DEGRUYTER „ZAT VAN DIE"! Voor de politierechter LOOPTU EEN KWARTIER HER OM TRAMCENTEN UIT TE SPAREN BEL BIJ BRAND 392 UckU door herman H. J. Maas Tienus Basten was niet veel naar do school geweest. Hy moest verder dan eon uur lopen naar de school van moester Heuvelmans. En bijna het hele jaar, in de lente, de herfst on do winter, waren de wegen ver schrikkelijk slecht. In do hote zomermaanden bleef hy dikwijls liever onderweg liggen en hegschool houden. De schooldwang (zo werd in Limburg de leerplicht gonoemd) bestond toen nog niet. Meester Heuvelmans was ene door- goeje mens, hy maakte hot de kinde- ron niet lastig en zichzelf over het loren niet druk. Na de eerste teug van oen groot glas Keizersbier zuchtte hij beliagelyk Daor zeui me zich mit pleizier 'n stuk van ien de kraag drinke Graag zong hy hot liedje van het Weesmeisje Aan don oe-oe-ver van een snellen vlie-iet Een toreu eurig meisje za-at, Het weende en schereide van voordrie iet Hot gra-as van teraanen na-at En dan droop zijn stem ook van de tranen, en het vrouwvolk onder zijn gehoor beukte mee. Het was toch zo'n roerend lied, zo aandoenlijk, verzekerde hy op de onderwijzers vergadering. Maar hij kon ook wel eens meer grappig zyn, behalve over Keizersbier. Dan zong hy er nog een regel by, aldus: Omdat zy geen vry' yer had!.... En begon zelf al vooruit te lachen, zodat anderen wel mee moesten schudden van de lach. Was het niet, omdat zy het zo grappig vonden, dat liet meisje geen vrijer had, dan zal hot wel om iets anders geweest zyn, dat zy lachten- Meester Heuvelmans timmerde niet hoog. Een ander boek dan een liedjes- boekje was in zyn hele huis niet te vinden. Zijn grootste liefhebberij was konijnen houden. Die zette hy 's win ters wel eens in het schoollokaal, in een hoek, achter een houten schot. Hy was 'ne doodgoeje mens, hartelijk voor de kinderen en medelijdend voor de arme stakkerds, die zo ver moes ten lopen in regen, sneeuwval en snijdende kou, over onbegaanbare wegen. Hy vond het in vergelijking met het kinderleed op zulke tochten niet de moeite waard, te leren hoe lang de Tachtigjarige oorlog wel had geduurd, en dat graaf Floris V in 1610 op het schavot was onthoofd, of hoe de breuken 7« en "7/3c;;, samen gesteld moesten worden, of waar Barcelona ergens verkoos te liggen. Neen, dat schoolse loren had hij niet hoog. Z\ n menig was, dat de paar kinderen van zijn dorpje, die genoeg aanleg hadden om verder te leren, hun weg wel zouden vinden. Zo oordeeldo fijn gezond verstand, zei hy. Wat deden toekomstige ambachts lui on boeren met dat schoolse geleer van zy ri viei en van de Don au en van ruzies tussen de Oranjeklanten en de Patriotten Hy is al lang ter ziele, en wy laten hem rusten in vrede, zonder te onderzoeken, in hoeverre hij gelijk of ongelijk had. De tyd rolde toch wel voort. Het intellectuele vermogen is by hot ene volk, in massa genomen, be slist hoger dan by het andere. Vol gens onderzoekingen door geleerden maakt het Nederlandse volk, in massa genomen, geen bijzonder schit terend figuur. Zy kwamen tot het resultaat, dat 95 van de honderd mensen in Nederland niet hoger stijgen dan do intellectuele capaciteit van een middelmatige schooljongen van elf jaren, en dat hun meerdere kennis op volwassen leeftijd niets anders is dan meer levensondervin ding. Daar staat dan tegenover wel voel aanleg voor handel on techniek. Dus het viel toch ook niet erg togen. Men behoeft niet alles tegelijk te hebben. En daar komt nog bij, dat hot laatste woord over dat ingewik keld onderwerp nog lang niet gespro ken is. Aanleg voor techniek by de massa is oen natuurlijk verschijnsel. Want van hot begin af in de ontwikkelings geschiedenis