K.A.B.-afdeling Venray
in het goud
Hózenkianó-fyedebtónd
te OOSTRUM
Hier werd iets groots verricht
Zondag 25 September
voor Vrede, Welvaart, Wereldverbetering
als krachtige inzet voor de Ociobermaand
O.L. Vrouw Behoudenis der Kranken.
Zaterdag 24 September 1955 No 38
ZES EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
f ondervindt t
Val
kleding wint 1
PEEL EN MAAS
f CONFECTIE VAN
Val
-EEN RIJK BEZIT
DRUK EN UITGAVE FIRmA VAN DEN MUNCKHOF WPPIfRT A H VnnP VPNR A V CM nMCTDPlfpM ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. p. mm. ABONNEMENTS-
QROOTESTRAAT 28 TELEF. S12 GIRO 150552 W C,E,ADJLAU V UUK VLWKAI ÜIN UMO1 KtADlN PRIJS PER KWARTAAL f 1.2S Bulten Vcnr.j f 1.48
Een gouden feest
bij het 51-jarig bestaan,
De K.A.B., de Katholieke Arbeiders Beweging, afd.
Venray viert haar gouden feest. Een jubileum, dat
een feest waard is. Vooral de ouderen onder ons
zullen dit beamen. Want wat in die afgelopen 50 jaren
tot stand is gebracht en hoe het lot van de arbeider
is verbeterd, ook het lot van de Venrayse werkman,
is een evolutie, die bijna onbegrijpelijk is.
Wie dit trotse leger arbeiders op dit moment ziet,
wie hun organisatie kent, wie hun werken en streven
in het verband van die organisatie bestudeert en
meemaakt, wie de diensten kent, welke hierdoor
worden verleend, kortom wie zelfs als buitenstaan
der met deze scandsorganisatie in aanraking komt,
die kan zich maar moeilijk voorstellen, dat het een
maal zo heel anders was. Dat er tijden geweest zijn
en die liggen nog maar 50 jaren van ons af
dat een arbeider ternauwernood of niet meetelde.
Ook in ons Venray. Dat er van al die sociale maat
regelen van nu er nauwelijks één bestond, dat er
mensen werden uitgebuit en uitgeschud, dat er geen
arbeidsduur bestond, dat de enige ontspanning van de
arbeider: drank was, dat er geen ontwikkeling was,
alleen onmondigheid, kortom dat een arbeider geen
menswaardig bestaan had.
Dat nu alles anders Is, dat de arbeider van 1955 er
beter en gelukkiger voor staat, is voor een groot deel
het werk der K.A B. Het werk van die naamloos
velen, die in de afgelopen vijftig jaren in organisatie-
verband de strijd aanbonden tegen de geestelijke stro
mingen van die tijd en als leus in hun vaandel durf
den schrijven: de verheffing van de arbeider en de
arbeid.
11 September 1904
is een gedenkwaardige Zondag ge
weest in het leven van de Venrayse
arbeiders. Toen sprak 's avonds om
5 uur in de oude Muziekzaal voor
een honderdtal mensen Henri Her
mans z.g. over het nut van ver
enigen, over de noodzaak van
samengaan van de werkmansstand
in de Volksbond. Een speech, die
indruk maakte, zoals elke rede
voering van deze propagandist
pure sang. Pastoor Schmeitz was
hem voorgegaan en had als zijn
oordeel gegeven, dat waar anderen
zich verenigden, ook de werkman
zich aaneen moest sluiten wou hij
niet ten onder gaan. Voor iedereen
was plaats in de Volksbond. En
staande de vergadering gaven zich
63 leden op. Arbeiders, maar ook
ambtenaren, en kleine middenstan
ders. De eerste samenbundeling
was tot stand gekomen.
Een van die eerste leden was
ook de heer H. Odenhoven.
Men schijnt in K.A.B.-kringen
niet op de hoogte te zijn van
deze datum. Pater Jacobs m.s.c.
noemt in zijn gouden boek der
K.A.B. ook 1905 als stichtings
jaar en daarop schijnt dit
gouden feest georiënteerd te
zijn. Oude krantenverslagen in
Peel en Maas geven echter
11 September 1904 als defini
tieve oprichtingsdatum.
VOLKSBOND
De Volksbond, die in zijn statuten
had gescheven, dat door samen
werking zijner leden, in de geest
en volgens de beginselen der R.K.
