TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS 1651 - 1951 Venray's Gymnasium bestaat 300 jaar Van belastingambtenaar tot aartsbedelaar Verscherpte tegenstellingen tussen Oost en West Uit „Peel en Maas" Uit de geschiedenis van Venray en omgeving. ZATERDAG 26 HEI 1951 No. 21 TWEE EN ZEVENTIGSTE IAARGANG Het Schoolreglement van Coninx Voor de Latijnse scholen in het Gelders Overkwartier stelde Coninx een schoolreglement samen. Dat werd 30 October 1784 door het Hof van Gelder en 28 Juli 1785 door Minister, baron voor Zedlitz goedgekeurd en als verplichtend voorgeschreven. Het werd gedrukt by N. Sehaffrath te Gelder in 1785 en telde VII en 202 blzz. Men kon er dus genoeg in ver tellen. Wy zullen hier dat reglement niet in finesses ontleden, maar wel moeten wy vaststellen, dat het van groot belang had kunnen zyn voor de geschiedenis van het hoger onder wijs, met de opvoeding daarbij inge sloten. Het schoolreglement bevat niet alleen een beschrijving van de dag orde, de regeling van het gedrag van de studenten en dergelijke uitwendige zaken meer.' Neen het grijpt dieper en geeft een uitvoerige beschrijving van geheel het opvoedkundig en wetenschappelyk systeem, waar vol gens de hernieuwde scholen zich ver der zouden moeten ontwikkelen. Wat het meest opvalt is, dat ook gebroken wordt met het al te eenzij dig en beperkt onderwijs. Was Coninx hier in de leer gegaan by Maria Theresia, die al eerder voor de scholen in de Zuidelijke Nederlanden een nieuw leerprogram had ontworpen Ook Coninx breidt het aantal studie vakken belangrijk uit. Hoogduits en Nederduits met dit laatste is onze Nederlandse taal bedoeld kregen een voorname plaats, maar ook Aard rijkskunde, Geschiedenis, Rekenen en Godsdienstleer worden veel en veel degelijker behandeld. En zelfs de lichamelijke opvoeding, spel en sport werden vermeld. Aan allerlei maatregelen overigens geen gebrek. Voor iedere klas wordt nauwkeurig aangegeven, welke stof behandeld, welke methode gevolgd en welke handboeken gebruikt moes ten worden. De schoolmeubels krijgen een grote beurtzij moeten meer naar de eisen van de tijd worden ingericht. Was aan het College de tijd.gelaten zich volgens dit reglement verder te ontwikkelen, dan zou er werkelijk van een grote vooruitgang hebben kunnen gesproken worden. Alsof het Venray's Gymnasium nog nooit bestaan had, zou het plechtig als geautoriseerde school geopend worden. Volgens een ciaculaire van de Regering van het Gelders Over kwartier van 23 September 1784 zou de plechtigheid geschieden op 15 October van dat jaar. Maar men wilde als tegelijkertijd een goed voort bestaan verzekeren. Daarom kwamen er, zoals spreekt, nog wat bepalingen op de koop toe. Vooreerst werd een verbod uitge vaardigd voor de bewoners, om voortaan buitenlandse scholen en universiteiten te bezoeken, zonder speciaal en uitdrukkelijk verlof van de Regering. Zo werden de ouders van de studerende jongelingschap gedwongen Venray of Gelder te kiezen. Maar de bloei werd nog door een ander gevaar bedreigd. Berucht waren in die tyd de zoge naamde „wervers 1" Dat waren hand langers van de Pruisische Koning, die met eerlijke en oneerlijke midde len jongelui van flink postuur voor het leger trachten te „werven". Vooral op het platteland was men voor die kerels bang. Uitdrukkelijk werd nu bepaald, dat én binnenlanders én buitenlanders voor deze mannen geen zorgen be hoefden te hebben. De Regering zelf stond in voor hun volkomen veilig heid. Wat was het onmiddellijk gevolg van deze vernieuwingen? Vooral, dat studenten van alle kanten xwamen opdagen. De leerlin- genlijsten van die tyd vermelden studenten