De nieuwe Engelse Melange „Ik heb inert an owe Job!" Dood dreigt voor ratten en muizen. - de thee met de rijke afschenk £ezas 6cheiiuen. Heer, schenk licht.... Samba-donateur. HIEUW KERKER Er is bereids overleg gepleegd met de bankier van do gemeente, die bereid is deze obligatielening uit te geven en zelfs toezegging heeft gedaan tot deelname in bedoelde lening van f i.oooooo, zodat dus reeds de helft verzekerd is by de uitgifte. De heer VAN HAAREN houdt naar aanleiding van dit voorstel een be schouwing, waarin by zegt bly te zijn, dat nu eindelijk de schulden worden geconsolideerd. Het bedrag is wel groot, maar men zal inderdaad geen andere weg kun nen bewandelen als het uitgeven van een obligatielening. De vraag is echter of die lening dan, zoals nu voorgesteld, inderdaad een looptijd van 30 jaren moet hebben, waarom b.v. geen 10 jaren? Spreker is daar vooral voor omdat men bij de 30-jarige obligatielening eerst in 1963 met het aflossen der obligaties wordt begonnen, wat er op neer komt, dat men nu ook pasover ïo jaren gaat beginnen met het af schrijven, van die objecten, die met deze leniDg worden gefinancierd. Hierdoor zou de thans zetelende Raad haar opvolgers van 1903 1982 dwingen ieder jaar naast f 80000 rente nog f 100.000 aflossing to four neren. En dat is toch wel een ietwat zonderlinge erfenis. Als de gemeente de obligatielening slechts 10 jaren zou laten duren en kon plaatsen tegen 31/, pet i.p.v. 4l/A pet, (zoals b.v. in de gem. Rucphen gebeurt) dan kan alleen aan rente reeds meer dan f 160.000 bespaart worden. Na die 10 jaren kon de ge meente dan nog zien wat er te ge beuren stond. "Wat het ontwerp besluit aanging, hierover had de heer VAN HAAREN ook enkele opmerkingen. Zo vend hij het uitstekend, dat hierin uitdrukkelijk werd verteld, dat onder geen enkele voorwaarden stuk ken onder pari zouden worden ver kocht. De emissie-kosten schat spreker op f 30.000. Loopt men nu geen gevaar, dat de Bank, die zelf reeds een millioen voor haar rekening neemt, hierdoor stuk ken beneden pari kan verkopen. Zij heeft immers daarop een korting van de helft van f 30.000. Tenslotte spijt het spreker gemerkt te hebben, dat de Credietbank by deze emissie niet betrokken is. De regeling van uitgifte, provisie enz., is voor alle banken hetzelfde en't verwondert hem, dat B. en W. de Credietbank, die toch gerust een Venrays bedrijf genoemd kan worden, hierin geheel niet heeft gekend. Als de gemeente er in de bezetting moeilijk voorstond, wist men ze wel te vinden. De heer SELDER vindt het ook geen stijl, dat de Credietbank in deze niet gekend is. De heer Fr. JANSSEN meent, dat men over deze obligatielening nog veel kan zeggen, maar iedere medaille heeft zijn keerzijde en nu de moge lijkheid er schijnt om zo geld te krygen en de schulden te consolideren zal men deze ook moeten aangrijpen. De kwestie Credietbank vindt ook hij oen pijnlijke geschiedenis, maar hij vertrouwt, dat deze bank toch zeker in de emissie zal betrokken worden. liet antwoord van de Voorzitter herhaalde nogmaals wat er in de toelichting van B. en W. staat be schreven. Hy kon zich voorstellen, dat men even schrikt by het horen van een dergelijk bedrag, maar men had het kunnen kennen uit de be grotingen, die toch zyn goedgekeurd door de Raad. Op de heer van Haren zyn betoog, gaf hy ten antwoord, dat B. en W. inderdaad leningen hebben overwogen met een looptijd van tien jaren. Af gezien van de vraag of tegen een dergelijk rentepercentage inderdaad geld aangetrokken kon worden het de grote vraag, wat er na tien jaren gaat gebeuren. Hoe