van het mensdom heeft de mens gereedschap, dus machinerie, nodig gehad voor zyn bestaan. Ge leerden zyn met hun onderzoekingen al gekomen tot een ouderdom van onze aarde van twaalfhonderd mil- li oen jaren en tot het bestaan van do eerste mensen een en vijftig mil- lioon jaren geleden. Dus wel voldoende tyd om doelmatige werktuigen te loren maken voor de kostwinning en voor oorlogen Tusson de intellectuele capaciteit van een middelmatige elfjarige school jongen on de aanleg voor kunst- en wetenschapsbeoefening de hoogste goostelyke begaafdheden van de mens ligt nog een lange afstand met veel trappen. Ook mag men niet voorbijzien, dat tegenwoordig nog, maar voorheen in veel hogere mate slechts enke len de kans kregen voor de volle ontwikkeling van hun talenten, 't Was alles een kwestie van geld en stand. Zo ontstonden wat men noemt top culturen. Een talryk volk, dat niet kon lezen en schrijven, had be roemde geleerden en kunstenaars Ongetwijfeld hebben de dwaasheid van ij dele ouders en het wanbegrip van ondorwyzers in bepaalde tydper ken van het verleden onbeschryfe ijk diep kinderleed veroorzaakt. By kinderen, die geen aanleg hebben voor het schoolse leren, bedoeld is het leren als voorbereiding voor het middelbaar, gymnasiaal en hoger onderwys, is door dwang en straffen absoluut niets anders te bereiken dan tegenzin, afkeer, verdriet, wanhoop. De geschiedenis spreekt zelfs van tijden met -veelvuldige zelfmoorden ondor de met leren gemartelde jeugd En bekwaamheid voor ambacht, bedrijf enz. is toch zeer zeker ook niet minder eervol, en over het alge meen misschien, financieel nog meer lonend, wegens de directe betrekking tot de productie, dan eon zogenaamd herenbaantje van niet hoge, slecht betaalde klasse. Daar is het gewoon lijk vast inkomen, vaste armoede. Tienus Basten had door het leren in zyn jeugd geen seconde verdriet gekond. Hy kon als volwassene een beetje spellen, meer niet. Maar pienter of gewiekst of gehaaid was hy even min. Tot de snuggeren behoorde hy geenszins. Zyn kameraad Nol Berens kon misschien nog slechts moeizamer een beetje spellen dan Tienus. Maar Nol, die loep, die zat immers vol gemene, valse streken, Nol, leep als de duvel Of was die Nol Berens niet de kame raad van Tienus Basten Allebei droomden ze van „zat van dieEn Nol was niet meer dan boerenknecht. Dromen van „zat van die!".daarin kwamen zij met elkaar overeen, maar dan had jo het ook gezegd. Overi gens verschilden zij als dag en nacht. Wal die twee, Nol en Tienus, nou toch met elkander hadden, daar kon den de bewoners van Heihoek aan de Peelkant gaar niet bij. De een paste by den ander als oen tang op een varken. Dat gesmiesper altijd Wat kon daar achter zittenHet maakte de mensen onrustig. Niemand gunde het den halfgaren goddewat van enen Tienus, door dien vlegel van enen Nol in het ongeluk gebracht te worden. En daar moest het op uit draaien, dat zagen zy aankomen. Tienus Basten was dertien jaren oud, toen hy de Eerste Communie deed. Destijds werd vereist, dat een kind voluit elf jaren geworden was, eer het de Eerste Communie kon doen. Het moest de Grote Catechis mus van voren tot achteren kunnen opzeggen en uitleggen. Want het was geen blagenwerkMaar dat uitstel baatte bij Tienus niets, hy kon de Catechismus niet lezen, niets onthou den en niets verklaren. Wat schoot er dan ten slotte voor den Pastoor over, dan Tienus maar toe te laten Met Nol Berens was het krek zo gegaan. Van zyn veertiende jaar af was Tienus dag op dag de Peel ingetrok ken als veenarbeider. Tenminste als het niet vroor. Hy moest wat in brengen, thuis was het anders armoei troef, met bejaarde sukkelige ouders en een enkele jaren oudere