Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Zaterdag 25 Februari 1939
Zestigste Jaargang No 8
Alleen Boter
is boter
„VENRAY"
boter
De roeping tot
officier.
en kou
.MIJNHARDTJES'
Buitenland.
Binnenland.
Provinciaal Nieuws
PEEL
AAS
is zeer fijne boter
ADVERTENTIEPRIJS 1—8 regels 60 ct
per regel 71/, ct. Bij contract groote reductie
Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY
Telefoon 51 Giro 150652
Abonnementsprijs per kwartaal; voor Venray 65 ct
buiten Venray 75 ct. Afz. nummers 5 ct
Met goede leiders kan
ons leger populair worden
Een leger, dat populair is
Is zoo iets te apprecieeren
't Ligt er maar aan, wat men
onder „populair'' verstaat. Wan
neer er in ons volk een vereering
zou groeien voor de weermacht
als machtsinstrument, dan zou
dat militairistisch wezen en dus
fataal. Zulke vereering zou de
oorlogszucht prikkelen, het ver
langen doen groeien om. al of
niet in samenwerking met andere
machten, van de volkskracht te
doen blijken op het strijdtooneel.
Populair in den goeden zin
des woords zal onze weermacht
zijn, wanneer het volk zijn (be
trekkelijke) welvaart, zijn rechten
en vrijheden, al z'n geestelijke
goederen, te verdedigen waard
acht en daarom van waardeering
laat blijken voor de nationale
organen, en de menschen uit
welke ze zijn samengesteld, die
al of niet vrijwillig, maar in elk
geval in het volle bewustzijn van
plicht, bereidheid betoonen om
zich voor te bereiden op als
dat ooit noodig mocht zijn
de taak van nationale verdediging.
In onzen tijd van nationalis
tische overdrijving mag er wel
eens aan worden herinnerd, dat
geen vereering, maar waardeering
de band behoort te wezen, welke
volk en leger (vloot) verbindt.
Deze waardeering moet ook
tot uiting komen ten aanzier. van
degenen, die zich tot levenstaak
hebben gesteld om de weermacht
te helpen organiseeren, onder
houden en leiden de officieren.
In het algemeenhet kader.
Ik las dezer dagen het verslag
eener vergadering, waarin door
enkele hoofdofficieren voor een
gehoor van studeerende jongelui
en dezer ouders werd gesproken
overde roeping tot officier.
Inderdaad het militaire vak
kan een roeping wezen. Jonge-
menschen kunnen in zich de
kwaliteiten aanwezig meenen,
voor de legerleiding benoodigd.
En zich daarom voelen aange
trokken tot deze levenstaak.
Burgers behooren voor zulke
roeping van anderen respect te
betoonen als voor welke roeping
öök, welke op het behoud, de
verbreiding of verdediging van
het maatschappelijk en geestelijk
goede is gericht.
Laten de militaire leiders echter
bedenken, dat niet enkel de weer
macht behoefte heeft aan popu
lariteit, d.i. aan de waardeering
van het volk, maar dat omgekeerd
het leger doordrongen moet
wezen en blijven van het inzicht,
dat het er om des volkswille is;
het leger moet het volk minnen.
De liefde tot het volk behoort
de oorsprong te zijn van de
militaire roeping.
Zóó is het niet altijd geweest.
Een der sprekers ter boven
bedoelde vergadering gaf dat
onomwonden toe. Ik lees van
hem (generaal majoor Jhr. J.Th.
Alting van Geusau):
„Het verheugde spr., dat
tegenwoordig de officieren
weer in alle kringen der
maatschappij worden gewaar
deerd, in tegenstelling met
een toestand, die gedurende
eenige tientallen jaren te
voren heeft geheerscht."
Juist I Maar wie waren verant
woordelijk voor dien vroegeren
verkeerden toestand Ik heb het
Nederlar.dsche leger van eenige
tientallen jaren geleden goed ge
kend ik maakte er deel van uit
als verlofsofficier. Reserve-offi
cieren worden door generaal
Alting von Geusau zeer gewaar
deerd, omdat ze „staande met
het eene been in het leger en
met het andere been in de maat
schappij", het „contact met de
burgermaatschappij" kunnen on
derhouden.
