TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Jeugdproblemen..
Dagboek van een krijgsgevangene
Wat zijn de oorzaken der
huidige werkloosheid
Aanmelding en aangifte voor
de Bevolkingsregisters
ZATERDAG"3 MEI 1952 No: 18
DRIE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
Burgemeester en Wethouders van
Venray, gelet op het bepaalde in art.
112 van het Besluit Bevolkingsboek
houding Staatsblad 1036 no 342
herinneren de bevolking aan haar
verplichtingen, omschreven in de art
3 tot en met 10 van genoemd besluit,
brengen als voornaamste ter openbare
kennis:
ie dat behoudens afwykingen, ieder
die in Nederland nachtrust of de
daarvoor in de plaats tredende rust
geniet, onverwijld moot worden
opgenomen in een der bevolkings
registers;
2e dat ieder moet worden opgenomen
in het bevolkingsregister der ge
meente, waar hij voornemens is
duurzaam of voor onbepaalde tyd
als regel zijn nachtrust of de daar
voor in de' plaats tredende rust te
genieten;
30 dat in geval van onzekerheid
omtrent hot onder 2e vermelde
bijzondere voorschriften gelden;
4q dat behoudens afwykingen, ieder
die Nederland verlaat, onverwijld
van de bevolkingsregisters moet
worden afgevoerd;
5e dat by adresverandering binnen
de gemeente de nodige wijzigingen
in het bevolkingsregister moeten
worden aangebracht.
Voorts, in verband met het boven
staande:
a. dat aangifte van vertrek uit of
van verhuizing binnen de gemeente
mondeling of schriftelijk geschieden
op de dag van, of uiterlijk 5 dagen
na het vertrek (by het verlaten
van Nederland, ten hoogste 5 dagen
tevoren), of na de adresverandering
met opgave van het laatste adres
en van de naam der gemeente of
van het land en de plaats waarheen
vertrokken en het nieuwe adres (zo
nodig met opgave van de naam
van het hoofd van het gezin);
b. dat aan de aangever van een
vertrek, behoudens bijzondere ge
vallen, onmiddellijk een verhuis
kaart wordt uitgereikt of toegezon
den, welke hem dient als bewijs
van afmelding en welke binnen 3
dagen moet worden ingeleverd by
hot bestuur der Nederlandse ge
meente in welker bevolkingsregis
ter de persoon moet worden op
genomen;
c. dat ieder, die in de gemoente
nachtrust of de daarvoor in de
plaats tredende rust geniet en die
nog niet in een bevolkingsregister
is opgenomen of die ten cnrechte
nog in het bevolkingsregister ener
andere gemeente is opgenomen,
zich binnen 3 dagen na zyn aan
komst in persoon moet aanmelden
by het gemeentebestuur onder
overlegging van een paspoort of
identiteitsbewijs, indien hij uit 6en
plaats buiten Nederland of van een
verhuiskaart of legitimatiebewijs,
indien hij uit een andere gemeente
van Nederland is gekomen, tenzy"
hy" overeenkomstig de desbetreffen
de bepalingen is vrijgesteld van
aanmelding;
d. dat bestuurders van instellingen,
gestichten of schepen waarin per
sonen onder enig bestuur inwonen
alsmede hotelhouders, pensionhou
ders en kamerverhuurders, uiterlijk
vyf dagen na de opneming of huis
vesting of na het vertrek, mede
deling moeten doen van de ge
slachtsnaam en de voornamen van
ieder persoon, die langer dan 14
dagen in de instelling, het gesticht,
schip, hotel, pension of huis wordt
of is opgenomen of gehuisvest,
alsmede van ieder zodanig persoon
die daar uit vertrekt;
dat overtreding van de voorschrif
ten wordt gestraft volgens de wet;
f. dat voor persoonlijke aanmelding
en voor mondelinge aangifte voor
het bevolkingsregister gelegenheid
zal worden gegeven op werkdagen
van o tot 12 uur uitgezonderd de
Zaterdag by de afdeling II ter
gemeentesecretarie.
Economische structuur van ons volk is gewijzigd
Bestrijding der werkloosheid is zeer wel mogelijk
1.
