TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Dagboek van een krijgsgevangene
Hoe wordt men
mijnwerker
Voor de politierechter
liet oog van de meester...
Altijd \0°/o korting bij VéGé-Thee!
Twaalf Franciscanen kregen
Missiekruis
NIEUWE KIEKEN
ZVTERDAG 11 OCTOBER ]1952 ^No 41
DRIB EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
Mon zou kunnon zoggen, dat dit
de titel was, waaronder verleden
week een voorlichtingsavond werd
gegeven over het munwerk en hoo
men daarbü kan worden ingeschakeld.
Het was er jammer genoeg met
druk maar wat daar verteld werd,
was toch wol van belang, zeker vooi
oen deel van de jeugd.
Daarom volgt hieronder een korte
samenvatting wat over de vakoplei
ding tot mijnwerker werd verteld.
De OVS is een vakschool voor de
jongens, die mijnwerker willen wor
den. Sommige mensen zullen vragen:
„Is er dan om mijnwerker te worden
een vakschool nodig
Ze vragen dit waarschijnlijk, om
dat ze menen, dat 't mijn werkers vak
eigenlijk geen „echt" vak is. Ze
veronderstellen nog, dat een jonge
kerel, als hy ondergronds gaat wer
ken, „zo maar" of in oen paar weken
een goed mijnwerker kan zijn.
Deze mensen vergissen zich.
Het mijnwerkersvak is niet alleen
een zwaar vak, maar ook een moeilijk
vak. Het is niet in een paar weken
geleerd en ook niet in een paar
maanden. Het duurt jaren voor men
zijn houwersexamen kan doen en als
hy dan slaagt, kan men pas zeggen
dat hy volslagen vakman is.
Vroeger begonnen de jongens, die
mijnwerker wilden worden, meestal
als „leesjongen". Ze stonden dan een
groot gedeelte van hun werktijd aan
de leesband en kregen daarbij nog
wat onderwijs in enkele „schoolvak
ken" en eenvoudige mijnbouwkunde.
Men sprak toen van een „leesjon-
gensopleiding".
In die opleiding viel al veel te
waarderen. De tegenwoordige oplei
ding, dus do OVS, is echter geen
loesjongensopleiding meer, omdat de
jongens in het eerste jaar van hun
'opleiding in het geheel niet meer
aan de leesband komen en in het
tweede jaar nog maar een korte
periode.
Stenen uit de kolen „lezen" is een
heel nuttig werk, maar 't is toch
maar een van de vele dingen, die een
toekomstig mijnwerker moet kunnen.
En van deze vele dingen leert hij
heel wat op do OVS
De jongens, die op ongeveer ïsjarige
leeftijd op de OVS komen, krygen
daar een opleiding van ongeveer drie
jaar. Komen ze op een oudere leeftijd
'dan duurt de opleiding korter, want
op ïsjarige leeftijd gaan de OVSörs
naar liet bedrijf over
De OVS is een vooropleiding. De
jongens, die deze opleiding gehad
hebben, beginnen als ze op ïsjarige
leeftijd ondeigronds gaan werken,
als „sleper met vakopleiding"
Ze hebben dan al een flink stuk
van hun opleiding achter de rug, al
hebben ze ook nog veel voor de
boeg. Omdat ze een vakopleiding
hebben genoten, verdienen ze ook
meer dan een arbeider, die zonder
vakopleiding zijn loopbaan onder
gronds begint.
Een goede grondslag
Bij aanmelding voor de OVS worden
de jongens onderzocht en gekeurd.
Dat is zeker ook in hun belang. Niet
elke jongen is geschikt om myn
werker te worden.
Maar van de jongens, die worden
aangenomen, wordt dan ook getracht
degelijke en gezonde mensen en
goede vaklieden te maken.
Voor hen zyn er in het bedrijf
talrijke mogelijkheden om vooruit te
komen en zich een goede positie te
verwerven.
