Bejaardenzorg
Economisch en veilig
Overpeinzingen
Brabantse humor
Zaterdag 17 November 1956 No 46
ZEVEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
"EEN RIJK BEZIT
W PEEL EN MAAS
™o;™^TTGt8VE ^'efoon'5"2en gÏkoc™ WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN PRIJS PER KWARTAAL t 1.25 BUITEN VENRAY I 1.45
Horst, Overloon, Someren... drie
plaatsen in de buurt, waar men
het laatste jaar besloten heeft om
een of meerdere gebouwen te gaan
plaatsen, waarin de bejaarden een
rustige oude dag kunnen hebben.
Drie plaatsen dus, die metterdaad
aan de oplossing van wat men nu
noemt „het bejaarden-probleem"
meewerken.
Men heeft zich daar gerealiseerd
dat 8 pet. van de Nederlandse be
volking op dit moment onder de
zogenaamde bejaardengroep hoort.
Cijfers, die voor de ene plaats
misschien wat gunstiger, voor de
andere plaats misschien wat on
gunstiger uitvallen, maar die alleen
maar stijgen kunnen in de komen
de jaren, omdat door allerlei om
standigheden de gemiddelde leeftijd
van de Nederlander blijft stijgen.
Deze mensen hebben de 65 ja-
ren-grens overschreden en gaan,
zoals men dat noemt, met pen
sioen.
Zij komen dan feitelijk los te
staan van hun werkzaamheden en
dikwijls ook van hun bezigheden
en worden geacht voortaan hun tijd
in ledigheid door tejbrengen.
En de tijd ligt nog niet ver ach
ter ons, dat deze mensen als een
soort invaliden werden beschouwd.
Nu is het waar, dat van som
migen van hen, door de last der
jaren, de werkkracht inderdaad
gedaald zal zijn, maar het feit, dat
de geleerden (of men zich wendt
tot econoom of tot medici) het er
nog lang niet over eens zijn of en
voor hoe lang een persoon van 65
jaar nog op effectieve wijze kan
deelnemen aan het arbeidsproces,
toont al aan, dat ook op dit terrein
vele verouderde meningen om
herziening vragen.
Diepgaande onderzoekingen zul
len in de komende tijd over deze
kant van het probleem misschien
wel eens tot vreemde conclusies
kunnen komen.
WAT MOET MEN NU
MET DEZE MENSEN
In het verleden was het zo, dat
de zorg over de bejaarden geheel
aan de kinderen kwam.
Die trouwden bij hen in of vader
en moeder gingen bij een van de
kinderen wonen. Dit stamt eigen
lijk nog uit de dagen, dat de ouders
tot aan hun dood de zeggenschap
over hun kinderen hielden.
De oudste in de familie was een
„pater familias". Die gedachte vindt
men ook hier nog wel, maar de ver
anderde tijden zijn er oorzaak van,
dat hier al langer hoe meer vanaf
gestapt wordt.
De ruimte in de huizen is kleiner
geworden en de arbeid mobieler,
waardoor de kinderen meer her en
der verspreid worden over 't gehele
land, ja, zelfs door emigratie, over
de gehele wereld wonen. Tweeprac-
tische oorzaken, die aan dit „pater
familias"-idee mede een einde
maakten.
Maar er zijn ook nog andere oor
zaken,
Allereerst is het niet meer zo,
dat iemand, die 65 jaar oud, een
stumper of gebrekkige is. Integen
deel, hij of zij wil nog zijn eigen
boontjes blijven doppen, zolang hij
of zij dit nog kan.
Ouderen hebben andere ideën als
jongeren en bij samenlevingen kun
nen deze ideën wel eens grote
moeilijkheden en diepgaande ver
schillen veroorzaken.
Daarom is voor behoud van het
wederzijds zelfrespect nodig, dat
elk gezin zelfstandig moet kunnen
leven en werken.
Dat is dan argument no. 2.
Tenslotte is het niet meer zo,
dat de bejaarde ook financieël af
hankelijk is van zijn kinderen.
Pensioenen en andere voorzie
ningen schenken hun een eigen
inkomen, waardoor ook hun con
sumptie-niveau aanmerkelijk is
veranderd en verbeterd.
De mogelijkheden om zelfstandig
te blijven zijn er dus in ruimere
mate dan vroeger.
