INDUSTRIALISATIE IN LIMBURG WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Carnaval 1948 ^Judaitatie dee Jeugdcentealc Zaterdag 7 Februari 1948 No. 6 Negen en Zestigste Jaargang Druk en Uitgave Firma van den Munckhof Drukkerij Kantoorboekhandel Grootestraat 28 Telefoon K 4780 512 Postrekening 150652 PEEL EN MAAS Advertentieprijzen op aanvraag verstrekt Abonnementsprijs per kwartaal: voor Venray fl 1.G0 buiten Venray fl 1.20 uitsluitend vooruitbet. K.A.B-man W. MULDERS sprak over de noodzaak en de voor- en nadelen van Industrialisatie Vrijdagavond vond in het Luxor- Theater de 3e ontwikkelingsavond plaats van de Katholieke Arbeiders beweging in Venray. De heer W. Mulders uit Heerlen, die hiervoor het woord voerde, vond een aandachtig gehoor, wat niet in het minst te wijten was aan het be langrijk onderwerp als wel aan de duidelijke manier waarop spreker deze aangelegenheid behandelde. Waarom Industrialisatie Als eerste noodzaak van indus trialisatie noemde spreker de slechte vooruitzichten van de land- en tuin bouwers in hun bedrijven. Hun pro ducten die vroeger grotendeels uit gevoerd werden naar Duitsland en andere landen moeten nu voornamelijk in eigen land verkocht worden, aan gezien de uitvoer sterk verminderd is of geheel stop gezet werd. Ook voor de jonge land- en tuin bouwers zyn de bestaansmogelijk heden sterk verminderd door gebrek aan bouwgrond. Verder zoekt de sterke bevolkingsaanwas van Neder land een bestaansmogelijkheid. Alleen al in Limburg is jaarlijks een geboorteoverschot van 10.000 personen. En vganneer we dan nog rekening houden met vestigingen elders uit Nederland, dan blijkt toch wel, dat industrialisatie noodzakelijk is. De ontginningen welke momenteel worden toegepast, of nog toegepast zullen worden, kunnen daaraan niets veranderen. Waar industrie-vestiging Allereerst zal, om bovengenoemde redenen, de bestaande industrie uit gebreid moeten worden, waarnaast vestiging van nieuwe industrie. Deze nieuwe industrie-vestigingen kunnen niet zonder meer plaats vinden. Als voornaamste punt geldt hier de verspreide vestiging. Het is zowel voor werkgever als werknemer oneconomisch en onsociaal wanneer veel fabrieken in 1 plaats gevestigd zyn. Daardoor moeten n.l. arbeiders van het platteland worden aangevoerd. Behalve de reiskosten, voor den arbeider hieraan verbonden, ontstaat een gevaar voor het gezin, wyl de vader 's morgens vroeg-weg moet en 's avonds laat eerst thuis komt. Hy kan daardoor onmogelijk geheel met het gezin meeleven. Natuurlyk kan de arbeider zich wel in de stad gaan vestigen, doch dan ontstaan wantoestanden en ge varen door samenwoning en verschil in mentaliteit van stad- en platte landsbevolking. Alleen hierom moe ten al fabrieken komen in betrek kelijk veel plaatsen. Onnodig te zeggen, dat elkè fabrieks arbeid lonend moet zyn, zodat dè arbeider en z'n gezin goede bestaans mogelijkheid hebben. Welke industrien In Zuid-Limburg waar de industrie verder doorgevoerd is, heeft men er varingen opgedaan met textielfa brieken en filialen van Philips. Beide geven echter voornamelijk aan vrouwen arbeid. Enerzijds is deze arbeid te aanvaarden, anderzijds sterk af te keuren. Hierop komen wij nog nader terug, doch willen hier reeds voorop stellen, dat het niet zo moet zijn, dat over 15 jaar de vrouw in de fabriek gaat werken en de man, zonder werk, thuis het huishouden doet. Zowel gemeentelijke overheid als sociale en politieke instellingen zijn verantwoordelijk voor vestiging van de juiste industrie. Aan de pers is het om deze actie te stimuleren door aanwijzen van objecten en mogelijk heden. In zeer vele industriecentra, in binnen- en buitenland, is de morele ellende onder de arbeiders verschrikkelijk, Dit vindt zijn oorzaak zowel in-op eenhoping van