SPORT
Meisjes,
Schoolonderwijzer-Koster
Joannes Deenen
R°if Ivoor, Reseda 3 stuks doosje 65 ct
15 Angnstus Maria Kruutwis
Voor feestje groot of klein
verhuurt Joh. Claessens
glaswerk,
bestek en
porcelein.
Mestkuikens
zestig eens in de week, als er
tenminste zes werkdagen waren.
Nou, die stamvader was omstreeks
1830 in Oostrum komen aanzetten.
Uit Milheeze in de Meierij. In de
dagen van de Belgische opstand.
Een afdeling Hollandse soldaten
was in Milheeze terechtgekomen.
Een soldaat had de vrouw van
Janus niet met rust kunnen laten.
Toen geen nieuws onder militairen
in oorlogstijd, en tegenwoordig ook
geen nieuws Dat schijnt er zo bij
te horen. Maar Janus vond dat
niet goed en sloeg die vent tegen
de grond. De soldaat maakte in die
vechtpartij geen gebruik van zijn
wapens, hij ging er vandoor. Dus
dacht Janus tevreden, dat alles
wel goed afgelopen was, en op de
gewone tijd in de avond ging hij
met de vrouw te bed.
Helaas, oweeGebons op de
deur, op de ramen. Een troep
Hollanders was op komst. Buren
kwamen ijlings waarschuwen. Maar
moesten zich haasten om zelf ook
uit de voeten te komen Anders
zouden zij het moeten bezuren, dat
zij Janus gered hadden.
„Gauw, gauw, Janus D'r oit
Ze zijn d'r bekant, die van 't volk,
ze motten aauw hebbe, weges het
waif
En Janus het bed uit, in zijn
hemd, met niets anders aan het
lijf. De weg op, van de weg af
veld en hei op, om Bakel heen, de
Peel in, de Peel door, tot in Oos
trum. Doodop natuurlijk.
In Oostrum was hij dikwijls ge
weest, als hij met de troep meetrok
naar Kevelaer. Ter bedevaart. Ja,
onderweg was het ook met de
„maid" begonnen. Dat ze zijn „waif"
werd. Ja, het moet toch ook ergens
beginnen.
Gelukkig was hij dus nu in een
bekende plaats. Onder goed volk.
Hollanders kwamen hier niet. Het
Venray se Land was ook wel Bel
gisch, maar geen streek om de
opstand uit te vechten.
Maar hoe verder Terug naar
Milheeze kon niet. Daar was het
voor Janus voorshands niet veilig.
En geen kijk er op, wanneer dan
wel.
De Oostrummers wisten raad.
Op één Zondag bouwden zij aan de
Oelderse weg de lemen hut. Een
paar trokken naar Milheeze om het
„waif" te halen.
Daar ging de „Barrevoetse Jaon"
zich metterwoon vestigen. En zo
bleef het: de Barrevoetse Jaon.
Van vader op zoon.
Na 1903 heb ik die lemen hut
nog wel eens van de trein uit
gezien. De oude pastoor L. van O.
kon die geschiedenis ook smakelijk
vertellen.
VIII
Op die manier, met holwoorden-
gedaas, heeft men het lager onder
wijs altijd bijzonder belangrijk ge»
vonden
De politiek interesseerde zich er
voor, maar dan ging 't veelal om iets
anders dan om bevordering van de
volksontwikkeling. Waarlijk geen
wonder, dat men nu de klacht aan
heft, dat het peil van de volksont
wikkeling beschamend laag staat.
Minister Dr. A. Kuyper, „Abra
ham de Geweldige", heeft eens ge
zegd. dat hij het lager onderwijs
niet van veel belang achtte, maar,
dat alles op de Universiteiten aan
kwam. Dit laatste willen wij niet
betwisten, maar het lager onder
wijs als bron van volksontwikkeling
is eveneens van groot gewicht.
