TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS Dagboek van een krijgsgevangene De wegenbelasting voor de negen Australië wordt moeilijker bereikbaar NIEUWE KEKKEN Inmaakf lessen ZATERDAG 19 JULI 11952 No 29 DRIB EN ZEVENTIGSTB JAARGANG Vrijstelling vim ilienst als gewoon dienstplielitige wegens bropderdienst. De Burgemeester van Venray brengt ter kennis van do ingeecbrevenen van de dienstplicht lichting I 33, dat voor de lichting ion met betrekking tot het doen van aanvragen tot het verkrijgen van broederdionst de vol gende bepalingen gelden Aan wie vrijstelling wordt verleend: 1. De vrijstelling wordt verleend aan'de ingeschrevene, die tenminste drie broeders heeft of gehad heeft, die dienen of gediend hebben bij de landmacht, bü de zeemacht of bij de ovorzee8e krijgsmacht. 2 In een van deze gevallen wordt geacht te verkeren de broeder, die vóór i November 1032: a ten minste 30 dagen in werke lijke dienst is geweest of b. ten gevolge van een na 31 Dec. 1Q45 verleend uitstel van eerste oefening nog niet of nog geen 30 dagen in werkelijke dienst is geweest, of c. in het genot van militair pen sioen is gesteld of d. gedurende zijn verblijf in wer kelyken dienst is overleden. 3. Als broederdienst blijft buiten aanmerking: a. dienst als vrijwilliger by de nationale reserve; b. dienst als vrijwilliger by de reserve grensbewaking; c. dienst als vrijwilliger by de Mynenuitkjjkdienst. 4. Voor vrijstelling wegens broe derdienst worden onder broeders verstaan wettige broeders en wettige halfbroeders. 5. Als werkelijke dienst wordt ook beschouwd de dienst van lien, die op grond van gowetensbezwaren is tewerk gestold bij een burgerlijke tak van staatsdienst. Indienen van de aanvraag: i. Door of vanwege de ingeschre vene, die voor vrijstelling wegens broederdienst in aanmerking wenst te komen, wordt daartoe aanvraag gedaan bij de burgemeester van de gemeente, voor welke hij voor de dienstplicht is ingeschreven; 'i. De aanvraag moet, worden gedaan vóór 11 Aug Ontstaat het recht eerst na m Augustus 1052, dan moet de aanvraag binnen 11 dagen na het ontstaan worden gedaan. Aanvraagformulieren zyn be schikbaar ter gemeente secretarie afdeling II. Ge]|)ktjjdig in dienst treden van twee of meer broers Indien twee of meer broeders be stemd zyn om ongeveer in dezelfde tijd in dienst te treden en twee andere broeders reeds dienen of gediend hebben, kunnen belangheb benden aan de Minister van Oorlog een verzoek richten om vrijstelling van de dienstplicht wegens aanwe zigheid van één of meer hunner, ten einde te voorkomen, dat meer dan drie broeders zouden behoeven te dienen. Venray, 12 Juli 1052 De Burgemeester van Venray, Mr A. H. M. JANSSEN. Bestemming tot buitengewoon dienstplichtige. De Burgemeester van Venray brengt ter kennis van de ingeschrevenen voor de dienstplicht der lichting 1053, dat bij Koninklijk besluit van 4 Juni 1052 «Staatsblad 326) ten aanzien van de lichting 1053 o.m. het volgende is bepaald Om van de bestemming tot gewoon dienstplichtige te worden uitgezon derd op grond, dat een broeder van de ingeschrevene met een gesneuvel de wordt gelijkgesteld - (artikel 24 tweede lid der Dienstplichtwet) moet de ingeschrevene een wettige broeder of een wettige halfbroeder gehad hebben, die: hetzij ais militair a. is overleden of wordt vermist tengevolge van oorlogshandelingen; b. is overleden tengevolge van verwonding of ziekte, opgedaan by of dooi oorlogshandelingen; c. is overleden of wordt vermist in en door de militaire dienst; d. is overleden tengevolge van verwonding of ziekte, opgedaan in en door de militaire dienst; hetzij als lid van een verzetsorganisatie: e. is overleden of wordt vermist tengevolge van het plegen van actief verzet; f. is overleden tengevolge van verwonding of ziekte, opgedaan by het plegen van actief verzet; g. ten gevolge van het plegen van actief verzet in een gevangenis of concentratiekamp is opgesloten ge weest en aldaar is overleden; h. een opsluiting, als onder g bedoeld, heeft ondergaan en als gevolg van de daarby doorstane ont beringen na terugkeer uit een der bedoelde inrichtingen is overleden; hetzij als zeeman in de zin van artikel 1 onder c van hetVaar- plichtbesluit 1942: i. is overleden of wordt vermist tengevolge van oorlogshandelingen; j. is overleden tengevolge yan verwonding of ziekte, opgedaan bij of door oorlogshandelingen. Formulieren voor het doen van de aai.rrage om bestemming tot buiten gewoon dienstplichtige op grond van een der bovengenoemde redenen, zyn verkrygbaar ter gemeentesecretarie, afdeling II. De aanvrage moet plaats hebben voor 10 Augustus a s. Venray, 9 Juli 1952. De Burgemeester, Mr A. H. M. JANSSEN BEKENDMAKING Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter openbare kennis dat zij op grond van het besluit van de raad dezer gemeente van 17 Oct. 1946 aan het Bestuur van de RK, Lagere Jongensschool te Venray- Leunen medewerking hebben verleend voor de aanschaffing van: 3 aardrijkskundige wandkaarten; wandplaten; lees en rekenboekjes en overgordijnen. Deze leermiddelen enz. zyn nodig ter vervanging van soortgelijke, die door het oorlogsgeweld verloren zyn gegaan. Venray, 4 Juli 1952. Velen rennen thans in 't strijdperk Om een aardse lauwerkroon, Maar wiestrydt voor kerkenbouwwerk Wint hiernamaals hemels loon. Vliegveld In de uiterste Noord-Oost hoek van Singagore eiland, daar waar het vaste land van Aziö slechts 2 kilometer verderop begint en de Chinese Zee een nauwe straat vormt tussen het eiland en Malaka, ligt een troosteloos moeras, begroeid met rizophoren, wier luchtwortels een ondoordringbaar wirwar vormen, kokospalmen en moerasplanten. Het ligt lager dan het zee-niveau en milliarden muggen zingen er een eeuwig zoemlied. Kilometers is het breed, om dan plotsoling op te rijzen tot een heuvelrug, bestaande uit rotsen en rode leem. Ons eerste kamp en hospitaal lagen er vlak naast op de heuvels; nu wonen we een uur gaans zuidelijk. Het gehele gebied is van oudsher gereserveerd voor militairen; men vindt er dan ook geen levende ziel buiten de Jappen en krijgsgevangenen. Het geheel maakt een troosteloze indruk; de heuvels zyn bedekt met hard taai gras, alang-alang, en het moeras stinkt. Meedogenloos brandt de zon. Hier hebben de Engelsen een vlieg veld geprojecteerd, de blauwdrukken lagen klaar en zijn de Jappen onge schonden in handen gevallen. Evenals het meeste oorlogsmateriaal in deze „onneembare rots in de Far East", dit bolwerk van het machtige Brittaniö. Het viel in een paar dagen; de Jappen baggerden met gehele divisies door dezo moerassen. Er ver dronken duizonden soldaten, maar tienduizenden kwamen erdoor en vielen de Engelsen in de rug aan. 00.000 Engelsen gaven zich over en werden gevangen gezet in hun eigen XVII kazernes. De Jap zal volgens het ontwerp van de Engelsen dit vliegveld bouwen; waar geen machines zijn, kunnen krijgsgevangenen voor bulldozer spelen. Onze commandant had goed geraden, toen hy mij liet spionneren langs de weg Singapore Changi. Want nauwe lijks hebben we een maand volop erwten gegeten, of op een kwade morgen worden alle lopende mannen opgetrommeld. De Jap houdt appel: 10 man dik staan wy tussen de barakken en worden geteld. Dat duurt altyd uren en telkens opnieuw lopen ze langs ons: ichi ni-san-si go... tot 10. 