w f WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Geestelijk artikel Uit Peel en Maas Kou Gevat? DAM PO 75ct Heem-kalender Limburg Hel verhaal van Venrays schapenhandel Middenstands-nota 1959 de politierechter P.MO 0RËN Tel. 1070' KOU o GEVAT de lekkere ITAIIANO Ingezonden Zaterdag 9 januari 1960 No 2 EEN EN TACHTIGSTE JAARGANG CONFECTIE VAI PEEL EN MAAS Hl DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652 m.m ABONNEMENTS- BUITEN VENRAY 1.60 Zal electronische rekenmachine uitmaken of wij geboren mogen worden? Bestaat er in de wereld van van daag eigenlijk wel een vraagstuk, dan ons meer benauwd als chris tenen, dan de gedachten over 't ge zin? Is deze zondag, die in de be woordingen van de Kerk heet „zon dag van de H. Familie", niet een van de meest actuele bezinningsdagen van heden? Ook voor de katholiek? En nu bedoel ik niet al die inge wikkelde en soms kunstmatige vra gen over de verhouding van ouders en kinderen, over de kleuterzorg, de prenatale zorg en de bezorgdheid over moeilijk opvoedbare kinderen. Ik bedoel ook niet al die diepzinnige, noch minder die oppervlakkige be schouwingen over het vraagstuk der nozems. Mij gaat het op deze dag om één kernvraag, waarvoor de we reld gesteld is: het bestaansrecht van het gezin. Onze westerse beschaving; die nog altijd meent het toppunt van doel matig denken te bezitten en daar door ver uit steken boven Aziati sche, Afrikaanse, Indiaanse en Oost- Europese culturen, heeft zich in be nauwenis afgevraagd hoe de wereld van tegenwoordig met z'n sterke be volkingsaanwas, over enige tiental len jaren de mens nog te eten kan geven. Zij, die de krachten der na tuur niet beheersen, zij die nog veel minder de vrijheid van de miljoe nen mensen in handen hebben, wil len ons nu doen geloven, dat er te veel mensen op de wereld komen. En zij leggen de huidige medemen sen als plicht op de bijl aan de wor tel van het gezin te leggen. De mens moet gedeeltelijk worden uitgeroeid. Het geboren worden, deze opperste gave van God. moet worden gere geld naar wetten van doelmatigheid en berekeningen van 'electronische machines. Kortom: Gods voorzienigheid moet wijken voor de conclusies, die een paar geleerden zullen voorleggen aan de staatslieden, zonder God, zonder zedenleer, zonder godsdienst of Kerk. In plaats van God, willen een paar deskundigen, wier geleerdheid een belachelijk kleine afspiegeling van Gods Wijsheid vormt, het bestuur van de wereld in handen nemen. En om dwang bij te zetten aan hun plannen, zullen aan onderont wikkelde gebieden zo is aan het Amerikaanse parlement voorgesteld finantiële bijdragen worden ge koppeld aan eisen van geboortebe perking. De zwarten en gekleurden, die wij meenden van het heidendom naar het licht der christelijke be schaving te kunnen brengen, zullen van deze technische mensen deze nieuwe vorm van heidendom opge legd krijgen. Zie hier de angst voor ons katholieken in een v/ereld ge leid doordat wetenschap en techniek, vervreemd van een alwetende en al- lesliefhebbende Vader, zal de elec tronische machine in New York be palen of onze kinderen geboren mo gen worden of niet. olh wneftcrinjcn ftypotficfoen ■fincmcierin^Ov^ JULIANASINGEL41-tek/M] (K4780) van 8 januari 1910 Z.D.H. de Bisschop van Roer mond heeft benoemd tot pastoor te Wanssum de Z.E. Heer H.M. Wijn hoven, rector te Leunen en tot rector te Leunen de Weleerw. Heer C.L. Jonkers, kapelaan te Arcen. Dit jaar zijn aan de beurt van aftreden als lid der Provinciale Sta ten van Limburg de heren H. Trynes te Venray en G.H. Peters te Bergen. Tot commissaris der fanfare St. Cecilia alhier werd gekozen