Dit contact is vroeger zeer
gebrekkig geblekendoor beroeps
officieren werden de reserve-
officieren in het algemeen
gesproken met den nek aan
gekeken. Omdat ze „burgers"
waren en deswege in het leger
niet in tel. Het volk bestond in
die dagen uit beroeps-militairen
en burgersde eersten waanden
zich volstrekt superieur.
De reserve-officieren stonden
intellectueel boven de beroeps
officieren, die geestelijk en cul
tureel zeer eenzijdig waren ge
oriënteerd. Buiten hun militaire
vak bestond er niets ter wereld,
wat te apprecieeren was.
Wil dat alles in de toekomst
beter zijn en blijven, dan zal het
leger de reserve-officieren moeten
beschouwen énkel als een ver
sterking van de weermacht, niet
als schakels tusschen leger en
volk (burgerij) De beroeps
officieren moeten zelf in het
burgerlijke leven staanleven
mét, in en voor de burgerij. Het
leger moet deel van het volk zijn.
Generaal Alting von Geusau
voelt dat mede. Hij zei
„In onze dagen beperkt de
taak van een officier zich
niet tot de militaire opleiding;
hij doet ook aan volks
opvoeding. In vrije oogen-
blikken heeft hij ook gelegen
heid met de manschappen
over cultureele aangelegen
heden te spreken."
Prachtig Maar hoe denkt men
de officieren voor deze taak ge
schikt te maken? De tweede
spreker ter meerbedoelde ver
gadering, luit. ter zee 2ekl. J.N.
v. d. Mey heeft m'n hart van
vrees vervuld, toen hij een uit
eenzetting gaf van hoe men officier
bij de marine wordt. De candidaat
moet innerlijke beschaving, een
goede gezondheid en „pit" heb
ben. En de H.B.S. of het Gym
nasium hebben doorloopen.
„Aan het Kon. Instituut der
Marine moeten de jongelui
een 3-jarigen cursus volgen.
Dat programma is zoo vol,
dat er geen gelegenheid meer
is aan zijn algemeene ont
wikkeling en beschaving te
arbeiden."
Dus, let weleen jongen komt
van de H.B.Sverbindt zich bij
de marine en krijgt dan drie jaren
lang enkel militair vak-onderwijs.
Voor het bijbrengen van bescha
ving en algemeene ontwikkeling
is geen tijd meer.
En na die drie jaar wordt hij
losgelaten op de burgerjongens,
die in dienst komen en deze
jongens gaat hij dan om met
generaal Alting von Geusau te
spreken „opvoeden" en over
„cultureele aangelegenheden"
spreken I
Ik heb zoo'n idee ze beginnen
te voelen, de groote legerleiders,
hoe het zou behooren te zijn,
maar ze vinden den weg nog
niet naar het doel. Laat men
dien weg toch ijverig zoeken,
desnoods - geholpen door in
tellectueelefiguren van beteekenis
uit de burgerij.
De Nerierlandsche weermacht
moet haar plaats verwerven mid
den in het volk in, dan zal
ze in den besten zin des woords
populair zijn.
De officierstaak is een zéér
moeilijke en de roeping van den
officier is een edel en hoog
staande. Mits worde begrepen,
dat de legerleider iti zich behoort
te vereenigen alle goede kwali
teiten van den soldaat èn van
den burger.
Een officier, die zich énkel
soldaat voelt en zich hooghartig
verwijderd houdt van burgerlijke
wetenschap en cultuur, past niet
in het moderne Nederlandsche
leger. Md.
verdrijft U snel en zeker met
Koker 12 stuks 50et. Proefdoosje 2*tvK3 tOct
De toestand.
„We leven thans niet in een ge
wone periode van vrede, maar in
een tgdvak van onbloedigen ooi log",
aldus typeerde de Engelsche staats
man Churchill bg de debatten over
de defensie den algemeenen toestand.
