Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. Zaterdag 25 Februari 1939 Zestigste Jaargang No 8 Alleen Boter is boter „VENRAY" boter De roeping tot officier. en kou .MIJNHARDTJES' Buitenland. Binnenland. Provinciaal Nieuws PEEL AAS is zeer fijne boter ADVERTENTIEPRIJS 1—8 regels 60 ct per regel 71/, ct. Bij contract groote reductie Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY Telefoon 51 Giro 150652 Abonnementsprijs per kwartaal; voor Venray 65 ct buiten Venray 75 ct. Afz. nummers 5 ct Met goede leiders kan ons leger populair worden Een leger, dat populair is Is zoo iets te apprecieeren 't Ligt er maar aan, wat men onder „populair'' verstaat. Wan neer er in ons volk een vereering zou groeien voor de weermacht als machtsinstrument, dan zou dat militairistisch wezen en dus fataal. Zulke vereering zou de oorlogszucht prikkelen, het ver langen doen groeien om. al of niet in samenwerking met andere machten, van de volkskracht te doen blijken op het strijdtooneel. Populair in den goeden zin des woords zal onze weermacht zijn, wanneer het volk zijn (be trekkelijke) welvaart, zijn rechten en vrijheden, al z'n geestelijke goederen, te verdedigen waard acht en daarom van waardeering laat blijken voor de nationale organen, en de menschen uit welke ze zijn samengesteld, die al of niet vrijwillig, maar in elk geval in het volle bewustzijn van plicht, bereidheid betoonen om zich voor te bereiden op als dat ooit noodig mocht zijn de taak van nationale verdediging. In onzen tijd van nationalis tische overdrijving mag er wel eens aan worden herinnerd, dat geen vereering, maar waardeering de band behoort te wezen, welke volk en leger (vloot) verbindt. Deze waardeering moet ook tot uiting komen ten aanzier. van degenen, die zich tot levenstaak hebben gesteld om de weermacht te helpen organiseeren, onder houden en leiden de officieren. In het algemeenhet kader. Ik las dezer dagen het verslag eener vergadering, waarin door enkele hoofdofficieren voor een gehoor van studeerende jongelui en dezer ouders werd gesproken overde roeping tot officier. Inderdaad het militaire vak kan een roeping wezen. Jonge- menschen kunnen in zich de kwaliteiten aanwezig meenen, voor de legerleiding benoodigd. En zich daarom voelen aange trokken tot deze levenstaak. Burgers behooren voor zulke roeping van anderen respect te betoonen als voor welke roeping öök, welke op het behoud, de verbreiding of verdediging van het maatschappelijk en geestelijk goede is gericht. Laten de militaire leiders echter bedenken, dat niet enkel de weer macht behoefte heeft aan popu lariteit, d.i. aan de waardeering van het volk, maar dat omgekeerd het leger doordrongen moet wezen en blijven van het inzicht, dat het er om des volkswille is; het leger moet het volk minnen. De liefde tot het volk behoort de oorsprong te zijn van de militaire roeping. Zóó is het niet altijd geweest. Een der sprekers ter boven bedoelde vergadering gaf dat onomwonden toe. Ik lees van hem (generaal majoor Jhr. J.Th. Alting van Geusau): „Het verheugde spr., dat tegenwoordig de officieren weer in alle kringen der maatschappij worden gewaar deerd, in tegenstelling met een toestand, die gedurende eenige tientallen jaren te voren heeft geheerscht." Juist I Maar wie waren verant woordelijk voor dien vroegeren verkeerden toestand Ik heb het Nederlar.dsche leger van eenige tientallen jaren geleden goed ge kend ik maakte er deel van uit als verlofsofficier. Reserve-offi cieren worden door generaal Alting von Geusau zeer gewaar deerd, omdat ze „staande met het eene been in het leger en met het andere been in de maat schappij", het „contact met de burgermaatschappij" kunnen on derhouden. Dit contact is vroeger zeer gebrekkig geblekendoor beroeps officieren werden de reserve- officieren in het algemeen gesproken met den nek aan gekeken. Omdat ze „burgers" waren en deswege in het leger niet in tel. Het volk bestond in die dagen uit beroeps-militairen