mï
Pinksteren.
•Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Alleen Boter
is boter
„VENRAY"
boter
Boter of kanonnen
Buitenland.
Binnenland.
Provinciaal Nieuws
Zaterdag 27 Mei 1939
Zestigste Jaargang No 21
PEEL EN MAAS
is zeer fijne boter
ADVERTENTIEPRIJS 1—8 regels 60 ct
per regel 71/, ct. Bij contract groote reductie
Uitfiave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF. VENRAY Abonnementsprijs per kwartaal: voor Venray 65 ct
Telefoon 51 Giro 150652 buitea Venray 75 ct. Afz. nummers 5 ct
m L
SBaï,
Onze Lieve Vrouw
„Behoudenis der Kranken"
OOSTRUM.
Ik denk aan den Pinkslerzang:
„Veni Creator Spiriti". Kom,
Schepper van den Geest, vervul
de harten der geloovigen en
ontsteek in hen het vuur Uwer
Liefde".
Het was met dezen Geest, dat
God op Pinksteren Zijn aposte
len bezielde, hen aldus bekrach
tigende tot de taak, welke Hij
hun had toevertrouwd en opge
legd de wereld te hervormen in
Zijnen naam, Zijn kerk slichtende,
de Waarheid verbreidende, Zijn
Vrede brengende.
Zijn Vrede....
Wij weten het welde Vrede
Gods is geen synoniem van den
vrede dezer wereld. De eerste is
iets hoogers, verhevenershij is
geen zaak van tijd, maar van
eeuwigheid.
Maar de weg, dien we moeten
gaan om den Vrede Gods te be
reiken, is de weg der Liefde en
als allen den weg der Liefde
trachten te gaan, dan passeeren
ze den vrede der wereld.
Mede daarom is de Pinkster
gedachte en is het Pinkstergebed
- „Kom, Schepper van den Geest
vervul de harten der geloovigen
en ontsteek in hen het vuur
Uwer Liefde", zoo schoon.
En ook daarom zijn we nog
zoover van den vrede der wereld,
omdat we zoo weinig hebben
gezocht de Liefde Gods er zoo
weinig om hebben gebeden.
Het is een lichtstraal in de
duisternis onzer dagen, dat zoo-
velen hetgeen we hiervoien zeiden
erkennen en zich bereid toonen
om op hun dwaling terug te
komen.
De christelijke kerken, Oxford,
een Bond zonder Naam, zij allen
ijveren voor verbetering van de
wereld door te streven naar ver
betering van het individu, van
zich zeif. Daarom heffen ze de
vaan der zelfverloochening en
strijden ze met het wapen der
Liefde, het vlammende zwaard,
dat niet wondt, maar loutert.
Door Liefde tot geestelijke en
moreele herbewapening.
Door Liefde tot Eeuwige Vrede
via den vrede dezer wereld.
Smeeken we er om, dat het
zóó moge zijn.
Bidden we, dat de Geest Gods
onze harten moge vervullen en
ons daarmee de kracht moge
schenken, welke eens het deel
werd der apostelen de kracht,
welke muren slecht van taal en
vooroordeelde kracht, welke
volkeren en rassen vereenigt, ze
bindende in de Waarheid.
Md.
Bij minister De Wilde's
aftreden.
We zijn een goedhartig volk,
Als we twee menschen zien
vechten, beklagen we allen den
onderliggende en schelden we
den ander voor bruut Ook al
weten we niets af van de aan
leiding tot het gevecht.
En daarom hebben we thans
ook zoo zeer te doen met minis
ter de Wilde.
Voorheer. hebben we hem nooit
onze critiek onthouden. Hij heette
het „harde" element in het kabi
net te zijn, een, die alle sociale
en cultureele verbeteringen tegen
hield en slechts aandacht had
voor nieuwe belastingsobjecten.
Maar nou is hij afgetreden. En
dus beklagen we hem, want al
die anderen in het kabinet tesa-
men, hebben hem willen dwingen
tot dingen, die hij met zijn finan
cieel geweten niet overeen kon
brengen. Nou, toen heeft onze
minister van financiën zich fier
op de borst geklopt en hij heeft
gezegd liever offer ik mij zeiven
dan 's lands belang
We vinden het „geen werk'
van die andere ministers, met
z'n negenen tegen één
En dus zijn we ijverig aan het
zoeken en gissen gegaan, wie in
het kabinet de belhamels zijn
geweest van het relletje. Een
goed vaderlander komt bij zulke
overweging als van zelf op de
gedachtedat zuilen de Room-
schen wel hebben gedaan. Na
tuurlijk! Die minister Romme ook
met z'n dure sociale maatregelen,
z'n spaarpotten voor werkloozen,
z'n toeslagen voor dit en voor
dat, z'n plannen tot bestrijding
van de jeugdwerkloosheid. Net
of minister de Wilde het geld
maar op z'n rug groeit. Enne....
dat pian-Westhoff, - allemaal
onproductieve uitgaven! En die
motie van de Katholieken bij het
Kweekschoolontwerp...
