TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS THii doetje qoed! AKKERTJE Langs de kruislijnen der Europeesche Imperia. FEUILLETON. Een meisje in de Wild West. Geen reden tot bezorgdheid. Zaterdag 29 April 1939 Zestigste Jaargang No 17 Een belangwekkende serie reisbrieven. XIX. TRIPOLIE—LYBIË, Ik mag er misschien even aan herinneren: aan de kust van Nrd. Afrika heeft Italië twee koloniën: Tripolitanië met de hoofdstad Tripolo en Cyrenaïka met de hoofdstad Bengasi; hoewel nog bestuurlijk gescheiden, is er sinds de laatste jaren toch een centrale leiding. Maarschalk Balbao is gouver neur-generaal over beide gebieden welke tesamen Lybië worden ge naamd en waarvan Tripoli de hoofdstad is. Wanneer ik hier van hoofd steden in Lybië spreek, dus van Tripoli en Bengasi, dan moet men daarbij bedenken, dat er in heel het uitgestrekte gebied van Lybië, d.i. van Tunis tot Egypte geen andere.... steden te vinden zijn. Lybië is woestijnzand. Maar daarover straks méér. In Tripoli is iedereen er van overtuigd, dat de oorlog op han den is. Dat is daar volstrekt geen kwestie; 't is een vaststaand feit. Qedelibreerd wordt nog slechts over de vraag: wanneer precies breekt de oorlog uit De een zegt „einde Maart", de ander „midden April", velen meenen, dat de Duce nog wacht op het einde van den oorlog in Spanje om onmiddellijk daarna Frankrijk aan te vallen. Tripoli is vervuld van militair rumoer; alle publieke werken en ook het particuliere zakenleven staan in dienst van de oorlogs voorbereiding. Dagelijks voeren schepen uit Italië troepen aan en krijgsmateriaal. Lybië is een volledig gemobili seerd land; het burgerlijke bestuur is onderworpen aan het militaire. Men wijst me twee hooge offi cieren op straat aan: de maar schalken Bodaglio en Graziani, die een faam van bekwame leger leiders te zijn in een aanvals oorlog, overhielden uit het Itali- aansche avontuur in Abessinië. Is hun bezoek slechts tijdelijk, voor een inspectie Of zijn ze reeds belast met de leiding van den a.s. veldtocht Men verzekert me het laatste. Er is véél, dat van den ko menden oorlog getuigt. De Italiaansche passagiersboot, welke me van Sfax in Tunisië vervoerde, was méér dan volge laden met goederen voor Lybië, zelfs was voor dat doel aan de passagiers een groot deel van de normale accommodatie ontnomen. Maar er zijn in dezen tijd zoo goed als geen passagiers voor vervoer in het Noord-Afrikaan- sche gebied; men waagt zich niet aan het avontuur. „Mijn" schuit 27 We hoorden een paard. Dan was hij het. Hij berijdt Tug boat. Nee toch I Alle duivels 1 Er klonk een eerlijke bewondering in de stem van Huntoon voor den man, die dat klaar gespeeld had. Ga in den wagen zitten en rij... Kan niet. De contactsleutel is er uit. Heelt hij waarschijnlijk bij zich. Goed, neem mijn wagen dan, Kennedy, en rij als de duivel naar de Schedel Canyon. Als je vlug bent kom je daar nog voor hem aan en kun je hem den weg afsnijden. Huntoon, maak jij den motor van zijn wagen onklaar, zoodat hij hem niet gebruiken kan, en kom dan naar de ranch. Zeg, Kennedy, als je hem ziet schiet dan zonder aar zelen. Ik betaal vijfhonderd dollar voor zijn hoofd en voor de documenten, die hij bij zich heeft. Nora Jane smeet de autodeur achter zich dicht en tiau op de groep toe. Nee. Er is al genoeg geschoten bij deze ranch en zoo lang ik hier iets te zeggen heb, zal het niet nóg een menschenleven kosten. Jullie werken voor mij, Huntoon en Kennedy. Ga naar de