Het vraagstuk der werkloosheid is
tegelijk een der moeilijkste als groot
ste problemen, waarvoor ons gehele
volk geplaatst wordt. Heel het volk
heeft er belang by omdat ieder met
die werkloosheid direct of indirect
te maken krijgt.
Werkloosheid is niet een vraagstuk
alleen van degene, die or door getrof
fen wordt. Wie het zo ziet zal nooit
een bijdrage kunnen leveren tot zijn
oplossing. Dit is een economische
plaag die alleen door een zo groot
mogelijke gemeenschap kan worden
verdreven.
Bij de bestudering van het werk
loosheidsprobleem ontdekte men ver
schillende soorten van werkloosheid.
Men heeft voornamelijk onderscheiden
seizoen-, conjunctuur- en structuur-
werkloosheid.
Seizoenwerkloosheid
De seizoenwerkloosheid komt met
de regelmaat van een klok elk jaar
terug. Wie uitsluitend landbouwwerk
verricht, moet een gedeelte van de
wintermaanden in ledigheid door
brengen.
In de bouwvakken kan men gedu
rende bepaalde maanden van 't jaar
niet werken en zo is het ook in
andere branches, maar de meeste
bedrijvigheid is er in het algemeen
toch in de zomermaanden, zodat de
seizoenworkloosheid het sterkst op
treedt gedurende de koudste maanden
van het jaar.
Deze tydelyke verslapping in een
aantal branches is niet geheel te
voorkomen.
De overheid kan hier soms de
helpende hand bieden door de vesti
ging van daarvoor in aanmerking
komende industriön te bevorderen,
maar/hier rijzen reeds tal van moei
lijkheden en het zal dan ook nooit
zover komen dat de seizoenwerkloos
heid geheel verdwijnt. Een gedeelte
van de bestaande werkloosheid van
ruim 160.000 krachten wordt dus
door die seizoenschommelingen ver
oorzaakt.
De dertiger jaren
Dan is er de con junctuur werkloos
heid. Dit is de meest kwaadaardige
soort, omdat zy zo diep ingrijpt op
het economisch leven, ook omdat
dikwyls de gehele wereld er min of
meer in betrokken wordt. Dit soort
werkloosheid ontstaat na een periode
van hoogconjunctuur. Dit is een tijd
perk, waarin de prijzen steeds stijgen
de zyn, waarin ieder veel kooplust
heeft en over het algemeen de toe
komst met optimisme wordt tegemoet
gezien. Ieder koopt dan graag omdat
men nog verdere prijsstijging ver
wacht. De ondernemers verwachten
vlotte afzet en een verhoging daarvan
zodat de zaken worden uitgebreid.
Nieuwe fabrieken worden gebouwd,
zodat er werk in overvloed is.
Aan dit alles komt'natuurlijk een
maal een einde. Het optimisme ver
keert in pessimisme. Men wordt
voorzichtig. Bet publiek geeft zyn
geld onvoldoende of voorzichtig uit.
De afzet stokt. De inkoop wordt
verminderd en de periode van slapte,
van werkloosheid is begonnen.
Het opmerkelijke is, dat zowel in
de hoog-, als in de laagconjunctuur
het ene verschijnsel het andere ver
sterkt. De ene prijsverlaging roept de
andere in het leven. Uit het eerste
ontslag volgen vele anderen, omdat
de koopkracht in ernstige mate wordt
ondermijnd.
De crisis in de dertiger jaren, die
voor het gehele nu werkende geslacht
wel onvergetelijk zal blijven, was
een voorbeeld van conjuncturele
werkloosheid.
In die jaren zyn dan ook ernstige
VI
3 Maart 1942
En nóg geloven wij, dat we zullen
doorvechten, ook nu nog. We hebben
de wilde horde, die eens generale
staf heette, zien vluchten van Batavia,
we hebben de vloot en de luchtmacht
totaal verloren en wy zyn zonder
steun in de lucht machteloos, geheel
overgeleverd aan de overmacht van
het Japanse leger.
Nauwelijks is het laatste fatale
bombardement voorbij of de luitenant,
een dapper, onervaren baasje van 24
jaar, trommelt ons op om in de
omgeving Japanse sluippatrouilles op
te zoeken. Heel die middag zwerven
we in de omgeving rond tot by Soe-
kaboemi, Buitenzorgen de rotsbergen
van Padalarang.