Beslist, de Roomschen hebben
het gedaan. Arme mijnheer de
Wilde
Slechts als terloops wijst die
en gene op de ontzettende stij
ging van de militaire lasten. Maar
daarom zal de minister van fi
nanciën 't bijltje er niet bij heb
ben neergelegd, meent men, want
de heer de Wilde is in elk geval
een goede vaderlander wat
zeg ik? een Geus!
We willen de lezers niet ver
moeien met veel cijfers. Slechts
dit moeten we vaststellennog
maar weinige jaren geleden be
droegen de militaire lasten in
Nederland rond 80 millioen gul
den per jaar, thans rond 400
millioen gulden.
Ik heb er vrede mee, want ook
ik acht me een goeden vader
lander. En meermalen heb ik in
den laatsten tijd het belang en
de noodzaak van een sterke
weermacht naar voren gebracht.
Maar er zijn grenzen, tenzij
men hier een leefregel wil aan
vaarden, welke in een nabuur
land geldt en volgens welken
kanonnen in alle omstandigheden
beter zijn dan boter.
Toen onze militaire lasten 80
millioen 'sjaars bedroegen, stuitte
het treffen van overigens zeer
gewenschte sociale en cullureele
voorzieningen af op het bezwaar:
er is geen geld voor. Inmiddels
werden voor de weermacht steeds
nieuwe millioenen beschikbaar
gesteld. We betalen voor haar
thans 400 millioen per jaar. En
er verrijzen stelselmatig nieuwe
plannen we prakkezeeren over
slagschepen welke per stuk hon
derden millioenen kosten en wier
bedrijfslasten, afgezien van rente
en aflossing, 4 millioen per jaar
en per stuk zullen bedragen.
Maar „er is geen geld" om
onderwijzers, die extra worden
belast met de practische oplei
ding van kweekelingen, daarvoor
loon uit te betalen, niettegen
staande deze plicht slechts een
paar ton per jaar vergt.
Men kan zich vereenigen met
den aanbouw van slagschepen,
wier bedrijfskosten we zeiden
het reeds 4 millioen per stuk
en per jaar bedragen, maar we
achten het aannemelijk, dat mi
nister de Wilde de beenen zou
hebben genomen op grond van
het feit, dat collega Romme 51/»
millioen per jaar vraagt voor de
bestrijding van de jeugdwerkloos
heid.
Er is geen geld voor verlaging
van de ieerlingenschaai, dus voor
beter onderwijs, maar er is wèl
geld voor uitbreiding van den
dienstplicht tot 2 jaar.
Ik critiseer niet de maatregelen
tot versterking van de weermacht;
ik critiseer slechts dat men daar
toe als 't ware onbeperkte mid
delen beschikbaar weet te stellen
en vele sociale en cultureele
(onderwijs) behoeften onverzorgd
laat onder mottoer is geen
geld.
Er mag geen sprake zijn van
kanonnen óf boter (en wat daar
aan belangt), maar er moet wor
den gehandeld raar de behoefte
van kanonnen èn boter. De finan
ciën, welke beschikbaar zijn,
moeten in de juiste verhouding
voor beide zaken worden ge
deeld.
We hebben den nationalen
plicht om een zoo sterk moge
lijke weermacht te vormen, maar
het is nutteloos immers
vruchteloos om te streven
naar het verkrijgen van een leger,
vloot en luchtmacht, sterk genoeg
om zonder hulp van anderen ons
bezit en onze onafhankelijkheid
te verdedigen.