hoog zyn dan de rentepercentages en is er dan geld? Er wordt minder rente gevraagd by een tienjarige lening, maar weegt die besparing op tegen het risico, terwijl men dan even goed weer zit met de hoge emissiekosten voor de volgende lening. Trouwens, de heer van Haaren vraagt een dergelijke korte duur, omdat hy zich vergist met de afschrijvingen. De obligatie lening wordt eerst na tien jaren maar de afschrijvingen van^e ver schillende objecten, die door deze lening worden betaald, worden netjes gereserveerd in het leningfonds, zoals men op de kapitaaldienst van de begroting kan lezen. Het nageslacht zal ons niets te verwijten hebben. Als er echter gewerkt wordt aan de verbetering en de vergroting van onze gemeente, rdan profiteert daar ook het nageslacht van en het is billijk, dat dit ook haar deel in de kosten helpt dragen. Er wordt juist gewerkt voor het nageslacht on deze mensen zouden het ons kwalijk nemen, indien wij nu met de handen in de schoot bleven zitten. Wat de maken we er „cake" van. In een .long bananenblad wikkelen we het deeg en boven het vuur roosteren we ons baksel zo lang, tot liet bananen blad begint te schroeien. Dan is de cake volgens ons gaar. We smullen van de kleffe brei, welke tussen je tanden blijft kleven, maar eenmaal tenminste in de maand is je maag vol. Dan heb je het gevoel, of er een steen in je maag hangt loodzwaar en onverteerbaar. En dat geeft voldoening. Om by de volgende weging weer 10 pond afge vallen te zijnNog vier maanden Maar we zullen zolang mogelijk honden, slakken en heggebladeren eten. Om in ieder geval by de laat- sten te horen. Wie daar niet aan meedoet, komt op een goeie dag gestrekt langs de gevangenispoort. Dan staan we even voor hem stil en gaan weer verder, op zoek naar alles wat eetbaar is. Eetbaar, volgens ons tenminste I En daar rekenen we bijna alles toe. Wordt vorvolgd kwestie Credietbank betreft, deze zal by de emissie inderdaad ingeschakeld worden, dus hier is wel degelyk rekening mee gehouden. De heer VAN HAAREN wenst nogmaals uitdrukkelijk te wyzen op het feit, dat hy niot tegen dezo lening is, maar dat hy liever een kortere zag. Nu h(j de uitleg van de Voorzitter gehoord heeft, kan hy ook met de dertigjarige accoord gaan. De heren Fr. JANSSEN en SELDER zyn het nog steeds niet eens mot de regeling inzake de Credietbank. Als de VOORZITTER dan nogmaals herhaalt, dat met deze Haagse Bank altyd zaken gedaan is en dat deze nu ook met dit aanbod is gekomen, waarop de gemeente verder onderhan deld heeft, onderhandelingen, welke men nu toch zo maar niet af kan breken, dan kan de heer JANSSEN er mee accoord gaan, indien hy de toezegging krygt, dat in het vervolg Venrayse banken de bankiers van de gemeente worden. De VOORZITTER belooft ditplech tig, maar de heer SELDER vroeg hoofdelyke stemming. Hy alleen stemde tegen het voor stel van B. en W. Rondvraag De heer DERKS had verschillende wensen op zyn programma staan. No. 1. Waar blijft de reeds lang beloofde verbetering van Geysterse weg en Trapstraat? No. 2. Waarom wordt de Servatius- weg, die er toch beroerd by ligt, nu niet opgeknapt, ook dat is al lang beloofd. No. 3. Kunnen de puinplaatsen in Oostrum niet wat ge egaliseerd wor den, zodat deze gemakkelijker bereik baar zyn. No. 4. Waar blijven de lichtpunten op de Smakt en in Oostrum Het antwoord op vraag No. 1 was dat deze weg nog deze week wordt aanbesteed. Liggen de kosten niet te hoog, dan zal de ellende gauw ver geten zyn. De Servatiusweg en de egalisatie van de puinplaats zal door Gemeentewerken bekeken worden. De lichtpunten