TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
THii doetje qoed!
AKKERTJE
Langs de kruislijnen
der Europeesche
Imperia.
FEUILLETON.
Een meisje in de
Wild West.
Geen reden tot
bezorgdheid.
Zaterdag 29 April 1939
Zestigste Jaargang No 17
Een belangwekkende serie
reisbrieven.
XIX.
TRIPOLIE—LYBIË,
Ik mag er misschien even aan
herinneren: aan de kust van Nrd.
Afrika heeft Italië twee koloniën:
Tripolitanië met de hoofdstad
Tripolo en Cyrenaïka met de
hoofdstad Bengasi; hoewel nog
bestuurlijk gescheiden, is er sinds
de laatste jaren toch een centrale
leiding.
Maarschalk Balbao is gouver
neur-generaal over beide gebieden
welke tesamen Lybië worden ge
naamd en waarvan Tripoli de
hoofdstad is.
Wanneer ik hier van hoofd
steden in Lybië spreek, dus van
Tripoli en Bengasi, dan moet
men daarbij bedenken, dat er in
heel het uitgestrekte gebied van
Lybië, d.i. van Tunis tot Egypte
geen andere.... steden te vinden
zijn. Lybië is woestijnzand. Maar
daarover straks méér.
In Tripoli is iedereen er van
overtuigd, dat de oorlog op han
den is. Dat is daar volstrekt
geen kwestie; 't is een vaststaand
feit. Qedelibreerd wordt nog
slechts over de vraag: wanneer
precies breekt de oorlog uit
De een zegt „einde Maart", de
ander „midden April", velen
meenen, dat de Duce nog wacht
op het einde van den oorlog in
Spanje om onmiddellijk daarna
Frankrijk aan te vallen.
Tripoli is vervuld van militair
rumoer; alle publieke werken en
ook het particuliere zakenleven
staan in dienst van de oorlogs
voorbereiding. Dagelijks voeren
schepen uit Italië troepen aan en
krijgsmateriaal.
Lybië is een volledig gemobili
seerd land; het burgerlijke bestuur
is onderworpen aan het militaire.
Men wijst me twee hooge offi
cieren op straat aan: de maar
schalken Bodaglio en Graziani,
die een faam van bekwame leger
leiders te zijn in een aanvals
oorlog, overhielden uit het Itali-
aansche avontuur in Abessinië.
Is hun bezoek slechts tijdelijk,
voor een inspectie Of zijn ze
reeds belast met de leiding van
den a.s. veldtocht Men verzekert
me het laatste.
Er is véél, dat van den ko
menden oorlog getuigt.
De Italiaansche passagiersboot,
welke me van Sfax in Tunisië
vervoerde, was méér dan volge
laden met goederen voor Lybië,
zelfs was voor dat doel aan de
passagiers een groot deel van de
normale accommodatie ontnomen.
Maar er zijn in dezen tijd zoo
goed als geen passagiers voor
vervoer in het Noord-Afrikaan-
sche gebied; men waagt zich niet
aan het avontuur. „Mijn" schuit
27
We hoorden een paard.
Dan was hij het. Hij berijdt Tug
boat.
Nee toch I Alle duivels 1
Er klonk een eerlijke bewondering
in de stem van Huntoon voor den man,
die dat klaar gespeeld had.
Ga in den wagen zitten en rij...
Kan niet. De contactsleutel is er
uit. Heelt hij waarschijnlijk bij zich.
Goed, neem mijn wagen dan,
Kennedy, en rij als de duivel naar de
Schedel Canyon. Als je vlug bent kom
je daar nog voor hem aan en kun je
hem den weg afsnijden. Huntoon, maak
jij den motor van zijn wagen onklaar,
zoodat hij hem niet gebruiken kan, en
kom dan naar de ranch. Zeg, Kennedy,
als je hem ziet schiet dan zonder aar
zelen. Ik betaal vijfhonderd dollar voor
zijn hoofd en voor de documenten, die
hij bij zich heeft.
Nora Jane smeet de autodeur achter
zich dicht en tiau op de groep toe.
Nee. Er is al genoeg geschoten
bij deze ranch en zoo lang ik hier iets
te zeggen heb, zal het niet nóg een
menschenleven kosten. Jullie werken
voor mij, Huntoon en Kennedy. Ga
naar de Schedel Canyon, zooafs Mr.
