Moeder Zaterdag 21 november 1959 No 47 Eindelijk komt bezit-voor-allen het verschiet. in Nederland helpt vluchtelingen aan een nieuw bestaan. Tastend gaan wij door foor de politierechter Kardinaal Mindszenty droeg de H. Mis op. P.MO OREN rel. 1070' Uit Peel en Maas FILM OVER DË MISSIE TBABYDERM TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS Bi DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF WFRKRT AH VOOR VFNRAY FN HM^TRFRFN ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm ABONNEMENTS- GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652 DCrftDLHU V VJVJIX V 1 VJIVIÜ A l\L«lVUn PRIJS PER KWARTAAL 1.40 BUITEN VENRAY 1.60 Na vele jaren van Voorbereiding en propaganda van de Katholieke Volkspartij heeft het kath. onder ministerie voor bezitsvorming in de chistelij ke-liberale regering van Ne derland thans haar plannen bekend gemaakt, om de grote massa der ar beiders te helpen eigen bezit te vor men. In een nota stelt de regering een aantal maatregelen aan de Kamer voor. Zij rekent daarbij dat binnen enkele jaren 1,5 miljoen van de 2,8 miljoen werknemers in Nederland mee zullen doen aan het vormen van eigen bezit door sparen. In een gesprek met de staatssecre taris Dr. Schmelzer, de katholieke onderminister voor bezitsvorming, verklaarde deze tegenover het K.N.P. dat de voorgestelde regeling verder gaat dan wat in de meeste landen van Europa wordt gedaan om de ar beiders te helpen eigen bezit te vor men. Slechts in Duitsland bestaat 'n vooruitstrevende regeling welke met deze voorstellen kan worden verge leken. In zijn nota aan de Tweede Kamer zegt de staatssecretaris dat in Ne derland de nationale besparing vol doende is, maar dat de lagere inko mensgroepen niet deelnemen aan deze besparing. Zij moeten worden geholpen om eigen verantwoordelijkheid beter be wust te worden. De maatregelen der regering heb ben geen economisch, maar een so ciaal karakter en dienen om de so ciale zekerheid der arbeiders, welke door een reeks van maatregelen reeds verzekerd is, verder op te voeren. Voor de jeugd heeft het parlement reeds enkele jaren, op voorstel van staatssecretaris Schmelzer 'n jeugd- spaarregeling ingevoerd, waarbij aan het sparen van personen tussen 16 en 21 jaar premies worden toege kend. Hieraan doen 250.000 jonge arbei ders mee. Op 22 oktober is in overleg met de ambtenarenbonden een rege ling tot stand gekomen, welke het aan bijna 300.000 ambtenaren mo gelijk maakt door een toeslag van de regering, belangrijke bedragen te sparen. Thans stelt de Regering de laatste en meest belangrijke maatregelen voor het particuliere bedrijfsleven voor, die beogen het bezit van alle arbeiders te vergroten, door extra steun aan hun sparen te geven. Hiermede zullen opnieuw 750.000 tot 1 miljoen arbeiders worden ge holpen. Het ligt in de bedoeling in ver band hiermede: 1. geen belasting te heffen van de bijdragen, die de werkgevers uit de winsten zullen storten in alle spaarfondsen voor arbeiders en niet alleen in de bouwspaarfond sen. Op dit ogenblik beschikken reeds 320 ondernemingen over spaarregelingen. 2. 20°/o restitutie van inkomstenbe lasting te geven aan allen die in komsten uit reeds verworven be zit sparen (o.a. huur en pacht, of 20n/o premie, aan arbeiders die uit hun gewone inkomsten per jaar minstens 400 sparen. 3. Indien de arbeiders zelf hun spaargelden in effecten gaan be leggen, (waartoe de oprichting van maatschappijen door ban kiers en door de vakverenigingen verwacht worden), zullen deze maatschappijen worden vrijge steld van vennootschapsbelasting (die 46% van de winst bedraagt) zegel- en registratierecht. De Regering hoopt deze regeling van kracht te maken op hetzelfde ogenblik, dat zij een belastingverla ging afkondigt. Dan immers zal de kans aanzienlijk verminderen, dat de verhoogde inkomsten worden be steed voor de zo begeerde goederen van uiterlijke welvaart. Het Regeringsplan is de verwezen lijking van de politiek, die de K.V.P. sinds het eind van de oorlog