Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. Sneeuwklokje Roomijs Sneeuwklokje Roomijs Nu de crisis is geweken. Binnenland. Ons weekpraatje. Najaar en Winter 1937-38. De nieuuiste Dames- en 4jeeicH-collectie JOH. JEUKEN-POUWELS Sport. Provinciaal Nieuws Zaterdag 28 Augustus 1937 Acht en vijftigste Jaargang No 35 verfrischt, voedt, versterkt. Halve liters op gewensch- ten tijd bezorgd 50 cent L EN MAAS Daar is ie weer Een nieuw seizoen Nieuwe versnapering ADVERTENTIEPRIJS 1—8 regels 60 ct per regel 7l/a ct. Bij contract groote reductie Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY Telefoon 51 Giro 150652 Abonnementsprgs per kwartaalvoor Venray 65 ct buiten Venray 75 ct. Afz. nummers 5 ct OX. Vrouw „Behoudenis der Kranken" Oostrum. Aanpassing is noodig aan de gewijzigde omstandigheden Geschiedt deze systematisch Het slagersbedrijf werd afge sloten. Het klein-boerenbedrijf wordt gerationaliseerd. De crisis is ten einde. Let wel: er zijn nog meer dan 300.000 werkloozen in ons land. Ons economisch leven is dus nog ernstig ziek. Wil men in dat ver- band.van een crisis spreken, goed. Maar sedert zeven jaren heb ben we met „crisis" iets anders bedoeld. We dachten aan de zeer bijzondere omstandigheden, naar we meenden: tijdelijke, welke 't economisch leven ontwrichtten. Die omstandighedeu waren de na-oorlogsche armoede van groo te volkeren, het vastgeloopen zijn van de financieele en monetaire verhoudingen, de behoefte van haast elk land om zijn handels balans in een gunstiger positie te brengen door het beperken der invoeren én de zucht om het uithoudingsvermogen in een vol genden oorlog te versterken door de zelf-voorziening in de voor naamste bestaansbehoeften van het volk. We spraken in verband met de gevolgen van een en ander van een „crisis", omdat we ver wachtten, althans verhoopten, dat „normale" toestanden zouden weerkeeren. Welnu, de toestand is thans inderdaad weer zoo goed als „normaal". D.w.z. niet normaal „als vroegerDe economische verhoudingen van weleer komen niet terug. De volkshuishoudingen hebben zich her-ingericht, men heeft zich minder van 't buiten land afhankelijk gemaakt, maar zich daarbij toch cok weer de grenzen van reëele mogelijkheden gesteld. Door dat laatste is de internationale handel iets opge leefd, maar deze zal zijn betee- kenis van vroeger niet herwin nen. Te verwachten is, dat de handel in de naaste toekomst nog slechts de fluctuaties te zien zal geven, welke 't gevolg zijn van meer of minder intensieve oor logsvoorbereiding of oorlogsvoe ring op de wereld. Als we dus constateeren: de crisis is voorbij, dan willen we daarmee te kennen geven, dat ons economisch leven niet langer wordt beïnvloed door buitenge wone omstandigheden. We leven weer in een „normalen" tijd, waarin zelfs het groote werkloos heidspercentage als „gewoon" moet worden aanvaard. !n September '36 waren er in °ns land nog 424.000 werkloozen. ^e „opleving" welke o.i. de consolidatie van den nieuwen normalen toestand beduidde, bracht dat tal met 60.000 omlaag; het tempo der daling verzwakt op 1 oogenblik aanmerkelijk. We moeten er op rekenen, dat de werkloosheid van 'n paar honderd duizend werkloozen 't „gewone" verschijnsel van den nieuwen normalen tijd zal blijven. Wij hebben vroeger voor een belang rijk deel bestaan van de gelegen heid om een bepaalde overpro ductie naar buiten af te zetten en die gelegenheid zal zich in haar ouden omvang nimmer meer voordoen. Slechts door een radicale wij ziging in de arbeidsverhoudingen, met de bedoeling om aan te passen aan de gewijzigde econo mische wereldstructuur, kunnen we het spook der werkloosheid, dat ons als een toekomstnorma liteit bedreigt, verdrijven. Betoont de overheid inderdaad haar ernstigen wil daartoe De materie is we geven het grif toe een uiterst moei lijke. Van