en burgersde eersten waanden zich volstrekt superieur. De reserve-officieren stonden intellectueel boven de beroeps officieren, die geestelijk en cul tureel zeer eenzijdig waren ge oriënteerd. Buiten hun militaire vak bestond er niets ter wereld, wat te apprecieeren was. Wil dat alles in de toekomst beter zijn en blijven, dan zal het leger de reserve-officieren moeten beschouwen énkel als een ver sterking van de weermacht, niet als schakels tusschen leger en volk (burgerij) De beroeps officieren moeten zelf in het burgerlijke leven staanleven mét, in en voor de burgerij. Het leger moet deel van het volk zijn. Generaal Alting von Geusau voelt dat mede. Hij zei „In onze dagen beperkt de taak van een officier zich niet tot de militaire opleiding; hij doet ook aan volks opvoeding. In vrije oogen- blikken heeft hij ook gelegen heid met de manschappen over cultureele aangelegen heden te spreken." Prachtig Maar hoe denkt men de officieren voor deze taak ge schikt te maken? De tweede spreker ter meerbedoelde ver gadering, luit. ter zee 2ekl. J.N. v. d. Mey heeft m'n hart van vrees vervuld, toen hij een uit eenzetting gaf van hoe men officier bij de marine wordt. De candidaat moet innerlijke beschaving, een goede gezondheid en „pit" heb ben. En de H.B.S. of het Gym nasium hebben doorloopen. „Aan het Kon. Instituut der Marine moeten de jongelui een 3-jarigen cursus volgen. Dat programma is zoo vol, dat er geen gelegenheid meer is aan zijn algemeene ont wikkeling en beschaving te arbeiden." Dus, let weleen jongen komt van de H.B.Sverbindt zich bij de marine en krijgt dan drie jaren lang enkel militair vak-onderwijs. Voor het bijbrengen van bescha ving en algemeene ontwikkeling is geen tijd meer. En na die drie jaar wordt hij losgelaten op de burgerjongens, die in dienst komen en deze jongens gaat hij dan om met generaal Alting von Geusau te spreken „opvoeden" en over „cultureele aangelegenheden" spreken I Ik heb zoo'n idee ze beginnen te voelen, de groote legerleiders, hoe het zou behooren te zijn, maar ze vinden den weg nog niet naar het doel. Laat men dien weg toch ijverig zoeken, desnoods - geholpen door in tellectueelefiguren van beteekenis uit de burgerij. De Nerierlandsche weermacht moet haar plaats verwerven mid den in het volk in, dan zal ze in den besten zin des woords populair zijn. De officierstaak is een zéér moeilijke en de roeping van den officier is een edel en hoog staande. Mits worde begrepen, dat de legerleider iti zich behoort te vereenigen alle goede kwali teiten van den soldaat èn van den burger. Een officier, die zich énkel soldaat voelt en zich hooghartig verwijderd houdt van burgerlijke wetenschap en cultuur, past niet in het moderne Nederlandsche leger. Md. verdrijft U snel en zeker met Koker 12 stuks 50et. Proefdoosje 2*tvK3 tOct De toestand. „We leven thans niet in een ge wone periode van vrede, maar in een tgdvak van onbloedigen ooi log", aldus typeerde de Engelsche staats man Churchill bg de debatten over de defensie den algemeenen toestand. Wij hopen en bidden, zoo voegde hij eraan toe, dat deze oorlog onbloedig moge blijven en dat de vrede zal opduiken na een zoo kort mogelijken tgd. Ieder weldenkend mensch zal het hem gaarne mededoen hopen. Wg vreezen echter, dat we nog ver van den waren vrede verwgderd zijn. Gelgk in de periode vóór 1914 doet alom de stelling weer opgeld, dat de vrede bewaard moet blijven door voorbereiding voor den oorlog. Churchill drukte het scherp en cru aldus uitde beste kans op behoud van den vrede is gelegen in de op hooping van afschrikwekkende midde len tegen een aanval. Die middelen moeten den grondslag leggen voor de kracht, niet de zwakheid tot een pogiDg voor een algemeene regeling, gevolgd door algemeene ontwapening. De premier Chamberlain heeft er bg deze debatten op gewezen, dat de productie van uitrusting en munitie thans aanmerkelijk toeneemt. Spr. betreurt dat dit noodzakelijk is en wanneer hij dacht, dat een confe