Dagboek van een krijgsgevangene
mvm KEfiKEti
Wordt werkloosheid voldoende bestreden?
25-jarig Priester- en
Uit „Peel en Maas"
De Politierechter
vonnist
ZATERDAG 24 MEI 1952 No 21
DRIE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN PRUS^PE^KWARTAAlff L2™mBuiteiPven^ay^f'L^5
Gunstig cijferbeeld is geflatteerd...
De bolangrykste vraag die men in
Nederland momenteel kan stellen met
betrekking tot het verruimen van de
werkgelegenheid is wel, hoe deze ver
ruiming is te rijmen met de belangen
van de betalingsbalans.
Dezo laatste eist een vermindering
van investering verbruiksbeperkingen,
muntversterking,
terwijl verruiming van workgelegen-
hein 'daar moeilijk mee is te vereni
gen. Geen werkloosheid en toch een
gezonde betalingsbalans is het streven
van de overheid.
Het lijkt een zelfde soort uitspraak
alsof men zou zeggen wij willen op
reis gaan en toch ook-thuis blijven.
Den volkomen uitvoering van beider
lei plannen zal daarom in de praktijk
onmogelijk blijken.
Minister van den Brink heeft als
gevolg van een Karaerinterpellatie
zijn gedachten laten gaan over het
werkloosheidsvraagstuk van heden.
Hy kondigde een aantal te nemen
maatregelen aan, waarbij hij beloofde
zowel de kool (betalingsbalans) als de
geit (werkgelegenheid) te zullen
sparen. Daartoe zullen een aantal
publieke werken worden uitgevoerd,
de woningbouw zal met kracht wor
den aangepakt, de defensie-orders
zullen toenemen en de ontwikkelings
gebieden zullen versneld tempo wor
den opengelegd en tenslotte zal de
sigarenindustrie worden gesteund door
accijns verlaging.
Reeds vroeger hebben wij betoogd,
dat de werkloosheid van thans speci
fiek Nederlands is en een gevolg van
de veranderde economische structuur
van ons land. Er moeten dus maat
regelen worden genomen, die met de
gewijzigde structuur overeenkomen.
Wjj moeten doelbewust gaan stre
ven naar een ander patroon van ons
economisch leven. Bezien wij nu de
beloften, dan blijken deze daar slechts
ten dele opgericht,
Het uitvoeren van openbare werken
ligt geheel in de conjuncturele sfeer.
De bedoeling van dergelijke projecten
is om een tijdelijke verslapping van
bedrijvigheid op te vangen. Hiervan
is echter geen sprake.
In het grootste deel van de wereld
kan men nog niet sproken van oen
depressie, integendeel, eerder van een
hoogconjunctuur. Daarom moet 'men
zich afvragen of deze openbare wer
ken wel tot het beoogde doel zullen
leiden. Zij zullen de positie van onze
betalingsbalans in ieder geval ver
zwakken, evenals de versnelde woning
bouw.
De tegemoetkoming aan de sigaren-
industrie kan in dezo sector van het
bedrijfsleven zeker tot de gewenste
opleving leiden. Tenslotte zijn daar
de verwachte defensieorders. Zelfs de
minister zit al gevangen in_die ban
van een redding der landseconomie
door defensie-opdrachten, waarmee wij
het helemaal niet eens kunnen zyn.
Dit is een vraagstuk op zichzelf en
daarom kunnen wij er hier niet dieper
op ingaan.
Ook deze defensie-orders zullen,
wanneer ze voor Nederlandse rekening
zyn, de positie van onze betalings
balans aantasten.
Wij vermoeden daarom, dat een
deel van de verwachte orders in de
militaire sector uit Amerika zullen
komen, waardoor er ook nog een be
drag aan dollars ons land zal binnen
stromen. Men kan niet anders zeggen,
dan dat hier inderdaad de werkge
legenheid tydelyk door zal verbeteren.