geen enkele regeering mag worden verwacht, dat ze op eenvoudige wijze, b.v. door een wet, welke de arbeidsverhoudin gen opnieuw regelt, het werk loosheidsprobleem tot een oplos sing zal kunnen brengen. Echter, wat men in Den Haag onderneemt, heeft zóózeer het kenmerk van lapwerk, dat we ons 't hart vasthouden voor de toe komst. We willen daartoe wijzen op twee recente ordenings-be- sluiten. Het eerste betreft de instelling van een spertijd voor 't slagers- bedrijt, Laten we zeggen, dat we dit stukje lapwerk in dank aan vaarden. De nood der slagers was inderdaad onhoudbaar, door een wilde en ledelooze concur rentie vermoordde men eikaars bestaanskans. Door 't verbod van vestiging van nieuwe slagersbedrijven zijn dus een aantal slagers, misschien gered. Maar daarmee zijn de an deren uiet geholpen, die in het slagers- of welk ander eerlijk bedrijf ook, een bestaan hoopten te zoeken. In elk bedrijf, in elk vak, is er op 't oogenblik een „te veel" aan beoefenaren. Moeten we nu bedrijf na bedrijf, vak na vak, voor nieuwelingen gaan afsluiten We zouden op deze vraag willen antwoorden: zoolang 't noodig is, ja Maar mét de verordening van tijdelijke afsluiting dienen maatregelen te worden genomen, althans actie te worden ontplooid, tot werk verruiming, opdat ook de voor- loopig buitengeslotenen, eens gelegenheid zullen bekomen tot opname in het productie- of distributieproces. Zoowel de normaal geworden verminderde mogelijkheden tot afzet van onze nationale over productie, als de steeds voort schrijdende techniek en" de ra tionalisatie van bedrijven, maken het vaststaand, dat honderd duizenden arbeidskrachten o n- noodig zullen blijven in ons productieproces, zoolang het zelve niet her-ordend wordt op den grondslag van een verdeeling van den arbeid onder allen, die werken kunnen en willen. De wereld zal de realiteit van de stelling der technocraten hebben te aanvaarden: de aarde is rijk genoeg, dat ieder individu kan bestaan; op dat bestaan heeft hij recht, wanneer hij in den gezamenlijken arbeid zijn arbeid bijdraagt. De beteekenis van dat deel ook naar tijdsduur van den arbeid zal worden be paald door de productiebehoeften en de technische hulpmiddelen, waarover wordt beschikt. Misschien zijn we de voldoend heid van een 40-urige werkweek al ontgroeid, maar intusschen is deze nog maar pas begonnen zich baan te breken. Wat we van de overheid zoo gaarne zouden zien, is, dat ze nationaal en internationaal activiteit zou ontplooien voor 'n betere ver deeling van de arbeidsgelegen heid door verkorting van den arbeidsdag. Alléén „nationaal" is de regeling van deze aangelegenheid een on mogelijkheid met 't oog op de concurrentie. Maar 't einde van de crisis en de zekerheid, dat we zonder aanpassing aan de normaal geworden nieuwe eco nomische verhoudingen de natio nale huishouding ontwrichten, de gedachte daaraan maakt de geesten rijp, mits ze door een stralende actie worden verwarmd voor radicale koerswijzigingen. Hebben we aan 't einde van den oorlog onder den invloed van 'n geestelijke revolte onder de mas sa, niet in bijna alle landen plots de 8-urige werkdag ingevoerd zien worden, nadat enkele maan den tevoren nog dapper, maar vruchteloos, een strijd werd ge streden voor den werkdag van 10 uren We hadden hiervoren toege zegd, dat we een tweede lap middel der overheid voor de economische aanpassing ais zoo danig zouden aanwijzen. We doelden daarbij op de nieuwe wijze van hulpverieening aan kleine boeren. Die zullen binnenkort op hun eigen bedrijfjes te werk kunnen worden gesteld. Het geld, dat ze daarmee verdienen, krijgen ze niet uitgekeerd, maar daar wor den technischehulpmiddelen voor gekocht, welke ze in hun bedrijf jes kunnen aanwenden. Deze, zoo meent n.l. de overheid, moeten worden gerationaliseerd. Misschien worden enkelen al