Jongens met een goed verstand,
die tevens van aanpakken wetenj
kunnen na het behalen van het
houwersdiploma, in aanmerking ko
men voor de Mynschool. Bezit van
een diploma van de Mynschool biedt
in het mijnbedrijf vele mogelijkheden
Maar ook voor hen, die niet naar
de Mynschool gaan, bestaan er goede
kansen om verder te komen.
Voor een taak als voorman, schud-
gootmeester, meester houwer en nog
dergelijke functies, is geen diploma
van de Mijnschool vereist.
In de OVS wordt onderlijs gegeven
volgens een methode, die door onder
wijsdeskundigen en mynbouwkundi-
gen tesamen is ontworpen.
Er wordt niet alleen vakonderwijs
gegeven, doch aan karaktervorming
wordt veel aandacht geschonken.
Een goede mijnwerker is iemand,
die verantwoordelijkheid weet te
dragen, die het goed met zijn leiders
en medewerkers weet te vinden en
die zyn plichten kent tegenover het
gezin en de maatschappij.
De OVS tracht de jongens tot dit
alles te vormen en draagt zo ook by
om het goede en mooie Limburg en
zyn bevolking in stand te houden en
te verbeteren.
De OVS opleiding omvat 3 leerjaren,
In het eerste jaar krygen de jongens
behalve mijnbouwkunde ook algemeen
vormend onderwijs, lichamelijke op
voeding, godsdienstonderwijs en prac
tisch werk in de jeugdwerkplaats.
In het tweede jaar staan de jongens
onder leiding van een instructeur, die
hen vertrouwd maakt met allerlei
werkzaamheden in het bedrijf boven
gronds. Aan het overige onderwijs
wordt nu nog ongeveer de helft van
de tyd besteed. Houtterein en leer-
mijn zyn nu in hoofdzaak hun „werk
plaatsen". Ook in het tweede jaar
staat de lichamelijke opvoeding nog
dagelijks op het programma.
In het derde leerjaar is de tijd
aangebroken, dat de jongens kennis
maken met het bedrijf ondergronds.
In de eerste drie maanden van het
jaar wordt slechts één dag onder
gronds gewerkt; elke volgende drie
maanden komt daar een dag bij.
Door deze overgang zijn ze op 18
jarige leeftijd, wanneer ze aan het
bedrijf worden overgedragen, aan het
ondergronds werken reeds goed ge
wend.
Ook gedurende het derde jaar gaan
de theoretische lessen en de lichame
lijke oefening door, hoewel er natuur
lijk minder tijd aan kan gegeven
worden dan in de voorafgaande
jaren.
Als de jongens op de OVS zyn
aangenomen, gaan ze dadelijk ver
dienen. Deze lonen variëren van 25
cent voor 14 jarigen tot 43 cent voor
19 jarigen. Behalve hun uurloon ge
nieten ze tijdens hun gehele opleiding
ook productie toeslagen beoordelings-
premie. Bovendien verdienen ze f 1.50
per dag extra voor elke dag, die ze
in het derde leerjaar ondergronds
werken.
Vele ouders hebben nog een ver
keerde indruk van de opleiding tot
mijnwerker en zien er daarom tegen
op hun jongens naar de myn te laten
gaan en leesjongen te laten worden.
Een OVS-er en een leesjongen is even
wel niet het zelfde. De OVS opleiding
biedt goede kansen voor het leven.
Een nieuwe gareelconstructie, die
de levendige belangstelling heelt van
de Nederlandse Vereniging tot Be
scherming van Dieren, voorkomt, naar
gebleken is, niet alleen oponthoud,
maar zorgt er bovendien voor, dat de
dieren in betere conditie blijven.
Sinds enige tijd zyn namelijk ook
in ons land garelen in de handel die,
doordat ze zijn opgevuld met spons-
rubber en voorzien zijn van stalen
spanen, de hals van het paard bewa
ren voor verwondingen en knobbels
en daarnaast het voordeel bieden, dat
de dieren zich niet kunnen door
werken.