Schedel Canyon, zooafs Mr. Carver zei, maar als je Court vindt schiet hem dan niet neer Zelfs als hij daardoor kans zou zien te ontvluchten. Even heerschte er aarzeling onder de mannen wie er nu eigenlijk te com- mandeeren had, maar zonder verder een woord te zeggen draaide ze zich een passagiersboot had twee eerste klasse-passagiers aan boord en in de 2e klasse deelde slechts één vreemde^ mijn gezel schap! Op een boot, welke 50 man personeel teltIn de twee derde klasseafdeelingen (slaap zaal en tusschendek) had'zich een vrij groot aantal inboorlingen ge borgen. De eenige vreemde in de 2e klasse was een dame, een Ita liaansche. Ik zag ze weinig. Tegen etenstijd kwam ze meestal aan tafel, maar als ze wat gegeten had, zag ik ze wit worden en verdwijnen. Tot den volgenden maaltijd. Maar den laatsten avond aan boord at ze niet en daardoor konden - we even aan den praat komen. Het initiatief daartoe ging eigenlijk van haar uit; van het scheepspersoneel had ze gehoord (men moet aan boord van een schip altijd z'n pas inleveren), dat ik een Hollandsche journalist was. Ze sprak vlot Fransch en wilde zoo graag weten, wat ik van den oorlog docht. Er komt geen oorloglach ik. Want de onrust drukte het menschje merkbaar. Si, si 1 repliceerde ze met grooten nadruk. Ze sprak over den oorlog, alsof-ie reeds officieel was ver klaard. En ze vertelde wat ze doen ging. Haar man was archi tect en werkte beurtelings in Sfax (Tunisië) en Tripoli. Ze had twee kinderen: 'n jongen van 13, die op 'n college was te Rome en een van 7, die in Tripoli ver toefde bij familie. Dat kind ging kind ging ze nu ophalen en naar Rome brengen. Daar zou ze ook zelf voorloopig blijven; haar man vertrok over 14 dagen van Sfax naar Tripoli. Maat nu vreesde ze zoo, dat zulks te Iaat zou zijn... Over 14 dagen, zoo meende ze, kon de oorlog al in vollen gang wezen Ik trachtte het vrouwtje zoo goed mogelijk gerust te stellen, maar mijn poging had niet veel effect. De oorlog kwam zéker, heel zeker 1 Sidderend zat ze me het alles te vertellen. Hoe gaat het anders tus- schen de Franschen en de Ita lianen in Tunisië? zoo vroeg ik. Het gaat heelemaal niet 1 Ze stóotte het antwoord uit. Straks, als de strijd begint zoo vervolgde ze hardop haar gedachten zullen natuurlijk alle Franschen, die in Tunisië wonen, gevangen worden geno men. Kom, kom... Si, si 1 Ze vertelt me met angstoogen van de verschrikkingen, welke de wereld wachten. Ook Italië. Al les zal verwoest worden met bommen. Millioenen zullen wor den gegast.... Maar, vraag ik, wie wil dien oorlog dan Ze kijkt me aan zonder te ant woorden. En erkent tenslotte, dat het Italië zal zijn, dat den oorlog begint. Maar geen regeering, zoo suggereer ik haar, kan een oor log beginnen tegen den wil van het volk. Wil het Italiaansche volk óók den oorlog? Ze aarzelt. Ja, 'n beetje wel... En ander zijds vreest ze 'm ook... 'n Beetje wèl U hebt twee kinderen, jongetjes... Ze begint te huilen. Ik wil dat moedertje niet langer pijnigen, maar je zou zoo'n mensch bij de schouders willen pakken, ze door mekaar willen schudden en zeg gen: kijk toch niet>oo angstig, sidder niet langer met die lippen, die niet weten, wat ze mogen zeggen, maar schreeuw het uit tot andere moeders met kinde ren, dat je dezen niet geofferd wilt "zien aan denjCaesars-droom van een enkeling 1 's Avonds laat zit ik nog enkel met mijn „kokkie" zoo noem ik mijn kajuitbediende en maal tijdverzorger in de rooksalon. Kokkie is een