de heer W. Drent. Tussen Leunen en Castenray bevinden zich een drietal wagens met zigeuners, ongeveer 50 man sterk. "lUets zogoed. a£s Stichting Limburgs Heem heeft 'n Heemkalender voor 1960 uitgegeven, waarin niet alleen verschillende be kende persoonlijkheden hun versie geven op velerlei problemen, eigen aardigheden en bijzonderheden in het Limburgse land. We noemen slechts enkele interessante bijzon derheden als de opgravingen in Els- loo, de chemische industrie der Staatsmijnen, de geschiedenis van Limburgs bisschoppen, natuurreser vaten, Limburgs glazeniers, de pas siespelen en Mgr. Nolens. Daarnaast vinden we niet alleen Nederlandse en vooral Limburgse heiligen hierop vermeld, maar ook de data der kermissen, uitspraken over Heemkunde wisselen zich af met bijzonderheden uit het Lim burgse leven, terwijl alleen al de Limburgse gedichtjes die practisch op ieder kalenderblad staan, deze kalender waardevol maken. Dat geen Venrays gedichtje tussen die vele te vinden is, wordt wellicht goedge maakt door de publicatie van een foto, eigendom van de familie Raedts, waaronder wij van de hand van L. Rutten, het verhaal van de Venrayse schapenhandel voor hon derd jaren aantroffen. Deze kalen der lijkt dus voor de liefhebber van ons Limburgs heem een waardevol bezit. VENRAYSE SCHAPENHANDEL VOOR HONDERD JAREN Wie een honderdtal jaren geleden als vreemdeling de Peel en omge ving bezocht, werd al gauw gecon fronteerd met een ontstellende ar moede, welke de bevolking op de onvruchtbare zandgronden (zonder hulpmiddelen, zoals kunstmest en landbouwvoorlichting) leed. Toch zal deze vreemdeling weinig hebben kunnen bevroeden, dat juist uit deze armoedige streek mensen naar voren gekomen waren, die door moed en taaie volharding onderne mingen op touw zetten, die nog steeds onze bewondering wegdragen: we bedoelen de „Venrayse Schaaps compagnieën". Deze mensen het bestaan op de onvruchtbare zandgronden moe, zochten hun kost en baat in de han del. Deze handel, welke hoofdzake lijk schapen betrof, groeide spoedig tot een voor die tijd ongekende om vang uit. In 1846 verhandelde men 5.500 schapen, in 1860 reeds 35.000 en in 1872 het topjaar van de Com pagnie met een recordomzet van ruim één miljoen gulden 100.000 Voor die tijd dus een geweldige om zet. Dit werd vooral bereikt, toen C. Raedts het initiatief nam, om de handel meer op het buitenland te oriënteren. Zo maakte de heren Wis- mans, Trijnes, Poels en Raedts veel handelsreizen naar Engeland, Frank rijk en Duitsland. Ja zelfs Rusland stond op hun programma. Enorme afstanden hebben ze afge legd en men moet zich dan ook niet verbazen als de heren meer dan 300 dagen per jaar van huis waren. Het waren immers niet de snelle com municatiemiddelen van onze tijd, die de schapen vervoerden, maar 't traag voortsukkelende treintje en 't logge onhandige schip. En wanneer 't nodig was, dan ging men te voet, totdat men 't dichtstbijzijnd station bereikt had. Van hun wederwaardigheden we ten we veel af door de korte noti ties, welke ze tijdens de reizen maakten. Zo vinden we bij C. Raedts gegevens over een reis naar Enge land: „The Magnet" een Engelse boot, heeft een lengte van 84 en een breedte van 13 schreden. In 1852 verloor ik 215 schapen op de Noord zee en 100 in het Haringvliet, door dat ze overboord sloegen". Men kan zich de accomodatie van zulk een boot gemakkelijk voorstellen. Eenmaal in Engeland aangeko men, werden de schapen te Londen op de markt gebracht en verkocht. Een handelsreis naar Frankrijk duurde meestal nog langer, omdat men nu de schapen „dreef". Men trok dan van pleisterplaats naar