Zulke uitlating als van Kuyper
typeert de geestes-verhouding in
sommige kringen tegenover het
vraagstuk volksontwikkeling.
Over de opvattingen van pastoor
Thissen („Limburger Koerier")
rond 1900 schreven wij reeds enkele
woorden. En bij geen stervelinglheeft
de opvatting van pastoor Thissen
ooit bestrijding gevonden, behalve
van een paar onderwijzers
Nouja, dat schelden, dat mocht
wel wat minder, maar zijn gedach
ten vond „men" wel goed
De onderwijzers speelden de eerste
viool in de dorpen(Van nog geen
acht gulden in de week Een pracht
van violen dan toch
De onderwijzers waren de land-
opvreters! (Geen wonder, van nog
geen acht gulden in de week zullen
zij geen diner van zes gangen ge
kregen hebben
De onderwijzers leefden van de
zuur verdiende penningen der brik
kenbakkers (Geen wonder, dat zij
zo schamel leefden!)
Maar waarom betaalde men de
brikkenbakkers niet zoveel guldens
als penningen
En waar leefden anderen van
„Van de negen en negentig school
meesters honderd gekken (Ja,
inderdaad was hun opleiding een
paskwil. Maar waarom wilde men
die niet verbeteren
In de jaren rond 1900 schreef
H. H. J. Maas verscheidene artikelen
in „De Sollicitant", „De Vacature",
enz. om te betogen, dat eenH.B.S.-
opleiding met 5-jarige cursus, ge
volgd door een 2-jarige opleiding
in Nederl. taal, letterkunde, psycho-
onderwijskunde dringend nodig was.
Een groot katholiek blad ant
woordde daarop, dat dan geen enkel
dorp nog een onderwijzer zou krij
gen, maar dat er dan wel nog veel
meer onderwijzers Kamerlid zouden
worden
Was dat laatste dan erg En ver
der bleef alles, zoals het was
De massa van „het volk" stond
onverschillig tegenover school en
ontwikkeling. Wat was er ook anders
van mensen zonder ontwikkeling te
verwachten
Met schimpen op de schoolmees
ters deden zij graag mee, als slaven
van „Hogerhand", die de trom over
belastingen verstond te roeren
En nu spreken wij over de tijd
om 1900. Maar veel erger was alles
voorheen nog
Aan voorschriften, mooie woor
den, gewichtigdoend gedaas, enz.
heeft in het verleden de volksschool
nooit ontbroken, maar altijd aan
geld.
Maar hoe wil men in 's hemels
naam toch begrijpen, dat het peil
van de volksontwikkeling bescha
mend laag staat, als men de ge
schiedenis niet kent
Denkt men dan, dat een zinnetje
hakkelen zonder van de stof iets te
kennen, ontwikkeling is
Arbeiders, die geen briefkaart
klaar krijgen, verdienen toch maar
over de honderd gulden vrij geld
per week (Daar kunnen we ge
makkelijk dadelijk honderd bewijzen
van overleggen).
En een rood puntje zetten op een
stembiljet en de uitslag 20 van
de voetbalwedstrijd lezen is toch
van oneindig hoger belang dan ont
wikkeling
Maar er zijn toch wel uitzon
deringen
O, zeker, zeker, die zijn er ook.
Uitzonderingen, zei U toch
Zo de ouden zongen, zo piepen de
jongen.
Het woord „paedagoog" (opvoeder)
is tegenwoordig een schimpnaam
voor de schoolmeester.
De Romeinen van de Oudheid
wisten het reeds: „Quem dii odere,
Paedagium facere Wij zouden
zeggen: „Wie de goden haten, ma
ken zij schoolmeester !"De „goden"
waren „mensen", maar altijd in over
treffende trap: veel hoger of veel
erger dan de „gewone".
0—
Schoolonderwijzer Joannes Dee
nen, met een daverende bombast op
een stuk papier van het Venrayse
gemeentebestuur in de lade, kon
dan beginnen met onderwijzing van
de jeugd.