Wij hopen en bidden, zoo voegde hij
eraan toe, dat deze oorlog onbloedig
moge blijven en dat de vrede zal
opduiken na een zoo kort mogelijken
tgd. Ieder weldenkend mensch zal
het hem gaarne mededoen hopen.
Wg vreezen echter, dat we nog
ver van den waren vrede verwgderd
zijn.
Gelgk in de periode vóór 1914 doet
alom de stelling weer opgeld, dat de
vrede bewaard moet blijven door
voorbereiding voor den oorlog.
Churchill drukte het scherp en cru
aldus uitde beste kans op behoud
van den vrede is gelegen in de op
hooping van afschrikwekkende midde
len tegen een aanval. Die middelen
moeten den grondslag leggen voor
de kracht, niet de zwakheid tot een
pogiDg voor een algemeene regeling,
gevolgd door algemeene ontwapening.
De premier Chamberlain heeft er
bg deze debatten op gewezen, dat
de productie van uitrusting en
munitie thans aanmerkelijk toeneemt.
Spr. betreurt dat dit noodzakelijk is
en wanneer hij dacht, dat een confe
rentie van leiders der naties zou
kunnen leiden tot vermindering van
bewapening, dan zou hg niet aarzelen
deze thans bgeen te roepen.
De uitgebreide Engelsche bewape
ning dient alleen voor verdediging.
Indien het waar is, dat anderen niet
meer dan wij de bedoeling van aan
vallen hebben, dan moeten we daaruit
opmaken, dat wij deze ruïneuse
wapeningen uit wanbegrip opvoeren.
Chamberlain besloot met te
zeggen hoewel wij er niet in
kunnen toestemmen onze be
wapening te verminderen, totdat
zulks kan gebeuren op grond
van een algemeene overeenkomst,
beschouw ik 't onzen plicht iedere
gelegenheid waar te nemen om
andere regeeringen te probeeren
te overtuigen van de dwaasheid
der richting, welke wij, allen
volgen en een einde te maken
aan een toestand, welke, indien
voortgezet, ieder land van Europa
tot bankroet moet brengen.
Zoo is 't inderdaad: de krankzin
nige bewapening voert de staten
voor en na naar den ondergang.
Dat blgkt ook uit de fabelachtige
cgfers omtrent de bewapening van
verschillende landen, welke gepubli
ceerd werden door de Deutsche Wehr,
een gezaghebbend militair orgaan.
Ziehier enkele gegevens
Engeland heeft 6000 vliegtuigen en
een leger van 2.000.000 man, Frank-
rgk 5000 toestellen en 5.100.000 man,
Rusland 9000 vliegtuigen en 11.000 000
man, Amerika 3700 vliegtuigen en
2.500 000 man, Italië 4000 vliegtuigen
en 2.000.000 man, en Japan 2700
vliegtuigen en een leger van 1.500.000
man.
Het cgfer van de machinegeweren,
de artillerie en de tanks zou vo.or
Engeland zgn 17.700, voor Frankrgk
42300 en voor Italië 22800.
Het blad acht het nauwelglrs
mogelijk, de gewapende kracht van
het Britsche Rgk te schatten. Een
Duitsch blad zegt als geruststelling
„dat de democratieën één ding mis
sen genoeg menschen voor de han-
teering van hun reusachtige wapen-
voorraden.
Onder deze omstandigheden is het
voor de wereld nog maar gelukkig,
dat een staatsman als Chamberlain
met kracht een politiek van toe
nadering voert en alles doet, om zoo
eenigszins mogelijk een gewapend
conflict te vermgden. Hg doet dat
ook, met anderen, door over de
ideologische tegenstellingen heen te
werken aan het herstel van normale
handelsbetrekkingen.
Dat is voor den vrede van gewel
dig groot belang. Men denke slechts
aan Hitler's bekentenis, dat Duitsch-
land moet exporteeren of sterven
Dat is een toestand, die groote
gevaren oplevert voor den vrede,
want een volk als het Duitsche,
onder de huidige leiding, laat zich
niet economisch afslachten. Eerder
zou er een wanhoopsoorlog uit
barsten.
