DERDE BLAD VAN PEEL EN MAAS Bomaanvallen in oorlogstijd. FEUILLETON. Jonge kracht op ouden grond VENRAY Het juweel van de Peel. 13 AKKERTJES Krakelingen. Zaterdag 3 September 1938 Negen en vijftigste Jaargang No 36 Betonnen schuilkelders zijn ondoelmatig. Loopgraven zijn de beste schuilplaatsen. Ik wil geenszins gaan betoo- gen, dat betonnen schuilplaatsen geen enkele waarde hebben ten gebruike in oorlogstijd. Vooral de schuilkelders particuliere woningen kunnen hun nut afwerpen. Er zijn nu eenmaal menschen, die onder alle omstan digheden gaarne in hun eigen huis blijven, welnu dan is een goedgebouwde kelder bij een bom- of gasaanval het beste verblijf. Gasaanvallen.... 't ls natuurlijk erg verstandig om met de mogelijkheid daarvan rekening te blijven houden, of schoon, als het zoover is, dat Europeesche legers in Europa gifgassen gaan gebruiken, waarop natuurlijk met gif en bacteriën zal worden geantwoord, dan kunnen we allemaal onze dagen wel gaan tellen. in 1917 hebben de Duitschers aan het Yzer-front in Vlaanderen en later aan het Somme-front zich van gifgassen bediend, maar toen konden ze dat nog straffe loos doen, omdat ze wisten, dat de tegenpartij niet over dit soort wapen beschikte. In 1918 was dat anders, maar daarom werden in dat jaar geen gifgassen meer gebruikt. In Spanje en China wordt op het oogenblik wreedaardig ge vochten, maar tóch schuwen beide partijen het om van gif- gaf gebruik te maken. Wei komt uit het Verre Oosten wel eens een andersluidend be richt, maar dat is dan weinig gedocumenteerd en wijst ten hoogste op een plaatselijk inci dent. Dergelijke berichten zijn achteraf nooit bevestigd gewor den, behoudens één geval, waarin een missie-dokter verklaart, dat hij de wonden van 17 burgers en soldaten als door gifgas ver oorzaakt, beschouwt. Ook hier staat echter niets bepaald vast. Nogmaals: ik acht het erg ver standig, dat ook met de moge lijkheid van het gebruik van gif gas in oorlogstijd wordt rekening gehouden, maar laten we in de eerste plaats rekenen met de zekerheid, dat bomaanvallen uit de lucht alsdan het meest reëele gevaar zullen vormen, waaraan de burgerbevolking, vooral in de groote steden, zal zijn blootge steld. En laten we, zoolang er geen voldoende financieele middelen zijn om vooraf vrijwaring te zoeken tegen alle gevaarkansen, tenminste het mogelijke doen om ons tegen de waarschijnlijkste dreiging te wapenen. Want nu leert de oorlogsprac- tijk in Spanje ons omtrent de door PAUL KUYPERS. (Nadruk verboden) 30 't Durske was zoo slecht nog niet, Dora. Hedde-ge èvel nou alweer spijt Nee, maar ik wit van Nelly's niks hebben gezegd. Ze had haar gebreken, maar ze had een goei hart en 't was een kwestie van zakelijk inzicht, dat 't tusschen ons uit is Daar heeft deugd of ondeugd niks mee te maken. Zoo dikwijls als ge van haar iets zegt, beleedigde mij, want ik heb met haar 'n langen tijd gegaan. Dora wilde met zoo'n dingen altijd het onderste uit de kan hebben en ze polste maar, waarom deze liefde zoo in eenen keer aan 'n eind gekomen was. Ze zou met plezier 'ns koffie zetten, omdat dit geval zoo'n goeien keer ge nomen had. Ze had met haar gezegde niet bedoeld, dat Neliy als durske niet goed zou zijn geweest. Maar 't was belachelijk, dat ze boerin had willen zijn. Misschien viel haar redeneering heudig te verdedigen, zei Bertje want ze ging ervan uit, dat ik in de stad scheet groeien zou naar alle kanten zuilen het in ieder geval groot moeten Nou kwam Dora los. brengen Maar we bidden bij ons rozen- Zij had er toch wel eenig verstand hoedje wel iederen avond 'n vaderons van. Ze was onderhand tien jaar ge- dat 't 'n zoon zijn mag, want zoons trouwd. Als ge hier achteraf