Wanneer deze mensen van deze
kans ook inderdaad willen profi
teren, is het bejaardenprobleem
geschapen, indien daartoe de mo
gelijkheid niet geschapen wordt.
Zij willen zelfstandig zijn en op
eigen manier ook hun eigen huis
houding blijven doen, zo lang als
dat mogelijk is.
BEJAARDEN-CENTRUM
De laatste jaren is het zo, dat
hiervan in de praktijk weinig te
recht komt.
De woningnood dwingt hen bij
anderen in te wonen of zelf inwo
ning te krijgen. Anderen zitten, nu
de kinderen vertrokken zijn, met
tè grote huizen, waarvan het on
derhoud niet alleen te veel geld,
maar ook te veel zorg vraagt.
Zo is men feitelijk gekomen tot
een soort bejaardenwoning, welke
speciaal op de wensen van de ou
deren zijn ingericht.
Deze bieden een maximum aan
gerief en gezelligheid, met een mi
nimum aan arbeidsoffer om de wo
ning en inrichting daarvan instand
te houden.
Er is in verschillende plaatsen
van ons land met de uitvoering van
deze bejaardenwoningen een begin
gemaakt en links en rechts is men
aan 't experimenteren en proberen,
wat ook nodig is, want over 25
jaren zal men aan ongeveer 10 pet
van de bevolking deze woning moe
ten bieden.
Maar dan is alléén een oplossing
gevonden voor hen, die inderdaad
een eigen gezinsleven kunnen be
houden.
Wat dan met alléén-staanden
Zij zijn nu „in de kost" en lopen
feitelijk eenzaam door het leven te
dwalen, wachtend op het einde.
Ze hebben misschien via een soos
of anderzins contacten met „col-
legas", maar bij ziekte of ouder
domskwalen zijn het gewoonlijk
arme stakkerds.
Er zullen dus verzorgingshuizen
moeten komen of hoe men die ook
noemen wil.
Huizen, waarin deze mensen niet
alleen een geriefelijke kamer vin
den, gelegenheid tot ontspanning
en tot het ontvangen van bezoek,
maar waar ook een kleine zieken
zaal aanwezig is, om eventueel ge
brekkige mensen te helpen.
De meest ideale oplossing zou
zijn, een dergelijk tehuis, waar
rond omheen de bejaarden wonin
gen zijn gegroepeerd, het zg, be
jaardencentrum, waarin de oudjes
zich vrij als een vogel kunnen be
wegen.
Dat een dergelijk tehuis ook wel
prachtig geschikt zou zijn voor de
vrijgezellen, is een bijkomstigheid,
die men echter niet mag verwaar
lozen, omdat hierdoor de bejaarde
inwoner ook een inniger contact
houdt met de jongeren.
Nogmaals, dit hele probleem is
in studie. Men doet het hier zo,
daar zus, maar er wordt iets ge
daan.
HOE IN VENRAY
In de algemene nood der bejaar
den maakt Venray gaan verschil.
Ook hier zijn vele bejaarden ge
dwongen tot samenlevingen, die zij
niet wensen en die door anderen
niet gewenst wordt.
Ook hier zgn. kostgangers, die
niet weten wat te doen met hun
vrije tijd en ook hier mensen, die
dolgraag anders wilden, indien het
maar kon.
Wil men anders, dan moet men
echter naar elders, waar men echter
moet wachten, omdat de eigen in
woners van de plaats natuurlijk
voorgaan.
Hoe zit het nu in Venray met de
bejaardenzorg, waar we dan alles
onder verstaan, dat de mensen boven
de 65 jaar jaar gelegenheid geeft,
hun eigen baas te blijven?
We moeten jammer genoeg
constateren, dat op dit terrein alles
nog te wensen over laat.
Men heeft jaren geleden eens een
grote enquête gehouden, om de in
teresse te peilen naar een bejaarden
centrum, maar aangezien onbekend
onbemind maakte, en bovendien het
ouderdomspensioen slechts gedeel
telijk bestond, is hiervan zeer wei
nig terecht gekomen.
Cijfers zijn daarom nooit gepubli
ceerd en het Sociaal Charitatief
Centrum, dat in deze de leiding had,
is ook nimmer meer op de uitslag
terug gekomen.