Maar geen Jap te bekennen. We
steken op een geheim vliegveld nog
alle aanwezige benzine in brand.
Terug in de vernielde kampong
praten we over de afgelopen week,
de doden, maar niemand praat over
morgen. Zover durven we niet vooruit
te denken.
'a Nachts staan we ora beurten op
wacht. Tegen 2 uur 's morgens een
lawaai of een heel leger aan komt
stormen. We zoeken dekking in de
struiken langs de weg, geweer in de
aanslag Over de weg galopperen
300 legerpaarden voorbij in wilde ren.
Een drom briesende beesten, die zyn
losgebroken uit de remonte in de
bergen. Eén beest botst tegen een
vrachtwagen en valt dood neer. De
beesten verdwijnen even snel in de
diepe duisternis als ze gekomen zyn.
Waarheen....? Verder niets, niets, ook
geen Jappen.
's Morgens knielen we neer in het
gras, als Pater Kuypers de H. Mis
onder een afdakje opdraagt en ons
aanspoort steeds bereid te zyn. De
dood heeft reeds velen van ons ge
troffen. Hy draait er geen doekjes
om, en zegt ons ronduit, dat het van
daag onze beurt kon zijn. Om 8 uur
moeten we aantreden. Lijkbleek komt
de bataljons-commandant naar ons toe:
Mannen, ik heb jullie een verplet
terend nieuws mede te delen. Het
Kon. Ned. Indisch Leger heeft heden
nacht gecapituleerd en opgehouden
als zodanig'te bestaan. Ik dank jullie
voor de moed en de trouw betoond
tot op dit moment. Draag deze ramp
even moedig, als jullie deze ongelijke
strijd hebt gevoerd. De woorden ko
men er moeilyk en schokkend uit.
Ineens zegthy: „Als officier kan ik
deze schande niet dragen." Hij g ff
naar zyn revolver, huilend geeft hy
het wapen af, als een officier zijn
De werkloosheid is op het ogen
blikeen der grootste problemen
waarmede onze streek temaken
heeft. Doch niet alleen onze
streek, ook geheel Nederland,
waarvan ook Noord-Limburg
een deel vormt.
In een drietal artikelen hopen
wil een beter Inzicht te kunnen
verschaffen in dit vraagstuk en
de problemen, die een oplossing
in algemene zin, ons voorlegt.
studiën gemaakt om doeltreffende
bestrijdingsmiddelen te vinden.
Het ene land paste dit systeem
toe, het andere probeerde iets anders
en uit het geheel heeft men een
collectie bestrijdingsmiddelen verza
meld, die thans door elke regering
in voorraad wordt gehouden, om zo
nodig in te gry'pen.
Wy kunnen dus nog de slachtoffers
van de vroegere crisis dankbaar zyn,
want zy hebben als proefmateriaal
dienst gedaan, zodat er heel wat moet
gebeuren wil er opnieuw een depres
sie ontstaan als in de malaise jaren
na 1930.
Overschakeling
Tenslotte is er de structuurwerk
loosheid. Deze ontstaat wanneer de
economische verhoudingen in bepaal
de streken van een land of een
bepaald deel van de wereld zich
wijzigen.
Wanneer een groot gedeelte van
ons volk nu sigaretten rookt, terwy'1
vroeger de meeste mannen een sigaar,
dan is er sprake van een structuur
verandering en een dito-werkloosheid.
Dit laatste is momenteel in Neder
land gaande. Dit geldt voor de
sigarenindustrie als voorbeeld, maar
op veel meer punten heeft zich de
economische structuur van óns volk
gewijzigd in de jaren na de oorlog.
Wy zyn van debiteurland geworden
tot crediteurland. Dat wil zeggen dat
ons inkomen voor een goed deel
voorheen vloeide uit rente van uit
gezette kapitalen. Wy konden daar
voor alles kopen waardoor zich een
soort luxe-handel ontwikkeld heeft,
die nu ter ziele gaat. Een gedeelte
van onze rijkdom is door de oorlog
verslonden. Voor elk soort invoer
moet nu gezwoegd worden.