'sMiddags komt de order: Morgenvroeg om 5 uur 2000 man aantredenzoveel Engelsen, zoveel Nederlanders, Australiërs, Amerika nen. We schrijven nu 1 September '45. Gisteravond hebben we nog Konin ginnedag gevierd. Aan een uiteinde van onze barak is oen soort podium gebouwd en daar spelen we „Faust". Een officier heeft uit zyn hoofd het beroemd9 stuk van Goethe gerecon strueerd; we hebben genoeg zangers in de troep. Myn aandeel is het maken van coulissen, maar er is geen verf, geen doek, geen hout. En toch kwamen ze er. Van zakken, oud tentzeil en touw is een markplein gemaakt, waar Gretchen, Valentyn en Faust hun aria's zingen. De muren heb ik van rode leem geverfd; de voegen tussen de stenen van fijnge stampte kalk; de ramen van houts kool. Het is allemaal zo heerlijk pri mitief. Op een stuk blik, toevallig rood gekleurd, staan in blauw en wit do woordenHotel Oranje. Kinder- Subsidie op reisgeld wordt gedeeltelijk om gezet in voorschot. Meer geld op zak, maar grote(r) schuld. Het is zeer waarschijnlijk, dat in de naaste toekomst een nieuwe regeling van kracht wordt waarbij de Nederlandse emigrant, die vertrekt met subsidie van Australische en Nederlandse zyde, een deel van het daarvoor uitgegeven geld moet terugbetalen aan de staat der Nederlanden. Daar komt tegenover te staan, dat het vrij wel zeker is, dat de emigranten niet langer in Sydney aan wal zullen stappen met 10 pond op zak, maar met een bedrag, dat de landverhuizer wat meer mogelijkheid tot handelen geeft. I>iL zyn de twee voornaamste aanbevelingen, welke ii mr B. V. Haveman, de directeur van de Emigratie, na een bezoek van ruim zes weken aan Australië en Nieuw Zeeland uit dit werelddeel heeft meegebracht. De heer Haveman heeft een zo grondig, mogelijk onderzoek naar de omstandigheden ingesteld en tydens de ontmoetingen welke Australische journalisten met hem hadden kreeg men de indruk, dat hy een vry realistische kyk op de ontwikkeling van zaken heeft, Zo is bekend, dat in Canberra ook de veelbesproken kwestie van emigra tie van agrarische werkers ter tafel gekomen is. Zeer terecht werd daarby van Nederlandse zyde naar voren gebracht, dat Australië zyn productie ran landbouwgewassen en veeteelt producten wel met behulp van Neder- landso emigranten kan opvoeren, doch dat men onze mensen dan de kans moet geven om b.v. na twee jaren loondienst zelfstandig aan de slag te gaan. Dit is in Canada reeds gebrui kelijk en wil men deze suggestie van Australische zijde niet accepteren, dan kunnen onze jonge boeren daar beter wegblijven. De agrarische industrie in Austra lië is te zeer „big business", dan dat een straatarm emigrant kans krygt om ooit voldoende kapitaal te verga ren, daaraan deel te nemen zonder hulp van overheidswege. Niet meer deviezen Over de plannen aangaande het omzetten van een deel der subsidie in een „voorschot" kan men op het eerste gezicht bepaald niet enthousiast zyn. Men krygt de indruk, dat wat met de ene hand wordt gegeven (het grotere bedrag aan landingsgeld) met de andere weer wordt teruggenomen. Klaarblijkelijk is men in Den Haag dus nog steeds niet bereid om werke lijk meer deviezen voor de emigratie naar Australië beschikbaar te stellen. Men dient niet over het hoofd te zien, dat een emigrant in de eerste jaren van zyn verblyf ia de vreemde practisch overal voor heeft te zorgen. Hy moet zyn bestaan weer van de grond af aan opbouwen en maar weinig mensen, die dat nooit by de hand hebben gehad, kunnen zich voorstellen wat dit precies inhoudt. Iu Australië betekent het meestal, dat men ook met eigen hand een hu s moet bouwen, wil men althans niet ten slachtoffer vallen