Siciliaan, uit Paler mo, een brave, goedige kerel, zorgzaam als een moedertje, hij is vader van zeven kinderen. De eenige taal, die hij verstaat en spreekt is Italiaansch. Er groeit een sportief verlan gen in me om hem te intervie wen, want ik heb geen Italiaan sche studies gemaakt, maar steu nende op mijn kennis van Fransch en Latijn heb ik bij mijn drie- weeksch verblijf in Italië heel wat Italiaansch leeren brabbelen. Wan neer men niet al te rap tegen me spreekt, versta ik de taal mees tal zeer wel, méér moeite hebben de Italianen, met mijn Italiaansch. Cameriere, zeg ik, komt er oorlog? Si, si 1 Heusch Si, si 1 Maar-re, Frankrijk zal toch niet beginnen 1 Neen, Frankrijk zal niet be ginnen 1 Wil Mussolini den oorlog dan Neen, de Duce wil geen oorlog. Hoe kan er dan oorlogi komen De Duze wil Nizza hebben en Savoye. Daar hebben we recht op. En Corsica, Tunis er. Dzji- boeti. En als Frankrijk dat geeft, dan zou er geen oorlog zijn. Maar Frankrijk geeft het niet en daar om zal er straks oorlog zijn. - Je hebt zeven kinderen, zoo herinnerde ik hem. - Si, si 1 - Weet je, dat een oorlog verschrikkelijker zal zijn dan ooit tevoren - Si, si 1 Ik zuchtte en zocht mijn kajuit op. Van zeer geachte zjjde ontvingen wij dit bericht, wel geschikt, om onze grensbevolking, die een beetje de kluts kwgt begint te raken, een riem onder 't hart te steken. Ook wij zgn de mening toegedaan, dat men zonder risico om uitgelachen te worden, voorspellen kaner komt geen oorlog En wel daarom niet, omdat dan de gehele wereld naar den bliksem gaatEr bestaat geen enkele reden tot bezorgdheid. Wg moeten alleen proberen, ons aan nieuwe toestanden en verhoudingen aan te passenen op ons „qui vive" zijn voor de hetzcampagne van een zekere pers Verhalen over abnormale troepen bewegingen in de richting van onze grenzen, die hebben gecirculeerd, missen allen grond. Uit de beste bron zgn wij in staat mede te delen, dat in Noordwest-Duitsland generlei activiteit is ingezet of plaats vindt, welke als bedreiging der Nederlandse grenzen kan worden opgevat. Welke eventualiteiten zich in de toekomst kunnen voordoen is van zelfsprekend niet te voorspellen, doch wel kan gezegd, dat alle redenen, en nog in verhoogde mate dan in 1914, aanwezig zijn, die van welke zij ie ook schending van onze inte griteit tot 'n onderneming maken, die meer risico aan voordeel belooft. De inzet van een eventueele oorlog zou immers gans anders zijn dan toenmaals, zou, wat Duitsland betreft in hoofdzaak met het front gericht moeten zijn naar het Oosten, met den rug naar het Westen. Vergelijkt men de enorme versterkte Siegfried- linie met de tweemaal zo lange Westelijke grens verder het Noorden in, die geen noemenswaardige ver sterkingslinie heeft, dan blijkt duide lijk van welke waarde door neutra liteit beschermde giensdekkmg moet zijn. De waarde van onze havens in eventueel conflict moet voor Duits land ook bg den huidigén stand der vlootverhcudingen nog aauzienlgk geringer zijn dan in 1914 het geval was. Even weinig als uit het Oosten is er oorzaak tot dreiging uit het Westen te concluderen. Vanzelfspre kend zijn de door Nederland genomen maatregelen gericht op alle eventua liteiten. Welke waarde ook aan onze kust verdediging toegekend wordt, moge, zo nog nodig, blijken uit de thans door de regering voorgestelde maat regelen. Derhalve dienen evenzeer als bovengenoemde zekere uitingen in de Duitse pers gewraakt, die meenden een eenzijdige instelling