Zalig Nieuwjaar
Problemen uit het afgelopen jaar..
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
Lezers schrijven...
<CA
Zaterdag 2 januari 1960 No 1
EEN EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF
GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652
PRIJSEER KWARTAAL 1.40 BUITEN VENRAY Ut
Nu we dit schrijven zijn we nog
enkele uren van het oude jaar af en
als U dit leest wijst de kalender al
1960 aan.
Dan is dus weer een jaar voorbij.
En met de vreugde om het nieu
we dat komen gaat, is er de wee^
moed om het oude, dat definitief
ten einde is en weg is. Alleen de
herinnering blijft.
De herinnering aan de goede en
mooie momenten in het mensen
leven, de herinnering ook soms aan
droeve, beroerde dingen, die lit
tekens achterlaten in hart en geest.
En juist met deze feestdagen, nu we
weer staan voor een nieuw begin,
komt dat allemaal weer terug.
In een verloren ogenblik peinst
ieder mens toch even over
het jaar dat van hem gaat, over al
les wat het bracht. En dan worden
nieuwe plannen gemaakt voor het
jaar dat komen gaat
Zoals dat is bij ieder mens per
soonlijk, zo is dat in de familie
kring, waar het wel en wee van be
sproken en overdacht wordt. En zo
is het ook in die grote familie, die
Venray heet. Want of we willen of
niet we zijn lid van die gemeen
schap waarin we wonen en we heb
ben deel de een meer, de ander
minder aan wat in die gemeen
schap gebeurd. Aan de goede, maar
ook aan de beroerde dingen
En waar de plaatselijke krant het
geweten van zulk een gemeenschap
wordt genoemd, is 't ook haar taak
om bij dat overschrijden van die
jaardrempel even terug te blikken,
even te memoreren de goede en de
kwade kanten van het afgelopen
jaar. U vindt dat in een overzicht
en ook de „nieuwjaars-dichter"
draagt zijn steentje daaraan bij.
Het is misschien voor ons allen
nog eens goed in kort bestek ons
gemeenschapsleven van het afgelo
pen jaar in vogelvlucht nog eens te
overzien en geleerd door de fouten
en feilen met frisse moed aan het
nieuwe te beginnen.
Wij voor ons maken bij deze
jaarwisseling graag van de gele
genheid gebruik dank te zeggen.
Dank te zeggen aan onze abonnee's
voor wie Peel en Maas de graag ge
ziene gast in hun huizen is.
En we zijn er trots op en dank
baar voor, dat in practisch ieder
huis van onze gemeente en in vele
van de nabuurplaatsen onze krant
een regelmatige gast mag zijn.
Dankbaar zijn we onze adverteer
ders voor hun steun. Zonder hen is
het financieel onmogelijk voor een
krant te blijven draaien.
Dank aan onze medewerkers op
zoveel terrein, dat zij ondanks de
vele moeiten, die wij hun soms be
zorgden ons zijn blijven steunen.
Wij zien in hun hulp ook een stuk
waardering voor de plaatselijke
krant, die reeds 81 jaren oud, nog
steeds zijn eigen plaats inneemt in
onze Venrayse gemeenschap. Moge
deze drie-eenheid: medewerkers,
abonnee's en adverteerders, ook het
komende jaar het mogelijk maken,
dat Peel en Maas zijn taak kan blij
ven vervullen
En tenslotte dank aan de meer
dan honderd abonnee's in de andere
werelddelen. Hun soms zeer waar
devolle brieven vormen een bewijs
te meer, dat Peel en Maas een ster
ke band is, die hun nog bindt aan
de soms lang verlaten woonplaats.
En als wij U dan allen een zalig
nieuwjaar toewensen, dan is dat
met het oprecht verlangen, dat het
komende jaar inderdaad voor U en
de Uwen een gezegent 1960 moge
zijn.