Garelen van rubberbandjes voorzien
zorgen ervoor, dat de hinder van het
gareel zo klein mogelijk gehouden
wordt.
De meester, die het welzijn van
zyn paard ter harte gaat, zal onge
twijfeld oog hebben voor het belang
van deze nieuwe gareelconstructie;
het paard (en dus ook de gang van
zaken op zijn bedrijf) waaraan in de
komende tijd hoge eisen worden ge
steld, zal er wel by varen
LAND- EN TUINBOUW
Juist de boer beseft ten volle, dat
zyn toeziend oog de gezondheid van
zijn paard garandeert. Dat dit oog
alziend is, nu voor het trekpaard de
drukste tyd aanbreekt, behoeft geen
betoog. Iedere eigenaar kent de last,
die het paard krijgt van de oneffen
heden en harde knobbels, veroorzaakt
door de vaak met stro en hooi opge
vulde garelen. Doorgewerkte paarden
veroorzaken stagnatie in de najaars
werkzaamheden van de kleine bedrij
ven.
Hitler gevallen
Hoera, Hitler is gevallen en dood.
„De duivel hebbe...." nee, dat niet. Ook
(leze psychopatische mens had een
ziel, al was zyn geest nog zo vervron-
gen.
Het hele kamp popelt, want nu
voelen we het einde naderen. De Jap
wordt in de Pacific steeds verder
terug gedrongen en krijgt slag na slag.
We weten niet, of we huilen of
lachen zullen, of bidden. Soms doe
ik alle drie tegelijk.
In bet duister van de cel zie ik
vaak schimmen opdoemen; kinder
kopjes zien me lachend en vererend
aan, een vrouwenhoofd lacht me be
moedigend toe. Ik geloof niet, dat ze
er uitzien, zoals ik ze me in de geest
gevormd heb in de deze jaren van
alleen zijn. Als je dan uit z'o'n droom
met open ogen wakker schrikt, voel
je tranen langs je wangen lopen zon
der te huilen. „Een van de kenmerken
van ondervoeding", zegt de dokter,
„afwezigheid van de geest, visioenen,
hallucinaties".
Maar vanavond vieren we feest....
met sigaren!
Meer dan 3 jaar geleden zwoer ik,
de io sigaren op te roken bij de val
van Duitsland.
De io sigaren uit 't enige pakje, dat
mijn vrouw binnen het kamp wist te
smokkelen. Een klein onnozel pakje
waa het maar io sigaren,'een paar
onsjes tabak, tandpasta en wat snoep
goed. Eerlyk is alles opgedeeld onder
de „slapies", maar die sigaren.... Die
roken we samen op, als Hitier keldert.
Dat zwoer ik, en 3 jaar trekken ze
nu al mee van kamp naar kamp.
Zorgvuldig zoek ik myn 9 beste
vrienden uit; de slapies van toen zyn
dood of verweg. Eu heel geheimzinnig
gaat het doosje open; een sigaar na
2 jaar niet roken. Ocbarme; in het
doosje zitten io wit beschimmelde
staafjes. Geen sigaar meer aan te
herkennen.
Dan maar redeneren, hoe lang het
nog duren zal, eer de god keizer van
Japan zijn beide vrienden volgt in de
eeuwigheid. Het varieert tussen en
6 maanden. Laat de Jap ons nog
maar even afjakkeren; het zyn de
laatste stuiptrekkingen.
Op het avondappèl wordt een
kendmaking van Takahasji, onze
Japanse commandant, voorgelezen,
dat voortaan de Rode Kruispaketten
verdeeld zullen worden onder de
krijgsgevangenen.
Ongelovig kijken we elkaar aan
knippen oogjes van begrijpen tegen
elkaar en krygen weerhoop en moed.
Moed om nog even verder te leven,
hoop op terugkeer van de zo vurig
afgebeden vrede.