Mede daarom poogt Chamberlain
met Duitschland een regeling te
treffen over de handelsbetrekkingen.
Het wil Duitschland in zgn nood de
helpende hand bieden.
En Duitschland gaat zelfs met z'n
aartsvgand Rusland praten om tegen
eiken prgs een handelsovereenkomst
tot stand te brengen.
Italië sloot al eerder zoo'n verdrag
met Rusland en Duitschland gaat
met het verfoeide roode Mexico een
transactie aan tot ruil van olie
tegen vliegtuigen.
Die pogingen tot internationalen
handel kunnen nuttig zgn voor het
behoud van den vrede. Zg leeren in
ieder geval, dat de landen elkander
niet kunnen missen en dat 't weinig
minder dan misdadige waanzin is
om elkaar te boycotten.
Moge dat inzicht spoedig zege
vieren, het kan er krachtig toe
medewerken om veel en groot on
heil van de geteisterde wereld af te
wenden.
Rusland vecht tegen het
Paaschfeest.
Met 1 millioen staatsgeld l
De haat tegen God en godsdienst
speelt den Russischen machthebbers
danig parten. Thans gaat weer een
geweldige actie gevoerd worden
tegen het Christelijke Paaschfeest.
Ongeveer 68000 atheïstische propa
gandisten zullen aan de campagne
deelnemen, welke met 1 millioen
staatsgeld gesteund wordt.
Zoo trekt men Russisch-lomp en
plomp te velde tegen alles, wat aan
God en godsdienst herinnert, open-
Igk zonder zgn ware bedoelingen te
maskeeren.
In Duitschland gebeurt het op een
geraffineerde en gecamoufleerde
wijze, maar de bedoeling is bg beide
methoden dezelfde.
Ongevallen in Amerika.
In Amerika zgn in 1938 door on
gevallen 95.000 personen gedood. Dat
is 10 pet. minder dan in 1937.
Door verkeersongevallen kwamen
32000 personen om het leven tegen
39.000 in 1937, wat een vermindering
met 19 pet. beteekent.
Duitschland steunt
afgevallen priesters.
Naar wij aan het orgaan van den
nationaal-socialist, onderwgzersbond
ontleenen, hebben in de gouwen
Salzburg en Tirol-Vorarlberg een
aantal geestelijken, die uit de kerk
zgn getreden, aan den landschool-
raad het verzoek gericht, om onder
wijzer te worden.
Aan hen is nu de gelegenheid
gegeven, om een jaar aan de kweek
school te studeeren, waarna zg in
het schoolwezen te werk kunnen
worden gesteld.
Dc Vastenbrief.
De Vastenbrief van het Nederland
sche episcopaat, die Zondag in alle
R.K. kerken is voorgelezen, was dit
maal gewijd aan den overleden paus
Pius XI, wiens arbeid voor den vrede
en voor de uitbreiding van het Gods
rijk in de maatschappij in het her
derlijk schrgven wordt geschetst.
„Het pontificaat van Pius XI, al
dus de Nederlandsche bisschoppen,
zal een plaats van beteekenis blgven
innemen in de geschiedenis der kerk.
Doch zware beproevingen werden
hem niet gespaard. Vooral de laatste
jaren heeft hij zijn Goddelglcen mees
ter het kruis van Calvarie moeten
nadragen. Zgn pontificaat viel in een
periode, waarin de menschheid ont
wricht scheen op ieder gebied. Wg
behoeven slechts te wgzen op de
bloedige kerkvervolging in Rusland,
Mexico en Spanje, op den Igdensweg
der kerk in het Duitsche rijk, op
den 'gruwelgken broederoorlog in
Spanje, op den oorlog in China, die
het bloeiende missiewerk aldaar
dreigt te vernietigen. En de paus,
die de bevordering van den vrede in
zgn program geschreven had, zag de
volkeren dreigend tegenover elkaar
staan in een steeds toenemende be
wapening. In zijn laatste groote ra
diotoespraak op den dag van het
accoord van München offerde hg
God zgn leven op voor het heil en
vrede van de wereld. God heeft dit
offer nu aanvaard, moge Hjj ook
's pausen bede verhooren.