Dit is jaren blijven hangen, tot
vorig jaar door hetzelfde centrum
een studiecommissie is ingesteld,
die dit probleem en zijn oplossing
zou bestuderen. De commissie was
er ternauwernood, toen bericht
kwam, dat de Zusters van St Joseph,
een verzorgingshuis zouden gaan
bouwen.
Noch van de studiecommissie,
noch van de zusters, is ooit nog
wat gehoord. Of de toen opgezette
plannen verwezenlijkt zullen worden
is een vraag, waarop schijnbaar
niemand het antwoord weet.
We hebben indertijd wel gewaar
schuwd, dat de bouw van een verzor
gingshuis slechts een gedeeltelijke
oplossing is, omdat daarmede de
be jaarden woning niet verwezenlijkt
wordt en daarmede niet het „eigen
baas" blijven der bejaarden. Maar
zoals gezegd er is niemand die daar
op een antwoord weet.
De nood groeit eerder dan hij af
neemt. En met het voorbeeld van
andere kleinere plaatsen voor ogen,
moet men in Venray toch ook tot
een oplossing kunnen komen.
Doen we het niet voor de thans
levende bejaarden om het maar
eens heel cru te zeggen dan
moeten we het in ieder geval voor
ons zelf doen, die onherroepelijk
ook eens voor dezelfde problemen
komen te staan. En dan'door eigen
ervaring geleerd ons zelf de bit-
tetste verwijten moeten doen, om
dat we nu niet de kansen gegrepen
hebben en nu niet gezorgd hebben.
BEL OP BIJ BRAND
No. 392
In Uw blad van Zaterdag jl.
kwam een artikel voor, over het
stoken in de winter, waarbij een
vergelijking werd gemaakt tussen
de verwarming door electriciteit,
gas, kolen en olie.
Met de conclusies daarvan zijn
we het niet eens.
Als we voor deze vier soorten
verwarming een bepaalde ruimte
nemen, die we willen verwarmen,
dan kunnen we de kosten verge
lijken, die bij iedere soort verwar
ming gemaakt moeten worden om
een behagelijke temperatuur in die
ruimte te krijgen en te houden.
ELECTRICITEIT.
Om een kamer van 90 m3 inhoud,
die bij 15 graden Celsius vorst
6000 k cal/uur nodig heeft om op
temperatuur te komen, electrisch
te verwarmen, heeft men een ap
paratuur nodig, die 7000 watt le
vert, omdat 1 kilowatt overeenkomt
met 859 k cal/uur en het rendement
op 100 pet. gesteld kan worden.
Dat eist echter alle mogelijke
voorzieningen, die normaal niet
worden toegepast. Maar zelfs als
we 2000 watt aanhouden als ge
middelde, dus het 2 zevende deel,
dan kost bij 10 stookuren per dag
de electrische verwarming ongeveer
f 60 per maand.
Voordelen: gemakkelijk te bedie
nen, geen stof etc. meer.
Nadelen: te duur!
GAS.
Voor diezelfde kamer nemen we
nu stadsgas, met een verbrandings-
waarde van 4000 k cal m3. Bij een
rendement van 75 pet. (25 pet. gaat
door de schoorsteen) hebben we
voor onze verwarming dan nodig
2 ro3 uur stadsgas. Nemen we het
zelfde gemiddelde verbruik als
hierboven, dan wordt dit 2/7 maal
2 m3 is 0.57 m3gas per uur.
Bij een prijs van 13 ct. per m3
kost, gasverwarming dus met ge
middeld 10 stookuren per dag f 22
per maand.
Voordelen: zie electriciteit.
Nadelen: het voor kinderen zeer
gevaarlijke gaskraantje en gevaar
van tijdelijke vermindering van
gasdruk, waardoor later ontplof
fingen en of verstikkingen kunnen
voor komen.
KOLEN.
Weer dezelfde kamer met een
haard, die 75 pet. rendement geeft
en waarin behoorlijke kolen wor
den gestookt met een stookwaarde
van 7400 k cal per uur. Deze kolen
zullen ongeveer f 16 kosten.
Een eenvoudige berekening toont
aan, dat we dan ongeveer voor 5
cent per uur gemiddeld per winter
verstoken. (100/75 maal 6000/7400
x f 15.) Bij 10 stookuren per dag
bedraagt dat f 15 per maand.
