De Onbevlekte Ontvangenis Oudheidkundige Kring Venray... Samenwerking met Noord-Brabant TE^foon™WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Voor de politierechter Kerst-Actie voor de zieken Kinderkopjes Hij een Tentoonstelling m de Ingezonden. Uit Peel en Maas Zateriag 6 december 1958 No 49 NEGEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG f CONFECTIE VAN ?ük TEN RIJK BEZIT PEEL EN MAAS Het feest van de Onbevlekte Ont vangenis van Maria, dat wij op maandag 8 december vieren, is op één na het grootsie Mariafeest. Alleen Maria's ten Hemel-opne- ming op 15 augustus wordt luister rijker gevierd. Van alle mensen is Maria het meest door God bevoorrecht. Zij werd door God uitverkoren om de Moeder van Gods Zoon en van de Verlosser te worden en met die uiizonderlijke uitverkiezing hangen al haar voorrechten sarnen: haar onbevlekte ontvangenis, de volheid van genade, die haar ten deel viel, haar ongeschonden maagdelijkheid, haar volstrekte zondeloosheid en tenslotte haar opname in de hemel met ziel en lichaam. Dat wij katholieken niet moe worden Maria al maar te prijzen en aan te roepen als de heiligste van alle mensen, die in de hemel alles voor ons arme mensenkin deren gedaan kan krijgen, dat mag ons toch niet doen vergeten, dat Maria, even goed als andere men sen en kinderen van Adam, verlost moest worden om tot zo grote heerlijkheid te kunnen komen. Wel werd zij op voortreffelijker wijze verlost. Alle anderen komen met de erfzonde op de wereld, beroofd van het goddelijk kind schap en het goddelijk leven, als een gemakkelijke prooi voor de duivel. Maar Maria's ziel was vanaf het eerste ogenblik van haar bestaan onuitsprekelijk schoon door een volheid van genade. Gods Zoon wilde dat Zijn Moeder vanaf haar eerste bestaan nooit door enige zonde bevlekt zou zijn en steeds meer in welgevallen bij God en de mensen zou toenemen met de hulp van Gods overvloedige genade. Maar voor de rest is Maria een gewoon meisje, een gewone vrouw geweest, wier weg heus niet over j rozen is gegaan Zij is in haar leven zwaar t>e- proefd geworden. Het heeft haar ook moeite gekost om zich steeds aan Gods heilige wil te onderwer-1 pen en zich op te werken tot die meest absolute overgave aan God in geloof en liefde. Zo werd zij de allerheiligste Maagd, die onder alle vrouwen alleen waardig bevonden werd om Gods Zoon te ontvangen in haar schoot. Het feest van Maria's Onbevlekte Ontvangenis past heel goed in deze Adventstijd. We moeten ons in deze weken eens proberen in te denken wat 't wil zeggen nog geheel onverlost en een gemakkelijke prooi voor- de duivel te zijn. Want zo was sinds de zondeval van de eerste mensen het mensdom er aan toe in die duizenden jaren voor Christus' komst. De onbevlekte ontvangenis van Maria was als het eerste zwakke morgenrood, d-it de dageraad van de verlossing aankondigde. Hier was een mensenkind, dat dadelijk reeds zo van Gods genade vervuld was, dat de duivel er geen vat op kon krijgen. Nu zou spoedig de Verlosser van de wereld komen om al de andere mensen uit zijn klauwen te bevrij den en hen de vrijheid van de kin deren Gods te schenken. Met Kerstmis wil de Verlosser op geestelijke wijze in ons geboren worden. Hij wil nl. Zijn Koninkrijk in ons vestigen. Wij moeten God in deze Adventstijd bidden, dat wij de be trekkelijkheid en vergankelijkheid van al het aardse mogen leren in zien, om dan meer te gaan ver langen naar de hemelse goederen, naar het Koninkrijk van God in de wereld, in ons en in de andere mensen en naar de vreugden van het eeuwige leven. Hierom moeten wij God en Maria in deze weken vurig bidden, opdat wij open mogen staan voor de komst van de Verlosser en Hij zó in ons Zijn Koninkrijk kan ves tigen. Dan zal er met Kerstmis vrede komen in onze ziel, wanneer wij bereid zijn vol liefde en vertrou wen Gods heilige wil steeds zo goed mogelijk te volbrengen. In het boek Nrd Limburg waar< in de