Carver zei, maar als je Court vindt
schiet hem dan niet neer Zelfs als hij
daardoor kans zou zien te ontvluchten.
Even heerschte er aarzeling onder
de mannen wie er nu eigenlijk te com-
mandeeren had, maar zonder verder
een woord te zeggen draaide ze zich
een passagiersboot had
twee eerste klasse-passagiers aan
boord en in de 2e klasse deelde
slechts één vreemde^ mijn gezel
schap! Op een boot, welke 50
man personeel teltIn de twee
derde klasseafdeelingen (slaap
zaal en tusschendek) had'zich een
vrij groot aantal inboorlingen ge
borgen.
De eenige vreemde in de 2e
klasse was een dame, een Ita
liaansche. Ik zag ze weinig. Tegen
etenstijd kwam ze meestal aan
tafel, maar als ze wat gegeten
had, zag ik ze wit worden en
verdwijnen. Tot den volgenden
maaltijd. Maar den laatsten avond
aan boord at ze niet en daardoor
konden - we even aan den praat
komen. Het initiatief daartoe ging
eigenlijk van haar uit; van het
scheepspersoneel had ze gehoord
(men moet aan boord van een
schip altijd z'n pas inleveren),
dat ik een Hollandsche journalist
was. Ze sprak vlot Fransch en
wilde zoo graag weten, wat ik
van den oorlog docht.
Er komt geen oorloglach
ik. Want de onrust drukte het
menschje merkbaar.
Si, si 1 repliceerde ze met
grooten nadruk.
Ze sprak over den oorlog,
alsof-ie reeds officieel was ver
klaard. En ze vertelde wat ze
doen ging. Haar man was archi
tect en werkte beurtelings in
Sfax (Tunisië) en Tripoli. Ze had
twee kinderen: 'n jongen van 13,
die op 'n college was te Rome
en een van 7, die in Tripoli ver
toefde bij familie. Dat kind ging
kind ging ze nu ophalen en naar
Rome brengen. Daar zou ze ook
zelf voorloopig blijven; haar man
vertrok over 14 dagen van Sfax
naar Tripoli. Maat nu vreesde ze
zoo, dat zulks te Iaat zou zijn...
Over 14 dagen, zoo meende ze,
kon de oorlog al in vollen gang
wezen
Ik trachtte het vrouwtje zoo
goed mogelijk gerust te stellen,
maar mijn poging had niet veel
effect. De oorlog kwam zéker,
heel zeker 1 Sidderend zat ze me
het alles te vertellen.
Hoe gaat het anders tus-
schen de Franschen en de Ita
lianen in Tunisië? zoo vroeg ik.
Het gaat heelemaal niet 1
Ze stóotte het antwoord uit.
Straks, als de strijd begint
zoo vervolgde ze hardop haar
gedachten zullen natuurlijk
alle Franschen, die in Tunisië
wonen, gevangen worden geno
men.
Kom, kom...
Si, si 1
Ze vertelt me met angstoogen
van de verschrikkingen, welke de
wereld wachten. Ook Italië. Al
les zal verwoest worden met
bommen. Millioenen zullen wor
den gegast....
Maar, vraag ik, wie wil dien
oorlog dan
Ze kijkt me aan zonder te ant
woorden. En erkent tenslotte, dat
het Italië zal zijn, dat den oorlog
begint.
Maar geen regeering, zoo
suggereer ik haar, kan een oor
log beginnen tegen den wil van
het volk. Wil het Italiaansche
volk óók den oorlog?
Ze aarzelt.
Ja, 'n beetje wel... En ander
zijds vreest ze 'm ook...
'n Beetje wèl U hebt twee
kinderen, jongetjes...
Ze begint te huilen. Ik wil dat
moedertje niet langer pijnigen,
maar je zou zoo'n mensch bij de
schouders willen pakken, ze door
mekaar willen schudden en zeg
gen: kijk toch niet>oo angstig,
sidder niet langer met die lippen,
die niet weten, wat ze mogen
zeggen, maar schreeuw het uit
tot andere moeders met kinde
ren, dat je dezen niet geofferd
wilt "zien aan denjCaesars-droom
van een enkeling 1
's Avonds laat zit ik nog enkel
met mijn „kokkie" zoo noem
ik mijn kajuitbediende en maal
tijdverzorger in de rooksalon.