Kerk, vooral de werkmanstand en
de kleine burgerij moest beschermd
worden tegen de socialistische
dwalingen van die tijd, was feite
lijk een „vreemde" vereniging.
De werkman van die tijd moest
door nood gedwongen naar Duits
land. In eigen plaats en in eigen
streek was practisch niets te ver
dienen. Zo kregen we in deze
streken de trek naar Duitsland en
in het Zuiden van onze provincie
ook daarnaast de trek naar België.
Juist in deze landen begon het
socialisme zich zg. het lot van de
arbeider aan te trekken. Begon
hem bewust te maken van zijn
grote kracht door samenwerking.
Feitelijk als afweerstelling tegen
deze socialistisch of neutrale orga
nisaties werd hier rond de eeuw
wisseling de Volksbond gesticht en
gepropageerd, met de doelstelling
als hierboven omschreven. Dat had
tot gevolg, dat elke vereniging
plaatselijk verschillend van aard
was en allerminst geleek op onze
tegenwoordige werklieden-organi
saties.
Behalve dat ze tegen het socia
lisme moesten vechten, had men
verder geen duidelijk inzicht in
wat nu positief moest worden op
gebouwd en zo was er dus ook
geen vaste leiding.
Wérkte op de ene plaats midden
standers en arbeiders rustig met
elkaar in die Volksbond, op andere
plaatsen stonden die twee partijen
fel tegenover elkaar.
We zien in Venray P. Schols als
eerste Voorzitter optreden en J.
Thewissen als secretaris. Beiden
geen arbeiders. Maar het is interes
sant om de oude jaargangen van
Peel en Maas eens door te blade
ren en de felle strijd te zien die
vooral op economisch terrein hier
in Venray gevoerd werd tegen
deze organisatie van „arbeiders".
Er werd achter bittertafel en in
de krant menig dispuut over deze
nieuwe bond gehouden, wat tot
enig resultaat had, dat nieuwe
leden zich opgaven en dat in 1905
bij de eerste Limburgse Katho
liekendag, welke hier in Juni werd
gehouden, 120 Volksbondleden kon
den worden gepresenteerd.
DE EERSTE JAREN
De eerste jaren kenmerkten zich
in Venray door grote disputen in
de krant van alle mogelijke voor-
en tegenstanders, die echter wel
zo slim waren om toch vooral hun
naam niet volop te noemen. Je kon
immers nooit weten...
Maar binnenkamers werd er ge
werkt. Toen op die Limburgse
Katholiekendag van 1905 alhier
gesproken werd over het nut van
het oprichten van particuliere
arbeids- en informatiebureaux juist
voor de werkman en de kleine
burgerij, toen was het Venray, dat
als een der eerste in Limburg
inderdaad een arbeidsbureau kreeg.
Directeur daarvan werd de heer P.
Schols.
Er werd verder een eigen biblio
theek opgericht een experiment
in' die dagen waarbij naast ont
spanning ook aan ontwikkeling
werd gedacht. Ontwikkeling, die
men ook voorstond in de zg. Kern
club, de wegbereider van de latere
Credo Pugno, die hier met 12 men
sen startte en door Jan Poels zg.
sterk werd gestimuleerd.
Gedurende die jaren was in Lim
burg feitelijk een strijd aan de
gang tussen de reeds toen al be
staande organisaties van Vakmen
sen (zoals bv. de Mijnwerkersbond)
en algemene organisatie de Volks
bond. Bovendien kreeg de Volks
bond interne moeilijkheden, omdat
men hoe langer hoe meer tot de
conclusie kwam, dat dit geen
zuivere arbeidersorganisatie was
en nooit zou worden als er geen
juister omschreven doelstellingen
zouden komen en daardoor nïet-
gewenste leden zouden worden uit
gestoten. Over deze moeilijkheden
zijn reeds boeken volgeschreven en
om dat alles hier te behandelen
vraagt teveel ruimte en is trouwens
in dit artikel niet nodig.
Genoeg zij, dat dank zij het
werken van Mgr. Dr. H. Poels in
1910 uit Washington teruggeroepen
om in Limburg adviseur te worden
der Katholieke Mijnwerkers, de
grootste Mijnwerkers-organisatie
(dus vakgroep) zich aaneensloot
met de Volksbond en omgedoopt
werd in de
LIMBURGSE R.K.