En hij begon ook.
In het lokaal van de kosterij,
waarin Lindert Lemmen zijn spoe
len had laten snorren.
Het is een goede honderd jaren
geleden. Maar honderd jaren gele
den zat hij nog in datzelfde lokaal.
Hij begon dadelijk het hele jaar
school te doen. Vacanties waren er
in die tijd nauwelijks. Wel vrije
dagen: heilige dagen, kermis, vas
tenavond enz. Ook dagen voor kin
derhulp bij aardappelen-rooien, en
oogsten van hooi en koren.
Lindert Lemmen sloot zijn school
van Pasen tot Allerheiligen, en hij
had in de winter 15 tot 20 scholie
ren.
Was Lindert Lemmen verstandig
en practisch?
Was Joannes Deenen een dwaze
jongen, een gek?
Uit zijn idealisme, uit zijn liefde
voor het volk sproot een andere
opvatting voort. Hij had boeken
gelezen van de Maatschappij tot nut
van het algemeen, van Pestalozzi,
van Comenius, enz. En onnozele die
hij was, hij geloofde aan de goede
wil van de potentaten rondom hem
heen
In 1830 had hij reeds 69 leerlingen
36 jongens en 33 meisjes. Oostrum,
Boshuizen, Lull en Brukske hadden
toen samen ongeveer 500 inwoners.
Maar die leerlingen bleven niet
schoolgaand van 6 tot 12 jaren
Geen denken aan. De een 2 jaren,
de ander 3, minder 4, nog minder
5, bij uitzondering een 6 jaren. De
kinderen van 8 jaren moesten al
naar de steenoven, moesten als koe-
hard gaan dienen, enz. De ouders
hadden wel kinderen ter wereld ge
bracht, maar deze waren zonder
reisgeld gekomen. Ze moesten mee
verdienen
En zo, en niet anders, was het
ook nog tegen 1900. Daar zaten wij
zelf tussen.
Van de honderd schoolgaande
kinderen verlieten er geen vijf de
school, die lezen en schrijven kon
den. (Lezen is iets anders dan moei
zaam een woord spellen, een zin
uithakkelen. Schrijven iets anders
dan een hanepoot krabbelen; ook
gedachten formuleren).
En Joannes Deenen mocht inge
volge art. 3 van de deliberatiën van
den gemeenteraad van Venray, ook
de „voordelen" genieten (zeker wel,
„genieten" ook!), die aan dezen
post verknocht zijn". (Ja, zo vast
„verknocht" of verknoopt, dat ze
niet van de vroedere vaderen los
te knopen waren Die waren wel
vroeder, afblijven van het. batig
saldo
Want Joannes Deenen „genoot"
dan ook voor het hele jaar school-
doen voor circa 70 kinderen (ten
minste zo tussen 6 en 8 jaren en
wat ouder) de „verknochte voor
delen" van vijftig francs van de
gemeente Venray, of vierentwintig
gulden
En het kosterschap leverde hem
daarbij nog zoveel op, dat hij in een
rond getal aan éen kwartje daags
kwam.
Als man midden in de dertig, met
vrouw en kind „genoot" hij die
zelfde „verknochte voordelen" ook
nog
Zulke mensen, die immers veel
te onnozel zijn om voor hun eigen
zak te zorgen, zijn ook veel te on
nozel om een monument van brons
of steen te verdienenEen monu
ment van inkt op papier is wat
anders.
Schrijver dezes was erbij tegen
woordig, toen meester Rutten van
Wanssum in de winter van 1896-97
op de toneelvoorstelling in Meerlo
de komieke voordracht zong:
„Hoe rijmt dat op elkaar
Een strofe daarvan luidde:
.Prettige vacantie!"
wenste mij de burgevaar,
met per week acht gulden op 'n haar,
dus tussen prettig en vacantie
een maximum van distancie
knoop die eindjes aan makaar!