uit Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Eindhoven, Helmond, Cuyk enz. En weldra was hun getal zo groot, dat een vierde leerkracht moest worden aangesteld. Het Gymnasium bereikte zyn grootste bloei voor de Franse revolutie. En.... üe gemeente voer er wel by. De schepenen zelf hadden al in een adres aan de „Geldersche Crieghs ende Domainen Commissie" op 26 Septem- 1750 verklaard, dat „die van Venray soodanigh ende tot nog toe geprouffy- teert hebben, dat in consumptie van costgelderen als andersints verre over de Dxyduysent guldens hollants can opgereeckent worden ende van ty't tot tijt meerders can aecresseeren". En dat laatste is sinds 1784 zeker eveneens gebeurd. De Verenigde Staten door Mac Arthur beïnvloed Het kan moeilijk meer worden ont kend, dat de tegenstelling tussen het Westen en de Sowjet-staten zich ver scherpen. Het ijzeren gordijn is vrijwel geheel neergelaten en niouws uit Oost-Europa wordt in het Westen steed3 schaarser. Diplomaten in Sow jet-staten kunnen nauwelijks meer enig contact onderhouden met de burgers der landen waarbij zy zyn geaccrediteerd. Journalisten worden vry wel geheel geweerd. In Boedapest zyn de Hon gaarse bedienden van het Britse gezantschap alle gearresteerd. De arrestaties van de Amerika Vogeler (voor wie de V.S. een zo hoge los prijs moesten betalen), van de Neder lander Louwers, de Zweed Hjelm enz. (ook al zijn die weer vry) en van de A.P.-correspondent Oatis (in Praag) moesten vooral schrik aan jagen. Het wordt voor een vreemdeling levensgevaarlijk een Sowjetland te bezoeken. Voor een Sowjetburger is het zelfmoord, contact te onderhouden met een buitenlander. Daarbij komt de herbewapening van geheel Oost- Europa onder Russische leiding. In Polen deelt Rokossowski de lakens uit, in Praag maarschalk Konjew, in Bulgarije de gewezen Rus Grekow en elders zyn het geheel in Rusland gevormde stalinisten die de nieuwe legers oprichten. Te Moskou staat maarschalk Boelganin aan het hoofd van de Russische Missies voor de satelietstaten. Het kon niet verbazen, dat onder zulke omstandigheden de plaatsver vangers der Grote Vier te Parijs geen voorbereidingen konden treffen voor een conferentie, welke enige kans bood op succes. Het hoogst bereikbare doeleen regeling inzake Duitsland welke zou lijken op die in Oostenrijk (dus met behoud der bezettingszones, doch met erkenning van éne vry ge kozen regering in de hoofdstad met gezag in alle zones, welke regering niet mag beschikken over een leger) zulk een accoord lykt nu zelfs hersen schimmig. En wat zou er dan nog te bereiken zyn President Truman legde nu in zyn rede aan het banket in hotel Statler de nadruk op de wenselijkheid van een gewapende vrede boven een ver klaarde oorlog, omdat die volgens hem van beide zijden zou worden gevoerd als een atoomoorlog tegen grote steden. MacArthur had by de „hearings" aangedrongen op sancties tegen Rood China, op een ultimatum aan Peking zich terug te trekken uit Korea, op straffe van economische en militaire boycot en van het bombar deren van vliegvelden in Mantsjoerye. Indien de Europese leden der V.N. (zoals Engeland) die nu nog aan de stryd deelnemen, zich zouden terug trekken aldus MacArthur zou dit militair voor de V.S. de situatie niet wijzigen de niet-Amerikaanse bijdragen zyn zo gering, dat ze zyn te verwaarlozen, behalve natuurlijk die van de Zuid-Koreanen. Truman nu waarschuwde tegen de opvatting, alsof de V.S. geen bondge noten zouden behoeven, vooral in Europa, waar het belangrijkste front ligt. Het standpunt van MacArthur, dat men Peking moet dwingen de stryd in Korea te staken, om te voorkomen dat hij steeds meer offers gaat vragen van de V.S., vond echter steeds meer