industrie als door de minder passende arbeid die er ver richt -moet worden. De stands- en vakorganisaties moeten verhinderen, dat genoemde ellende ook hier kan ontstaan. Dat het voorkomen kan worden, bewijst Limburgse Mijnindustrie. Dank zij Dr Poels e.c., werden hier prachtige maatregelen getroffen op godsdienstig-, sociaal en cultureel- gebied. Natuurlijk zijn er ook in het myngebied personen die de verkeerde kant op gaan, doch de kern is abso luut goed. Nadelen van industrie Wellicht zijn er die menen, dat de nadelen verbonden aan de industrie groter zijn dan de voordelen, ja zelfs wijzen op vernietiging van natuur schoon en plattelandssfeer. Dit laatste is inderdaad waar, doch kan veel voorkomen worden. In ieder gevalin de Limburgse mijnen werken momenteel 10.000 geboren en getogen Limburgers, wat zouden die voor werk verrichten in dien er geen industrie, geen mijnen waren. Wellicht 's zomers in Duits land werken, in de herfst thuis wat prutsen en 's winters niets doen dan thuis achter de kachel zitten. En wat zullen over een 10-tal jaren die andere duizenden en duizenden Limburgers doen, die nu nog naai school gaan, maar toch uiteindelijk moeten gaan verdienen Voor hen moet de industrie een werkgelegenheid zijn, onverschillig of dit als werkman, bedrijfsleider of kantoorbediende is. Voorbereiding op de komende industrialisatie Elke plaats moet voorbereid worden op de komende veranderingen die zullen plaats vinden door de indus trievestigingen, o.a. door vorming van een kader die leiding kan geven en opbouwend werk kan verrichten. Het is een voorname taak, dat in iodere plaats bekwame krachten ge kweekt worden, zodat leiding en toe zicht en ook de administratie kan rusten op personen uit de plaats zelf. Een M.T.S. in Noord-Limburg is absoluut geen overdreven eis. even min een Technische Hogeschool in Zuid-Limburg. Studiegelegenheid is voor het vormen van goede tech nische krachten onontbeerlijk. Jaren voor de oorlog berustten de verantwoordelyke baantjes by de Limburgse mijnen in handen van mensen van boven de Moerdyk. Ook nu nog komen ze daar eigen, goede krachten te kort. Iedere jongen, die daartoe begaafd is, moet studiegelegenheid geboden worden, ook de arbeiderszoon. Geen studie omdat men handwerkman wil worden, maar omdat men zyn capaci teiten wil ontplooien. In Rotterdam b.v, schijnt men be paald tegen handenarbeid te zyn. De H.B.S. en M.U.L.O. puilen daar uit van de leerlingen, terwijl de am bachtsscholen leeg zijn. Die niet kunnen studeren moeten er hun energie niet aan verprutsen Beter een goede vakman, dan een slechte rechtsgeleerde. Vrouwenarbeid door de gehuwde vrouw Bij vrouwenarbeid onderscheiden we twee groepen, n.l. arbeid van de gehuwde vrouw en arbeid van de on gehuwde vrouw of meisje. De liberale economie bracht moderne groot-industrie en daarmee tevens de fabrieksarbeid van de gehuwde vrouw. De katholieken in het algemeen staan op het standpunt, dat de ge huwde vrouw in het gezin thuis hoort en niet in de fabriek, zeer bij zondere omstandigheden daargelaten. De natuurlijke taak van de vrouw is gezinsverzorgster. Zy heeft haar aan dacht daar geheel voor nodig en moet die niet behoeven te verdelen met de fabriekswerkzaamheden. Ontwrichting van het gezin, uit huizigheid .van man en kinderen; toename van kindersterfte zyn alle maal gevolgen van de fabrieksarbeid van de gehuwde vrouw. Het zedelijk peil wordt omlaag gehaald en het schaamtegevoel over boord gegooid. Stellen we ons slechts een vrouw in gezegende staat voor, die werkt in een fabriek. Stel U de op- en aan merkingen voor, die daarover gemaakt worden door medearbeiders en waar bij geen aandacht geschonken wordt aan aanwezige jongens of meisjes De arbeid van de gehuwde vrouw in de fabrieken moeten