op de Smakt worden reeds besproken met de PNEM, die helemaal niet hard loopt. De licht punten in Oostrum zyn nog niet met de PLEM besproken, omdat eerst nog andere punten voorrang hebben. De heer VAN HAAREN had gezien dat men in Leunen de wegen maar als vuilnisstort gebruikt. Kan hier niet tegen opgetreden worden. Verder zou hy graag zien, dat de lampen 's avonds een half uur later uitgingen, en 's morgens een half uur later aan! Op vraag 1 werd geantwoord, dat Gemeentewerken plannen aan het opstellen was, om de kom van Lounen ook in de Reinigingsdienst in te schakelen, zodat men daar met vuil nisemmers kan gaan werken. Hier over volgen nog wel nadere mede delingen. De tyden voor het aan- en uitgaan van de lampen zou bekeken worden. De heer CUSTERS hoorde zovele klachten over het hout op de zand wegen, waardoor bv. de wegschaaf niot zou kunnen werken. Zou het niets zyn om de boeren verlof te feven om dit hout daar gratis te appen. De VOORZITTER zou daarmee accoord gaan, als dan ook de stron ken zouden vertrekken, maar die liet men zitten, zoals uit de praktijk bleek, en het enige resultaat is, dat het goed hout weggehaald wordt en de gemeente met de stukken bly ft zitten. De heer MAAS meent, dat -met sproeien dit houtgewas tegen is te gaan, maar andere leden menen van niet. Nadat de heer SELDER op zyn vraag hoe het met de Gem. Bouw credietregeling stond, te horen ge kregen had, dat deze by Ged. Stat6n was ter goedkeuring, sloot de Voor zitter de vergadering, waarop de heren Reintjes, de Bruyn. en Camps mot kennisgeving niet aanwezig waren. r Ook de lekende Pickwick Ceylon melange (geeletiket: 88 cent) blijft verkrijgbaar. De directe schade, die door ratten en muizen jaarlijks in ons land wordt berokkend, bedraagt ongeveer dertig millioen gulden, terwijl de niet waar te nemen schade, in hygiënisch op zicht, waarbij men slechts denke aan het overbrengen van besmettelijke ziekten, nog veel groter is. Bovendien is de positie van de voedselvoorziening, gerekend over heel de wereld, precair, zodat het zaak is, dat van de aanwezige voorraden ten minste niets verloren gaat. Op alle mogelijke wyzen heeft men steeds al getracht het zo schadelijke ongedierte, dat ratten en muizen zyn te verdelgen, doch nooit is men daar volledig in geslaagd. Het heeft enige bio-chemici in Zwitserland aan het denken gezeten na een jarenlange observatie van de levensgewoonten van ratten en mui zen, werd „het ei van Columbus" gevonden, in de vorm vaneen strooi- poeder, dat de dieren niet als lokaas wordt voorgezet, doch wordt gestrooid op plaatsen, waar de ratten of muizen geregeld komen. De dieren slepen dit poeder nu met hun vacht, poten 0i staart mee koket als zy zyn, likken zy dit voor hen zeer schadelijke poeder by het toilet maken naar binnen. Eerst na een dag of-zeven sterven zij door de cumulatieve werking van dit poeder, zodat voorkomen wordt dat een te plotselinge dood by de nog leven zijnde ratten argwaan zou wekken. Lokken lakt yaak maar étfn keer. Gebleken is nl. dat zowel ratten als muizen een sterke kuddegeest hebben en spoedig gealarmeerd raken als er iets in de stam niet in orde is. Zij zullon daarom uitgestrooit lok- aas myden, indien er een zieke of dood onder hen is en proeven hebben zelfs bewezen, dat de ouderen het lokaas voor de jongeren wegslepen. De mede wei kers van Geigy in Bazel zijn nu op het lumineuze gedachten gekomen het Dieumarol, een gemak kelijk synthetisch te vervaardigen stof, die de vorming van prothrombine in de lever verhinderd, waardoor het bloed niet meer wil stollen, alsratten- gift