onzer defensie te moeten aannemen. Gewraakt ook zekere campagnes, die over de Oostelijke grenzen ter intimidering meerdere malen zijn beproefd. Wij denken aan de reacties op het Rotterdamse geval, aan uitingen in het felle orgaan „Das Schwarze Korps", dat eens een ge ruchtmakend artikel publiceerde onder den titel: Die dwergen (Zwit serland en Nederland) worden ods lastig. Welke waarde toegekend moet worden aan geruchtmakende mede delingen, als welke in deze tijdenzo dikwijls circuleren, moge nog eens gedemonstreerd worden door een onderzoek, dat de correspondent in de Oostelijke Pyreneeön van de „Petit Parisien" heeft ingesteld naar de geruchten, volgens welke duizenden Italiaanse soldaten naar die streek gedirigeerd zouden zijn, welke aan de Franse grens loopgraven zouden aanleggen en machinegeweernesten inrichten ten einde de grensstad Cerbère te bedreigen. De correspondent kwam tot de conclusie Er komen in die streek zomin Spaanse als Italiaanse versterkingen voor, er worden geen schansen ge graven. Italiaanse soldaten zgn er niet opgemerkt, de Spaanse detache menten geven zich aan de onschul dige vermaken over, die overal niets om handen hebbende soldaten bezig houden en de anders luidende ge ruchten steunden op de door reizigers verkeerd uitgelegde aflossingsbewe gingen. Laten wij ons hieraan spiegelen en „niet als een riet door den wind her en der bewogen" vertrouwen stellen in de waarde van het door onze regering gevoerd beleid, dat reeds in de vroege historie van ons volksbestaan een weerklank vond in het „Helpt dan u self, so helpt u God." EEN EIGEN HUIS EN ERF VOOR DEN ARBEIDER TEN PLATTELANDE. Drs. M. A. M. van Heivoort schrgf t in A. R. K. A. het weekblad der Alg. R. K. Ambtenarenvereeniging, num mer van 16 April j.l. onder meer het volgende: Het is een vaststaand feit, dat op het platteland de woningtoestanden nog verre van rooskleurig zijn. In het bijzonder voor arbeidersgezinnen zgn op het platteland niet voldoende behoorlgke woningen beschikbaar. Men treft daar nog al te veel ar beidersgezinnen in krotten of in ge bouwen, die de qualificatie krot be denkelijk dicht zouden naderen. Reeds lang is het een ervaringsfeit, dat het particulier initiatief zich niet getrokken voelt tot den bouw van arbeiderswoningen op het platteland. De aan dien bouw verbonden eigen aardige moeilijkheden en risico's schrikken den particnlieren bouwer af. Hier ligt dus een taak voor de overheid; de rijkswetgever heeft in de Woningwet verschillende mogelijk heden neergelegd, om ook den bouw van eenvoudige arbeiderswoningen ten plattelande te bevorderen, zg het niet expressis verbis. De gemeente besturen hebben echter tot heden van de mogelijkheden, welke de Wo ningwet geeft, tot het gemelde doel zeer weinig gebruik gemaakt. Zelfs toen de regeering zich bereid ver klaarde bgdragen a fonds perdu te verleenen (mits de gemeenten een gelijke bijdrage voor haar rekening namen) ter bevordering van krot opruiming ten plattelande, bleef een beteekenend gebruik van deze z.g. krotopruimingscirculaire achterwege. Toch is bet systeem, dat aan die krotopruimingscirculaire ten grond slag ligt, voor de plattelaudsgemeen- om en liep weg. Carver ging haar achterna om haar voor zijn plannen te winnen, maar toen hij merkte in welk een vermoeide stem ming ze was, drong hij niet verder aan. De wanhoop, die op haar gezicht te lezen stond, had hij in het duister niet kunnen zien. Over twintig minuten zal het licht