Nadelen: het aanmaken vraagt
naar verhouding méér brandstof.
Een haard heeft gewoonlijk méér
dan 10 branduren per dag, omdat
hij 's nachts aanblijft, ook al van
wege het lastige aanstoken.
In de kille herfst- en lenteavon
den te warm. Verder stof, inleggen,
uithalen, kolen halen in de opslag
plaats enz.
OLIESTOOK.
Weer dezelfde kamer, maar nu
met oliestook. De stookwaarde van
1 liter brandstof bedraagt 9000 k
cal. De prijs is 17 ct. per liter. Het
rendement 75 pet. (denk aan de
schoorsteen).
Zetten we dezelfde berekening op
als hierboven, dus 100/75 maal 2/7
maal 6000/9000 maal 17 ct., dan
kost ons de olieverwarming f 0.043
per uur. Met 10 stookuren per dag
komt dit gemiddeld op f 13 per
maand uit.
Dit is dus een heel andere con-
cluse, als waartoe Uw artikel komt.
VERMEENDE NADELEN
VAN OLIESTOOK
De voordelen van oliestook zal
iedereen duidelijk zijn. Gemakkelijke
opslag, geen stof en gemakkelijke
warmteregeling.
In het betreffende artikel wordt
gesuggereerd, dat oliestook ook na
delen heeft en hierover nog graag
een enkel woord: grote roetaf zet
ting was een van die nadelen.
Inderdaad kan men roetafzetting
voorkomen, doch alleen als de
schoorsteentrek telaag is. Iedere in
stallateur zal de trek eerst opmeten,
voordat hij U een oliekachel ver
koopt.
Blijkt de schoorsteentrek niet op
te voeren te zijn, dan moet hij U
afraden om een oliekachel te kopen.
Maar bij de meeste schoorstenen is
de trek ruim voldoende en moet
zelfs iets getemperd worden door
de trekregelaar, die dus inderdaad
een zeer nuttige rol te vervullen
heeft in deze.
Een tweede nadeel was volgens
genoemd artikel de onveiligheid van
de oliekachel. Practisch alle olie
haarden, die op de markt worden
geleverd met een zgn. carburateur.
Dit apparaat zorgt niet alleen voor
een regelmatige olietoevoer, maar
sluit die tevens geheel af, indien
door een of andere oorzaak die
toevoer te groot zou worden. Er
bestaan zelfs carburateurs die nog
een extra afslag hebben en bij het
uitdraaien van de oliekachel auto
matisch een tweede kraan afsluit,
zodat zelfs, al mochten kinderen
de carburateur opendraaien, er niets
gebeuren kan, omdat eerst de
tweede kraan opengedraaid moet
worden.
Diezelfde carburateur zorgt er
ook voor, dat wanneer olie toe
stroomt, zonder dat die wordt aan
gestoken of verbrand, die olietoevoer
wordt stopgezet. Het feit, dat brand
verzekeringen voor oliekachels met
carburateurs geen hogere premie
vragen, zegt voldoende.
Oliehaarden zijn dus heel wat
veiliger als bv. gas.
Dat men een warme oliekachel
niet opnieuw aan moet steken, is
waar, maar dat, als men het wel
doet, steekvlammen zullen opgaan,
is fabel.
VOORDELEN
Hoewel 't ver van ons is,reclame
te maken voor de oliekachel, ge
loven we, dat op dit terrein nog
veel on- en misverstand heerst.
In Nederland kennen we de olie-
verwarming nog maar slechts en
kele jaren, maar in het buitenland
en met name in Amerika, betaat
dit soort verwarming al jaren en
wint iedere dag meer terrein.
Vanwege de vele voordelen, ook
op economisch terrein.
Wij in Nederland moeten dit soort
verwarming nog leren kennen,
moeten hem ook leren gebruiken.
Nog te veel komt het voor, dat
men een dergelijke kachel de hele
dag constant op „volle kracht" laat
draaien, terwijl men misschien 3 of
4 uren inderdaad bij de kachel zit.
We moeten leren, dat de „ver
snelling" ons voordelen kan brengen
en, dat het altijd loont om bij het
verlaten der kamer de regelaar
terug te schakelen, wat automa
tisch dan zorgt voor verminderde
warmte.