ai zoovee] zijn op deze boerderij maar wat goed keeren de hei vol sneeuw had zien te gebruiken liggen, en even dik 't volk uit de stad j Toen ze naderhand samen aan de langs (ten tietspad had zien komen, om j koffie zaten, Harrie en Dora, terwijl grootste gevaren voor de bur gerbevolking en de doelmatigste afweermethode Er is geen enkele stad ter wereld, waar men méér onder vinding van luchtraids heeft op gedaan dan Barcelona. Deze zetel der Catalaansche en Spaansch-repubiikeinsche re geering is houdster van een tra gisch record. Welnu, dezer dagen is aldaar door het Comité ter verdediging van Barcelona, een rondschrijven uitgevaardigd, waar uit we hieronder een en ander citeeren, waarbij we extra aan dacht vragen voor bepaalde ver klaringen. In bedoeld rondschrijven wordt er allereerst aan herinnerd, dat van meet af aan bij het bouwen van schuilplaatsen twee verschil lende wegen werden gevolgd betonnen kelders ér. 't graven van mijngangen op groote diepte een methode, waartoe de gesteld heid van den bodem in Barcelo na zich uitstekend leent. Het Comité stelt vast, dat de laatste methode duurder is ge bleken dan de eerste en dat beide stelsels zijn uitgegaan /an de valsch gebleken onderstelling, dat een totale bescherming mo gelijk zou zijn. Het schrijven vervolgt dan woordelijk De technici van het comité (bovengenoemd) hebben nu zeer nauwkeurige statistieken aange legd van elke bom, die op Ca talanië uitgeworpen werd. Zij hebben van elk dezer projectielen het effect in details onderzocht; hun penestratie-vermogen, hun explosiekegel, 't strekveld van hun mitraiile, hun luchtdruk, hun omwerkend vermogen, hun ruï neus effect enz. Aan de hand dezer gegevens hebben de lteeren technici nauw keurig berekend, hoeveel gevaar er in elke uitgeworpen bom af zonderlijk schuilt en deze ge gevens'werden weer verwerkt in de onkosten der schuilplaatsen in het voor hun aanleg noodige materiaal en in den tijd, welken hun aanleg vordert. Aan de hand van deze gron dige studie beveelt het comité aan en begint het zelf ook da delijk met het tot stand brengen van veel lichter schuitplaatsen dan die, waarin men tot nu z'n hoop stelde. De pogingen om aan het penetratievermogen te ontko men van bommen, die honderd en meer kilo wegen, moeten definitief op worden gegeven Het comité zal in den vervolge slechts overdekte en zeer boch tige loopgraven delven of onder- grondsche gangen op geringe diepte. Deze schuilplaatsen bieden slechts een zeker per centage van bescherming, maar zij hebben het voordeel zonder veel kosten r.och materiaal en vooral zeer vlug te kunnen worden aangelegd. „Deze aanbeveling (zoo gaat het schrijven voort) is de vrucht ginds ter beêvaart te gaan, dan kost ge er toch wel iets at weten. Zij had er grif geen spijt van dat zij en Harrie getrouwd waren, ze zou bepaald niet terug willen doen, al had ze het thuis beter gehad, maar zij was ook onder 't boerendak geboren en opgevoed en hare mensch al vansgeiijke. Zij hadden nier zooveel mee te stellen gehad om tevreden te zijn met 'n week hard werken, met 's Zondags een keer naar de kerk te gaan en om blij te zijn met alle jongens, die O.L. Heer hun wilde toedenken. Bertje had wezenlijk zitten te luisteren toen Dora vertelde. Zij had haar kinderen in de gaten te houden bijwijlen dat ze sprak. Ze stookte in 't fornuis, want Bertje moest kotfie drinken bij hun. Onderhand kwam de schemering van den avond over de hei hierheen gewaaid en werd het wat donker in den herd. Dora maakte haren mensch wakker, om hem op tijd aan 't melken te hebben. Hij sliep toch zoo graag deze mensch I Het water begon nadien te zingen in den moor en 'n hortje later danste de deksel bij