Het episcopaat schrijft ten slotte
Missen en gebeden voor, zoowel voor
de zlelerust van den overleden paus
als om Gods bgstand af te smeken
over het conclaaf.
Wat we verrooken.
Er is een belangrgke verschuiving
te constateeren in de artikelen, die
„in rook opgaan".
Rook- en pruimtabak worden hoe
langer hoe minder gebruikt, maar
het getal sigaretten neemt toe.
Het getal sigaren is van 1929 tot
1939 nog eenigszins gestegen, nl.
van 173 tot 179 per hoofd en per
jaar en destaging van het verbruik
van sigaretten is dus geheel gegaan
ten koste van dat van rook- en
pruimtabak.
De totale uitgaven voor tabaks
fabrikaten zgn in bedoelde periode
belangrijk verminderd, nl. van 173
tot 132 millioen gulden, of per hoofd
der bevolking van f 22 tot f 15. Er
heeft dus ook een belangrgke daling
van de gemiddelde waarde der ver
bruikte artikelen plaats gevonden,
voor sigaren van f 69 tot f 42 per
duizend, voor sigaretten van f 17
tot f 10 per duizend en voor rook-
en pruimtabak e d. van f 236 tot
f 175 per 100 kg.
Het trekt de aandacht, dat de na
1930 begonnen daling van de totale
waarde, sinds 1933 weer voor eenige
stggiog heeft plaats gemaaktbe
droeg de waarde in 1929183 millioen
in 1936 was deze 124 millioen en in
1938 132 millioen.
Belastingen vloeien ruim.
En de groote gezinnen bloeden.
Een van de moeilijkste vraagstuk
ken voor eiken staat is wel dit: de
belastingen zoo billgk mogelgknaar
draagkracht te regelen. Daarbg
springen de belangen van de gezin
nen en speciaal van de groote ge
zinnen sterk naar voren. Iedereen
voelt het als een eisch van natuur
recht en zeker van Christelijke
rechtvaardigheid en naastenliefde,
dat by de belastingheffing de groote
gezinnen zooveel mogelgk worden
ontzien.
Na dit nog eens voorop gesteld
te hebben, bekijken we een paar
cijfers omtrent de opbrengst der
belastingen.
In Januari brachten de indirecte
belastingen 38.4 millioen op tegen
over 33.3 millioen in Januari van
het vorig jaar.
Die toename danken we goeddeels
aan de Omzetbelasting, die tegen
over het vorige jaar steeg van 4.3
millioen tot 9.7 millioen. Dit geeft
O.N. het volgende commentaar m
de pen, dat we geheel onderschrgven
Hieruit blijkt wel, dat de zoo on
schuldig aangekondigde technische
herziening van deze belasting zooals
minister de Wilde het noemde, weer
heel wat meer uit de bevolking put.
En waar deze belasting zoo goed
als uitsluitend drukt op de consump
tie, daar ligt het voor de hand dat
de gezinnen en vooral de groote
gezinnen, die uit den aard der zaak
het meest consumeeren, ook het
meest in deze langzamerhand
rigoureuse belasting opbrengen.
Terwijl de vrijgezel, die het beste
belasting kan betalen, juist hier
weinig of niets bijdraagt.
Veel rechtvaardiger dan een ver
zwaring van de omzetbelasting was
dan ook een vrijgezellen-belasting
geweest. Maar helaas, daar wil
minister de Wilde niets van weten.
Maar de groote gezinnen worden
op die wijze meer en meer het kind
van de rekening.
En wat daar nu straks tegenover
gesteld wordt als compensatie nl.
elf millioen voor 340.000 gezinnen
met meer dan 3 kinderen, heeft
tegenover de verzwaarde lasten der
laatste jaren, wel heel weinig be
teekenis.
Zoo bracht de accijns op vleesch
over Januari weer f 25000 meer op.
met een totaal bedrag van f627.000.