aanhangers, daar Peking geen blyk gaf, inderdaad vrede te willen. De pogingen van de V.N. en van Truman, om tot een wapenstil stand te komen, behoefden nu een maal ook de medewerking der rode Chinezen. Blijven die onverzoenlijk dan zal ook Truman de weg worden opgedreven van MacArthur. Minister Marshall, gehoord in het „grote debat" te Washington, vreesde kennelijk een deelneming aan de stryd in Korea van de Russen in ge- vdl van een Chinees-Amerikaanse oorlog en het onvermijdelijk maken van een derde wereldoorlog. Het pynlyke van de situatie is, dat met het oog op de „globale" strategie de V.S. zo spoedig mogelijk hun troepen uit de „Koreaanse val" moeten terug trekken, maar dat ze zulks niet kunnen doen om niet de indruk te wekken een nederlaag te hebben ge leden. By een nieuwe grote oorlog zou het natuurlijk een andere kwestie zyn. Dan zouden de V.S. zeker zonder bezwaar Korea kunnen prijsgeven om elders doeltreffender slagen te kunnen toebrengen. Taft en Churchill De slepende aard van alle kwesties doet de spanningen ook toenemen, omdat binnenlandse problemen nu overal een grote rol gaan spelen. In de V.S. heeft Taft, de rechtse leider der republikeinen, zich achter Mac Arthur geschaard. Dezelfde Taft was tegen het Atlantisch Pact o.a. omdat Amerikaanse versterking der Europese defensie de Russen zo zou kunnen verontrusten, dat het Pact een oorlog zou kunnen uitlokken. Taft ziet echter geen bezwaar om MacArthur te steunen, hoewel die de V.S. wil binden in een openlijk conflict met China. Nu bedenke men wel, dat vele gewezen „isolationnisten" (zoals Taft) in feite West-Europa niet vertrouw den, het geen oorlog waard vonden enz., omdat zy China veel belangrijker vonden. In zoverre verbaast Taft dus niet. Nu is er echter heel wat anders in het spel. Taft wil voor 1952 de republikeinse candidaat worden voor het presidentschap. Hy heeft er zich in een onderhoud met MacArthur van overtuigd, dat deze zelf geen candidaat wil zijn. Wel kan MacArthur een „stem men vanger" zyn voor een politicus, die met hem in zee gaat! Bovendien bestaat er kans dat ook Eisenhower door de Congres commis sie wordt gehoord over de grote politiek en dat „Ike" dan in feite (zy het niet officieel) tegenover Mac Arthur komt te staan Taft is altijd bang geweest, dat Eisenhower can didaat voor de republikeinen zou worden, maar dat is zeer onwaar schijnlijk, als de republikeinse aan hangers van MacArthur in de Euro pese opperbevelhebber een vijand zien, en dan stijgen de kansen weer van TaftAldus wordt MacArthur een x„politiek program", wat zijn invloed zeer doet toenemen. In Engeland moet de zwakke Labour- regering rekening houden met de groeiende haat tegen Peking in de V.S. Hoewel Londen de rode regering van Peking erkende, heeft het nu de rubberexport daarheen verboden, om de V.S. ter wille te zijn. Vooral Churchill drong daar op aan en ook hy maakte in het Lagerhuis van de Chinese kwestie een politieke zaak. Niet dat hy vóór Mac Arthur zou zyn, maar hy weet, dat het En gelse volk by het groeiende gevaar in geen geval geschillen met de V.S. wil verscherpen. En van dit punt maakte hy een wapen tegen Labour. Dit handhaafde b.v. zyn bezwaren tegen een vrede met Japan zonder deelneming van Peking. Maar verandert de situatie niet grondig, dan lijkt een diplomatieke breuk tussen Londen en Peking nau welijks te vermijden, en Churchill voorziet, dat hij uit die tegenslag van Labour munt kan slaan. Het rode China wordt trouwens ook in Engeland snel onpopulair door de massa-executies en de invoering van een dictatuur naar Russisch model. Economisch heeft Peking veel orde geschapen, dat wordt niet ontkend, maar de politiestaat