gevoerd heeft, doch die door de socialistische tegenstand niet uitgewerkt icon wor den. hl Aan het eind van de berkenlaan ligt een grote open plaats. Het zou een speelterrein voor de kinderen van het kamp kunnen zijn. Midden op de plaats staat een man. Hij heeft maar één been. In beide handen heeft hij een stok, één om op te steu nen, de andereom mee te spe len misschien. Hij tekent lijnen op de natte grond, De figuur, die ontstaat doet me den ken aan een spel in mijn kinderja ren. Watjleze man ermee bedoelde weet ik niet, ik heb het hem ook niet gevraagd. Was het om de ledig heid op te vullen, de verveling kwijt te raken? Ik begreep alleen, dat iedere dag voor de2é man een ergenis moet zijn, een dag die geleefd moet worden zonder te weten hoe. Na enige tijd strompeld hij naar een barak, zijn barak neem ik aan. Tegen de deurpost leunt een vrouw met de armen over elkaar. Zij schijnt de tijd te hebben. Zij gaat niet eens opzij als de man langs haar heen naar binnen struikelt. Tegenover de barak liggen de „Werkstatte", werkplaatsen" die stu denten uit 18 verschillende landen voor de vluchtelingen hebben ge bouwd. Aan lange tafels zitten de vluchte lingen, meest intellectuelen, die nu met het knippen van steunzolen en kele marken trachten te verdienen. Voor 500 zooltjes verdienen deze mensen 2 mark. Bitter weinig, als men bedenkt, dat voor 500 zooltjes gemiddeld 7 a 8 werkuren nodig zijn. Waarom gaan de kreupele man en de vrouw aan de deurpost ook niet naar deze werkplaats? Een oude man vond de 2 mark ook niet de moeite waard, maar hij ging er enkel heen om iets te doen te heb ben, omdat de tijd er zo snel voor bij vliegt. Met de woonbarakken zullen ook de Werkstatten gaan verdwijnen. In plaats van de houten barakken krij gen de vluchtelingen echte wonin gen die niet tochten en niet vochtig zijn en waar de toiletten niet tien tallen meters verwijderd zijn, zoals dat nu het geval is. Dit doel heeft Nederland, een van de 60 landen, die in het kader van het vluchtelingen- jaar 1959/60 het vluchtelingenpro bleem nader tot een oplossing willen brengen, zich voor ogen gesteld. Daarmee zijn alle problemen na tuurlijk de wereld nog niet uit. Een groot aantal zal het wel nooit zonder hulp kunnen stellen, maar bij dit project wordt op de allereerste plaats gedacht aan de kinderen. Deze moe- Dit is het derde en laatste artikel over vluchtelingen, dat onze redacteur exclusief schreef voor de kath. week bladen. Hij bezocht enkele kampen in Duitsland waar Po len en Letten wachten op hulp uit Nederland. ten buiten de kampen een kans op een nieuwe toekomst gegeven wor den. Zij moeten vooral ook buiten de gevaarlijke sfeer van het kamp leven worden gebracht. De zedelijke gevaren zijn groot in de donkere barakken, waar de ge zinnen dicht op elkaar wonen. De kinderen zien er te veel. De kampleider van Friedrichsfeld liet ons in zijn kaartsysteem kijken. Iedere vluchteling heeft zijn eigen kaart, waarop alles over hem of haar staat aangetekend. Zo kan mep lezen, dat meneer A gescheiden is van zijn vrouw en later weer ge trouwd is met de vrouw van meneer B en dat deze laatste weer een kind heeft van meneer C. Men kan hier niet verwonderd over staan, want na 14 al5 jaar kampleven midden in de rommel zijn er niet velen, die de strijd tegen de zedeloosheid nog aan kunnen. Maar voor de kinderen die in der gelijke omstandigheden geboren worden of dit alles om zich heen zien gebeuren, is het funest. Juist voor hen is een eigen woning van het allergrootste belang. Eén miljoen twee honderd duizend gulden heeft het Nederlandse comité wereldvluchtelingenjaar voor de in woners van de kampen Ohmstede en Friedrichsfeld nodig, maar 't comité hoopt op een nog grotere opbrengst' van de collecte, die in vele plaatsen reeds gehouden is of in de loop van deze maand nog gehouden wordt. Want naast de zorg over de beide kampen heeft het vluchtelingen comité nog enkele individuele geval len op zich genomen. Voor een Al banese vluchteling, die