tóueïdókteïs Father Bartels kan wat... ZWARTE ZATERDAG 7 APRIL 1951 No. 14 EXTRA NUMMER VAN PEEL EN MAAS TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG MISSIE-ACTIE Medische verzorging der Nyahondo-Missie in BriAfriKa Prof. Dr. F. TH. RUTTEN Minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen Binnenkort zal er hier ter plaatse een actie op touw gezet worden voor de bouw van een ziekenhuis in Nyabondo in de Missiestatie Kenya (Oost-Afrika) van de paters van Mill-Hill. Het is overbodig U de noodzaak van zo'n gebouw en in stelling duidelijk te maken daar U allen weet, dat daar, waar mensen zijn geleden en gebeden wordt, zeker in een gebied van negers, die vaak nog niets of bitter weinig van geestelijke en lichamelijke verzorging weten. Naast een kerk en school, die de eerste en voornaamste hulpmiddelen van de missionarissen zijn, hoort dus ook een ziekenhuis. Hoe vaak is er niet een bekering of een doopsel voortgekomen uit een goede verzorging van de gezondheid der mensen in een ziekenhuis? U ziet een ziekenhuis kan zelfs de twee voornaamste doeleinden, lichamelijke en geestelijke gezond heid, helpen bereiken. Denk gedurende deze missie-actie nu eens niet aan al uw eigen zorgen en beslommeringen maar geef spontaan en met gulle hand aan de missie, tot leniging van de nood naar ziel en lichaam van Uw medemensen in Nya-Bondo. Het is nu ongeveer 16 jaren geleden sinds ik op vacantie in Limburg was toen ik de opdracht ontving een nieuwe missie statie te gaan openen bij mijn terugkeer in Oost-Afrika, precies op den evenaar, tegen het grote Victoria-Meer in Kenya. 't Handje vol Christenen die ik er vond hadden mij spoedig een huis in Afrikaanse stijl gebouwd van leem en gras alsmede een kerkje in dezelfde stijl. Een eenzame wilde verweerde vijgenboom, op 't stukje grond ons toegewezen, was een volmaakt voorbeeld van de wildheid der streek en van de zeden der nog heidense bevol king. Na veel moeilijkheden is het ons met de hulp van God mogen gelukken in die streek ons heilig geloof te vestigen en wij hadden het grote geluk een nieuwe Christengemeente van pl.m. 9000 zielen in deze streek te vormen. Wij hebben onze stenen zelf gevormd en gebakken, onze metselaars en timmerlieden onder de negers getraind en een Missie met kerk en scholen opgebouwd. Nu ben ik naar huis gekomen om de fondsen te verzame len voor de Medische verzorging van de negergemeente die wat grootte betreft zo groot is als geheel de provincie Limburg. Het is noodzakelijk, want van iedere 100 kinderen die ik er doop sterven er ongeveer 50 voor ze 1 jaar oud zijn. Tevens moet ik er het verloskundige werk introduceren om de zwakke onder de negervrouwen een faire kans te geven niet bij een bevalling te sterven. Ik heb daarom de bedelstaf ter hand genomen om deze zaak voor het „zwarte" lijdende deel van Christus lichaam in Afrika te doen slagen. 't Geeft er niet toe welke missionaris bedelt en hoe hij het doet, het gaat immers om de verbetering van toestanden in een nog laagstaande gemeenschap in Gods Kerk. Het is een principe van onze sociëteit van Mill-Hill dat het niet geeft wie het werk doet zolang als het werk maar gedaan wordt. Een missionaris wie hij ook is, hij blijft Uw vertegenwoordiger aan het voor front in het Missieland en in zijn eenzaamheid en pogingen om het Gods-Rijk uit te breiden is hij afhankelijk van het gebed en de offers van de gevestige Katholieke gemeenschap in zijn vader land. Wij allen zijn mystieke delen van het lichaam van Christus en zijn niet hiervan te