OPENBARE
BEKENDMAKING
De burgemeester der gemeente
Venray maakt bekend, dat op het
gemeentehuis afdeling I voor een
ieder ter inzage liggen de beschik
king van de Minister v. Landbouw,
Visserij en Voedselvoorziening van
10 januari 1957, no. L/PA 3012 en de
daarbij behorende op deze gemeen
te betrekking hebbende lijst, zoals
deze gewijzigd is bij de beschikking
van 14 nov. 1959, no. L/PD 1195.
Deze beschikking verbiedt de
teelt van aardappelen in een tuin,
gelegen binnen een in die lijst om
schreven gebied, behalve op dat ge
deelte van die tuin, dat voor het be
trokken teelt jaar is aangeduid op 'n
door of vanwege de directeur van
de Plantenziektenkundige Dienst
vervaardigde situatieschets van die
tuin.
Telers van aardappelen in tuinen,
waarop bovengenoemde beschik
king niet van toepassing is, zijn ge
houden bestaande voorschriften
nauwkeurig op te volgen, te weten
slechts daar aardappelen te verbou
wen waar deze in de twee vooraf
gaande jaren niet hebben gestaan
en bovendien jaarlijks niet meer
dan hoogstens 1/3 gedeelte van de
tuin.
Telers op wier tuin door deze be
kendmaking de beschikking no. L
PA 3012 van toepassing wordt en
die nog niet in 't bezit zijn van de
situatieschets kunnen deze schrifte
lijk aanvragen bij de Plantenziek-
«enkundige Dienst Swalmerstraat 12
.Roermond.
1959 is alweer verleden tijd. De
jaren gaan al maar vlugger naar 't
schijnt en voor men 't weet is men
al weer toe aan een nieuwe kalen
der, die dan ditmaal het trotse jaar
tal 1960 draagt.
Bij het opmaken van de balans
over de tijd, die dan nu weer achter
ons ligt, komt automatisch ook de
vraag naar voren of 1959 voor onze
gemeente een „goed" jaar was. Nu
is het natuurlijk de vraag wat men
feitelijk wel onder „goed" verstaat,
maar laten we het dan maar opvat
ten in de zin van „vooruigang" en
„bloei".
Zo zonder meer is daar geen ant
woord op te geven. Het maatschap
pelijke leven speelt zich af op zo
vele trreinen, dat men die feitelijk
stuk voor stuk zou moeten bekijken,
om naar aanleiding daarvan ten
slotte een gefundeerd antwoord te
kunnen geven.
Een van die terreinen is
WONINGBOUW
Als we weten, dat in plan Zuid 17
be jaarden-woningen en 43 normale
gezinswoningen zijn klaar gekomen,
dat daar nog 48 flatwoningen en 6
bejaarden-woningen, dat men in
Oostrum met 10 woningwetwonin
gen bezig is en in Merselo met 2,
dan zou men moeten zeggen, dat op
het gemeentelijk woningbouw-ter-
rein, toch de nodige activiteit aan
de dag gelegd wordt.
Want daarnaast zijn er ook nog
44 particuliere woningen klaargeko
men of in aanbouw en dat alles is
toch geen kleinigheid.
Inderdaad niet, maar desondanks
vieren we een treurig lustrum. Want
ondanks die bouwactiviteit, die zo
op het eerste gezicht geweldig aan
doet, is nu al meer dan 5 jaren het
aantal woningzoekenden niet klei
ner geworden dan 300 mensen.
300 mensen staan nu al jarenlang
en dat aantal wordt maar niet
kleiner op de lijst voor een wo
ning. En dan praten we niet over
alle mogelijke noodwoningen, die in
centrum en op de kerkdorpen zo
nog overal verspreid liggen en die
feitelijk al jarën geleden hadden
moeten zijn opgeruimd.
Is dus enerzijds een verheugende
bouwactiviteit waar te nemen, aan
de andere kant is het steeds maar
hetzelfde getal woningzoekenden
nog steeds een dringend teken aan
de wand.