met zijn vrouw en vijf kinderen in 't Griekse kamp Laurion woont is 7500 gulden nodig. Deze man wil marskramer worden, waarvoor hij een paard en wagen nodig heeft. Deze man wil men bovendien een woning buiten 't kamp geven. Bovendien wil het comité 4000 gul den opsturen aan een Wit-Russisch echtpaar in Kevela, dat reeds in 1920 uit Rusland gebannen is. Met onge veer 40 geiten zijn deze mensen uit de nood geholpen. Het is voor al deze mensen, dat wij, een groep Nederlandse journa listen, op uitnodiging van het Ne derlands comité wereldvluchtelin genjaar een reis naar de kampen Ohmstede en Friedrichsfeld in Nrd.- Duitsland gemaakt hebben. In een drietal artikelen heb ik u een indruk trachten te geven van hetgeen we daar gezien en gehoord hebben. Ik hoop dat de vluchtelingen er mee gebaat zullen zijn. Het mysterie, dat God rond Zich zelf laat voortbestaan is enorm. Gods persoonlijkheden in hun eenheid zullen ten eeuwige dage voor ons versluierd blijven, ook al zullen wij in de hemel veel meer weten dan wij nu weten. Er zijn talloze geheimen die ons leven regex-en, geheimen gro ter dan die der natuur, als b.v. het leven en de loop der sterren. Het kwaad in de wereld b.v. is een van die grote geheimenissen, waar we nooit achter zullen komen. Nog een ander punt heeft God ons verborgen gehouden en blijft Hij voor ons geheim houden: de onder gang der wereld. Toen de apostelen op de dinsdag voor Christus' dood hun meester ondervroegen over de ondergang van Jeruzalem en de On dergang der wereld, liet Jezus hen gewoon in de waan, dat deze twee dingen hetzelfde zijn. Thans weten we maar al te goed, dat deze feiten totaal verschillen, al weten we nog niets over de dag, waarop de wereld zal vergaan. Er bestaat echter één mysterie, dat heel bijzonder opvalt en dat alles omvat, n.l. de vraag, waarom God 't mensengeslacht zozeer in onwetend heid laat over de belangrijkste vra gen die zijn leven beroeren. Hoe dik wijls bidt de Kerk niet voor hen, die in dwalingen verkeren, hoeveel of fers getroost zij zich niet. En het succes? Miljoenen, ja miljarden verkeren* nog in een staat die wij de „duister nis van het heidendom" plegen te noemen. Nog geen vijfde deel van de wereld kent de Verlosser, Chris tus. En toch is de Verlossing het kar dinale punt in de geschiedenis van alle mensen samen en van alle men sen afzonderlijk. Het lijkt wel of God zelf al deze dingen voor ons en voor ons weten onbelangrijk vindt. „Slechts een ding is noodzakelijk", heeft Hij zelf gezegd, „Zoekt eerst het Rijk Gods". Ons zoeken naar Hem, dat is het wat Hij van ons verlangt. Of wij in ons zoeken met resultaat beloond worden is zeker maar het blijkt on belangrijk en onbekend waar, wan neer en hoe'wij de oplossing zullen vinden. Het gaat om onze beweging naar Hem. De presidente had de spreker van hedenavond met de projector op het hoofd geslagen omdat zij, de presi dente, haar vakantie had doorge bracht in Noorwegen, terwijl de spreker van hedenavond naar Span je was geweest. Deze aanleiding tot de mishandeling moge wat verward klinken, in wezen is zij zo logisch als een vrouwelijke redenering maar kan zijn. Leest U maar eens verder. De spreker was veertien dagen haastig naar Spanje geweest om daar voorzover de tijd toeliet een aantal kleui'endia's te maken. Na zijn vakantie gaf hij hoog op over land en volk van Spanje, en over de kwaliteit van dia's die hij daar had gemaakt. In dit dorp was een vereniging die zich ten doel stelde de dames ver strooiing en ontwikkeling te bezor gen. De presidente van deze organi satie hoorde de opschepperij over de kleurendia's en nodigde de vakan tieganger per omgaande uit tot het houden van een lezing over Spanje. Wie A zegt moet ook B zeggen, en dus zegde de opscheppende amateur fotograaf toe, dat hij een avond voor de dames zou komen verzorgen. Een belofte overigens, waarvan hij na derhand veel spijt had, want geen van zijn opnamen bleek geslaagd. Dit nu wilde de amateurfötograaf niet erkennen, en daarmee