WERKLIEDENBOND
In het nieuwe programma, dat
werd opgesteld stond nu duidelijk
vermeld dat de R.K. Werklieden
verenigingen zouden beogen het
brengen van standsbewustzijn en
standsverheffing van de arbeiders.
Het werd dus een doelbewuste
standsorganisatie, waarvan de vak
verenigingen een onderdeel waren.
Stond dit in Limburg, dank zij
het werk van een Henri Hermans
en een Dr. Poels in 1911 reeds vast,
elders in den lande was men nog
niet tot dit bewustzijn gekomen.
Daar huldigde men het standpunt
dat een aparte standsorganisatie
overbodig is in een land waar
Katholieke Vakverenigingen be
staan.
De strijd tussen deze twee rich
tingen en zienswijzen heeft ge
duurd tot 1916, roen het Neder
landse Episcopaat de zienswijze
van Dr. Poels c.s. onderschreef en
de standsorganisatie aanwees als
de organisatie, die voor alle be
langen van de arbeider zorgt.
Wat merkte men nu in Venray
van deze moeilijkheden
Weinig.... want behalve een kleine
groep van enkele getrouwen was
het grootste gedeelte van onze
arbeiders nog niet voldoende door
drongen van het nut der organi
satie. En waren ze er wel van
doordrongen, dan moest men nog
altijd zeer voorzichtig zijn met de
bazen, die nu eenmaal niet graag
georganiseerde mensen in dienst
hadden. Zo was eenmaal de men
taliteit van die dagen.
Voor een vakorganisatie bestond
meer belangstelling. Deze richtte
zich op de eerste plaats op de
centen, die verdiend konden wor
den en daar zag men directe resul
taten van in de portemonnaie. Maar
veel vaklui kennen we toen nog
niet. Sigarenmakers waren er een
stel en die hadden dan ook al in
1909 de eerste vakgroep de Tabaks-
bewerkersbond opgericht, die ech
ter als haar voornaamste doelstel
ling had werk te vinden. De kwestie
lonen speelde zeker ln de eerste
tijd een ondergeschikte rol. De
P.T.T.-mannen volgden vlak voor
de eerste wereldoorlog met een
vakorganisatie. Dan kwam de oor
log van 1418 en werd het leden-
verloop in de Volksbond nog al
groter omdat toen ook al door de
tijdsomstandigheden de organisatie
geest helemaal niet leefde.
Toch zijn de voormannen niet stil
blijven zitten: Iedere week opnieuw
werd bv. in Peel en Maas de strijd
aangebonden tegeneen der grootste
euvels van die tijd: het overmatig
gebruik van sterke drank. Er wordt
een werklozenkas opgericht, waarin
leder lid 3 cent per week stortte
en die plaatselijk goed werk heeft
gedaan.
Er werden lezingen gehouden en
langzaam maar zeker werd het be
sef er in gehamerd dat men zonder
organisatie niets is, maar georga
niseerd, samen sterken krachtig is.
De Katholiekendag van 1914 in
Venray werd mede door hen geor
ganiseerd, terwijl op de nieuwe
Bondsdag Venray niet op het appèl
ontbrak. Maar altijd nog waren er
nog maar enkelen. De grote massa
voelde êr weinig of niets voor.
Men moet respect hebben voor
de maijnen, die ondanks de vele
teleurstellingen en de tegenwerking,
ook van hun eigen lotgenoten, toch
zijn blijven doorgaan.
De bouwvakkers richtten in 1914
een vakorganisatie op. 40 Man tra
den toe, maar een goed jaar later
is er al niets meer van over en zo
is het een blijven vallen en steeds
maar weer opnieuw proberen.
STAKING
Het eerste besef van de macht en
de kracht van een organisatie krijgt
men feitelijk via de bouwvakkers.
De tijden na de oorlog zijn veran
derd. Zware crisisjaren zijn gevolgd,
met vele moeilijkheden. Meer ar
beiders komen de toch al schrale
pot aanspreken.
Toen kwam de bouw bij het
klooster St Jozef. Daar ging het
hard tegen hard en het was de
bouwvakker die de klappen op moest
vangen. Die klappen eerst inder
daad opving, maar later resoluut
zei: neen, we doen het zo niet langer
meer, in staking ging en toen de
resultaten zag: winst op alle fronten.