drie professoren duidelijk hebben aangetoond, van hoeveel belang een doortrekking van de Brabantse kanalen langs Venray naar de Maas, wel zal zijn voor de ontwikkeling van deze streek. Doortrekking van de Noorder vaart door onze Vredepeel naar de Maas, verbindt deze gehele streek, zowel het Limburgse als het Bra bantse met de grote waterwegen naar het Westen. Als zij daarnaast de Maas-Rijnverbinding bepleiten via het kanaal Arcen Ruhrori, dan is het duidelijk, dat in dat geval een doortrekking van de Noorder vaart nog van eminenter belang is. Heeft deze sociaal-economische studie deze doortrekking bepleit, ook Ged. Staten van Brabant heb ben hun aandacht hieraan geschon ken. In een beschouwing over het vaarwegennet in Noord-Brabant schrijven Ged. Staten, dat het nood zakelijk is tot normalisering van de diepgang te komen, waardoor één scheepstype kan worden gebruikt. Zuid-Willemsvaart en Wilhelmina- kanaal zullen voor een goede in dustriële ontwikkeling van Oost- Brabant verbreed moeten worden, terwijl men in de Zuid-Willems vaart bovendien tot vermindering van het aantal sluizen moet ge raken. Het College geeft voorts als zijn mening te kennen, dat Noord- Brabant geen noemenswaardig voor deel heeft te verwachten voor haar industrie en industriële ontwikke ling van een Maas-Rijnverbinding zuidelijker dan Venlo. Dit in verband met de verklaring van de Minister van Economische Zaken, waarin Oost-Brabant als probleemgebied wordt aangemerkt. Van groot belang Het is van groot belang, dat ge heel Noord-Brabant door schépen van dezelfde grootte kan worden bereikt, zowel voor onderlinge ver- voersrelaties als voor de scheep vaartverbindingen met andere stre ken. Het net van vaarwegen in Noord- Brabant dient geschikt te zijn voor het bevaren met volbeladen sche pen van 600 ton, terwijl de afme tingen van de kunstwerken, zoals sluizen en bruggen, alsmede die van vaarwegen zeil zodanig dienen te zijn, dat een schip van 1350 ton er ongehinderd gebruik van kan maken. Doortrekken Wilhelminakanaal Voor wat de internationale scheep vaartverbindingen betreft, is het belang van Noord-Brabant -nauw betrokken bij een Maas-Rijnverbin ding. Noord-Brabant kan geen noe menswaardig voordeel voor haar industrie en industriële ontwikke ling verwachten van 'n Maas-Rijn verbinding zuidelijker dan Venlo. Het is immers een belangrijke factor ter bevordering van het in dustriële klimaat als 't Wilhelmina kanaal zou worden doorgetrokken naar de Maas en vandaar een rechtstreekse waterverbinding met de Rijn tot stand zou komen. De minister van Economische Zaken heeft Oost-Brabant tot pro bleemgebied verklaard en het is onmiskenbaar een noodzakelijkheid om dit gebied tot ontwikkeling te brengen, dat naast de ontsluiting ervan langs weg en spoorweg ook die langs de waterweg bevorderd wordt. 0— Al is het ontegenzeggelijk waar, dat Venray in deze maar een be scheiden rol kan spelen, toch zal het dienstig zijn, dat voortdurend op dergelijke uitspraken geatten deerd wordt bij de betrokken in stanties en, dat samenwerking ge zocht en gevonden wordt tussen alle partijen, die hiermede belang hebben. Dat zijn naast de Brabantse ge meenten ook het Brabants en Lim burgs Provinciaal Bestuur en zeker niet op de laatste plaats de Minis ter van Economische Zaken, die tot heden nog steeds lang wacht met zijn benoeming tot „ontwikkelings gebied" van onze gemeente. Paniek in het weiland „O, meneer de politerechter, we waren zo bang", zei de dame in het verdachtenbankje. „Het was midden in de nacht, en het regende zo, en dan al die beesten...." Het gevolg van deze nachtelijke angst was, dat deze dame terecht moest staan. Zij was met haar auto na een aanrijding met een afraste ring, waarbij schade aan de afras tering was ontstaan, weggereden vóór de identiteit van auto en bestuurster behoorlijk kon worden vastgesteld of, in gewoon Neder lands: na een aanrijding was ze