Als we dat inderdaad aanwennen,
dan blijft naar onze overtuiging
van het sprookje, dat olie ver war
ming duur is, niets meer over, het
geen wij ook met bovenstaande
cijfers hebben bewezen.
J.L.C. BAKKER
(van redactiewege ingekort)
HONGARIJE I
Het optreden van de Verenigde
Naties ten aanzien van Hongarije
is meer dan bedroevend te noemen.
Dit instituut, waarin de volkeren
van bijna de gehele wereld bijeen
komen en ten minste hun gevoelens
uitspreken over de gevaren van
oorlog en vrede, is schromelijk te
kort geschoten, toen na te lang
dralen, de misdadige overval op
Hongarije aan zijn oordeel werd
voorgelegd.
De resoluties van de Ver. Staten
en enkele anderelanden, waarin het
optreden van de Sovjets tot twee
maal toe werd veroordeeld en de
Russen dringend verzocht werden
Hongarije te verlaten, kreeg een
meerderheid wel iswaar, maarniet
een klinkende.
De Aziatiatisch-Afrikaanse landen
onthielden zich van stemming. En,
dat in een zaak die kennelijk tegen
de menselijke beginselen, maar
bovendien nog tegen de beginselen
van de Ver. Naties indruist. Dit
bewijst eens te meer, hoe de Aziati
sche landen angstig zijn voor Rus
land en niet gaarne de vriend
schap van dit land verliezen.
Het is bedroevend, dat ook haat
en wantrouwen tegen de landen van
het Westen, maar ook tegen de
landen als Z-Amerika tot zulk een
laf optreden stimuleren.
Indonesië heeft gelukkig een iets
dapperder geluid laten horen, maar
een land als India, dat altijd pre
tendeert voor de rechten van de
kleinen op te komen heeft zich
bijzonder zwak gedragen.
De verbittering onder ons, die
tegen Rusland reeds zo fel was,
keert zich ook nog tegen deze
groep van landen. Maar Hongarije
is er niet mee geholpen.
HONGARIJE II
Hoezeer de communistische groep
in Hongarije machteloos staat tegen
over de huidige situatie, blijkt wel
uit het feit, dat Janos Kadar, die
in naam heet Hongarije te regeren,
geen invloed uitoefent. Daarom
klinkt het ons maar ergerlijk en
belachelijk als wij 's avonds of 's mid
dags de Nederlandse nieuwsdienst
horen omroepen en praten over
„premier Kadar" en over „de rege
ring" van Hongarije. Bovendien
horen we de verzetsstrijders be
titelen met de naam van „opstan
delingen of rebellen".
Tot die heren van de nieuws
voorziening. De heren vergeten
echter, dat, wanneer zij zouden
spreken over de „z.g. premier Ka
dar" en over de „Quisling-regering"
van Hongarije en over de „vrijheids
strijders" zij dichter bij de objectivi
teit zouden zijn dan met hun tegen
woordige terminologie.
HONGARIJE III
Onder de groepen en personen,
die onverbloemd hun visie op het
Hongaarse drama durven zeggen
behoort de H. Vader.
In de rede die hij zaterdag voor
de gehele wereld uitsprak heeft hij
de tyrannie en de terreur van
Hongarije onverbloemd gekraakt.
Hij heeft daarbij het gebruik van
wapenen afgewezen met alle
volkeren der aarde. Maar hij heeft
iets anders gedaan, dat o.i. niet
overal goed begrepen is. Hij heeft
ons aangespoord een eenheidsfront
te maken tegen de landen, die voort
gaan in naam van het communisme
zulke terreur uit te oefenen.
Eendrachtig optreden, „zodat het
waarlijk niet onze schuld is, wan
neer dergelijke volkeren een woestijn
en eenzaamheid om zich heen
voelen".
Wij moeten dus heel het Sovjet
blok uitstoten uit de Ver. Naties,
de Unesco, Unicef, Ecosoc. De Paus
vraagt hier om het „nulla commu-
nio", nu het fabeltje van de coëxis
tentie op haar werkelijke waarde
beproefd is. Vandaar dat wij in
Nederland geheel in deze geest ge
handeld door niet deel te nemen
aan de Olympische Spelen. Waar
blijven de anderen?