We mogen op die vreemde
hulp rekenen zonder iets te kort
te doen aan onze nationale fier
heid. Wanneer bepaalde mogend
heden ons zouden bijstaan bij
ik stel het geval enkel hypothe
tisch een aanval van Japan
op onze koloniën of regen het
geweld van Duitsche troepen
alwéérveionderstellenderwijze
gesproken die ons land zou
den binnendringen, dan doen die
helpers dat niet, omdat ze ons
zulke lieve menschen vinden,
maar enkel en alleen, omdat ze,
ons helpende, hun eigen belang
behartigen. Wij mogen daarbij
van ze verwachten dat ze hun
hulpactie zullen inzetten met alle
krachten welke ze redelijkerwijze
kunnen beschikbaar stellen en zij
mogen van ons verwachten, dat
we onze eigen weermacht zoo
sterk hebben gemaakt als gebo
den was door de mate der risico's
en als mogelijk was naar de maté
van onze middelen.
We leven op het oogenblik in
eer. angstroes en daarin zouden
we zonder dat we het ons
klaar bewust zijn kunnen uit
putten in weerstands- en weer
machtsdriften. Laten we het in
zicht voor juiste verhoudingen
niet verliezen.
Willen we straks geen volk
zijn, dat geslagen is, zonder dat
het oorlog heeft gekend, laten
we dan ook het oog gericht
houden op de noodzaak van het
behoud van economische en
financieele weerbaarheid, en van
cultureele kracht. Md
OVERHEERSCHING OF
SAMENWERKING.
De politiek van de levensruimte
Kwetsbaar Italië.
Portugal's premier over Europa
De toestand.
De Eogelsche oud-minister Baldwin
heeft onlangs in een rede zijn groote
verwondering uitgesproken over wat
hij noemde een onbegrijpelijke fout
van Hitier: het annexesren van niet-
Duitsch gebied door de inlijving van
de Tsjechen bg het Duitsche rijk.
Daaraan moesten vi e onwillekeurig
denken bij het lezen van de dave
rende redevoeringen, welke de Ita-
liaansche en Duitsche ministers van
buitenlandsche zaken gehouden heb'
ben bij gelegenheid van de onder-
teekeuing van het militair verbond
tusschen beide landen.
Daarbij werd gesproken van het
onwankelbare blok van 150 millioen
menschen, dat nu als een eenheid
zal optrekken tot verdediging van
de levensbelangen van beide naties.
De Msb. ontleedt dat cijfer van
150 millioen menschen als volgt:
We willen, zonder bewgs veronder
stellen, dat de ongeveer 68 millioen
inwoners van het Duitschland vóór
de annexaties en de ongeveer 45
millioen van Italië ieder op zich een
hechte eenheid vormen; we willen
voorts, zonder bewgs wederom aan
nemen, dat de groote 3 millioen Su-
detenduitschers en de pas terugge
keerde Memeilanders zich volkomen
in het Derde Rijk ingeschakeld heb
ben. Dan komt men, zelf3 als men
gelooven wil, dat het Duitsche en
het Italiaansche volk zich tot een
zoodanige geestelijke eenheid zouden
kunnen opwerken als voor een wer
kelijk effectieve militaire eenheid of
samenwerking noodig is, toch nog
tot geen 120 millioen menschen.
De resteerende 30 millioen moe
ten dan zijn de Oostenrijkers, de
Tsjechen, de Slowaken, de Hon
garen, de Albaneezen en de
Abessyniërs. Maar meent men
nu in Berlijn of Rome werkelijk,
dat al deze volken in een oorlog,
vooral als deze van ietwat lan
gen duur zou zgn, betrouwbare
militaire elementen zijn
Of vreest men niet veeleer, dat zg
de ontbindende factoren in het zeer
kunstmatige blok zullen zgn Heeft
het droeve voorbeeld van Oostenrgk-
Hongarge uit den wereldoorlog vooral
Berlijn, doch ook Rome niets te zeg
gen
In deze omstandigheid ligt een
gunstige factor voor het behoud
van den vrede, alsmede in het
feit, dat Italië, als het meest
kwetsbare deel der as, alles zal
doen, om Duitschland in zgn
plannen te matigen en het aan
te zetten tot vredelievende op
lossing der geschillen.
Moeten we wellicht reeds in de
vermindering van de uitdaging van
Duitschland aan Polen dien matigen
de Italiaanschen invloed zien En
ook in het feit, dat Duitschland zoo
kalm is gebleven bij de incidenten
in Danzig, waar een burger van den
vrijstaat door een Pool werd neer
geschoten
Het zou geheel niet onlogisch zijn
al zouden we verkeerd doen, om nu
reeds te meenen, dat alle Duitsche
dreigingen achter den rug zijn.