zonder meer weggereden. Nu had ze voor dit strafbaar gedrag enkele redenen, die haar evenwel niet van schuld konden vrijpleiten. De dame was die avond met een drietal vriendinnen naar de stad geweest. Zij hadden gezel lig gewinkeld en gezellig gegeten. Zij hadden een bioscoopje gepikt en na afloop een kopje koffie ge dronken. Het was later geworden dan ze van plan waren, en het middernachtelijk uur was al ver streken toen de wagen door de verlaten buitenwijken naar het dorp terugsnorde. Het was afschuwelijk weer die nacht. De regen stroomde omlaag, en er was geen kip op de weg. Hoe het kwam kon de autobestuur- ster niet verklaren. Maar op een gegeven moment raakte haar rechtervoorwiel van de afgeknab belde zijkant var. de asfaltweg af. Zij gaf het stuur meteen een flinke oplawaai naar links, schoot met wagen en al dwars de weg over, de berm over, door een weide- afrastering, om in het weiland tot stilstand te komen. Hevig geschrokken, maar zonder verwondingen, stapten de dames uit de wagen in het sopperige wei land. Het duurde niet lang of zij waren doorweekt. De schade bleek aanzienlijk. De reparatie van de auto heeft naderhand ruim f 800.- gekost; die aan de afrastering f 6. of minder dan 1 pet. van het totaal. Toch ging het om de kapotte afrastering. Men mag niet weg- jyden als andermans boeltje be schadigd Is. De dames strompelden in de nachtelijke regen door de modder, maar nergens doemde een ridder lijke persoon op om als helper op te treden. Het enige dat er op zat was, de spatborden wat van de banden af te buigen en vervolgens te proberen of ze weg konden komen. Het natte weiland werd evenwel bewoond door een aantal koeien, die enigszins onthutst ontwaakten we sens dit nachtelijk bezoek. Nieuwsgierig geworden kwamen zij op het felle licht van de kop lampen af. De hevig aan de spat- schermen rukkende dames ontdek ten pas op het laatste moment dat zij waren ingesloten door een kop pel best melkvee. Zij stieten luide gillen uit, stortten zich in de kapotte auto en trachten door geschreeuw, claxongeloei en kssst- geroep de dieren op een afstand te houden. Deze vonden het specta- kel biezonder interessant. Zij gingen er op hun gemak bij staan her kauwen. Daar geen van de dames nu de wasen nog durfde, te verlaten is men weggereden terwijl de gedeukte spatborden nog over de banden schaafden. Toen het restant van het vehikel was weggerarameld, konden de koeien door de ver woeste afrastering zomaar de ver keersweg op. En dat vond de rech ter terecht onverantwoordelijk. Hij hield echter rekening met de aangebrachte schade van 6 gulden en de eigen strop van f 800.en bovendien met de duizend angsten, die de gillende en claxonerende dames hebben doorstaan toen zij nadenkend werden aangestaard door talrijke stamboek-ogen. Daar om bleef het bij f 25.boete. Met de raad voortaan wat vroeger huis waarts te keren. in de Parochie van St. Petrus Banden. Van 7 tot 13 december zullen de meisjes weer rondgaan om aan U allen een gave te vragen om daar mee onze zieken te verblijden met Kerstmis. Deze actie wordt ieder jaar met groter succes gevoerd. Als U wist hoe dankbaar onze zieken zijn voor meeleven, ge zoudt nog veel meer geven! Vorig jaar hebben 273 zieken een pakje gekregen. Ge begrijpt hoeveel er nodig is. Vergeet niet aan de meisjes op te geven de adressen van zieken uit onze parochie, die elders verpleegd worden. Onze zieken staan niet bulten het parochiële leven, zij zijn en blijven volwaardige leden en juist door hun lijden en gebed slaagt ons werk. Laten wij door onze gaven blijk geven van dit meeleven. Op deze wijze gaan wij samen met onze lijdende broeders en zus ters een zalig Kerstfeest vieren Babyderm Haarwater (Haar- groeï-tonic) legt reeds in de jeugd de basis voor een gezonde haargroei. Flacon f 1.90. Voor lange tijd toereikend. De liefde tot zijn land Is Ieder aangeboren, zegt onze grote dich ter Vondel. Wij weten