Er zal dus meer gebouwd moeten
worden. Men zal grotere toewijzi-
gingen moeten zien te krijgen, ook
al omdat we meer industrie aan
moeten trekken. En er zal meer
particulier gebouwd moeten wor
den. Die particuliere bouwerij is in
het afgelopen jaar menigmaal on
derwerp geweest vaa artikelen in
dit blad, want naar ons gevoelen
gaat die niet bepaald over rozen. We
hebben moeten constateren dat nu
al maanden de particuliere bouwer
zit te wachten op een nieuwe pre
mie-regeling, die wel schijnt te ko
men, maar zo duister is, dat zelfs
de ambtenaren er niet uit kunnen.
We heben er op gewezen dat vele
kleine aannemers met hun duimen
zitten te draaien en hun werkvolk
naar Duitsland zien vertrekken, en
we hebben er tenslotte op gewezen
dat voor particuliere bouw in onze
gemeente bar weinig mogelijkheden
zijn, met name in de kom, waar
men alleen in plan Zuid hiervoor
een zeer duur terrein heeft gere
serveerd en dan nog rond het Nas-
sauplein, maar daar moet men ex
perimentele bouwsels plaatsen, die
ook experimenteel geld gaan kos
ten.
We hebben gevraagd om duidelij
ke inlichtingen voor de particuliere
bouwer, die trouw telkens naar de
zelfde adressen wordt gestuurd om
grond te kunnen kopen, terwijl de
betrokken eigenaren al honderden
keren te verstaan hebben gegeven
geen grond te willen verkopen.
Het zou ons te ver voeren in dit
overzicht de vraag te stellen, hoe
het mogelijk is dat onlangs in de
Pr. Hendrikstraat nog grond aan
particuliere bouwers is verkocht,
terwijl twee jaar geleden in de
gemeenteraad al verteld werd dat
deze straat uitverkocht was. Een
Jkwestie van voorlichting die ook
niet schijnt te kloppen.
Onze eindconclusie kan dus zijn,
dat ondanks het vele dat is ge
beurd, er nog altijd te weinig ge
beurt, om de steeds maar hoge wo
ningnood te lenigen, terwijl het voor
de particuliere bouwer nodig is, dat
wat de gemeente zelf kan doen, ook
zo goed mogelijk gedaan wordt.
Nauw verband met de woning
bouw houdt de
STEDENKUNDIGE
ONTWIKKELING
In januari van dit afgelopen jaar
heeft men in de raad bepaald, dat
een uitbreidingsplan in voorberei
ding is voor West.
Reeds eerder had de voorganger
van Ir. Magry een plan daartoe ont
worpen, maar nu zou men dan eens
definitief werk van deze uitbreiding
gaan maken, temeer waar plan Zuid
zo langzaam maar zeker volgebouwd
wordt. Behoudens een vraaggesprek
dat een onzer met de stedebouw-
kundige had en waarin tot uiting
kwam, dat hij bezig is plannen te
ontwerpen voor een woonkern in
West die over ongeveer 30 jaren
16.000 mensen kunnen bevatten, is
er officieel verder niets uit de bus
gekomen.
Nu vinden we, gezien de plannen
die al klaar lagen, een jaar toch nog
immer een hele tijd om iets uit te
kunnen werken en we betreuren het
dan ook, dat 1959 geheel voorbij
moest gaan zonder dat definitieve
plannen voor West op tafel kwa
men.
Terecht kan men zeggen, dat er
binnenskamers wel het een en an
der over te doen is geweest, zelfs,
dat er voor gevochten is, maar de
simpele leek moet vaststellen, dat
de plannen voor uitbreiding niet of
ficieel zijn, al is op het scheiden van
de markt een verbetering van het
wederopbouwplan bekend gewor
den. Voordat mogelijke plannen
kunnen worden gerealiseerd, gaat
er gewoonlijk veel tijd verloren en
we kunnen wat dit onderdeel be
treft, dus niet snel genoeg zijn.
