echte sneltrein,
waarmede de afstand in omstreeks
anderhalf uur zou kunnen afgelegd
worden. Nu doet men er twee en een
half uur over.
De Nederlandse Spoorwegen kun
nen blijkbaar nog niet de service
opbrengen van vóór de oorlog. Toen
liepen iedere dag sneltreinen van
Maastricht via Nymegen naar Am
sterdam, die alleen op de belang
rijkste stations stopten. In plaats
van vooruitgang boeken we hier dus
nog steeds achteruitgang. Van stoom
naar Diesel is in dit geval nog geen
winst!
De noodkisijes in
de vastentijd.
De Bisschoppen hebben een drin
gend beroep gedaan op de gelovigen
om in verband met de grote noden
van de Wereldkerk gedurende de
vasten een geldelijk offer te bren
gen en wel meer en veel meer dan
andere jaren. Waneer men dat
meerdere weet te sparen door zich
zelf in de vastentijd wat te ontzeg
gen op het gebied van genot en ont
spanning, dan wordt het in de echte
zin van het woord een vastenoffer.
Waar miljoenen in de wereld ster
ven door gebrek aan alles, door hon
ger, ziekte, natuurrampen, betekent
navolging van Christus voor ons die
de welvaart kennen; tot het uiterste
gaan voor de ander die van ellende
sterft.
Bij de parochianen is een „nood-
kistje" bezorgd als vasten-spaarpot.
Laten we allen ons best doen, op
dat de kistjes tegen Pasen een rijke
buit opleveren tot leniging van veler
nood.
STRIJD TEGEN DE ROEST
Het is nauwelijks voor te stellen
welke grote bedragen ook in de
land- en tuinbouw verloren gaan als
gevolg van het roesten van metalen
voorwerpen.
Vooral op de boerderij is het wel
opvallend hoe weinig aandacht ge
schonken wordt aan die voorwerpen
welke onderhevig zijn aan roest.
Roest ofwel corrosie, doet onopval
lend zijn vernietigend werk en de
gevolgen daarvan zijn dikwijls zeer
kostbaar.
De corrosie-bestrijding is dan ook
niet zonder reden een gebied van de
moderne techniek geworden, dat, een
steeds belangrijker rol gaat spelen.
De metaalbescherming is daarbij
tot een wetenschap uitgegroeid. De
pogingen om diverse vormen van
corrosie onder de knie te krijgen
zijn dan ook niet zonder succes ge
bleven, hetgeen voor de boer van
groot belang is.
Vooral in de winter is er veel tijd
beschikbaar om eens wat meer aan
dacht te besteden aan gereedschap
pen en machines. Het is zonder meer
duidelijk dat vooral de machines en
gereedschappen regelmatig 'n goede
beurt moeten hebben omdat ze een
deel van het jaar zeer intensief ge
bruikt worden.
De omstandigheden waaronder zij
gehanteerd worden zijn vaak zeer
ongunstig: als het werk gedaan moet
worden kijkt de boer niet op een
buitje regen en ook als de grond nat
is wordt er doorgewerkt. Voor het
staal van de verschillende land
bouwwerktuigen en gereedschappen
is dit zeer nadelig en roest is het
gevolg.
Gelukkig heeft de moderne verf-
chemie een preparaat ontwikkeld nl.
Flexa Ferrofix, dat het overbodig
maakt tientallen minuten te schuren
om roestplekken van het metaal te
verwijderen, voor men kan gaan
schilderen.
Slechts loszittende roestdelen moe
ten verwijderd worden. De nieuwe
behandelingsmethode is zeer een
voudig. Het middel impregneert de
roestplekken, voorkomt doorroesten
en vormt een goede ondergrond voor
schilderwerk. Op deze wijze wordt
de ergste vijand van het staal on
schadelijk gemaakt, en het moeiza
me werk van vroeger waarbij slechts
een matig en zeer tijdelijk succes
werd geboekt, behoort tot het ver
leden.
He valt voor ons Venrayers dik
wijls al niet mee, de ontwikkeling
van ons eigen gemeente bij te hou
den. Komen we op de kerkdorpen,
dan zien we dat links en rechts is
bijgebouwd, nieuwe huizen zijn ver
rezen, grotere magazijnen, werk
plaatsen en wat dies meer zij, zijn
gebouwd. Komen we in Zuid dan
schijnt daar een tovenaar aan de
gang te zijn, die een bouwcapaciteit
ontwikkelt, die in enkele jaren tijds,-
die hele kale vlakte vol doet raken
met huizen en scholen
Hoeveel te meer moet dan iemand,
die sinds jaren niet meer in Venray
was, schrikken als hij het nieuwe
Venray ziet
Schrikken is feitelijk het goede
woord niet. Hij zal met kennelijk
plezier deze groei van Venray zien
en zich met ons verheugen over de
uitbreiding van zijn oude woon
plaats, een uitbreiding, die immers
het teken is van een gezonde groei
en van een gelukkige herrijzenis van
het zwaar getroffen Venray.