rentie van leiders der naties zou kunnen leiden tot vermindering van bewapening, dan zou hg niet aarzelen deze thans bgeen te roepen. De uitgebreide Engelsche bewape ning dient alleen voor verdediging. Indien het waar is, dat anderen niet meer dan wij de bedoeling van aan vallen hebben, dan moeten we daaruit opmaken, dat wij deze ruïneuse wapeningen uit wanbegrip opvoeren. Chamberlain besloot met te zeggen hoewel wij er niet in kunnen toestemmen onze be wapening te verminderen, totdat zulks kan gebeuren op grond van een algemeene overeenkomst, beschouw ik 't onzen plicht iedere gelegenheid waar te nemen om andere regeeringen te probeeren te overtuigen van de dwaasheid der richting, welke wij, allen volgen en een einde te maken aan een toestand, welke, indien voortgezet, ieder land van Europa tot bankroet moet brengen. Zoo is 't inderdaad: de krankzin nige bewapening voert de staten voor en na naar den ondergang. Dat blgkt ook uit de fabelachtige cgfers omtrent de bewapening van verschillende landen, welke gepubli ceerd werden door de Deutsche Wehr, een gezaghebbend militair orgaan. Ziehier enkele gegevens Engeland heeft 6000 vliegtuigen en een leger van 2.000.000 man, Frank- rgk 5000 toestellen en 5.100.000 man, Rusland 9000 vliegtuigen en 11.000 000 man, Amerika 3700 vliegtuigen en 2.500 000 man, Italië 4000 vliegtuigen en 2.000.000 man, en Japan 2700 vliegtuigen en een leger van 1.500.000 man. Het cgfer van de machinegeweren, de artillerie en de tanks zou vo.or Engeland zgn 17.700, voor Frankrgk 42300 en voor Italië 22800. Het blad acht het nauwelglrs mogelijk, de gewapende kracht van het Britsche Rgk te schatten. Een Duitsch blad zegt als geruststelling „dat de democratieën één ding mis sen genoeg menschen voor de han- teering van hun reusachtige wapen- voorraden. Onder deze omstandigheden is het voor de wereld nog maar gelukkig, dat een staatsman als Chamberlain met kracht een politiek van toe nadering voert en alles doet, om zoo eenigszins mogelijk een gewapend conflict te vermgden. Hg doet dat ook, met anderen, door over de ideologische tegenstellingen heen te werken aan het herstel van normale handelsbetrekkingen. Dat is voor den vrede van gewel dig groot belang. Men denke slechts aan Hitler's bekentenis, dat Duitsch- land moet exporteeren of sterven Dat is een toestand, die groote gevaren oplevert voor den vrede, want een volk als het Duitsche, onder de huidige leiding, laat zich niet economisch afslachten. Eerder zou er een wanhoopsoorlog uit barsten. Mede daarom poogt Chamberlain met Duitschland een regeling te treffen over de handelsbetrekkingen. Het wil Duitschland in zgn nood de helpende hand bieden. En Duitschland gaat zelfs met z'n aartsvgand Rusland praten om tegen eiken prgs een handelsovereenkomst tot stand te brengen. Italië sloot al eerder zoo'n verdrag met Rusland en Duitschland gaat met het verfoeide roode Mexico een transactie aan tot ruil van olie tegen vliegtuigen. Die pogingen tot internationalen handel kunnen nuttig zgn voor het behoud van den vrede. Zg leeren in ieder geval, dat de landen elkander niet kunnen missen en dat 't weinig minder dan misdadige waanzin is om elkaar te boycotten. Moge dat inzicht spoedig zege vieren, het kan er krachtig toe medewerken om veel en groot on heil van de geteisterde wereld af te wenden. Rusland vecht tegen het Paaschfeest. Met 1 millioen staatsgeld l De haat tegen God en godsdienst speelt den Russischen machthebbers danig parten. Thans gaat weer een geweldige actie gevoerd worden tegen het Christelijke Paaschfeest. Ongeveer 68000 atheïstische propa gandisten zullen aan de campagne deelnemen, welke met 1 millioen staatsgeld gesteund wordt. Zoo trekt men Russisch-lomp en plomp te velde tegen alles, wat aan God en godsdienst herinnert, open- Igk zonder zgn ware bedoelingen te maskeeren. In Duitschland gebeurt het op een geraffineerde en gecamoufleerde wijze, maar de bedoeling is bg beide methoden