ALBERT HEIJN Afscheid van Meester Revis WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN FEUILLETON 'n Actrice zonder schoenen. Fokdag te Roermond Limburgs Anjerboeket Uit „Peel en Maas" Johan van Boshuizen F. W. HENDRIKS ZATERDAG 5 SEPTEMBER 1953 No. 36 VIER BN ZEVENTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF GROOTESTRAAT 28 TELEF. 512 GIRO 150652 ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. p. mm. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL f 1.25 Buiten Venraj f 1.45 „Zie geen kwaad, hoor geen kwaad, doe geen kwaad". Met deze woorden besloot de heer Revis zijn afscheidsrede, waarin hij zijn dank had betuigd voor alles wat hem op de afscheidsavond der reünisten van de ULO geboden was. Dat was veel. Om zeven uur hadden reeds honderden jongens, oud-studenten der ULO, zich verzameld in zaal Wilhelmina, om gezamelijk afscheid te nemen van hun oud-hoofd, de heer Revis, die Venray gaat verlaten en leeraar wordt aan de Kweekschool te Nijmegen. Geldig l/m Woensdag 9 September Haring in tomatensaus per mik 74-36 Ananasschijven Keith per mik 95 Pindakaas extra kwaliteit grote pot 85 Palmoliezeep doos 4 stukken 59 Rundvet500 gram 59 Carabiesjes250 gram 59 Pudding (7 smaken) per pak 17 Zware Repen (5 soorten) per stuk 18 Leverpastei (UNOX) osr hl'Jr 31 dubbel blik 50 ECHTE ZAANSE BESCHUIT 2 grote rollen van 14 stuks 51 ct BOFFIE KOFFIE - de koffie die iedereen zo lekker vindt, alléén verkrijgbaar bij Albert Heijn. MAAKT U HET LEVEN GOEDKOPER! Naast de oud-leerlingen waren in de prachtig versierde zaal aanwe zig de leraren van de ULO met hun dames, de Heer Deken met het Schoolbestuur en andere geno digden. Na binnenkomst van de heer en mevrouw Revis, werden deze welkom geheten door de Voorzitter van het Comité oud-ULO mannen, de heer Engelen. In een gloedvolle rede schilderde hij de verdiensten van het hoofd der ULO de heer Revis, die naast onderwijzer ook en vooral opvoeder was geweest en die door zijn lessen zijn leerlingen meer mee had gegeven als alleen voor het examen nodig was. In alle werelddelen zitten nu jongens van de Venrayse ULO, aldus spreker, en zij denken dank baar terug aan hun Venrayse ULO tijd. Toen in 1938 de heer Revis met de school moest beginnen, was er niets als een lege zaal in het Patronaat en in een Gemeente, die feitelijk het ULO-onderwijs geheel niet kende. Daarin, in dat vacuum is de school begonnen, die is uit gegroeid tot het grote gebouw wat nu aan de Ch. Ruysstraat eerst daags vergroot en vernieuwd her opend wordt. Morele vorming Dat het ULO onderwijs in Venray een dergelijke vlucht heeft genomen en zulke resultaten heeft afge worpen, ligt op de eerste plaats aan de heer Revis, die niet alleen de materiële uitbouw steeds met alle kracht heeft bevorderd, maar ook voor de godsdienstige en zede lijke vorming van zijn leerlingen zo ontzaggelijk veel heeft gedaan. De praatjes aan huis worden dank baar herdacht door allen, die hier met hun jeugd- cn andere problemen steeds een gewillig oor vonden en een bezonnen oordeel. En niet alleen de jongens, maar ook en vooral de ouders vonden hier hulp en steun. Het aandeel van Mevrouw Revis werd door spreker ook be klemtoond en als een klein bewijs van dank werd haar een bouquet bloemen overhandigd. In zijn inleiding herdacht spreker alle oud-leerlingen van de ULO, die zijn gestorven en werd een kort gebed gestort voor hun zielerust. Een groot gezin, aldus omschreef de volgende spreker de heer Mulders, leeraar aan de ULO, de school. En van dat grote gezin, was de heer Revis het hoofd, dat alles leidde en bestuurde, in een kameraadschappelijke geest en vol goede zorgen. Namens het lerarencorps bracht hij dank voor die prettige samen werking, voor die steun en hulp, die hen het lesgeven aan de ULO- school tot een plezier gemaakt had en die oorzaak was, dat waardevolle Een vlucht voor de Russen J. Vaszary. 