scheiden. Ook de negers zijn hiervan een gedeelte en vragen de hulp van de andere ledenmaten. Wat Uw tegenwoordige zorgen ook zijn, niemand mag zich in zijn eigen kring terugtrekken maar moet zijn aandeel nemen in het werk van God. Dat Venray zich dat heeft gerealiseerd waardeer ik ten zeerste. Moge de poging van de organisatoren slagen en mij een flink stuk op weg helpen om de bouw van een ziekenhuis in mijn missiestatie te verwezelijken. Ik dank U bij voorbaat hartelijk. Father L. BARTELS H Een kort onderhoud met father Bartels is al voldoende om te weten, dat dit de man met de wijde horizon is. Wanneer hij het „gaat en onderricht alle volkeren" verneemt, blijft hij niet rondlopen in de geplaveide straatjes met nette huisjes, annex tuintjes met groene hekjes van zijn geboorteplaats. Father Bartels gaat naar de Afrikaanse wildernis en bewoont een hut, waarvan de lemen wanden niet direct geparfumeerd blijken te zijn. Wanneer hem wordt opgedragen om zonder financiële steun een missiestatie met kerk en school uit de bodem van het oer woud te stampen, blijft father Bartels niet naar zijn lege handen kijken. Zijn handen zijn werkzaam, zijn geest is origineel. De kerk en de school staan er. Beziet men deze prestaties even alleen zakelijk, dan mag men gerust aannemen, dat een Amerikaanse groot-industrieel hierover een well-done zou uitroepen. De Engelse bankier mom pelt een all-right; de Noord-Nederlandse handelsman gromt huml Volgens de ervaring betekenen deze uitingen van door gewinterde zakenlui allemaaldie father kan wat; hij verdient credriet. Father Bartels komt nu wat crediet vragen. Hij heeft een ziekenhuis nodig. Hij vraagt van ons een kleine steun aan geld en hij belooft zelf voor de rest te zullen zorgen. Welnu, de father kan wat, dus hij krijgt onze contanten mee en de rest kunnen wij aan hem overlaten. Hij zal slagen, het ziekenhuis komt er, de verbetering van de medische verzorging in Afrika is zeer nabij. Dit is geen experiment met onze schaarse guldens. Immers de father kan wat. Mogelijk dat sommige het hoofd schudden over zulke zake lijke beschouwingen betreffende de missie. Men ziet een ideaal niet graag verzakelijkt. Accoord 1 Dezulken steunen de bouw van het ziekenhuis alleen om hogere motieven. Maar voor hen zal het toch prettig zijn te wetenFather Bartels kan wat Dr. Mr. F. M. HAVERMANS Voorzitter Werk-comité. BESCHERMHEER Prof. Dr. Th. Rutten, Minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen. ERE-COMITÉ W. Berden, Deken van Venray, Voorzitter Mr. A. H. M. Janssen, Burgemeester van Venray Th. Peters, Lid van Ged. Staten van Limburg Pater Gardiaan van de Paters Franciscanen Pater Rector van het Gymnasium Pater Rector van de Ongeschoeide Carmelieten Broeder Overste van Huize „St. Servatius" Broeder Overste van Huize „St. Pascalis" Bloemen H. J. J., Arts Derksen J., Voorzitter R.K. Middenstandsbond Hombergh v.d. H.. Arts Jong de Sj. J., Chirurg Kortmann H. J. P., Arts Loonen J., Voorzitter Centrale R.K. Boerenorganisatie Peeters W., Voorzitter Centrale R.K. Arbeidersbeweging Rutten J. E. H., Arts Sala H. J. H., oud-dierenarts Veraart J. B. M., Dir.