van de enorme zwendel, welke er gaande is met betrekking tot het verhuren van woningen. Gezien de heersende tendens van economische neergang, welke tot gevolg heeft, dat het al niet meer zo gemakkelijk is om maar naar wille keur een betrekking te vinden en het in vele industrieën onmogelijk is om nog overuren te maken, zou het voor een emigrant wel eens de nek slag kunnen betekenen, wanneer bij ook nog een schuld moest aflossen. Dit kan niet! Het zou er toe leiden, dat de Nederlanders in Australië een achtig niet waar; maar op een andere manier kunnen wy onze liefde niet uiten. Na de voorstelling heb ik die plaat mee naar de hut genomen; hy hangt boven myn slaapplaats. De overste hield een speech je, ook de pastoor en dominé. De Neder landers kregen een schepje ryst extra; dat hebben de andere jongens van hun porties uitgespaard. En nu gaan we danmet groepen van 100 trekken naar de versperring, waar een wachtpost en poort is. Aan de buitenkant staan 10 tallen Jappen ons op te wachten. By elke groep komen een paar Jappen; één voorop en ernaast nog wat met de spuit in de aanslag. Alsof we nog de fut zouden hebben te vluchten De zon spuit zyn eerste stralen net over de zee, als we halt houden voor het moeras. Daar staat een keet, waar een paar Jappen onverstaan bare klanken uitbrullen. Groep na groep verdwijnt in het moeras. Ik zie de jongens tot hun knieën in de modder zakken en dan verdwijnen tussen de struiken. Het laatst komen wij. Onze Jap treedt aanop de grond krabbelt de „directeur" wat krabbels, wyst met 2 handen alle richtingen uit en schreeuwt. Onze Japje knikt telkens en zegt: Hai.... hai.... ja. Dan vertrekken ook wy. Allemaal naakt op een broekje of schaamlap na. De modder siepelt eerst tussen je tenen door, dan zak je weg tot je kuiten. Als een slang kronkelt de troep door de struiken heen. Steeds verder, zonder bepaalde richting. Ik loop nogal vooraan en zie onze Jap zoeken, omkijken, hulpeloos dwalen. En wy dwalen mee. We hebben zeker een uur rondge lopen, als een roodwoedende Jap komt aangerend en onze leider toe- brult, dat we mee moeten. Gedwee sjokken we weer terug naar de keet, niet begrypend, niet vragend. verarmde groep gaan worden en de ellende zou niet te overzien zyn. Stenn gevraagd Het is integendeel juist sterk aan te raden, dat van Nederlandse zyde iets gedaan wordt om de positie van de Nederlanders daar te verstevigen, door b.v. het verstrekken van bouw- credieten aan onze mensen te verge makkelijken. Zonder dat dit Nederland direct geld behoeft te kosten kan in dat opzicht belagiyk werk voor de emi granten worden gedaan. De plannen, welke de heer Haveman in zijn actetas had, zullen Australië voor vele Nederlanders moeilijker bereikbaar maken. Het zou met name voor gezinshoofden onverantwoordelijk worden om zich mot zware schulden in dat land te vestigen. Lagere lonen? Er is in Australië thans ook een stroming, welke er op aandringt, om nieuw aangekomen immigranten gedurende enige tijd lagere lonen te geven, dan Australische arbeiders. Deze stem is met name te beluisteren in werkgeverskringen, waar men van de gedachte uitgaat, dat mensen, die de Australische omstandigheden en ook dikwijls de taal niet ken nen, geen volwaardige arbeidskracht vormen. Toen de kwestie in het parlement ter sprake kwam verwees de minister de heren naar het Hof van Arbitrage, doch deelde tevens mede, dat de kwestie inderdaad lang durig overwogen was. Het is niet te verwachten, dat het Hof van Arbitrage iets van de immi grantenionen zal afknabbelen, want de arbeidersbeweging zou direct in verweer komen. Deze wil geen import van goedkope krachten. Dit is