Ja, die Rode Kruispaketten
Sedert t942 ligt een scheepslading
vol van die paketten te rotten in de
loodsen van Singapore. De jongens,
beweging. Als de rechterhand van
mgr. dr. Poels is hy' twintig jaren
werkzaam geweest in de KAB Lim
burg als directeur van de vorming en
propaganda en leider van Credo Pugno.
Daarnaast was hy ook leraar aan de
RK. School voor Maatschappelijk
Werk, welke functie hy thans nog
vervult.
In de Boskantkerk te Den Haag
heeft Zondagavond de indrukwekken
de plechtigheid plaats gevonden van
de uitreiking der Missiekruisen aan
een aantal Franciscaner Missionaris
sen, die binnenkort naar hun arbeids
veld in de missie zullen gaan.
Op 14 October vertrekken naar
Brazilië de paters Joaquim van Res
teren (voor de derde maal), Dagobert
Wolswyk (voor de eerste maal),
Melchisedech Loenen (voor de eerste
maal), Aemilianus Soede (voor de
eerste maal), benevens de studenten
Ad. van Uiterwaal, Piet Vlasman en
Jan Wolfkamp; die in Brazilië in het
noviciaat treden en daar hun philoso-
phische en theologische studies zullen
maken.
Op 20 October vertrekken naar Java:
pater dr. Cletus Groenen (voor de
eerste maal), en frater Felix Bos (voor
de eerste maal).
Naar Nieuw-Guinea vertrekken op
15 Novemberpater Rombout Camps
(voor de eerste maal) en pater Nico-
demus Verheyen (voor de eerste maal).
Ten slotte vertrekken half Novem
ber naar Pakistanpater Zephyrinus
de Man (voor de tweede maal), pater
Alfrid Stokman (voor de eerste maal),
pater Flavius Haas (voor de eerste
maal) en broeder Hilarius Lardenoye
(voor de tweede maal). Broeder Hila
rius Lardenoye heeft als architect in
Pakistan verschillende kerken en
scholen gebouwd en een hotel voor
de K.L M. Ook zyn enkele boeken
van zyn hand verschenen.
De missiekruisen werden uitgereikt
door de hoogeerw. pater Provinciaal
der Franciscanen, Castulus van den
Eynden, daarbij geassisteerd door de
paters Odulphus v.d. Vat als diaken,
Barontius Wellink als sub-diaken en
Benvenuto Zuidwyk als ceremonia-
rius.
Pater Jacobs ereburger
van Sittard
Pater Jacques Jacobs M.S.C. heeft
Zondag in het klooster* van de pators
Missionarissen van het H. Hart te
O verhoven—Sittard zyn gouden kloos
terjubileum gevierd. In de rectoraats-
kerk droeg de jubilaris een plechtige
hoogmis op, waarbij deken Poels van
Wyk—Maastricht de feestpredicatie
hield.
Pater Jacobs, in Gilze-Ryen geboren,
werd na zyn priesterwijding in i9ió
in België professor in do theologie. In
1919 kwam hy naar Zuid-Limburg,
waar hy verder zijn gehele leven bleef
werken. Aanvankelijk onder de Bel
gische vluchtelingen als zielzorger te
Treebeek, later als docent aan het na
de eerste wereldoorlog te Stein ge
opende missiehuis.
In 1930 werd pater Jacobs vast
verbonden aan de R K. Arbeiders
die in de havens werken, zien ze
dagelijks liggen, nu al drie jaar lang.
De Jap verd... het om ze ons te
geven, maar nu komen ze binnen, met
vrachtwagens vol. En voor het eerst
proeven we weer melk, echte melk.
Het eerste slokje blyf je een tyd lang
door je mond spoelen, om de smaak
weer te herkennen.
In de soep dry ven kraaltjes vet en
by onze rijst smullen we een stukje
corned beef op. Maar twee keer per
week krygen we een beetje, maar op
die feestmaaltijden spitsen we ons
dagen van te voren.