De belasting op suiker bracht over
Jan. f 600.000 meer op dan Jan. 1938
met een totaal bedrag van 5.432 000
in een maand.
Hoeveel zou daar niet inzitten van
de gezinnen
De stijging van de belastingop
brengst komt voor 80 pet. uit de
gezinnen.
Bewgst dit niet hoe onrechtvaar
dig en hoe onsociaal en ook hoe
weinig christelgk ons belasting
stelsel is
VENRAY, 25 Febr. 1939
BEKENDMAKING.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen ter algemeene ken
nis, dat de op 22 Februari 1939 vast
gestelde lijst van kiezers voor de
Tweede Kamer der Staten-Generaal,
voor de Provinciale Staten en voor
den Gemeenteraad, vanaf 23 Februari
tot en met 16 Maart a.s. op de
Secretarie der Gemeente voor een
ieder ter inzage Is nedergelegd en
tegen betaling der kosten, stem-
districtsgewgze, in uittreksel ver
krijgbaar is gesteld.
Tot en met den 29en Maart is een
ieder bevoegd by het Gemeente
bestuur verbetering van de doordat
Bestuur vastgestelde kiezerslgsL te
vragen, op grond dat hg zelf of een
ander, in strgd met de wet, daarop
voorkomt, niet voorkomt, niet behoor-
lgk voorkomt, of al dan niet voor
eenige verkiezing aangewezen is als
bevoegd bg volmacht te stemmen.
Venray, 22 Februari 1939.
Burgemeester enWethouders
van Venray,
A. H. M. JANSSEN.
De Secretaris,
VAN HAAREN.
Verkiezing voor de leden van
de Provinciale Staten.
De Burgemeester van Venray
brengt ter openbare kennis, dat op
Dinsdag 14 Maart as. zal plaats
hebben de candidaatstelling voor de
verkiezing der leden van de Pro
vinciale Staten.
Op dien dag kunnen bg den Voor
zitter van het Hoofdstembureau
(ter Secretarie van de Gemeente
Horst) van des voormiddags negen
uur tot des namiddags vier uur
lgsten van candidaten worden inge
leverd.
Vanaf 21 Februari tot en met 14
Maart a.s. zgn ter Secretarie van
elke gemeente kosteloos verkrygbaar
formulieren voor candidatenlgsten.
Venray, 18 Februari 1939.
De Burgemeester voornoemd,
A. H. M. JANSSEN.
HONDENBELASTING.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen in herinnering, dat
de aangifte voor de belasting op
honden moet geschieden ten kantore
van den Gemeente-Ontvanger vóór
10 Maart a s.
De aangifte kan geschieden eiken
werkdag des voormiddags tusschen
9 en 12 uur. Speciaal wordt hiervoor
zitting gehouden op "7 Maandag 6
Maart a.s.
Venray, 22 Februari 1939.
Burgemeester en Wethouders van
Venray
A. H. M. JANSSEN,
De Secretaris,
VAN HAAREN
CARNAVAL IN VENRAY.
Venray heeft drie dagen gestaan
in het teeken van den Carnaval en
de Peelhazen en Peelknientjes heb
ben goed gevolg gegeven aan den
oproep der Feestcommissie van
Venray Vooruit: „Blieft wakker,
Piëlhaas!"
Ze zgn wakker geweest en het is
een Carnaval geworden, dat, naar
vertrouwd mag worden, de ry van
dergelgke feesten waardig geopend
heeft.
Het jaarlgksche concert, dat Ven-
rays Harmonie met Vastenavond
gewend is te geven, was mede in
de Vastenavondpret opgenomen,
want nauweiyks was de openings-
marsch van het concert verklonken,
of de president deed de mededee-
ling, dat Prins Carnavöl met gevolg
en hofhouding het concert zou bg-
wonen, welke mededeeling met ap
plaus werd begroet. Spreker ver
zocht allen bg het binnenkomen
van den Prinselgken stoet het Ven-
raysche Vastelaoveslied te willen
zingen, waaraan allen bigde vol
deden, toen een oogenblik later het
hooge gezelschap de zaal binnen
kwam. De kleurige en met zwier
gekleede stoet werd ontvangen met
bigde hoera's en met enthousiasme
werd het bekeDde Vastenavondlied
gezongen.