groef hij bijna zijn eigen graf. Hij ging vrien den en bekenden langs om dia's van Spanje te lenen. Met veel moeite kreeg hij er een dozijn bij elkaar; veel te weinig om de avond van de leergierige dames te vullen. Om zijn sortiment uit te brei den, leende hij er toen maar andere bij: wat Franse gotiek, wat Beierse barok, een handjevol burchten en wat strandkiekjes. Hiermede gewapend begon hij wel gemoed zijn toespraak, nadat de pre sidente hem hartelijk had welkom geheten. Hij gaf hoog op van de Spaanse bouwkunst, terwijl hij de Beierse en Franse kerken liet zien, en zijn enthousiasme groeide toen de kastelen langs de Loire op het doek verschenen. Grif schonk hij al deze gebouwen Spaanse namen, terwijl hij niet naliet indruk op de dames te maken door zijn grote kennis van Spaanse zaken. Tot dusver scheen niemand te be merken, dat deze kiekjes niets met Spanje te maken hadden. Maar dat werd anders toen de spreker het le ven langs de Spaanse stranden schil derde. Er kwam een onvervalste Noorse fjord op het doek, waar baar dige vissermannen iets met kabel jauw deden om ons aan levertraan te helpen. De spreker daarentegen sprak van schielijk langs schietende sardientjes en brandende zonnen. In zijn enthou siasme bemerkte hij niet, dat de presidente naast hem zachtkens aan ving te kreunen. Het volgende plaatje echter deed als het ware de deur dicht. „En hier hebt u", zei de amateur, „een óp- name van een Spaanse huismoeder aan het strand". Tegelijk echter ver scheen de presidente op het doek in een hei-blauw badcostuum en met een tomaatrode strohoed op de ver waaide haairdos. Toen werd alles donker, want zij sloeg de fotograaf met de px-ojector op het hoofd. „Ik heb er mijn handen nog aan gebrand ook" grolde zij, toen ze voor de groene tafel moest komen. „Was dat nu zó erg", zei de rech ter, „als u zich in Noorwegen niet voor uw badpak schaamt behoeft u dat in uw eigen dorp ook niet te doen". „Erg?" kreet de presidente, „erg' Ik had toch de hoed op die ik van mijn schoonzuster had geleend! En dat weet nu iedereen!" „O", antwoordde de rechter, alsof hij het begreep. „Tientje boete. En volgende zaak, deurwaarder." Tijdens mijn verblijf in Boedapest heb ik een der meest ontroerende momenten van mijn leven gehad. Ik moet zeggen, dat het eigenlijk niets bijzonders is een stille H. Mis in een Amerikaanse ambassade bij te wonen. Maar deze H. Mis was daar om bijzonder, omdat niemand min der dan de gevangen kardinaal Mindszenty hem opdroeg. Sinds de Hongaarse opstand in 1956 verblijft deze „vluchteling" in de Amerikaanse ambassade, waar hij veilig is voor zijn communistische tegenstanders. Een vreemd gevoel maakte zich van me meester toen ik de ambas sade binnenging. De vlaggestok bo ven de deur droeg de strepen en sterren van de Amerikaanse vlag. De portier deed open. Een struise jonge man controleerde zorgvuldig mijn geloofsbrieven en wees me daarna beleefd de weg naar de lift. Deze voerde me tot op de derde verdieping. Daar kwam ik tegen over een grote stalen deur te staan, die verbonden was met verscheidene alarmschellen. Een bediende, die te voren dooi de portier per huistelefoon van mijn komst was verwittigd, deed de deur voor me open. Door een gang kwam ik in 'n kleine kamer, waarin een te levisietoestel stond en waar diverse Amerikaanse tijdschriften op de ta fel lagen. Ik neem aan, dat het de kamer van de bediende was. Door de aangrenzende wachtka mer kwam ik eindelijk in het privé- vertrek van de kardinaal, een groot lang vertrek, waarin zich met de kardinaal nog vijf andere personen bevonden. Met welke gevoelens ik het ver trek betrad is zeer moeilijk te zeg gen, maar ik realiseerde me, dat hier een van de grootste en meest be- spi-oken prinsen van de Kerk woon de. En tegelijkertijd besefte ik, dat deze kamer eigenlijk niets anders was dan een soort luxe gevangenis. Zij was immers geen eigendom van de kardinaal, maar behoorde aan de Amerikaanse regering. Hierin was de kardinaal genoodzaakt dag in