zuster, 's Morgens vroeg, met botrammen in de knapzak, ging hy van huis, want hy moest twee uren lopen om op zijn werk - te komen, en kwam 's avonds laat thuis. Dat leverde zowat zestig cents per dag op, op eigen kosten. Daar waren ze by Basten ermee door. Ja, als het vroor, verdiende hy niets. Daar kon men niets aan doen. Maar men zou gezegd bobben, dat Tienus jaar op jaar sulfer en dommer werd. Zijn vader en moeder waren ook zo'n halfgaren geweest, en uit een ezels veulen kon nou eenmaal nooit een paard groeien. Ja, du landmensen konden wel erg grof in de mond zyn. Goed volk maar rauw, zeiden ze van zichzelf. Na de dood van zyn ouders, toen Tienus oen eind in de twintig was, zette hij en z'n zuster Trien het keuterijt je voort. Van de Peel had hy der. buik vol, tenminste als veenar beider voor de fabrieken. Overigens hield hy wel veel van de Peel. Van de turf, de hei, de eenden, de kuluten, de byen, de schepers, de vertelselkes over de dwaallichten en zo meer. De Peel was voor hem zo groot als de wereld, zonder eind, vlak, grauw, vaal, somber onder altijd drijvende wolken en dikzwart in do nacht. De poel van nu is heel wat anders. Nu was hy zich zelf baas en mon terde daar wel wat van op. Dat kon men hem aanzien, als hy 's Zondags over zyn paar akkertjes kuierde. Maar waar zou het Nol dan om te doen zyn Dat hy de laatste tyd overal en altijd zo om Tienus heen- draaide En dat behómde gesmiesper? Om Trien misschien O jee nee, geen spek voor Nol zyn bekJa, maar om Tienus zo stiekum het keuterijtje afhandig te maken. Want genoeg geld om het te kopen, al zou dat maar een klein beetje zyn, kon Nol van zyn huur die bij boven dien geregeld verdronk, niet eens byeen brengen. Trien, en dan het keuterijtje op de hoop toe? Wat? NeeZo'n galie, zo'n slaojdobbel, niks voor Nol! Maar wat in 'shemel- naam dan Noch borrel en glasbier 's Zondags in do herberg, noch het kauwen en herkauwen van het geval 's avonds in de week by den haard konden een oplossing brengen Het was echt griezelig. Ook zo vreemd, dat Nol overal Tienus naliep, maar hem toch ook overal en altijd tegen alleman beschimpte! Net als over het reizen met het spoor van Tienus. Tienus Basten had als Peelwerker de spoortrein dikwijls gezien. Een wonderding! En over reizen met de spoortrein ook dikwyls horen vertel len. Hy wilde toch ook wel eens zelf graag met de trein mee, maar hy had het nog nooit aangedurfd. Het ding zag er zo gevaarlijk uitEn wat een hoop duiten zou het wel kosten!. Dat was immers alleen iets voor het groot volk, „met zat van die"! Dat groot volk van de goddeloze steden kende geen gevaar, dat had de ziel aan de duivel verkocht, voor „zat van die"! Nou Tienus Basten was toch wel erg nieuwsgierig. En op 'ne vieze keer stapte hy maar eens naar het station en vertelde heel beleefd voor het loket wat hy beliefde Hy wilde mei het spoor mee, mienheer de chef! „Waarheen"? Och dat kwam zo nauw niet, maar niet te wijt en niet van het duurste, het was immers licht goed genoeg voor eeen klein keuterboerkeNaar Beek, zou dat kunnen? Niet al te duur Alleen om wat van de wereld te zien „Beek"? zei de chef. ..Nog al ver, by Maastricht. „O nee"! schrok Tienus hevig. Uit de wereld Nee, maar hy meende toch Beek, aan de kanten van St. Jozef van de Smakt! „Aha! Vierlmg8beek" zei de chef. Dan reed hy maar mee tot Vierlings- beok, t6rug kon hij wol te voet. Wat moest dat dan kosten „Nou", peinsde de chef, „voor deze ene keer dan, omdat gy het bent, twee dubbeltjes, spotgoedkoop, haast voor niks, ge kunt het er zelf niet voor maken"! Het hele gezicht van Tienus Basten klaarde daarvan op Wat 'ne goeie kêl toch, dé chef! Zo niks gruttig Daar wilde hy toch graag voluit van profiteren. Dus vroeg hy met brede lach om de mond: „En vur 'nen andere dan, mienheer chbf, asteblieft"? „Een dubbeltje min der" zei de chef en liep gauw naar zyn schrijftafel. En Tienus kwaad „Da's aafzettery" riep hy.