zijn. Maak alles gereed, Waller, opdat we hem te paard kunnen vervolgen Op een bevel van Waller slenterde Fisher naar de omheining, maar keerde al na een minuut terug. Niemand heeft er aan gedacht, het hek van de omrastering achter dien kerel te sluiten. Nu is die knol Old Brownie óók gaan wandelenIk ben bang, dat we de paarden nu te voet moeten vangen en halen. Wel, haal ze dan te voet, snauwde Carver. De stem van den cowboy was mild en liefelijk als een zomerbriesje, toen hij antwoordde Zeker, mijnheer. Dat was ik ook van plan te doen, maar het leek me goed, dat u een en ander wist. Joe, als we die knollen te voet moeten halen, zal het wel het beste zijn dat een paar man me helpen. Het wordt nu spoedig licht en dan zullen we ze wel zonder veel moeiie krijgen. Carver smoorde een verwensching. Iedere minuut, die met zulke kleinig heden verloren werd, bezorgde den vluchteling op zijn snel paard minstens een voorsprong van een halve mijl. De huisdeur werd geopend endeadvokaat zuchtte verlicht, toen hij den safe- deskundige, Elliot, herkende. Ik heb me nu geheel aangekleed, verklaarde de manhet zal spoedig licht zijn en dan breng ik de nitro naar de beek. Ik zou daar maar geen tijd mee verknoeien Ze zullen de paarden bin- I nen enkele oogenblikken hier hebben en dan moeten we achter den kerel Wij? Rekent u er mij ook bij! Waarom niet? Omdat, Mr. Carver, ik hierheen gekomen ben om een safe te openen, maar niet om paard te rijden. Daar de safe nu open is heb ik hier niets meer te doen en ik zal u dankbaar zijn, als u mij een auto wilt geven, die me naar de stad terugbrengt. Zoodra ik klaar ben en zin heb om dat te doen, snauwde Carver, die eindelijk gelegenheid vond zijn opge kropte woede en ongeduld te uiten. Op dit oogenblik zijn er belangrijker dingen te doen, dan alleen maar te zorgen dat u op tijd op uw volgende baantje bent. En ilrzal u er maar dade lijk bij vertellen, dat ik aan uw chefs schrijven zal om me te beklagen over uw lafheid en gebrek aan hulpvaardig heid. De kleine man lachte. Hij kwam de treden van de veranda af en wroette even met zijn handen in de weeke aarde van het bloemenperk naast het huis. Daarna liep hij op Carver toe. Achteloos liet hij een kleine fleschvan de linkerhand in de rechter rollen en weer terug In het grauwe licht van den komenden dag herkende Carver de flesch onmiddellijk en hij deinsde een paar stappen achteruif. Kijk wat je doet, dwaas 1 Wie speelt er nou met dat goed? Zélf ook niet zoo buitengewoon moedig, niet. Mr Carver 1 Hoe denkt u over een beetje samenwerking, om het goed kwijt te worden Ik wil het zelfs aan u overlaten, de vloeistof in het water te gooien, als u met alle geweld wilt. Hier... vang! Zijn hand bewoog plotseling en Car ver draaide zich bliksemsnel om en rende naar de omrastering. Elliot lachte nogmaals Hij bleef op de ver anda, totdat de groep van zeven man nen wegreed om den vluchteling te achterhalen. Het spoor was duidelijk genoeg. Zelfs een kind zou de diepe sporen hebben kunnen volgen, die de hoeven van Tugboat in de roode aarde van den heuvel had achtergelaten. De mannen volgden de sporen over den heuvel, waar ze plotseling den weg kruisten en naar het Oosten wezen. Hier is hij langzamer gaan rijden, riep Waller uit, die voorop reed. De sporen waren nu minder duidelijk zichtbaar. Na eenigen tijd in Oostelijke richting te zijn gegaan, bogen ze plotseling naar het Noorden af. En daarna wezen ze weer duideiijk naar het