we daarom met alle kracht weren. De oorzaken die deze arbeid nood zakelijk maken moeten we wegnemen en, dat is voornamelijk het slecht be taalde' werk van de arbeider, Van de man of vader. Trouwens het geld, aan de ene kant verdiend door de vrouw, wordt aan de andere kant door uithuizigheid weer uitgegeven. Financieel voordeel is meestal het laatste resultaat. Het communistische Rusland pro pageert vrouwenarbeid in d6 industrie. Volgens die propaganda zou de vrouw daardoor een beter inzicht krijgen in de klassenstryd doch het eigenlijke doel is het loonpeil te drukken, Om deze reden worden ook in de groot industrie vrouwen tewerk gesteld. In het onlangs verschenen boek „Ik verkoos de vrijheid", van Victor Kravchenko, wordt o.m. een duidelijk beeld gegeven van de vrouwenarbeid en de gevolgen daarvan. Ook economische noodzaak mag geen reden zijn van arbeid door de gehuwde vrouw. Liever de econo mische opbouw langzamer dan de zedelijke en morele gevaren vergroten. Fabrieksarbeid^ dooi de ongehuwde vrouw of meisje Hier staan de zaken enigszins anders. De ongehuwde vrouw heeft evenzeer recht om zelfstandig voor haar eigen levensonderhoud te zorgen. Tegen haar arbeid bestaat dan ook geen principieel bezwaar, tenminste, wanneer redelijke onpassende arbeid verricht wordt, dit in haar persoonlijk en in het algemoen belang. Het algemeen b6lang eist voor haai en het meisje arbeid, die door aard of omstandigheden niet mogen tegen werken of haar ongeschikt maken voor haar toekomstige staat als echt genote en moeder. Het zou daarom te wensen zyn, dat geen meisjes in de fabriek werden toegelaten die niet reeds enige jaren in het huishouden hebben gewerkt. Dit zou tevens het dienstbode vraagstuk grotendeels uit de weg ruimen. Voor de ongehuwd blijvende vrouw is passende arbeid een vereiste, die het mogelijk maakt haar werk te verrichten zonder door ledigheid te /worden afgeleid. Ondanke dat er geen principiöle bezwaren bestaan voor fabrieksarbeid door meisjes, blijkt door gehouden enquêtes dat er grote nadelen aan verbonden zyn. 1. Zij ontvangen geen opleiding voor huisvrouw, wat prettige ver wachtingen inhoudt voor hun toekomstige echtgenoot; 2. Bederfelijke invloed op de aard van het meisje. Elke fabriek brengt morele en zedelijke ge varen, ook voor Uw meisje; 3. Gebrek aan gezinshulp. Iedere huismoeder, uit groot of klein gezin, kan U daarover inlichten de meisjes gaan naar de fabriek Om deze redenen zou men fabrieks arbeid 'door meisjes radicaal moeten verbieden, doch dit is onmogelijk. Rest ons daarom slechts het weg nemen of verhinderen van de de oor zaken die de meisjes naar de fabriek doen gaan. Naast een tekort met vaders loon is hier vooral als oorzaak te noemen, de zucht naar j-oyaler leven, korter werktijd en afkeer van dienen. Van dit laatste zijn vooral de moeders veel schuld. Wellicht werden zij vroeger zelf als dienstbode afgebeuld of niet gerespecteerd, wel werken voor een gezin, doch leven als een vreemde in dat gezin. Wellicht kenden zy de zedelijke gevaren waaraan inwonende dienstboden bloot stonden. Inderdaad, deze wantoestanden bestonden, misschien hier of daar nog. Maar denkt U, dat er op de fabriek zoiets niet voorkomt Zelfs na werktyd blijven deze ge varen bestaan, denkt U maar eens aan de diverse afspraakjes. Al met al hebben de ouders hulp nodig van overheid en organisaties, die zorgen vooreen goed geleide jeugdorganisatie; minstens een halve dag per week zedelijke en huis houdelijke voorlichting. De meisjes van vandaag zyn toch de huismoeders van morgen Het zal een ieder duidelijk zyn, dat by vestiging en keuze van industrie aan de vrouwenarbeid een aparte en intensieve beschouwing gewijd moet worden. Nogmaals, de taak van de vrouw en het meisje is,, zeer bijzondere