P WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN kóqiamma Herdenking.... §aat het alleen óm éióóden Samenwoning. „Pleuritis" in de volksmond. De uieceld kónd. De toestand in $ndónet>ii Qveepeinzinqen. Zaterdag 22 October 1949 No. 42 Zeventigste Jaargang Druk en Uitgave Firma van den Munckhof Drukkery Kantoorboekhandel Grootestraat 28 Telefoon K 4780 512 Postrekening 150652 PEEL EN MAAS Advertentiepry' zen op aanvraag verstrekt Abonnementsprijs per kwartaal: voor Venray fl 1.00 buiten Venray fl 1.20 uitsluitend vooruitbet. Herdenkingsmorgen en onthul ling van het nieuwe Monument Om io uur begint in de Parochiekerk van Sint Petrus Banden een plechtige Hoogmis voor de zielerust van al die gene, die bij de oorlogshandelingen en de bevrijding van Venray om het leven zijn gekomen. Voor alle H. Missen zullen in de kom en op de kerk dorpen Herdenkingsspeldjes worden aangeboden. Na de Hoogmis, "binstreeks half 12 begeven zich de na bestaanden en de autoriteiten voorafgegaan door Venray's Harmonie naar het pleintje tegenover huize Poels in de Hofstraat en het publiek wordt verzocht zich hierachter aan te sluiten, zodat in geordend geheel wordt opgetrokken. De uitgang van de Grote Kerk naar het Kerkhof is na de Hoogmis gesloten, zodat iedereen dus de Kerk verlaten moet aan de Marktzijde. Bij het monument aangekomen zal de heer Th. Peters, voorzitter van het Monumenten-comité een kort woord spreken, waarin hij o.m. het monument aan de Gemeente aanbiedt en twee nabestaanden uitnodigt het monument te onthullen. Voor de nabestaanden der oorlogsslachtoffers zyn by het Monument plaatsen gereserveerd. Na de onthulling, waarbij door het Mannenkoor gezongen wordt, zegent de H.E. Heer Deken het monument in, waarna bruidjes uit Kom en kerkdorpen bloemen neer zullen leggen op de treden ,van het monument. De Edelachtb. Heer Burgemeestei zal vervolgens het monument aanvaarden in naam van de Gemeente en tot slot zal Pater Briels een nadere verduidelijking geven van de voorstelling op dit nieuwe monument. Men wordt verzocht Zondag a.s. de vlaggen halfstok te hangen in de gehele gemeente. 12 October j.l. was het vyf jaren geleden, dat de Engelse bommen dood en verderf over onze Gemeente brachten. Als een apotheose op het vernielingswerk der voorafgaande weken, gierden de bommen naar omlaag en vernielden alles, wat in zoveel jaren was opgebouwd. 18 October was het vijf jaren ge leden, dat de eerste Engelsen onze Gemeente binnentrokken, nadat zy in dagen lange gevechten eindelijk een bruggehoofó over de Loobeek gekregen hadden. Vijf jaren is het nu geleden, dat onze mensen in Brabant, België en in Duitsland waren geëvacueerd, ter wijl de regon bleef stromen en de verlaten huizen, donker en kapot, als onderkomen dienden voor de Engelse stoottroepen, die zicli hier voorbereid den voor de laatste slag tegen de overweldiger. Vyf jaren zyn nu voorbijgegaan en wie zich nog even realiseert, hoe het toen was en hoe het nu is, die is er God- dankbaar voor, dat in zo weinig tyd weer zoveel is hersteld. Vooral in materieel opzicht. Maar méér dan driehonderd doden heeft de stryd om Venray gekost en, meer dan driehonderd Venrayse men sen hebben deze verrijzenis van ons dorp niet meer mogen meemaken. De tyd doet veel vergeten, maar juist zulk een jaardag, als wij nu weer houden, brengt weer het oude ver driet by velen naar boven, die een vader of moeder, zoon of broer, doch ter of zuster, vriend of vriendin, verloren hebben. Onze bevrijding is duur betaald, niet alleen door onze eigen