Zuiden. Zeg, Claudio, er zat niemand meer op het paard, waarvan we nu de sporen volgenMoeten we dat den Senor niet zeggen Miguel had Spaansch gesproken. Wat gaat ons het aan, was Claudio's meening. Waller had alle reden zich hoe langer hoe meer te verwonderen. Na eenigen tijd wees het spoor weer naar het Oosten. De opzichter ging in de stijg beugels staan om het terrein, dat voor hem lag, beter te kunnen overzien. Zijn uitroep van verbazing werd overge nomen door de cowboys, wier geoefende oogen dadelijk het paard herkenden, dat bij de glinsterende oppervlakte van een waterpoel stond. Hij heeft ons voor den gek ge houden Court is 'm gesmeerd Er was een ondertoon van bewonde ring in de stem van Waller. Hij is te voet. Verspreiden jullie je in alle richtingen en vangt hem Carver brulde woedende bevelen, maar Waller hield de mannen, die de bevelen al wilden opvolgen, met een beweging van de hand terug. Laten we het op ons gemak doen, dan sparen we veel tijd, Mr. Carver Ik heb dat spoor aandachtig bekeken en had al dadelijk het gevoel, dat de man ons van den beginne af voorden gek hield. Hij was al van Tugboat af, nog voordat het paard den heuvel over was. En wij hebben niets anders gedaan dan het onbereden dier gevolgd We moeten naar de ranch terug en opnieuw beginnen, of het zou moeten zijn, dat we geluk hebben en zijn spoor eerder vinden.... wat ons moeilijk vallen zal; daar we allen met onze paarden er over heen gereden zijn. Carver aarzelde een oogenblik. Ben je daar zeker van? Zoo zeker als ik maar kan. Waller begon dadelijk nieuwe instruc ties aan de mannen te geven. De twee Mexicanen kregen opdrachf Tugboat weer op te vangen, terwijl Waller met de anderen terugreed naar de plaats, waar de sporen voor het eerst in Noordelijke richting afbogen. Daar zou men naar sporen van Court's laarzen zoeken. Wat we nu doen. doen we net een uur te laat... en dat is juist, wat hij verwachtte dat we doen zouden verklaaide Waller. De advokaat nam een besluit. Ik geloof, dat je gelijk hebt. Roep je mannen. Laten we naar de ranch teruggaan, zoo vlug als we kun nen en van daar het spoor opnieuw volgen. Als we het kunnen, zei Waller droog, terwijl hij zijn mannen wenkte hem te volgen. Hij is net zoo glad als een ouwe wolfik verwacht niet, dat hij ergens een stuk papier stuk gescheurd heeft en de snippers tijdens de vlucht heelt laten vallen om het ons gemakkelijk te maken. Halverwege kwamen ze plotseling Elliot tegen die hen zocht, daar een van de Mexicaansche vrouwen in zeer opgewonden toestand naar het woon huis gekomen was en iets verteld had dat niemand verstond, aangezien de vrouw geen Engelsch sprak en Miss Moran en Elliot geen Spaansch ver stonden Samen met Waller galop peerde Carver naar de ranch. Wat is er aan de hand, senora vroeg Carver, die zooals de meeste Yankees in de grensstreek genoeg Neem dadelijk 'n tegen dat afgematte gevoel. Verrassend snel verdrijft 'n Akkertje schele hoofdpijn, zenuwachtigheid, oververmoeidheid en lusteloosheid. Per koker van 13 stuks 12 stuivers. Per doos van 2 stuks - 2 stuivers. flAPANTftC Wij garandeeren de goede UHiUtll I werking van "AKKERTJES-, wanr ze bevatten een biizondere combina tie van uiterst geneeskrachtige stoffen, volgens recept van Apotheker Dumont. Zorg er voor altijd "AKKERTJES" in huis te hebben, dan hebt Ge ze bij de hand, want vannacht nog kunt Ge ze noodig hebben, bij pijnen, sla peloosheid of als koorts overvalt! ten aantrekkelijk. Vooral