om standigheden buiten beschouwing latende, in het huishouden I Laten de lonen en sociale omstan digheden in de komende industriezo zyn, dat de man en vader geheel voor zijn gezin kan zorgen en dit is de taak van stands- en vakorganisaties. Dan behoeft industrie geen pest, maar een zegen voor de maatschappij zijn! Tot zover ons verslag over de spreektbeurt van de heer W. Mulders, in het kader van Ontwikkelings- a zonden te geven door de K.A.B. afd. Venray. Het moet ons nog van het hart, dat de ontwikkelingsavonden van en door de arbeiders, niet zo byster goed bezocht worden. Vrydag j.l. telden wy b.v. amper 110 bezoekers, inclusief dames, van de ruim 800 leden. Blijkbaar is de rest niet overtuigd van de noodzaak van deze ontwikkelingsavonden. Mogen zy spoedig tot een beter in zicht komen, vereniging en sprekers zyn het beslist waard. BEKENDMAKING Openbare vermakelijkheden op de Carnavalsdagen. De Burgemeesters der gemeente Venray brengt ter algemeen kennis, dat door hem de navolgende regeling voor de openbare vermakelijkheden gedurende de a.s. Carnavalsdagen is getroffen. Carnavals-Zondag 8 Fcbrnari 1948 Sluitingsuur in de gehele gemeente 12 uur namiddag. Het maken van muziek en het houden van voordrachten moet op 8 Februari a.s. een half uur vóór het sluitingsuur, derhalve om 11.30 nam. worden gestaakt. Carnavals-Maandag en Dinsdag 9 en 10 Februari Sluitingsuur tapperijen en drlnkge- legenheden. Carnavals-Maandag in Venray-Kom 12.30 n.m., buiten Venray-Kom 12 uur namiddag. Carnavals-Dinsdag in de gehele gemeente 11.30 n.m. Dansen Carnavals-Maandag in Venray-Kom van 5—10.30 uur n.m., buiten Venray- Kom van 5—9.30 uur n.m. Carnavals-Dinsdag in de gehele ge meente van 10—12 uur vm. in Ven ray-Kom van 5—10.30 n.m., buiten Venray—Kom van 5—9.30 uur nm. Strykmnzitk. In de gehele gemeente mag strjjk- muziek (geen dansrpuziek) gemaakt worden tot een half uur vöör het sluitingsuur. Voordrachten. In de gehele ee meento mogen voordrachten worden gehouden tot een half uur vóór hpt sluitingsuur. Vergunningen. De aanvragen ter verkryging van vergunning voor het houden van bal, strykmuziek en of voordrachten op 8, 9 en 10 Februari a.s. moeten de laatsten onder over legging van-de tekst der te houden voordrachten by de Burgemeester worden ingediend. BELASTING. Door de houder van een der bovenvermelde vergunningen is belasting verschuldigd overeen komstig het dienaangaande bepaalde in de verordening, regelende de hef fing en de invordering ener belasting op toneelvertoningen en andere ver makelijkheden in de gemeente Ven ray. Belanghebbenden worden nog speciaal gewezen op de navolgende bepaling van de hiervoor genoemde belastingverordening, welke luidt: „Ieder, die voornemens is een ver-, makelykheid te geven of te doen plaats hebben, moet van dit voor nemen, eventueel onder overlegging van de daartoe door de bevoegde macht verleende vergunning, ten minste drie maal 24 uren te voren aangifte doen tor Secretarie, zulks door invulling en ondertekening van een daartoe kosteloos verkrijgbaar formulier." De belasting moet worden voldaan op Zaterdag 7 Februari a.s. ten kan tore van do gemeente-ontvanger, ^larktstr. 10 van 9—12 uur vm. De kwitantie moet op verzoek ter stond aan de politie worden vertoond. Aan een en ander dient streng de hand te worden gehouden. Venray, 29 Januari 1948. Openstelling Gemeentebureaux Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter openbare kennis dat op Maandag 9 en Dinsdag 10 Febr. a.s. de gemeente-secretarie, het kantoor van de gemeente-ontvanger en het kantoor van gemeentewerken uitsluitend geopend zyn van 10—12 uur, terwyl het bureau van de vlees keuringsdienst van 9-10 geopend is. Venray, 29 Januari 1948. Dringende uitnodiging. De Burgemeester van Venray