Andere maatregelen
Wil men inderdaad de werkgelegen
heid in Nederland aanpassen aan de
veranderde economische structuur,
dan zullen toch een reeks van andere
maatregelen moeten worden getroffen.
Een verschuiven van de gevaren, die
onze arbeiders bedreigen, naar de toe
komst, is niet meer dan een zoet
houden, dat alleen kan passen in de
gedragslijn van een kabinet, dat over
een half jaar heen gaat.
Er zullen niet eeuwig defensie
orders blijven en de overspannen werk
gelegenheid in de bouwvakken, die
men wil effectueren, kan ook slechts
een tydelyk karakter dragen. Daarom
noemen wy de beoogde opvoering van
de werkgelegenheid geen afstel maar
uitstel van de werkloosheid, tenzij
men zich in haast voorbeieidt om de
ontwikkelingsgebieden tot vol leven
te brengen.
Hierdoor zal de vestiging van een
reeks nieuwe industriën mogelijk
worden, waarvoor vanzelfsprekend ge
weldige kapitalen geïnvesteerd moeten
worden.
In hoeverre zal dit mogelijk zijn bij
de huidige belastingtarieven en de
plannen tot credietbeperking, waar
mee minister Lieftinck in zijn zak
loopt
Er is dan ook geen andere mogelijk
heid of de overheid moet, om een
grotere werkgelegenheid te bereiken,
op verschillende punten van de be
staande gedragslijn water in de wyn
doen.
Er zjjn meer werklozen!
Over het getal van de werklozen
kan men ook nog van mening ver
schillen. Statistisch spreekt men van
165.000 werklozen. Hoeveel bedrijven
zyn daarnaast nog, die werklozen
verbergen, alhoewel de mensen offi
cieel nog in dienst zyn De remmende
werking van de ontslagvergunning is
zeker te prijzen. Zij heeft echter tot
gevolg dat de gepubliceerde werkloos
heid cijfers een geflateerd gunstig
beeld vertonen.
Indien de leiding van het bedrijfs
leven volkomen vrij zou zyn in het
afstoten van arbeidskrachten dan zou
ons inzien het getal der werklozen
veel groter zyn dan heden wordt
aangenomen. Daarom lijkt het ons
niet aanbevelenswaardig om een
arbeidsreserve op papier te houden
van plm. 100.000, zoals de minister
normaal vond. Liever te veel werk
dan te weinig, zy de stelregel.
Nederlands probleem
Tenslotte worde er nog eens de
aandacht op gevestigd, dat de dreigen
de werkloosheid een specifiek neder-
land8 karakter draagt. Zy bestaat niet
overal ter wereld. Zy kreeg haar
ernstig karakter toen de maatregelen
tot consumptiebc perking door de
overheid werden ingevoerd. Gedeelte
lyk zal zy dus daar ook een gevolg
van zyn.
IX
Glodok
Een onbestemde pijn in mijn rug,
ik grijp er naar en voel iets weg
trekken.
„Hou je poten op je eigen matje".
ik wil me omdraaien, maar voor en
achter ben ik geblokkeerd. Ik voel
de piepende adem van Lo tegen mijn
wang; die vent ligt altijd met zijn
mond open. Hij heeft maar één ge
brek de wandluizen lusten hem niet.
En daarom maakt hij zijn klamboe
nooit „beren-vry". Meteen voel ik
jeuk op mijn schouder, onder mijn
rug en overal.
Zittend op myn matje staar ik
half wakker in het donkere hol, dat
wij onze kam&r noemen. Met z'n
honderden precies liggen we op een
vloer van 9 bij 12. Ieder heeft twee
meter by 50 cm, om z'n rommel te
bewaren, te slapen en zitten. De
vloer bestaat uit grote uitgesleten en
afgebrokkelde tegels, ze dateren even
als de hele gevangenis uit de tyd
van de V.O.C.; Glodok is een „begrip"
gewordenvervuiling, wandluizen,
stank.
