TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
doetje goed.!
De grens over
en weer.
FEUILLETON.
De foren waakf
Uit den Raad.
Zaterdag 13 April 1940
Een en Zestigste Jaargang No 15
De nieuwe Duitsche grensbe
palingen hebben voor plaatsen als
Kerkrade en Vaals al heel bij
zondere moeilijkheden.
Deze twee toch loopen als be
bouwde en bevolkte kom, letter
lijk onmiddellijk tot aan de grens,
in „betere tijden" was 't verkeer,
't onderlinge verkeer aan weers
zijden, dan ook zeer ongedwon
gen. Een stadje als Vaals bijv.
om bij deze zuiderbuur te blijven
leefde van een stad als Aken.
Voor de Akenaars was deze
Nederlandsche grensplaats een
geliefd uitgaans- en ontspannings
oord, waarvan de vele groote
gebouwen en hotels nog getui
gen.
Aan dat floreerende contact is
een einde gekomen, maar alle
verkeer, ook voor de tegenwoor
dige afsluiting, was nooit geheel
van de baan.
Een der tegenwoordige moei
lijkheden blijkt uit het feit, dat
inwoners van het Vaalser kwar
tier, wat Duitsch gebied is, in
Vaals ter ketke ging, in de kapel
der Duitsche paters Redemptoris
ten in Vaals dus van welke
één, dus van Nederland uit, was
belast door het Akensche diocees,
met de zielzorg in het Vaalser
kwartier.
Practisch is dit nog zoo.
De Duitsche kinderen van het
Vaalser kwartier zouden zooals
gewoonlijk ook dit jaar hun le
H. Communie doen in Vaals,
waartoe zij werden voorbereid
door genoemden pater. Midden
onder die voorbereiding kwam
de grensafsluiting en de kinderen
vierden nu de plechtigheid van
hun eerste H. Communie bij de
Capucijnenpaters in de kapel van
het Akensche Friedhof.
De Nederlandsche familie en
vrienden en bekenden ondervon
den hiervan dit keer de moei
lijkheden van de grensafsluiting.
Evenwel de Vaalsenaren of te
Vaals woonachtigen, die bijtijds
aanvroegen, hebben van de Duit-
schers gelegenheid gekregen toch
over de grens te gaan.
De Msb. vernam nog, dat in
het algemeen door de Duitsche
autoriteiten alle moeite is gedaan
om in Berlijn rekening te doen
houden met de uitzonderlijke
grenstoestanden aan dit deeltje
van Nederland-Duitschland, maar
er kon niet aan worden voldaan.
Tot nu toe tenminste.
Afgezien van dit laatste zij het
gerucht vermeld, dat met Mei a.s.
nieuwe en meer soepele bepa
lingen van kracht zouden worden
maar wij moeten dit gerucht
laten voor wat het is. De ver
wezenlijking lijkt vooralsnog zeer
onwaarschijnlijk.
Met dit alde grensafsluiting
is en blijft voor velen lastig, zeer
lastig. Ook voor tal van Duit-
schers zelf. Men schikt zich er
natuurlijk, moef zich wel schik
ken, maar zal zielsblij zijn als
Roman uit het Venraysche land
door Gerard Lemmens.
18.
In alles en met alles moet het
van een verstandige en van een op
bouwende strekking zijn. Geen afbre
ken, geen stukslaan, en dan de stukke
boel neergooien met een bizarre en
hatende dreiging erbij, en er wijdbeens
bij gaan staan, en zeggenziezo En
op het werk ook geen dingen doen,
die het werk schaden. Saboteren, als
ik het zo wil noemen. Nee, dat niet.
Afijn, zo is het met hem gegaan. Hij
heeft zich ongetwijfeld laten drijven.