dezelfde. Ongevallen in Amerika. In Amerika zgn in 1938 door on gevallen 95.000 personen gedood. Dat is 10 pet. minder dan in 1937. Door verkeersongevallen kwamen 32000 personen om het leven tegen 39.000 in 1937, wat een vermindering met 19 pet. beteekent. Duitschland steunt afgevallen priesters. Naar wij aan het orgaan van den nationaal-socialist, onderwgzersbond ontleenen, hebben in de gouwen Salzburg en Tirol-Vorarlberg een aantal geestelijken, die uit de kerk zgn getreden, aan den landschool- raad het verzoek gericht, om onder wijzer te worden. Aan hen is nu de gelegenheid gegeven, om een jaar aan de kweek school te studeeren, waarna zg in het schoolwezen te werk kunnen worden gesteld. Dc Vastenbrief. De Vastenbrief van het Nederland sche episcopaat, die Zondag in alle R.K. kerken is voorgelezen, was dit maal gewijd aan den overleden paus Pius XI, wiens arbeid voor den vrede en voor de uitbreiding van het Gods rijk in de maatschappij in het her derlijk schrgven wordt geschetst. „Het pontificaat van Pius XI, al dus de Nederlandsche bisschoppen, zal een plaats van beteekenis blgven innemen in de geschiedenis der kerk. Doch zware beproevingen werden hem niet gespaard. Vooral de laatste jaren heeft hij zijn Goddelglcen mees ter het kruis van Calvarie moeten nadragen. Zgn pontificaat viel in een periode, waarin de menschheid ont wricht scheen op ieder gebied. Wg behoeven slechts te wgzen op de bloedige kerkvervolging in Rusland, Mexico en Spanje, op den Igdensweg der kerk in het Duitsche rijk, op den 'gruwelgken broederoorlog in Spanje, op den oorlog in China, die het bloeiende missiewerk aldaar dreigt te vernietigen. En de paus, die de bevordering van den vrede in zgn program geschreven had, zag de volkeren dreigend tegenover elkaar staan in een steeds toenemende be wapening. In zijn laatste groote ra diotoespraak op den dag van het accoord van München offerde hg God zgn leven op voor het heil en vrede van de wereld. God heeft dit offer nu aanvaard, moge Hjj ook 's pausen bede verhooren. Het episcopaat schrijft ten slotte Missen en gebeden voor, zoowel voor de zlelerust van den overleden paus als om Gods bgstand af te smeken over het conclaaf. Wat we verrooken. Er is een belangrgke verschuiving te constateeren in de artikelen, die „in rook opgaan". Rook- en pruimtabak worden hoe langer hoe minder gebruikt, maar het getal sigaretten neemt toe. Het getal sigaren is van 1929 tot 1939 nog eenigszins gestegen, nl. van 173 tot 179 per hoofd en per jaar en destaging van het verbruik van sigaretten is dus geheel gegaan ten koste van dat van rook- en pruimtabak. De totale uitgaven voor tabaks fabrikaten zgn in bedoelde periode belangrijk verminderd, nl. van 173 tot 132 millioen gulden, of per hoofd der bevolking van f 22 tot f 15. Er heeft dus ook een belangrgke daling van de gemiddelde waarde der ver bruikte artikelen plaats gevonden, voor sigaren van f 69 tot f 42 per duizend, voor sigaretten van f 17 tot f 10 per duizend en voor rook- en pruimtabak e d. van f 236 tot f 175 per 100 kg. Het trekt de aandacht, dat de na 1930 begonnen daling van de totale waarde, sinds 1933 weer voor eenige stggiog heeft plaats gemaaktbe droeg de waarde in 1929183 millioen in 1936 was deze 124 millioen en in 1938 132 millioen. Belastingen vloeien ruim. En de groote gezinnen bloeden. Een van de moeilijkste vraagstuk ken voor eiken staat is wel dit: de belastingen zoo billgk mogelgknaar draagkracht te regelen. Daarbg springen de belangen van de gezin nen en speciaal van de groote ge zinnen sterk naar voren. Iedereen voelt het als een eisch van natuur recht en zeker van Christelijke rechtvaardigheid en naastenliefde, dat by de belastingheffing de groote gezinnen zooveel mogelgk worden ontzien. Na dit nog eens voorop gesteld te hebben, bekijken we een paar cijfers omtrent de opbrengst der belastingen. In Januari brachten de indirecte belastingen 38.4 millioen op tegen over 33.3 millioen in Januari van het