Het oorlogsterrein komt naderbij,
Mac Arthur omsingelt Japan. Beest
achtig is de strijd op de Filipynen;
de Jap vecht zich letterlijk kapot.
Op Leithe sneuvelen 70000 Jappen
slechts 6 krijgsgevangenen, versuft en
murw door de gruwelijke bombarde
menten. Op de andere eilanden dito.
De Amerikanen moeten met vlammen
werpers meter na meter veroveren
en mangat na mangat uitbranden, zo
fanatiek-tot-de-dood vechten deze baar
lijke duivels voor hun keizer.
Onze troep, nog ïoooo man sterk,
wordt sterk uitgedund. Telkens gaan
kleine groepjes; de meesten op het
eiland zelf, andere naar Malaka. We
horen wel, wat ze doen moeten.
Yechtgaten maken; tunnels voor
munutie, opslagplaatsen en ge vecht s
stellingen. Dus verwacht de Jap toch
een aanval op Singapore.
Byna dagelijks karnen golven vlieg
tuigen nu aanvallen doen op het
Singapore eiland. Meestal de marine
haven; de vliegvelden en soms ook de
havens zelf. Als we in de gevangenis
zyn en er klinkt luchtalarm, dan moet
alles naar de cellen. Alleen 3 man
moeten buiten de wacht houden en
De Officier van Justitie, die Vrouwe
Justitia vertegenwoordigd by do
jolitierechter, is niet van de gemak
kelijkste. Dat bleek ook weer Vrijdag
.1. toen daar twee stoere smids
knechten uit Bergen voor de gerech
telijke tafel stonden.
Deze twee smeden hadden de hele
middag last gehad van een paar kleine
snotpeukies, die maar bleven vervelen,
mee Btenen gooiden, scholden, kortom
dose twee brave borsten het leven
hadden zuur gemaakt. De bom barstte
en een paar grote smidshanden be
werkten toen de broek van een der
plaaggeesten. Hoewel ze wijzer had
moeten wezen, maakte de moeder
van het „gemartelde" kind er een
politiezaakje van en zo stonden
Vry'dag de twee smeden voor de
politierechter en moesten de peukies
als getuigen optreden.
Dat de Officier deze kans om voor
Pieterman te spelen niet liet voorbij
gaan, was duidelijk en deze jochies
zullen voor hun hele leven de herin
nering aan deze rechtszaal niet ver
geten. Want in plaats van de ver
dachten kregen zij de toorn van de
Officier in volle mate over hun
berouwvolle hoofdjes. De ene smids
knecht werd vrijgesproken wegens
gebrek aan bewijs, de ander kreeg
f 5. daar nu eenmaal recht gespro
ken moet worden en bovendien het
onderste gedeelte van de rug niet als
aambeeld gebruikt kan worden.
Daar was verder een chique dame
uit den Haag, die in Venlo by V.
D. een paar kleedjes had gestolen.
Dat de Officier niet van chique dames
houdt, die bij tyd en wijle ook nog
voor winkeldievegge spelen was wel
duidelijk. Met grimmige onverstoor
baarheid somde hy het zondenregister
van deze dame op. En het bleek wel
dat zij een allesbehalve schone lei
had. Het vreemde van de geschiedenis
was echter, dat deze dame in het
geheel niet behoefde te stelen, daar
zij er warmpjes by zat. Een troef die
door de verdediger dan ook handig
werd uitgespeeld. De politierechter
ging dan ook niet mee met de eis
van de Officier, die haar de gevange
nis in wilde hebben. Hy wil eerst
eens een onderzoek naar de lichame
lijke en geestelijke gesteltenis van
deze dame.
Dan kwam er een heer uit Venlo,
die het met zyn buurvrouw aan de
stok had gekregen en direct klaar
stond met scheldwoorden. Deze buur
vrouw was daardoor op haar beurt
weer dodelijk beledigd en het einde
van het lied had plaats in de Raads
zaal. De verdachte ontkende, maar
de juffrouw bleef by haar verklaring.