Maar aanhang had ie zowat niet, we
hebben het gezien. Zo is het met hem
gegaan op het werk, en we zien het
niet alleen op dit gebied. En... ge weet
het, Jukkel is gebleken een eigen
aardig, 'n werkelijk koppig iemand te
zijn. Alles staat bij hem op een punt
de werkgever, de heer, de priester is
een verdoemelijk kapitalist of hand
langer ervan. Maar kom, wat wijd ik
me ntf daarover uit 1 Jukkel was on
bruikbaar op het werk geworden, vol
strekt onbruikbaar hij stond geheel
onder geïmporteerde invloed, die de
goede gang van zaken op het werk
scha deed. Hij stuurde daarheen. Ik
moest hem daarover onder handen
nemen En ge weet, welke harde
woorden en welke beledigende woor
den daar zijn gevallen tegen mij. Ik
moest hem opzeggen 1 en hij kwam
dit voor, door zelf de boel neer te
gooien. Hij wou de eer hebben, zeid'ie.
Ach ja. Maar, zijn vrouw dan, en
alles weer beter zou worden in
alle opzichten voor beide kanten
van weerszijden van de grens.
Vrijdagavond hield de Gemeente
raad van VenrayeeDe openbare ver
gadering, onder voorzitterschap van
Burgemeester Janssen.
Afwezig waren de Heeren Nelis-
sen en van Djjck, die beiden bericht
van verhindering hadden ingezonden.
1. Notulen der openbare vergade
ring van 16 Februari 1940 en die
der besloten vergadering van den
zelfden dag (deze laatste notulen
liggen voor de Heeren Raadsleden
ter inzage bjj den Secretaris).
Worden zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
2. Ingekomen stukken
a. dankbetuiging voor verleend
subsidie fanfare St. Catharina Leunen
b. schrijven Ged. Staten betref
fende ontvangst der door den Ge
meenteraad in zijne vergadering van
16 Februari j.l. vastgestelde veror
dening tot wijziging der algemeene
politieverordening
c. besluit van Ged. Staten tot
goedkeuring raadsbesluit d.d. 16 Fe-
bruari j.l. betreffende verhuring
woning Kruisstraat 7
d. idem betreffende wijziging
raadsbesluit van 12 Nov. 1937, Nr.
193/27, strekkende tot verkoop van
een perceel grond aan H. Gooren te
Venray.
e. idem betreffende wijziging voor
waarden verbonden aan den verkoop
aan M. A. Geerets te Ysselsteyn van
het perceel ontginningsgrond Sectie
H Nr. 1945, groot 7.95 H.A.
f. idem betreffende wijziging be
grooting 1939.
g. schrijven Ged. Staten van Lim
burg betreffende vaststelling ge
meenterekening over 1937
h. idem betreffende goedkeuring
gemeentebegrooting en begrooting
van het gemeentelijk gasbedrijf, beide
voor het dienstjaar 1940.
i. mededeeling van Z Ex. den Heer
Minister van Sociale Zaken, dat het
tarief van steunverleening der acht
ste klasse en de daarbij geldende
regeling betreffende de verstrekking
eener overgangstoelage (bij huis
huren boven f 2voortaan voor
alle werkloozen alhier kan worden
toegepast.
Worden voor kennisgeving aange
nomen.
j. verzoek van de K.J.V. alhier,
om toekenning eener subsidie.
De Heer Pij Is wees op den minder
sterken financieelen toestand dezer
vereeniging, welke toch een sociaal
nut heeft en zou in verband daar
mede aan het verzoek willen vol
doen.
De Heer Guelen wees er op, dat
ook de gemeente gebruik heeft ge
maakt van het gebouw der K.J.V.
en geprofiteerd heeft van de diensten
dezer vereeniging
Ook de Heer Millen bevestigt dit.
De Voorzitter merkt op, dat B. en
W. niet onsympathiek staan tegen
over deze aanvrage, maar is bevreesd
om een precedent te stellen. Wat
moet de Raad doen bij een eventu-
eele aanvrage van b.v. de Jonge
Werkman en dergelijke. De eene wel
subsidieeren en de andere niet, gaat
toch niet op. De finantieele toestand
der gemeente achten B. en W. niet
rooskleurig, al zal men door het in
willigen van dit verzoek niet dood
gaan. Maar op de gevolgen van een
subsidieering moet de Raad toch
letten.