dus inderdaad geholpen, maar.... dan ten koste van andere land bouwbedrijven. Deze hebben im mers al een overproductie en die overproductie wordt door aige- meene rationalisatie van 't klein- boerenbedrijf nog vergroot en maakt bovendien weer meer arbeidskracht overbodig, doordat ze gepaard gaat met een uit breiding van de technische outillage. Me. Koninginnedag. Dinsdag a.s. hoopt H.M. de Konin gin haar 57en verjaardag te herden ken, een gebeurtenis, welke te blijder door het volk zal worden meegevierd, nu een hernieuwd familieleven in het Huis van Oranje, de toch reeds zoo groote belangstelling van 't Nederlandsche volk in deszelfs wel en wee nog aanmerkelijk heeft ver hoogd. In steeds meerdere plaatsen des lands wordt Koninginnedag middels een openbaar festijn gevierd. De Koningin op haar beurt blijft van haar groote interesse voor alle uitingen des maatschappelijken levens blijk geven. Stijging levensonderhoud. Loonsverhooging gewettigd. Zoo langzaamaan zijn vrijwel alle verbruiksartikelen een stuk in prijs verhoogd, zoodat de kosten van levensonderhoud tegenover 1 Sept. j.l. naar schatting 7 pet. gestegen zullen zijn. In verband hiermede rijst de vraag, of in dezen toestand loonsverhoogiDg niet gewettigd is. In vele gevallen zal over deze vraag gunstig dienen te worden beslist. Zoo kunnen we melding maken van een zoodanige beslissing van de arbitrage-commis sie, die was ingesteld door de drie samenwerkende landarbeidersbonden en de werkgeversorganisaties in de Groningsche en Drentsche veen koloniën. Deze commissie stelde vast De tarieven over het zichten, bin den en hokken van granen, peul vruchten en zaderqen worden met 50 pet. verhoogd. Voor vlastrekken en aardappel rooien zal eveneens een verhooging van 50 pet. worden toe gepast, terwijl de tarieven voor vlas- binden en -hokken met 10 pet. zullen worden verhoogd. Deze tarieven waren het vorig jaar met eenzelfde percentage ver laagd. Onze groenten onverkoopbaar. Evenals andere jaren is de lijst van onverkoopbare groenten dit jaar zeer uitgebreid. De laatste dagen zijn het vooral de tomaten, die het moeten ontgel den en bij vele duizenden kilo's naar de mestvaalt verhuizen. Ook met de sluitkool is het dit jaar slecht gesteld geweest. In het eerste kwartaal van dit jaar blijken n.l. niet minder dan 2.536.000 kilo roode kool, 6.695.000 kilo gele kool en 9.823.000 kilo witte kool onverkoopbaar te zijn geweest. Een dergelyke groote hoeveelheid is nog niet bereikt. Ook het doordraaien van bloem kool had ontzettend veel plaats, en 9.823.000 stuks konden niet worden verkocht. In totaal bleef in het eerste kwar taal van dit jaar 21:458.000 kilo tuinbouwproducten aan de veilingen onverkocht, tegen 690.000 kilo in hetzelfde tgdvak van het vorig jaar. Onze onverkoopbare groenten vor men wel een schrille tegenstelling met de onmogelijkheid voor velen om ze in voldoende mate te kunnen koopen. Wielrennen. Van de wereld-wielerkampioen schappen, deze week in Denemarken verreden, hejben „we" er één ver overd. Het is n.l. onzen landgenoot Jef v. d. Vijver, te Roosendaal woonachtig, gelukt om het wereld kampioenschap sprintamateurs op zijn naam te brengen. Waarop hij subietelijk tot overgang naar het professionalisme besloot. Melkplaag. De Eindhovensche bevolking wordt door een melkplaag plaag inden zin van ,,'n tekort aan" bezocht. De melkventers der beide coöpe ratieve vereenigingen zijn om een loonkwestie een wilde staking begon nen, welke vele moeders wild deed worden van nijd. Misdrijven. In de buurt van Santpoort en Zandvoort zijn een paar schandelijke misdrijven gepleegd. In een bosch te Santpoort heeft een onverlaat 'n zesjarig knaapje met chocolade in een bosch gelokt en hem daar tot stervens toe mishandeld. Waarschgnlijk zal het kind er het leven nog bij afbrengen. De dader schijnt