Nu was er verder nog een getuige,
maar die had een hartaanval gekre
gen toen hy de trap naar boven op
ging. Daarom was hy niet verder
gekomen dan de hal van Venray's
Raadhuis en hy durfde niet verder
naar boven. De getuige moest echter
gehoord worden en daarom trok de
politierechter, de griffier en de Officier
naar beneden, vergezeld van deur
waarder, verdachte, getuige, persmen
sen en belangstellenden. En zo ge
beurde het dat de hal van Venray's
Gemeentehuis ook al rechtzaal werd
en dat de verbaasde bezoekers der
diverse afdelingen van het raadhuis
plotseling midden in een rechtzitting
terecht kwamen. De verdachte kreeg
f 15.— boete.
Een juffrouw uit Tienray wekte de
toorn van de Officier, door halstarrig
te ontkennen, dat zy een buurjochie
met de haren van een fiets getrokken
VéGé-Thee is van bij
zondere kwaliteit! Zó
geurig, zó fijn, zó heer
lijk, dat iedereen in huis
U een complimentje
maakt! En bovendien:
bij VéGé-Kwaliteits-
TheekrijgtU altijd geld-
iegels I00/o korting.
Kies uit deze edele mélanges
GOUDMERK 76 ct met 15 geld zegelj
BUTTERFLY 88 ct met 18 geld zegeli
ORANJE PECCO 80 ct met 16 geld-zegeli
BLAUWMERK 59 ct met 1 2 geld zegels
per pakje van 100 gram
GULLER MET ZEGELS
GULLER MET GULDENS
had. Maar ook de getuigen waren
wat twijfelachtig en hadden net niet'
genoeg gezien en daarom zal de
volgende keer een nieuwe reeks
getuigen verschijnen en begint de
zaak van voren af aan.
Een boerenjongen had een glas te
veel op en ruzie gekregeD. Toen dan
die ruzie op zyn hoogst was, trok hy
zijn mes. Nu is mes wel een groot
woord voor het blikken gevalletje,
wat als corpus delicti op de tafel lag,
maar desniettemin had hij de mouw
van de regenjas van zyn tegenstander
toch weten te doorboren. En aange
zien het de linker mouw was, was
dit voor de Officier een welkome
gelegenheid om er op te wijzen, dat
de „doorboring vlak by het hart was
en dat men haast van doodslag zou
kunnen spreken". De getuige kreeg
de doorboorde jas terug, maar aan
gezien hy geen rekening bij zich bad
voor de schadevergoeding, kreeg hy
ook niets toegewezen. De verdachte
kwam er ondanks de doodslag van
af met f 25.— en een maand voor
waardelijk.
Vorige zitting wat er een twist
voor de rechter geweest, waarbij een
der Venrayse verdachten had ontkent
de getuige geslagen te hebben. Deze
zaak kwam ook nu weer voor, maar
de verdachte bleef weg en de verbali
sant bleef by zijn verklaring, f 20.—
was de beloning.
Een echtpaar uit Amsterdam was
op vacantie in dees schone dreven
en kwam ook op de pont in Katwijk
terecht. Toen ze daar zo stonden te
wachten op de overvaart, reed een
vrachtwagen de pont op, en de jonge
man, die voor in de cabine zat, had
toen enkele woorden geroepen, waar
door betrokken echtpaar zich beledigd
gevoelde. De jongeman ontkende
pertinent. Hij had alleen „dagMarietje"
geroepen. Op de vraag of hy die dame
dan kende, zei hij „neen, maar zo
is de jeugd tegenwoordig", waarvan
de Officier maar nota nam. Maar „dag
Marietje" is niet beledigend en volgens
de verdachte kon hy niets anders
roepen, omdat hij zyn aandacht by
het stuur nodig had. Bovendien, als
hy meer gezegd had, was dit onmoge
lijk te verstaan geweest, omdat zijn
eigen motor nog liep en de motor
van de pont ook een hels kabaal
maakte. En of de Officier al sputterde,
de rechter gaf vrijspraak. Waarschijn
lijk is, dat de Officier in hoger beroep
zal gaan.