ver zoekt de ingezetenen met de meeste aandrang hun algeheie medewerking te willen verlenen, om alle wanor delijkheden en drankmisbruik tydens de Carnavalsdagen te voorkomen en aan de kasteleins op Carnax als-Maan dag en Dinsdag na drie uur namid dag tot tien 's avonds geen sterke drank te vragen. De vergunninghouders verzoekt hy op Carnavals-Maandag en Dinsdag, vanaf drie tot tien uur n.m. geen sterke drank aan het publiek te schenken. Aan ouders en verzorgers richt by in hun eigen belang en dat hunner kinderen de dringende uitnodiging mede te zorgen, dat de hand wordt gehouden aan het verbod van bezoe ken van avondvermakelijkheden door kinderen, voor zover daarvan geen ontheffing is verleend. Dit verbod is in het belang der ouders en de kin- derei. zelf vastgesteld. Venray, 29 Januari 1948. AFWIJKING van artikel 144 der Algemene Poli tieverordening, houdende verbod tot het bezoeken van avondvermakelijk heden door jeugdige personen gedu rende de Carnavalsdagen. De Burgemeester van Venray brengt ter algemene kennis, dat door hen ingevolge het bepaalde* bij art. 144 der Alg. Politieverordening de navol gende ontheffing wordt verleend aan bestuurders of beheerders van een inrichting waar voor het publiek toe gankelijke vermakelijkheden, andere dan dansen, worden gegeven, om ge durende de Carnavalsdagen in deze inrichtingen na des avonds negen uur toe te laten of te laten verblij ven personen beneden de leeftyd van 18 jaar. Het bezoeken van de inrichtingen, waar vergunning is verleend voor 't maker, van muziek, door personen beneden de 18jarige leeftyd is in begeleiding van ouders, voogden, meerderjarige broers of zusters toe gestaan. Kinderen beneden de 18jarige leef tijd, welke zich in een der inrichtin gen of lokalen als bedoeld na 9 uur des avonds bevinden, anders dan be geleid doer ouders, voogden of meer derjarige broers of zusters, worden daaruit door de politie verwijderd en tegen lien zal procesverbaal worden opgemaakt. Gedurende de tijd, dat er vergun ning is gegeven tot dansen, mogen kinderen beneden 18 jaar de inrich tingen waar gedanst wordt, niet be zoeken, ook niet indien zy onder geleide zyn. Venray, 29 Januari 1948. Houders van dansmuziek. De Burgemeester van Venray brengt ter openbare kennis van degenen, die op hunne aanvraag verlof tot het houden van dansmuziek hebben be komen, dat zy verplicht zyn deze muziek op het dnor hen bepaalde uur, zijnde voor de kom Venray 10.30 uur nm. en voor de overige gedeelten der gemeente 9.30 uurnm. behoudens intrekking of wijziging zijnerzijds, stipt te doen eindigen. Door de politie wordt niet gewaar schuwd en van hen, die na gesloten ty'd hun inrichtingen nog voor dans muziek geopond hebben, zal proces verbaal worden opgemaakt en even tueel zal hun vergunning worden ingetrokken. Op de vergunningen is de tijd waarop de dansmuziek moet eindigen, vermeld, zijnde 10.30 uur, respectievely'k 9.30 nm. Aan het verbod voor de onderne mers om personen beneden 18jarige leeftyd toe te laten en aar het ver bod voor personen beneden 18jarige leeftyd om deze inrichting binnen te gaan of daarin te verblijven, zal zeer streng de hand worden gehouden. De dansmuziekhouderszyn verplicht met duidelijke op minstens 3 meter afstand leesbare letters aan de ingang en in de tent of zaal te vermelden, dat de toegang voor personen beneden 18 jaar -is vejboden. Bij overtreding zal zowel tegen de vergunninghouder als tegen de be zoekers procesverbaal worden opge maakt en degenen, die zich hieraan schuldig maken, zullen bovendien onmiddellijk door de politie worden verwijderd. Bovendien zal de dansge legenheid worden gesloten. Venray, 29 Januari 1948 Bekendmaking. De Burgemeester van Venray maakt bekend, dat' door 'hem ingevolge het bepaalde by art. 127 sub