17 „En gesteld, dat wij er komen, hoe zouden we de dingen, die we vinden, mee terug nemen De eerste de beste Russische soldaat neemt het ons immers direct af." Mijn vriend tastte in zijn zak en haalde er een in papier gewikkeld pakje uit( Hij maakte het met een geheimzinnig gezicht open. „Dat vond ik in de ruïne. En ik was er maar een paar minuten. Ik bracht het mee, als monster". Hij reikte me een gouden vulpen aan. Eens kreeg ik ze als Kerst cadeau. „Waar dit lag, daar ligt nog meer. Geloof mij, het is de moeite waard het te wagen." Aan deze gouden vulpen dankten wij het, dat wij deze excursie kon den verwezenlijken. Diezelfde avond kwam er name lijk een Russische officier op be zoek. De gouden vulpen viel zo buitengewoon in zijn smaak, dat hij ons in ruil zijn machine-pistool aanbood. Wij vroegen echter heel iets anders van hem. Als hij mij en mijn vriend met zijn wagen bij mijn huis bracht, dan kon hij de gouden vulpen krijgen. Toen begon hij interesse te krijgen in het hoe en waarom. Wij vertelden hem wat wij daar in mijn huis nog wilden redden. Zijn voorwaarde was daarop, dat hij met ons tussen de overblijfselen resultaten konden geboekt worden. Hij wenste hem gaarne veel succes in zijn nieuwe standplaats en de scheiding wordt lichter door het feit, dat de toekomstige onder wijzers in hem een leraar zullen vinden, die zijn idealen aan hen over zal dragen, waardoor het vele goede, wat de heer Revis in Venray gaf, nu over een groter deel van ons land verspreid wordt. Grote dank zijn we de heer Revis verschuldigd, aldus de heer Deken, sprekende namens het schoolbestuur. Na alles wat er gezegd is vond de heer Deken weinig woorden meer over. Het gebouw wat echter is opge richt, de dankbaarheid, waaraan uiting wordt gegeven doorzovelen, is het beste bewijs welk een verlies Venray lijdt. Spreker hoopte, dat het Hoofd Hierboven de heer Revis en zijn gezin hier op aarde reeds mag belonen voor zijn vruchtbaar werk in Venray. Namens de leerlingen van het eerste uur sprak de heer Th. Win- tels, die moest bevestigen, dat het ULO-onderwijs in Venray meer was geweest, als een klaarstomen voor examens, maar tevens een grondslag had gelegd voor algemene en culturele ontwikkeling. De oud- leerling ondervindt iedére dag weer opnieuw dat de vorming die hij van meester Revis kreeg zijn leven een stuk rijker en gelukkiger maakt. Namens de werkers van het elfde uur sprak de heer Evers, die in een kort speechje ook namens de jongste oud-leerlingen dank bracht voor de genoten opleiding. Cadeaux En dan werden de cadeaux aan geboden. Zo was er een luxe uit gave van de oude schoolcourant „de Snelsuffer", waar nogal knap in geroddeld is door de samen stellers. Er was een grote foto album met foto's van oud-leerlingen en handtekeningen. Daar was een schoon uitgevoerde waardebon, die recht gaf op platen, waarop al het gesprokene van die avond zal worden vastgelegd. Er waren grama- foonplaten voor de kinderen van heer Revis en tenslotte was er het grote geschenk een moderne pick-up die tot in lengte van dagen in de huiselijke kring van de familie Revis de gedachte aan Venray zal verlevendigen. Libelle en gymnastiek. Tenslotte was het de heer Revis zelf, die een dankwoord sprak en daarbij nog eens heel de 15-jarige geschiedenis van de