behandelt ook de mensen als machines. Het is jammer, dat in landen als Frankrijk de democratie niet bewijst, dat ook een vry land een bevredigen de orde aan zichzelf kan opleggen: de kwestie der nieuwe verkiezingen, de obstructie der communisten en de verdeeldheid der partyen wekt in Parijs een armzalige indruk, evenals de economische passiviteit derregeriDg in Italië, vooral omdat in deze west- Europese landen juist het communis me het sterkst is. INENTING TEGEN DIPHTERIE Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter algemene kennis, dat wederom de gelegenheid bestaat tot kosteloze inenting van kinderen boven de zes maanden, die tot op heden nog niet werden ingeënt tegen diphterie. Deze gelegenheid staat ook open voor de schoolkinderen, die nog niet tegen deze gevaarlijke kinderziekte werden geënt. De inenting zal plaats hebben In de kerkdorpen LEUNEN, CAS TENRAY, OIRLÖ en OOSTRÜM ie Inenting op Maandag 28 Mei 1951 om 2 uur in het Patronaatsgebouw te Leunen; om 2 30 uur in de byz. lagere school te Castenray; om 3 uur in de meisjesschool te Oirlo; om 3 30 uur in de bijzondere lagere school te Oostrum; 2e Inenting op Maandag 25 Juni 1951 op dezelfde uren en plaatsen. In de kerkdorpen MERSELO, HEIDE, YSSELSTEYN en VEULEN ie Inenting op Maandag 4 Juni 1951 om 2 uur in het Jeugdhuis te Merselo; om 2 30 uur in zaal Litjens te Heide; om 3 uur in zaal wed. Janssen te Ysselsteyn; om 3.30 uur in de byzondere lagere school te Veulen; 2e Inenting op Maandag 2 Juli 1951 op dezelfde uren en plaatsen. Men wordt verzocht stipt op tyd aanwezig te zijn en het trouwboekje, waarin de te enten personen staan aangetekend, mede te brengen. Aangeraden wordt in het belang van de gezondheid en veiligheid van de jeugd van deze inentingen gebruik te maken. Venray, 9 Mei 1951. voor 50 jaren terug No. van 25 Mei 1901 - Th. Camps te Venray slaagde als klerk van Posteryen enTelegraphie. De handboogschutterij „St Anna" koos tot beschermheer de heer Jacob Aerts. Mej. P.L.S. Petit van Jerusalem slaagde te Maastricht voor onder wijzeres. Een jaarlijks pensioen van f 536 werd toegekend aan P. J. Anteunis, weleer commies-verificateur van de belastingen. De Stichter van onze parochiekerk De Stichter van de monumentale parochiekerk, dat machtige en grootse gebouw, waarvan men vóór de ver schrikkelijke oorlog, de heerlijk schone toren uren en uren ver zich boven het zware dak zag verheffen, is ge weest Parton Gysbertus Firamino, of Firamine, van der Golfs, of van der Gaet Hy was de opvolger van Alard Trippelmakers, kanunnik van het ka pittel van de H. Geest te Roermond, de eerste geestelijke herder van Ven ray, wiens naam bewaard werd. Gysbertus was een invloedrijk man, hy stond in hoge achting by de Heilige Stoel en was kanunnik van Luik, Apostolisch collectoren geheim kamer heer van Z. H. Paus Pius II Hy bestuurde de parochie reeds in 1462. Toen hy in 1493 kwam te over lijden, wilde men de gedachtenis aan deze ondernemende man levendig hou den. En zijn stoffelijk overschot kreeg een ereplaats onder de statige gewel ven van het grootse gebouw. Een prachtige grote steen, met vyf koperen opgeklonken platen versierd, bedekte zijn graf op het hoge koor. Op die platen bracht men zyn wapen aan, dat men ook schilderde in het gewelf van het priesterkoor. Op de steen werd een grafschrift geplaatst. Deze koene bouwmeester, die zulk een kostelijk monument in een veel bewogen tyd stichtte, die spitsboog aan spitsboog koppelde, de wydse gewelven spande op de slanke kolom men en het geheel voltooide meteen toren, die als een reus stond en Christus' kruis fier in de hoogte beurde, moest in aller herinnering bewaard bewaard