pleisterplaats om uiteindelijk Parijs te bereiken. Interessant zijn de notities over reizen naar en in Rusland bij H. Wismans, die met zijn zwager Poels tot in de Odessa doordrong. Met be hulp van een „klein joodje" konden zij zich in 't RuSsisch verstaanbaar maken. Op 3 bedrijven kochten ze scha pen, welke in kudden van 1000 naar Elisabethgrad werden gedre ven, vanwaar men ze per spoor naar Hamburg doorzond en verder per schip naar Londen. Maar voordat 't zover was, moesten de kooplieden zich lange tochten en veel ontberin gen getroosten. Zo lezen we verder: „Op 29 juli 1879 gevaren van Odessa naar Niko la jeff, vandaar per spoor naar Po- tafka, dan per wagen naar Step Gregoire en 120 werst verder naar Nikopol en Step Rakowa; per boot naar Alexandrow en per spoor naar Ekatrineslaw (later Djneprotropk)" Voorwaar geen kleinigheid in het Rusland van 1870. Zo heeft de Compagnie overal haar handel proberen uit te breiden, echter omstreeks 1900 begon het le dental en de omzet te verminderen: concurrerende landen zórgden voor sneller vervoer en gingen over op bevriezingsmethoden. Daarbij kwam nog, dat Duitsland, eertijds de voor naamste leverancier, nu zelf meer schapenvlees ging consumeren. Op het ogenblik bevindt zich nog een „restant" van de Compagnie te Antwerpen, waar men zich tot de aanvoer en verkoop van levend vee en bevroren vlees beperkt. (Op de bij dat verhaal gepubli ceerde foto vinden we de volgende namen) Martinus Poels, Martinus Poels Warcoing, Cornelus Raedts, Henri Trijnes, Jacobus Trijnes, Willem Poels, Johannes Willemsen, Henr. Poels, Frans Poels, Antoon Poels, Henricus Wismans, Peter Camps, Arnold Trijnes Warcoing, Henricus Poels, Peter Vostermans Sevenum, Jan Poels Rotterdam, Johannes Poels Heide. Geen nieuw middenstandsbeleid aangekondigd Meeste wensen vervuld In de tweede Middenstandsnota, de nota die thans als vervolg op de Middenstandsnota 1954 is versche nen, wordt geen gloednieuw mid denstandsbeleid aangekondigd. Staatssecretaris Dr. G.M.J. Veld kamp constateert, dat nu de in de eerste nota gedane toezeggingen in beginsel zijn nagekomen, ofschoon op sommige terreinen de uitvoering niet is afgesloten. Het karakter van de nota is dus een ander dan dat van de eerste, welke naast een uit eenzetting van de algemene grond slagen van het door de regering te voeren middenstandsbeleid en een systematische presentatie van het specifieke middenstandsbeleid, een groot aantal gegevens bevatte van documentaire aard. Het middenstandsbeleid voor de toekomst wordt veel minder een be leid met nieuwe maatregelen, dan wel een breder beleid dat bij het treffen van maatschappelijke voor zieningen rekening houdt met het eigen karakter van de middenstand. Dit is het gevolg van de in de nota getrokken slotsom, dat het spe cifieke middenstandsbeleid geleide lijk aan zijn afronding heeft bereikt. Uit een bij het georganiseerde middenstandbedrijfsleven gehouden enquête zijn niet veel nieuwe wen sen in het vlak van het specifieke middenstandsbeleid naar voren ge komen. Daarom ziet de staatssecre taris, mede namens de ontwikkeling van de publiekrechtelijke bedrijfs organisatie in de sectoren van het midden- en kleinbedrijf, geen aan leiding nieuwe overheidsmaatrege len in voorbereiding te nemen. De problemen die er nog zijn, veelal plaatselijk en regionaal, moeten worden overgelaten aan de zelfwerk zaamheid van de middenstand. Steeds meer komt dus het accent van het overheidsbeleid te liggen in het vlak van het algemeen beleid, dat wil zeggen bij de integratie van het midden- en kleinbedrijf in de algemene regeringspolitiek. Hierbij blijven vooral