De lucht hangt zwaar in de kamer;
too ademende, zwetende mannen
liggen hier nu 10 uur lang; de deuren
en ramen moeten dicht van de Jap.
Ik wil naar buiten, maar dat kan
niet voor het licht wordt. Je trapt
op koppen en lijven, je zou hoogstens
een paar plaatsen verder struikelen
en een schoen naar je kop krijgen.
Ik hoor er al meer rommelen op hun
matje; één probeert met een lucifer
aan naar buiten te komen. Zeker een
dysentrielyder, die zo'n beetje op en
neer loopt naar de goot tussen de
muren.
Ik ben er zelf weer eens vanaf;
heb er al 3 aanvallen opzitten, 2 keer
bacillaire en pas geleden amoebe-
dysentrie. Dat is een „vuiltje"; je
gaat wat witte slym af, zo'n keer of
wat per dag, maar het wreet je
darmen op en genezen is er niet by
Maar telkens ben ik er vlug doorge
komen; nog veel te sterk, om er
onderdoor te gaan.
Die Engelse jongens hier sterven
als ratten. Die knapen zyn net te
laat in de far-east gekomen om in
Singapore te kunnen capituleren; toen
werden ze maar naar Java gediri
geerd, waar ze geen schot gelost
hebben. Ze weten van niets en
begrijpen van dit wonderlijke land
niets. Van tropenhygiëne hebben ze
geen notieze wassen hun etens-
pannetjes in de goot en zichzelf was
sen ze niet vaker dan in Engeland.
Daarom lyken ze meer op verzamel
plaatsen van huidziektenringwurm,
scabies en rode hond. Omdat ze de
verstrekte „lombok" weggooien, geen
„kangkong" lusten en ryst alleen in
de vorm van pap.
By hen komen de eerste typische
oorlogs-ziekten voorontvellingen
tussen de benen, een hels gekriebel
in de tenen en blindheid. Allemaal
door a vitaminose.
Zodra er een glimpje licht ons hol
binnendringt komt er leven in de
levende vloer. Honderd kerels ont
waken uit een diepe slaap; hoe meer
de lucht bedorven is, des te zwaarder
maf je. Het is ineens één gewriemel
van naakte mannenlijven. Schaamte
gevoel hebben we voor elkaar niet
meer. Waarom ook
Hier en daar flitst een lichtje aan;
het lyken nu wel spookfiguren," omdat
je overal armen en benen ziet bewe-
De vraag moet dan ook worden
gesteld of deze consumptiebeperking
niet te ver is doorgevoerd, al heeft
zy in de officiële stukken dan ook
nog steeds de vyf procent niet over
schreden. Er is geen Nederlander of
hy voelt zich wel 10 pet. in zijn
verbeteringen gekort. Een afremmen
van de bestaande consumptiebeperking
zou weer velen aan arbeid kunnen
helpen, menen wy,
Geve de regering zich alle moeite
om het ernstige probleem van de
werkloosheidvoortdurend te bestrijden
met inzet van alle middelen. Wij
zullen desnoods bereid moeten zijn
onze fraaie restauratie-plannen met
de betalingsbalans op te offeren aan
de werkgelegenheid, die onze volks
kracht meer direct en niet minder
ernstig beïnvloed.
Het is inderdaad, zoals minister
Van den Brink in de kamer betoogde:
meer dan 150 000 paar ogen zijn in
verband met het werkloosheidsvraag
stuk voortdurend gericht op het werk
van regering en parlement.
Liever had ik natuurlijk m'n zil
veren Priester- en Missionarisjubileum
te midden van myn vrienden en
keunissen van Oirlo gevierd, maar
dat kan nu eenmaal niet.
Geen zeeën en landen kunnen
echter beletten, dat ik dien dag met
m'n hart en gedachten by jullie allen
ben en de Afrikaanse winden zullen
myn oprechte gevoelens van dank
voor alles wat jullie op geestelijk en
stoffelijk gebied voor me deden, zeker
wel naar U overbrengen.