De Heer van Boven verklaart zich
accoord met B. en W. Hij acht het
bovendien geen gebruik om in den
loop van het jaar subsidies te ver-
leenen.
De Heer Guelen wijst nogmaals op
de moeilijke omstandigheden der
K.J.V. en zou daarom van dezen
regel willen afwijken, hoewel hij zich
verder met het standpunt van B. en
W. kan vereenigen.
De Heer Odenhoven roemt het
mooie jeugdwerk der K.J.V. en zegt,
dat een bedrag of bedragje verschil
maakt.
De Heer Millen zegt, dat bij het
bezoek van Minister Romme de
K.J.V. ook hare diensten verleend
heeft in hun gebouw.
De Heer Steeghs meent, dat de
K.J.V. te Castenray er goed bijzit en
wel niet met een subsidie-aanvrage
komen zal, zoodat hij het gevaar
van een precedent niet groot acht.
De Voorzitter meent, dat wanneer
de verleening van de gevraagde sub
sidie gemotiveerd moet worden met
de verleende diensten In 1938, de
vergoeding aan den hoogen kant
geacht mag worden.
De Heer Arts stelt voor f 25.te
geven, waarmede de Heer van Boven
zich vereenigen kan, alhoewel hij
blijft aansporen tot voorzichtigheid.
Wethouder Pubben zou overeen
komstig het voorstel van B. en W.
willen wachten tot de aanstaande
gemeentebegrooting. Hij spreekt zich
uit voor steun aan sociale instel
lingen.
Het verzoek komt nu in stem
ming. Met 8 stemmen voor en 5
tegen werd aangenomen f 50.sub
sidie te verleenen. Tegen stemden de
Heeren Janssen, Camps, Arts, Pub
ben, van Boven.
k. Verslag van den Vleeschkeu-
ringsdienst over 1939.
Wordt voor kennisgeving aange
nomen.
3. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om den leider van het
distributie-kring-kantoor Venray (de
heer J. B. A. Schaepman) aan te
wijzen voor het als zoodanig inneo
van ontvangsten en doen van uitga
ven voor en uit de gemeentekas,
den distributiedienst betreffende.
De Heer van Haren vraagt of de
gemeente ook voor dezen ambtenaar
verzekerd is tegen eventueele te
korten, waarop de Voorzitter zegt,
dat de verzekering algemeen is en
alle ambtenaren omvat. Het ver
zekerd bedrag is f 60 000.
Wordt goedgevonden.
4. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot vaststelling eener
nieuwe verordening, regelende de
rangen, het aantal, de samenstelling,
de eischen van benoembaarheid en
de bezoldiging van de ambtenaren
der gemeentepolitie te Venray.
De Heer Pij ls acht 1 hoofdagent
en 3 agenten wel wat weinig voor
een gemeente van 15000 zielen. Hij
zag dit getal gaarne uitgebreid.
Ook een motorfiets of auto kan de
politie in een gemeente als Venray
met zulke groote afstanden moeilijk
ontberen. Bij brand bijv. vertrekt de
auto-brandspuit en de politie komt
achteraan gefietst.
De Heer van Haren zegt, dat er
practisch van de drie agenten er
een niet geteld moet worden, daar
deze meestal zijn tijd bezet heeft
als bode ter secretarie.
Een kleine wijziging stelt hij voor.
Gaarne zag hij in de bezoldiging het
woord „na" vervangen door 't woord
„bij", dan zouden dienstjaren van
elders meetellen bij de berekening
van de bezoldiging.
De Heer Odenhoven zou het getal
polltie-ambtenaren niet uitbreiden.
Ook terugwerkende kracht bij sala
risbepaling acht hij niet gewenscht.
De Heer Millen herinnert aan de
toezegging, destijds bij een bespre
king van een schrijven van den Po
litiebond „St, Michael" gedaan.
De Heer Pijls zou de terugwerken
de kracht doen beginnen per 1 Jan.
1939.
De Voorzitter merkt op, dat uit
breiding van het politiepersoneel
geld kost. Hij acht dit in een rus
tige gemeente als deze ook niet
noodig te meer waar hier ook een
brigade Maréchaussee gevestigd is.