-Geneesheer van „St. Anna" Vercauteren A. F. J. M„ Arts WERK-COMITÉ Dr. Mr. F. Havermans, Voorzitter LEDEN Kapelaan van Leipsig P. Hillebrand A. E. V., Internist Oosterbaan W. H., Arts Mevrouw Ph. Kruijsen-Breukers Bartels Em. L. Nelissen L. A. Opbergen van P., Jzn, Selder W. Steyvers J. door Dr. A. Melchior ex-arts v.d. „Willem Bareutz" Het is op verzoek van myn collega, Dr. Hillebrai)d te Venray-, dat ik zo kort mogelijk een indruk zal proberen te geven van myn reis naar het grote land van Tanganyika, dat zich, oversneden door de evenaar, in Oost Afrika uitstrekt van de In dische Oceaan tot aan de grote meren, die het van de Belgische Congo scheiden. Als niet katholiek ben ik er enige maanden de gast geweest van Bis schop Hilhorst, de Vicaris Apostolicus van Bagamoyo. Hy en zyn Missie paters hebben my in staat gesteld geheel onbevangen, zo na mogelijk kennis te maken met land en volk, vooral met de Waluguru, de nog primitieve bewoners van het Ulugu- rugebergte. Primitieve Waluqurus Het land is er vruchtbaar, warm en uitgestrekt. De Engelsman, die er mandaathouder is, dat is in zuiver Nederlands kindermeisje, laat de zwarte bevolking zoveel mogelyk hun eigen leven in vrijheid leven. Dus meende ik daar te zullen vin den een vry natuurvolk, nog vry wel onberoerd door ons afgetakelde oude Europa, een stoer volk, in zyn oor spronkelijke staat, in een gezegend land. Het behoeft-dan ook geen verwon dering te wekken, dat ik dacht naar een soort van lekker warme heilstaat te zullen reizen, waar de mensen zelfs in deze benarde tijden nog echt gelukkig zouden zijn. Maar als ik ooit in myn leven de plank mis heb geslagen, dan is het zeker ditmaal geweest Inderdaad, het primitieve volk leeft er in een ryk land ongedwon gen en door geen vreemde indringers geknecht. Maar als wij hier door ons moderne bestuursapparaat geregeerd worden, belemmerd door honderde en honderde maatregelen en bedolven onder duizende papieren, dan worden daar de mensen geringeloord, geter roriseerd, gesard op een wyze, die wy zelfs in de Duitse tijd niet heb ben leren kennen. Maar door wie dan zult U vragen. Wel, door hun eigen familie. Door hun ouders, hun grootouders, hun bet-overgrootouders en hun over oud tantes: als die maar cood zyn. Want hun sombere bijgeloof leert hun, dat iedere dode bij de levende mensen terugkeert als geest, als pepo, zoals zy dat noemen. Iedereen is dus omringd door de talloze pepo's van al zyn overleden voorouders. Die zyn altijd in zyn buurt, die zien alles wat hij doet, die horen alles wat hy zegt en wat nog afschuwelijker is, die weten precies wat hy denkt. Nooit is de Uluguru-neger eens vrij, nooit is hy alleen, nooit is hy eens zyn eigen baas. Altijd weet hij zich begluurd en bespied. En laat hy vooral niets doen, wat tegen de regels van de stam, wat tegen de zin van de pepo's is. Want die zyn niet alleen alty'd en overal tegenwoordig, maar ze zijn ook licht geraakt en dadelijk op hun lange tenen getrapt. En als ze boos zyn, nemen ze wraak, op welke manier dan ook. Hoe Wel; als een blindedarmontste king hebt, dan zijn er schadelijke bacteriën in Uw blindedarm, die het buikvlies doet ontsteken, wat U pijn doet. Maar by zo'n neger zit er een verbolgen pepo in zijn buik en die knijpt er wraakgierig in. U heeft likdoorns, maar by een neger is er een geest, die hem by elke stap met een doorn in zyn voeten prikt. Als zyn hut afbrandt, heeft een vertoornde overgrootmoe der hem aangestoken en als zyn geit wegloopt heeft ongetwijfeld een be ledigde dooie voorouder het touw doorgesneden. Alles wat een mens aan beroerdig heid in zyn leven tegenkomt, over komt hem als straf oi uit wraak door de pepo's aangedaan. Nooit zyn die te ontlopen. Je kunt er gemak kelijk een boos maken zonder dat je het zelf wilt of weet. De angst voor de wraak verlaat hen nooit. Hy vergalt hun leven. 