Minimum en maximum,
hoe rijmt dat op elkaar
Tróelala, Tróelala,
hóe rijmt dat op elkaar?"
Schrijver dezes vond dat toen de
moeite waard om het op te schrij
ven en het te bewaren voor de Ge
schiedenis.
Na 57 jaren komt liet te tepas
Wordt vervolgd.
Land- en Tuinbouw
Electrische kracht in de
landbouw
In de loop der jaren is de elec-
triciteit ook op vrijwel alle boer
derijen, die eertijds er van verstoken
moesten blijven door hun afgelegen
ligging, bron van licht en warmte
geworden. Inde meest uiteenlopende
toepassingen geniet nu ook de
landbouw van haar zegeningen:
vooral in de electrische kracht
schuilen voor de bedrijfsarbeid nog
vaak onbekende mogelijkheden, die
algemene aandacht verdienen.
De moderne electromotor is hier
de krachtbron en kan allerlei ver
moeiend en tijdrovend werk verrich
ten als dorsen, stro- en bietensnijden
malen, pompen, zagen, enz.
De voortschrijdende techniek
heeft onvermoeid gestreefd naar
perfectionering en verbetering van
de electromotor. Een voorbeeld van
wat men bereikte is de Heemaf
S.K.A.-motor, een uitvinding, die
het gebruik van electriciteit voor
krachtdoeleinden zeer heeft bevor
derd. De reden van dit succes
schuilt in de eerste plaats in eigen
schappen van de motor, die vooral
ook voor land- en tuinbouw als
eisen worden gesteld.
Voorbeelden hiervan zijn: de een
voud van uitvoering en bediening,
zodat, waar een krachtwerktuig
nodig is, practisch gebruik direct
mogelijk is; de druipwaterdichte
uitvoering zorgt er voor, dat geen
neervallend water in de motor kan
dringen; de lagerschilden hebben
nl. slechts aan de onderzijde een
opening voor de luchtcirculatie. Een
bizonderheid is ook de rotorcon-
structie, die door dat hij op een
speciale manier werd uitgevoerd,
de rotor vrijwel onverwoestbaar
maakt.
De electromotor verdient een
ruime toepassing in land en tuin
bouw. Hij heeft die reeds gevonden
maar bij de motorisatie in het
moderne landbouwbedrijf kan aan
de electrische krachtbron nog een
grotere plaats worden ingeruimd.
Hierdoor verkrijgt de ondernemer
immers de beschikking over een
ongekend aantal paardekrachten,
dat naast bedrijfszeker en voordelig
ook vlug en veilig is.
Een doelmatige vinding!
Aan een der grootste bezwaren
van de overigens bedrijfszekere
en goedkope A.I.V. inkuil-
methode, n.l. het verdunnen en ver
delen van het zuur, is een einde
gekomen door een practische vin
ding: een glazen zuurpompje.
Alle nadelige invloeden van het
zuur (schade aan huid en kleding)
die de toepassing van deze inkuil-
methode in de weg stonden zijn
hierdoor weggenomen.
De eenvoudige en goedkope in
stallatie bestaat uit een glazen
pompje, dat aan het ene eind door
een rubberslang aangesloten is op
de waterleiding en dat aan de andere
kant met een sproeislang, eindigend
in een 1 meter lange omgebogen
buis, het verdunde zuur vlak boven
het gras brengt.
Het pompje heeft een zijdelings
geplaatste zuigopening, die voor
zien is van een slangetje, dat in
een fles met onverdund zuur hangt.
Het water, dat met grote snelheid
door het glazen pompje stroomt,
zuigt daar een hoeveelheid zuur
aan, zodat een mengsel verspoten
wordt.
Een knijpkraantje regelt de door
laat van het slangetje, dat in de
fles met zuur hangt.
Om de duitse verhouding (6 liter
water en een liter zuur) te ver
krijgen, moet men de juiste stand
van het knijpkraantje vaststellen.