toe te passen met uitschakeling van het „lokken". Wanneer het stol lingseigenschappen van liet bloed in ernstige mate verminderd worden, dringt dit door de wanden van bloed vaten en organen heen in de lichaams holten, wat een langzame, maarzekere pijnloze dood tengevolge heeft. Toen men de gedragingen van muizen en ratten geregeld en scherp naspeurde, ontdekte men tovens, dat deze steeds dezelfde loopwegen volgen. Wat was er nu eenvoudiger dan Tomorin, zoals het preparaat word genoemd uit te strooien op deze „paadjes", welke goed zijn waar te nemen. Succesvolle bestrijding in Rotterdams havenbedrijf De N. V. Inseeto, dochter-onderne ming van de N.V. Organon te Oss, die Tomorin voor ons land in de handel brengt, heeft het ongeveer een jaar met succes toegepast. Een sprekend voorbeeld daarvan is de vordelging van honderden ratten in een bekend havenbedrijf in Rotterdam waar men vier jaar te vergeefs ge probeerd had de pakhuizen schoon to krygen. De Directeur, ir W. Stehouwer, dia ons over dit nieuwo bestrijdingsmid del van ratten en muizen inlichtte, deelde mee, dat Tomorin voor do mens ongevaarlijk is. Iemand mot een gewicht van 70 kg. zou in 66a keer 7 kg Tomorin moeten eten, wil dit voor hem gevaarlijk zyn. Ook voor pluimvee en ander gevo gelte is het onschadolyk. Wel moet men katten van de behandelde plaat sen voorlopig verwijderd houden, omdat zy de vergiftigde ratten of muizen zouden kunnen opeten. Om die zelfde reden moet men Tomorin ook niet in een varkenshok strooien, maar er omheen of boven op de bal ken. Geachte redactie, Kalm aan gaan we weer naar de wiDter 10e, de winter met zyn lange donkere avonden, met zyn vele vergaderingen. We vrezen dan met grote vreze, dat er in onze gemeento ongelukken gaan gebeuren, vele ongelukken, zeker als die vergaderingbezoekers het zo treffen, als ondergetekende deze week, die om 11 uur van een vergadering af kwam en in de hele Grote Straat, Patersstraat, Grote Markt en Hense- niusplein één hele lamp brandende vond, terwyl de rest in Egyptische duisternis was gedommeld. Dank zy een doosje lucifers en een behulpzame fietser, die te hulp werd geroepen, zyn we zonder ongelukken thuis gekomen. Maar we hebben wel menigmaal gedacht aan schone voor spellingen, dat Venray stad wordt en zo magnifiek vooruit gaat. In Overloon branden 's nachts om 3 uur meer lampen als hier om vyt minu ten over 11 'savonds. J. S. Mynheer de Redacteur, Misschien heeft U ook gelezen, dat de Gemeenteraad van Sevenum besloten heeft iedere vereniging twee dansavonden tegen verminderde vermakelij kheidsbelasting toe te staan. Hier in Venray zyn twee verenigin gen, die een dansavond hebben nm. de Carnavalsvereniging en Harmonie, avonden, die hen van harte zyn toegewenst, maar die zeker niet tegen verminderde vermakelijkheidsbelas ting zyn. Ik weet dat ik op een veelomstre den terrein kom, als er over dansen gepraat wordt, maar we willen in Venray van alles, we willen een grote zaal, we willen bloeiende ver enigingen, we willen vreemdelingen verkeer, we willen voor allerlei doeleinden van alles paraat maken, I maar alles struikelt over de centen, j Het geleur met donateurskaarten langs de deuren gaat weer beginnen, ternauwernood is er een vereniging, die nu de bodom van de kas niet ziet, door herman h.J. Maas Katrien was dan maar eens over- gewapperd en zat nu by Nel aan de koffie. En Nol zei, dat zy daar toch zo blij over wasWant Katrien was er al zo lang niet meer geweest, men zou haast gezegd hebben, dat zy Nel niet meer kende I O, neen, dat was het niet verzekerde Katrien