Het beschikbaar stellen van een
motor of auto is goed en wel, maar
men moet aan de kosten denken.
Bovendien heeft bij bijzondere ge
legenheden de politie de beschikking
over een auto.
Het ontwerp dezer regeling is be
reids door den Politiebond „St.
Michael" goedgekeurd, zoodat de
Voorzitter zich afvraagt of de Mi
nister de door den Raad gewenschte
verandering zal goedkeuren. Veran
deren is eenvoudig genoeg, maar de
consequenties ervan inzien, is minder
gemakkelijk.
Na een kleine wijziging ging de
Raad met het voorstel van B. en
W. accoord.
5. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging en aan
vulling van het Ambtenarenreglement
dezer gemeente
a. ten aanzien van de bepalingen
betreffende overwerk
b. ten aanzien van de bepalingen
betreffende gelijktijdig genot van
burgerlijke eD militaire belooning
van gemobiliseerd overheidspersoneel
Z.h.s. goedgekeurd.
6. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om de noodige gelden te
voteeren voor de Inrichting en de
exploitatie van een Bureau voor de
Jeugdregistratie.
Op een vraag van den Heer van
Haren of de plannen der regeering
vaststaan, antwoordt de Voorzitter
bevestigend, waarna de Heer Oden
hoven een couranten uitknipsel aan
den Voorzitter geeft, waarin hij
meende te moeten zien, dat de sub
sidie van het Rijk minder hoog zou
zijn.
De Voorzitter zegt, dat de Raad
aan zijn besluit de voorwaarde zou
zou kunnen verbinden, dat de Rijks
subsidie zoo hoog zijn zou als in het
voorstel van B. en W. staat.
De Heer Odenhoven zegt, dat het
natuurlijk mooi zijn kan maar voor
Venray ziet hij er als het ware geen
heil in. Hij is bevreesd, dat de te
benoemen Leider van het Bureau voor
leege banken zal praten en waar
schuwt daarom voor kosten maken.
De Voorzitter wijst op de enorme
beteekenis van het jeugd-vraagstuk.
De jeugd moet aan het werk. De
oude sleur gaat in onze dagen niet
meer. Daarom is de leiding voor de
jeugd noodig en zal gunstig resul
taat niet uitblijven.
De Heer Odenhoven blijft zwaar
op de hand en vraagt; kunnen we, als
er als het ware niets van terecht
komt er weer mee uitscheiden
De Heer Millen meent het pessi
misme van den Heer Odenhoven te
kunnen verklaren uit het kleine
resultaat met- en de weinige voor-
het werk der werkkampen destijds
door de Werkliedenvereniging ter
hand genomen,
De Voorzitter wijst er op, dat de
opzet nu nog maar de gemeente Ven
ray betreft, doch op den duur zich
ook over de naburige gemeenten zal
uitstrekken en dan een rayon zal
omvatten als de Districtsarbeids
beurs. Als zoodanig is het ook een
belang voor onze Gemeente.
De Heer van Haren acht de tot
stand koming van een Bureau voor
Jeugdregistratie van groot belang
voor de jeugd.
De Voorzitter is ook van deze mee
ning en zegt, dat de f 480.die dit
plan aan de Gemeentekas kost ver
antwoord, al zou de opzet mislukken.
Hier gaat het niet alleen over de
arbeidersjeugd maar over de jeugdige
middenstanders ook, kortom de ge-
heele jeugd in wier belang dit werk
zeer zeker is.
De Heer van Boven zegt, dat we
blij moeten zijn, dat we een dergelijk
bureau in onze gemeente krijgen.
Ook de Heer Guelen juicht dit werk
zeer toe en is het standpunt van
B. en W. ten volle toegedaan.
Z.h.s. werd dit voorstel hierna aan
genomen.
7. Voorstel van B. en W. tot
vaststelling van de vergoedingen
voor de verschillende lagere scholen
en de bijzondere jongensschool voor
uitgebreid lager onderwijs over 1937,
overeenkomstig het bepaalde in de
artt. 101 en 103 der Lager-Onderwijs-
wet 1920.