mensen, maar ook door onze bevrijders. Honderden jonge kerels zyn geko men, van ver overzee, en zyn hier op de natte peelgrond leeggebloed en rusten nu in ons midden. Zy brach ten een offer, waarvan nog zo weini gen de draagkracht begrijpen. Wy herdenken in deze dagen ook onze jongens en mannen, dié geval len zyn in het verzet, doodgeschoten zyn tussen de linies, doodgemarteld zjin in de concentratiekampen hier of in Duitsland. Wy herdenken allen, zonder wier offer een bevrijding van ons dorp, van onze gemeente en van ons land niet mogelijk scheen. En tenslotte herdenken wij hen, die ge vallen zijn voor een verkeerd ideaal, maar die hun vaderland hebben ge diend en daarvoor zyn gesneuveld. Terwijl anderen de bevrijding van hun gemeenten kunnen vieren in blijdschap en plezier, bidden wy God, dat zy allen, die door en in de stryd om Venray hun leven lieten, mogen rusten in Zijn eeuwige vrede. En wanneer wij dan de dagen van voor vijf jaar weer in onze gedachten terugroepen, wanneer we weer eens extra bidden voor al die doden, dan denken we toch ook weer eens terug aan dat, wat in ons leefde gedurende die verschrikkelijke dagen. Dan ryst weer op dat moment van naasten liefde en van gemeenschapszin, wat onze Venrayse mensen, temidden van verwoesting en verderf, opbouw den. Toen de wereld voor ons dreigde te vergaan kwam de grootheid van onze mensen juist door de hartelijk heid, gemeenschapszin, naastenliefde en eenvoud, schoner als ooit tevoren naar omhoog uit het duistere der tijden. Herdenken doet ook bedenken en bezinnen. Als onze mensen Zondag de Hoogmis by wonen en bij de ont hullingvan het eenvoudige monument aan de kerkhofmuur aanwezig zullen zyn, dan zullen ze zich ook moeten bezinnen op de grootheid en de schoonheid van wat toen leefden onder hen. Zelfverloochening, edel moedigheid, opofferingsgezindheid en naastenliefde hebben toen gebloeid in ongekende mate.... en hoe is het nu? Als we dan a.s. Zondag God bidden voor al onze oorlogsslachtoffers, laten we dan daarnaast God. ook vragen dat weer in ons mogen levendig worden die grote menselijke deugden, die vyf jaren geleden geleefd hebben temidden van puin, verwoesting en dood. Dan zal deze herdenking en deze onthulling voor ons weer een diepe zin hebben en zal ons rijker en sterker maken. En het offer van die talloos velen zal niet tevergeefs gebracht zyn. Is het nog wel de moeite waard te stryden voor een betere wereld, als het Communisme het volk binnen 25 jaar meer brood en spelen kan beloven dau de Westerse" democra- tiën Als het alleen om brood en spelen ging niet, maar er staat meer op het spel. Hoe materialistisch we ook zyn, we beseffen toch allemaal, dat we niet van brood alleen kunnen leven en dat ook de spelen ons leven geen bevredigenden inhoud kunnen geven. Dat we niets zo ongraag missen als onze individuele vrijheid om te denken zoals we willen, om het geloof te belijden, dat tot ons gees telijk en onvervreemdbaar erfgoed behoort. En we willen graag toegeven, dat het communisme als sociaal econo misch systeem door het christelijk goloof kan overkoepeld worden, maar dat dit wel nooit zal gebeuren, om dat de communisten hun leer voor een wereldbeschouwing houden, die by hen de plaats van het vroegere geloof inneemt. Om wille van deze geestelijke vrij heid weten wy ons verplicht te bly ven strijden voor de handhaving van de oude christelyke- waarden, die in toepassing veel van hun luister ver loren hebben, maar die in principe en in kiem niets van hun oude vor mende kracht hebben ingeboet. Wy