„Da's hondslellik,'nen ermen mins zo te beduvelen, dor komde vur ien de hel Zo stond Tienus maar. En de chef had lol. Daar viel anders ook al niet veel te beleven. "Gauw" riep de chef, de trein is er al. Stap niet in de verkeerde wagen, daar wordt het nog veel duurder Let op de derde Daar had Tienus Basten geen bezei van, maar de conducteur hielp hem wel. Zo kwam hy dan te zitten brom mend en mopperend. Hij had niks geen goeie zin. Maar daar viel hem nog by'tyds wat in, gelukkighij had betaald, te duur, dus wilde hy ook waar voor z'n centen hebben. In de Peel had hy mensen door het raampje zien kyken, dat hoorde zeker zo bij het reizen per spoor. Dus hij ook, dur 't remke kieke En wat zag hy Daar op de weg neven het spoor Eventjes, roets Net 'ne mens as Jan-omeEn Tienus aan het roepen, zo hard als hy kon: „Hei, waacht is, halt. huu"! Maar dat akelige spoording wilde niet eens eventjes stilhouden. Nou zou Jan-oome nog gaan denken, dat Tiends te grutsig was geworre om zienen eigen oome gen dag te zeggen, vanwege dat reizen met de spoortrein. Dat drukte Tienus zwaar op het gemoed.-Met het spoor ging hy z'n levensdage nooit meer mee En daar liep die Nol over te schim pen. Te^en Tienus zelf en tegen alle man. Wanneer reisde Tinus weer eens met de trein? Die gek? Daar zou Nol ook wel wat met voor hebben. Die Nol Berens kende het reizen met de trein! Hoe dikwijls was hy al in Roermond voor de rechtbank moeten komen? Maar hy loog er zich altijd uit, die loep, leep als de duvel! Wordt vervolgd. Vrijdag jl. was Mr. Pluymaekers plaatsvervangend Officier van Justitie en dit had tot voordeel, dat hy goed op de hoogte is van de plaatselijke omstandigheden. Toen dan ook de zaak voor kwam van een Venrayse chauffeur, die dronken was aangetroffen in zyn wagen op de Smak ter weg, was zyn oordeel milder, dan men had verwacht. De weg is nogal stil, aldus de Officier, en buiten dat staat de verdachte als goed bekend, dus f 100.— boete, en 1 maand voorwaardelijk met een proeftijd van 1 jaar. Hoewel dronken chauffeurs anders op geen pardon behoeven te rekenen, bleek ook de politierechter, mede door de berouw volle houding van de verdachte, bereid water by de wyn te doen of in dit geval water by de cognac en vrerd de uitspraak f 50 boete en 1 mnd. voorwaardelijk. Aan het opgeluchte gezicht van de verdachte en zyn advocaat bleek, dat men op een dergelijke clementie niet had durven rekenen. Een juffrouw uit Horst had uit de portemonnaie van een kind f 25.— gestolen, een nogal laffe daad, maar de juffrouw, die met een gezin met kinderen zat, had dan ook totaal niets meer. Aangezien manlief in de DUW werkt, liet men ook hier ge nade voor recht gelden en kwam verdachte er af met f 10 boete en 1 maand voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De heer uit Meerlo, die in een dronken bui een ruit kapot sloeg, kreeg f 10 boete. Dat het beste bier toch nog een aaidige cent opleverde, bewees de bierverkoper uit Gennep, die gewend was van zyn baas f 100.— per week te krijgen, alleen om rondjes te geven. De tijden worden echter slechter, ook voor de brouwer, en dies trok hy zyn verkoper f 70.