mot vuur, zij was al dikwyls willen komen, zy had al lang voor genomen by Ons Lievrouwke te gaan bidden, maar men had 't immers te druk, altyd wat, dan dit en dan dat Och ja, mens dat begreep Nel ook wel, als men getrouwd was kon men niet meer van huis weg en men wilde toch ook wel als getrouwde vrouw graag nog eens ergens komen, de manslui gingen op hun tyd ook wel een glas bier drinken. Maar Ons Lievrouwke mocht Katrien niet ver geten Katrien had in de Meimaand moeten komen, er waren toch zoveel schoon processies gewoest! Ja, dat had Katrien horen zeggen, de bodevaart ging goed vooruit, dat was pleizierig voor het dorp In vroegere jaren was het ooit slapper geworden met de bedevaart. Och ja, verklaarde Nel, de rector van die tijd had er misschien niet zo'n slag van gehad, de devotie tot Ons Lievrouwke in de omstreken aan te wakkeren. Of misschien had er ook wat anders tussen gezeten. Ieder mens heeft immers zyn eigen gedachten en meningen over wat goed is en niet goed. Zo had die rector eens gepreekt, dat by heel goed wist, hoe de mensen over hem praattendat hy geen pel grims trok. Maar dat wilde hy graag eens duidelijk uitleggen. Waarom zou Onze Lieve Vrouw eigenlijk deze plek uitverkoren hebben voor haar bijzondere verering? Toch zeker wel in de eerste plaats voor de inwoners zelf! Nou dan moesten die inwoners zelf dat ook tonen, niet alleen door naar de keik te gaan op Zon- en feestdagen, maar vooral ook door hun daden in handel en wandel; door elkaar niet te bedriegen en te belasteren; door al die kwaadsprekerij en het geruzie onder de buren maar eens achterwege te laten Als zij zo deden, dan hielpen zy de rector door hun voorbeeld, de bede vaart te bevorderen. Want dan konden de omstreken aanschouwen, dat hier het Genade oord lag... Ja, dat moest Katrien ook zeggen, het kwaadspreken onder de mensen was heel erg, en 't was toch zo lelyk Ja, zei Nel, dek waai tongen konden niemand met rust laten. Maar Katrion moest beter afkrijgen, het smaakte haar zeker niet hier Jawel mens, ging Katrien daar tegenin, zy at en dronk haar uiterste bost, en het smaakte haar ook ver duld goed, want Nel had ene lekkere weiteweg gebakken met veel pruum- kes d'r in, on ook ene gooie sterke koffie opgeschud m6t ene klont soekerei d'r op Dat was ook al 't enigste, wat ons soort mensen had in het leven, als men eenmaal getrouwd was. Maar dat kwaadspreken, dat had wat in En die afgunst en die jaloersigheid allemaal, allemaal die haat en nyd onder de mensen Dat kon Katrien maar niet begrypen, wat had men daar nou aan Moest men niet content zyn, als men zyn brood had? Kwaadspreken, dat zou Katrien nog niet kunnen! Voor geen geld van de wereld. Dat zat niet in haar. Dat wist Nel ook wel. En Nel knikte. Maar haar buur vrouw in het dorp, zo ging Katrien voort, zo'n akelige lelijke kwaad spreekster bestond er geen tweede op de wereld. Die deed nou krek niks anders, van de morgen tot de avond, van iedereen wat! aan toneelavonden is zeker in de Kom niets meer verdiend en men moet al met hele grootse dingen komen, wil men publiek trekken en een cent ontvangen. Het enigste waar nog wat aan veidiend schijnt is dansen. Waarom kan elders, in dikwyls heel wat kleinere plaatsen, wel, wat hier niet kan. Of is men bang voor de klandizie van do samba-bus naar Helmond en Venlo, waarin men Zondags de jongelui ziet vertrekken om in Helmond e.a. plaatsen eon dans t.e wagen. En zo'n grootse floddermadam, dat die maar eens naar haar eiges keek, geen spier aan haar dat' deugde, geen spier, en ze had ook nooit gedeugd, als jong megje