blijven. Op een of andere manier althans. Zou zijn naam niet gegeven kunnen worden aan een van onze nieuwe straten of pleinen? Het vroegere orgel in de parochiekerk De ene z'n dood, de ander z'n brood, Deze uitspraak kunnen we met wat sarcasme toepassen op de vele roverijen en diefstallen, die in de Franse tijd in de kloosterkerken werden gepleegd. Het Franse gouvernement, dat kloosters ophief, sprong royaal om met de inventaris. Maar gelukkige omstandigheid daardoor werd menig merkwaardig stuk bewaard. Zo kwam Venray op 3 April 1803 in hot bezit van een orgel uit de Dominikanerkerk te Calcar. Dat had men te danken aan Mgr. Marcus Antonius Berdolet, cie bisschop is geweest van het diocees Aken. Onder dat bisdom, dat kort bestaan heeft, behoorde toen ook Venray. Toen nu deze Bisschop van het Franse Gouvernement de beschikking kreeg over het meubilair van de opgeheven kloosterkerken, heeft hy goedwillend ook aan Venray gedacht. En de zangers werden sinds begeleid door een muziekinstrument, dat uit toonkundig oogpunt niet zo kwaad Petrus Berberen Hy was in 171Q pastoor in Oirlo en tegelijkertijd rector van het Sint Nicolaus-altaar in Venray. Met zyn wapen vindt men deze bijzonderheden in een onderschrift van een gebrandschilderd glas, dat eigen dom was van de Pastorie te Venray. De molen van Camps te Oostrum De gebouwen, die eertyds tot het klooster van de Reguliere Kanunniken te Oostrum behoorden, en die vry uit gebreid waren en lagen naast de oude Kapel, zyn afgebroken en verdwenen. Tot deze gebouwen moet behoord hebben een molen, die by de beek lag en op het einde van de vorige eeuw nog bestond. Johan Bodegraven vergaarde meer dan een millioen... en presteert nu meer dan bij de fiscus I Het is nog maar amper twee jaar geleden, dat ergens op een belastingkantoor in Utrecht een gewone ambtenaar dag in dag uit het ondankbare werk verrichtte, om van het schat plichtige volk de belastingpenningen los te branden. Het ging hem, als alle belastingambtenaren, niet voor de wind met deze taak, want het Nederlandse volk betaalt nu eenmaal niet graag belastingpenningen. En toch is het deze ambtenaar, die van zyn belastingkantoor in dienst kwam by de N.C.R.V., gelukt om in korte tyd van datzelfde Nederlandse volk meer dan één millioen gulden by elkaar te brengen. Deze man is Johan Bodegraven, eerst belastingambtenaar, nu aartsbedelaar. Hy was het die nog geen twee jaar geleden de stryd aanbond tegen de zo gevreesde vyand, de kanker. Hij was het, die met een enkel woord en een gepaste kwink slag het Nederlandse volk wist te bewegen om te geven, steeds meer te geven voor deze stryd en die het Nederlandse volk heeft aangezet tot de totale oorlog om deze vyand te vernietigen. De grote actie, die in Nederland is uitgegroeid tot een geweldige sneeuw bal-actie voor de kankerbestrijding is eigenlijk met een onschuldig familie spelletje begonnen. Haak-In heette dat spelletje, men hoefde niets anders te doen dan een aantal woorden in te haken op een beginwoord; die op een briefkaart geschreven aan de N.C R.V. te sturen en er een paar postzegels by te plakken voor de kankerbestrijding. "Wie de meeste woorden had ingehaakt won de pot. Maar dat spelletje, waarmee in Maart 1949 werd begonnen, is in de twee jaar dat het gespeeld is etn spel geworden, waaraan driekwart van het Nederlandse volk mee doet. Het begon al met een paar enthousiastelingen, die inplaats van één briefkaart er een stuk of vyf inzonden, dik beplakt met porto voor de kankerbestrijding. En zo groeide het, er kwam meer en meer geld, men kwam met ideeën en het spel rolde voort tot het groot nationaal familiefeest van nu. Een écht familiespel, want