INDUSTRIALISATIE
We zijn op dit moment het onder
werp van liefst drie min of meer lij
vige rapporten. Namelijk van het
jubileumboek van de Kamer van
Koophandel, van het peilingsrap
port der Commissie Sociale plan
ning en van dat der Commissie voor
Agrarische Belangen in Limburg.
In al deze rapporten wordt de
noodzaak van een verder gaande
industrialisatie van ons aller Ven
ray nog eens uitdrukkelijk onder
streept.
Welnu we mogen vaststellen, dat
de bestaande industrieën een gezon
de groei kennen. Mulders heeft plan
nen voor verdere uitbreiding, Cus-
ters heeft ze al grotendeels verwe
zenlijkt. Inalfa begint, zo gauw het
mogelijk is.
Er komt een „eierfabriek" en een
metaalwarenfabriek binnen afzien
bare tijd. dus groei zit er in. Of dat
voldoende is, blijft nog een open
vraag.Een vraag die o.m. de in
gestelde industriële commissie zal
oplossen en waaruit zij dan de con
sequenties zal dienen te trekken.
Zeker is, dat de benoeming van
Venray een winstpunt is in de slag,
faciliteiten voor fabrieksbouw, voor
Venay een winstpunt is in de slag,
die allerwege om de industrie ge
voerd wordt.
Zeker is ook dat een der eerste op
gave in het komend jaar een uit
breiding van het industrie-terrein
zal zijn en dat daarmede inhaerent
zijnde ontwikkelingsplannen dienen
te worden opgesteld.
Nauw verband met de industriali
satie houdt ook het probleem: pen
delaars, waarin een van onze plaat
selijke industrieën in de loop van
het jaar in een huis-aan-huis-folder
meende te moeten wijzen. Nog te
velen zoeken werk buiten Venray,
waar in Venray zelf een tekort is.
Ook in dit onderdeel, waarbij de ge
meentelijke classificaties in ver
schillende CAO's ter sprake komt,
zal onderwerp van studie uit dienen
te maken.
Het grootste gebeuren van 't begin
der Midden Peelweg heeft ook weer
geaccentueerd de noodzaak van een
betere verbinding van Venray-cen-
trum via de Beekweg met de weg
naar de Rips.
Ook hier zal men de aandacht op
moeten blijven vestigen, daar het
aan- en af voerprobleem voor de in
dustrialisatie en dus voor Venray
van groot belang is.
Naast het begin van de Midden
Peelweg mogen we aanstippen de
verbetering van de weg Venray-
Horst en het begin aan de omleg
ging van de Deurneseweg. Maar
daarnaast ook nog eens de aandacht
vestigen op de Deurneseweg zelf,
waar fietspaden toch wel dringend
gewenst zijn, zoals trouwens in een
der genoemde rapporten ook wel
wordt benadrukt. Of de uurdienst
die in mei a.s. begint bij de Ned.
Spoorwegen op het traject Nijme-
gen-Roermond nog veel succes zal
hebben voor Venrayse reizigers, wa
gen we te betwijfelen, daarvoor
heeft de N.S., Venray te lang ver
waarloosd. Maar slechter worden
doet het de verbindingen met Ven
ray in geen geval worden en, dat is
al winst.
Een misschien dwaze wens, waar
over we jammer genoeg zo weinig
horen in alle mogelijke rapporten, is
een betere uitbuiting van de Wellse
brug door de Duitsers. Welke in
stantie er in Duitsland op gewezen
dient te worden, dat men via deze
brug en de nieuwe Beekweg in de
toekomst een auto-strada krijgt, die
tot midden in Brabant voert en daar
aansluiting geeft op de grote snel
wegen naar Utrecht, Den Haag, Rot
terdam en Amsterdam weten we
niet. Maar het zou toch de moeite
waard zijn om b.v. via de industrie
commissie de Duitse visie hierop
eens te horen.