Kokkie is een Siciliaan, uit Paler
mo, een brave, goedige kerel,
zorgzaam als een moedertje,
hij is vader van zeven kinderen.
De eenige taal, die hij verstaat
en spreekt is Italiaansch.
Er groeit een sportief verlan
gen in me om hem te intervie
wen, want ik heb geen Italiaan
sche studies gemaakt, maar steu
nende op mijn kennis van Fransch
en Latijn heb ik bij mijn drie-
weeksch verblijf in Italië heel wat
Italiaansch leeren brabbelen. Wan
neer men niet al te rap tegen me
spreekt, versta ik de taal mees
tal zeer wel, méér moeite
hebben de Italianen, met mijn
Italiaansch.
Cameriere, zeg ik, komt er
oorlog?
Si, si 1
Heusch
Si, si 1
Maar-re, Frankrijk zal toch
niet beginnen 1
Neen, Frankrijk zal niet be
ginnen 1
Wil Mussolini den oorlog
dan
Neen, de Duce wil geen
oorlog.
Hoe kan er dan oorlogi
komen
De Duze wil Nizza hebben
en Savoye. Daar hebben we recht
op. En Corsica, Tunis er. Dzji-
boeti. En als Frankrijk dat geeft,
dan zou er geen oorlog zijn. Maar
Frankrijk geeft het niet en daar
om zal er straks oorlog zijn.
- Je hebt zeven kinderen, zoo
herinnerde ik hem.
- Si, si 1
- Weet je, dat een oorlog
verschrikkelijker zal zijn dan ooit
tevoren
- Si, si 1
Ik zuchtte en zocht mijn kajuit
op.
Van zeer geachte zjjde ontvingen
wij dit bericht, wel geschikt, om
onze grensbevolking, die een beetje
de kluts kwgt begint te raken, een
riem onder 't hart te steken. Ook
wij zgn de mening toegedaan, dat
men zonder risico om uitgelachen te
worden, voorspellen kaner komt
geen oorlog En wel daarom niet,
omdat dan de gehele wereld naar
den bliksem gaatEr bestaat geen
enkele reden tot bezorgdheid. Wg
moeten alleen proberen, ons aan
nieuwe toestanden en verhoudingen
aan te passenen op ons „qui vive"
zijn voor de hetzcampagne van een
zekere pers
Verhalen over abnormale troepen
bewegingen in de richting van onze
grenzen, die hebben gecirculeerd,
missen allen grond. Uit de beste
bron zgn wij in staat mede te delen,
dat in Noordwest-Duitsland generlei
activiteit is ingezet of plaats vindt,
welke als bedreiging der Nederlandse
grenzen kan worden opgevat.
Welke eventualiteiten zich in de
toekomst kunnen voordoen is van
zelfsprekend niet te voorspellen, doch
wel kan gezegd, dat alle redenen,
en nog in verhoogde mate dan in
1914, aanwezig zijn, die van welke
zij ie ook schending van onze inte
griteit tot 'n onderneming maken,
die meer risico aan voordeel belooft.
De inzet van een eventueele oorlog
zou immers gans anders zijn dan
toenmaals, zou, wat Duitsland betreft
in hoofdzaak met het front gericht
moeten zijn naar het Oosten, met
den rug naar het Westen. Vergelijkt
men de enorme versterkte Siegfried-
linie met de tweemaal zo lange
Westelijke grens verder het Noorden
in, die geen noemenswaardige ver
sterkingslinie heeft, dan blijkt duide
lijk van welke waarde door neutra
liteit beschermde giensdekkmg moet
zijn. De waarde van onze havens in
eventueel conflict moet voor Duits
land ook bg den huidigén stand der
vlootverhcudingen nog aauzienlgk
geringer zijn dan in 1914 het geval
was.
Even weinig als uit het Oosten is
er oorzaak tot dreiging uit het
Westen te concluderen. Vanzelfspre
kend zijn de door Nederland genomen
maatregelen gericht op alle eventua
liteiten.
