Het meisje en haar mevrouw SPORT Zelf regen maken Ach, al die devoties J. WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN VERHUUR complete (elegenheids kleding Zaterdag 2 Juni 1956 No 22 ZEVEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS rf CONFECTIE VAN M EEN RIJK BEZIT DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF GROTE STRAAT 28 TELEFOON 512 GIRO 150652 ADVERTENTIE-PRIJS: 8 ct. per m.ra. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL f 1.25 BUITEN VENRAY f 1.45 De droogte der laatste dagen heeft weer eens te meer de aandacht ge vestigd op het euvel, waaraan veel gronden in onze omgeving lijden n.l. gebrek aan water. Het gebrek aan water doet de schraalheid van de grond toenemen, want droogte betekent voor boer en tuinder productie- kwaliteits- en tijdverlies. En dat heeft men spoedig teveel, zeker nu de afgelopen maand de nachtvorst nog menigmaal met strenge hand ingreep in de met zoveel zorg gekweekte gewassen, die geld en een deel der nachtrust vroegen en een belangrijk deel uit maken van het bestaan van zaaier en planter. Om dan nog maar niet te spreken van de consument, in wiens huis houdboekje de weerslag van de goede of kwade weersgesteldheid voor de boer en tuinder te vinden zal zijn in de dure of goedkopere prijzen voor granen, groenten en fruit. Vroeger was daar weinig of niks aan te doen. Regende het niet, dan was het enigste, wat er op zat, een grote noveen te beginnen tot de een of andere regen-heilige en dan verder maar af te wachten. Tegenwoordig is dat anders. De boeren zijn niet meer van plan te wachten tot hun dure spullen verdroogd of bevroren zijn, maar hebben zichzelf bevorderd tot regenmaker. Ook in Venray kannen wij al tientallen bedrijven, die op droge dagen zelf via een uitgestrekt buizennet het water, wat uit de grond wordt opgepompt, over de velden en de daarop staande gewassen verdelen. In Someren heeft men daartoe zelfs een coöperatie ingesteld, die in samenwerking met de Rijks- landbouwvoorl.dienst, de cul tuurtechnische dienst, provincie en gemeente de beregening van 125 ha. landbouwgrond op zich heeft genomen. Daar kent men zelfs de officiële titelatuur van regenmaker: de man die voor de installatie zorgt en de diverse gegevens noteert. De kosten zijn, ondanks subsidie van C.T.D. en provincie nog be trekkelijk hoog, namelijk f 500 per ha„ waarvan onmiddelijk f 150 moet worden betaald en 't overige in 10 jaren. Toch wil geen der Somerse lui meer terug naar de regenloze dagen. We zijn nu in staat aldus de deelnemers niet alleen veel ge wassen te verbouwen, waar we vroeger op de droge grond niet aan hoefden te denken, maar bo vendien is de opbrengst stukken groter. Een beregende oppervlakte van 7 ha. brengt thans evenveel op als een niet beregende van 12 ha. Bo vendien kunnen we nu vee weiden op plaatsen, waar vroeger geen kans op was, wat tot redelijker indeling der bedrijven kan leiden. Behalve wat hier in onze ge meente de een of andere boer op dit terrein, al of niet met subsidie klaar heeft gemaakt, mogen we toch wel zeggen, dat het gehele droogte- en verstuivingsprobleem hier toch wel de nodige aandacht trekt. We hebben dat gezien, door de verkoop van -enkele kavels in de Vredepeel aan de LLTB in Roer mond, waar onder andere ook proe ven op dit terrein zullen genomen worden. Zo zal een der kavels in drieën worden gesplitst, waarvan een deel het moet doen met het gewone regenwater, een ander deel be regend zal worden en het derde via drainage aan het nodige