ook een van de redeDen, waarom men in dat werelddeel geen Aziaten binnen laat. Het voorstel zal dus wel van de baan gaan, doch het illustreert duide lijk dat voor de immigranten de room van de melk is. Zwendel Ook de categorie „vrye emigranten", dus zy die uit eigen middelen de reis naar Australië maken, heeft de aandacht van de heer Haveman ge had. Voor deze had by een waarschuwing in petto zich vooral te overtuigen van echtheid van eventuele huisvestings- en werkgeversverldaringen, wanneer men de grote tocht gaat ondernemen. Talrijke mensen zijn. het slachtoffer geworden van zwendelaars, die voor een zacht prijsje wel van dergelijke papieren konden leveren. By aankomst in het vijfde werelddeel, bleek dan alles op losse schroeven te staan. Zowel Australiërs als Nederlanders Een heel stel Jappen stelt ons met scheppen en stompen op in het gelid, 3 aan 3 met grote tussenruimten. „Kyotsekè"! We staan „geef acht" en wachten. Dan komt een hogere Jap naar buiten met een eind bamboe, stelt zich op voor de eerste ry van drie en boem, dreunt de stok neer op de kale kop van de eerste. Boem, de tweede, de derde. De koppen knikken even; een enkele krimpt by voorbaat wat in elkaar als onwillekeurige reactie-beweging. Die krijgen een extra dreun. Stelselmatig, zonder de minste uiterlijke opwinding kletst de Jap 100 keer op de koppen. Ik fluis ter mij a buurman nog in „Wy zullen de sigaar zyn als laatsten". Maar niks hoor; een heel ordinate „pang" op je knikker, die even door je lichaam nadreunt; één, zoals we er al zoveel hebben gehad. Vragend kijken we mekaar aan; wat hebben wy nu misdaan als troep We denken, dat hiermee de dwaze vertoning afgelopen is, maar dan pas begint het. Onze kleine Jap wordt voor geroepen; een andere Jap trekt zyn gore jas uit en daar gaat ie. Links en rechts dreunen de vuist slagen in zyn gezicht. De kop blijft eerst kaarsrecht, begint dan te knik kon en bengelt tenslotte van de ene schouder op de andere. Nog één klap en languit valt de kleine neer. Je walgt ervan, vergeet de bobbel op je eigen kop en zie, daar begint zowaar de beul nog te trappen. Tegen de schenen, heupen, buik. Tenslotte schreeuwt en kreunt het ventje, wat een Jap nooit doet. Als een hoopje vuil, met dik rood gezwollen gezicht, kruipt hy op, neemt weer de houding aan en maakt een buiging voor zyn beul. En nu volgon weer instructies door middel van krabbels, wijzen van armen en veel geschreeuw. Telkens gaat de kop omlaag en mummelt hy: Hai, hai... begrepen Met een handbeweging beduidt by hebben zich aan dergelijke practyken schuldig gemaakt. Men zy dus op zyn hoede. Het zal echter niet by een officiële waarschuwing blijven. Te verwachten is, dat zodanige maatregelen worden genomen, dat vrije emigratie steeds moeilijker wordt. Australië heeft liever gesubsidieerde mensen, omdat dezo naar bepaalde werkobjecten kunnen worden verwezen en Neder land ziet klaarblykelyk liever niet zyn beter gesitueerde burgers naar de vreemde trekken. Er zyn veranderingen op til. Zal nieuwe regering een andere koers kunnen bepalen In het jaarverslag van de Ned. Spoorwegen werd er al eens opgewezen, dat de verschijning van de bromfiets op de weg het aantal treinreizigers verminderde. Hiermee werd niet alleen voor de spoorwegen een probleem opgeworpen, maar dit verschijnsel had vooral gevolgen voor ons wegennet, dat zich onmogelijk plotseling kan aanpassen. Aanvankelijk werd er niet zoveel aandacht aan besteed, maar nu het aantal van deze lichte motorrijtuigen ongeveer een kwart millioen bedraagt, dient men zich voor deze factor toch wel te interesseren. Wy staan voor de moeilijkheid, dat onze bevolking