Daarvoor blijven de leiders een te
agressieve taal spreken, zoowel in
Duitschland als in Italië, al ver
zekeren Führer en Ducedan ook als
om strijd, dat zg den vrede willen.
De vraag i3 maar, wat verstaan zij
onder vrede en hoe wenschen zij
dien
Hier moeten we denken aan de
geheime clausule bg het Duitsch
Italiaansch verbond over het ver-
deelen van Europa, het Middelland-
sche Zeegebied en Afrika in Duit
sche en Italiaansche invloedszönes.
En ook aan het commentaar in
de Italiaansche bladen, dat het mi
litaire verbond wel een verdedigend
karakter heeft, maar zoo opgevat,
dat de as het ook als verdediging
beschouwt, wanneer Duitschland en
Italië een mogendheid moeten ver
pletteren, die niet goedschiks een
gebied wil afstaan, dat de as-mo-
geudheden als levensruimte voor zich
opeischen.1
Die opvatting inzake levensruim
te zet alle internationale ver
houdingen op losse schroeven;
met een beroep daarop is elke
eisch tot gebieds-uitbreiding te
rechtvaardigen.
Door deze houding hebben Italië
en Duitschland de andere mogend
heden als het ware gedwongen om
zich hecht aaneen te sluiten, teneinde
een macht te vormen tegen het
streven van de as-mogendheden naar
overheersching in Europa en in de
wereld.
Ter Volkenbondsvergadering heb
ben namens Engeland en Frankrijk
Halifax en Bonnet die actie van hun
landen tegen het geweld nog eens
uiteengezet.
Hun verklaringen komen neer
op een herhaling van hun stand
punt, dat zij weerstand zullen
bieden aan iedere poging tot een
gewelddadige oplossing van de
bestaande strijdvragen. Het gaat
om overheersching of samenwer
king en Engeland en Frankrgk
met hun medestanders hebben
gekozen voor samenwerking.
En zoo zitten we dan midden in
den zoogenaamden gewapenden vrede
waarbij de volken hun verdedigings
middelen alsmaar blijven versterken.
Dat kost milliarden en milliarden
die feitelijk geen enkel volk kan
opbrengen en die na verloop van
tgd tot uitputting en armoe voeren.
Wat leven we toch in een krank
zinnige wereld
Salazar, de premier van Portugal,
heeft een rede gehouden, waarin hg
zijn kijk gaf op de Europeesche po
litiek. Hij zei o.m.
Wanneer Europa te kennen geeft,
dat er politieke regimes zijn, die in
wezen agressief zijn en andere, die
begiftigd zgn met een evangelische
zachtmoedigheid en een onbegrens-
den eerbied voor de rechten van
buitenlanders, begaat het niet alleen
een vergissing, die duidelgk door de
feiten wordt weerlegd, doch lokt. het
de vorming van ideologische blokken
uit en van vraagstukken van bin
nen landschen aard in de staten,
waar bedoelde vraagstukken den
weg naar een goede verstandhouding
verre van vergemakkelijken.
Wanneer Europa burgerrecht elscht
of verleent aan organisaties van
aanhangers, waarvan de opleiding
in het buitenland zetelt en welke
propaganda maken tegen 'n onaf
hankelijk bestaan, ondermijnt het de
hechtheid dezer staten, waarop het
Inkomsten- en Vermogensbelasting 1939- 40
Deskundige voorlichting bij invulling van Uw aangiftebiljet
Accountantskantoor H. OKHUYSEN
Van Cleefstraat 16
Telefoon 3669
beweert te steunen voor den opbouw
van den vrede.
Spr. zeide vervolgens, dat hij be
vreesd is, dat Europa, dat geen enkel
probleem door een oorlog kan op
lossen, zelfs over de aarde de begin
selen van ruïne en dood uitzaait.
DE KONINGIN IN BELGIË.
De lezers zullen er wel geen be
zwaar tegen maken, dat we ons
Binnenlandsch Overzicht aanvangen
met een uitstapje naar het buiten
land, H.M. de Koningin volgende op
haar triomfalen tocht door het land
onzer Zuiderburen.
Inderdaadhaar triomfale tocht.
Dat werd het contra-bezoek van de
Vorstin der Nederlanden aan het
Belgische Hof. En daarmee heeft
een broedervolk duidelijk gedemon
streerd, dat het de vriendschap,
welke wij aanboden, overgaarne aan
vaardt en dat het de verplichtingen
dezer vriendschap in goede trouw
wenseht na te komen.