Z.h.8. goedgekeurd.
8. Schrijven van de WoniDgver-
eenlging „St. Oda" alhier, betreffende
bouw van arbeiderswoningen, in ver
band met de ingetreden verhooging
van de bouwkosten.
De Voorzitter deelt mede, dat In
bedoeld schrijven gevraagd wordt om
de som van f 5000.te verhoogen
tot f 7000.wegens prijsstijging. Hg
stelt voor dit schrijven ten spoe
digste door te zenden naar den Mi
nister.
De Heer Odenhoven hoopt, dat men
spoedig tot het bouwen kan over
gaan, daar het woning tekort in
Venray nijpender is dan elders.
Ook de Heer van Haren spoort tot
spoed in deze aan en wijst er op, dat
er in het naburige Maashees veel
meer woningen gesticht worden als
bedoeld in de Landarbeiderswet dan
in deze gemeente.
De Heer Millen verklaart het wei
nige effect dat de Landarbeiderswet
hier sorteert, voorkomt uit het stand
punt dat de3*ijds het gemeente
bestuur innam tegenover gedane
aanvrage. Hier werd geoordeeld dat
hier feitelijk geen landarbeiders in
de den zin der Landarbeiderswet
waren.
De Voorzitter hoopt, dat er zich
thans nog gegadigden zullen aanmel
den om een plaatsje in den zin dier
Wet te krijgen. Ook wil hij er op
wijzen, dat ook aan particulieren
gelden verstrekt worden bij tweede
hypotheek voor nieuwbouw of op
ruiming van krotwoningen.
Z.h.s. besloot de Raad vorenbedoeld
schrijven door te zenden.
9. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot verbetering van den
weg Venray-Wanssum.
Meerdere Sprekers voerden bij dit
punt het woord. De Heer Steeghs
herinnerde aan het jarenlang getob
met de wegenverbetering. En nu deze
groote uitgave voor één weg. Wat
zal er nu in de toekomst voor de bui
tenwegen kunnen geschieden. Niets
meer. Spreker betwijfelt min of meer
de juistheid der becijfering der kos
ten voor dezen weg.
De Heer van Haren zag gaarne
langs dezen weg een fietspad. De
fietser zijn een gevaar op dezen weg.
zijn kinderen. Ik heb waarachtig mede
lijden met hen, Arnold.
Kijk eens, Hanna, het is zijn eigen
schuld dat het hem en z'n huishouden
zo gaat.
- Laat 't voor hem zijn eigen schuld
zijnmaar dat zijn gezin 't zo moet
treffen, vind ik wel jammer.
Jukkel geeft niet bij Hij ziet niet
in. Hij is eenmaal, wat we mogen
zeggen verblind. Te koppig, te eigen
dunkelijk, te trots om de vlag te
strijken. Hij is nu kerkloos ook, en,
wat ik met een vreemd woord moet
noemenanarchistisch gezind. Maar
dat nog daargelatenik kan mij voor
hem toch niet in m'n plooien laten
leggen. Waar bleef anders mijn prestige
mijn recht mijn eigendomsbeschikking?
Ziet ge, ik heb voor een deel willen
toegeven, ik dacht aan ziin vrouw en
kinderen, en ik wilde het ook nog
doen voor de goede gang van zaken;
maar dan had hij zich daarna te ge
dragen.
Ja ja, dat weet ik allemaal wel
maar 2ijn vrouw dan, dat goed mens,
en de kinderen, die arme wichten. Ge
moest zo maar eens zien, of ge hem
niet aan een of ander werk kunt zetten,
is het niet op de fabriek, dan ergens
anders, bij 'n andere misschien, of
waar ie alleen kan werken. Ik heb ook
al eens gedacht, van zijn vrouw 'n
paar goede werkhuizen te verschaffen
Weet ge wat we kunnen doen,
Hanna? Waarachtig, het wordt goed
buiten, vannacht valt er 'n fiksche bui,
ik hoor al veraf rommelen- Laat.
zonder dat er maar iemand, wie ook,
er iets van af weet, hun, die vrouw
Jukkel met 'r kinderen wat etensgerei
bezorgen, 'n paar kilo boter, 'n zak
aardappelen, 'n partij broden. Grada
kan dat nog 't best toevertrouwd wor
den sinds vader zaliger ons ontvallen
is, en van ons een jaargeldje heeft, is
zo iets wel iets voor haar. Ik zal
dan eens verder zien. - Kom, mosder,
we zullen ook maar naar boven gaan.