nog steeds snel toeneemt, dat het auto- en rywielverkeer steeds intensiever wordt en dat er een nieuwe categorie weggebruikers is bijgekomen. Nu wordt er wel niet zoveel geklaagd over de kwaliteit van onze wegen, want wij kunnen de vergelijking met het buiten land gemakkelijk doorstaan, maar daarmee is de zaak niet afgedaan. Zou dit dichtst bevolkte land van Europa een be slist onvoldoende wegennet krijgen, dan leidt dat tot des organisatie. Men kan hier geen vergelijking treffen mot Duitsland of Frankrijk, omdat men daar veel minder gebruik maakt van lichte vervoersmiddelen, zoals fiets en bromfiets. De veiligheid op de weg wordt in Nederland zeer bevorderd door het bestaan van de verkeersbonden. Wat deze organisaties voor de weggebrui kers in de loop der jaren gepresteerd hebben is niet in cijfers uit te drukken. Maar ook hier hebben de mogelijk heden grenzen. Het aantal borden op de wegen neemt steeds toe. Veel van die bor den geven zwakke punten aan op de wegen. Zy vormen hulpmiddelen, maar het gevaar op de weg wordt er niet minder door. Zyn onze wegen op de duur voorzien van zoveel aan wijzingen en waarschuwingen, dat men door de bomen het bos niet meer ziet, dan vorslapt ook de aan dacht voor de aanwijzingen van onze tour i stenorgan isat ie. Dat is ook een ernstig gevaar. In de jaarvergadering van de A.N.W.B. heeft de voorzitter Zimmerman onomwonden erop gewezen, dat onze overheid de weggebruikers in de steek laat Hij noemde het offer van 1000 doden en ruim 20 000 gewonden per jaar veel te groot als prijs voor de bezuiniging op de ver- keersuitgaven. Al die doden en gewonden verooorzaken een schade van 90 tot ïoomillioen per jaar Het is algemeen bekend, dat de weggebruikers per jaar meer dan tweehonderd millioen aan belasting betalen teneinde de overheid in staat te stellen de wegen te onderhouden en te verbeteren. Ruim driekwart van dit bedrag wordt voor andere doeleinden be steed. Meer dan 700 doden per jaar Onze burgers moeten worden be schermd tegen oorlogsgevaar. Daar worden milliarden aan besteed. Het oorlogsgevaar is ernstig, dreigend, maar mogelyk af wendbaar. Het gevaar op de weg bedreigt ons echter elke dag opnieuw en kan met de millioenen, die daar voor bestemd zijn, worden afgewend, respectievelijk sterk gereduceerd. De heer Zimmerman berekende dat het aantal ongelukken tot 15 a 20 ons te volgen, weer de struiken en modder in. Niemand zegt iets, we sjokken lusteloos maar door, tot we ergens in de eindeloze moerassen halt houden. De Jap durft ons niet aan kijken; met zyn handen beduidt hy, dat we de prikkeldraden moeten opruimen, die de Engelsen daar zeker gespannen hebben en de struiken omkappen. Maar we hebben geen tangen, geen schoppen. Alleen een enkele hak. Een krijgsgevangene wordt vinding rijk 6D automatisch beginnen we wat te trekken, hieraan, daaraan, we hakken wat in de grond. Onze kleine Jap zien we de hele dag niet meer; stiekum is hy acbtei de struiken verdwenen en houdt zich verscholen, 't Is gek, maar we hebben medelijden met het kereltje, Het is de kwaadste niet, dat zie je zo. Uit die nietszeggende spleetogen der Jap pen kunnen we direct lezen Kyk uit voor die knaap, of, daar kun je wel wat van gedaan krijgen. Jappen zyn al net als wy: goede en slechte zyn eronder. Tot 12 uur staan we in de modder en worden van lievorlede tot onze haren overdekt met vies bruin moer. Eerst probeer je nog schoon te blijven, maar als je na een uurtje toch vol spetters zit, kan het je geen zier meer schelen; je komt toch vol te zitten. Om 12 uur Ja8umèrust, een uur lang. We halen ons blikje rijst en languit liggen we in de schaduw. Die