Om half 5 des namiddags begon
de feestelijke intocht onzer Koningin
aan de zijde van den Belgischen vorst
in Brussel. Heel de stad was één
vlaggetooi en de toejuichingen van
't compact samengestroomde publiek
waren overweldigend. Aangekomen
aan het Koninklijk Paleis moesten
beide monarchen zich tot twee maal
toe op het balcon vertoonen.
De eerewacht van den vorst maakte
in haar nieuwe uniformen grooten
indruk. Een groote troepenmacht
zette de feestelijkheid luister bij.
Nog denzelfden avond heeft de
Koningin 't corps diplomatique ont
vangen en zat aan, aan den maaltijd,
welken de Belgische koning haar
had aangeboden.
's Anderen daags bracht H,M. een
bezoek aan de Koninklijke grafkel
ders te Laeken. Na terugkeer ten
paleize te Brussel vertrek H.M.naar
het stadhuis aldaar, waar receptie
werd gehouden door burgemeester
Max, minister van staat en deleden
van den gemeenteraad van de stad
Brussel.
Ten paleize teruggekeerd vertrok
H.M. naar het kasteel te Laeken,
waar in den namiddag een garden
partij plaats vond in de wintertuinen
van het kasteel.
Des avonds woonden de beide
souvereinen in bet Théatre Royal de
la Monnaie, een gala-soirée bij.
Bij deze bezoeken en uitgangen
werd onze Koningin levendig door
de bevolking toegejuichthet mooie
weer, dat het bezoek begunstigde
droeg in ruime mate bij tot een
vlotte afwikkeling van het program.
Donderdag was Luik aan de beurt
om de Vorstin der Nederlanden haar
groet te brengen en haar hulde. De
Walen hebben zich op hoofsche en
zuidelijk geestdriftige wijze van deze
taak gekweten.
Omstreeks 1 uur in den middag
arriveerde H. M. aan het station
Guillemins waar zg de eerewacht
inspecteerde en vervolgens in een
jacht over de Maas naar het terrein
van de internationale tentoonstelling
voor watertechniek werd geleid. Om
2 uur arriveerden de Koningin en
haar hooge gastheer in het Neder-
landsche Paviljoen. Hunne Maje
steiten onderhielden zich hier met
de ofiicieele Nederlandsche vertegen
woordigers en bezichtigden met
groote belangstelling de verschillen
de stands. Na een korten rondgaDg
over het verdere terrein werd de
terugreis naar Brussel aanvaard,
maar niet dan na een daverend en
huldigend afscheid door deLuiksche
burgerij.
In de hoofdstad hieid H. M. des
avonds 'n ofiicieele receptie in de
Nederlandsche legatie voor de Hol-
landsche kolonie en daarna zaten de
Belgische vorst, de graaf van Vlaan
deren en vele andere genoodigden
aan 'n maaltijd aan, welke H. M. in
het gebouw der Nederlandsche legatie
heeft doen serveeren.
Vrijdag, te 11 uur, werd de terug
reis naar het vaderland aanvaard,
ongetwijfeld met gevoelens van diepe
erkentelijkheid jegens Vorst en Volk
van België, die van zoo groote sym
pathie en aanhankelijkheid aan
Nederland en deszelfs Koningshuis
hadden blijk gegeven.
Het was alles tesamen een histori
sche reis, welk op de ontwikkeling
der betrekkingen tusschen twee
kleine, dappere, nijvere, zelfstandige,
lotsverbonden vrije volkeren van
grooten invloed zal blijken te zgn.
OVER DEN LINTJESREGEN
Een inzender in „de Volkskrant"
is van meening, dat het beter is
vóór dan na den lintjesregen zgn
opmerkingen te geven. De schrijver
vindt de onderscheiding mooi, als er
geen willekeur of bevoorrechting in
het spel is. Naar zgn meening krggen
sommigen veel te snel allerlei hooge
binnen- en buitenlandsche onder
scheidingen, waardoor allerlei spot-
terng ontstaat. Hg vervolgt dan
Personen in staatsdienst komen
blijkbaar nogal gemakkelijk aan
een of andere in beteekenis traps
gewijze opklimmende koninklijke
onderscheiding. Of er iets buiten
gewoons gepresteerd werd, wordt
veelal niet vernomen, doch wel dat
deze opklimmende onderscheidin
gen van zelf volgen, wanneer de
betrokkenen een zeker aantal jaren
hun plicht en niets anders dan
hun plicht hebben gedaan. Wg
dachten, dat uit salarieering of
honoreering van zelf plichten
voortvloeien, en dat diensttijd alleen
geen speciale opklimmende onder
scheidingen motiveert, doch dat
daarvoor iets meer wordt ver-
eischt. Zulke automatische onder
scheidingen-opklimming komt ook
al voor bg hoogere functionarissen
in o verheids- en semi-overheids-
bedrrjven.