al niet en haar doch ters waren ook maar flodderdellen! Maar Katrien was niet voor het kwaadspreken, anders zou zy daar wel eens een boekje, neen, een heel dik boek over open kunnen doen. Maar kwaadspreken kon zy niet uitstaan, zy liet andere mensen met rust, ieder een had immers genoeg aan zichzelf en aan zijn eigen leed Waar of niet, Nel, zeg nou eens zelf Nel vond dat ook en zei, dat er geen kwaadspreeksters zouden zijn, als er geen ijverige hoorsters waren en dat de een de ander toch niet na te apen hoefde. Pront, stemdè Katrien daarmee in. zo was het. Dan moest Katrien zich. ook niet zo laten neuje, maar beter afkrijgen, het was haar toch gegund, drong Nel aan. En voegde daar nog by, dat het woord goedspreken zeker niet bestond, want dat hoorde men nooit iemand zeggen. Dat het haar gegund was, dat wist Katrien wol, zy on Nel waren altyd goed samen ge weest en dat was ook al het enigste wat men had in het leven als trouwde vrouw, dat men het nieuws eens hoorde en zich eens kon uit praten, do manslui kenden de weg naar de herbergen ook wel om er te praten en een zatsel bier.te halen. „Juzzes Katrien", riep Nel uit. Daar viel haar net wat in, van bier ge sproken. Dat moest zy toch eens ver tellen, het was kluchtig geweest. Iedere gek had zyn gebrek, zy moest van zichzelf bekennen, dat zij soms erg hor tig kon zyn, als het haar niet naar de zin ging. O, maar mens, viel Katrien daar gauw tussen, daar was zy echt bly om, Nel dat te horen zeggen. (Katrien hield meer van zelf praten dan van luisteren). Want nu wist zy, dat zfi niet alleen door hortigheid geplaagd werd, dan hoefde zy zich toch ook niet zo te schamen. Dezer dagen nog, door de schuld van die buurvrouw, dat akelige loeder... Nee, stak Nel vlug een stokj9 in die ratel, dat had Katrien niet alleen. Nel had daar ook erge last van, maar hare mens vond dat niet goed. Och ja, moest Katrien hem daar wel gelijk in geven, voor een ander was dat ook niet gemakkelijk, maar die manslui zelf Ja, zei Nel en dan suste hy maar, dat zy aan Job moest denken, die bleef altyd even verduldig. O, ja, dat had Katrien ook duk horen zeggen, die Job moest wel ene mirakelse goeie mens geweest zyn, maar erg lang geleden Zeker, stemde Nel toe, misschien al wel voor twaalfhonderd jaren terug Wat, twaalfhonderd, riep Katrien uit, hoe kon iemand nog zo dom zyn, wel duizend jaren geleden, dat was andere praat! O ja, dat kon ook best, lachte Nel. Maar laatst was het toch ene schone geweest met hare mens! Het was nog schand, dat zy het zei, maar zy had zich moeten bedoen van de lach Jakkes Nel, wat die Nel toch praten kon, kirde Katrien, maar dat kon de vrollie overkomen, haar korts ook, met de buurvrouw, die akelige heks, Ojummenie, heeft Nel misschien wel gedacht, daar springt Katrien al weer haar duvelshitje van de klappei in haar gemoed en Nel vertelde maar haastig doorZy gaf Katrien geen kans meer om haar snater nog te roeren. Op ene vieze namiddag, Nel zou het nooit vergeten, zy had het zo beestig druk, want zij stond alleen voor alle zorg, poejakken maar, toujours altied koekoek éne zang, en zy had zo'n dorst! En zy dacht in haar eigen, ga d'r maar eens evekes by zitten en drink 'n glaaske bier, want zy had al zoveel koffie geteut, dat zy zich ongemak kelijk voelde, net een dikke trom en maar liep te kume, misschien mocht een glaaske bier de dorst verslaan. En zy was net goed en wel in de kelder, of daar kwam een vreemde kerel in huis. Zij de trapop, vloog naar boven, heel uitereen van de schrik. En hy deed zo behêmd. Eerst sloot hy de deur dicht. En hy