gloeiende bol aan de hemel doet ons wel geen kwaad meer; onze huid is bruin gelooid en geen draadje vet doet ons zweten. Maar dat felle licht in je ogen kun je niet hebben. Dan is het weer beginnen en nog maals trachten we 5 lange uren door te komen van stom werken, waar je geen hersons voor nodig hebt. Je moest al je studie, je dorst naar wetenschap, je positie in de maat schappij kunnen vergeten; het zou dit domme koelieleven dragelijker pet van de hedendaagse cijfers kan worden teruggebracht wanneer een aantal gewone wegen in ons ^land door autosnelwegen zouden worden vervangen. Dat zou betekenen, dat 700 a soo mensen per jaar de dood vinden, omdat de gelden voor onze wegen niet op de juiste wyze worden be steed. Wat baat het ons, indien wy ens leven tegen de oorlog bescheimen en anderzijds honderden doden per jaar op de weg offeren Bovendien moet men zich afvragen of de aanleg van een groter aantal brede autowegen niet mede aan de militaire doeleinden ten goede komt. Naast deze kapitaal vragende objecten weet de A.N.W.B. nog tien tallen punten op onze wegen aan te wy'zen, waar met betrekkelijk weinig kosten de situatie aanzienlijk kan worden verbeterd. Wanneer door deze verbeteringen de honderd millioen schade per jaar tet de helft kan worden terug ge bracht, dan ligt de conclusie voor de liand, dat hier zelfs financiële baten aan verbonden zyn. De nienwe regering Ooze weggebruikers zijn over het algemeen bereid voor een goede conditie van ons wegennet aanzien lijke offers te brengen. Zuigt men van overheidswege die offers weg naar andere kassen, dan is hier alleen een oplossing te vinden door een gewijzigde overheidspoli- Een nieuw ministerie vangt weldra zijn werkzaamheden aan. Er is een nieuw regeringsprogram ma opgesteld en in September komt de nieuwe begroting aan de orde. Ongetwijfeld zullen er flinke bedra gen worden uitgetrokken voor open bare werken. Onontwikkelde gebieden zullen onder meer worden aangepaet aan de eisen van het moderne econo mische leven. Er zyn verschillende wegen in ons land, die onder deze gebieden vallen. Toenemende industrialisatie be tekent toenemend vorkeer. Grotere bevolking bevordert de drukte op de weg. Het reeds aanwezige bromfiets probleem vraagt om een oplossing. Ook de toenemende inspanning van de verenigingen voor vreemdelingen verkeer, om meer buitenlanders tot een vacantie in Nederland te lokken, heeft tot gevolg, dat ons wegennet zwaarder zal worden belast. De Nederlandse Spoorwegen zitten met de moeilijkheid, dat by intensi vering van het treinverkeer ver schillende overwegen byna geregeld gesloten zullen moeten zyn... Al dezo factoren vragen om meer aandacht en geld voor onze wegen, die in hun huidige toestand elk jaar nog duizenden ongelukkig maken. Moge onze ni6uwe regering er alle aandacht aan besteden Alle maten Vegla glazen voorradig F. W. HENDRIKS Langstraat 46 Telefoon 713 maken. Je draagt de last van j© opvoeding mee. Als de zon reeds onder is, komen we van alle kanten uit het moeras weer samen op de zandweg naar ons kamp. Aan de poort is het tellen; telkens tot 100. Dan mag troep na troep naar binnen. Langs de keuken sjokken we in lange file, het etens- pannetje in de hand. Allemaal even grote schepjes rijst en daarmee trek ken we naar onze barak. Om onder de kraan de modder weg te spoelen en onze enige broek wat uit te spoelen. Die trekken we kletsnat weer aan; kauwen op ons matje de koude ryst heel langzaam op en suffen de lange avond in het donker door. De eerste dag van ons vliegveld- werk zit er op. Hoeveel zullen er nog volgen Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1952 | | pagina 5