een „anders goedaardige" zenuwzieke te zgn, die in het gestieht te Santpoort wordt verpleegd, maar vrij mocht wandelen, omdat-ie als ongevaarlijk werd beschouwd. Te Zandvoort is een persoon aan gehouden, die er van verdacht wordt in het Vijverpark aldaar onzedelijke handelingen te hebben gepleegd met een meisje van 13 jaar. De man, die inmiddels bekende, is reeds eerder wegens zedenmisdrijven veroordeeld en is ter beschikking van den officier van justitie te Haarlem gesteld. Hij heeft zich bovendien schuldig gemaakt aan eenige aanrandingen van vrouwen en meisjes in de duinen. Laten vrouwen en meisjes zonder geleide zich toch zooveel mogelijk van eenzame plekken verwijderd houden Nu we toch aan de „misdrijven" zijn toegekomen, herinneren we er aan, dat een onbekende zijn slag heeft geslagen door „te" of „tusschen" ZutphenAmsterdam een aange- teekenden brief te verduisteren, waarin voor f 18.000 aan bankpapier zat. Het geld behoorde aan de Neder landsche Spoorwegen, die het tóch al zoo arm hebben Halen waar het zit. De „wij", die betalen. De Nederlander is een „kankerende" belastingbetaler. Trouwens, in geen enkel land geeft men den fiscus met liefde wat des Keizers is, maar de buitenlander schikt zich toch blijk baar gemakkelijker in het onver mijdelijke dan wij. Trouwens, in geen land misschien is de belasting zoo hoog als ten onzent. Maar óók: in geen land waar schijnlijk heeft de fiscus zóóveel en zoo goedgunstige bepalingen van aftrek en ontheffing geschapen ten behoeve van den kleinen man. De waarlijk arme mensch wordt ten onzent niet door hem belast, althans niet op.... directe wijze. En de burgers met een onaanzienlijk inkomen, och zij betalen maar ean schimmetje. Niettemin hebben zij in het alge meen gesproken den grootsten mond. Menschen met vermogens en (of) groote inkomens, betalen hun belasting misschien met een zucht maar toch ook tevens met berusting; als regel heeft deze categorie Neder landers hersens genoeg om te be seffen, dat de overheid haar huis houding niet zonder geld kan voeren. De „kankerende" belastingbetaler is meer de „nét-nog-getroffen" kleine burger met zijn vast, niet te hoog inkomen, en het renteniertje. Deze categorie wordt door onge veer de helft van het gilde der be lastingbetalers gevormd45.32 pet. immers der aangeslagenen heeft een inkomen van f 800f 1400. Daar gaat voor de berekening der belas ting de kosten voor levensonderhoud af, nog iets voor de kinderen, de fondsen enz. Ze brengen in ter mijnen eenige guldens per jaar naar het belastingkantoor. Niettemin, als men ze hoort, dan zijn zij juist de onwillige en mop perende financieele steunpilaren van de maatschappij, die den druk van de overbelaste volkshuishouding hebben te torsen. Overal ontmoet men deelhebbers in dat gilde der 45.32 percenten. Als ik mnaar de bewegingen van een militaire vliegmachine in de lucht sta te kijken, dan passeert er een achter me langs en ik hoor hem zeggen: Zóó verknoeien ze onze centenAls ze een agent of veld wachter in diens Zondagsche uniform tegenkomen, dan heet die plunje te zijn aangeschaft „van óns goede geld". Als de gemeenteraad een plan heeft aangenomen, dan critiseert de meerbedoelde belastingbetaler: „Wjj zullen er wel voor bloeden En tóch, deze mopperende, maar in hun hart brave menschen, hebben het mis. Ze betalen geen cent voor de militaire vliegtuigen of voor de nationale defensie in het algemeen ze betalen met geen halfje voor het voor het a.s. seizoen hebben wij ontvangen. De verscheidenheid van stoffen is zoo groot, dat een keuze hieruit zeer gemakkelijk zal zijn. Een keurig stuk MAATWERK hetzij COSTUUM, ULSTER, MANTEL enz. van deze stoffen vervaardigd, moet iets aparts zijn, en het is bekend, dat U dit gerust kunt toevertrouwen aan Dames- en Heeren-Tailleur Langstraat la (Het huis met de trapjes) Telef. 