smiesperde maar. „Yrouwke", zei hy, „ik moet uw es spreke", alles op z'n hooghollands. „Myn geluk hangt er van af", zei ie. Nel dacht al, dat het die mens in de kop geslagen was, maar zy hield zich astrant en van schavurigheid of zo was zy ook niets gewaar gbworden, hy zag er ook deftig uit, een schone kerel, dat moest gezegd zyn. Hij had een pakske by zich, met ene schone boksestof, 'ne verdulde sj^rmante stof, hy voelde zich sterk aan. Nel had ei subiet beestige zin in gekregen en den baas moest toch krek nodig 'n neej boks gehad hebbe. En toen begos die vrimde met 'n ver- telselke, en daar ging hy by beuken, en Nel moest mee gaan beuken van medelijden. De commiezen zaten hem achter de veren, zei' hy, en hij had toch gaar niets gedaan, alleen in Pruisen een lap stof gekocht om een cent te ver dienen. En nou wilden de commiezen hem benaderen, zei hij. En dan moest hy 'naar het person en dan werd hij voor zyn ganse leven ongelukkig met zy'nen huushald van tien kinderen, en hy was zelf nog zo'ne schone mans mens. Als hij die stof nou maar kwijt was, zei hy, maar die stof moest hy kwijt, anders durfde hij nooit meer buiten te komen, voor vijf gulden wou hy my de lap geven, het was voor niks. Wat hadde zo'n coramieze daar nou an, hè, iemand anders ien het lieje te brenge Nou, maar Nel had hem gauw die vijf guidon gegeven En dleje mens was vlak ien d'11 hemel gewist Hij viet Nel do hand vast en zeui 'r wel um a'n hals gevalle zien van bliedschap. „Ge hebt meei het leve gered zei hy. Nel was er heel van uterèn geweest. Zo'ne staatse stof, dat ze zich erg content gevoeld had over haar goed werk voor den evennaaste Men moest ook eens wat doen voor Gods loon. Eq goed gemoed was Nel weer aan haar werk willen gaan. Waar was zij ook weer mee aan de gang geweest Aan dorst en bier had zy niet eens meer gedacht. Toen merkte zy opeens, dat zy de hele tyd op haar hozen had gelopen. Haar klompen Waar had zy dan haar klompen toch gelaten? O jee, in de kelder! En zy de kel dertrap af. En mee de hozenvoeten in nattigheid En een bierluchtJuzzes van marante nog toew, zy had de bierkraan open laten staan, de anker was leeg gelopen! Wat was zy eraf verschoten Zy wist zich genen raad, als de baas thuis kwam en zeeg op een stoel neer van angst. Maar ko miekerig, opeens schoot het haar door de kop, van het spreukske van Job! Toen was hare mens thuisgekomen. En zy maar druk aan het zwetsen over de sjarmante stof voor twee bokse, voor vijf gulden, voor niks Eerst wou het nog niet boteren, wegens die vyf gulden, maar zy had gekeven„Doew iesegrim daor go ziet, 't is ok nooit goed Toen had hy nog wel wat nage- mopperd, maar allah dan Ja, toen moest Nel wel voor den dag komen met de leeggelopen anker. En zei, ze moest er nog om lachen, 't was een ongeluk geweest, van de alterasie, hy moest moest maar eens denken aan Job, die was immers altyd zo verduldig...! Mer wat dieje mins kwaod wier Heei viel uuit: „Wat Job!" riep ie, „mit owe Job, ik heb mert aan owe Job, Job hit nooit zo'n goed bier ien de kelder gehad as ik!" En Nel en Katrien hadden zich allebei moeten bedoen van het lachen. Toen schodderde Katrien maar weer eens na huus. Nel moest de schaai maar gauw komen terughalen. Varkenspest breidt zich uit Het aantal gevallen van varkens pest breidt zich in de omgeving van Utrecht nog steeds uit. Verscheidene veehouders hebben vele van hun varkens opgeruimd. Vaak treurt een bouwheer met geduld Die arm is zonder zyne schuld En met zyn werk niet voort kan gaan Indien ge hem weigert by te staan.

Peel en Maas | 1952 | | pagina 6