niet, of het in onze dagen nog altijd opgaat, maar de Limburger heeft in ieder geval de liefde tot eigen plaats, streek en gewest van huls uit. Al komt ze dan soms alleen maar tot uiting in de liedjes van een Frits Rade maker en Jo Ehrens. Toch heeft het er de schijn van, dat Venray in dit Limburg-e land een uitzondering is. Zeker, waar die liefde tot eigen land zich de monstreert in heemkunde-beoefe- ning. Onbekend maakt onbemind. Als men de Venrayer in het al gemeen vragen zou stellen over de streek, waarin hij woont, de daarin levende of geleefd hebbende men sen, over zeden en gewoonten, over flora en fauna, monumenten en historische overblijfselen, sagen, legenden, oude gebruiken, liederen en vertelsels en bovenal over de geschiedenis van zijn gemeente, dan zou men, geloven wü, versteld staan over de onkunde en het vol komen gebrek aan enig begrip, in zake al die dingen. Zeker, we luisteren graag naar een gezellige, oude verteller, die uit zijn jongensjaren de aardigste herinneringen opdiept en we heb ben dan wel eens de woorden in de mond van: „dat moest toch wel op een of andere manier bewaard blijven", maar daar houdt dan ook alles mee op. We degraderen Henschenius tot een carnaval-figuur, vinden een mutsentoer een ouderwets en loinp ding, staan met de mond vol tan den als ze hen iets vragen over de St. Petrus Banden en interesseren zich hoogstens over wat antiek, in de vorm van wat koperen ketels of wat tinnen eetgerei, een deken kist en wat dies meer zij. Nu ls dit gelukkig geen kwestie van onwil, maar hoe wil men zich kunnen Interesseren voor heem kunde, als men er geen kennis van heeft, als men daar nooit iets over heeft gehoord of gelezen, als hier nooit over gesproken is. Hoe wil men verwachten, dat het publiek warm loopt voor de ge schiedenis van een gemeente, van een kerk, van een inrichting, als deze zelfs niets weten en schijn baar ook geen moeite doen het oude en voorbije voor 't nageslacht te bewaren. Kan men de boeren van 't Veulen het kwalijk nemen, dat ze vroeger die smerige potjes kapot sloegen, die ze vonden in hun bedrijven. Wie heeft hen ooit verteld, dat het Germaanse urnen waren van honderden jaren voor Christus, behalve toen het telaat was. Wie kan de jonge boer verwijten, dat hij het oude materiaal kapot heeft geslagen, waarmede zijn grootvader vroeger 't vlas bewerk te. Het lag al zolang in de weg en niemand had er enige interesse in. Zo kan men blijven doorgaan. Wat oud is, gaat de weg van al het stoffelijke, het verdwijnt op de een of andere wijze en is verloren, voordat men er erg In heeft. Als dan nog oorlog en verwoesting aan die verdwijning hun steentje bij dragen, gaat het tempo nog al hoger worden. Maar hoe ouder de mens wordt, des te meer begint hij te begrijpen, dat het oude toch ook zijn waarde heeft en had, dat geschiedenis toch ook zijn lessen geeft voor de tijd van vandaag en dat „modern" soms hetzelfde is, als „arm". Dat de din.-en uit het verleden toch hun waarde blijven behouden en dat de kennis van en de liefde voor dat oude de mens alleen maar rijker maakt. En daarom zien we de moderne mens steeds meer belangstelling krijgen voor het oude, voor de ge schiedenis, voor de taal, voor de oude zeden en de gewoonten, voor alles wat vroeger leefde en werkte, waar hij thans leeft en werkt. We merken dat aan de steeds groter worden oplagen van gedenk en geschiedenisboeken, we zien streekmusea ingericht worden, des kundige onderzoeken ingesteld worden. We zien gemeenten samen werken bij de aanstelling van archivarissen en in verschillende plaatsen al of niet in organisato risch verband heemkunde bedreven worden. Oudheidkundige Kring Gelukkig Is het ook in Venray beginnen te dagen. Daar hebben in oktober 1955 enkele mensen de hoofden by elkaar gestoken en zich als doel gesteld alles te ver zamelen, wat er maar bekend is van Venrays geschiedenis in de meest algemene zin van het