Daartoe hangt men het aanzuig-
slangetje in een bakje met een liter
water enhoudt de sproeislang boven
een emmer, Zodra de liter verspoten
is, trekt men de emmer weg en
meet de inhoud. Bevat de emmer
7 liter, dan heeft men dus de juiste
stand gevonden.
Is de hoeveelheid kleiner of groter,
dan moet het aanzuigslangetje
respectievelijk iets meer dichtge
knepen ofiets verder geopend
worden.
Heeft men de juiste stand vast
gesteld, dan blijft de mengverhou-
ding constant.
Het pompje, een aantal meters
rubberslang en nog enkele kleinere
benodigdheden bieden voor zeer ge
ringe kosten een doelmatige instal
latie, nauwkeurig en onverslijtbaar.
De Rijkslandbouwconsulent voor
Z.W. Friesland te Sneek, verstrekt
voor zover nodig, inlichtingen.
Burgemeester en Wethouders'der
gemeente Venray, brengen ter al
gemene kennis, dat bij besluit van
Gedeputeerde Staten van 27 Juli
1953, No. B 19349, is goedgekeurd
het besluit van de raad dezer ge
meente van 12 Juni 1953, no. 317,
tot onttrekking aan het openbaar
verkeer van een gedeelte van de
vroegere verbindingsweg tussen de
Gasstraat en de Overloonseweg,
gelegen tussen de percelen, ka
dastraal bekend gemeente Venray,
Sectie C 5516 en 5518 ter en 538
en 4544 ter andere zijde.
<v
fijne toiletzepen
De Grayter «U 32 ct.
Toiletzeep Goudstreep sluk 55 ct
Badzeep
per stuk 40 ct
Overvette kinderzeeg
Ingevolge het bepaalde in artikel
12, 2e lid van de Wegenwet ligt dit
goedgekeurde raadsbesluit vanaf 12
Augustus 1953 gedurende veertien
dagen voor eenieder op de secretarie i
dezer gemeente ter inzage.
De aandacht wordt erop gevestigd,
dat ingevolge het bepaalde in art.
11a van de Wegenwet voor iedere
belanghebbende uiterlijk tot op de
dertigste dag na deze aankondiging
van de beslissing van Gedeputeerde
Staten beroep open staat op de
Kroon.
Venray, 12 Augustus 1953.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen ter openbare kennis,
dat door hen ingevolge artikel 12a
der Winkelsluitingswet 1951 voor
en tijdens de kermis te Castenray,
algehele ontheffing is verleend van
de bepaling van artikel 2 en 8 der
Winkelsluitingswet 1951 en wel:
op 28 en 29 Augustus a.s. van 18
tot 21 uur;
op 30 Aug. a.s. van 8 tot 24 uur;
op 31 Augustus, 1 en 2 Sept. a.s.
van 18 tot 24 uur.
Venray 12 Augustus 1953.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen hierbij ter open
bare kennis, dat
door de raad dier gemeente in zijn
vergadering van heden medewer
king ingevolge de Lager-onderwijs-
wet 1920 is verleend, o.m. aan het
Bestuur van de bijzondere lagere
school te YsselsteynVenray voor
de aanschaffing van 10 2-persoons-
banken, zulks in verband met de
uitbreiding van die school.
Venray, 28 Juli 1953.
Burgemeester en Wethouders der
gemeente Venray, brengen ter open
bare kennis, dat bij besluit van de
raad dezer gemeente van 28 Juli
1053, no. 391, aan het bestuur van
de R.K. Lagere School te Venray
Ysselsteyn medewerkink is ver
leend voor de aanschaffing van:
1. een schoolbord;
2. gordijnen;
3. electrische armaturen;
4. tafeltje met stoelen voor onder-
wijzerskamer;
5. vijf vloermatten;
6. olie voor proefstoken en droog
stoken; en
7. een kruisbeeld.