Ja, zo heeft ieder huis zijn kruis.
Maar wij leven toch goed en ge
lukkig samen, niet?
Doen we ook, ja ja, en hij pakte
zijn vrouw eens. Vrouw Jukkel heeft
dit, Zoldaat heeft dat, de Jansens heb
ben weer wat anders, bij de van den
Langebreedonks stierf gisteren hun
enigst kindje, vier jaar was 't. En wij.
hebben het met onze Viet. Die handelt
en wandelt niet zoals het mag. Nou
zit ie hier, dan spekuleert hij daar. Ik
hoorde laatst nog, hoe hij de familie
Zoldaat behandelt heeft. Zoldaat, door
de ziekte van zijn vrouw achteruitge-
boerd, had 'n kapitaaltje op z'n doening
moeten nemen. Leviet kocht de hypo
theek ophij gaf geld toe om de
hypotheek te krijgen, verzekerde men
me gisteren. Hij schijnt het alleen ge
daan te hebben uit pure baldadigheid
of wraak. Er was wat rente achter
stallig, hij maande de nieuwe rente
niet, en toen speelde Leviet opeens
zijn liedjehij zei de hypotheek op, en
godweet wat hij nog meer tegen de
familie uitspookte, onderwijl An dood
ziek lag. De doening kocht hij, en de
familie zijn naar de Poeldijk moeten
trekken, in zo'n hut van wat steen en
wat plagge Weet ge wat, Hanna nou
we 't over de Zoldaats hebben.... we
moeten de wijkzuster eens naar hen
laten informeren. Misschien kunnen we
iets voor hen doen. Kom, maar nu gaan
we naar boven.
Ze namen wijwater.
De eerste regendrop pletste toen dik
tegen de serreruit.
HannaGe weet toch zeker, dat
het licht bij het Heilig Hartbeeld
brandt vroeg hij toen ze boven waren
Ja. Maar, hoe komt ge dat zo
opeens te vragen Ja, 't brandt. Ik
kijk er elke avond naar.
Ja, hoe komt ik dat zo te vragen!
Dat weet ik zelf niet. Misschien omdat
ik er nu juist aan dacht.
Ze baden hun drie weesgegroetjes,
op de knieën voor het bed.
En in bed schuddelde Hanna even
'r hoofd in de kussens en prakkezeer-
de nog eraan, waarom Arnold haar
dat zo gevraagd had, dat van het licht
bij het Hartbeeld. Omdat hij anders er
immers nooit om vroeg.
In Jukkels woonst ontstak Trees, bij
de biddende kinderen, 'n restje kaars
En samen baden ze. Dat was lang niet
meer gebeurd. Harrie had hen bij hem
laten eten, nou 1 en daardoor wat later
dan gewoon naar Trees teruggebracht.
En nu baden ze, en Gerdake en Sjefke
baden zo hel, opdat moeder het maar
goed zouden horen hoe goed ze het
al geleerd hadden op school. En Toontje,
in 't bedje maar door de open deur
rabawelde 't zijne mee.
Buiten begon het te onweren.
Als het hommelt, moeder, en we
bidden dan goed. dan treft het weer
licht ons niet, is 't nie. moeder?
Nee, kinderen. Maar nou ook
goed bidden. En voor Toontje mee
want die is nog te klein om zelf te
bidden.
Kan vader ook niet bidden,
moeder
Ja.jawel, maar nu is vader uit. Hij
bidt, als jullie al slapen. Hij... hij
weet ge wat, kinders nu nog een
Onze Vader voor vadertje.
En samen baden ze.