woord. Zy wilden en zullen dus proberen de oude gebruiken op te schryven, de vindplaatsen van oudheidkundige dingen vast te leggen, links en rechts al eens wat oude dingen op te vragen enz. enz. Puur amateuris tisch, als een voortreffeiyk soort vrye-tyds-besteding en vooruit lopend op het werk wat eenmaal een streek- of gemeente-archivaris officieel zal moeten gaan doen. Hun initiatief, dat mede gesteund wordt door Venrays gemeente bestuur, is dan een begin van een Venrayse heemkunde, waarvoor zo veel al onherstelbaar verloren is gegaan, maar waarvoor ook nog veel bewaard kan worden. Practische resultaten Als een begin van hun twee-jarig werk, presenteert deze kring nu a.s. dinsdag een soort doorlopende tentoonstelling van wat zy, dikwijls met veel moeite en met veel op offeringen nog te pakken hebben kunnen krijgen. Op die dag zal n.l. de Burgemees ter enkele show-kasten onthullen, die voorlopig nog zyn opgesteld, boven in de hal van de raadszaal. En in deze kasten, waar dus ieder een dagelqks naar kan gaan kyken, vindt de aandachtige bezoeker een unieke collectie materiaal verza meld, waarom menig grotere plaats Venray benyden zal. Daar vindt men urnen met eindeloos geduld gerestaureerd uit de tientallen scherven, die men er gens in de bossen na lang zoeken vond. De laatste rustplaats van mensen, die 40003000 jaren voor Christus in deze streek hebben geleefd. Men ziet er de laatste overbiyfselen in van een vrouweniyk, die niet door het crematie-vuur verteerd werden en men kykt naar de kleine urn, waarin haar kind begraven werd en by haar werd bygezet. Men ziet er naast de urnen uit de jongste steentyd f3000—1850 voor Christus) de urnen uit de bronstyd. De bronsen speerpunten liggen naast een unieke collectie stenen byien, naast speerpuntjes en sier raden, byna verteerd door de roest. Herinneringen aan onze voor vaderen, die voor meer dan 3000 jaren hier hebben gewoond, gevist, gejaagd en zyn gestorven. Naast de gebruiksvoorwerpen uit de yzertyd, ziet men de water kannen der Romeinen, aardewerk en zelfs een Romeinse dakpan terug. Drie kasten vol van dat prach tige materiaal, waarvoor een en keling zich heeft geïnteresseerd en zich heeft ingezet en waaruit de archeoloog en andere deskundigen, zoveel vertellen kunnen over onze voorgeschiedenis. Een collectie, die van heinde en ver, juist deze deskundigen naar Venray heeft gelokt en die mede zal bydragen tot het ontsluiten van Venrays oudste geschiedenis. Koningszilver Let wel, het Is allemaal amateurs- werk. Jongelui en oudere mensen, die met liefde voor eigen plaats en eigen historie jarenlang hun vrye tyd besteed hebben met zoeken en nog eens zoeken, met uitgraven, verzamelen, determineren en dan voorzichtig weer ineen zetten. Zo zyn anderen bezig met het verzamelen van foto's en teke ningen, met het verzamelen van materiaal, met het vastleggen van oude gebruiken van oude namen. Men zoekt en peutert in de ge schiedenis en van ieder stuk waar Venrays naam in komt, wordt een afschrift gemaakt. Stukjes van de grote legpuzzle van Venrays ge schiedenis. Amateurs werk, maar zinvol en vol piëteit. Als men op diezelfde tentoon stelling oude munten ziet liggen uit het Gelderse, het koningszilver ziet hangen van de schuttery „Het Hof", aardewerk ziet van 800 j. na Christus, dan gaat de geschiedenis leven, wordt interesse gewekt. Dat is dan ook de zin van deze tentoonstelling, van dit hele werk. En om dat te bereiken komt op die dag een dr. Galema, directeur van het oudheidkundig werk en zal de belangstellende bezoeker, juist aan de hand van het tentoongestel de, iets vertellen over de ryke schat, die Venray's bodem nog bergt aan geschiedkundige en oud heidkundige gegevens. Verzuimt ook U niet, als U eens een keer op het gemeentehuis komt naar boven te gaan en eens op Uw gemak te kyken. Later, als in het pand Min een extra-kamer hiervoor gereserveerd wordt, zal deze collectie