Nieuws uit
Venray en Omgeving
GBOENE KRUIS
DONDERDAG a.s.
Consultatiebureau voor zuigelin-
uit de Kom
BEKENDMAKING
Burgemeester en wethouders van
de gemeente Venray, brengen ter
kennis aan belanghebbenden, dat
zij voornemens zijn aan de raad
dezer gemeente een voorstel te
doen tot het onttrekken aan het
openbaar verkeer van de weg ka
dastraal bekend gemeente Venray
sectie C no. 7559, voorzover die weg
is gelegen tussen de percelen ka
dastraal bekend gemeente Venray
sectie C no. 5190 en 4806 en het
gedeelte van die weg voorzover dat
-is gelegen ten westen van eerst
genoemd perceel sectie C no. 5190
en ten zuiden van het perceel
sectie C no. 7226.
Belanghebbenden worden tot 3
weken na heden in de gelegenheid
gesteld van dit voorstel kennis te
nemen ter gemeentesecretarie af
deling I en kunnen bezwaren daar
tegen bij de gemeenteraad indienen.
Venray, 7 november 1956.
Winkelsluiting rond St Nicolaas
Ter Uwer informatie zij meege
deeld, dat de Venrayse winkels
tot 29 november om 6 uur 's avonds
gesloten zijn.
Van 29 november tot en met 5
december zijn ze echter geopend
tot 9 uur 's avonds. Uitgezonderd
Zondag 2 December, dan zijn alle
winkels, behalve zij, die anders ook
Zondagsmorgens geopend zijn, de
gehele dag gesloten.
Hulpactie Hongarije
De hulpactie van het Rode Kruis
afd. Venray ten bate van de slacht
offers in Hongarije heeft prachtige
resultaten opgeleverd. Via giro no.
52742 van de Ned. Credietbank al
hier is de afgelopen week het totaal
bedrag aan geldstortingen opge
lopen tot f 2714,19.
Ongelukken
Het is intussen alweer even ge
leden dat het hek rond het Gym
nasium gemolesteerd werd. Vrijdag
avond botste daar een militaire
wagen tegen de van Gend en Loos
vrachtwagen.
De bestuurder tuimelde door de
opengesprongen deur naar buiten
en kreeg een schouder blessure.
De vrachtwagen ging op eigen
houtje zijn geluk beproeven op de
omheining van het Gymnasium, die
roemloos sneuvelde.
Zaterdagmorgen zorgde wederom
een militair voor een botsing. Nu
was het een scooterberijder die op
de Stationsweg J. uit de Boshuizen
omverreed. Gelukkig was de schade
niet groot.
Zaterdag werd ook de onvoorzich
tige wielrijder P. op de Langstraat
aangereden, toen hij zonder richting
aan te geven plotseling dwars de
weg over reed. De wagen had ge
lukkig goede remmen, maar de
smak die P. maakte was een goede
les om in het vervolg tijdig genoeg
richting aan te geven.
Bekendmaking.
Burgemeester en wethouders van
Venray brengen ter openbare ken
nis, dat bij hun besluit van heden,
nummer 804, aan N.V. „de Peel-
streek" gevestigd te Venray-Yssel-
steyn, Jan Poelsweg 5, vergunning
is verleend voor de uitvoering van
groepsvervoer binnen deze gemeen
te, ten behoeve van de kinderen,
die dagelijks de school te Yssel-
steyn bezoeken en van de vrouwen
en kinderen, die 's zondags de ker
kelijke diensten bijwonen.
Venray, 7 november 1956.
Gouden bruiloft
Dinsdag werd in alle stilte de
gouden bruiloft gevierd van Jacob
Odenhoven en Catharina Hillen, die
op die dag 50 jaren waren getrouwd.
Op verzoek van de jubilarissen
was aan een en ander geen rucht
baarheid gegeven, alleen kwam de
buurt haar gelukwensen aanbieden.
Ruitersport
Op zondag 18 november zullen de
landelijke ruiters van de kring
Venray, zoals ieder jaar in de herfst
in Geijsteren bijeenkomen, voor een
jachtrit door bos en hei.