Welke waarde ook aan onze kust
verdediging toegekend wordt, moge,
zo nog nodig, blijken uit de thans
door de regering voorgestelde maat
regelen. Derhalve dienen evenzeer
als bovengenoemde zekere uitingen
in de Duitse pers gewraakt, die
meenden een eenzijdige instelling
onzer defensie te moeten aannemen.
Gewraakt ook zekere campagnes,
die over de Oostelijke grenzen ter
intimidering meerdere malen zijn
beproefd. Wij denken aan de reacties
op het Rotterdamse geval, aan
uitingen in het felle orgaan „Das
Schwarze Korps", dat eens een ge
ruchtmakend artikel publiceerde
onder den titel: Die dwergen (Zwit
serland en Nederland) worden ods
lastig.
Welke waarde toegekend moet
worden aan geruchtmakende mede
delingen, als welke in deze tijdenzo
dikwijls circuleren, moge nog eens
gedemonstreerd worden door een
onderzoek, dat de correspondent in
de Oostelijke Pyreneeön van de „Petit
Parisien" heeft ingesteld naar de
geruchten, volgens welke duizenden
Italiaanse soldaten naar die streek
gedirigeerd zouden zijn, welke aan
de Franse grens loopgraven zouden
aanleggen en machinegeweernesten
inrichten ten einde de grensstad
Cerbère te bedreigen.
De correspondent kwam tot de
conclusie
Er komen in die streek zomin
Spaanse als Italiaanse versterkingen
voor, er worden geen schansen ge
graven. Italiaanse soldaten zgn er
niet opgemerkt, de Spaanse detache
menten geven zich aan de onschul
dige vermaken over, die overal niets
om handen hebbende soldaten bezig
houden en de anders luidende ge
ruchten steunden op de door reizigers
verkeerd uitgelegde aflossingsbewe
gingen.
Laten wij ons hieraan spiegelen
en „niet als een riet door den wind
her en der bewogen" vertrouwen
stellen in de waarde van het door
onze regering gevoerd beleid, dat
reeds in de vroege historie van ons
volksbestaan een weerklank vond in
het „Helpt dan u self, so helpt u
God."
EEN EIGEN HUIS EN ERF
VOOR DEN ARBEIDER
TEN PLATTELANDE.
Drs. M. A. M. van Heivoort schrgf t
in A. R. K. A. het weekblad der Alg.
R. K. Ambtenarenvereeniging, num
mer van 16 April j.l. onder meer het
volgende:
Het is een vaststaand feit, dat op
het platteland de woningtoestanden
nog verre van rooskleurig zijn. In
het bijzonder voor arbeidersgezinnen
zgn op het platteland niet voldoende
behoorlgke woningen beschikbaar.
Men treft daar nog al te veel ar
beidersgezinnen in krotten of in ge
bouwen, die de qualificatie krot be
denkelijk dicht zouden naderen.
Reeds lang is het een ervaringsfeit,
dat het particulier initiatief zich niet
getrokken voelt tot den bouw van
arbeiderswoningen op het platteland.
De aan dien bouw verbonden eigen
aardige moeilijkheden en risico's
schrikken den particnlieren bouwer
af.
Hier ligt dus een taak voor de
overheid; de rijkswetgever heeft in
de Woningwet verschillende mogelijk
heden neergelegd, om ook den bouw
van eenvoudige arbeiderswoningen
ten plattelande te bevorderen, zg het
niet expressis verbis. De gemeente
besturen hebben echter tot heden
van de mogelijkheden, welke de Wo
ningwet geeft, tot het gemelde doel
zeer weinig gebruik gemaakt. Zelfs
toen de regeering zich bereid ver
klaarde bgdragen a fonds perdu te
verleenen (mits de gemeenten een
gelijke bijdrage voor haar rekening
namen) ter bevordering van krot
opruiming ten plattelande, bleef een
beteekenend gebruik van deze z.g.
krotopruimingscirculaire achterwege.
Toch is bet systeem, dat aan die
krotopruimingscirculaire ten grond
slag ligt, voor de plattelaudsgemeen-
om en liep weg.
Carver ging haar achterna om haar
voor zijn plannen te winnen, maar toen
hij merkte in welk een vermoeide stem
ming ze was, drong hij niet verder
aan. De wanhoop, die op haar gezicht
te lezen stond, had hij in het duister
niet kunnen zien.