het fiscale-, sociale-, onderwijs-, loon- en prijs beleid, het ordeningsbeleid, het beleid met betrekking tot de be drijfsorganisatie en dat inzake de bezitsvorming en de produktiviteit, bijzonder actueel. Aandacht vraagt voorts de bevordering van onder wijs, research en voorlichting. BEPERKING DIPLOMA'S Het onderwijs zal, aldus de nota, over het geheel een meer algemeen karakter krijgen en vooral gericht zijn op de stimulering van de kwali teiten, die een goed ondernemer no dig heeft. Dit houdt dan een accen tuering in van het bedrijfs-econo- misch inzicht, ook hierin tot uiting komend, dat voor de detailhandels scholen gestreefd moet worden naar de instelling van een zeer beperkt aantal diploma's of wellicht zelfs van één diploma, dat voor alle bran ches geldt. Een van de knelpunten bij de mid denstand is nog steeds de kinderbij slag. Doch de regering blijft streven, zo zegt de nota, naar de totstandko ming van een algemene kinderbij slagregeling die mede op de onder nemers in het midden- en kleinbe drijf van toepassing zal zijn. De staatssecretaris komt in de nota, na beschouwing over de mid- denstandspolitiek sinds 1952, tot de conclusie, dat in het bestaande spe cifieke middenstandsbeleid de over dracht van taken aan de publiek rechtelijke organen moet worden voortgezet. Onderzocht wordt in hoeverre de bestaande wettelijke mogelijkheden in dit opzicht kunnen worden ver groot. Met betrekking tot het financie ringsvraagstuk waaraan overi gens volgens de nota de oplossing in hoofdzaak bij het middenstands leven zelf ligt zal aan de Com missie voor het Middenstandskrediet advies worden gevraagd, met name over de plaats van het garantiekre diet in dit vraagstuk en de moge lijke bijdrage van dit krediet tot een oplossing ervan. HULP BIJ VESTIGING? Bij uitbreiding van steden en ge meenten hebben dikwijls vooral de kleinere middenstandszaken de grootste moeite zich een plaats in de nieuwe gemeenschap te verwerven, zowel door de onmogelijkheid van grond- als van gebouwenhuur of -koop. De vraag is daarom gerezen, of het met het oog op de plaats van 't midden- en kleinbedrijf in de stede lijke en regionale ontwikkeling niet wenselijk is, dat in samenwerking met het Centraal Orgaan ter bevor dering van de bouw van Midden standsbedrijfspanden en het Alge meen Waarborgfonds voor de Mid denstand een maatschappij wordt ingesteld met als taak gronden en gebouwen in eigendom te verkrijgen en deze aan ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf hetzij in eigendom over te dragen. Met betrekking tot de regionale middenstandsproblematiek, waaraan in het middenstandsbeleid grote be tekenis moet worden toegekend, zal op korte termijn overleg worden ge opend met het publiekrechtelijk en privaatrechtelijk georganiseerde be drijfsleven. De vraag zal dan wor den gesteld of het instrumentarium, dat de overheid thans ter beschik king staat, voldoende is, met het oog op de vraagstukken, die door struc tuurwijzigingen van regionale aard voor het er bij betrokken midden- en kleinbedrijf worden opgeroepen. In het kader van het internatio nale middenstandsbeleid worden de consequenties onder ogen gezien van de verwezenlijking der economische integratievormen voor de nationale middenstandsbelangen. Van Nederlandse zijde zal, kon digt de nota aan, op krachtige wijze een consequente toepassing van het non-discriminatiebeginsel worden verdedigd. Dit ook met het oog op het vestigingsbeleid. Efficiency en zelfwerkzaamheid van de middenstand, dat zijn de punten waarop in de nota wordt ge hamerd. En al is sinds 1954 het mid denstands-ondernemersinkomen