Venrayse ULO de revue liet passeren. Als 28-jarige jongeling werd hij als hoofd naar Venray geroepen en stond voor een lege zaal in het Patronaat. Moeilijkheden waren er in die begintijd in overvloed, maar dank mocht zoeken en meenemen wat hij mooi vond. Aangezien hij dat toch in ieder geval en zonder tegenprestatie had kunnen doen, gingen wij zonder aarzelen op zijn voorstel in. De volgende morgen gingen we op weg. De Rus kon geen auto krijgen. Hij nam ergens een oude Victoria vandaan. Zijn soldaten vorderden de paarden ervoor. Twee magere knollen, welke nauwelijks op hun benen konden staan. De knollen werden met ijzerdraad voor de wagen gespannen. Wij gingen erin zitten, mijn vriend, ik zelf en de Rpssische officier. Zijn machine- pérsoneel legde hij over zijn knie. Nauwelijks op weg, struikelden de paarden al. Het ijzerdraad sneed hen diep in het vlees. Toen wij met veel moeite de paarden op de been hadden geholpen, boden de bloedende dieren een zo deernis wekkende aanblik, dat ik ze het liefst in de wagen gelegd had, op dat wij de arme beesten konden trekken, inplaats van zij ons. De Russische soldaat, die voor koetsier fungeerdë; dacht er anders over. Hij sloeg ze met de geweer kolf. Hun botten kraakten schrik barend, wat vlees zat er niet meer op. Ik had nog liever het uitstapje eraan gegeven dan dat dierenge- beul te moeten aanzien. De officier begon te schieten en te schreeuwen om ze aan 't lopen te krijgen. Eindelijk raakten de dieren op gang. Maar nu konden ze niet meer stapvoets gaan. De berg naar Buda helt sterk bergafwaarts. De magere beesten, met hun vedergewicht, konden de wagen, die nu vaart gekregen had, niet meer tegenhouden. De wagen duwde de beesten ge zij Deken Berden en oud-burge meester van de Loo, dank zij het bestuur van de Middenstand wer den deze moeilijkheden overwon nen en groeide de ULO in getal en omvang. Een onderwijzer heeft twee taken speciaal te vervullen, aldus de heer Revis, dat is onder wijzen, klaar stomen voor't examen en daarnaast opvoeden. Door de zware examen-eisen moet dikwijls al te veel de nadruk gelegd worden op het onderwijzen, maar opvoeden is zo bitter nodig. Dank zij de prettige samenwerking tussen het lerarencorps, was dit toch ge lukt en hij had tot zijn vreugde moeten constateren, dat vooral de ouderen het grote belang van die opvoeding inzagen. Spreker memoreerde de afgelo pen tijd en wist aardige herinner ingen op te halen uit de voorbije jaren. Zo moest hij nu eerlijk be kennen, dat hij, toen de Duitsers onder de oorlog gymnastiek voor schreven, hij al zijn wijsheid van dit vak gehaald had uit het dames blad „Libelle" en zelfs een pluim kreeg voor zijn prima vakkennis. Al de woorden van lof hem toe gezwaaid, moest hij echter over dragen op zijn lerarencorps en het schoolbestuur, met wie hij immer prettig mocht samenwerken en daardoor de Venrayse ULO tot een voorbeeld heeft kunnen maken. Met een hartelijk dankwoord voor alles wat hem deze avond geboden was, sloot hij zijn rede. Nog lang hebben leraren en leer lingen bij elkaar gezeten en werd in intieme kring nog menige her innering opgehaald. in 't geding. De laatste tijd heerster vooral in landbouwerskringen nogal verschil van mening, betreffende de organisatie van de jaarlijkse fokdag voor rundvee. Nadat de jaarlijkse organisatie van dit gebeuren te Horst is opge heven en men vanuit het Noorden naar Roermond moet, is men het vooral in deze streken lang niet algemeen eens met deze gang van zaken. Zelfs in verschillende besturen van de landbouw-organisaties vormt dit een punt van felle discussie. Volgens