Want al heb ik zelf hard geploeterd
en gewerkt voor myn geliefde negers
van Afrika, voor een zeker deel
hebben jullie me al die jaren helpen
verwezenlijken, wat ik daar aan
kerken en scholen heb mogen bouwen.
En geestelijk stonden jullie me by
door Uw gebed èn financieel heb ik
altijd op Uw steun mogen rekenen.
Dit ondervond ik steeds, maar het
meest, toen ik in i94S-'i9 ziek en
afgetobd m'n gezondheid by jullie in
Oirlo kwam terugzoeken.
En of ik deze weer teruggevonden
heb
De bewijzen kan ik „God zy dank"
by m'n Priesterjubileum overleggen
en ziedaar, naast m'n dankbaarheid
ook de rede van dit artikeltje.
Ja, 't hinkende patertje op z'n
stokske" uit de jaren '48-'40 (een
flinke sterke wandelstok had een
Oirlose jongen me stikum met St.
Nicolaas aan de deur gezet, als stille
wenk, dat hy me graag op m'n kleine
wandeltochten vergezelde, om me dan
met z'n vrolijk gebabbel op te mon
teren, waar hij dikwijls ook heel
aardig in geslaagd is) is op 't ogen
blik niet alleen overste op een der
voornaamste posten van de Missie,
maar ook een der grootste tuinders
van onze Afrikaanse Missie.
Lach nu maar niet, want 't is
werkelijk zo. Buiten 't administratief
werk van heel de Missie, inspectie
van onderwijzers en opzichters van
verschillende buitenkerken, heb ik
ook nog een grote plantage van
zonnebloemzaden, bonen en apenootjes
(kon ik er maar eens flink wat over
de zee heen te grabbel gooien voor
de jeugd van Oirlo by myn jubeleum)
en ik mag zeggen zonder over
drijven: 't afgelopen jaar is zeer goed
gen en er niet gepraat wordt. Wy
praten niet veel hier en Z6ker 's mor
gens vroeg niet; hoogstens schelden
we op de wandluizen. Als je ergens
gejeuk voelt, krab je flink. Als je
vingers dan vreselyk stinken, is het
een wandluis; anders een gewone.
Wandluizen en krijgsgevangenen
horen by elkaar; met horden tippelen
zo over de vloer; zolang er „vetjes"
tussen ons liggen, helpt bestrijding
niets en winnen de wandluizen.
Als je de buitendeur openduwt, is
het of een zoet aroma je neus bin
nen stroomtfris, zoet en vooral
licht. Je zuigt de frisse heerlijke lucht
heel diep in; even wordt het leven
mooi en je ziet het aan de mensen.
Een katjer in de boom by de Chinees
fluit zijn hoogste lied; mussen op de
gevangenismnur trekken zich van
ons niets aan en vechten en vrijen
op hun manier.
Even is het goed te leven, ook voor
ons; fris water uit de douche op het
pleintje tussen de barakken spoelt
alle stank en stof van je body.
Buurman vertelt de iaatste geruch
ten van gisteravondeen zeeslag
HitierNieuw Guinea, Salomons
eilanden.
We blyven bibbemat en poedel
naakt in het eerste morgenzonnetje
staan tot we zowat droog zyn. Met
onze handen strijken we langs onze
buik en benen om het water af te
vegen, dat spaart" je enige handdoek.
Langs ons heen trekt een onregel
matige stroom van goot-hurkers,
normale ochtendklanten en dysentrie-
lÜ'ders. Het is eigenlijk ongepast
erover te praten; er zyn heel enkele
dingen waar zelfs een krijgsgevangene
met zeker gevoel van walging aan
denkt; en één zaak, welke by in
„sortie" wil doen.
Daar wen je nooit aan We hebben
geen W.C.! De 2000 Glodokkers
hurken achter elkaar boven de riool-
goot, welke door de gevangenis
stroomt. Het is zo vies, afstotend,
dat zelfs een krijgsgevangene ervan
geweest. Ik heb werkelijk vlot ge
boerd. (Hoe kan 't ook anders, oen
jongen, die tussen do nijvere boeren
van Oirlo is opgegroeid).