Over twintig minuten zal het licht
zijn. Maak alles gereed, Waller, opdat
we hem te paard kunnen vervolgen
Op een bevel van Waller slenterde
Fisher naar de omheining, maar keerde
al na een minuut terug.
Niemand heeft er aan gedacht,
het hek van de omrastering achter dien
kerel te sluiten. Nu is die knol Old
Brownie óók gaan wandelenIk ben
bang, dat we de paarden nu te voet
moeten vangen en halen.
Wel, haal ze dan te voet, snauwde
Carver.
De stem van den cowboy was mild
en liefelijk als een zomerbriesje, toen
hij antwoordde
Zeker, mijnheer. Dat was ik ook
van plan te doen, maar het leek me
goed, dat u een en ander wist. Joe,
als we die knollen te voet moeten
halen, zal het wel het beste zijn dat
een paar man me helpen. Het wordt
nu spoedig licht en dan zullen we ze
wel zonder veel moeiie krijgen.
Carver smoorde een verwensching.
Iedere minuut, die met zulke kleinig
heden verloren werd, bezorgde den
vluchteling op zijn snel paard minstens
een voorsprong van een halve mijl. De
huisdeur werd geopend endeadvokaat
zuchtte verlicht, toen hij den safe-
deskundige, Elliot, herkende.
Ik heb me nu geheel aangekleed,
verklaarde de manhet zal spoedig
licht zijn en dan breng ik de nitro naar
de beek.
Ik zou daar maar geen tijd mee
verknoeien Ze zullen de paarden bin-
I nen enkele oogenblikken hier hebben
en dan moeten we achter den kerel
Wij? Rekent u er mij ook bij!
Waarom niet?
Omdat, Mr. Carver, ik hierheen
gekomen ben om een safe te openen,
maar niet om paard te rijden. Daar de
safe nu open is heb ik hier niets meer
te doen en ik zal u dankbaar zijn, als
u mij een auto wilt geven, die me naar
de stad terugbrengt.
Zoodra ik klaar ben en zin heb
om dat te doen, snauwde Carver, die
eindelijk gelegenheid vond zijn opge
kropte woede en ongeduld te uiten.
Op dit oogenblik zijn er belangrijker
dingen te doen, dan alleen maar te
zorgen dat u op tijd op uw volgende
baantje bent. En ilrzal u er maar dade
lijk bij vertellen, dat ik aan uw chefs
schrijven zal om me te beklagen over
uw lafheid en gebrek aan hulpvaardig
heid.
De kleine man lachte. Hij kwam de
treden van de veranda af en wroette
even met zijn handen in de weeke
aarde van het bloemenperk naast het
huis. Daarna liep hij op Carver toe.
Achteloos liet hij een kleine fleschvan
de linkerhand in de rechter rollen en
weer terug In het grauwe licht van
den komenden dag herkende Carver
de flesch onmiddellijk en hij deinsde
een paar stappen achteruif.
Kijk wat je doet, dwaas 1 Wie
speelt er nou met dat goed?
Zélf ook niet zoo buitengewoon
moedig, niet. Mr Carver 1 Hoe denkt
u over een beetje samenwerking, om
het goed kwijt te worden Ik wil het
zelfs aan u overlaten, de vloeistof in
het water te gooien, als u met alle
geweld wilt. Hier... vang!
Zijn hand bewoog plotseling en Car
ver draaide zich bliksemsnel om en
rende naar de omrastering. Elliot
lachte nogmaals Hij bleef op de ver
anda, totdat de groep van zeven man
nen wegreed om den vluchteling te
achterhalen.
Het spoor was duidelijk genoeg. Zelfs
een kind zou de diepe sporen hebben
kunnen volgen, die de hoeven van
Tugboat in de roode aarde van den
heuvel had achtergelaten. De mannen
volgden de sporen over den heuvel,
waar ze plotseling den weg kruisten
en naar het Oosten wezen.
Hier is hij langzamer gaan rijden,
riep Waller uit, die voorop reed.
De sporen waren nu minder duidelijk
zichtbaar. Na eenigen tijd in Oostelijke
richting te zijn gegaan, bogen ze
plotseling naar het Noorden af. En
daarna wezen ze weer duideiijk naar
het Zuiden.