Toen kwam ook het besef: ja,
inderdaad we staan sterk, als we
het samen doen. Een besef, dat by
de moeilijkheden rond de herbouw
van de Paterskerk nog verlevendigd
werd. Het woord van Dr. Poels was
toen voldoende om te komen tot
de heroprichting van de bouwvak-
arbeidersbond. En van toen af aan
is ook de R.K. Werkliedenvereni
ging vooruit blijven gaan.
Als dan in 1929 het 25-jarig feest
gevierd wordt, waarop de grote
K.A.B.-er Donné uitVenlo,de open
lucht-vergadering presideert, kan
voorzitter van Boven niet alleen H.
Odenhoven huldigen met zijn 25-
jarig lidmaatschap, maar ook dank
baar constateren, dat juist in de
laatste jaren de belangstelling voor
de standsorganisatie in deze con-
treiën steeds groter en beter wordt.
Zilveren feest
Toen trokken daar inderdaad mee
op de werkliedenverenigingen van
Venlo, Blerick, Baarlo, Kessel, Se-
venum, Horst, Tegelen en Overloon,
als een machtig leger, als de voor
trekkers van de arbeiders van nu.
Dan kon de feestredenaar Pater
De Rozenkranskruislocht doet een beroep op alle gelovigen en in het bij
zonder op alle godsdienstige verenigingen, om in parochieel verband en
onder parochiële leiding naar de Rozenkrans-bedestond op te trekken
Samenkomst in en bij de kerk om 3 uur. Processie naar Trans Cedron,
kort Lof, Rozenkrans.
De Rozenkranskruistocht wordt te Oostrum gepreekt door p. WillemsO.P.
1000 zitplaatsen
Rijwielstalling nabij de kerk
Jacobs, de moeilijke 25 jaren die
voorbij zijn met vuur beschrijven
en zijn visie geven op de toekomst.
De toekomst, die ook onherroepelijk
de industrialisatie van deze streken
met zich zal brengen.
Industrialisatie met zijn vele goeds,
maar ook met zijn nasleep van
ellende, indien alleen de Mamon
heerst. Nog vandaag aan de dag,
op het 50-jarig feest zou deze rede
te aanhoren zijn, omdat moge
dan gelukkig vele mistoestanden
zijn verdwenen andere toch nog
steeds tot waakzaamheid roepen.
Op die vergadering spraken verder
de heer Hermans, hoofdbestuurder
van de Tabaksbewerkersbond en
de heer Windt namens de Bouw
vakkers. En zij beklemtoonden nog
eens en ten overvloede het grote
nut van de standsorganisatie boven
en naast de vakorganisaties.
Het was een schoon feest, dat
zilveren jubilee, waarop ook de
landelijke Voorzitter van de R.K.
aannemersbond en Eerste Kamerlid
de heer Fransen het woord voerde
en daar openlijk zei, dat veel wat
gebeurd is in het verleden, betreurd
en vergeten moet worden, maar dat
samen een nieuwe en betere maat
schappij kan opgetrokken worden.
Voor 1940
Dan gaat het inderdaad beter
worden. De crisisjaren eisen samen
bundeling van krachten. De harde
klappen van die tijd, kunnen alleen
gezamenlijk gedragen worden.
Het leger arbeiders breidt zich
uit, ook in Venray. We zien de op
richting van Sint Paulus, van de
Transportarbeidersbond, van Sint
Raphael en langzaam maar zeker
stijgt het aantal leden van de Werk
liedenvereniging.
De Werkliedenvereniging, die
practisch op ieder terrein van het
maatschappelijk en cultureel leven
nieuwe initiatieven ontplooit, die in
Venray worden gevolgd.
De Sociale instellingen begonnen
te bloeien, in den lande kreeg de
Arbeidersbeweging meer zeggings
macht, kortom de grote machine
der standsorganisatie begon op volle
toeren te draaien.
Pater Jacobs geeft in zijn gouden
boek der K.A.B. in een kleine
honderdtal bladzijden,dicht bedrukt,
een overzicht van de stand van
zaken voor het uitbreken van de 2e
wereldoorlog en geeft daar aan wat
is gebeurd op de verschillende ter
reinen van het arbeidersleven
waarbij de beschrijving van de werk
loosheidsjaren wel bitter opvalt
wat er is gedaan voor de gezinnen
voor de arbeidersvrouwen, jongens
en meisjes, wat er is gedaan door
Credo Pugno, wat door de sociale
en culturele diensten, wat er op
economisch gebied is gebeurd, de
vorming en de actie die van de
Bond is uitgegaan en komt dan
tot de slotsom, dat juist in die
periode de ontwikkeling van de
standsorganisatie een vlucht heeft
genomen, die men juist in de
moeilijke crisisjaren op alle ter
reinen voor onmogelijk heeft ge
houden.