162 pakje van den veldwachter. Met een bijdrage van 1020 gulden in de directe belastingen, voldoet de Ne derlandsche burger nog op geen stukken na de overheidsdienst e i, die hij persoonlijk geniet. Hg betaalt daarmee immers geenszins zijn deel in de gemakken en genoegens van de begaanbaarheid van straten en wegen, van waterovergangen, van de openbare veiligheid, de overheids maatregelen voor de volksgezond heid enz. Hij betaalt met die luttele guldens zelfs nog niet het onderwijs, dat hij en de zijnen hebben genoten, en dat veel en veel méér kost dan het be drag, hetwelk hij ooit op zijn aan slagbiljet-schoolgeldheffing in cijfers vond geschreven. In werkelijkheid is de gemiddelde belastingbetaler en hij, die beneden dezen staat, de schuldenaar van de gemeenschap. Dat is volstrekt geen vernederende positie voor hem. We zijn den naam van volk immers alleen waardig, doordat we als volk weten te leven, d.i. elkanders lasten dragende naar ieders eigene vermo gen. Maar de kleine belastingbetaler behoort in verband met de beste ding der gelden door de overheid al behoudt hg natuurlijk ten volle het recht van eerlijke critiek een groote bescheidenheid te betrachten. Blijkens de jongste gegevens van het Centraal Bureau voor de Stati stiek, beschikten de 45 pet. der aan geslagenen die een inkomen hebben van 8001400 gld., over bijna een vierde deel van het totale, voor de directe belasting in aanmerking komende, volksinkomen, maar deze 45 pet, droegen niettemin slechts 4.62 pet. bij van de totale opbrengst der inkomstenbelasting. Daartegenover staat, dat slechts 1.38 pet., dus nog geen anderhalf ten 100 der aangeslagenen, een in komen had van f 10.000 en hooger, doch dat zij tesamen 43 pet. bij droegen in de opbrengst der inkom stenbelasting. Zij zgn het dan ook, die het tekort aan contributie der helft van de belastingbetalers èn de heele contributie der niet-aange- slagenen voldoen. Zij zijn de menschen, waar het geld zit en.... waar de overheid het dan ook weet te halen En het is in het algemeen belang te hopen, dat deze categorie van staatsburgers voorloopig nog in het genot van eenig bezit kan worden gelaten. Anders komt de kleine burger in heel wat grooter benau wenis dan thans het geval is. In dat opzicht is er van een drei gend gevaar sprake. De overheid immers ontlast den bezitter niet alleen via de inkomsten belasting, maar eveneens door middel van de vermogensbelasting, succes siebelasting, personeele belasting enz. enz. De gemiddelde vermogens dalen daardoor sterk, evenals de hooge inkomens. In 1930 telde Nederland nog 1306 millionairs, over 1935'36 noe slechts 604. Inkomens van minstens f 100:000 genoten in 1920 nog 1421 belasting betalers, in 1935'36 nog maar 216 En de practijk heeft het voldoende uitgewezen, dat naarmate het bezit der rgken vervloeit, de welvaart der kleine burgers geenszins vermeerdert Waar zal de overheid het geld voor haar huishouding moeten zoeken en halen, wanneer de gemeenschap het bezit heeft opgesoupeerd van de l1/, pet. der aangeslagenen, die thans nog 50 pet., de helft der kosten onzer volkshuishouding dragen Onze tijd staat in het teken van de sport, van veelsoortige sport. Hoeveelsoortig is de sport dan wel? Begin maar eens op te sommen voetbal-, korfbal, wielersport, motor en autosport, tennis-, kegel- en bil- jartsport, hengelsport, zwemsport, roei- en zeilsport, paardensport enz. enz. Over één der bovengenoemde sporten gaat 't in dit artikel niet. Het handelt over de handboogsport in verband met het Zondag j.l. te Venray gehouden Kringconcours, waarvan de -uitslagen reeds eerder werden vermeld. Deze edele en mooie sport begint allerwege meer belangstelling te trekken en heusch zg is die belang stelling overwaard. Deze sport is één van de meest natuurlijke sporten die door