glo baal gemiddeld met 70 tot 80 pro cent toegenomen, zoals in de nota wordt gesteld, toch liggen zelfbe houd en gezonde groei in produkti- viteitsverhoging besloten. Hierom en met het oog op de steeds groter wordende taken van het bedrijfsleven in "het geheel van het middenstandsbeleid spreekt de staatssecretaris over de wenselijk heid van samenwerking. Nauwere samenwerking tussen alle organisa ties en instellingen op het 'gebied van of ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf, waardoor hun acti viteiten niet alleen efficiënter maar ook voor het individuele midden stander overzichtelijker worden. Op de ontwikkeling van de mid denstand in de afgelopen vijf jaren en de persspectieven voor de toe komst komen wij nader terug. De vertegenwoordiger werd die nacht wakker omdat zijn vrouw praatte in haar slaap. Hij keerde zich om onder de dekens en trachtte verder te slapen, Maar 't lukte hem niet, want voortdurend hoorde hij haar stem. Op zulke momenten wordt een mens toch wel een beetje nieuws gierig. De vertegenwoordiger wilde wel eens weten wat zijn vrouw in haar dromen te vertellen had. Hij schoof voorzichtig de deken van zijn linkeroor en luisterde vertederd. Nu, zo overdreven teder was het nu ook weer niet. Zij mopperde nog al. En het ging tegen hem. Zij had het over te laat opstaan, en alles op het nippertje, enfin het gewone ech telijke gesprek in de morgenuren, dat u ook wel eens te horen zult krijgen, maar dat je in geen enkel boek over het huwelijk genoteei'd vindt. De vertegenwoordiger ging recht op zitten. „Midden in de nacht hoeft ze niet ochtendziek te wezen",, vond hij, terwijl hij zachtjes tegen haar ledikant stootte. Zij zuchtte en keerde zich om. Ze werd er niet wakker van. Maar het gemopper ging door. Hij hoorde hoe zij zijn verstandelijke vermogens in twijfel trok. Dat had ze gisteren nog VOOR EEN MODERN TELEVISIETOESTEL EN VAKKUNDIGE PLAATSING ZORGT 19 cent per rol. EEN PR0DUKT VAN KING- EN RANGFABRIEKEN TONNEMA N.V. SNEEK net zo gezegd, herinnerde hij zich. Letterlijk hetzelfde. Of zo'n mopper partij ook in je onderbewustzijn blijft hangen. De tedere vertegenwoordiger duw de nog eens tegen 't bed. Zij scheen nu wakker te worden. Ze schoot rechtop en stootte hem aan. „Word eens wakker", zei ze, „daar praat iemand". „Dat ben jezelf", antwoordde hij, „je hebt me al wel een half uur wakker gepraat". „Stil eens!" beval ze. En daar klonk het hele verhaal opnieuw. Over zijn verstandelijke vermogens en over zijn schoenen, die hij nooit poetste, en over zijn moeder die hem veel teveel had ver wend. De vertegenwoordiger greep naar de trekschakelaar boven zijn bed en rukte het touw in tweeën. Maar er was verder niemand in de slaapkamer. Zijn vrouw keek hem verbaasd doch slaperig aan, terwijl haar stem kijvend door de nacht klonk. Daar de vertegenwoordiger niet aan spoken geloofde, schoot hij in zijn pantoffels om het verschijnsel te onderzoeken. Het geluid kwam uit de kamer van de kostganger, daar brandde licht. En dat bracht de oplossing van het nachtelijke raadsel. De vertegenwoordiger drong de kamer van de kostganger binnen en sloeg de man met zijn eigen bandrecorder op het hoofd. ,Ik was maar zo'n beetje aan het experimenteren", lachtte de mishan delde kostganger zoetjes toen hij als getuige kwam vertellen, dat de ver tegenwoordiger hem pijnlijk had ge troffen. „Dat zou ik maar laten", adviseer de de officier, „ik overweeg nog te onderzoeken in hoeverre er 'n straf vervolging tegen u zal worden inge steld". „Ik geef toe dat ik hem niet mag slaan", zei de vertegenwoordiger. „Maar u kunt van me verwachten, dat