bepaalde kringen meent men, dat het zeer wel mogelijk ware geweest een andere, zeker meer bevredigende regeling inzake deze aangelegenheid te treffen. Men spreekt hier van om bijvoor beeld de normale f okdagen te laten bestaan en daarnaast een aparte fokdag van de eerste klasse-dieren te Roermond. Op deze manier hadden ook de veehouders, die uiteraard niet voor Roermond in aanmerking kunnen komen, de gelegenheid hun toch goede dieren in eigen streek te laten zien! voor Koninklijke Familie De Commissaris der Koningin in de provincie Limburg, mr dr F. Houben, heeft jl Woensdag aan het hoofd van een uitgebreide verte genwoordiging uit Limburg aan H. woonweg voor zich uit. Wij renden met verschrikkelijke snelheid de helling af. De Russische mens mist ieder gevoel voor angst en lafheid. Hun domheid is oorzaak, dat ze niet in staat zijn de grootte van een ge vaar te zien of te peilen. Onze koetsier moedigde de arme voortgesleurde dienen nog met lui de kreten aan. Ondertussen keek hij met een vrolijk gegrinnik achterom, om te zien, wat wij zeiden over zijn suc ces. Ik zag ons al met gebroken benen onder de gekantelde wagen liggen, verstrengeld met de seklet- ten van de dieren. Maar het kwam anders uit. Terwijl mijn vriend gereed zat om er af te springen, en de Rus sische officier vrolijk voor zich uit floot, renden de paarden een trot toir op. In het puin van de stuk geschoten huizen werd de vaart geremd en zo kon de galop wat langzamer worden. De magere in lompen gehulde voetgangers weken verschrikt voor de wagen uit. De koetsier vond dat wel bijzonder grappig. Om ze nog meer angst aan te jagen, schoot hij ook nog op de arme drommels. Vanuit het diepst van mijn hart vroeg ik vergiffenis van de have loze vluchtelingen, omdat ik de ver schrikking, welke uit de Russische bezetting voortvloeide, nog aan wakkerde. En dat alles door een gouden vulpen. Aan het einde van de steilte vielen de paarden opnieuw. Het lukte de Russen de beesten weer op de been te helpen. Het ijzer draad was echter stuk en onbruik baar geworden. Wij stapten van de wagen. Langs de weg liepen tramrails. Op de rails stonden nog steeds de tramwagens, een paar meter uit M. de Koningin en Z. K. H. Prins Bernhard in het paleis Soestdijk verslag uitgebracht van de zo ge slaagde Anjer-actie 1952. Dit is op feestelijke wijze geschied in een middag-programma waaraan de bekroonde Sittardse Marotten en enkele andere prijswinnaars medewerkten. De heer A.Schrijnen uit Venló, voorzitter van het plaat selijke Anjercomité, heeft dit pro gramma bij het Koninklijke Gezin en de gasten ingeleid. Voorts werk ten o.m. mee: Toos en Karei Tim mermans uit Wanssum; Jo Ehrens uit Sittard, de „Melodian Singers" uit Venlo en vele anderen. De Gouverneur was vergezeld door de voorzitter van de afdeling Limburg van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de heer M. Coenders en door twee leden van elk der plaatselijke comité's, die de Anjer-avonden organi seerden. De Regionale Omroep Zuid zal heden Zaterdagavond een uitvoerig klankbeeld aan dit bezoek wijden. 9 September 1893 Op 2 September gaf de Fanfare Euterpe een uitvoering op de Grote Markt bij gelegenheid van de verjaardag van H. M. Koningin Wilhelmina. Op 8 September vertrok de jaarlijkse processie naar Oostrum. De Weleerw. Heer Henri Poels cele breerde de Hoogmis. 5 September 1903 De dienstbode van Pastoor J. B. H. Maassen te Swolgen, mej. Anna Catharina Schoonhoven ont ving de ere-medaille van de Orde van Oranje-Nassau in brons. Te Overloon werd een fiets club opgericht „die van critiek van niet-leden wenste verschoond te blijven". 