Een en ander is nodig voor de
inrichting van de nieuwe klaslokalen
alsmede voor het onderwijzerska
mertje, waarmede het schoolgebouw
is vergroot.
Venray, 28 Juli 1953.
Wielrennen
Vrijdag j.l. vertrokken onze ren
ners naar Echt, waar zij deelnamen
aan de drie-daagse.
De eerste dag was het meteen
raak en lieten onze renners zien
dat zij ook wel iets van fietsen
kunnen. Theunissen werd 2e bij de
junioren. Willems deed het bij
de Senioren nog beter en wist met
een ronde voorsprong op de rest te
zegevieren.
De tweede dag ging het anders
en scheen alles samen te spannen
tegen de Venrayse overmacht. Zo
kon Theunissen het dit maal niet
verder brengen dan de 4e plaats.
Willems kreeg al evenmin een
kans, en werd volgens de regels der
kunst netjes in een hoekje gedrukt
en moest hij met de 9e plaats ge
noegen nemen.
Zo kwam dan de laatste dag met
aan het hoofd van de ranglijsten
onze Venrayse renners. Beiden had
den dus de beste kansen voor de
eindoverwinning.
Helaas, ook nu werd op minder
sportieve manier gezorgd dat onze
jongens geen schijn van kans kregen
ondanks de verwoede pogingen die
zij te werk stelden.
In de einduitslag werden beiden
tweede. Deze plaatsen zijn zeer eer
vol en dan ook wel een felicitatie
waard.
Morgen gaat de reis naar Ospel
alwaar het kampioenschap van
Limburg verreden wordt. Mogen
we hopen dat onze renners revanche
zullen nemen. Jongens veel succes.
P.D.V. DE ZWALUW
Hier volgt dan de uitslag van
Jemeppe, de vlucht, die zeer zwaar
was, en ook flinke verliezen heeft
gebracht aan de jonge duiven.
114 A. van Loon; 2 P. Lemmen;
3 H. Lucassen; 4 St Servaas; 5—50
J. Derks; 632 Jac. Verstegen; 7—
44 W. Peeters; 8-9-15-22-26 P. en J.
Hendriks; 10 Joh. Janssen; 11 E.
E. Oudenhoven; 12 Jos Vermeulen;
13 M, v.d. Broek; 16 A. Smits: 17-
23 Serveo; 18 J. Verstegen; 19 A.
de Riet; 20-33 A. Arts en Zn. 21-47
G. Janssen W.; 24-27 A. van den
Munckhof; 25-37 M. de Bruyn; 28
H. Kleuskens; 29-43 H. Derks; 30-38
G. Janssen H.; 31-48 A. Loonen; 34
M. Siebers; 35 P. Swaghöfer; 36
J. Wester; 49 J. Gommans; 40 M.
Hendriks; 41-45 J. Strijbosch; 42
P. Strijbosch; 46 J.van Leuken; 49
H. Vermeulen en Zn.
Een extra vermelding verdienen
deze week P. en J. Hendriks, die
maar liefst met 5 stuks bij de eerste
26 zaten. Een prestatie die er zijn
mag.
Uitslag Dax 1015 km.
1 Vissers, 2 Jaap Janssen, 3 A.
Loonen. 4 W. Janssen, 5 Jaap Ver
stegen, 6 A. De Riet, 7 J. Kusters,
8 Vissers, 9 P. Janssen en Zn. 10 J.
van Els, 11-16 G. Janssen W. 12 H.
Derks, 13 M. Siebers, 14 Gebr. Wil
lems, 15 M. van Rooy, 17 Kelders.
Afgelopen Zaterdag hebben we
weer kunnen constateren, dat ook
het oude gebruik van Kruitwis-
wijding op Maria Hemelvaart, zeker
wat het dorp betreft, langzaam
maar zeker gaat verdwijnen. Ieder
jaar weer komen minder kinderen
met de kruutwis naar de kerk, om
deze naar oud gebruik te laten
zegenen. Dat is jammer, want daar
mede gaat weer een oud en zinvol
gebruik langzaam verdwijnen.