dag uit door te brengen omdat zich bui ten dit gebouw een voor hem vijan dige wereld bevond. Het vertrek, gelegen in een van de hoeken van de ambassade, had vijf ramen, waarvan er twee, die uitzicht gaven op een smalle straat, open stonden. Houten -luiken beletten evenwel, dat van buitenaf in de kamer geke ken kon worden. De drie ramen bo den uitzicht op het Vrijheidsplein. Tegenover de ramen, tegen de wand, stonden een sofa een ronde tafel en twee leunstoelen. Tussen de twee openstaande ramen bevond zich een bidstoel onder een kruisbeeld. Op de bidstoel zag ik het portret van Paus Joannes XXIII. In de linkerhoek stond het bureau van de kardinaal, met daarop een beeltenis van de Onbevlekte. Een grote vierkante tafel tegenover het bureau deed dienst als altaar. Toen ik binnenkwam was de kardinaal, gekleed in de liturgische gewaden, in gebed verzonken. Voor de Mis be gon, vroeg een vrouw, zeer waar- VOOR EEN MODERN TELEVISIETOESTEL EN VAKKUNDIGE PLRRT5ING ZORGT schijnlijk een lid van de ambassade, wie van de aanwezigen wilde com municeren. Allen wilden communiceren. De kardinaal legde zes hosties op de pateen en begon met de mis. Er was geen misdienaar, maar in diens plaats antwoordde de vrouw. De kardinaal droeg zelf het misboek van de Epistel- naar de Evangeliezijde. Na het Evangelie hield hij 'n korte toespraak in het Engels. Hij sprak zeer langzaam met een scherp Hon gaars accent en met lange pauzen. Hij moest scherp nadenken, om op de juiste manier uit te drukken, wat hij wilde zeggen. Tijdens de preek keek hij slechts naar één punt, een punt ergens heel ver weg, zo leek het. Na het „Ita Missa Est" wist ik, dat dit de mooiste mis was geweest, die ik ooit had bijgewoond. Het was een allereenvoudigste stille mis ge weest, maar nog nooit was ik mij zo bewust geweest van de betekenis en de kracht van het Misoffer. Stilzwijgend verlieten de aanwezi gen de kamer. Nog een laatste maal keek ik naar de kardinaal, die op zijn bidstoel geknield lag en de dankgebeden na de H. Mis ver richtte. Voor ik het gebouw verliet onder zochten enige politiemannen mij zorgvuldig. Zeer lang nog verbleef ik met mijn gedachten in het gebouw, waar een Prins van de Kerk met bewonde renswaardige moed de lasten draagt, tengevolge van die treurige gebeur tenis in 1956. Langzamerhand echter wist ik me weer in de wereld, waar de mensen bang voor elkaar schijnen te zijn, en die zo heel verschillend was van die heerlijke vredige rust in die ka mer in de hoek van het Amerikaan se ambassadegebouw. van 20 november 1909 In de lichting der Nationale Militie van 1910 moesten van de 76 ingeschrevenen, 26 jongens in dienst. Totaal der provincie Limburg 905. - Een Landweerman kreeg hier 2 dagen provoost bij de inspectie, om dat zijn geweer niet goed in orde Slagerij Kemps alhier adver teerde puik rundvlees aan 32 cent per pond. van 24 november 1934 Dank zij de besturen der beide Zuivelfabrieken, Fokverenigingen en Jonge Boeren, is een organisatie tot stand gekomen ter bestrijding der rundertuberculoze. - Te Well, werd aanbesteed het bouwen van een boerderij voor P. Kessels. Er waren 18 inschrijvers. Hoogste was Wed. E Smits te Well met 10.189 Laagste was J. Linskens te Blitterswijck met 7852 aan wie het werk dan ook werd gegund. geweest, wiens voorbeeld duizenden heeft gesticht. De katholieke missie in het dooi en door heidens Japan schrijft haar succes voor een groot niet gering deel toe aan de invloed, die dr Nagai tijdens zijn langdurig ziekbed en vooral ook na zijn dood op 1 Mei '51 op zijn landgenoten heeft uitge oefend. Dit verklaart de keus van de Missionarissen van Scheut,die deze film vertonen. Dr. Nagai was atoomgeleerde in de vreedzame zin van het woord. Een medicus, die zich specialiseei-de in de radiologie, hoewel hij er aan vankelijk in het geheel geen lust toe voelde. De jonge dokter had inter nist willen worden, iets wat onmo gelijk werd door een ongeval, dat een lichte doofheid opleverde. Om deze geleerde, wiens memoires