Hierna roept Dr. Sala alle aan
wezigen, speciaal echter Prins Con
en diens gevolg, het welkom toe en
verzekert hg Zgne Hoogheid, dat
dit bezoek door de Harmonie ten
zeerste wordt op prgs gesteld.
Vroeger is er in Venray ook wel
eens een optocht gehouden, maar
men is toen ingedommeld, doch nu
zgn de Peelhazen wakker geworden.
Veel is er in dien tusschentgd ver
anderd, maar de oude gulle, bigde
gastvrijheid is in Venray gebleven.
Hg weet zeker dat de Prins er nog
staaltjes van beleven zal. In ver
band met het interne leven der
Harmonie, roept Spreker allen op
om honorair lid der Harmonie te
worden. Deze heeft aller steun
noodig, vooral in dezen tyd, die ook
het financieele deel der Vereeniging
niet ongemoeid laat. Met dank aan
dir.- Welting en werkende leden,
sloot de president zgn rede.
In antwoord hierop voerde Prins
Con I het woord, die verzekerde dat
Hg met de geheele Hofhouding
gaarne gevolg gegeven hadden aan
de vereerende uitnoodiging tot be
zoek, aan dit concert. Vervolgens
wgdde Zgne Hoogheid waardeerende
woorden aan Venray's Harmonie,
die hy een bigde toekomst toe-
wenschte en sioot met de woorden
„Leve Venray's Harmonie onder
president Dr. Sala", wien hg hierna
benoemde tot Commandeur in de
Orde der Peelhazen en wien hg de
versierselen der orde omhing.
Onder luid applaus zette de Har
monie een „Lang zal hg leven" in,
hetgeen allen staande meezongen.
Hierna werd het muziekale ge
deelte van het concert door de
Harmonie keurig uitgevoerd, waarna
een tweetal tooneelstukjes werden
gegeven door het gezelschap van
W, Hart uit Eindhoven. Of de Car
navalsgeest de aanwezigen reeds te
pakken had, is mceilgk te zeggen,
maar de aandacht was niet door het
tooneel ingepalmd.
Was Zondag een dag van druilig
regenweer geweest, met zorg en
bezorgdheid werd Maandag de dikke
dreigende lucht bekeken, doch zwart-
kgkers werden direct door de Peel
hazen gesommeerd om volgens de
Peelhazenwet niet te kankeren.
Bovendien kwam de voorspelling, dat
de nieuwe maan die er was alles
zou wegtrekken. En waarlgk het
bleek waarheid, zelf3 scheen de zon
toen de optocht zgn rondgang zou
beginnen. En het werd allengs druk
ker in de straten en dra was er de
tgding dat de wegen naar Venray
nog zwart waren van hen, die, den
intocht van den Prins in zgn Rgk
wilden zien. Wanneer zou er nog
eens zoo'n menschenmassa in Venray
geweest zgn En daar kwam de
optocht al aan. Wat een werk en
moeite is er niet besteed om dit
alles in elkaar te zetten. Wat een
geestige en dolle uitbeeldingen. Het
zou te ver voeren om alle wagens
en groepen afzonderiyk te beschrg-
ven, we willen daarom volstaan met
er op te wgzen, dat de jury voor
een moeiiyke taak stond by het
toekennen der prgzen.
De uitslag was als volgt:
Groepen
le prys Boerenbruiloft, Maash.weg.
2e pry3 4 Friesche dames,
Nachtegaai
3e prys Junioren, Servatius
4e prys Drie Jantjes
5e prys Drie Zeeuwsche meisjes
6e pr^s Ridders van de kwast,
Schildersvereeniging
7e prgs Intocht van de Lente,
Langstraat
8e prgs Adamson en consorten,
Leunen
9e prgs Begrafenis van de Peel,
Ysselsteyn
10e prgs Oude en nieuwe tgd, Smakt