de hevigheid van het uitborteiende water. Of Bertje den koffie maar op wilde gieten, 't Viel haar ai wat zwaar in haren toestand. Met dit gezegde leidde ze de aan dacht van Bertje deze richting uit. Dora zou haar zesde kiendje onder dit dak ter wereld brengen. Zal 't 'n zoon zijn, Dora - Ge hebt er niks over te com- mandeeren Bert, over zoo'n dingen, 'n Meiske of 'n jongen, ge hebt dezelfde trubbel en dezelfde vreugde van nader hand als moeder, en Harrie en ik we zoowel van practische ondervin ding als van doorwrochte, tech nische studie. Mogen alle burgers er zich door laten overtuigen. Het comité, van zijn kant, zal dadelijk met het aanleggen van zulk een net van gangen in alle voorsteden van Barcelona een begin maken. Wij hopen inmiddels dat niemand onze theorie zal bestrijden. Want het is altijd beter aan allen een bescherming te verzekeren, die misschien niet heelemaal voldoet, dan aan enkele honderden eene, die totaal is. De totale bescherming overigens niet te bereiken in zoo verre zij altijd afhankelijk blijft van het gewicht der bommen die de vijand goed vindt over ons uit te strooien. Afgezien daar van is zij om economische redenen ook niet voor allen te bereiken.' Uit het bovenstaande blijkt afdoende, dat de eerder door den minister van Binnenlandsche Zaken gegeven aanwijzing om, waar mogelijk, den aanleg van bochtige of zig-zag-loopende loopgraven ais beschermings plaatsen voor de burgerbevolking voor te bereiden (de regeering beschikt natuurlijk over rapporten omtrent ervaringen in het buiten land) niet zno gek of lichtvaardig was als sommige luchtbescher mers meenen, die hun angstige voorstellingen trachten te be zweren met geroep om millioenen en millioenen voor een onder- grondsche betonneering om het eens lichtelijk overdreven te zeggen - van ons vaderlandje, Als men honderden menschen tezamen brengt in een betonnen schuilplaats en het penetratie vermogen (doordringingsver mogen) van sommige bommen blijkt grooter dan was veronder steld of berekend, dan vallen alle aanwezigen als slachtoffers. Wie in een loopgraaf een bom op z'n hoofd zou krijgen, is natuurlijk óók verloren, mét de enkelen, die in zijn nabijheid staan, maar als de loopgraaf genoegzaam bochtig is, dan blijft het aantal slachtoffers zéér beperkt. De onmiddellijke werking van een bom, in den grond geslagen niet zoo verbijsterend groot. De breedtespreiding van de scherven enz. is veel vernietigen der, tot op grooten afstand. Die breedtespreiding levert geen ge varen voor de menschen, die in loopgraven een toevluchl. Ieder, die in militairen dienst is geweest en een cursus volgde in het wer pen van handgranaten, kent uit ervaring de juistheid daarvan. De lichte bedekking der loop graven, in bovenstaand rapport genoemd, dient natuurlijk ter be scherming tegen terugvallende scherven deze bedekking moet men vergelijken met den stalen helm van den soldaat. Eiken leek moet 't duidelijk zijn, hoe weinig kans er is, dat een bom, van groote hoogte uit geworpen, juist in of onmiddellijk naast een smalle loopgraaf hoe smaller, hoe beter - terecht Beri eventjes naar buiten was praatte Dora erover om Bertje's nou al vast te beloven, dat dit kiendje, zoo 't onge boer was, naar hem te heeten. Hij had voor hun nogal veel werk ver zet in de vacantiedagen, en later toen hij thuis was, als boer Ze gunden hem dit plezier 't best van heel de familie. Ik zal 'n peetoom zijn voor hem lijk 't hoort, zei Bertje naderhand. Hij dronk hier mee koffie. Harrie sneed op dezen middag langs de ham. Hij nam Dora's 't werk uit de han den, nou hij wakker was. Hij stookte 't fornuis op, hij maakte drinken voor t kalf, nadien zat hij weer eventjes aan de