Terwille van de duidelijkheid kan
men wel zeggen dat wy van een
gedeeltelijk verterend volk zyn ge
worden tot een volledig producerend
volk en dit heeft zyn consekwenties
voor tal van industriën.
Wy moeten meer exporteren. Dan
moeten wii ons dus eerst afvragen,
wat het buitenland van ons wil
kopen en daarnaar onze industrie
inrichten en de nodige arbeiders
daarvoor opleiden.
Zover is het nog niet. Wel zijn we
zover, dat tal van bedrijven die hier
vroeger levensvatbaarheid bezateD,
nu gedoemd zijn te verdwijnen:
In groce lynen noemen we een
gedeelte vanonze sigarenindustrie,
de luxe modebedryven, kunsthande
laren, luxe meubelbedrijven etc. etc.
Deze bedrijven worden vervangen
door exportindustriën, die voor een
groot deel nog moeten verrijzen.
Hierin moet de voornaamste oorzaak
van de huidige werkloosheid in Ne
derland wel worden gezocht, waarbij
de betalingsbalans een belangrijke rol
speelt. Door overheidsingrijpen is dit
proces versneld. Mede door overheids
maatregelen zullen wy ook versneld
uit de impasse moeten geraken.
hand omlaag drukt.
Ik begrijp die man niet: hy staat
even onschuldig tegenover de neder
laag als wij, simpele soldaten, die
uit zuiver plichtsgevoel onze soldaten
plicht deden, zonder fanatisme, zonder
enthuosiasme zelfs, maar ook zonder
aarzelen.
Stomme verslagenheid volgt op
deze bekendmaking, 't Is of een mo
kerslag ons treft; verstompt staan
wy te staren in de toekomst zonder
toekomst. En zwijgend gaat ieder
zijn wegde een loopt de sawahs in,
omdat hy zich schaamt voor zyn tra
nen, een ander denkt aan zyn gezin,
dat verweg ergens tussen de bergen
nu overgeleverd is aan de willekeur
van de stoottroepen, die wy maar even
leren kennen in hun driestheid en
ongebonden bestialiteit; de een bidt
en de ander vloekt.
De opgekropte zenuwen van een
week frontleven zoeken plots een
uitweg. We zullen krijsgevangen zijn.
Ik heb herinneringen gelezen van
krijgsgevangenen, Duitse, Franse en
Engelse. Ze zyn alle in principe gelijk:
de krijgsgevangene is een stuk vuil,
een „lafaard", een vijand, die je te
eten moet geven.
De Jap heeft de conventie van
Genève nimmer ondertekend, die de
behandeling der krijgsgevangenen
regelt; dus weten we wat ons te
wachten staat. De luitenant laat ons
aantreden en stelt ons voor„Wie
gaal met me mee de bergen in, om
een guerilla strijd te voeren? Wie
mee gaat komt achter me staan."
De huisvrouw laaft haar man
ermee
'n Mens komt boven Jan
ermee
Wie werkt verlicht zijn taak
ermee
U streelt Uw goede smaak
ermee
En betere waar En 10 procent Alleen DeGruyter
- .o - - - - - .ff-»-
De post bezorgde ons een luchtpost
brief, die de afzender aardig „behan
gen" had met postzegels. Een ver
tegenwoordiger, die toevallig daarbij
stond, vroeg ons wat wy met die
postzegels deden en toen bleek dat
wy ze niet nodig hadden, wilde hy
ze graag hebben voor zyn club.
Onze nieuwsgierige reactie was
natuurlijk of hij bij een postzegelclub
was. Ja zeker luidde het antwoord,
ik ben by ons in de parochie de
leider van de postzegelclub van de
jeugd, en ik probeer te vangen wat
ik te pakken kan krijgen. Aangezien
deze heer al grijze haren had, keken
wij hem iewat ongelovig aanen toen
kregen wy het volgende te horen.
In onze parochie (in Vught) zaten
we met een jeugdprobleem. Misschien
niet zo erg als in Venray, omdat we
nog een patronaatsgebouw hadden,
maar de jeugd was moeilyk te vangen
en zodoende kwamen er botsingen,
kortom werd het een onplezierige
boel. Toen hebben verschillende huis
vaders de koppen by elkaar gestoken
en gezegd. Kykeens, dat kan zo niet
langer, daar moet wat gebeuren. We
moeten de jeugd van groot tot klein
iets zien te bieden.