hebben eenmaal meegemaakt wat geestelijke dwang, geestelijke onzelfstandigheid betekent en willen niet meer het gevaar lopen deze vuurproef nog eens te moeten door staan. We zyn bevryd geworden en weer vrije mensen geworden, die onze eigen dunk hebben over alles wat met het leven hier en hierna maals samenhangt. Zelfs degenen, die alleen maar oog hebben voor de stoffelijke, zichtbare dingen en niets vermoeden van de ongeziene werkelijkheden, die alleen zin en inhoud en betekenis aan het leven geven, moeten we zeggen: gy' staat op een verouderd standpunt, op een standpunt, dat door alle ge leerden reeds lang verlaten is. Gy behoort tot de bemanning van een zinkend schip. Niemand kan leven als hij in de lucht hangt zonder grond onder zijn voeten, zonder een vaste lyn, zonder een groot doel, dat verder reikt dan de korte levensspanne, die ons men sen toebedeeld is. We moeten zekerheden hebben, het geestelijke in ons stelt zijn eisen en wil die ingewilligd zien. Als wij ons bestaan ontleden en we staan tenslotte voor het niets, voor een volkomen leegte, is het wel indruk wekkend, dat we deze leegte existen tialisme kunnen noemen, maar de geest in ons vraagt ander voedsel en die laat zich niet afschepen met surrogaten. Het lichaam is al lang tevreden, wanneer de geest nog blijft vragen, nog blijft hunkeren en zolang de geest niet voldaan en verzadigd is, bly'ft ons hart onrustig, want ons hart vraagt naar brood en niet naar stenen. P. H. RONGEN, O.C.R. Gebruik van keuken. Broer Pieter en zuster Pauline waren beiden getrouwd. Maar de woningnood bracht hen met hun echtgenoten weer in één huis. Pauline woonde beneden. Pieter zat boven en d9 keuken gebruikten ze samen. In die keuken had het treffen plaats, dat hen voor de balie bracht. Midden in de zomer, om precies te zijn op 9 Juli des namiddags circa 19 uur 30 want zo stond het in het procesverbaal wilde Pieter naar de bioscoop. Er draaide een Wild-West film en misschien was hij daardoor al een beetje in een opgewonden stemming. Maar tevoren ging hij nog even zyn handen wassen. Want een mens behoort met schone handen naar de bioscoop te gaan. Nu was Pauline op dat tijdstip net bezig haantjes te plukken in de keuken. Het zou iets geweest zyn voor van Meegeren: de haantjespluk- kende zuster en de handenwassende broeder, maar het werd iets voor de politierechter. „I11 het Wilde Westen gaat dat allemaal heel anders", zei Pieter. „O ja antwoordde Paulina al plukkende. „Daar bouw je een blokhut en dan is een mens vrij. 's Avonds zit je by een knappend kampvuur en met samenwonen heb je er niks te maken." „Ga dan naar het Wilde Westen." „Als ik de kans maar kreeg," zei Pieter en hij wreef nog een beetje zeep op zyn handen. „In ieder geval zou je er niet de kans krygen om de zeep van je zus ter te verknoeien", merkte Pauline op, verwoed aan een haantje ruk kend. „Zoek je soms ruzie, mislukte atoombom kreet Pieter, terwy'l hy in opwinding zyn natte handen langs zyn zondagse pak streek. „Als je maar niet denkt, dat ik bang ben voor zo'n stuk surrogaat cowboy. Je kunt nog niet eens fat soenlijk op een fiets zitten en dan op een paard. Ha, ha Deze laatste klanken werden niet geuit op de toon, die argeloze vro lijkheid aanduidt. Integendeel, zuster Pauline lustte broer Pieter, zoals men dat noemt. Deze sprong op alsof hy het ijzeren gordyn op zyn tenen had gekregen. „Ik zal je schreeuwde hij. Doch zuster Pauline kwam hem halverwege tegemoet en kletste hem met de kale jonge haantjes om de. oren. Briesend greep Pieter de