vorig jaar. Die toename danken we goeddeels aan de Omzetbelasting, die tegen over het vorige jaar steeg van 4.3 millioen tot 9.7 millioen. Dit geeft O.N. het volgende commentaar m de pen, dat we geheel onderschrgven Hieruit blijkt wel, dat de zoo on schuldig aangekondigde technische herziening van deze belasting zooals minister de Wilde het noemde, weer heel wat meer uit de bevolking put. En waar deze belasting zoo goed als uitsluitend drukt op de consump tie, daar ligt het voor de hand dat de gezinnen en vooral de groote gezinnen, die uit den aard der zaak het meest consumeeren, ook het meest in deze langzamerhand rigoureuse belasting opbrengen. Terwijl de vrijgezel, die het beste belasting kan betalen, juist hier weinig of niets bijdraagt. Veel rechtvaardiger dan een ver zwaring van de omzetbelasting was dan ook een vrijgezellen-belasting geweest. Maar helaas, daar wil minister de Wilde niets van weten. Maar de groote gezinnen worden op die wijze meer en meer het kind van de rekening. En wat daar nu straks tegenover gesteld wordt als compensatie nl. elf millioen voor 340.000 gezinnen met meer dan 3 kinderen, heeft tegenover de verzwaarde lasten der laatste jaren, wel heel weinig be teekenis. Zoo bracht de accijns op vleesch over Januari weer f 25000 meer op. met een totaal bedrag van f627.000. De belasting op suiker bracht over Jan. f 600.000 meer op dan Jan. 1938 met een totaal bedrag van 5.432 000 in een maand. Hoeveel zou daar niet inzitten van de gezinnen De stijging van de belastingop brengst komt voor 80 pet. uit de gezinnen. Bewgst dit niet hoe onrechtvaar dig en hoe onsociaal en ook hoe weinig christelgk ons belasting stelsel is VENRAY, 25 Febr. 1939 BEKENDMAKING. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter algemeene ken nis, dat de op 22 Februari 1939 vast gestelde lijst van kiezers voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal, voor de Provinciale Staten en voor den Gemeenteraad, vanaf 23 Februari tot en met 16 Maart a.s. op de Secretarie der Gemeente voor een ieder ter inzage Is nedergelegd en tegen betaling der kosten, stem- districtsgewgze, in uittreksel ver krijgbaar is gesteld. Tot en met den 29en Maart is een ieder bevoegd by het Gemeente bestuur verbetering van de doordat Bestuur vastgestelde kiezerslgsL te vragen, op grond dat hg zelf of een ander, in strgd met de wet, daarop voorkomt, niet voorkomt, niet behoor- lgk voorkomt, of al dan niet voor eenige verkiezing aangewezen is als bevoegd bg volmacht te stemmen. Venray, 22 Februari 1939. Burgemeester enWethouders van Venray, A. H. M. JANSSEN. De Secretaris, VAN HAAREN. Verkiezing voor de leden van de Provinciale Staten. De Burgemeester van Venray brengt ter openbare kennis, dat op Dinsdag 14 Maart as. zal plaats hebben de candidaatstelling voor de verkiezing der leden van de Pro vinciale Staten. Op dien dag kunnen bg den Voor zitter van het Hoofdstembureau (ter Secretarie van de Gemeente Horst) van des voormiddags negen uur tot des namiddags vier uur lgsten van candidaten worden inge leverd. Vanaf 21 Februari tot en met 14 Maart a.s. zgn ter Secretarie van elke gemeente kosteloos verkrygbaar formulieren voor candidatenlgsten. Venray, 18 Februari 1939. De Burgemeester voornoemd, A. H. M. JANSSEN. HONDENBELASTING. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen in herinnering, dat de aangifte voor de belasting op honden moet geschieden ten kantore van den Gemeente-Ontvanger vóór 10 Maart a s. De aangifte kan geschieden eiken werkdag des voormiddags tusschen 9 en 12 uur. Speciaal wordt hiervoor zitting gehouden op "7 Maandag 6 Maart a.s. Venray, 22 Februari 1939. Burgemeester en Wethouders van Venray A. H. M. JANSSEN, De Secretaris, VAN HAAREN CARNAVAL IN VENRAY. Venray heeft drie dagen gestaan in het teeken van den Carnaval en de Peelhazen en Peelknientjes heb ben goed gevolg gegeven aan den oproep der Feestcommissie van Venray Vooruit: „Blieft wakker, Piëlhaas!" Ze zgn