— van zyn „rondjesgeld" af. Edoch, de bierver koper kon met f 30 niets doen en gaf dus rondjes van de rekoningen, die hy inde. Do baas nam dat niet, er kwam ruzie en nu stond de bier verkoper voor de rechter wegens dieftal. Aangezien de Officier deze hele geschiedenis nogal „grossartig" voorkwam, werd zy verwezen naar de meervoudige kamer in Roermond. In de DU W-kampen wordt nogal eens gestolen en gewoonlijk volgt er dan een collecte, die de benadeelde eenigszlns schadeloos stelt voor de geleden schade. Op een goede keer was een van deze DUW-mensen blut en om aan centen te komen, vertelde hy de politie, dat hy bestolen was. Hierop volgde prompt de collecte by zyn maats en de zaak zou waarschijn lijk nooit zyn uitgekomen, als hij de centen niet gebruikt had voor het beste bier, dat zyn tong losser maakte en hem snoevend de hele geschiedenis deed vertellen. Maar men kan de politie niet straffeloos voor de gek houden, dat is al meermalen gebleken en ook deze heer kan 14 dagen na denken over zyn trouweloosheid. Dat de politierechter een goede bui had, werd bewezen by de dronken chauffeur, die bovendien de politie nog grotelijks beledigd had. Met een daverende reprimande, f 100.— boete Dat zet immers tóch geen zoden aan de dijk! Maar wat wel een flinke duic in het zakje doet, dat is guldens verdienen aan De Gruyter's.cassa- bonsDat is géén kunst en geen moeite. Voor tien gulden bons één gulden contant terug. DE GRUYTER'S CACAO ROODMERK 100 gr. pak 50 cl. ROODMERK 200 gr pak 98 cl. BLAUWMERK 100 gr pak 44 ct. BLAUWMERK 200 gr. pak 86 ct. SIERTROMMEL500 gr. 275 ct. Die 10°/o korting moet ergens vandaan komen. Waar vandaan? Uit de grote bezuinigingen die mogelijk zijn in een groot bedrijf met eigen fabrieken en méér dan 360 eigen winkels. De Gruyter laat U daarvan mee profiteren. Alleen De Gruyer geeft 10°/o korting op alle artikelen, behalve suiker, zout en soda. en i maand voorwaardelijk kwam deze heer er af. Dat men ook in Venray geen gras mag sny'den in andermans grasland werd een Venrayse familie aan het verstand gebracht, die op een schon» dag met 4 man er op uitgetrokken waren om gras te snijden. Die gras- snydery op andermans teirein kostte hen nu f 15.— boete per man. Dat men in de Peel, waar men toch de ruimte heeft, zelfs niet vreedzaam kan leven bewees de volgende zaak, waarbij esn huismoeder veroordeeld werd, die het kind van haar buur vrouw, toen het vervelend was, een tik om de oren gaf. Men moet nu eenmaal van andermans kinderen afblijven en daarom moest de juffrouw, zy het hoogst verontwaardigd f 2.50 boete betalen. Een knecht -van Landbouwbelang in Sevenum had wat kippen en daar hy de gehele dag met zyn neus op het kippenvoer zat, kon hy de ver leiding niet weerstaan en nam zo nu en dan wat kippenvoer mee, zonder er wat van te zeggen. De kruik gaat echter net zo lang te water tot ze breekt en op een goede keer zei de politie kip ik heb je, met het gevolg ontslag en naar de DUW. Omdat hij zich zelf al zwaar genoeg gedupeerd had, werd ditmaal volstaan met f 50 - boete, maar komt hy binnen drie jaren weer in aanraking met de rechter, dan mag hy nog 3 maanden gaan brommen. Een Gennepse jongeling had by zyn thuis een vreemde auto voor de deur staan en was dat moe. Hy stapte er in en friemelde net zo lang met een oude contactsleutel, tot de wagen aansloeg. Hy zette hem toen maar in een aDdere straat, dan hadden de mensen er daar ook nog plezier van. De eigenaar was daarover geheel niet gesticht, gaf het aan en de jongeling, die nu 'sKonings wapenrok droeg, kreeg ondanks zyn gering soldy f 30 boete. De Venlose politie had weer jacht gemaakt op dronken wielrijders en een drietal patiënten kreeg f 30.