ik er spijt van heb". Dat verwachtte de rechter ook niet. Maar voor de nachtelijke klap moet vijfentwintig gulden boete worden betaald. „Ik heb hem de kamer opgezegd, vertelde de verdachte. „Maar mijn vrouw is 's morgens een boel rus tiger". „Daar mag u de kostheer dan mis schien nog wel dankbaar voor we zen", dacht de rechter. Geachte Redactie, Onder de titel „Ongeval tijdens voetbalwedstrijd" schreef G.H. een artikel waarop mijn -commentaar. De heer G.H. heeft door het te veel in de gaten houden van het horloge niet opgemerkt, dat ver schillende bestuursleden bij het on geluk aanwezig zijn geweest. En de nieuwsgierige op een afstand poog den te houden. Met name de heren Laurensse en H. Geurts. De heer Geurts is later weggegaan om nog eens te informeren over de komst van de dokter, die door misverstand niet werd gebeld. Over punt a. ben ik het gedeeltelijk niet eens met de heer G.H. Betreffende punt b. het volgende: Direct na het ongeval gaf ik op dracht, als jeugdleider, een brancard te halen. Deze is ook met de meeste spoed gehaald. En was spoedig ge bracht. Dekens waar patiënt op kon liggen waren er binnen 5 min. Punt d. „De ziekenauto". Nog net was het ongeluk gebeurd toen de chauffeur van de ziekenauto, die kennelijk op het terrein aanwezig was, als eerste aankwam bij het on geluk en mij vroeg is het been ge broken? Zal ik de ziekenauto halen, „ik ben de enigste chauffeur van daag". Hierop gaf ik hem opdracht de auto te halen. Uit de wooi'den van de chauffeur was op te maken: ten eerste vluggere hulp was niet mogelijk; ten tweede: zal ik de wa gen halen. „Houdt in ik kan en mag de wagen halen". Ik ben de enigste chauffeur, dus de wagen staat klaar. De chauffeur ging toen ook direct weg. Dus de chauffeur ging niet weg zoals de redactie vermeldt voor alle zekerheid. Neen, om de wagen te halen. Hij zei niet ik moet een be vestiging van de dokter, dat ik mag rijden. Toen de dokter arriveerde, deelde ik de dokter mede, dat de zieken auto-chauffeur als boven had ge handeld. Ook hierop nam de dokter een afwachtende houding aan. Dus is het kennelijk niet de gewoonte, dat een arts moet bellen om de wa gen aan het rijden te krijgen. Of moet ook bij een ernstig ongeval eerst de dokter naar het ongeval ko men en dan zelf de ziekenauto bel len? Dan gaat zeker veel kostbare tijd verloren. Het bevreemd mij ech ter, dat de ziekenwagen toch arri- veerde, zij het laat op het voetbal terrein. Welke dokter had er toen gebeld? En opdracht gegeven? Mag een ziekenwagen-chauffeur in een dergelijk geval als bij een beenbreuk niet zelfstandig handelen? Op de E.H.B.O.-cursus wordt ge leerd, dat de patient bij breuk, na spalken uiterst voorzichtig moet worden vervoerd. Leert een zieken wagen-chauffeur dit niet? Tot slot, verzoek aan G.H. Stel U eerst goed op de hoogte van de fei ten dit voorkomt onjuistheden zoals in Uw artikel. Was G.H. zelf ook op het terrein of heeft hij het van ho ren zeggen? F. v. E. KRAME RIJEN MARKTEN VARKENS op elke maandag, uitgezonderd op: 18 april, 6 juni en 8 augustus VEEMARKTEN (herkauwende en eenhoevige dieren) om de 14 dagen, te beginnen 4 jan. - uitgezonderd op maandag 6 juni - PAARDENMARKTEN op de navolgende donderdagen: 25 februari, 31 maart, 28 april, 30 juni, 8 september, 13 oktober en 21 november KERMISSEN Venray-kom 7, 8, 9 en 10 augustus Leunen 12, 13, 14, 15 en 10 juni Olrlo 15, 16, 17 en 18 mei Helde 19, 20, 21 en 22 juni Merselo 26, 27, 28 en 29 juni Ysselsteyn 3, 4, 5 en 6 juli Castenray 28, 29, 30 en 31 augustus Veulen 4, 5, 6 en 7 september Oostrum 11, 12, 13 en 14 september

Peel en Maas | 1960 | | pagina 1