als ooit het Nederlandse volk getoond heeft één familie te zijn, dan is het wel met deze ontroerende actie voor de kankerbestrijding Rijken en armen, kinderen en ouden van dagen, een fabrieksdirecteur en een voddenraper, allen staan naast elkander in de grote nationale strijd. En er is een man, die nooit moede wordt hen aan te voeren, Johan Bodegraven, de belas tingambtenaar. We willen zo graag wat geven Er is een spreekwoord dat zegt: wie geeft wat hy heeft, is waard dat hy leeft, maar het is helaas waar dat de mens niet gaarne geeft. En toch leeft er in elke mens een diep besef om alles te willen geven als het gaat om het bestaan, om het leven van zyn medemens. Het is echter dekunst om dit besef by de mensen wakker te schudden en deze kunst verstaat Johan Bodegraven. Hy heeft er zyn beroep van gemaakt aan de mensen een offer te vragen, voor een groot gevaar dat ons allen bedreigt en hy is in dit beroep ten volle geslaagd. Toen het balletje eenmaal rolde was het niet meer tegen te houden. Het werd van een sneeuwbal tot een lawine, die iedereen meesleurde en innerlijk dwong om te geven. Yan 30.000 tot 1 millioen De opbrengst van de eerste zes maanden waarin het familiespel Haak-In gespeeld werd, was f 30 000. Een prachtig resultaat, maar toch voelde de leiding van de Haak-In- actie, dat wanneer het spel voort gezet werd wel f 80.000 gehaald zou kunnen worden. Johan Bodegraven, maakte dit streven voorzichtig per microfoon aan het Nederlandse volk bekend. Het zou prachtig zijn als dit bedrag by elkaar gebracht kon worden zei hy en daar- begon de sneeuwbal de rollen. De Haak-In-actie nam steeds grotere omvang aan. Veel eerder dan ver wacht werd was de 80 000 by elkaar en „zullen we nu stoppen 1 vroeg Bodegraven. Neen, zei het Nederlandse volk, want zonder dat de aartsbedelaar er om vroeg stroomden de giften binnen. Plaatselijke acties werden ontke tend, er kwamen giften van vereni gingen en ijlings moest Bodegraven meer ruimte in het programma van de N.C.R.V.-stfiravonden vragen voor zyn Radio Radium, zoals hy de actie betiteld had. Naast de verenigingen gingen orga nisaties inzamelingen onder hun leden houden. Op de fabrieken, allerhande bedryven stak het personeel de koppen bij elkaar om een steentje voor het Radio Radium by te dragen en toen kwamen de giften allang niet meer met guldens en tientjes, maar met honderden en duizenden tegelijk binnen. Op de ster-avonden gingen de men sen zich verdringen die iets aan te bieden hadden, men stond in een rij om te geven en dagelijks stroomden op het kleine kantoor waar Joban Bodegraven de geldlawine ver werkt, nieuwe en meer giften binnen. Die giften komen uit alle delen van het land en uit alle lagen van de bevolking. In de Haak-In-familie zyn alle rangen en standen weggevallen. Geloof8- en politieke overtuigingen vormen geen beletsel voor de eens gezinde strijd van het Nederlandse volk tegen de kanker. Geld moet er komen, steeds meer geld en dat geld komt er! Tachtigduizend gulden werd spoedig honderdduizend, honderd vyftig dui zend, twee, drie, vier, vijfhonderd duizend. Het half millioen was vol, en dit was tevens de stoot die de sneeuwbal nog verder deed rollen. Het geld kwam nu met tienduizen den tegelijk binnen. Haak-In kende nog maar één leuzehet millioen moet vol I En het millioen is vol ge komen, meer dan vol. Er is nog veel meer Er is naast deze millioen guldens echter nog een ongelofelijk grote hoe veelheid kleine en grote geschenken, die bij elkaar een onschatbare waarde vertegenwoordigen In één van de kelders van de studio liggen al deze kostbaarheden opge slagen. Naast de machtige imponeren de geschenken liggen, symbolisch