jong en oud, rgk en arm kan beoefend worden. Zij is ook één van de oudste sporten. Want ware het buskruit niet uitgevonden, we zouden evenals onze vroegste voor ouders nog boog en pijl noodzakelijk moeten kunnen hanteeren. Zondag j.l. bestond de Kring Venray 15 jaar en dit heugelijk feit werd herdacht door het organiseeren van een Kringconcours. Dit Kring concours mag voor de volle honderd procent geslaagd heeten, dank zij 't bestaan van de R.K. Bond van Handboogschutterijen St. Sebastiaan. Deze R.K. Bond is ontstaan ten gevolge van het schrijven van het Doorluchtig Episcopaat van Neder land omtrent principieële Sport organisatie. De Kring Venray is de eerste kring in Limburg geweest die zich bij Sr. Sebastiaan aansloot. Geleidelijk is St. Sebastiaan gegroeid en groeit nog steeds dank zij de activiteit van het Bestuur en niet in het minst van zgn geestelijken adviseur. Verheugend is ook het feit, dat men in breeden kring gaat inzien, dat katholieke handboog schutters, willen zg principiëel zijn, zich katholiek dienen te organiseeren. Door de organisatie is 't Kring concours te Venray zulk eeD succes geworden. Hierop werd bij 't sluiten van dit mooie concours door ver schillende Sprekers n.l. de voorzitter en eerevoorzitter en geestelijk ad viseur van den Kring Venray en de voorzitter van St. Sebastiaan dan ook terdege gewezen. De voorzitter van St. Sebastiaan mocht dan ook, gezien het geheele verloop van deze kringwedstrijd, met reden zeggen, dat er te Venray een seinvlag was geheschen, die waard is door heel Limburg te worden gezien en die alle katholieke handboogschutters als 't ware toe roept „Volg ons voorbeeld en wordt lid van St. Sebastiaan, de eenige R.K. Bond van Handboogschutterijen in Nederland, Bisschoppelijk goed gekeurd 31 Augustus 1934 VENRAY, 28 Aug. 1937. Rekening van den tak van dienst het bedrijf der Gas fabriek over 1936. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ^ter algemeene ken- nis. dat de rekening van het bedrijf der Gasfabriek overeenkomstig het bepaalde bij artikel 265 der Gemeente wet aan den Raad der Gemeente is overgelegd en tegelijk ter Secretarie der gemeente voor eenieder tot en met 11 September a.s. ter lezing is neergelegd en in afschrift tegen be taling der kosten algemeen verkrijg- baar is gesteld. Venray, 24 Augustus 1937. Burgemeester en Wethouders van Venray G. H. HOUBEN l.b. De Secretaris, VAN HAAREN. Moedercursus Venray. Begin October zal onder leiding van Zuster B. Houben, een moeder cursus gegeven worden in het Pa tronaatsgebouw. Dag en uur zal nog nader bekend gemaakt worden in dit blad. Deelneemsters kunnen zich opgeven Donderdags tijdens de zitting op het Consultatiebureau en bij de Eerw. Zusters van het Groene Kruis. Zilveren Kloosterjubilé Eerw. Broeder Berachus. Reeds Dinsdagmiddag werden de feestelijkheden ter gelegenheid van 't 25-jarig kloosterjubileum van Br. Berachus ingezet met de opvoering van 't blijspel„Het kostbare leven" hetwelk op uitmuntende wijze ver tolkt werd door de alom bekende tooneelvereeniging van Huize Ser- vatiusditmaal onder regie van den Eerw. Br. Valenus. Woensdag om 9 uur werd een plechtige jubelmis opgedragen door den Zeereerw. Pater Haeraets, ge assisteerd door de Zeereerw. Heeren Pater Rector, Pater Angelicus en Pater Fulbertus, welke een treffende feestpredicatie hield. De Gregoriaansche gezangen wer den onberispelijk uitgevoerd door het geschoolde fraterskoor der Eerw. Paters Franciscanen. Na de H. Mis welke ook door familie van den jubilaris werd bQgewoond, zong de heer W. v.d. Schoot uit Amerzoden, met zijn prachtig baritongeluid het „Panis Angelicus" van Ceasar Frank. ^Daarna was er gelegenheid om den Jubilaris te feliciteeren, waarvan een zeer druk gebruik werd gemaakt. Ondertusschen had de gestichts-

Peel en Maas | 1937 | | pagina 1