water zal komen. Op deze manier zal dus midden in de peelgronden, die wel 't meest van de verdroging te lijden hebben een oplossing gezocht worden. Daarnaast staat dan nog het grote ruilverkavelingsplan, wat o.a ook weer is opgezet om de water huishouding vooral in Noord- Limburg in betere banen te leiden. Zoals bekend is, wordt hier in de toekomst alles herverkaveld en zullen nieuwe afvoer en aanvoer- sloten gegraven worden, die het bij Panheel opgestuwde Maaswater via Noordervaart enz. en Defensie kanaal weer af zullen laten vloeien naar de Maas. Een miljoen project, dat nog wel de nodige tijd vragen zal, maar wat toch de droogte in het Noord-Lim burgse land aanmerkelijk zal doen afnemen. Het zal alleen nog wel geruime tijd duren voor het zover is. Daarom blijft intussen de vraag, of het niet tijd is om evenals in Someren te komen tot een coö peratie, die zich op dit terrein de nodige ervaring en steun verwekt, om in die gedeelten van onze ge meente, waar men inderdaad erns tig met dit probleem tobt, hulp te kunnen bieden. In Venray evenals elders in den lande is bijna niet meer aan een dienstbode te komen. Vele moeders zitten dringend verlegen om hulp, doen alle mogelijke moeiten om die hulp te krijgen en slagen voor het grootste part maar gedeeltelijk. En voor velen is het moeilijk te begrijpen, dat de meisjes van tegen woordig liever naar fabriek, atelier, winkel of kantoor gaan. Vergeten wordt echter, dat de arbeidsvoorwaarden in allerlei andere betrekkingen zo geregeld zijn, dat de werknemer kan profi teren van de vele sociale verbete ringen, die zijn tot stand gekomen in de loop der tijden. De vakbon den hebben het hunne daartoe bijgedragen, de werkgevers zagen de noodzaak van de voorgestelde verzoeken in en zo kwamen werk gever en werknemer tot overeen stemming. In huishoudelijke betrekkingéh zijn de voorwaarden nog vrijwel zo als jaren geleden, alleen de lonen zijn behoorlijk gestegen (f 100.— per maand plus kost en inwoning worden ook hier gevraagd), maar de verdere arbeidsvoorwaarden zijn nog steeds even slecht. Weliswaar is de yerplichting tot stand gekomen de dienstbode (het dagmeisje) te laten inschrijven bij de bedrijfs vereniging, zodat zij recht kan doen gelden op uitkering bij ziekte, maar dit is vrijwel alles. VREEMDE TOESTANDEN Een dienstbode heeft veelal dienst van 's morgens vroeg tot 's avonds na de vaat, het komt zelfs meer malen voor, dat indien 's avonds bezoek komt, de hulp wordt inge schakeld om te zorgen voor thee, koffie en wat al niet. Haar dienst tijd is in dergelijke gevallen onbe grensd. Zelfs komt het nog voor, dat de familie heerlijk snoept en drinkt en dat „de meid" de vuile gebakschoteltjes en glazen kan afwassen zonder zelf iets te mogen proeven.... Iedere werknemer heeft recht op vacantie, eventueel met vacantie- toeslag, de hulp in de huishouding staat er echter naast. Juist hier door is het, dat vele meisjes liever in een fabriek gaan werken, waar de arbeidsvoorwaarden geregeld zijn, de lonen doorgaans hoger liggen enz. en moeder de vrouw blijft zitten zonder hulp. Ten dele is dit de schuld van de werkgeef ster zelf. VOOR DAG EN NACHT Zij weten hoe laat haar werk zaamheden des morgens aanvangen en wanneer deze geëindigd zijn. En mevrouw heeft er rekening mede te houden, dat eeij diensttijd van 10 uren per dag ruimschoots vol doende is en dat het meisje haar avonden vrij wil hebben, zodat me vrouw des avonds zelf zal moeten zorgen voor de gang van zaken. Ook de vrije zondag is niet