tafel, totdat op de opkamer de kleinste bang werd van den komenden avond en begon te schreuwen. Harrie haalde het wicht uit de wieg. Met z'n groore handen was hij wezenlijk be dreven in 't hanteeren van zoo'n kiendje. Daar moet ge getrouwd voor zijn, lachte Bert. Harrie deed wel dikker 't werk in huis. Dat was genoeg te zien. Hij droeg de tafel leeg, bijwijlen dat Dora met het kind zat. Hij haalde een doek in kamer, toen Dora dat vroeg. Hij stak de lamp aan en haalde de kinde ren bij 't kruisbeeld bijeen om ze het avondgebed te laten bidden. Als hij de jongens te bed deed, waren ze op de donkere opkamer subiet stil. Dora moest 'n uurke in den grooten stoel gaan rusten met 't kiendje, dan ging hij in dien tijd melken. Als ge een boks voor me hebt, help ik oe wat, zei Bert. Dat ging aan, hij hielp hier melken omdat Dora niet kon. Bertje's verkeering was onderhand al twee maanden uit, toen hij z'n ouden vriend Karei, den journalist nog eens tegenkwam.. Ja, hij had er al van gehoord, dat tusschen zijn nicht en Bertje's uit vriend was nogal vierkant in zijn woorden. Hij zei; het was. Die komt. En in zoo'n uitzonderings geval blijft dan het aantal slacht offers nog zeer beperkt, wanneer de loopgraaf bochtig genoeg is. Wanneer Iuchtbeschermings- /ereenigingen practisch willen werken, laten ze dan pioniers- afdeelingen vormen en met deze oefenen. Laten zij vooral vooraf de geschikte terreinen uitzoeken, waar in geval van oorlog loop graven kunnen worden gemaakt en laten zij daar, waar loop graven gewenscht zouden zijn, maar de natuurlijke gesteldheid van den bodem ongeschikt is voor den aanleg er van (om den hoogen grondwaterstand b.v.), door bepaalde voorzieningen (op hoogingen e.a.) mogelijkheden zien te scheppen. Bij A. J. G. Strengholt's, Uitgevers maatschappij te Amsterdam ver scheen met een voorwoord van den Hoogedelgestrenge Heer Commissa ris der Koningin in Limburg eene uitgave „Zoo i3 Limburg", waarin bijdragen voorkomen betreffende Limburg als geheel en betreffende de voornaamste plaatsen der pro vincie. Voor Venray is de bijdrage ver zorgd door den beer A. F. M. van Haaren, Secretaris der gemeente. Wij nemen deze bijdrage in haar geheel over. Venray, de „parel der Peel" ge noemd, is met zijn welhaast 15000 zielen ook de grootste plaats en bet aangewezen centrum der gebeele Peelstreek. Met zijn breede, welver zorgde straten, zijn ruim en modern raadhuis, zijn groote winkels, heeft de kom In engen zin een uitgespro ken stedelijk aanzien, doch als ge heel beeft bet zijn typisch landelijk karakter behouden. Een kring van welvarende gehuchten met vrywel geheel landbouwende bevolking ligt als een gordel rondom het eigenlijke dorp Venray, een gezonde, bloeiende vrucht om een krachtige kern. En geheel aan den buitenkant rondom de eindelooze Peel, waarin echter groote, vruchtbare ontginnin gen en uitgestrekte bosschen doen zien, dat zy niet meer is het trooste loos en verlaten gebied, waarvan aardrijkskundige leerboeken nog spreken, maar dat ook hier de mensch is doorgedrongen en zij geleidelijk aan geheel in de productie wordt opgenomen. In oppervlakte (14616 ha.) is Ven ray de grootste plaats van het zuiden (Zeeland, Noord-Brabant en Limburg). De zeven bij Venray behoorende gehuchten hebben elk hun eigen kerk of kapel, maar ook hier weer domineert de kom met haar prach tige monumentale parochiekerk. Deze gebouwd ia de 15e eeuw. Het oudste is het benedendeel van den toren, dat dateert van 1401. Het bovengedeelte van den toren is later in de 15e eeuw gebouwd en^schip en koor eerst in de tweede helft dier eeuw. In 1837 en ook weer in 1867 hadden meer belangrijke herstellin gen plaats. Ook nu weer is grondige