De juffrouw uit Siebengewald was
ten einde raad, doodgetreiterd als ze
was door de buren. „As gej wist, wat
ik te lieje haaj, menheer, dan hadde
al vul gauwer dur op geslage". Dit
daar ben ik ook by. Als politie man.
Boven in de 45 meter hoge toren,
staan 4 mitrailleurs dreigend omlaag
gericht op de gevangenis blokken.
Het is een facinerend gezicht, hoe die
dapper Japanse „kistjesde lucht in
cirkelen en zonderbedenken de reuzen-
kisten der Amerikanen aanvallen.
Meestal brengen ze het niet eens tot
een gevecht. Dan stoot zo'n B 29 van
alle kanten een straal vuur uit en
zie je flarden van vleugels en romp
naar omlaag dwarrelen. Maar wee de
Amerikaan, als deze razend snelle
Navy O's door deze kogelregen heen-
breken. Dan draaien en kronkelen ze
om de reus heen als een kievit.
Diep in mijn hart krijg ik bewon
dering voor deze moedige onverschrok
ken kereltjes. Veel gaan er naar
beneden; slechts eenmaal vloog een
B 29 in brand. Uit de dikke rookzuil
daalden parachutes omlaag.
Een dag later 10 vette blozende
Amerikanen komen gummy-kauwend
tussen de half naakte sukkels staan.
Onverschillig, hautain zien ze op ons
neer. Nee, de Amerikanen gedragen
zich verre van sympathiek.
By een aanval op het vliegveld
moeten we in een blikken hangar,
maar meestal smeren we hem de
bush-bush in, want in de hangars houd
je het niet vol van de angst en span
ning, als de zware bommen inslaan
en allies waggelt en dreunt. Dan breekt
het koude zweet je uit. Als de aan
val voorby is, hebben we weer de
grootste praatjes, zoals vroeger na een
erge onweersbui.
Het wordt Juni en de aanval op
Okinawa begint. Via onze „geheime"
radio krygen we de titanenstrijd te
horen. Hoe de Amerikanen, ondanks
materiële overmacht slechts meter na
meter vorderen. „200 yards advanced",
bombardementen op de Japanse stel
lingen; 5 krijgsgevangenen en 10.000
Jappen gedood. Zo gaat het maar
door, doch het duurt volgens ons veel
te lang.
Dan mogen we ineens niet meer
naar het vliegveld, 'n jaar en negen
maanden zyn dagelijks 2000 man
daar heen gepjokt, nu is het uit. Het
veld is nog niet klaar, gelukkig hoog
stens geschikt voor lichte jagers.
Het gaat ook niet meer; elke dag
komt een grote platte wagen de
jongens ophalen, die zo maar in
mekaar gezakt zyn.
Ik ben ook bijna zover, als ik 100
meter loop, wordt alles zo maar zwart
voor de ogen. Dan moet ik even stil
staan, leunen tegen een boom of muur
met de ogen dicht. Dan gaat het na
een poosje weer. En die Rode Kruis
paketten, twee maal per week een
beetje helpen ook al niet veel. Het
aantal doden stijgt met den dag maar
nu mogen ze tenminste normaal be
graven worden; wel zonder kist zo
maar naakt de grond in, maar ze
salueren tenminste en spuwen niet
meer op de grond als een dode voor
by gedragen wordt. Ook mag de vlag
op het lyk gelegd worden op weg
naar het kerkhof.