vergeten. In zeer bijzondere gevallen zal haar aanwezigheid op die dag ge vraagd kunnen worden, natuurlijk tegen vrijaf op een andere dag in de op die zondag volgende week. Billijk is haar voor het zondags- werk een extra vergoeding te ge ven: dit is in het bedrijfsleven ook veelal het geval; In verband met bijzondere ge beurtenissen in het gezin van het meisje kan zij rekenen op een vrije dag, met behoud van loon, een vrije dag die niet van de vacantie wordt afgetrokken. Haar vacantie is gelijk aan de in het bedrijfsleven bestaand rege ling van een week aaneensluitend en daarnaast 6 snipperdagen. In dien een meisje dat weet, zal zij er eerder voor voelen de huishoude lijke arbeid aan te pakken. Wil men hulp hebben, dan moet men zich uitgaven en offers dienen te getroosten. De personeelsuitga ven in hel bedrijfsleven zijn ook zwaar. Bij vele bedrijven bestaat reeds de bepaling, dat voor het verrichten van werkzaamheden na 18 uur en voor 6 uur een toelage per uur gegeven wordt, waarmede het bedrijfsleven erkend heeft, dat dit de werknemer toekomt. Het is een eis des tijds, waaraan het huishoudelijk bedrijf zich moet aanpassen, wil men daar niet ten achter komen. Men kan dat be treuren, men kan zelfs de meisjes voor harteloos houden en dom, maar men zal met het bedrijfsle ven moeten concurreren. OVEREENKOMST NODIG Er zijn echter families, die altijd hulp kunnen krijgen. Gaat men de oorzaak daarvan na, dan blijkt dat de dienstbode kan rekenen op va cantie met doorbetaling van loon en met toekenning van de vacantie- toeslag, gelijkstaande aan een weekloon. Dat zij na een jaar dienst kan rekenen op loonsverhoging, zoals ook in het bedrijfsleven wordt ge geven. Dat daar een arbeidsover eenkomst gesloten is dikwijls zwart op wit waaruit blijkt, dat het meisje recht heeft op vacantie, met doorbetaling van loon en met toekenning van vacantietoeslag. Het meisje heeft zich verbonden zich te houden aan de afgesproken arbeidsvoorwaarden, zij zal er voor zorgen, dat de haar opgedragen werkzaamheden naar behoren wor den uitgevoerd, zoals een werk nemer in een bedrijf dat ook moet doen. De burgemeester der gemeente Venray brengt ter openbare kennis dat de geldigheidsduur van de vis- en hengelacten en hengelbewijzen op 31 Mei 1956 eindigt. Aanvragen voor een nieuwe akte of een nieuw bewijs kunnen ter secretarie, afdeling I, worden ge daan van 28 mei a.s. af. Venray, 19 Mei 1956. De burgemeester voornoemd. Inentingen Burgemeester en wethouders van Venray brengen ter openbare ken nis, dat wederom de gelegenheid bestaat tot kosteloos inenten tegen diphterie, kinkhoest en tetanus. In de kerkdorpen Ysselsteyn, Veulen, Heide en Merselo. Dinsdag 5 Juni: om 2 uur in de school Ysselsteyn 2.40 u. in de school te Veulen 3.20 Zaal Rongen te Heide 4 u. Jeugdhuis te Merselo. In de kerkdorpen Leunen, Casten- ray, Oirlo en Oostrum. Dinsdag 12 juni 1956: 2 u. Meisjesschool te Leunen. 2.40 u. patronaat te Castenray 3.20 u. in de meisjesschool te Oirlo 4 u. in de school te Oostrnm. Wij vertrouwen erop, dat alle ouders, wier kinderen nog niet vol ledig tegen (leze gevaarlijke kinder ziekten zijn geënt, van de geboden gelegenheid gebruik maken. De kinderen moeten tenminste 3 maan den oud zijn en gezond. Kinderen, die reeds enkele jaren geleden een inenting hebben gehad, kunnen op genoemde dagen een in enting ontvangen. Men wordt verzocht stipt op tijd aanwezig te zijn en de inentings kaar t mede te brengen. De tweede en derde inenting zullen nog nader bekend gemaakt