En nou ook een weesgegroetje voor
ome Harrie, zei Gerdake, omdat wij er
zo lekker hebben gegeten straks.
XXI.
Tines Jukkel wreef zich eens de
handen.
Zijn ogen genotenze moesten, dat
voelde hijzelf, wel blinken in de duister
nis. Daarom kon hij nu zeker ook zien
in de duisternis, gelijk de katten.
De duisternis, die donkerte die wapte,
die scheen te leven. Maar bang, o 1
maar dat was hij niet. Hij wist immers
zijn doel, zijn weg, en hij kende zijn
nuchterheid. Hij dacht aan funest plan
en aan bokkerijders van 'n voorbije
eeuw. Aan 't verdoemlijk kapitalisme
en aan zonde dacht hij nu niet. O,
maar hij kwam nu wel, waar en wat
ie in z'n kist had I.
De lucht zat vol zwarts. Geen maan,
geen sterren. De lucht zat dik en dicht.
Massaal, en levend.
Er was daar zwoeging, ruchtende
zwoeging van slierende en bukkende
wolken, die dicht over de aarde gin
gen.
Eisa! daar gaat er ene heen. Tines
wilt hem kennen. Verdoemd, dat is
z'n zwager, Kobes. Kobes Zoldaat,
Zeker in het dorp moeten zijn. Nou.
die ook nog een mooie tippel naar
zijn hut daar achter op de Peeldijk.
Waar zou ie z'n jongen hebben ge
laten. Zeker bij z'n naaste buur, als ge
daar in die peelhoek nog van naaste
buren spreken kunt - Afijn, hij gaat
daar, die Kobes Bonsjoer, en goede
hacht.
Eisa 1 daar ginds sikkelde, scherp, 't
licht bliksem.
De wind ging jagen. D'r stonden
bomen langs de weg, waar Tines ging;
en de wind woelde en «chrewde er in.
De wind trok, en trok verder, en gierde
nou al over het land, de huizen, over
de aarde. Het span wolken boven Tines,
ach ja, Tines voelde weer dat hij er
nog was... dat zwol, d^t woelde, ge
zaagt het niet, maar dat wulpte ook.
En er vielen dik al enkele druppels.
Ze kletsten open op Tines z'n hand en
tegen z'n gezicht: ze ploften neer in
het droge stof, op het droge land, op
de warme makadam. Ver, ver weg nog
grommelde de donder, dreigend als
toetredende stappen.
Regen kwam. De bui lag te baren
in de luchten.
Regen....
En de processie
Allo. TinesWaaraan denkt ge.
Die regen, de onweersbui was toch
Het kauwen van WRIGLEY'S P.K.
is goed voor Uw gezondheid; het
kalmeert en voorkomt overspannen
zenuwen.
Behalve dat de verkwikkende P.K. na eiken
maaltijd de zenuwen sterkt, bevordert het
de spijsvertering en houdt het de t3nden
schoon, gaaf en sterk. P.K. kauwen is een
goede gewoonte voor jong en oud.
Koopt vandaag nog enkele pakjes en houdt
er steeds een paar bij de hand. h.t.s.
Veel genot voor weinig geld: 5 cent,
AAAAAAAAAAAAAA
Zij rijden met 4 naast elkaar en
kijken den automobilist aan of ze
zeggen willen: rij me maar eens om,
als je durft.
De Heer Odenhoven spreekt als
Steeghs met bezorgdheid over de
buitenwegen, wier onderhoud er bij
inschiet.
Ook de Heer van Boven valt hem
daarin bij, waarna ook de Heeren
Pijls en Millen het woord voeren.
De Heer van Schendel, Directeur
der Gemeentewerken is thans ter
vergadering aanwezig en geeft een
nadere uiteenzetting der plannen
voor dezen weg, waarna de Heer van
Haren blijft vasthouden aan de nood
zakelijkheid van een fietspad langs
den weg.
De Heer van Haren zegt, dat als
wij de voorschriften, over den weg
thuis krijgen en over zoo'n pad niet
kunnen meeprateD er dan ook geen
Raad noodig is.