Nou en wat zeggen jullie daarvan,
vrienden uit Oirlo, als jullie terug
denken aan die Goede Vrijdag in
1048, toen ik thuiskwam, alléén nog
maar goed om m'n pakje voor de
eeuwigheid in orde te brengen 5
Neen hoor, de Heer van de oogst
heeft daar toen anders over geoor
deeld en ik kan U zeggen, dat ik
sinds myn terugkeer in 1950, nog
nooit een echte beklemmende be
nauwdheid van m'n hartkwaal heb
ondervonden.
Met al m'n gesjouw en getrek als
aalmoezenier-inspecteur van de goud
mijnen van Rode8ia en Zuid-Afrika,
had ik immers een verkalking van de
kroonader van 't hart opgelopen.
Eén droom is echter nog niet ver
wezenlijkt, 't hoofddoel feitelijk van
myn derde terugkeer naar Afrika.
Gaarne had ik, zoals jullie allen
weet, de eerste courant in de Neger
taal laten verschijnen, waarvoor ik
ook een complete drukkerij had
meegenomen. Helaas, twee van de
vijftien kisten zyn in gruzelementen
aangekomen, waaronder ook de snel
pers, het voornaamste stuk, kan ik
wel zeggen, in een drukkerij en
nu ontbreken jammer genoeg de
nodige financiën om deze weer aan
te schaffen.
Maar daarom niet getreurd, wil
God dat deze courant er komt, dan
komt deze er en misschien nog veel
beter dan ik 't had verwacht.
Welgemoed treed ik dan ook mijn
tweede jubileum in, rekenende op
Uw aller gebed en offer, opdat God
door Maria mijn verder priesterleven
rijkelijk zegenen mag en doen ge
dijen.
Tabé, brave mensen van Oirlo en
allen, die my kennen en tot over
zes jaren, als 't God belieft.
Father JAN DE PONTI,
Cath. Misson. P.O.
Afrika. Palombe, Brits Nyasaland,
Tan 26 Jlei 1888
Op 22 Mei vierden hun gouden
bruiloft Petrus Bom, oud 69 jaar en
Leonora Rosen, oud 71 jaar.
Tot gardiaan van het Minder
broedersklooster was gekozen Pater
Georgius SiraoDS, professor aan het
Gymnasium.
Mgr. A. F. Boermans, diende de
H. Priesterwijding toe aan Frater Ivo
de Boer, professor aan het Gymnasium.
P
Iv 'gir
10 20 00
Kleine ruitjes vormen ramen
Waardoor heen de zonne straalt.
Onze kwartjes stellen samen
De kerk, waarin Gods zegen daalt.
walgt en zal blijven walgen.
Maar als je dysentrie hebt, hurk je
tegen de 50 keer per dag en nacht
boven die goot; de ergste lyders mis
sen de kracht en fut om telkens de
weg naar de barakken en over de
slapende lijven van hun vrienden af
te leggenze hebben hun matje in
het gras langs de goot gelegd en
liggen de lange nacht aan de dag
te rygen door keer op keer met hun
fles spoelwater naar de goot te
strompelen. Buiten kun je de slape
loze nachten korten met praten, een
stro'tje roken, je te wentelen.
Nu leeft iedereen; de bel luidt voor
de keuken. Gelukkig hebben we wat
Indo-jongens in do keuken, die voor
de „Dutchies" koken: droge ryst met
sambalans.
Om 6 uur aantreden voor corvee;
elke dag vechten we om een plaats
in de colonne slaven, die by een
temperatuur van boven de 100 gr.
puin sjouwen of in de smoorhete
loodsen ijzer laden, auto's slopen of
grint laden.
Je hebt de vloeken der Jappen, de
spotlach van opgeschroefde heiho's
er voor over. Je laat je desnoods
afranselen, maar mee moet je. Want
een kans op de honderd, dat je
vrouwlief ziet ergens in de stad.
