TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Ontstellende cijfers
FEUILLETON.
Het godsdienstig
leven in Sovjet-
Rusland.
Land- en Tuinbouw.
Zaterdag 24 April 1937
Acht en vijftigste Jaargang No 17
Een kwestie van... te zijn
of niet te zijn.
Er hebben eenigen tijd geleden
cijfers gestaan in tijdschriften en
kranten over geboorte-achteruit-
gang in Limburg.
Zonder nu te willen of te
kunnen beoordeelen, of al de
gevoerde polimieken juist waren,
staat dit toch voor. iedereen
duidelijk vast: dat, over het
geheel genomen, het ge
boortecijfer in Limburg een zorg
wekkende dalende lijn vertoont.
Een laag geboortecijfer in een
bepaalde plaats, misschien ook
nog wel een streek, zou .oor
zaken kunnen hebben, welke
heel goed verklaarbaar zijn en
nog geen schending van de
zedelijkheid behoeven te bedui
den maar wanneer dit ont
zettende verschijnsel zoo alge
meen blijkt te zijn, moet er ook
een algemeene oorzaak aan ten
gronde liggen.
En die is dan van dien aard
dat er niet meer of niet minder
dan de g ro n d s 1 a g e n van 't
godsdienstige en maatschappe
lijke leven mee zijn gemoeid.
Een misvatting omtrent de al
lereerste plichten van een levens
staat: waarom zijn we gehuwd;
omtrent de natuurwet; omtrent
de Kerk en omtrent de heele
maatschappij en samenleving.
Een kwaad, zoo groot, dat het
op den duur alles aantast,
niet alleen de verhouding der
gehuwden tegenover elkaar; niet
alleen de opvoeding der kinderen,
die er dan nog zijn; niet alleen
het gezinsleven, maar de physieke
en zedelijke kracht van de maat
schappij, ja de groeien de bloei
van Gods' Kerk hier op aarde
en van het Hemelrijk hiernamaals
zijn er mee gemoeid.
Gehuwden, die echt door die
zonde zijn aangevreten en jaren
lang er verstokt in blijven, voelen
ook niet niet veel voor andere
hoogere dingen: 't is juist, of alle
ideale zin en energie voor het
hoogere verspild is....
Wanneer men de natuurge
weld aan doet, valt onverbidde
lijk ook de bovennatuur ineen,
welke immers op de natuur
steunt.
Er is dan ook geen enkele
actie zoo noodzakelijk, zoo ac
tueel, zoo dringend, zoo onmis
baar, als de actie voor het echte
christelijke, godsdienstige, huwe
lijks- en gezinsleven, welke actie
organisatorisch (we hebben im
mers haast overal organisaties
voor) gevoerd wordt door den
R.K. Bond van groote gezinnen.
En die actie niet alleen onder
de toekomstige vaders en
moeders zooals de jeugdver-
eenigingen met het oog daarop
óók een bestaansrecht en be-
staansnoodzakelijkheid hebben
maar ook onder de tegen
woordige vaders en moeders.
Want de jeugdvereenigingen
Van een muildier en
'n mineraalwaterbron.
door
STEVEN STEVENS.
Bij het hooren van deze woorden
kreeg de burgemeester een aange
naam. kriemelig gevoel. Een eere-
teeken, nog wel die hooge onder
scheiding van Isabella la Católica,
was iets zoo ongedroomds, dat zijn
beetje verstand er bijna bij stilstond,
't Had hem op dat oogenblik niet
kunnen schelen als hij geteerd en
met veeren bestrooid op een kameel
door de straten van Valencia had
moeten rijden.
Aan 't station gelukte het den
Ingenieur tenslotte de als klissen aan
hem hangende muzikanten met hun
nasleep kwijt te raken, nadat hij den
burgemeester had ingefluisterd hen
eenig geld te geven, om op zijn ge
zondheid te drinken.
Te Almansa aangekomen, werd de
regeeringsingenieur in de eenigste
fonda of herberg van het dorp inge
kwartierd de waard had de op
dracht gekregen h< t den hoogen
gast aan niets te laten ontbreken.
Nog dienzelfden avond had Lopez,
de pseudo-ingenieur, een heimelijk
onderhoud met zijn oom Tadeo, die
zich zeer voldaan toonde over het
voorloopige rapport van zijn neef
ontrent den indruk, die deze bij den
dealde teweeg gebracht had, en zich
jjtt weinig amuseerde over het ver-
betrekken maar een klein per
centage van de (opgroeiende,
rijpende) jeugd eener plaats;
bovendien: waar zullen we de
leden voor de jeugdvereenigingen
op den duur vandaan halen,
wanneer de geboorteachteruit
gang die dalende lijn blijft vol
gen.
Want eenmaal naar beneden,
gaat het onheilspellend verder:
dat zien we in Frankrijk, Duitsch-
land, Oostenrijk en zelfs in Italië
waar ondanks alle maatregelen
van de regeeringen, het tegen
natuurlijke, in zich volstrekt
booze en slechte kwaad, aldoor
maar voortwoekert en erger
wordt.