ONDERDUIKEN.
De oorlog kwam en daarmee de
Duitse bezetting, wat betekende
eenheids-organisatie of onderdui
ken. Men dook onder. Ook de Ven
rayse afdeling, die met 400 leden
ophield zich in het openbaar te
bewegen.
Men kreeg toen tijd om eens
terug te zien en te kijken wat die
afgelopen jaren onder voorzitter
schap van de heren P. Schols, M.
Hendriks, A. Smals, P. Lenssen,
H. Michels, L. Burgers, Gullen, H.
Odenhoven, H. van Boven, L. Ver
beek om maar enkele namen te
noemen tot stand was gekomen.
Men kreeg tijd om te realiseren,
hoe zelfs in een kleine gemeenschap
als Venray was, in die voorbije
jaren de arbeider toch een heel
andere plaats had gekregen.
Vertegenwoordigd in praktisch
iedere openbare vereniging, ook
vertegenwoordigd in de Raad, waar
in de in 1939 benoemde ere-voorzit*
ter H. Odenhoven, al jaren lang de
stem der arbeiders had laten horen.
Welk een evolutie de ontwikke
ling van de arbeider heeft meege
maakt en hoe die ontwikkeling
tot stand is gekomen, dank zij hun
eendrachtig samenwerken in de
grote standsorganisatie.
Maar ook tijd om vooruit te zien
naar de nieuwe problemen, die in
de komende tijd onherroepelijk met
zich brengen. Met de nieuwe ont
wikkeling en de nieuwe toestand,
die iedere oorlog achter laat.
Dat de werkliedenvereniging
openbaar niet meer bestond, was
waar, maar op velerlei terrein bleef
men doorwerken, waar dat moge
lijk was. En van alle eenheidspo
gingen, die gedaan werden door
Woudenberg en consorten, is hier
gelukkig geen enkele geslaagd.
De Venrayse arbeider had lak
aan het Arbeidsfront en hoe die
schone Duitse organisaties ook
verder hebben mogen heten. Hij
droeg zijn lot gelaten en deed de
bezetter afbreuk waar hij kon.
HERLEVING.
Dan komt de bevrijding in een
kapotgeslagen Venray.
Het zijn de Venrayse arbeiders
geweest, die een terugkeer van de
evacuees hebben mogelijk gemaakt,
die een nieuw Venray hebben op
gebouwd, maar die ook hun orga
nisatie opnieuw hebben opgericht.
Onder voorzitterschap van de heer
L. Verbeek, werd in Mei '45 weer
gestart. Het was niet veel wat er
aan materiële bezittingen overbleef,
alles kapot of weg, maar met veel
nieuwe moed werd begonnen aan
de opbouw van de
KATHOLIEKE ARBEI
DERS-BEWEGING,
de KAB, zoals de standsorganisatie
der arbeiders van nu zal heten. En
dat er meer begrip gekomen is voor
het werk van die standsorganisatie
bewijzen de ledencijfers:
1946: 600
1947: 650 en in
1948: 900.
In 1946 neemt de heer L.Janssen
de teugels over van het bestuur en
onder zijn leiding worden langzaam
maar zeker de diensten en instel
lingen weer tot nieuw leven gewekt.
Men begint dan ook met eigen
toneel, voorlopig nog in Huize St
Servatius, waar men ook 't eerste
kennis maakt met de nieuwe Aal
moezenier, de Z.Ew. Heer A. Loonen,
die daar de problemen van de
nieuwe tijd komt uitleggen en aan
wijzen.
In 1948 gaat een lang gehoopte
wens in vervulling, als de kerkdor
pen Oostrum en Oirlo een aparte
afdeling gaan krijgen. In een Cen
trale KAB zullen ze voortaan met
Venray samenwerken. In '48 wordt
ook de Katholieke Arbeidersvrou
wen-vereniging gesticht en begin
nen de Kajotters te werken.