de omstan digheid, dat de bewoners van de woningen, krachtens deze regeling gebouwd, het huis met erf in eigen dom verkrijgen, moet van grootebe- teekenis geacht worden, hetgeen-geen verder betoog behoeft. HET VOORBEELD VAN OIRSCHOT. De schrijver van het artikel ves tigt de aandacht op hetgeen door de gemeente Oirschot de laatste jaren is tot stand gebracht op dit gebied: De Oirschotsche regeling komt in hoofdzaak neer op het volgende. De gemeente koopt grond, bij voorkeur op aanwijzing van dengene, voor wien een woning wordt ge bouwd. Op dezen grond wordt door de gemeente een woning gebouwd volgens een type, dat beantwoordt aan de ervaringselschen, te stellen aan een goede, doch eenvoudige arbeiderswoning ten plattelande. De inhoud bedraagt pl.m. 300 M3. Vervolgens wordt de grond met woning aan de gegadigde in eigen dom overgedragen, waarbg de ge meente zich voorbehoudt het recht van eerste hypotheek. De aflossing van de hypothecaire schuld geschiede bij wgze van annuïteiten in ten hoogste 30 jarenwekelijks wordt een gedeelte van het verschuldigde bedrag opgehaald, evenals dit zou geschieden wanneer de bewoners een wekelljksche huur zouden moeten voldoen. De woningen worden bg voorkeur als ééngezinswoning gebouwd; de kosten gaan voor geen der in Oirschot gebouwde woningen uit boven f 2350, alles inbegrepen. Bg een rentevoet van 31/, pet. en aflossingstermgn van 30 jaren beteekent dit een betaling van f 2.45 per week. Het onderhoud komt uiteraard ten laste van den eigenaar-bewoner. Dit systeem werkt bijzonder gun stig om de arbeiders binnen verloop van 30 jaren onder gemakkelijke voorwaarden een eigen woning met tuin te bezorgen. De belanghebbende arbeidersgezin nen in Oirschot toonen op verheugen de wgze hoeveel invloed ten goede er uit kan gaan van een verbetering der huisvesting van gezinnen, die zich voorheen moesten behelpen met krotten en dergelgke bouwsels, welke den naam „woning" niet of nauwe lijks konden dragen. Spaansch voor dagelijksch gebruik sprak en verstond. Ze sprak vlug en opgewonden. Carver keek Waller aan. Heb jij het begrepen? Voor zoo ver ik er wijs uit word vertelt ze ons. dat een man de rivier overkwam en uit de omrastering achter hun huis een paard, een zadel en het noodig tuig stal. Daarna reed hij den weg naar de bergen op. Voor de tweede maal dien morgen werd de jacht op Court begonnen. Recht naar den top van de Hidalgos en langs de Zilverbron leidde het pad, Bij de Zilverbron wapperde een stuk papier, dat met één hoek tusschen twee steenen lag, zoodat het niet kon wegwaaien. Guus, beste kerel, stuur mijn post asjeblieft per adres Butch Lannin, in Rooversrust Eigenlijk ben je een uilskuiken, Guus; wist je dat? Zeg Miss Moran van mij, dat van nu af aan het motto luidt „fagh a ballagh". Deze laatste woorden waren dik onderstreept. Wat beteekent dat, Mr. Carver Het lijkt wel Chineesch, vroeg Huntoon. Carver kneep het papier tot een bal en stopte het in zijn zak, terwijl hij beval dat de vervolging voortgezet zou worden. Waller negeerde het bevel. Wat geeft het, Mr. Carver. Die man lacht ons nu al twee uren lang uit. In den tijd, dat wij tegen den berg opklimmen en er aan Noordkant weer afgaan, heeft hij al de helft van de vlakte achter zich. Zoowel Moon als Fisher knikten, ten teeken dat ze den opzichter gelijk gaven. Carver's gezicht verduisterde, maar Huntoon draaide zijn paard om. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1939 | | pagina 5