Ze hebben elkaar eens aangekeken
en gezegd: Jy" kunt tuinieren, jy hebt
verstand van tekenen, jy van post
zegels, jij van vliegtuigenbouw, jij
van modelbouw, jy van moduleren,
jij van schilderen, jy van duiven, jy
Maar niemand gaat. Dan vraagt hy
op de man af: „En jij?" Neen, luit,
we hebben geen voorraden, geen mu-
nutie meer, geen medicijnen. Het
zou onverandwoord zyn en doeloos.
„Dat valt me van jou tegen", en
kwaad verdwijnt hy.
Mijn eigen jongens vragen me ad
vies, of ze niet naar huis zullen gaan,
vóór de Jap komt. We zyn immers
geen soldaat meer onder krijgstucht,
nu het leger opgehouden heeft te
bestaan.
De volbloed Nederlanders raad ik
het sterk af, zij zullen zo ontdekt of
verraden worden, alleen al om hun
blanke vel.
De Indo-Europeanen, die erg donker
van huid zyn, zeg ik ronduit smeer
hem en leef als Indonesiër; jullie
kunnen misschien nog wat doen voor
de blanke vrouwen van ons, jullie
vrienden.
Heel de dag door hoor je telkens
weer de verzuchting: „Als we er
tenminste maar vóór hadden mogen
vechtenZe hebben ons bedonderd,
toen ze ons van het front in Bantam
weglokten, om hier door te vechten".
Tegen de avond verschijnt een
lange colonne Japanners; de kerels
stoppen midden in de kampong. Het
zijn woest uitziende, ongeschoren
stoottroepers, met vodden om het lijf.
Hun enige bewapening bestaat uit
een geweer mei lange bajonet en een
banderol kogels om de schouder. Ze
proberen zelfs vriendelijk te zyn, ook
als wij hen de rug toekeren. Dit zijn
dus de kerels, die jarenlang al op
van voetballen en zo kreeg iedere
vader een taak.
En het gevolg van al dat gepraat
is, dat nu de Vughtse jeugd met al
haar hobbies en liefhebberijen terecht
kan l
De ene club is wat groter als de
andere, maar elkeen kan terecht by
de vaders van de parochie.
Doktoren, advocaten, manufacturiers,
kortom ieder die zelf ooit jong is
geweest en nog een of andere parti
culiere liefhebberij heeft, heeft zich
ook ingezet voor de jeugd en het
gekke is, dat niet alléén de jeugd
vol trots praat over de club, maar
ook de vaders.
Daarnaast zijn de gewone jeugd
organisaties, als verkennerij en de
kajotters, maar de rest knappen d6
vaders op.
En men vindt dat doodgewoon.
Iedere vader weet hoe moeilijk het
is, de jeugd van tegenwoordig vast
te houden en in goede banen te
leiden.
Als de geestelijkheid en de jeugd
leiders voor grote moeilijkheden
zitten, het werk niet meer aan kun
nen, om wat 7oor reden dan ook,
dan is het de taak van een vader om
te helpen en voorop te gaan.
Ziet U, mynheer, dat hebben wij
gewoon in practijk gebracht en het
marcheert prima.'.
En de kosten
Dat kost een paar centen en dan
de moeite, maar wy hebben nog nooit
behoeven te bedelen, omdat iedere
het oorlogspad zyn in China en nu
langs de Pacific uitzwermen. Een
landstormer wordt het te machtig;
hy beheerst zyn zenuwen niet en
vliegt een Jap aan, slaat hem neer.
Maar meteen maakt een slag met een
geweerkolf een einde aan zyn onbe
heerste daad. De stakker wordt in
een vrachtwagen gesmeten en weg
gevoerd. God zy zyn ziel genadig
En nu, na 8 dagen zonder bed,
levend op m'n zenuweD, en geplaatst
voor een voldongen feit, val ik buiten
tegen een huis in slaap. Om pas
wakker te worden, als de volgende
dag jongens telkens over me been
stappen. Ik merk aan de pyn in mijn
lendenen, dat ik meer dan 12 uur op
hobbelige keien gelegen heb. En
meteen is het weer drukje moet
wat spullen zien te krijgen. Ik heb
niets als de vuile gescheurde kleren
aan m'n lijf. Een verpleger hecht de
steekwonde in m'n knie; wonder
boven wonder is de diepe wonde niet
gaan zweren, maar ik kan moeilijk
lopen.