wakker geweest en het is een Carnaval geworden, dat, naar vertrouwd mag worden, de ry van dergelgke feesten waardig geopend heeft. Het jaarlgksche concert, dat Ven- rays Harmonie met Vastenavond gewend is te geven, was mede in de Vastenavondpret opgenomen, want nauweiyks was de openings- marsch van het concert verklonken, of de president deed de mededee- ling, dat Prins Carnavöl met gevolg en hofhouding het concert zou bg- wonen, welke mededeeling met ap plaus werd begroet. Spreker ver zocht allen bg het binnenkomen van den Prinselgken stoet het Ven- raysche Vastelaoveslied te willen zingen, waaraan allen bigde vol deden, toen een oogenblik later het hooge gezelschap de zaal binnen kwam. De kleurige en met zwier gekleede stoet werd ontvangen met bigde hoera's en met enthousiasme werd het bekeDde Vastenavondlied gezongen. Hierna roept Dr. Sala alle aan wezigen, speciaal echter Prins Con en diens gevolg, het welkom toe en verzekert hg Zgne Hoogheid, dat dit bezoek door de Harmonie ten zeerste wordt op prgs gesteld. Vroeger is er in Venray ook wel eens een optocht gehouden, maar men is toen ingedommeld, doch nu zgn de Peelhazen wakker geworden. Veel is er in dien tusschentgd ver anderd, maar de oude gulle, bigde gastvrijheid is in Venray gebleven. Hg weet zeker dat de Prins er nog staaltjes van beleven zal. In ver band met het interne leven der Harmonie, roept Spreker allen op om honorair lid der Harmonie te worden. Deze heeft aller steun noodig, vooral in dezen tyd, die ook het financieele deel der Vereeniging niet ongemoeid laat. Met dank aan dir.- Welting en werkende leden, sloot de president zgn rede. In antwoord hierop voerde Prins Con I het woord, die verzekerde dat Hg met de geheele Hofhouding gaarne gevolg gegeven hadden aan de vereerende uitnoodiging tot be zoek, aan dit concert. Vervolgens wgdde Zgne Hoogheid waardeerende woorden aan Venray's Harmonie, die hy een bigde toekomst toe- wenschte en sioot met de woorden „Leve Venray's Harmonie onder president Dr. Sala", wien hg hierna benoemde tot Commandeur in de Orde der Peelhazen en wien hg de versierselen der orde omhing. Onder luid applaus zette de Har monie een „Lang zal hg leven" in, hetgeen allen staande meezongen. Hierna werd het muziekale ge deelte van het concert door de Harmonie keurig uitgevoerd, waarna een tweetal tooneelstukjes werden gegeven door het gezelschap van W, Hart uit Eindhoven. Of de Car navalsgeest de aanwezigen reeds te pakken had, is mceilgk te zeggen, maar de aandacht was niet door het tooneel ingepalmd. Was Zondag een dag van druilig regenweer geweest, met zorg en bezorgdheid werd Maandag de dikke dreigende lucht bekeken, doch zwart- kgkers werden direct door de Peel hazen gesommeerd om volgens de Peelhazenwet niet te kankeren. Bovendien kwam de voorspelling, dat de nieuwe maan die er was alles zou wegtrekken. En waarlgk het bleek waarheid, zelf3 scheen de zon toen de optocht zgn rondgang zou beginnen. En het werd allengs druk ker in de straten en dra was er de tgding dat de wegen naar Venray nog zwart waren van hen, die, den intocht van den Prins in zgn Rgk wilden zien. Wanneer zou er nog eens zoo'n menschenmassa in Venray geweest zgn En daar kwam de optocht al aan. Wat een werk en moeite is er niet besteed om dit alles in elkaar te zetten. Wat een geestige en dolle uitbeeldingen. Het zou te ver voeren om alle wagens en groepen afzonderiyk te beschrg- ven, we willen daarom volstaan met er op te wgzen, dat de jury voor een moeiiyke taak stond by het toekennen der prgzen. De uitslag was als volgt: Groepen le prys Boerenbruiloft, Maash.weg. 2e pry3 4 Friesche dames, Nachtegaai 3e prys Junioren, Servatius 4e prys Drie Jantjes 5e prys Drie Zeeuwsche meisjes 6e pr^s Ridders van de kwast, Schildersvereeniging 7e prgs Intocht van de Lente, Langstraat 8e prgs Adamson en consorten, Leunen 9e prgs Begrafenis van de Peel, Ysselsteyn 10e prgs Oude en nieuwe tgd, Smakt

Peel en Maas | 1939 | | pagina 1