worden. Venray, 22 mei 1956. LAND- EN TUINBOUW Het onderhoud van de melkmachine Het is een prettig verschijnsel, dat de melkmachine in ons land op steeds ruimere schaal in gebruik genomen wordt. Dit is wel bijzonder verheugend omdat op deze wijze de arbeidsproduktiviteit opgevoerd wordt en tevens het tekort aan goede handmelkers ondervangen wordt. Als een bezwaar wordt nog vaak gevoeld het feit, dat de melk machine een zeker onderhoud vergt, waar dan te veel tijd in zou gaan zitten. Wanneer echter het onder houd op systematische wijze gedaan wordt, dan valt het tijdverlies nog erg mee en de levensduur van de machine wordt aanmerkelijk ver lengd. Bijzondere aandacht moet aan de verschillende rubber onderdelen worden geschonken. Bij het onder houd daarvan dient er op gelet te worden dat: 1. het reinigen ervan plaats vindt vóórdat de melk kan opdrogen, daar anders de rubber wordt aangetast; 2. het gebruik van alle soorten zeep wordt vermeden, eveneens in verband met de aantasting van de rubber. Dus direct na gebruik de tepel houders, pakkingen en slangen door spoelen. Voor een wekelijkse, speciale schoonmaakbeurt kan gebruik ge maakt worden van een soda-oplos- sing in warm, maar vooral niet kokend water. Na doorspoelen verdient het aan beveling de onderdelen op een rek te plaatsen, dat niet in het volle licht is gesteld. Een voordeel van een systema tische reiniging is nog, dat de slijtage door teveel demonteren wordt tegen gegaan. Goed onderhoud betekent altijd: kostenbesparing! Wie onkruid zaait... Na de strenge winter zijn de meeste hooivoorraden geheel en al uitgeput. In vele gevallen was dèt de belangrijkste reden, dat het vee nog zo vroeg in de weide verscheen. Het weelderige voorjaarsgras lokte dit jaar niet.... Als straks evenals het vorig jaar wederom zo laat de hooi oogst aan de gang is, is er meestal weinig tijd om aandacht aan de onderlaag in het hooivak of de hooimijt te schenken. Toch verdient het aanbeveling deze onderlaag zo nu en dan eens te vernieuwen. Maar eerst moet dan de oude laag wor den verwijderd. In deze laag nu komen duizenden en nog eens duizenden zaadjes'voor van minderwaardige grassen" (die meestal het eerst bloeien) en van allerlei ongewenste onkruiden. Deponeert men deze laag zonder meer op de mestvaalt wat vaak gebeurt dan geeft men deze zaadjes een pracht levenskans: via vogels en wind worden de kiem- krachtige zaden her en der ver spreid met als gevolg, dat nog dit jaar of anders het volgend jaar „plotseling en zonder aanwijsbare oorzaak" overal onkruid en slecht gras te voorschijn komt. Wanneer men deze laag niet wenst te verbranden de beste oplossing dan moet zij bij de mestvaalt worden afgedekt om straks in ok tobernQvember in de verse mest te worden verwerkt. Tonnen onkruidbestrijdinsmid- delen worden jaarlijks aangewend en duizenden manuren besteed aan het lastige en nadelige onkruid. Laat men thans denken aan het voorkomen van de ontwikkeling van ongewenste planten. Men heeft dit voor een groot deel geheel zelf in handen. Schoolstraat 11 Telefoon 628 VENRAY van Pauselijke maandintentie van het Apostolaat des Gebeds in Juni 1956 „Ach, al die devotiesDe H. An- tonius voor verloren spullen, de H. Barbara voor een zalige dood, de H. Clemens Maria Hofbauer voor hopeloze zaken. Niets voor mijMijn enige devotie is Christus en al het andere is maar versplin tering en bijkomstigheid". Een dergelijke opmerking konden we meermalen beluisteren. Hoewel het zeker waar is, dat een over daad aan devoties