Om, zoals nu, om 11 uur aan een
gesloten grens te staan, is niet be
paald bevordelijk voor het groeien
de grensverkeer, noch voor 'n doel
matig gebruik van deze brug.
ONTWIKKELING EN
ONTSPANNING
Hebben we al een belangrijk on
derdeel, nl. de verbindingen in ver
band met de industrialisatie naar
vorengebracht, een ander zeker zo'n
belangrijke factor is bv. het onder
wijs.
De klacht, dat men voor hoger
personeel in de industie buiten Ven
ray blijft aangewezen, zit nog altijd
hoog. Men moet naast LTS, moge
lijkheden scheppen, UTS en HTS te
volgen. Hiervan wordt nog te wei
nig gebruik gemaakt. Wat 't overige
betreft
Dat het lyceum enkele noodklas-
sen in het afgelopen jaar heeft kun
nen openen is enerzijds gelukkig,
omdat het onderwijs door kan gaan,
maar van de andere kant hebben
we met noodgevallen de meest
vreemde ervaringenzie maar
eens de barak in de Patersstraat. De
De jongenssschool in het rectoraat
nadert zijn voltooing, waarmede het
scholenplan in deze parochie ook
zijn verwezenlijking krijgt
Leunen krijgt nu ook zijn kleu
terschool en Castenray bezint zich of
het patronaat niet door een perma
nent schoolgebouw vervangen kan
worden.
Een gymnastiekzaal in de kom is
klaar en de andere daar is men dan
eindelijk weer mee begonnen. Rijks
molens malen langzamer dan Ven-
rays betonmolens.
De LTS puilt uit van de leerlin
gen, maar of men daar de reeds ja
ren bestaande uitbreidingsplannen
nu ook eens een keer kan verwe
zenlijken, daaraan gelooft niemand
meer.
Hetzelfde geldt voor de bouw van
een land- en tuinbouwschool. Werd
die voor enkele jaren nog dringend
nodig geacht, nu spreekt er geen
mens meer over.
En toch dringt men in verschil
lend rapporten vooral aan op uit
breiding en veelzijdigheid van 't nij
verheidsonderwijs. Zowel voor jon
gens als voor meisjes.
Hoe dit te rijmen? 1960 zal naar
onze overtuiging ook hierin geen op
lossing brengen.
En dan de ontspanningsmogelijk
hedenHet sportplan staat al
lang op papier, maar zijn we goed
ingelicht dan is Den Haag eindelijk
bereid een deel daarvan in 't begin
van I960 te verwezenlijken, zodat
dus ook aan de nood, die op dit ter
rein heerst, nu langzamerhand een
einde gaat komen.
Zwembad en recreatieoord staan
ook al op papier, maar of dit in 1960
al enige kans van slagen heeft, wa
gen we te betwijfelen.
Het zwembadplan mag dan bij de
laatste instantie zijn, die er wat
over te zeggen heeft, daarmede zijn
we nog niet aan verwezenlijking
toe.
Men mag ons wat dit betreft rus
tig voor pessimist uitmaken, daar
zal dan de teleurstelling van andere
jaren wel debet aan zijn, maar aan
zwembad geloven wij beslist niet
meer, voordat we de eerste duik
hebben kunnen nemen. En dat is
zeker niet in 1960, hoe jammer het
ook is.
Wat we wel geloven is, dat onze
kinderspeeltuin ook in het komende
jaar succes zal boeken. Men loopt
gelukkig alweer met de nodige plan
nen voor uitbreiding en vergroting,
van dit comité alleen maar stimu
lerend werken t.o.v. anderen. En
wensen hun graag ook alle succes
toe met de camping-plannen.