Over de samenstelling van een
kruutwis bestaan verschillende
plaatselijke gebruiken: Zo zien we
in Venray, dat hij dikwijls is samen
gesteld uit enkele aren haver, rogge
gerst of tarwe, een tak met een
appel of peer, noten en of mangel-
bladeren en daarbij enkele wilde
bloemen, zoals korenbloemen of
iets dergelijks.
Na de zegening in de kerk heeft
de kruutwis heilbrengende en on
heil werende eigenschappen.
Sommige boeren bewaren hem
op stal, anderen voeren hem op
aan het vee en de kippen.
Vérder wordt een gedeelte van
de kruutwis bij hevig onweer nog
wel eens in de kachel gegooid, om
bliksem-inslag te voorkomen.
Ook, zoals b.v. in Bergen, daar
wordt een gedeelte over de heg
gegooid, om zo de rupsen te weren.
Alle rassen na vooruitbestelling
van 3 weken.
Classens Broederij Oirlo
De korrels uit de korenaren wor
den bewaard om ze in het voor of
najaar met het zaaigraan te ver
mengen.
Wanneer de eerste schoven van
de oogst zijn binnen gehaald wor
den enkele hieronder verborgen, om
ongedierte tegen te houden.
Ook tegen veeziekten helpt de
kruutwis. Met een band wordt dan
de bundel om het dier gebonden.
Prof. Schrijnen gelooft, dat het
„kruutwisgebruik" teruggaat tot 't
oud-Germaansgeloof. Wellicht was
het gebruik een „natuurverering"
of gold het een of andere Ger
maanse godheid.
Bij van der Ven lezen we, dat het
gebruik teruggaat tot de overleve
ring van de opneming van Maria's
lichaam in de hemel". Hij verhaalt
ons dan, wat Gregorius Turmesés,
in de 6e eeuw daarvan mededeelt:
„Toen Maria haar levensloop vol
eindigd had, en zij van de wereld
werd afgeroepen, vergaderden alle
apostelen uit alle windstreken in
haar huis en wachtten bij haar.
En zie, daar kwam de Heer Jezus
met Zijn engelen, nam haar ziel en
gaf haar aan de aartsengel Michaël.
De volgende morgen brachten de
apostelen het lichaam in een graf
en bewaakten het in afwachting
van de komst des Heren. En zie, de
Heer stond plotseling bij hen, nam
het heilige lichaam in een wolk en
liet het in het paradijs brengen.
Daar werd de ziel weer met het
lichaam verenigd en zij geniet nu
met de andere uitverkorenen de
eeuwige zaligheid.
Een wondere bloemenweelde vulde
daarna het verlaten graf. Wilde
veldbloemen en kruiden verspreid-
den bedwelmende geuren. Dit mys
terieus gebeuren activeerde de
fantasie van schilders en kunste
naars en fraaie kunstwerken ont
stonden er door.
Het zou jammer zijn, dat dit zin
vol gebruik ook zou uitsterven. We
kunnen slechts hopen dat onze
boeren hieraan vast zullen blijven
houden.
Bij moeilijk
heden ofwel
voor raad en
inlichtingen is de R.K. Vereniging
tot Bescherming van Meisjes:
Mevr. W. v.d. Munckhof-S angers
Grote Straat 28, Tel. 581;
Mevr. M. v.d. Hombergh-Bot,
Oostsingel 6, Tel. 393;
Mevr. A. Pijls-Drenth,
Grote Straat 14;
Mej. T. Coenen, Patersstraat 30,
Tel. 588; Mej. T. Paping, Paters
straat 30; Mej. M. Pijls, Grote str.
14a, Tel. 673; Mevr. Baronesse de
Weichs de Wenne, Geijsteren, Tel.
250; Mevr. vd. Haar, Blitterswijck,
D 67, Tel. 263.