Zeg, Claudio, er zat niemand
meer op het paard, waarvan we nu de
sporen volgenMoeten we dat den
Senor niet zeggen
Miguel had Spaansch gesproken.
Wat gaat ons het aan, was
Claudio's meening.
Waller had alle reden zich hoe langer
hoe meer te verwonderen. Na eenigen
tijd wees het spoor weer naar het
Oosten. De opzichter ging in de stijg
beugels staan om het terrein, dat voor
hem lag, beter te kunnen overzien. Zijn
uitroep van verbazing werd overge
nomen door de cowboys, wier geoefende
oogen dadelijk het paard herkenden,
dat bij de glinsterende oppervlakte van
een waterpoel stond.
Hij heeft ons voor den gek ge
houden Court is 'm gesmeerd
Er was een ondertoon van bewonde
ring in de stem van Waller.
Hij is te voet. Verspreiden jullie
je in alle richtingen en vangt hem
Carver brulde woedende bevelen,
maar Waller hield de mannen, die de
bevelen al wilden opvolgen, met een
beweging van de hand terug.
Laten we het op ons gemak doen,
dan sparen we veel tijd, Mr. Carver
Ik heb dat spoor aandachtig bekeken
en had al dadelijk het gevoel, dat de
man ons van den beginne af voorden
gek hield. Hij was al van Tugboat af,
nog voordat het paard den heuvel over
was. En wij hebben niets anders gedaan
dan het onbereden dier gevolgd We
moeten naar de ranch terug en opnieuw
beginnen, of het zou moeten zijn, dat
we geluk hebben en zijn spoor eerder
vinden.... wat ons moeilijk vallen zal;
daar we allen met onze paarden er
over heen gereden zijn.
Carver aarzelde een oogenblik.
Ben je daar zeker van?
Zoo zeker als ik maar kan.
Waller begon dadelijk nieuwe instruc
ties aan de mannen te geven. De twee
Mexicanen kregen opdrachf Tugboat
weer op te vangen, terwijl Waller met
de anderen terugreed naar de plaats,
waar de sporen voor het eerst in
Noordelijke richting afbogen. Daar zou
men naar sporen van Court's laarzen
zoeken.
Wat we nu doen. doen we net
een uur te laat... en dat is juist, wat
hij verwachtte dat we doen zouden
verklaaide Waller.
De advokaat nam een besluit.
Ik geloof, dat je gelijk hebt.
Roep je mannen. Laten we naar de
ranch teruggaan, zoo vlug als we kun
nen en van daar het spoor opnieuw
volgen.
Als we het kunnen, zei Waller
droog, terwijl hij zijn mannen wenkte
hem te volgen. Hij is net zoo glad
als een ouwe wolfik verwacht niet,
dat hij ergens een stuk papier stuk
gescheurd heeft en de snippers tijdens
de vlucht heelt laten vallen om het
ons gemakkelijk te maken.
Halverwege kwamen ze plotseling
Elliot tegen die hen zocht, daar een
van de Mexicaansche vrouwen in zeer
opgewonden toestand naar het woon
huis gekomen was en iets verteld had
dat niemand verstond, aangezien de
vrouw geen Engelsch sprak en Miss
Moran en Elliot geen Spaansch ver
stonden Samen met Waller galop
peerde Carver naar de ranch.
Wat is er aan de hand, senora
vroeg Carver, die zooals de meeste
Yankees in de grensstreek genoeg
Neem dadelijk 'n
tegen dat afgematte gevoel.
Verrassend snel verdrijft 'n Akkertje
schele hoofdpijn, zenuwachtigheid,
oververmoeidheid en lusteloosheid.
Per koker van 13 stuks 12 stuivers.
Per doos van 2 stuks - 2 stuivers.
flAPANTftC Wij garandeeren de goede
UHiUtll I werking van "AKKERTJES-,
wanr ze bevatten een biizondere combina
tie van uiterst geneeskrachtige stoffen,
volgens recept van Apotheker Dumont.