Wat we ook verwachten is de eerste
steenlegging voor de schouwburg of
cultureel Centrum of hoe men het
noemen wil.. De eerste noodwonin
gen zijn er al het slachtoffer van
geworden en den Hölteren Hoek
wordt al kaler en kalerDie zal
dus bebouwd moeten worden en we
mogen hopen en verwachten, dat
1960 de realisatie van veel van de
plannen, zal gaan brengen
Dat de jeugd-O. en O. ook het
succes van 1959 in 1960 zal prolon
geren, helpen wij gaarne hopen,
omdat hierdoor voor de toekomst
Venray een tikkeltje meer cultuur-
minded wordt, dan heden, ondanks
het bepaald groot aantal intellec
tuelen dat onze gemeente telt
De ervaringen van de ouderen-O.
en O. en nu bij de cyclusfilms, to
nen hoe nodig dit is.
LANDBOUW
Een van de pijlers van ons ge
meentelijk bestaan is zeker de land
bouw, die dit jaar wel uitzonderlijk
slecht er van af gekomen is. Terwijl
we allen in zon en hitte vacantie
konden houden, verschroeiden op
de akkers de vruchten, droogden de
weiden uit en kreeg men hier een
toestand, die niets minder en meer
was dan een ramp, al is dat tot he
den toe nog niet zo duidelijk naar
voren gekomen.
Deze uitzonderlijke droogte-perio
de heeft nog eens temeer de aan
dacht gericht op een goede water
huishouding, waaraan in deze stre
ken, met z'n van nature al te droge
grond, nog wel het een en ander
mankeert. Dat is reeds eerder dan
in het ontwikkelingsplan naar voren
gekomen en is een van de reden
geweest om te starten met het Lol-
lebeekplan.
Door een onjuiste voorlichting
o.i., is over dit Lollebeekplan in het
afgelopen jaar nogal een en ander
te doen geweest.
Zo vreesde men in Ysselsteyn het
herstel van de fouten en feilen in
het oude boerenland ook te moeten
bekostigen, maar dat was gelukkig
niet waar en zo is de vrede weer
gekeerd.
Intussen wordt er achter de scher
men hard gewerkt aan de verwe
zenlijking van het Lollebeekplan.
Een niet geringe opgave, waaraan
deskundigen hun handen vol heb
ben. Voor de buitenwereld, die na
tuurlijk op resultaten zit te wach
ten, is dat niet zo prettig maar we
mogen aannemen, dat in 1960 ook
naar buiten uit een begin gemaakt
wordt aan de uiteindelijke verwe
zenlijking van dit grootse plan. Een
plan, dat naast de absolute voorde
len voor de boer zelf, ook voor de
gemeenschap van groot nut is. We
denken aan waterleiding, waar te
veel mensen met te slecht water van
verstoken blijven en waarvoor aan-
sluitingskosten abominabel hoog lig
gen, we denken aan gas en electri-
citeit en memoreren nog gaarne het
cadeau van de PLEM, waarvan
Merselo zo van heeft geprofiteerd.
En zeker aan de zandwegen-mi
sère, waar men nu al jaren mee
tobt.
Gelukkig is er nu enig licht in de
duisternis gekomen en heeft een op
timistische burgervader in een van
de laatste raadsvergadering kunnen
vertellen, dat er dit jaar 35 km
zandwegen verhard gaan worden.
Daar houden we het dan maar op,
al blijft daarnaast het werk der
wegschaaf nog altijd dringend no
dig. En dat men in het oude boeren
land, dat niet in het Lollebeekplan
valt, de toekoms wel een beetje
somber inziet, omdat er na verwe
zenlijking van het Lollebeekplan,
voor hun geen grond overblijft voor
sanering, is verklaabaar. Maar wel
licht dat men in 1960 elkaar in on
derlinge samenwerking kan vinden
om gezamenlijk te komen tot een
vrijwillige verkaveling, die tezamen
met het Lollebeekplan verwezen
lijkt kan worden.