Terwijl de Heer Millen zelfs
een tot standkoming van 2ulk een
fietspad tot eisch wil stellen voorde
goedkeuring van dit plan.
De Heer van Schendel meent, dat
de Povinciale Waterstaat zulk een
pad wel zal goedvinden mits dit naast
den weg komt, die zelf 8 meter breed
moet blijven.
De Voorzitter merkt op, dat voor
dezen weg een ruime subsidie geno
ten wordt door de gemeente en dat
de subsidiegevers dus meepraten.
Hij kan derhalve geen rijwielpad toe
zeggen doch wil de autoriteiten daar
wel over spreken.
Spreker merkt aan het adres van
den Heer Steeghs op, dat hier de
volle waarheid gesproken wordt en
dat er niet gepoogd wordt den Raad
een rad voor de oogen te draaien of
om den tuin te leiden. De Heer Steeghs
veert recht bij de opmerking en
zegtzeker, mijnheer de Voor
zitter.
De Raad meent, dat er eens met
de autoriteiten over spreken niet ge
noeg is en weer dreigen de discus
sies hervat te worden, doch de Voor
zitter zegt, dat dit punt nu lang en
breed genoeg besproken Is, zoodat tot
stemming kan worden overgegaan.
Het voorstel wordt aangenomen
met 11 tegen 2 stemmen. Tegen stem
den de Heeren Odenhoven en van
Boven.
10. Voorstel van Burgemeester
en Wethouders tot wijziging der
gemeentebegrooting 1940 in verband
met bovenbedoelde besluiten.
Z.h.s. goedgekeurd.
11. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot vaststelling opnieuw
der verordening op de heffing van
75 opcenten op de Gemeentefonds
belasting in de gemeente Venray.
Wordt ter inzage neergelegd.
Hierna deelt de Voorzitter mede,
dat het zeer wenschelijk is een brand-
gekomen! Daar kon g^en processie
iets aan doen. Toevallig, ja natuurlijk
toevallig! dat nou regen kwam na die
regenprocessie. De geestelijken, reken
maar van jes, die papen zouden het
zeker uitkramen en uitkraaien als van
een wonderbare gebedsverhoring. Toe
maar Afijn, het was goed, die regen,
dit weer, zulk ruchtend weer. Ver
doemd ja, voor hem ook I Ge kont nu
heel wat vrijer werken, ge behoefde
minder bang te zijn. Omdat een on
voorzichtig en onverhoopt geruchtje
zich dan verloor in de ballegooi van
wind en regen en dondergegrommel.
Het was de eerste keer, dat ie op
zulk een gedurfde tocht uitging. Maar
klaar kwam hij. Als, ja, als het v>eer
zich maar niet zó zette, dat het een
vreselijk onweer gaf, zodat de mensen
hier in het dorp opstonden en gingen
bidden, van wegede bangigheid. Spren
kelde z'n Trees vroeger, toen ze pas
getrouwd waren en er 'n flinke schoer
opkwam, alle kwaraers niet met wij
water En stak men overal wel zowat,
bij een zwaar onweer een gewijdo
kaars aan Jongejonge nog toe. Als
ge dat allemaal nu zo nuchter nagaat I
Tines lachte. Hij was niet bang Ja,
een beetje eigenaardig te moe nou ja;
maar dat kon ie zich en voor iedereen
wel begrijpen. Kijk, verder weg het
land in, daar vlamde plots 'n lichtje
op. O, zeker al zo'n moeder met 'n
boel kinders, die allemaal even bang
waren, al opgestaan waren, en nu rond
de ontstoken kaars hun geloof, hahal
gingen botvieren in een bidden afsme
kend van den Onzichtbare dat Hij het
naderend verschrikkelijk gevaar van
hun huis en diens bewoners zou at-
wenden. Wel ja Woonde Nella daar
niet, de oudste van de Lievens Afijn,
zo erg leek de bui nochtans niet te
worden. De zware bui zou wel bij en
langs de Maas blijven hangen, en
ermee stroomafwaarts drijven.
Wordt vervolgd.