Het is of die moedige wijfjes van
ons ruiken waar we zyn; het is of
ze geen Jappen zien, zo brutaal
dringen ze door alles heen, om die
vuilgewerkte kerels te zien in hun
schaamlapje en met de kaalgeknipte
knikkers. Daarom „kopen" we werk-
beurten van jongens buiten Batavia,
die niets kunnen zien op straat.
Ik ben er telkens by, al zie je ook
nooit iets.
We staan al lang bij de poort te
wachten op een goede plaats, aan de
kant van de weg, we dringen elkaar
weg, wantvandaag komen ze
misschien. We hebben er geen weet
van, welke risico's de vrouwen
nemen.
Tot ook voor my de grote dag
Vorige week Vrijdag hield de politie
rechter zijn gebruikelijke zitting in
Venray.
Opmerkelijk is, dat, van de 20 ver
dachten die gedagvaard worden, er
steeds maar 'n enkele Venrayer is.
Dit feit kan ons slechts tot tevreden
heid stemmen, want wie met de
politierechter in aanraking komt,
heeft beslist niet de smalle weg dei-
wet bewandeld. Het bewijst boven
dien, dat de „misdadigheid" in Venray,
toch geen grote omvang aanneemt.
Het eerste slachtoffer was ditmaal
R. uit Ottersum, die wegens diefstal
veroordeeld werd. Hy had zo links en
rechts enkele gereedschappen „ge
vonden", t.w. een byl, snoeizaag en
troffel, welke hy best kon gebruiken.
En al had de verbaliserende politie
man nog wel truffel in het verbaal
gezet, wat een eetbare paddenstoel
is, het mocht niet baten, f 40 of 20
dagen.
P. uit Bergen, die al enkele veroor
delingen er op heeft zitten, had een
wachtmeester der rijkspolitie beschul
digd van valse-eed aflegger. Deze
dienaar der wet voelde zich daardoor
in zyn goede naam aangetast, reden
waarom P. veroordeeld werd tot f 40
boete of 20 dagen.
In Horst had zekere A. te diep in
het glaasje gekeken, waardoor hij niet
meer naar behoren zyn rijwiel kon
besturen. Goed bedoelde raad van de
zijde der politie, om maar te voet
zyn tocht naar huis te ondernemen,
werd niet geaccepteerd, zodat er niets
anders als een proces-verbaal opzat.
Dat kostte hem nu f30 of 15 dagen.
V. uit Gennep vond de kolen de
afgelopen winter veel te duur. Hy zal
deze mening heus niet alleen gehad
hebben, maar dat rechtvaardigt nog
niet de diefstal ervan. Nu komen die
gestolen steenkolen hem nog veel
duurder want de politie-rechter ver
oordeelde hem tot f 23 boete of 15
Het is bekend, dat de politie-rechter
streng optreedt togen de overmatige
gebruikers van bier en jenever, wie
n.l. meer dan twee veroordelingen
wegens dronkenschap op zyn naam
heeft staan, gaat de gevangenis in.
Dit keer viel zulks G. uit Venlo
ten deol. Hoewel reeds 65 jaren kon
hy het maar niet leren zyn rijwiel
te laten staan, wanneer hy te veel van
't goede genoten had. Met zyn rijwiel
vormt hy een gevaar voor de andere
weggebruikers. De rechter oordeelde,
dat G. nu maar eens een week droog
gelegd moest worden in Roermond.
Dat schermutselingen aan de grens
niet alleen by grote landen plaats
hebben, bewezen de volgende twee,
die elkaar een proces-verbaal hadden
aangedaan. In het eerste geval was
de een getuige, de ander verdachte,
in het tweede geval juist andersom.
Beide heren waren aan het knokken
geslagen op de Duits—Nederlandse
grens, omdat de een daar weidepalen
zou hebben weggehaald van de ander.
Het ging er maar om wie de eerste
klap gegeven had, want die was in
dit geval de schuldige.