schaal met veren en andere haantjesonder delen en plaatste die .met kracht op Paulines hoofd. De veren stoven rond en weldra leek het geheel veel op de Indiaan se krijgsdans, maar de' vredespijp was ver te zoeken. De verklaringen liepen nog al uit een. Zuster Pauline beweerde, dat zy met gekruiste armen had gestaan gelaten wachtend op hetgeen de broer-cowboy haar zou aandoen. Pieter daarentegen trachtte de rechter diets te maken, dat hy was door gegaan met handen wassen, terwy'l zyn zus hem allerlei blauwe plekken bezorgde. Slechts in één ding stemden beider verklaringen overeen: na afloop zaten de haantjesveren tegen het plafond geplakt. „De keuken is in licht-groenekleur geverfd", voegde het procesverbaal daar ter verduideling aan toe. De rechter kon er niet uitkomen. Ook in een tweede ronde gaven broer en zus elkaar de schuld. Zus zei, dat broer haar had geslagen en dat zy niets had gedaan. Broer beweerde, dat hy hoogstens uitgegleden over haantjesresten en zo tegen zus aan geglibberd kon zyn. Zus vertelde nog, dat broer als kleine jongen al een pik op haar had en broe: zei tenslotte alleen nog maar waardig: „Deze persoon, edel achtbare, is een sadist". Tenslotte werden beiden van mis handeling vrijgesproken. Het wettig bewijs was niet geleverd. Wat Is pleuritis 7 De long is aan de buitenzijde met een vlies bekleed: het binnenste borstvlies. Tegen de binnenzijde van de borstkas ligt ook zulk een vlies: het buitenste borstvlies. Deze beide zogenaamde pleurabladen liggen vrij wel tegen elkander, er tussen bevindt zich een slijm- of geleiachtige massa in een zeer dunne laag, die als gly- stof dient, wanneer de beide borst- vliezen by de ademhaling langs elkander moeten schuiven. Bij een ontsteking van deze vliezen spreekt men van pleuritis. Het begin is meestal een droge pleuritis, waar bij door de patiënt pijn in de zijde by ademhaling wordt gevoeld en waarbij door de onderzoeker bij zuch ten een knarsend geluid kan worden waargenomen. De droge pleuritis is meestal niet van lange duur, tenzij zy in de natte vorm overgaat. In dat geval komt er vochtafscheiding tussen de beide borstvliezen en de hoeveelheid van deze heldergele vloeistof kan zo groot worden, dat de ademhaling er door bemoeilijkt wordt en het hart en de grote bloedvaten naar de andere zijde worden gedrongen. Deze patiënten zyn ernstig ziek en zij kunnen gerui me tyd hoge koorts hebben. Behandeling en vooruitzichten. Dit vocht kan worden afgetapt met een naald, die tussen twee ribben wordt ingebracht, hoeveelheden van 1V, liter zyn daarbij niet zeldzaam. Terwy'l men zich kortgeleden nog op het standpunt stelde, dat men met dit puncteren enigszins terughoudend kon zyn, temeer omdat zich toch telkens weer nieuw vocht tussen de pleurabladen vormt, staan thans meer en meer longartsen op het standpunt, dat alle vocht dient te worden ver wijderd, zulks om de bekende bind weefselvorming en schrompeling na pleuritis tegen te gaan. Het is niet aan my, om hier in deze stelling te nemen. Hoe men hierover ook moge denken het valt niet te betwijfelen, dat lang durige badrust en goede voeding nog steeds de grondslagen vormen in de behandeling van de patiënt met pleuritis. Maar ook in dit opzicht neemt men al weer een actiever stand punt in dan enige tyd geleden. Was het tot voor kort in het geheel niet by zonder, dat men met een pleuritis 9—12 maanden te bed lag, onlangs deelde de geneeskundig leider van een onzer districts consultatiebureaux tot bestrijding der tuberculose my mee, dat de meeste van zyn