grootser en uitgebreider, nog beter tot zyn recht komen. Voor de Missie Hoorde ik zondagmiddag Pater van Croonenburg goed, by zyn „Hand aan de Ploeg", ln de KRO- uitzendlng dan gaan onze R.K. onderwyzers, één procent van hun wedde over de maand december aan de missie schenken. Wat doen nu onze R.K. Intelec- tuelen, onze R.K. Industriëlen, onze R.K. Middenstanders, onze R.K. boerenstand, onze R.K. ambtenaren, onze K.A.B., gaan deze nu ook allen, één procent van hun maand-inkomen over december aan de missie be schikbaar stellen. Haast te mooi om waar te zyn? Wel neen, spant er U eens voor om zo iets te bereiken, klim eens uit Uw ivoren toren der weten schap, maak er eens wat van en laat allemaal Uw geld, niet alleen maar op de bank staan, geef er wat van, voor de missie een pro cent van Uw maand-inkomen. Maak, en wordt ryk door te geven, zoveel als 't kan. Dank U. van 5 december 1908 Onze dorpsgenoot, de heer Jean Thissen slaagde te Amsterdam als hulp telegrafist by de Postery en en Telegrafie. Aan de heer L. H. A. Spee, bakker alhier, werd vergunning verleend tot het oprichten van een broodbakkery. van 6 december 1913 Door de Broeders van Liefde alhier zal een krankzinnigengesticht worden gebouwd te Noordwyker- hout. Tot Stationschef alhier werd benoemd, in plaats van de heer W. Schmits, de heer Janssen uit Ven ray. Nieuws uit Venray en Omgeving Limb. Kath. Invaiidenbond „St. Liduina" Op de jaarvergadering van de Limb. Kath. Invaiidenbond „St. Liduina" te itocx-iuond gehouden, werd de heer Em. Bariels. voorzit ter van de Dek. afd. Venray, ge kozen ais bestuurslid van de Limb. Bond. Tevens werd hy afgevaardigd om zitting te nemen in het Nationale Hoofdbestuur van deze bond welke in Rotterdam is gevestigd. St*. Njpolaas op bezoek Zaterdagmiddag j.l. bracht de goed Heilig Man een bezoek aan de kinderen van de buurtvereniging Het Molenplein. Om half 3 arri veerde Hy in zaal Wilhelmina ver gezeld door twee van z'n knechten, waar Hy door 200 kinderen harte- ïyk werd verwelkomd. Na het welkomswoord van de vice-voorzitter, de heer Schoen makers, onderhield de Sint zich met ieder kind persoonhjk en werd tevens door Hem aan elk kind speelgoed uitgereikt. Hierna vertoonde de Eerw. Kap. Helimans enkele kinderfi/men, welke by de jeugd zeer in de smaak vielen. Tot slot werd door de zwarte pieten aan de kinderen versnape ringen uitgedeeld, waarna alien, zowel groot als klein, zeer voldaan huiswaarts keerden. Het bestuur mocht van verschillende zyden tevredenheidsbetuigingen in ont vangst nemen voor het succesvol slagen van deze middag, waarvoor kosten nog moeiten waren gespaard. AUTO ONDER PAARD Vreemd ongeluk met drie gewonden In de nachf van zaterdag op zon dag heeft zich op de Venrayseweg te Wanssum een merkwaardig ongeluk voorgedaan, waarby een auto letteriyk onder een paard kwam. Drie inzittenden van de auto werden by dit ongeluk ge wond. Garagehouder J. Derksen uit Venray, die per auto naar huls reed, merkte te laat een uit een weiland ontsnapt paard op, dat midden op de weg liep. De auto botste tegen het paard dat boven op het voertuig sprong. Het dak van de auto bezweek onder deze grote last (het paard woog maar liefst 1300 kg) geheel. Drie van de vier inzittenden werden gewond. Het waren de echtgenote van de garagehouder mevrouw Derksen en twee van zyn zusters de dames L. en B. Derksen. Mej. L. Derksen liep een shock en een zware her senschudding op en mej. B. Derk sen een beenbreuk. Beiden moesten in het ziekenhuis te Venray worden opgenomen. Mevrouw Dei ksen werd licht gewond. Na in het ziekenhuis behandeld te zyn kon zy huiswaarts keren. De chauffeur van de auto bleef ongedeerd. Het paard, toebehorend aan land bouwer Koenen uit Geysteren, werd vrij ernstig gewond, maar behoefde niet te worden efgemaakt. Het ongeluk gebeurde, toen de chauf feur van de auto voor een tegen ligger moest dimmen.

Peel en Maas | 1958 | | pagina 233