Aan de groepen der afdelingen,
die aan deze rit deelnemen, wordt
bij de start een omschrijving van
de weg die gereden moet worden
en het daarbij voorgeschreven tempo
bekend gemaakt. De lengte van de
weg en de vastgestelde tijd wordt
echter niet medegedeeld. Het komt
er dus op aan, het tempo in acht
te nemen en zonder tijdverlies de
juiste weg te vinden, wil men voor
een prijs in aanmerking komen. Na
afloop is gezellig samenzijn.
Buurtvereniging St Oda
Deze vereniging hield deze week
in locaal Sanders Eindstraat, geen
druk bezochte, maar wel een zeer
belangrijke jaarvergadering.
In het bestuur werd wegens ver
trek van G. Basten, gekozen de
heer H. Voilenbergh. Verder werd
het St Nicolaasfeest voor de jeugd,
het feest voor de leden en het
zomer uitstap je voor de grotere
jeugd besproken en uitgestippeld.
Ook weid besloten propaganda te
maken voor de vereniging om zo
doende alle bewoners van Hoender
straat en omgeving bij de buurt
vereniging Sint Oda te doen toe
treden.
De jaarverslagen van secretaris
en penningmeester werden goed
gekeurd. Ook werden er enkele
aardige prijsjes gratis verloot.
Maansverduistering
Treffen we het met het weer, dan
kan men morgen zondag een totale
maansverduistering aanschouwen.
Men zal dan echter de wekker
op ongeveer kwart over zes a half
zeven moeten zetten. Dan zal men
al moeite hebben om in het westen
moeder maan terug te vinden, die
dan om 7.08 uur volkomen verduis
terd zal zijn.
Zon, aarde en maan staan dan in
één lijn en de schaduw van de
aarde zal de maan grotendeels
verduisteren.
Zijn de weersomstandigheden
goed, dan zal de maan om die tijd
als een sombere rossige bol aan
de hemel staan.
Zilveren ruiter
Op de onlangs gehouden kring
vergadering van de landelijke ruiters
uit de kring Venray, werd door de
bondsvoorzitter Horrichs, de zilveren
ruiterster uitgereikt aan Baron J.
de Weichs de Wenne, uit Geijsteren,
voor zijn verdiensten voor de lan
delijke ruitersport.
Wat is humor eigenlijk, zullen
sommigen vragen. Wat bedoelt men
daarmee?
Het is de zin voor het komische,
het vermogen om het leven en
ernstige dingen van de luimige kant
op te nemen.
Men hoort soms in een gesprek,
hoe de een of ander op het juiste
moment een geestige opmerking
maakt, die de lach opwekt, maar
tegelijkertijd tot nadenken stemt.
We voelen toch de diepere zin, die
er in opgesloten ligt.
Het is bij sommigen een gaaf om
hun gesprekken of geschriften, al
of niet in boekvorm, te doorweven
met komische zetten, die onwille
keurig bij luisteraars of lezers de
lachspieren in beweging brengen.
Onder humor verstaan we geen
flauwe grapjes of zogenaamd leuke
moppen, waar misschien nog een
luchtje aan zit!
Neen, we moeten hebben gezonde
humor, die een spontane lach tot
gevolg heeft, maar toch vaak min
of meer een wijze les kan bevatten.
Iedere streek heeft zijn eigen
humor, die leeft in het daar ge
sproken dialect.
We kennen de Limburgse humor,
waarmee we onlangs op een K.A.B.-
avond kennis hebben gemaakt.
En dan moeten we ook zeker
noemen: de „Brabantse humor",
zoals die in onze nabijheid, in het
land van de Peel, tot uiting komt.
En daar -leeft iemand, bij wie,
om zo te zeggen, de humor in
merg en been zit. Ge kent hem
toch? Vaak genoeg horen noemen:
Toon Kortooms, de schrijver van
yovele boeken, waarin de humor
op iedere bladzijde U tegenstraalt.
De gezellige verteltrant en de ge
sprekken van de ten tonele ge
voerde personen, doen U aan één
stuk glimlachen.
We lezen in een van zijn werken
als het gaat over dikke pater Jan
en zijn neef Wout, die beiden zeer
aan elkaar gehecht zijn: „Zij pasten
uitstekend bijeen en waardeerden
beiden de humor, nodig om in dit
barse leven op de been te blijven".
Gezonde humor is in deze zorg
volle, bange tijd van onschatbare