restauratie op vele punten zeer urgent en zal dan ook door den ijver van den hoogeerwaarden heer deken Berden spoedig worden ter hand genomen. De hoogte-afmetingen dezer kerk overtreffen die van alle andere Limburgsche kerkende toren is 72 m. hoog. Na de groote kerk mag als monumentaal gebouw genoemd worden het prachtige en ruime ge meentehuis, een plaats als Venray waardig. Het rechtergedeelte vormde het oude Raadhuis, in 1884 gebouwd op de plaats, waar vroeger een merkwaardig en zeer antiek Raad huisje stond, dat echter veel te klem was voor eene zoo groeiende ge meente, welke toen al ruim 5500 zielen telde. Op zün beurt kon ook dit meuwe Raadhuis niet lang in de behoefte aan ruimte voor administratie en vergaderingen voorzien. In 1925 het zielental was toen ruim 1100°. dus sedert 1881 alweer verdubheid werd de linkervleugel aangebouwd en het geheel inwending gemoderni seerd, onder leiding van architect Kayser uit VeDlo, wiens vader in 1884 het vroegere Raadhuis bouwde. Nog verdienen vermelding het groote Franciscanenklooster met ruime, in modernen styl opgetrokken kapel, het in geheel Nederland be kende pensionaat voor jonge meisjes uit de betere standen, gevestigd in het klooster „Jerusalem", dat als zoodanig dit jaar zyn honderdjarig bestaan viert, de twee groote psychia trische inrichtingen met paviljoen^ systeem, het St. Josephsgesticht, het groote Ziekenhuis en het onlangs gebouwd Noviciaat van de Congre gatie der „Broeders van Liefde". Venray heeft als woonplaats groote aantrekkelijkheid. De boschrijke, ie omgeving leent zich uit- stekend voor groote fietstochten en wandelingen. Overal zijn goede, ver harde wegen en rijwielpaden. En verder kan men er dwalen door de Peel met haar mooie heide- en zand vlakten, afgewisseld door vennetjes moerassen. Men heeft daar nog ongerepte oergronden, waaraan de oude sagen een geheimzinnige be koorlijkheid geven. Maar er is ook rog een meer praktische omstandigheid, welke Veurav zeer verkieslijk maakt als woonplaats. Wellicht in geen enkele plattelandsplaats dus waar men nog de voordeelen van het platteland heeft vindt men zóó goede en zóó veelzijdige gelegenheid voor onderwijs. Men heeft er, naast 13 lagere scholen, gymnasia voor joo eens en meisjes eu middelbare school voor meisjes, alle drie mat het jus promovendi, twee leerjaren (het philosophicum) van het groot semi narie der Nederlandsche provincie van de orde der Franciscanen, een lagere landbouwschool en een land bouwhuishoudschool. Venray wordt dan ook wel, en met recht, het Limburgsch Athene genoemd. Door de aanwezigheid uiteraard van een groot aantal leerareD, mede in ver band met de bekende twee groote psychiatrische inrichtingen, een twaalftal geneeskundigen en ook overigens vele andere mtellectueelen staat het cultureel leven er hoog. Venray heeft overigens, naast uiteraard een flinke burgerij, hoofdzaak een landbouwende bevol king die haar bedrijf vmdt op de vele groote boerderijen en ontgin ningen, welke door hun welvaart getuigen van de deugdzaamheid van den grond, doch daarnaast ook van den noesten vl(jt en vakkennis van zijn bewerkers. Industrie heeft Venray met van eenige beteekenis. maar de plaats verdient zeker de aandacht van hen, die een industrie willen vestigen of vertakking van hunne fabrieken zoeken. Ook zeer in de nabijheid der kom zijn op gemakkelijke voorwaar- den industrieterreinen in elke ge wenschte oppervlakte te verkrijgen personeel eventueel ook vrouwelijk personeel is in vol doende mate beschikbaar. Zu, die plannen in deze hebben, doen dus goed ook eens hunne aandacht te vestigen op Venray. Gas en electri- citeit zijn aanwezig en waterleiding is nog slechts een