Geen kleine opgave en geen ge
makkelijke, maar toch wel een, die
grote verdiensten kan hebben voor
heel de Venayse Landbouw, en dat
is dan ook de reden, waarom wij dit
b.v. gaarne aanbevelen aan 't kring-
bestuur der LLTB.
GELD
Als we dit dan zo eens allemaal
bekeken hebben, dan zal iedereen
zeggen; ja,ja, dat zal allemaal wel,
maar wie zal dat betalen. Ja, laten
we U zeggen, dat ook niet te weten.
Daar doet het feit, dat er nog geen
begroting voor 1960 is weinig aan
af, want een gemeentelijke begro
ting heeft naar ons gevoelen, bij de
huidige gang van zaken geen enkele
waarde t.a.v. het toekomstig beleid
van de gemeente.
We stellen slechts vast, dat finan
ciering van vele plannen mogelijk
blijkt en is, waar men al in Den
Haag en elders in onderling overleg
gelden beschikbaar heeft gesteld of
in het vooruitzicht. En we stellen
daarnaast vast, dat er nog vele an
dere kansen liggen om uit de ver
schillende ministeries te putten,
mits men ze maar op zoekt en kan
onderhandelen.
1959
Zo is dan een jaar voorbijgegaan,
dat ook in ons Venay zijn sporen
heeft achtergelaten. Een jaar van
vooruitgang op velerlei terrein, een
jaar waarin weer andere initiatie
ven zijn geboren, die nu verwezen
lijkt gaan worden.
Er is veel gebeurd op vele terrei
nen. Er moet nog veel gebeuren.
Maar laten we ook voor een ding
voorzichtig zijn, n.l. voor onze kri
tiek
Wij, die de dagelijkse gang in
onze gemeente meemaken, die iedere
week in dit blad de kroniek van deze
plaats kunnen volgen, lopen zo
gauw voorbij aan dingen, die de
vreemdeling opvallen; zien zo gauw
alleen maar fouten en feilen, terwijl
een vreemde denkt: hé, dat hebben
ze hier aardig opgelost
Ja zeker, er moet nog veel gebeu
ren, er is nog veel te wensen, maar
laten we door al dat gewens en die
dadendrang toch ook niet de waar
dering vergeten, die rustig getoond
mag worden voor wat op zo menig
terein gedaan is en gedaan wordt.
i
SCHENDARTIKEL
Geachte redactie,
Er zal geen redelijk mens voor
stander zijn van de hand- en span
diensten, maar is het daarom nodig,
dat er in een R.K. dagblad hier in
Limburg ingezonden stukken ver
schijnen. waarin een Mijnheer v.
Vugt „een 70-jarige Venrayse wet
houder" eens even onder schot
neemt op een manier, die misschien
in de klasse-strijd van de eeuw
wisseling in alle mogelijke rode
blaadjes succes zou hebben, maar
waar we ons nu toch onderhand wel
een beetje te beschaafd voor moeten
achten. Dit heeft noch met hand-,
noch met spandiensten iets van
doen, alleen en uitsluitend met fat
soen en we begrijpen niet wat voor
zin genoemde heer v. Vugt ziet in
dit soort tirades, noch hoe een r.k.-
dagblad, dat ook iets aan de opvoe
ding van haar lezers moet doen,
dergelijke schendstukjes opneemt
H.F.
GEEN NACHTELIJKE HULP
Geachte redactie,
Op maandagnacht 14 dec. trof on
dergetekende een manspersoon aan,
liggende aan de voeten van Hen-
schenius. Dus doodgewoon op de
harde keien van het Henseniusplein.
Of de man bedronken was, of dat
hij ziek was, was in deze bepaald
gure nacht moeilijk terstond te be
palen, reden waarom hij naar de
telefooncel toog en na de nodige
dubbeltjes verzameld te hebben
1234 opbelde ofwel de Venrayse
politie. Met de regelmaat van een
klok ging de alarm-schel over, maar
wie zich meldde, geen politie
Dit spelletje is zo ongeveer een
kwartier voortgezet, zonder dat er
van de andere kant van de lijn ook
maar een enkel teken van leven
kwam.