Is dat wat het „innerlijke" leven
betreft, mede door haar streven en
werken komt er in 1949 een Tex-
tielarbeidersbond, terwijl de fusie
tussen St Petrus en Paulus de
nieuwe KABO doet geboren worden.
Dan is ook al de Metaalbewer-
kersbond aan slag gegaan, terwijl
daarnaast de Fabrieksarbeiders-en
Landarbeidersbond met hun werk
zaamheden beginnen.
De Handels-, Kantoor- en Win
kelbedienden worden verenigd in de
HKW en een kleine afdeling van
de Grafische bond wordt opgericht.
Als dan in 1954 Venray reeds
tientallen mijnwerkers blijkt te
hebben, wordt de Mijnwerkersbond
afd. Venray opgericht.
Jaren dus van leven en activi
teit. Ook in de plaatselijk gemeen
schap, waar de heren Odenhoven,
Peters, van Boven, Selder en
Derckx vertegenwoordigen in de
Raad en zelfs een wethouderszetel
bezetten.
Andere activiteiten.
In 1950 telt de KAB afd. Venray
685 leden en begint met vorming
van een eigen Culturele Dienst, die
zeer goed werk zal gaan verrich
ten. Op de eerste plaats is dat de
organisatie van de KAB-tentoon-
stelling in October van dat jaar,
maar evenzeer de later gehouden
lezingen, die steeds over zeer actu
ele problemen gingen en volle zalen
trokken en nog trekken.
In 1951 telt de KAB 914 leden
en wordt o.m. het kolenspaarfonds
opgericht, dat tot op de dag van
vandaag nuttig en goed werk ver
richt. Bij de oprichting van de
Ambachtsschool in dat jaar worden
grote offers gevraagd, maar onze
KAB-mannen, het belang beseffend
van een goede vakopleiding, bren
gen ze gaarne.
In 1952 wordt de heer Schoester
voorzitter en een van de eerste
activiteiten, die onder zijn leiding
verwezenlijkt worden, is de oprich
ting van het standbeeld van Mgr
Dr H. Poels.
Een grote ledenwervings-actie
wordt ingezet en als de penning
meester in 1953 de balans opmaakt,
waren 1020 mannen KAB-lid. De
vorming van de leden is een hoofd
punt vein 't werkprogramma en we
zien in dit jaar wederom Credo
Pugno op volle sterkte en de op
richting van een gewestelijke soci
ale school.
GOUDEN FEEST
We konden dit artikel nog zoveel
langer maken. Maar we moeten
ergens een punt er achter zetten.
In het gedenkboek zal ongetwij
feld véél méér over de geschiede
nis van de gouden Venrayse KAB
te lezen zijn.
Van de vele en grote activiteiten
van de diensten en instellingen, als
de Culturele Dienst, Dienst Hulp
verlening. Dr Poelsstichting, Her-
wonnen^Levenskracht, Gezinszorg
fonds, Ziekenfonds, K'einvee-cen-
trale en nog vele andere diensten.
Van de geestelijke adviseurs, als
de kapelaans Lenders, Dinckels,
Koops, Geurts, Linssen, Kupers,
van Lipzig, die zulk een werkzaam
aandeel hebben gehad in het wel
en wee der KAB.
Van de oude, trouwe leden, wier
namen wjj niet genoemd hebben,
omdat we er wel vele, maar niet
alle kennen, maar aan wier door
zetten het te danken is, dat deze
plaatselijke afdeling zoveel goeds
in onze gemeenschap heeft kunnen
doen. Van de Raadsleden, die al
die jaren de KAB hebben vertegen
woordigd in onze gemeenteraad en
gezorgd hebben, dat ook de stem
der arbeiders in het bestuur onzer
gemeente gehoord werd.
Van het vele, wat hierboven niet
is genoemd geworden, de cijfers en
getallen, waarmede men enigszins
de geboden hulp kan aangeven in
zovele moeilijke gevallen. Van het
hele wel en wee van de Katholieke
Arbeidersbeweging in Venray.
Dit krantenartikel moge echter
voor de lezer toch wel een beeld
geschilderd hebben van 't werken
dezer organisatie. We hebben 't al
gezegd: voor de arbeider van 1955
is het zo moeilijk zich nog te ver
plaatsen in de situatie van 50 jaren
geleden, maar toch zal juist op