Toch scharrel ik nog een deken op,
een schoon pak, een lepel en een
pannetje. Ze liggen overal verspreid
weggesmeten door gedroste inlandse
soldaten.
De Jap laat ons veel meer vrijheid,
dan wy verwachten konden. Er bly'ven
bij de 600 manschappen maar 5 Jap
pen en die zyn al heel bly, als je ze
niet negeert. Eén was operazanger
van beroep en zingt alle bekende
aria's uit Traviata, Faust en Aïda
voor ons met een elan, of h(j er voor
vader hier zelf merkt, dat er geld
nodig is, omdat iedereen hier met
zyn neus op de moeilijkheden zit.
We zijn nu enkele jaren aan de
gang, maar hoewel ik zelf een druk
huishouden heb, zou ik dit voor geen
geld van de wereld willen missen.
Iedere week hebben we eenmaal
klub en terwyl je voor enkele jaren
een kanon in ons jeugdhuis af kon
schieten, zitten nu iedere avond de
lokalen vol en hebben we al moeten
uitbreiden.
0—
Dit is het verhaal, wat zo lieel
terloops verteld werd, maar waar 0,
zo'n koeien van waarheden in staan.
Hoevele ouders weten hier, doen
zelfs moeite om te achterhalen, wat
hun kinderen uitvoeren in de ver
schillende jeugdbewegingen.
Hoevelen helpen de jeugdleiders, die
toch op de eerste plaats staan als
hulp voor de ouders.
Hoevelen kankeren niet op Jeugd
raad en zo meer, omdat er toch nooit
iets gebeurd en hoe weinigen beseffan
en waarderen het werk, wat voor hun
eigen kinderen wordt gedaan.
Natuurlyk gebeurt dat niet met op
zet, maar het gebrek aan interesse by
zovele ouders voor het jeugdwerk,
breekt zoveel af, wat met zoveel
moeite werd opgebouwd.
Als we dan die Vughtse vaders zien,
die ook hun werk hebben, die het ook
druk hebben, die ook een hele dag
moeten werken en 's avonds bly zyn
eens even in de tuin te kunnen of
op zyn gemak een pypj® te roken, dan
geeft dat toch een heel ander beeld.
Dan weet een jeugdleider, dat zo'n
vader even hard in de knoei zit
als hy om aan wat centen te komen,
betaald krijgt.
Het zijn meest wonderlijk-primitieve
lui, afkomstig uit de afgelegen streken
van Japan. Het Japanse volk heeft
een goed ontwikkelde bovenlaag; de
grote massa wordt opzettelijk dom
en gewillig gehouden door het culti
veren van de Keizer-cultus en uiterst
eenvoudig onderwijs.
De eerste dag al maak ik kennis
met een andore karaktertrek van de
Jappeneen vrouw komt ons vertel
len, dat een troep Indonesiëis haar
huis leegrooft. Wy kunnen niets meer
doen en maken het de Jappen zo
goed mogelyk duidelijk. Meteen gaat
de Jap er op af en zonder verder
onderzoek richt hy de mitrailleur op
de plunderende troep en jaagt er een
volle band patronen doorheen. De
uitwerking interesseerde hem blijk
baar niet.
Een volle week bly'ven wij nog in
de kampong rondhangen, zonder
noemenswaardig last te hebben van
onze overheersers. Ik zie zelfs kans
een briefje naar huis te smokkelen
en kryg prompt antwoord. Thuis
dachten z9, dat ik in Bantam waar
schijnlijk gesneuveld zou zijn en dat
we nog steeds aan het vechten waren
De buitenlandse radio meldt, dat
generaal Schilling een verbeten
guerilla stry'd voert in het gebergte
van Zuïd-Java... maar de man zit
een eindje by" ons vandaan rustig op
een onderneming te wachten op
internering.
Wel is er guerilla strijd gevoerd in
West-Java. Een troep, vooral Ambon-