Aangezien beiden elkaar daarvan be
schuldigden en, dat zelfs onder ede,
komt. Ik citeer uit mijn dagboek:
„vandaag, kinderen, beleefde ik de
grootste sensatie van deze oorlog.
Ik had de hele dag het trottoir
moeten opbreken op Kebon Sirih;
honderden Indonesiërs stonden ons
aan te gapennaakte belanaa's met
een pikhouweel. Ik zag ook oud
leerlingen van de kweekschool. De
meisjes begonnen te grienen, toen ze
hun meneer zagen.
's Middags moesten we naar een
kapot huis op Noordwyk puin halen
en daar zag ik mamie staan met
onze zoon. Ik zwaaide en schreeuwde,
vergat de jap helemaal. Ik was, nog
helemaal van streek, aebter Versteegh
aan het laden, toen mans, dat bru
taaltje, door het gangetje kwam en
de Jap haar aanhield. Ik zag haar
praten en toen ineens kwam jjj aan
hollen naar ons toe. Jongen, je weet
niet en je zult nooit weten, wat er
toen in je vader omging.
Ik was als verstijfd van aandoening,
toen ik jou in myn armen sloot en
jy dat éne woordje zei: „Pappie".
Dat zal je vader nooit meer vergeten.
Ik wilde je naam wel uitschreeuwen,
ik wilde alles zeggen, maar het was
of een prop in myn keel elk woord
deed stikken. Ik liet je los en je
liep hard naar mammie terug. De
jongens zeiden geen woord tegen me;
ik stond daar maar naar jullie te
kyken door myn tranen heen.
Ineens werd ik me bewust, wat er
allemaal gebeurde en ik riep je terug.
Tussen het puin heb je op myn
schoot gezeten en vertelde je over
mams en de zusjes; over het kamp,
dat nog niet helemaal gesloten was;
je praatte maar door en ik luisterde
naar dat hoge stemmetje van je, dat
ik een jaar niet gehoord had. Dank,
myn jongen, van dat uur van intens
geluk.
In de gevangenis terug, ging myn
„avontuur" als een lopend vuurtje
rond. Ze waren jaloers maar felici
teerden me; zoiets had nog niemand
meegemaakt.
en omdat de advocaat van een der
partyen schitterde door afwezigheid,
wachtte de rechter liever met zyn
uitspraak tot een volgende gelegen
heid. Intussen kan dan de advocaat
ook nog zijn woordje doen.
J. uit Groe8beek was dronken, stapte
op een fiets en zwierde zo geducht
over het fietspad, dat dit veel te klein
werd. Daarom ging hy toen maar op
de grote weg aan het zwieren, waar
hy meer ruimte had. Hy werd echter
opgepikt en stond nu voor de bali,
waar de Officier hem weer plechtig
het bekende pamflet met de doodskop
en de jeneverkruik uitreikte voor
boven zijn bed te hangen, terwyl hij
verder f 23 of 10 dagen als beloning
kreeg.
Hetzelfde lot onderging M. uit
Broekhuizen.
H. uit Gennep was niet verschenen
en kreeg van de Officier het predicaat
dronkenlap ie klasse. Deze onder
scheiding kost hem nu 14 dagen.
Een juffrouw uit Gennep had bjj
haar broer in de café geholpen. Daar
was er eentje geweest, die zo om en
de naby 23 borrels op had en die
juffrouw had op zyn verzoek nog maar
weer eens een borreltje ingeschud. Dat
een kastelein een dronken man, niet
nog meer dronken mag maken, kreeg
deze juffrouw in de gaten toen ze dt
boete kreeg van f 40 of 20 dagen.
W. uit Horst had by hem in de
buurt uit een kippenhok 20 eieren
gegapt. Daarom hield hetO.M. nu een
prachtige speech over de kippenfok
kerij in deze streken en vergat niet
f 20 te eisen, die deze eierendief
prompt kreeg toegewezen.