2 September werd een niet zo druk bezochte veemarkt gehouden. De prijs van de biggen was f 2,50 f 5,—. Uit Jerusalem vertrokken op 4 September 11 zusters naar Neder- lands-Indië. In de woning van Willem Hendriks, in de Bergen, ontstond 4 September brand. In de kapel en tévens bij de offerblok te Veltum werd inbraak met diefstal gepleegd. De vroegere dorpsgenoot W. van Puyenbroeck, brigadier-majoor van de Rijksveldwacht te Maastricht ontving de eremedaille van de Orde van Oranje-Nassau in zilver. Op 30 Augustus werd een af deling opgericht van het Kruis- verbond. De heer H. Hermans te Boxmeer, hield de rede. „Ruim drie kwartier hingen toeschouwers als het ware aan zijne lippen". Ook Pastoor P. Schmeits en Dr. H. Poels voerden het woord. Zestig leden werden gewonnen. Tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau, werd benoemd Dr. H. A. Poels, tot officier Dr. J. Poels. plaatsvervangend district-veearts te Rotterdam. De Fanfare „Euterpe" bracht een luisterrijke serenade aan Dr. H. Poels. 1 September vergaderde de Gemeenteraad van Venray. De nieuw gekozen leden J. Arts, Martin Poels, P.J. Derks en L. Janssen, werden beëdigd en geïnstalleerd. Tot wethouders werden her kozen M. Poels en J. Arts met 11 elkander, zoals zij op de eerste dag van het beleg waren blijven steken. Met hun kapotte ramen en doorschoten wanden vormden zij een toonbeeld van een verzonken cultuur en een verdwenen civili satie. Mijn vriend trok een neerhangen de tramdraad door. Met behulp daarvan lukte het de paarden weer in te spannen en opnieuw op weg te gaan. En ik zag de stad voor het eerst na het beleg. De aanblik was ver schrikkelijk. Overal ruïnes en onbegraven lijken. Magere en havelose mensen glipten met een angstige haast tussen de overblijf selen door. De meesten hadden een emmer in de hand. De dorst joeg ze de straat op, hoezeer ook duizend gevaren op hen loerden. Wij reden langs een klein restau rant in Buda. Eens was het een algemeen in trek zijnde eetgelegen heid geweest. Mijn auto had toen vaak voor de ingang gestaan, ter wijl ik met mijn vrouw binnen aan tafel zat, in vrolijk gezelschap, luisterend naar de zigeuners. Toen klaagden wij, dat wij wegens de oorlog zo weinig benzine kregen en alles zwart moesten kopen, het vet, het vlees, de koffie... Thans stond er een stukgeschoten Duitse pantserwagen. De lijken hingen er uit. Achter de zwartge blakerde fagade van het huis gaapte een uitgebrande ruïne. Wij kwamen op een plein. Eens woonde ik er dicht bij. Dagelijks ging ik meermalen over dit plein. Maar als ik niet geweten had hoe ik gegaan was, ik had het plein niet herkend. Zoveel groter was het plein, doordat de huizen er omheen met de grond gelijk gemaakt waren. Het was één immense steen- woesternij, overdekt met menselijke en dierlijke lijken. van de 12 stemmen. De verjaardag van H.M. Ko ningin Wilhelmina werd o.a. gevierd door een bloemencorso voor ver sierde sport- en kinderwagens en door volksspelen. „Het beloofde vuurwerk schitterde door afwezigheid". Der Standesbeambte Craemer te Wesel maakt bekend, dat B. G. Patzwald in het huwelijk wenst te treden met Wilhelmine Swaghoven te Venray, dochter van B. Swag hoven en W. Tophoven. Foto Hoedemaekers Henseniusplein 6 Ik vond de straat niet die tot ons huis leidde. Ze was geheel verdwenen. Een klein paadje kron kelde naar links en naar rechts tussen het puin door, platgetrapt door mensen die water gaan halen. We moesten uitstappen. Te voet gingen we verder. De Russische officier zei, dat hij veel over de schoonheid van Buda pest gehoord had. Hij zag het nu voor het eerst, maar vond het afzichtelijk. Ik debatteerde niet met hem. Wij passeerden een klein park. Het was tijdens het beleg tot een begraafplaats geworden. Kruisen, van latten gemaakt, met ijzerdraad bij elkaar gehouden, duidden de graven aan. Van sommige was het opschrift met potlood geschreven. „Hier rust Maria Kis 8 jaar oud." „Onze geliefde Vader". „Helmut Raymond. 