Zorg er voor altijd "AKKERTJES" in
huis te hebben, dan hebt Ge ze bij
de hand, want vannacht nog kunt
Ge ze noodig hebben, bij pijnen, sla
peloosheid of als koorts overvalt!
ten aantrekkelijk. Vooral de omstan
digheid, dat de bewoners van de
woningen, krachtens deze regeling
gebouwd, het huis met erf in eigen
dom verkrijgen, moet van grootebe-
teekenis geacht worden, hetgeen-geen
verder betoog behoeft.
HET VOORBEELD VAN
OIRSCHOT.
De schrijver van het artikel ves
tigt de aandacht op hetgeen door de
gemeente Oirschot de laatste jaren
is tot stand gebracht op dit gebied:
De Oirschotsche regeling komt in
hoofdzaak neer op het volgende.
De gemeente koopt grond, bij
voorkeur op aanwijzing van dengene,
voor wien een woning wordt ge
bouwd. Op dezen grond wordt door
de gemeente een woning gebouwd
volgens een type, dat beantwoordt
aan de ervaringselschen, te stellen
aan een goede, doch eenvoudige
arbeiderswoning ten plattelande. De
inhoud bedraagt pl.m. 300 M3.
Vervolgens wordt de grond met
woning aan de gegadigde in eigen
dom overgedragen, waarbg de ge
meente zich voorbehoudt het recht
van eerste hypotheek. De aflossing
van de hypothecaire schuld geschiede
bij wgze van annuïteiten in ten
hoogste 30 jarenwekelijks wordt
een gedeelte van het verschuldigde
bedrag opgehaald, evenals dit zou
geschieden wanneer de bewoners
een wekelljksche huur zouden moeten
voldoen.
De woningen worden bg voorkeur
als ééngezinswoning gebouwd; de
kosten gaan voor geen der in Oirschot
gebouwde woningen uit boven f 2350,
alles inbegrepen. Bg een rentevoet
van 31/, pet. en aflossingstermgn van
30 jaren beteekent dit een betaling
van f 2.45 per week. Het onderhoud
komt uiteraard ten laste van den
eigenaar-bewoner.
Dit systeem werkt bijzonder gun
stig om de arbeiders binnen verloop
van 30 jaren onder gemakkelijke
voorwaarden een eigen woning met
tuin te bezorgen.
De belanghebbende arbeidersgezin
nen in Oirschot toonen op verheugen
de wgze hoeveel invloed ten goede
er uit kan gaan van een verbetering
der huisvesting van gezinnen, die
zich voorheen moesten behelpen met
krotten en dergelgke bouwsels, welke
den naam „woning" niet of nauwe
lijks konden dragen.
Spaansch voor dagelijksch gebruik
sprak en verstond.
Ze sprak vlug en opgewonden.
Carver keek Waller aan.
Heb jij het begrepen? Voor zoo
ver ik er wijs uit word vertelt ze ons.
dat een man de rivier overkwam en
uit de omrastering achter hun huis een
paard, een zadel en het noodig tuig
stal. Daarna reed hij den weg naar
de bergen op.
Voor de tweede maal dien morgen
werd de jacht op Court begonnen.
Recht naar den top van de Hidalgos
en langs de Zilverbron leidde het pad,
Bij de Zilverbron wapperde een stuk
papier, dat met één hoek tusschen
twee steenen lag, zoodat het niet kon
wegwaaien.
Guus, beste kerel, stuur mijn post
asjeblieft per adres Butch Lannin,
in Rooversrust Eigenlijk ben je
een uilskuiken, Guus; wist je dat?
Zeg Miss Moran van mij, dat van
nu af aan het motto luidt „fagh
a ballagh".
Deze laatste woorden waren dik
onderstreept.
Wat beteekent dat, Mr. Carver
Het lijkt wel Chineesch, vroeg Huntoon.
Carver kneep het papier tot een bal
en stopte het in zijn zak, terwijl hij
beval dat de vervolging voortgezet
zou worden. Waller negeerde het
bevel.
Wat geeft het, Mr. Carver. Die
man lacht ons nu al twee uren lang
uit. In den tijd, dat wij tegen den berg
opklimmen en er aan Noordkant weer
afgaan, heeft hij al de helft van de
vlakte achter zich.
Zoowel Moon als Fisher knikten, ten
teeken dat ze den opzichter gelijk
gaven. Carver's gezicht verduisterde,
maar Huntoon draaide zijn paard om.
Wordt vervolgd.