J. uit Yenray had een boswachtor
voor houtdief uitgemaakt en daar dit
nu eenmaal zo maar niet kan kreeg
hy 14 dagen gevangenisstraf.
Dan stond daar een oude heer, op
wiens velden een stroper gepakt was.
Toen deze stroper voor moest komen,
bleek hy een getekende verklaring te
hebben van dit oude heertje, dat hy
daar rustig mocht jagen. De heor
legde een eed af, dat die verklaring
al heel oud was, maar naderhand was
uitgekomen, dat hy hem vlak voor
de rechtzitting had gegeven. Er was
dus om een dergelijk onbenullig zaakje
een meineed afgelegd. Het O M. was
hierover allerminst te spreken en
vroeg zich met verbazing af, hoe
iemand, die al met een been in het
graf stond, zo iets kon doen. Van
wege zyn hoge leeftyd en zyn suiker
ziekte kreeg hy slechts een maand.
V. uit Bergen was op HBS en toen
hy op een middag studeren moest,
ging hy het nuttige met het aange
name verenigen door te gaan zonne
baden in zwembroek aan de boorden
van de Maas en tevens te studeren.
De politie onderbrak echter het zonne
baden en het studeren, door hem op
de bon te zetten. Ook de Officier bracht
hem aan zijn verstand, dat Noord-
Limburg nog steeds geen Scheveningen
en Zandvoort is en eiste prompt f 10.
Ik zie alsmaar nog je ronde toet
en je witte haren voor me, en alles
lijkt me zo onecht te zyn
De chauffeur van onze auto is
Susuki. Elke dag rijden we nu naar
Tangerang om grint te halen.
Een wonderlijk ventje toch, die
kleine Jap, één brokje edelmoedigheid.
Hy rydt de wagen en ik zit naast
hem. Als ik myn zakdoek op oen
keer uit myn zak haal, komt een
eindje rozenkrans naar buiten.
„Anatawa katolika?" „Ben je ka
tholiek"... Hai, Susuki.
En diep uit zyn hemd haalt hy een
scapulier-medaille te voorschijn. En
hy vertelt: Ik was in Shangai op
een internaat en onze pastoor was
erg lang met een baard. Geurts heette
hy. Ik was stout, want eens riep ik
hem en hy bukte zich heel diep,
omdat ik zo klein was. Toen trok ik
aan zyn baard en liep hard weg.
Maar de pater lachte en streek me
later over myn hoofd. Om die heilige
man mag ik de Nederlanders graag
en ben ik goed voor jullie. En dat
was hySusuki heeft elke dag wat
anders; vandaag pisangs, morgen
cigaretten en dan weer een bungkua
ryst.
Hy brengt voor een paar van ons
briefjes naar huis en waagt er zyn
hals mee. De Jap is niet zuinig met
koppen afhakken; ze zyn tegen hun
eigen mannen harder dan tegen on».
„Zou jij dat ook doen, als jy in myn
plaats was en ik in de uwe
„Nee, Susuki, ik zou het niet doen."
..Vergeet nooit, dat ik dit doe; ook
niet als een andere soldaat je slaat."
Als ik eens alleen mee moet naar
Tangerang om 3 m3 grint te laden
op elk van de 4 auto's, sta ik te
snuffen in de richting van een kam
ponghuis. Ik ruik, wat ik een jaar
niet g.-roken hebgebraden vlees.
„Zou je het graag lusten
„Hai, Susuki."
Susuki weg en ik werken.
's Middags, weer laden en dan
trekt Susuki me weg, achter langs
het huisje, moffelt me naar binnen
en daar staat een complete karbouwen
lever, gebraden en wel, op tafel.
„Tabeh Toean, selamat maken",
zegt de visser.
Ik heb zelden zo'n buikpijn gehad
als na die lever en plof zowat als
ik buiten kom; heb het gevoel of mijn
verschrompelde maag barsten zal. En
wat zie ik daar: Susuki staat grint
te laden in myn plaati...