- boete. De Horstenaar, die men ook al zwaaiende op een fiets had gesnapt kwam er minder gelukkig af, hy kreeg 14 dagen, maar stond dan ook al voor de 7de maal voor ditzelfde delict voor het bankje. De nieuwe Parochiekerk te Horst zal binnen enkele weken in gebruik genomen worden. Deze kerk, welke plaats zal bieden aan ruim 1200 gelovigen, is een van de weinig kerken, welke weer een atrium en een crypte heeft, zoals dat in vroeger eeuwen was. Het nieuwe godshuis is 'n machtig gebouw van bouwmeester ir. Boosten uit Maastricht. Door de firma J. P. A. Nelissen teVenray werd deze kerk gebouwd. Limburgse Pluimvee-tentoon stelling te Roermond Tijdens de Limburgse Pluimvee tentoonstelling, welke van 28 tot 30 Nov. te Roermond gehouden wordt zullen sinds 1939 voorde eerste maal ook weer Duitse fokkers exposeren. Ook Belgisch Limburgse fokkers hebben deelneming toegezegd. Landbouw C.A.O.'s goed gekeurd. Het college van rijksbemiddelaars heeft op 16 October jl. de eerste collectieve arbeidsovereenkomsten voor het contractjaar '52—'53 in de landbouw goedgekeurd. Dit betreft deCAO.'s voor Limburg Friesland en de Noordoostpolder. De goedkeuring der contracten is verleend met terugwerkende kracht tot aan 1 Mei 1952, echter met dien verstande, dat de verhoogde lonen eer3t met ingang van 28 September zyn verschuldigd. Paarden uit stal „Soestdijk" naar Brabant Een tweetal springpaarden uit de befaamde stal Soestdyk werd door Brabantse ruiters aangekocht, nl. „Agenda", het paard waarmee Prins Bernard vele malen op concoursen verscheen en „Herald", eveneens een prachtig paard met bijzondere kwa liteiten. Het eerstgenoemde dier ging over naar de heer Jac. Putters in Den Bosch, die met zyn nieuwe aanwinst reeds een overwinning mocht boeken, het tweede paard door een Vughtse ruiter overgenomen. Een film voor dnivenmelkers Er is een film vervaardigd, die stellig in trek zal komen by de zeer vele postduivenhouders, die Limburg telt. Deze rolprent is met recht een po8tduivenfilm en draagt de sugges tieve titel „Snelle "Wieken '53". De ondernemers hebben de heer L. Donders te Tilburg bereid gevonden, deze nieuwe film tydens haar tocht door Nederland, voor het publiek in te leiden en toe te lich ten. Huis aan liais bestelling door de Posterijen In verband met de te verwachten grote aanvraag om door tussenkomst van de P.T T. ongeadresseerde stukken zogenaamd huis aan huis te doen bezorgen in het tyd vak van 17 Nov. tot en met 10 Januari a.s. is nu een bijzoDdore regeling getroffen met betrekking tot de aanneming van zodanige stukken. Ongeadresseerde stukken, welke in de bovengenoemde periode moeten worden uitgereikt, zullen van nu af aan alleen worden aangenomen, na dat is gebleken, dat op do kantoren der Posterijen, in welker bestelkring de verspreiding wordt gewenst, daar geen bezwaar tegen bestaat. In verband hiermede zullen aan bieders van ongeadresseerd te ver spreiden stukken in genoemde periode het verzoek daartoe tenminste 14 dagen voor 't tijdvak, waarin de ver spreiding wordt gewenst, bij de post- inrichting waar de stukken zullen worden ter post bezorgd, moeten indienen. Indien verspreiding in het gewenste tydvak mogelijkblijkt, zullen de stukken, welke voor interlocale ver spreiding zyn bestemd tenminste een week voor het tydvak van versprei ding ter verzending moeten worden aangeboden. Nadere inlichtingen worden op aanvraag door de kantoren van de posterijen verstrekt. Telefoon Vanaf Dinsdag j 1. is voor de aan geslotenen op automatische netten, waarvan het netnummer begint met 47 (opgenomen in de sectorgidsen voor Venlo, Roermond en Venray) de mogelijkheid geopend, deabonné's behorende tot het Telefoondistrict Utrecht (voor zover aangesloten op een geautomatiseerd net) langs auto matische weg, dus zonder tussen komst van de telefoniste, te bereiken. De netten van 't telefoondistrict Utrecht zyn te herkennen aan de eerste twee cijfers (34) van het net nummer.

Peel en Maas | 1952 | | pagina 8