pleuritis patiënten een halfjaar na het ziek worden met zyn toestemming het werk weer hervatten. Het spreekt echter vanzelf, dat de beslissingen over opstaan en werk hervatten in handen van de arts moeten liggen. De tuberkelbacil is immers zeer vaak de oorzaak van zulk een pleuritis en voorzichtigheid bly'ft geboden. Daar komt nog by, dat voornamelijk jeugdige personen door deze ziekte worden getroffen, die de eventuele lichamelijke consequenties van hun ziek zyn maar te licht over het hoofd zien. CHINA. De reis van de premier van India, Nehroe, naar de jVerenigde Staten, heeft ongetwijfeld betrekking op twee onderwerpen: de houding ten aanzien van het communistische China (dat nu ook in het bezit van Kanton, en dus van de gehele kustlijn is geko men) en de economische hulp der Verenigde Staten aan India. Wat China betreft: de Britse pers dringt aan op spoedige erkenning van het nieuwe bewind iu Peking: ie. om het terrein niet geheel aan de Russen te laten; 2e. om handel te dry ven; 3e. om in ruil voor erkenning van Chinese zyde de belofte te verkrijgen, dat Hongkong en deZuidelyke grenzen (van Indo China en Burma) zullen worden gerespecteerd. In deze zin zal zeker ook Nehroe te Washington hebben bepleit. Om een tegenwicht te vormen tegen het communisme (of dit nu onder Chinesce of Russische leiding staat) is het echter nodig, dat Zuid en Zuidoost Azië wordt versterkt. Voorheen was dit 'gebied min of meer Brits protectoriaat. Maar nu kan Londen noch voldoende kapitalen verschaffen voor de ontsluiting der hulpbronnen, de irrigatie, de industri alisatie enz., noch voor de defensie. Die hulp moet dus komen van de Verenigde Staten. Iets als een Marshall-steun voor Z.O.Azië en een Pacificpact zullen dus nodig zyn. AMERIKA. De moeilykheid is nu wel deze, dat in de eerste plaats de Amerika nen niet gaarne nieuwe milliarden uitgeven, nadat zy in Tsjiang Kaisjek zo zyn teleurgesteld. De twee milliard aan hem besteed, zyn verloren, zyn legers zyn grotendeels overgelopen, het Amerikaanse materiaal bevindt zich in communistische handen. Zyn de andere Aziatische nationa listen betrouwbaarder, d.w.z. m Siam, Burma, Indonesië India wordt nog wel vertrouwd, maar de andere En van de beantwoording van die vraag hangt weer af, hoe de samen werking van Amerika zal zyn met Engeland, Neaerland en Frankrijk, die nauwe banden hebben met de koloniën of gewezen koloniën. Zou Amerika rechtstreeks, buiten de Europesche moederlanden om, in contact treden met de Zuidaziatische nationalisten, dan zou het Europese herstel daardoor zeer worden ver traagd. Ja, West-Europa zou zich, zonder althans een deel van zyn beleggingen en zijn handelsbetrekkingen te red den, niet eens kunnen herstellen. De enige oplossing voor Europa (en zy- delings dus ookf voor Amerika) is materiële en militaire steun te ver lenen aan het Britse gemeentebest, de Franse Unie en de Ned. Indone sische Unie. De laatste twee staan helaas nog op de werf en de onzekerheid schrikt Amerikaanse particuliere beleggers af. Het wordt echter tyd, dat Was hington zyn houding spoedig bepaalt en een vaste lyn volgt: van de sa menwerking met Europa, ook in Azië, hangt de vrede af. FRANKRIJK en DUITSLAND. De Engelse devaluatie is de aan leiding niet de oorzaak gewor den van e6n verkoeling tussen de Britten en de Fransen. De oorzaak ligt dieper. Men verwyt de Britten aan het eigen herstel de samenwer king met het Europa op te offeren. Parijs zoekt nu contact met Rome en Benelux, om eigen contracten te treffen. Dat is jammer, want het