In onze ryst-loods liggen een paar
duizend zakken rijst. Takahasji heeft
grote voorraden op gekocht en
elke dag smokkelen ze een zak extra
rijst voor ons potje het scheelt wel
niet veel, maar alles helpt. In plaats
van die zak ryst wordt dan een zak
zand tussen de voorraad gelegd. De
controlerende Jap telt alleen maar en
de aantallen kloppen.
Zouden er nu in Venray weer
vredesfeesten zyn zoals in 1018? Toen
werd door de Officier ten stelligste
ontkent, hij was direct naar de politie
gelopen, die is er voor dergelijke
akkevietjes, en om de juffrouw daar
aan een volgende keer te laten den
ken, kreeg ze f 10.— boete.
Een jongeman uit Gennep, die een
tang had geleend, maar ze nooit
meer had teruggebracht kreeg, ook
al vanwege de kostbaarheid der tang
f 40.—
Bespaar ons verder het verhaal van
al diegenen, die weer geladen met
bier en of genever het stalen ros van
hun fiets of brommer bestegen hadden
en lustig over 's Heren wegen ge
zwaaid hadden, tot ze by de politie
in het verbalen-boekje belandden.
De meeste waren zo wijs om zich
in het onvermijdelijke te schikken
en de f 30.- boete met rouwmoedig
hart in ontvangst te nemen.
Enkelen echter onkenden tegen
beter weten in en zullen volgende
maal geconfronteerd worden met de
politieman die hen dronken verbali
seerden. En dan is de boete alleen
maar wat hoger.
Wel is het eigenaardig dat deze
heren veelal uit Venlo en omgeving
komen, waar het beste bier vooral
onder fietsen- en bromfietsberijders
beste vrienden heeft zitten.
GIRO
10.10 80
Op 't zelfde aambeeld steeds te slaan
Vereist standvastigheid en moed.
Wie steeds om 't kwartjerond moet
gaan
Verdient een pluim wel op z'n hoed
Pas op met wag-benzine
Na afloop van werkzaamheden aan
een hijskraan op de terreinen van de
steenbrekery „Holland" aan het
Juliana-kanaal te Borgharen, wilden
twee arbeiders hun handen ontdoen
van de daaraan klevende olie. Zy ge
bruikten daarvoor wasbenzine.
Geen rekening houdende met de
grote vluchtigheid van deze vloeistof,
stak een andere arbeider in de buurt
een lucifer aan. De benzine vloog in
brand en eveneens de 18-jarige J.W.
uit Maastricht. In deerniswekkende
toestand met zeer ernstige brand
wonden over het gehele lichaam moest
hy naar het ziekenhuis St Annadal
worden overgebracht, alwaar hy is
overleden.
we gingen mastklimmen en ringste
ken. Ik herinner me dat allemaal nog
zo goed. Die paal met zeep ingesmeerd
waar je in moest klimmen. Als je
net boven was gleed je met een plof
naar beneden. Of ligt ons dorp plat
De veranderingen volgen elkaar nu
in een snel tempo op. Aan de poort
staan nu Indiërs op wacht, oud-Engel
se militairen, en die weten werkelijk
geen houding aan te nemen. Ze geven
ons cigaretten en zeggen maarSoon
peace (vlug vrede) en meer dergelyke
smoesjes. We négeren deze overlopers
volkomen. En steeds maar door gaan
kleine groepjes de gevangenis uit.
Vreest de Jap soms voor een der
gelijke grote groep, als het eens op
knokken aankomt Als hy goed wist,
wat voor gammel uitgehongerd stel
letje we zyn, zou hy ons rustig by
mekaar laten zitten. Het is allemaal
zo vreemd, willoos overgeleverd te zyn
aan de willekeur van je vijand. Tot
het laatste moment zal ons leven
afhangen van zyn wil.
Zo kruipen de dagen voorbij bom
bardementen, honger, Rode Kruis,
fantaseren, hopen en wanhopen. Zijn
het de laatste, de zwaarste loodjes?
JA, goddank, het is 9 Augustus,
als onshet eerste teken van het einde
bereikt.
Wordt vervolgd.