't Is hun onbezorgde aard, hun leven van de ene dag op de andere, die hen zo vlot doet lachen en zo graag doet dansen. Hoewel ik het meermalen heb meegemaakt, dat hun lachen eindigt in een mededeling over een woeden de pepo, zodat het de indruk maakte dat ze hun angst proberen weg te lachen. En hun geestdriftig dansen, altyd een ritus, dient ook hoofdzake lijk om de geesten der overledenen te eren, te paaien of om de tuin te eiden. Dus weer die eeuwige vrees, die hun leven verpest door ongeluk, dood en ziekte. Elke dans een ritus En als we dan zien, hoe ziek zo'n vry natuurvolk is en hoe ze zelf zich ongeluk en dood door hun angst en bijgeloof op de hals halen, dan ver- verdwynt ons laatste restje vertrou wen in het sprookje van het vrye gezonde natuurvolk als sneeuw voor d6 tropenzon. 't Begint al by de geboorte. Het is zonder meer voorbarig, om zoals by ons met gelukwensen aan te komen als hot: „moeder en kind zyn gozond" wordt aangekondigd. Want tweelingen, kinderen die met de voetjes het eerst geboren worden, kinderen met een ontkleurde huid of met een tandje ter wereld gekomen, dat allen zyn ongelukskinderen of te wel kigego's en ze worden, om het ongeluk van de stam af te wenden op last van de pepo's zo snel moge lijk vermoord, al werd er ook nog zo naar hun komst verlangd en al zyn 't nog zulke gezonde, lekkere babies. Zeker, onder invloed vooral van de missionarissen worden deze harde wetten tegenwoordig milder. Tweelingen worden niet meer ver moord, maar men doet een keus uit het nest en vermoord er maar één. Een hele vooruitgang ongetwijfeld Maar veel ellende wordt zo toch nog over de mensen gebracht door hun eigen wanbegrip. En dan de zuigelingenvoeding. Een neger is zwart redeneren zy en hoe kan zo'n klein zwak bore- lingske nu ooit sterk en zwart wor den van dunne witte melk Dat bestaat niet. Dus wordt het pasge boren negerkindje vanaf den beginne volgestopt met hetzelfde voedsel, dat vader en moeder, dat broers en zus ters ook eten: met ugali. Kind met maisbri) volstampen Ugali is een dikke zware bry van maïsbloem. De neger eet dat elke dag, jaar in jaar uit. Elke dag tegen zonsondergang eet de neger. Niet vaker dan eens per dag. Maar dan ook, indien hy het krijgen kan, zóveel, dat zyn maag als een ballon aan zyn buik hangt. Maar dat moet hy dan ook wel, als U weet, dat elke man, elke vrouw, elk kind zo vol wurmen zit, dat slechts de helft van zyn dagelijkse maaltijd voor hemzelf is en de andere helft voor de goed bevolkte diergaarde in zyn buik. ftelukkig krijgen de zuigelingen er ook moedermelk by. Als die ten minste „goed" is, want de machtige toverdokter, de mganga moet uit maken, door een klein rood kevertje de kobo, in een napje met moeder melk te werpen. Hy kykt dan welke kant het torretje uitzwemt en daar uit kan hy zogenaamd zion of die melk voor 't kind deugt, ja of neen. En is 't neen, dan krygt het kind de moedermelk doodgewoon niet en voegt het zich by de ontstellende 65 pet. der kinderen, die volgens de officiële regeringscyfers in Tanganyka jong sterven, een aantal dat by ons nog geen drie en een half percent bedraagt 1 Maar als 't kind na een verblyf van anderhalf jaar op moeders rug op de grond wordt gezet, begint de ellende pas voor goed. De kleuter graait met zyn fijne handjes in het zand rond de hut, dat wemelt van de gedroogde wurmeneieren. Net als onze kinderen steken ook daar de kleintjes alles in de mond, zodat ze al heel gauw, precies zo'n ryke wurjnenverzameling in hun darmen hebben als de oudere fami lieleden. Wanneer het even wil ook nog de

Peel en Maas | 1951 | | pagina 3