b der Alg. Politieverordening, der gemeent6 Venray, aan de houders der in de art. 121, 135 en 137 van genoemde verordening bedoelde inrichtingen of plaatsen, geen danstenten zijnde, toe stemming wordt verleend om op Zondag 8, Maandag 9 en Dinsdag 10 Febr. a.s- aldaar hun vrouwelijk per soneel gedurende de uitoefening van het bedrijf dienst te laten doen of door of vanwege de houder aanwezig te doen zyn onder voorwaarde, dat de vrouwelijke bedienden de leeftyd van 16 jaren hebben bereikt en van on besproken levenswandel zijn. Venray, 29 Januari 1948 BEKENDMAKING De Burgemeester van Venray ves tigt met het oog op de a.s. Carnaval bij deze nogmaals de aandacht op het bepaalde by de artikelen 25 en 89 sub a der Algemene Politiever ordening Venray, luidende „Behoudens het bepaalde in artiKel 56, sub le van het Provinciaal Wegen- reglement, is het verboden, op of aan de openbare weg of op zodanige af stand daarvan, dat de gebruikers van de weg er gevaar schade of hinde van kunnen hebben, zonder vergun ning van Burgemeester en Wet houders, tenzy krachtens wettelijke bevoegdheden, kamers, kattekoppen of donderbussen af to schieten, met een vuurwapen, windbuks, windroer of dergelijk wapen te schieten, vuur werk af te steken of voetzoekers of dergelijke ontplofbare stoffen te wor pen, te ontsteken of af te schieten". „Het is verboden" a. aan kinderen beneden 16 jaren buskruit of vuurwerk te verkopen of af te geven. Op een en ander zal nauwkeurig zicht worden uitgeoefend en by over treding proces verbaal worden opge maakt. Yerbod vermomming. De Burgemeester van Venray brengt ter algemene kennis, dat betreffende de vermomming en hot zich verkleed vet tonen in het openbaar het navol gende Alg. Politieverordening der gemeente Venray is bepaald. ART. 107. Het is verboden, zich in het openbaar te vertonen, verkleed als persoon van een andere sekse, als geestelijke of lid van een geestelijke orde of als bedienaar van enige geestelijke orde of als bedienaar van enige godsdienst, als overheidspersoon of als militair, behoudens indien bij optochten of by openbare feesten of uitvoeringen daarvoor vergunning van de Burgemeester is verkregen. ART. 108. Het is verboden, zich in het openbaar te vertonen, het aange zicht geheel of gedeeltelijk met oen masker bedekt of op enigerlei andere wijze onkenbaar gemaakt, tenzij met vergunning van de Burgemeester. Van het verbod in art. 107 en 108 voornoemd, wordt alleen ontheffing verleend voor zover het betreft per sonen, die op Carnavals-Maandag en Dinsdag aan de optocht deelnemen, gedurende het deelnomen aan de optocht, waaronder wordt begrepen het zich begeven van huis (vereni gingsgebouw) naar de opstellmgs- plaats en van de ontbindingsplaats naar huis (verenigingsgebouw). Het publiek wordt ernstig gewaar schuwd tegen overtreding van het verbod van de art. 107 en 108 der Alg. Politieverordening en wordj, er opmerkzaam op gemaakt, dat dit verbod ook van toepassing is in drank lokalen, dansinrichtingen en andere plaatsen waar openbare vermakelijk heden worden gegeven. Aan de politie is opdracht gegeven ten strengste toe te zien op de na leving van bovenstaande verbodsbe palingen. Samenwerking ook hier weer de grote motor Men kan nu niet bepaald zeggen, dat onze jeugd eerlijk en open door het leven gaat. De vier oorlogsjaren hebben toe gestaan, wat anders streng verboden zou zyn geweest. Evacuatie en terug keer hebben de zo noodzakelijke tucht nog meer doen verslappen en nu de wereld weer moet worden opgebouwd, is er een grote rem; een jeu^d, die, losgeslagen, haar plaats niet kan en wil terug vinden. Nu zou deze geweldige verwildering spoedig tot staan zyn gebracht, indien wy hier een gelegenheid en plaats hadden, waar de jeugd in spel en op leiding werd