West- Europese vasteland kan niet op zich zelf staan, te meer, daar de Franse en Italiaanse vakbeweging onder communistische leiding werken. Stalins boodschap aan de Oostduit- se Sowjetrepubliek heeft bovendien in uitzicht gesteld een Duits Russise samenwerking. Zy is niet onmiddel lijk waarschynlyk Polen en ook de Tsjechen zyn er doodsbang van maar bly ft toch dreigen, vooral indien Westduitsland economische betrek kingen gaat aanknopen met Oost- Europa. Er is alles aan gelegen, dat het West-Europese vasteland, het Britse Gemenebest en Amerika nauw samen werken en niet slechts militair. Alleen de Ver. Staten kunnen aan de Marshall-hulp en aan de militaire steun zu'ke voorwaarden verbinden, dat die samenwerking wordt ver beterd. Een regering van de midden partijen in Frankryk waarmee nu Moch voor het voetlicht is getreden, na Queuille kan zich ook alleen met deze ruggesteun handhaven. Een buitenstaander begrijpt tegen woordig niet goed meer, hoe een en ander in elkaar zit. De ene dag leest hy in de krant dat alles pais en vree is by de Ronde Tafel-Conferentie en de andere dag hoort hy de Sultan van Djocja wanhopig roepen, dat er bliksemsgauw verandering moet komen, wil er geen derde politionele actie komen. De ene dag hoort hy dat er van terugtrekken de£ troepen geen sprake is, terwy'l de volgende dag bekend gemaakt wordt, dat verschillende plaatsen aan de T.N.I. zyn overge geven. Het is buitengewoon moeilijk voor de Nederlanders om iets 7an deze hele geschiedenis te begrijpen, op de allereerste plaats door de zeer ge brekkige voorlichting van den Haag uit en vervolgens door de geheim zinnigheid, die nog steeds hangt om de Ronde Tafel Conferentie zelf. We hebben gezien hoe in de afge lopen weken de onderhandelingen telkens zyn bly ven steken, hoe de oplossing van het schuldenvraagstuk en dat der souvereiniteits-overdracht nog steeds niet zuiver gesteld is, kortom hoe de onderhandelingen zich nog steeds bepaalden tot een loven en bieden. Maar sinds enkele dagen is men weer veel optimistischer ge worden en men meent einde volgen de week concrete feiten aan de Centrale Commissie te kunnen aan bieden, zodat einde November de R.T.C. beëindigd kan worden. Dit optimisme klinkt enigszins zonderling als men van Indonesië uit berichten hoort over oplevende ge vechten in Oost-Java en herhaaldelijke overtredingen van de v. Royen-Rum overeenkomst. Wel hebben we de Hoge Vertegen woordiger van de Kroon voor de eerste maal flink van zich af horen praten op de beschuldigingen van de Sultan van Djocja, dat de Nederlan ders dit natuurlijk weer gedaan hebben en we hebben het wonderbare feit gezien dat Soekarno toen direct in de bres is gesprongen en beloofd heeft persoonlijk deze situatie te zullen klaren. De toestand in Indonesië geeft dus vooral wat Oost-Java betreft niet bepaald hetzelfde optimistische beeld dan elders, waar wij de Nederlandse troepen langzaam zien terug trekken op de grotere plaatsen en de T.NJ. de macht zien overnemen. Ondanks alle republikeinse propa ganda schynen toch nog vele inlan ders het Nederlandse gezag hoger te stellen als het nieuwe Republikein se, reden waarom zy' in grote getale evacueren. Ziet men dus feitelijk een zekere spanning in Indonesië, hier in den Haag is men heel wat optimistischer. Waarschijnlijk zal Amerika weer eens gebromd hebben, dat het zo lang duurt. Amerika schijnt de Indonesi sche kwestie niet meer in de Ver. Naties te willen hebben (wat sommige Indonesische leiders nog graag eens zouden zien) en daarom schynen ook deze