Maar strijk en zet, zal men juist
bij deze mensen horen: Ondanks die
soms fraaie wederopbouw en die
grootse uitbreiding mankeert er iets.
En dat iets is dan de toren van de
Grote Kerk. De toren, dat machtige
monument, dat eeuwen lang zijn
stempel op Venray drukte. Die de
van ver komende reiziger aankon
digde, daar waar ik sta, daar is Ven
ray.
Met de wederopbouw van deze to
ren is men thans begonnen. Men is
bezig het sluitstuk van Venrays her
stel op zijn oude plaats weer op te
bouwen, schoner en mooier dan hij
ooit is geweest. Het aannemingsbe
drijf Gebr. Janssen vlot goed met
het werk, dat al verschillende stei
gers hoog is en waarvan de eerste
onderdelen al te onderkennen zijn.
We denken aan de machtige entree,
aan de zware steunberen, aan de
nissen binnen-in. Steeds weer ko-
l'men wagens de speciaal gebakken
stenen lossen, steeds opnieuw rate
len de takels met speciewagens en
hoger, steeds hoger rijst deze gi
gant
ZONDAG 12 MAART
zal op plechtige wijze de eerste steen
worden gelegd. Een zinvol ceremo
nieel, dat onwillekeurig doet den-
goudgele tabak ken aan het jaar veertien honderd
en een, toen „werd geleen de eerste
steen" van de oude en oorspronke
lijke toren van de Petrus Banden,
zoals schijnbaar vroeger op de ge
denksteen van dat gebeuren ver
meld stond.
Nu herhaalt zich de geschiedenis.
Vijfhonderd-zestig jaren geleden..
Nu zal weer een plechtige oorkonde
worden ingemetseld, 'n zware sluit
steen worden aangebracht. We mo
gen slechts hopen dat de nieuwe
reus niet meer zal moeten wijken
voor oorlogsgeweld maar steeds mag
neerzien op een in-vrede levend
Venray
HAND- EN SPANDIENSTEN
Als deze eerste-steenlegging her
inneringen oproept aan de oude ge
schiedenis, denkt men ook onwille
keurig aan de oude historie, die ver
telt hoe de Venrayse mensen van de
vijftiende eeuw daadwerkelijk heb
ben meegewerkt aan de bouw van
hun kerk. Hoe zij het onbegrijpelijke
van een dergelijke kathedraal in een
kleine plaats begrijpelijk hebben ge
maakt, door zich stuk voor stuk in
te zetten voor deze bouw. Het ver
haal vertelt hoe immers op gezette
tijden de Venrayse mensen toen
lange, lange rijen gevormd hebben
van de steenovens in het Smakter-
veld en stuk voor stuk de stenen
doorgaven van die ovens tot aan de
bouwplaats. Hand- en spandiensten
in optima forma, omdat het gebeur
de voor de bouw van Gods Huis,
voor de bouw van die toren-kolos,
die de Venrayse keuterboertjes er
toen hebben neergebouwd als een
teken van eendracht-maakt-macht
Aan deze daadwerkelijke inzet
moet men denken als een Deken
Loonen op een persconferentie zijn
boeken openslaat.
De Petrus-Banden parochie, die
misschien vroeger dan als „rijk"
betiteld mocht worden, is op het
ogenblik zeer arm. Restauratie en
wederopbouw hebben van de ene
kant enorme kapitalen gevraagd.
Parochiesplitsing en bouw van
nieuwe kerken vragen andere gro
te offers. En zo is het begrijpelijk,
dat het kerkbestuur wel eens nare
dromen heeft.
Want men mag dan van alle kan
ten wensen dat de oude toren tot
nieuw leven zal worden gewekt, hij
kost nog altijd meer dan een half
miljoen gulden. Van dit half mil
joen wordt f 228.000,vergoed door
het rijk als oorlogsschade. De ge
meente heeft de fantastische som
van f 100.000,op tafel gelegd en
Venrays burgers en oud-inwoners
hebben daarnaast bijna een ton aan
de torenactie gegeven. Ondanks de
ze gulle bereidheid tot offeren, kan
zelfs een klein kind op zijn vingers