opgevoed. Doch we leven hier in het verwoeste gebied en het oude Patronaat is niet meer. Hier moet een oplossing gevonden worden. De diverse jeugdverenigingen afzonderlijk zijn daartoe niet instaat. Hier zal dus gezamenlijk moeten worden opgetreden. Daartoe was Vrydag j.l. in Hotel Gitzeis een vergadering bijeengeroepen waarop de Hoogeerw. Heer Deken, de Jeugdcentiale installeerde. In zyn inleidend woord wees de Hoogeerw. Heer Deken, nog eens op de verwildering der opgroeidende jeugd en drukte er zyn spyt over uit, dat de parochiegeestelykheid door hun drukke werkzaamheden 't jeugd werk niet die aandacht kon geven, die het nodig heeft. Spreker deed een dringend beroep op de ouders om hun volle medewerking, daar zy toch zelf de verschrikkelijke gevolgen van hun nalatigheid kunnen zien. De jeugd hier heeft het wel bij zonder slecht getroffen, we zijn ons patronaat kwyt, de Maas geeft geen behoorlijke zwemgelegenheid, waar door en tevens ook door hei zonne baden onverantwoordelijke dingen ge beuren. In het verleden is door de Patronaats-comraissie goed werk ver richt. Na de bevrijding heeft Pater Artemius een commissie ingesteld, die een begiD gemaakt heeft en r.ii wordt deze Jeugdcentrale geinstal- leerd. Laten wy bidden, dat het dezo centrale gegeven mag zyn, de jeugd4 en daarmede de opbouw van ons land in goede banen te brengen. Jeugd-centrale Dr Veraart, gaf vervolgens in zyn rede het ontstaan en het doel der jeugdbeweging aan. De jeugd-zorg is niet alleen een plicht voor de ouders, maar ook voor de Kerk, daar 't kind geboren wordt voor de eeuwigheid. Du stoffelijke en ook de morele verwoesting van ons land en onze gemeente, heeft ook op jeugd haar weerslag gehad en is het ergste voor onze jeugd. Deze moet geholpen worden. Wat is daarvoor do beste manier. Eerst moet er een wapenschouw gehouden worden, welke organen er hier zorgen voor de jeugd. Hoeveel zyn er, hoe groot zyn ze en hoe werken zy s Dan moot er een plan komen, want er zyn verenigingen die zyn inge dommeld, deze moeten weer wakker geschud worden. Er zyn er wier activiteit door allerlei oorzaken geremd wordt, zy moeten weer voortgeholpen worden. Dan zyn er' organisaties wier pro gramma lacunes vertonen, daar moet dan wat nieuws komen. Tenslotte en dit is wel het voor naamste moet er samenwerking komen, een algemeen orgaan, dat dit plan opstelt, die wapenschouw houdt en de algemene belangen behartigd. Hierin moeten arbeiders, boeron- middenstanders, Venray Vooruit, A.R.K.A., de onderwijskrachten, zowel van meisjes en jongens, in vertegen woordigd zijn. En dat orgaan moet een sterkere activiteic ontplooien. Wat stelt zij zich voor? Op de eerste plaats de wapen schouw to houden en plannen voor de toekomst te maken. Op de tweede plaats zo spoedig mogelijk te komen tot de bouw van een Jeugdhuis, of hoe men het ook noemen wil. De plannen zyn reeds gemaakt. Vader Bisschop heeft ze in orde bevonden en Den Haag heeft men kunnen overtuigen van de dringende noodzakelijkheid van deze bouw. Het aantal leiders is veel te klein en de kwaliteit moet ook opgevoerd worden. Alweer een taak voor de centrale. De verhouding tot de jeugdverenigingen Deze verhouding wordt vastgesteld door het hoofd van de parochie. De jeugdverenigingen behouden hun volledige zelfstandigheid en zü kunnen vertrouwen op de welwillendo hulp van de centrale. De verenigingen worden slechts vriendelijk verzocht de centrale op de hoogte te houden van alle bijeenkomsten van bestuur en leden en een vertegenwoordiger der centi ale als belangstellende op dio vergaderingen toe te laten, wanneer dat gevraagd wordt. Verder moeten do jeugdvereni gingen alle gewenste inliclitingon geven en de adviezen der centrale ernstig in overweging nemen.

Peel en Maas | 1948 | | pagina 1