188 Int. Reg." Eindelijke kwamen we in onze straat. Onder toezicht van Russische soldaten was een hele troep men sen bezig met pqin ruimen. Het was een hopeloze taak. Vrouwen, meisjes, kinderen, geestelijken in soutaness, allemaal werkten ze met de schop in de hand. Je zag vrijwel geen mannen er onder. Die waren of onderge- donken of weggevoerd. Wij kwamen voor ons huis. De voorkant was vrijwel intact. Maar daar achter was leegte, bin nen geblakerde muren. Alleen de conciërgewoning naast de voordeur was behouden gebleven. De concierge ontving me met betraande ogen en schudde mij geroerd de hand. „Gelukkig, dat u in leven bent. Mijn vrouw en ik dachten vaak aan u en aan mevrouw." Hij vertelde dat de G.P.U. her haaldelijk bij hem navraag naar Johan van Boshuizen, Vicarusvan het altaar van Sint Peter in de Lebuïnus te Deventer, geboren te Venraidt in Limburg vermaakte bij testament een praebende van 50 goudguldens 'sjaars voor 2 jonge lieden van zijn maagschap, om daar voor eerst 6 jaar te Deventer en 3 jaar te Keulen te studeren. Te dien einde gelastte hij, dat na zijn overlijden aan de Deventer Magistraat een som van 1000 goud guldens moest worden uitgekeerd, door deze op soliede wijze te be leggen. In de eerste plaats moesten zijn bloedverwanten bevoorrecht worden; bij ontstentenis van deze mocht de Magistraat twee burgers kinderen van haar stad aanwijzen (Gids voor Deventer en omstreken, Deventer 1901 blz. 2 226—227). Inmaakglazen alle maten in voorraad, alsmede dikke en platte ringen, vultrechters, geslepen deksel enz. Alles wordt thuisbezorgd. Aanbevelend, Langstraat 46 Tel. 713 ons had gedaan. Zo ook de Hon gaarse politieke politie. Dat was iets nieuws voor mij. Ik vroeg hem, in geen geval aan iemand te vertellen, dat ik in het huis vertoefde. Daarop ging ik met mijn vriend en de Russische officier tussen het puin. Al was ik voorbereid, ik had immers zoveel puin gezien, toch kromp mijn hart ineen, toen wij door het ingestorte trappenhuis naar boven kropen. Het loshangend behangsel, een half verbrand tapijt, de gebroken en stukgeslagen meubels waren even zovele herinneringen aan de dagen toen wij hier gelukkig en zonder angst geleefd hadden. In de grote salon lag alles in puin, alleen de fijngeslepen Veneti- aanse glazen kroon troonde trots en onaangetast boven de chaos. Soms overleven de meest broze dingen de grootste ravages. In de hoek op een tafeltje stond, eveneens ongeschonden, een kost bare Chinese vaas. De Rus bekeek haar, nam ze in zijn hand, gooide ze daarop tegen de grond, Daarna begon hij met de hak van zijn laars de nog heel gebleven gramofoonplaten, in een kast opge borgen, te breken. Blijkbaar was hij meegegaan om de vernieling te volmaken. Gelukkig had hij er gauw genoeg van nog langer tussen de ruïnes te scharrelen, hij had alleen belang bij de brandewijn, Toen hij hoorde dat die hier niet was, zei hij dat hij weg ging om ergens anders brandewijn op te duiken, Na een uur zou hij ons wel komen halen. Eindelijk konden wij rustig wer ken. Naar het leek hadden buren en vreemde bezoekers alleen het goed dat te grijpen lag verzameld, zij hadden geen geduld gehad het puin

Peel en Maas | 1953 | | pagina 1