Maar men kan een medemens bij
nacht toch niet op kasseien laten
liggen en voor Venrayse clochard
laten spelen, derhalve werd gepoogd
om dan via 1111 oftewel de brand
weer hulp te krijgen. Weer hetzelf
de spel, weer geen commentaar
Intussen had iemand uit 't gezel
schap wel zoveel ontdekt als dat de
man dronken was en dus zijn roes
uitsliep.
Ten einde raad hebben we hem
- daarmede allerminst de Samari
taan spelende aan zijn lot over
gelaten. Zijn we goed ingelicht dan
heeft een latere politie-patrouille
hem in zijn nachtrust gestoord en
hem een betere plaats gegeven om
te slapen.
Het geval is dus nog allemaal vrij
onschuldig verlopen en de Bachus-
offeraar kan er hoogstens wat rheu-
matiek van overhouden. Maar waar
het hier weer om gaat is, dat er
nachts in een van de uitgestrekste
gemeenten van ons land met ruim
20.000 inwoners geen politie direct
beschikbaar is en zelfs 1111 de
brandweer verstek laat gaan
Dat is toch wel ergerlijk. Moet nu
beslist eerst 't kalf verdronken zijn
voor men de put gaat dempen?
K.S.
NIEUWE AKTIE?
In uw weekblad „Peel en Maas"
van donderdag 19 december jj.,
werd een oproep geplaatst door de
heer v. Vught, stationschef Neder
landse Spoorwegen te Oostrum,
waarin de inwoners van Venray, die
een aanslag hand-, span- en trek-
diensten ontvangen hebben, wordt
gevraagd bedoelde belasting in na-
tura te willen voldoen. M.a.w. de
aangeslagenen worden verzocht te
komen werken, teneinde aldus het
gemeentebestuur te dwingen deze
„feodale" belasting af te schaffen.
Of de inwoners van Venray aan
de oproep gehoor zullen geven laten
wij in het midden. Uit bedoelde op
roep blijkt wel, dat de heer van
Vught, verbazend 't land heeft aan
de „hand-, span- en trekdiensten".
Nu is het zo, dat de mensen over
het algemeen iedere vorm van be
lasting niet bepaald leuk vinden.
Als wij de heer v. Vught goed be
grijpen, is het meer, zoals hij het
noemt, het „feodale", het verouder
de systeem van belastingheffing,
dat hem tegenstaat.
Zou de heer v. Vught niet eens
willen overwegen om de inwoners
van Venray, beter nog van geheel
Noord-Limburg, op te roepen voor
een protest tegen de verouderde
toestand van zijn station, waarmede
vooral bedoeld wordt het niet aan
gepast zijn van de perrons aan het
nieuwe prachtige materieel van de
Nederlandse Spoorwegen?
De aan het huidige materieel niet
aangepaste perrons zijn niet alléén
lang uit de tijd maar bovenal le
vensgevaarlijk.
Het is voor de reizigers makke
lijker op het station Venray uit de
trein te vallen, dan om behoorlijk
uit te stappen. Wil men uitstappen,
dan moet dit netjes uitgekiend wor
den.
Wij doen derhalve de heer v.
Vught de suggestie aan de hand om,
als „Chef de la Station", eens een
oproep te richten tot de inwoners
van Noord-Limburg èn zijn col
lega's van de stations Vierlingsbeek,
Boxmeer en Cuyk, om in een vurig
protestschrijven aan de Nederland
se Spoorwegen duidelijk te maken,
dat het met de bestaande perrons
niet langer meer gaat, dat deze per
rons van 1880, volkomen uit de tijd
geraakt zijn bij het thans in gebruik»
zijnde rollend spoorwegmaterieel.
Mijnheer v. Vught, wij zien met
belangstelling uw ontwerp-protest-
nota tegemoet en reken maar, dat