eerder schadelijk is dan nuttig, toch zijn er enkele devoties die voor een katholiek uiterst belangrijk zijn. We denken hier met name aan de devotie tot de H. Maagd en de H. Hart-devotie. De H. Hart-devotie is niet zomaar één van de vele devoties. „Het is de korte samenvatting van heel de godsdienst en richtsnoer voor een leven van volmaaktheid", schrijft Pius XI in zijn encycliek „Miseren- tissimus Redemptor". In het gewone spraakgebruik is het hart dikwijls de aanduiding voor de hele persoon. Zijn hart voor iemand openstellen wil zeggen zichzelf openstellen. Het hart is de zetel van de liefde en haat, het is de mens in zijn in tiemste gedachten, het is de bron van zijn gevoelens. Zo is ook Christus' Hart de oorsprong van Zijn liefde voor ons. „Stromen van levend water zullen uit Zijn Hart vloeien". (Jo. 7,38). Sinds de allereerste christenheid is het H. Hart vereerd, maar in de 17e eeuw heeft de Heer bij Zijn verschijning aan de H. Margaretha Maria Alacoque uitdrukkelijk ge vraagd de H. Hart-devotie te ver breiden. Dat het H. Hart misschien toch te weinig aanspreekt is wel licht te wijten aan een tekort aan kennis van wat deze devotie eigen lijk is. Wanneer men teveel vast houdt aan de romantische senti mentele vorm, die zij langzamer hand had aangenomen is dit geheel te verklaren. Wanneer we echter tot het inzicht komen dat we juist in deze godsvrucht Christus zelf leren kennen in Zijn verlangens, in Zijn diepste gevoelen, in Zijn glorievolle heerlijkheid en vooral in Zijn overgrote liefde tot iedere mens, dan zullen we bemerken, dat de H. Hart-devotie niet één van de vele devoties is, maar juist hèt middel om de mens van vandaag te bezielen in zijn pogingen een betere wereld te scheppen. In deze tijd van bezinning en ver nieuwing heeft de tegenwoordige Paus deze devotie weer opnieuw in de aandacht van alle mensen willen plaatsen. Vlak vóór Pinkste ren heeft hij een nieuwe encycliek „Haurietis aquas" aan de wereld geschonken om de eeuwviering van de instelling van het H. Hartfeest (1856) grotere luister bij te zetten. Daarin worden vooral de theologi sche grondslagen van de H. Hart verering uiteengezet, die wel ge noemd wordt als de banier ter redding der menselijke maatschap pij, die door zoveel verschillende soorten van kwaad bedreigd wordt. Ook door de maadintentie van Juni vraagt onze Paus aan de leden van het Apostolaat des Gebeds te bidden, dat „de eeuwviering van het H. Hartfeest deze devotie nog meer moge doen bloeien." Handboogsport. Zondag toog St. Oda naar Venlo om daar de strijd aan te binden met de Batavieren om de wissel- beker. De Venlose hadden deze beker reeds tweemaal achter elkaar gewonnen, zodat zij zich bij een overwinning eigenaar konden noe men. Maar St. Oda ging met een vast vertrouwen naar Venlo om deze strijd tot een goed einde te brengen en is hierin geslaagd. Er werd met 4 zestallen geschoten. De uitslag was: St. Oda 3075 p., de Batavieren 2855 p., zodat Ven ray met 220 p. meer de wisselbeker bekwam. Nakermis-zondag komen de Ba tavieren by St. Oda op bezoek voor de retour-match. Tevens was de uitslag bekend van 't deze winter gehouden nederlaag-tournooi, waar aan 6 verenigingen deelnamen en een wisselbeker beschikbaar is en nu voor de zesde keer verschoten werd. In '51, 53, '54 en '55 won St. Oda, zodat de beker nu definitief eigendom werd. De Batavieren schoten 1901 p., St. Oda 2123 p. Beide bekers zijn een mooie prestatie voor onze Ven- rayse handboogschutters!

Peel en Maas | 1956 | | pagina 1