kwestie van tgd - Ik heb 't wel gezegd, wij geven meer om een versregel dan om tien meiskes en zij was veel te veel 'n marechaussee voor oe Hij begon aan Bertje's èvel gauw genoeg te zien, dat die van zoo'n woorden niet gediend was. Karei was bij zijn nicht geweest, hoe gedroeg ze zich, nou het uit was Ja, hoe gedroeg ze zich. Ze zei tegen iedereen die 't haar vroeg, dat ze er niks om gaf en af toe begon ze ineens te schreuwen. Zoo ineens Als ze zat te lezen of zooiets, ge wist dat niet. Zoo, was 't daar zoo gesteld Bertje had er zat over te denken, dat somtijds schreuwde. Had hij dit meiske niet begrepen Ze had meer van hem gehouden dan andersom. Ze schreuwde af en toe Daaraan moest hij dien avond voort geregeld denken. Nelly was nogal oud. Ze wanhoopte er misschien aan, dat er nog ooit iemand om haar komen zou. Ze schreuwde. Hij zag haar dien avond zóó voor zich. Als het nog aan was. zouden ze nou op de divan zitten, nadien in de gang staan en naar het station wandelen. Zij schreuwde en hij moest er tegen vechten dit ook niet te doen. Er kwam een brief van Nelly's op boerderij aan. De journalist had zeker naar Nelly geschroven, dat hij Bertje's in zóó'n toestand gesproken had, dat hij haar alle kans gaf, dat een j enkel woord van haar kant hem weer terug zou roepen. Zij kon dit misschien graag geloofd hebben. Dit zou dan een1 hernieuwde poging van haar zijn, na al dien tijd om alles weer te herstellen. Ze zou misschien schrijven zooals den vorigen keer, dat ze zoo'n goed uur zouden hebben, als ze bezig waren de voor eventjes geschokte liefde te herstellen Hij kreeg van Marie's weer den, brief van achter de kachel aangereikt, hij was wat verfrommeld, want ze had hem voor de anderen verborgen ge houden. Ze vond 't anders toch wel aarig, dat dit durske nou nog niet ophield met schrijven. Ge wist niet wat dit meiske bezielde, maar 't was in ieder geval te zien, dat ze in d'r hart schrikkehk veel met hem op had gehad. Och, moeder, zei Bert, de groot ste waardeering voor iets komt pas als ge het kwijt bent Dat kan voor ou ook wel zin hebben, wat ge daar zegt! Zij schreuwt af en toe Maar mensch, schreuwt ze af en toe Daar hadt ge het mêelijden van Marie's voor Nelly's weer! Bertje moest met zijnen brief naar boven Als het zóó was, dat ze hem vlezen tijd nóg niet vergeten was dat ze om hem schreuwen moest af toe, dan mocht hij hierin niet ver harden. Zij had nog vertrouwen in zijn herhaalde beloften, zeker omdat zij meende dat zijn woord toch even vast gemeend was geweest als het hare. Hij scheurde met eenig geweld den brief open. In de geschreven regels hoorde hij haar enkele woorden, het gevoel en de kleur ervan over alles had ze nog eens goed nagedacht en ze was tot berusting gekomen. Zo gaf hem hierbij dan zijn woord terug en ze beschouwde alles wat er tusschen hun geweest was als afgedaan. En ze herhaalde het aan het einde nogal 'ns dat dit haar laatste brief was en dat alles nou was afgedaan. Beneden in den herd frommelde zijn vuisten den brief in zijn zak toe een vast bolleke bijeen. Alles was afgedaan, maar zij stond dichter bij hem en zij had z'n hart dieper getroffen dan ooit tevoren. Hij las achter de kachel een boek. Hij sloeg de bladzijden om zonder ze te lezen en toen hij eerder dan anders Een koker "AKKERTJES" van 12 stuivers bevat tegenwoordig 13 "AKKERTJES". Voordeelen: U heeft er één extra. En U heeft ze dan altijd in huis bij nacht en ontij, bij plotseling opkomende Hoofdpijnen, Kies pijn, Migraine, Rneumatische pijnen, Kou, Griep en Koorts. Bij Apothekers en Drogisten. Doos van 2 stuks-2stuivers. Koker met glazen buis van!3 Vooï, [2 De plannen liggen gereed. De zegenrijke bestuursperiode van burgemeester van de Loo moest helaaa, wegeris diens gezondheids toestand, te vroeg worden beëindigd. Vol vertrouwen gaat Venray echter met den nieuwbenoemden burge meester, Mr. Janssen, van wiens energie de faam hem is vooruit gegaan, de toekomst tegemoet, over tuigd, dat het zijn plaats als eerste en voornaamste van de Peelstreek waardig zal weten te behouden. Venray, Januari 1938. Het tijwielersgespuis. Het regent weer klachten over de rywielbelasting en de plaatjescon trole. Over deze laatste wordt vaak terecht geklaagd. 