Voor flinke werkers in het par
ticuliere bedrijfsleven wordt al
een lagere maatstaf aangelegd en
vaak is hun nut voor de samen
leving even groot als voor perso
nen in overheidsdiensten en be
drijven. Bg de z.g. lintjesregen
wordt het aantal onderscheidingen
in die kringen al geringer.
Goed fruitjaar I
Ondanks alle pessimisme omtrent
de verwachtingen van den fruitoogst
wordt thans van deskundige zijde
gemeld, dat het met het fruit niet
zoo slecht zal gesteld zgn.
In Mei kwamen geen groote af
wijkingen in de temperatuur voor en
nachtvorsten hebben zich algemeen
voorgedaan.
In tegenstelling met het vorige
jaar, toen in de overeenkomstige
periode nachtvorsten en koude win
den groote schade toebrachten aan
knoppen en bloesems, zgn thans de
verwachtingen ten aanzien van het
komende fruitjaar veel gunstiger
gestemd.
Met betrekking tot de grootte van
den te verwachten oogst valt echter
nog niets met zekerheid te zeggen.
Schapenvleesch in blik.
Van regeeringswege zijn op de
lammerenmarkt te Texel 650 dieren
aangekocht tegen gemiddeld f 6.25.
Het vleesch is bestemd voor in
blikken.
VENRAY, 27 Mei 1939
KIESWET.
De Voorzitter van het Hoofdstem-
bureau in de gemeente Venray brengt
ingevolge artikel 51 der Kieswet ter
openbare kennis, dat de lijsten van
candidaten voor de verkiezing van
de leden van den Gemeenteraad,
zooais deze heden zijn genummerd,
voor eenieder ter Secretarie ter in
zage zijn nedergelegd.
Venray, 24 Mei 1939.
De Voorzitter voornoemd,
A. H. M. JANSSEN.
EEN KOE MET VIJF
POTEN
Allo, dat zou wat zgn. Een attrac
tie om er al je werk voor te laten
staan. En niemand zou het, zelfs
dengene, die altijd het hardst ver
klaart: „ik heb geen tijd", kwalijk
nemen, wanneer ook hij er eens even
tussen uit wipte, om aau zgn be
grijpelijke nieuwsgierigheid te vol
doen. Nou goed, ik ben het gloeiend
met u eens, zo'n attractie moet je
gaan zien. Dat is werkelijk de moeite
waard. Maar och hemeltje, heel die
attractie, laat het dan nog zo'n bg-
zondere zijn, haalt het in aantrek
kelijkheid in de allerverste verte niet
bij heel die collectie attracties, waar
van ge met de a.s. Pinksterdagen
kunt genieten op de terreinen van 't
Gymnasium aan de Leunseweg.
Id één woord, een lust voor oog
en hart. En ge kunt gerust zijn,
allemaal zo onschuldig als kinderpap.
Maar daarmede is natuurlijk niet
gezegd, dat er niet „gewerkt" moet
worden. Integendeel. Enfin, daar zul
len allen het wel over eens zgn, die
een klein beetje nauwkeurig dat
versje gelezen hebben op die uitnoo-
dlgingskaart. Het is natuurlijk mo-
geirjk, dat niet allen zo'n kaart ge
kregen hebben, maar laten zij dan
tevreden zijn met deze nogmaals tot
u allen gerichte vriendelijke uitno
diging: komt allen naar de Francis
caanse Pinkster-fancy-fair, welke
gehouden zal worden met de a.s.
Pinksterdagen.
Het aantal attracties bedraagt
maar liefst een dertig. Aan iedereen
is gedacht. Aan mannen met spieren,
aan dames met een „zwak" voor
prachtig handwerk, aan vaders en
moeders met of zonder groot gezin,
aan dierenliefhebbers, ja vooral zg,
die dieren liefhebben, zullen hun hart
rgkelijk kunnen ophalen aan een met
de grootste zorg onderhouden col
lectie vogels en ander gedierte,
kort gezegd „beestig" mooi.