de knoop nu maar door te hakken en via de Ronde Tafel-Confe rentie resultaten te bereiken. Wat echter nu de uiteindelijke resultaten zullen zyn, kan men nog moeilijk zeggen, daar men wel weet dat souvereiniteits-overdracht, her stelbetalingen, oude schuld en Nieuw Guinea allen even grote struikel blokken zyn. Het wachten is dus op einde volgende week, dan is het misschien mogely'k meer te zeggen. Regen Na weken en maanden is dan de eerste regen gevallen, alles by elkaar nog een klein en bedroefd beetje. En zie, niet alleen de natuur verandert, maar ook de mensen. Er verveelt schijnbaar niets zo gauw als regen en men kan nog maar moeilijk af scheid nemen van de zon, die ons dit jaar haar licht en warmte zo gul be zorgd heeft. Toch is het herfst, de bladeren gaan weer vallen langzaam schynt de natuur af te scerven. De avonden worden kouder en zo nu en dan gaat de kachel al aan. De dagen van echte huiselijkheid breken weer aan met de feesten van St. Nicolaas en Kerstmis, met de lange avonden by een snorrende kachel en een goed boek. Maar ook avonden, waarop weer veel vergaderd zal worden en plannen gereed gemaakt worden voor het komende jaar. De zon gaat ons zo langzamerhand verlaten, maar ook de komende tyd heeft veel schoons voor de mens, als hy het maar grijpen wil. MONUMENT Zo wordt dan a.s. Zondag een nieuw monument onthuld, ter nagedachtenis van hen, die gevallen zyn by de stryd om Venray. Vlak aan de kerkhofmuur, komt er in Fransö hardsteen het kruis met de verrijzende Christus, als een sym bool van de wederopstanding van onze gevallenen. Vluchtende vrouwen aan de voet van het monument geven de evacuatie weer en de geboeide man stelt de illigaliteit voor. De stervende Engelse soldaten aan de voet van het kruis zyn een laatste hulde aan onze bevrijders. In het monument zyn de namen ingemetseld van allen die gevallen zyn en het is de bedoeling, dat in de loop der jaren nog verschillende toe voegingen by het monument komen. Zo bestaat het plan om aan de ach terzijde van het monument in natuur steen de namen te kappen van de slachtoffers en we kunnen slechts hopen, dat dit zo spoedig mogelijk gebeurd. Het is jammer dat de opzet, die men in den aanvang had om een geheel vrijstaand beeld te maken niet kan worden uitgevoerd, maar men door gebrek aan financiën deze gelukkige oplossing heeft ge vonden. We praten er altyd over dat Venray geen monumenten h6eft, (al vergeten we dan altyd, dat er geen gemeente is te vinden waar zoveel wegkapellen en kruisen, prachtmonumenten zijn van onze voorouders) maar dan moeten wy er wat voor over hebben. En speciaal voor dit monument, dat tot in lengte van dagen getuigenis wil geven van de grote ramp, die Venray eens trof. Wanneer voor de verdere uitbrei ding van dit monument een beroep op het Venrayse publiek gedaan wordt, laat dan ook ieder geven wat hy missen kan. Dit kleine offertje moet er af kunnen als wij onze ge storven mensen waardig willen her denken. VLEES VAN DE BON Waarschijnlijk op 1 of 15 November Het plan bestaat om zeer binnen kort de distributie van vlees op te heffen. De opheffing houdt ten nauw ste verband met de situatie van de rundvee- en vooral ook met die van de varkensstapel en indien men inge wijden geloven mag is deze situatie thans zodanig, dat naar alle waar schijnlijkheid de vleesdistribntie per 1 November of per 15 November zal eindigen. In kringen van ingewijden verwacht men dat binnenkort het definitieve standpunt van de regering, zal worden bekend gemaakt.

Peel en Maas | 1949 | | pagina 1