stof werden voor de film, gaat het hier. Een beminnelijk man van de wetenschap, die rond 1935 na erva ringen bij zijn studies en aan het front tot het inzicht komt, dat er na de lichamelijke dood een verder le ven moet bestaan. Nagai gaat over tot het katholi cisme en trouwt de jonge Midori, die hem op de weg naar het geloof hielp. Zij krijgen twee kinderen en de in telligente medicus inmiddels pro fessor geworden beleeft de ge lukkigste jaren van zijn leven. Bezeten als hij is voor de moge lijkheden van zijn wetenschap, die duizenden zieken gezondheid kan hergeven, werkt Nagai dag en nacht, zonder zich te ontzien. De gevolgen blijven niet uit: hij ontdekt zelf de kentekenen van de leucaemie, ver oorzaakt door radio-actieve uitstra lingen bij zijn onderzoekingen. Hij weet, dat hij nog slechts enkele ja ren te leven heeft, maar juist wan neer hij bezig is zich te verzoenen met de dood, valt de atoombom, die mét duizenden anderen in Nagasaki ook zijn vrouw doodt. Dat deze door en door katholieke film in Japan door miljoenen per sonen werd bezocht, zegt toch wel iets van de geweldige bewondering, die in dat land bestaat, voor dr. Takashi Nagai. R.K. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK Paterslaan 1 Venray Nieuwe aanwinsten STUDIE-BOEKEN: Boer D., Het tweede fotoboek; Bouman P., Algemene maatschappij leer; Busschere K. de, Guido Gezelle; Claus H., Suiker; Fraser-Brunner A., Alles over uw aquarium; Grollenberg L., Kleine atlas van de Bijbel Groskamp-ten Have A. Krijgt U gasten? Hooftman H., Alles over straal vliegtuigen; Lhöte H., De rotstekeningen in de Sahara; Mirgeler A., De geschiedenis van Europa; Rilke R., Die frühen Gedichte; Straelen H. van, Aziatisch dagboek; Strijbos J., De vogels rondom ons huis; Visueel gehandicapten; Wentholt P., God, bewaar me. KLOKKEN VAN NAGASAKI Van de film opnieyw onder de titel KLOKKEN VAN NAGASAKI zullen ongetwijfeld velen onder de indruk komen. Deze Dr. Nagai immers is een verdienstelijk mens SONNEVELDS „RIM RAM" IN CUIJKSE SCHOUWBURG De bekende humorist Wim Sonne- veld, alias „Willem Parel" komt op dinsdag 24 november a.s. met zijn groep, waarin o.a. Conny Stuart, Joop Doderer, Hans van Manen en Marijke Morley optreden, in de schouwberg te Cuijk, met 't cabaret programma „Rim Ram". De stichting Gemeenschapswerk beschouwt dit optreden van een van Nederlands bekendste cabaretiers als het klapstuk van het voorseizoen en het verwacht hiervoor veel be langstelling. Zinledige praat, gedaas (aldus van Daale's woordenboek) is het meren deel van Wim Sonnevelds cabaret, dat verrassend Hollands is, zeer oor spronkelijk, bijzonder artistiek en allergenoeglijkst. Zonder ook maar een seconde van de ouderwetse praat-conferentie, waar het cabaret vroeger weieens onder leed, rijgt Sonneveld met zijn aardige liedjes bij elkaar. Het ge beurt allemaal met smaak en mo derne lijn met charme en met kleur. Daarbij verdienen de decors een bij zondere waardering. Voor de pauze treden de diverse artiesten alleen of met anderen op terwijl na de pauze het programma grotendeels gevuld woi"dt door het solistische optreden van Wim Sonneveld. Meer dan een uur lang houdt Wim Sonneveld de aanwezigen bezig met amusement van het allerbeste soort: geestig, be schaafd en charmant met enige kol derieke en clowneske kanten. Maar er valt nog meer te genieten o.a. de scène in de feestneuzen-win kel, waarin Sonneveld en Conny Stuart de zaal constant aan 't lachen houden, het shownummer van de Haagse meisjes de Wit Anno 1800 etc. Na de pauze prikt Wim Sonneveld er wat politieke cabaretjes doorheen, zingt wat onzin en zingt wat liefdes- en wiegeliedjes en slaat in zijn flat aan het dazen. Met bandopname, kleurendia's daast hij alles wat los en vast zit aan elkaar, wat de zaal ongetwijfeld als zoete koek en met veel pret zal slikken. We kunnen elkeen die van cabaret en frisheid houdt in kleur, spel, lied en smaak deze verzorgde Rim Ram van harte aanbevelen.

Peel en Maas | 1959 | | pagina 1