uit gedrukt, de schamele penningskens van de arme weduwen. Maar deze emotionele verzameling getuigt van eensgezindheid en offerzin, die moeilyk met een pen is te beschrijven. Kostbaar serviesgoed ligt opge slagen naast een glimlachende pop, die eens bezit was van een ziek meisje, maar nu is afgestaan voor Haak-In. En bij dit alles staat ook de prachtige poppenkamer. Dit is het geschenk vaneen 17-jarig meisje uit Gies8endam, die helemaal on gelukkig en hulpbehoevend is. De poppenkamer was haar geliefd speel goed, maar het meisje vroeg zich af wat zy ongelukkige kon doen voor hen, die nog ongelukkiger zyn: de kankerlyders en spontaan heeft zo toen haar poppenhuis aan de heer Bodegraven gegeven. Doe er mee wat u wilt, heeft ze gezegd. De laatste stout komt van de bazar Alle geschenken zyn nu by elkaar gebracht op een grote bazar in Am sterdam en de opbrengst hiervan zal voorlopig het eindbedrag van de Baak-In sneeuwbal bepalen. Het werd de grootste bazar die ooit in Neder land is gehouden en vanzelfsprekend is er een klein kapitaaltje mee ge moeid, om deze grootse bazar in te richten. Er komen 34 stands en de totale inrichting komt ongeveer op !3.ooo gulden. De kerk moet schoon gemaakt worden en dat kost ook nog ongeveer f 2009' maar toch kost het Haak-In geen cent, want de bazar zal geheel gratis worden ingericht. Hoeveel de uiteindelijke opbrengst van deze grote actie, wellicht de grootste, die ooit in deze wereld is gevoerd, zal bedragen, is tot dusver niet bij benadering te schatten. Dagelijks komen er nog stapels brieven met geldaanbiedingen binnen en elke rekening die wordt gemaakt blykt nog lang niet het eindcyfer te bevatten. Wat de bazar aan verkoop van de geschenken en entreegelden opbrengt is op dit ogenblik ook nog niet te zeggen, maar dat het een lief kapi taal wordt, is al duidelijk. Voorlopig geeft de staat voor Haak In nog respectabele cijfers te zien. Wat zal het eindsaldo zyn, wellicht anderhalf millioen of nog meer. „'t Is fantastisch" zegt de heer Bodegraven, „maar werkelijkheid" zeggen wy. Openbare kennisgeving Aanmelding en aangifte voor de Bevolkingsregisters Burgemeester en Wethouders van Venray, Gelet op het bepaalde in artikel 112 van het Besluit Bevolkingsboek houding Staatsblad 1936, nr. 342; herinneren de bevolking aan haar verplichtingen, omschreven in de artikelen 3 tot en met 16 van ge noemd besluit; brengen als voornaamste ter open bare kennis: ie. dat behoudens afwijkingen, ieder, die in Nederland nachtrust of de daarvoor in de plaats tredende rust geniet, onverwijld moet worden opgenomen in één der bevolkings registers; 2e. dat ieder moet worden opge nomen in het bevolkingsregister der gemeente, waar hij voornemens is duurzaam of voor onbepaalde tijd als regel zyn nachtrust of de daarvoor in de plaats tredende rust te genieten; 36. dat in geval van onzekerheid omtrent het onder 2e vermelde byzon dere voorschriften gelden; 4e. dat behouders afwijkingen, ieder, die Nederland verlaat onver wijld van de bevolkingsregisters moet worden afgevoerd; 5e. dat by adresverandering bin nen de gemeente de nodige wijzigin gen in het bevolkingsregister moeten worden aangebracht. Voorts, in verband met het boven staande a. dat aangifte van vortrek uit of van verhuizing binnen de gemeente, mondeling of schriftelijk moet ge schieden op de dag van, of uiterlijk vyf dagen na het vertrek (bij het verlaten van Nederland, ten hoogste vyf dageD tevoren), of na de adres- verandering, met opgave van hot laatste adres en van de naam der gemeente of van het land en de plaats waarheen vertrokken en het r.ieuwe adres (zo nodig met opgave van de

Peel en Maas | 1951 | | pagina 3