't Is dikwijls zoo'n getreiter Een wielrijder wordt aangehouden i o, schrikda's waar ook, het plaatje heeft-ie in zyn zak. Zeker, dat mag niet. De wet schrijft voor enz. Maar het is toch duidelyk, dat het hier een ovextre ding te goeder trouw betreft en de delinquent betoogt dat ook. Het helpt niet 50 cent boete of beslag. De slachtoffers zyn meestal de armste lui, menscheD, die o zoo zuinig op hun plaatje moeten zijn, omdat ze mot i ijk een ander kunnen koopen, als het eens gestolen werd. 'n MijDheer, die iD zyn auto zit of op zijn motonywiel, moet ook zijn wegen-belastingkaart bij zich hebben en andtrs krijgt hij, dat gebeurt althans wel eens, een pro cesverbaal. Maar meestal is de ambtenaar jegens hem coulant. Als „mijnheer" het direct ophaalt en de kaart als nog komt toonen.... Goed, mijnheer, dan is het in orde, mijnheer Maar de stumperd met z'n rywiel- plaat.je in z'n zak wordt als een exemplaar van het wielrydend gespuis behandeld. We moeten ook opkomen tegen het aanhouden van fietsers en wiel- rijdende vrouwen en meisjes door ambtenaren van de belasting zonder uniform, zonder politie-assistentie, zonder eenig uiterlijk bewys van bevoegdheid Als er hier of daar een vrouw of meisje wordt aangerand door een kerel, die „Afstappen politie heeft geroepen (zonder daartoe be voegd te zijn), dan verschijnt er een „waarschuwing" in de krant, dat men geen gevolg moet geven aan dergelyke aanmaningen, wanneer de politiebeambte als zoodanig niet uiterlijk kenbaar is of een commies in bufger, niet zijn geschijfde stok ophoudt. Maar den laatsten tyd roepen door het heele land vreemde, ter plaatse onbekende mannen, die aan niets als overheidsambtenaren ken baar zyn, fietsenden toe, dat ze moeten afstappen en als men deze menschen naar hun aanstelling durft bed ging", riep Marie hem in de kamer. Ik weet niet of ik 't oe wel zeggen mag, nou ge zoo zijt, maar deze dagen hebben wij, Frans en ikke, 'n brief van meiske gehad. Ze heeft ons bedankt voor alles wat wij voor haar hebben gedaan en aan 't einde hoopte ze dat wij goed voor Bert zouden zijn. Ze schijnt 't zich aan te trekken, wezenlijk zei Bert naderhand bij de kachel. Ge ziet dat nogal dikwijls in 't begin, antwoordde Frans. En ze kan ook reden zat voor hebben, niet omdat gij 't zijt, maar omdat ze 't zelf Zij schreuwde af en toeHaar wezen was er door de weken heen in verstard. Ze was tot berusting gekomen. Alles was nou afgedaan tusschen hun tweeën. Maar hij kon dezen avond z'n eigen wezenlijk niet meer goed houden. Nou had Bert liefdesverdriet ge kregen Hij droegermee rond op de boerderij, ging ermee naar het kantoor, hij ep er mee in en hij werd ervan wakker. Hij had wezenlijk liefdes verdriet. Was dit nou omdat hij in geen maand al meer een meiske omvat had Herinnerde hij zich de wandelingen met Nelly's en zoo van die dingen In ieder geval hij miste iets waarnaar hij nou eigenlijk pas hevig was gaan ver langen. Hij ging al 'ns 'n keer uit. Hij dronk zelfs 'n borrel aan een café'.oog, na dien ging hij er een eind verder ook nog eene vatten. Hij v/as vrij man. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1938 | | pagina 9