Ziehier een oordeel over Frank
rijk van een Franschman
„Land van leege wiegen,
verslagen kampioenen, afge
keurde recruten, verkochte dag
bladpers, verdorven weekbla
den, van kroegen op alle
hoeken, van halfnaaktheid in
casino's en op de stranden
Men moet wel zien, dat er
allereerst een levenscrisis
is. Want het leven zelf stroomt
weg in de losbandigheid van
de mode en de gemakkelijk
heid van het genot.
Als men de zorg voor het
Fransche gezin en om het
Fransche levenssap te redden,
hardnekkigblijft verwaarloozen,
dan zal men daarmee alle
andere zorgen nutteloos maken.
Er bestaat in onze dagen
de dwaasheid van den oorlog
en de dwaasheid van' de sla
vernij. Maar er is ook de
krankzinnigheid van den alge-
meenen zelfmoord"
(Vie Intel!. 10 Sept.'36)
Een levenscrisis 1
En die levenscrisis is er
omdat er een gezinscrisis
is en de gezinscrisis is er omdat
er een godsdienstcrisis
is.
En dan, wat die schrijver ook
zegt, „het leven stroomt weg in
de losbandigheid van de mode
en het genot".
Wanneer we n u over geheel
Limburg, totaal genomen, den
geboorteachteruitgang constatee-
ren, dan mogen we vragen: welke
huwelijken of juister, gehuwden,
zijn dat Hoe lang getrouwd
Zijn dat misschien geen man
nen en vrouwen, die in hun
verkeeringsjaren het moderne
amusemenlsleven hebben meege
maakt en nu zoo maar niet in
eens ernstige, degelijke, huiselij
ke, plichtsgetrouwe, zware ver
antwoordelijkheid voelende vaders
en moeders kunnen worden.
Ook onder dat opzicht moet
men de moderne amusements
problemen bezien.
Wat zullen ons alle acties en
congressen en massale bijeen
komsten baten, wanneer het mo
derne amusementsleven dat alles
zal blijven overwoekeren en
ondergraven; wanneer, met name
een onbenullige carnavalviering
in algemeenheid gaat toenemen
en in intensiteit al weken vooruit
hoofden, harten en beurzen op
haal van den optocht en de goed-
geloovigheid van don Slnforoso ten
opzichte der in 't vooruitzicht ge
stelde ridderorde.
Den volgenden morgen ondernam
de ingenieur met den burgemeester
een voorloopigen rondgang over de
terreinen, waar de waterlossingen
en bevloeingen verbeterd moesten
worden.
In de nabijheid van het dorp
kwamen zij door uitgestrekte boom
gaarden, waar de oranjekleurige
appelsienen fel afstaken tegen het
donkergroen gebladerte der boomen
Terwijl de burgemeester overal
uitlegging gaf omtrent den water
toestand, leende de ingenieur een
opmerkzaam oor en zei aanhoudend:
Juist, burgemeester, perfekt
burgemeester, zeer goed gezien, bur
gemeester, 'k zal het opnemen In
mijn rapport, burgemeester, enz.
Allengskens geraakten zij al klim
mend in bet gebergte, waar niets
meer groeide. Hier zou het water
moeten opgevangen worden. Eerst
kwamen ze aan een moerassig terrein,
dat tusschen de rotsen lag.
Dit stuk grond is mijn eigen
dom, zei don Sinforoso, maar het
heeft me nog nooit een reaal (ongev,
10 Holl. cents) opgebracht. Het
water kan hier niet wegvloeien en 't
moeras wordt hoe langer hoe grooter
en dieper.
Daaraan zullen wij paal en
perk weten te stellen zei de inge
nieur, binnen een jaar zal dit een
vruchtdragende bodem zijn.
Terwijl hij langs den modderpoel
wandelde en nu en dan met zijn
wandelstok er eens in polsde, waar
na hij 't een en ander in een notitie
boekje schzeef, kwam de concejal of
hol gaat brengen.
Want 't gaat toch niet aan om
omwille van een op zich geno
men ook nog geheel problema
tische geldveidoenerij, om wille
van zulk een materialistisch in
gestelde actie de moreele pro
blemen, (die verder reiken dan
de carnavalsdagen zelf en ook
daar tegenover te gaan staan met
een defaitistische mentaliteit.
We zouden wel eens willen
zien: wanneer alle goede ele
menten, die met zorgelijken blik
die groeiende uitspattingsbewe
gingen moeten bezien, samen
werkten (even zoo hard als de
organisatoren van het moderne,
moderne genotsleven) of we dan
nog zouden moeten zeggen: „er
is toch niets aan te doen".
Veel, ontzettend veel wordt in
een korte spanne tijds afgebro
ken of totaal geruïneerd, wat
door andere, tegenovergestelde,
godsdienstige of andere acties,
moeizaam of langzaam is opge
bouwd 1
Wanneer men de oogen sluit
en dichtknijpt voor deze acties
en die kunnen maar onge
hinderd blijven toenemen, (en
het zal dan blijven toenemen
dan zal ook hier het leven weg
vloeien in de gemakkelijkheid van
het genot....
En de levenscrisis wordt ook
gezinscrisis en de gezinscrisis
ook godsdienstcrisis en het eene
en het andere op het andere en
het wordt een wanhopige cir
kelgang van het kwaad, wier
vloek het is, dat het eene kwaad
het andere blijft voortbrengen.
De naakte, koude, harde, dui
delijke cijfers van geboorteach
teruitgang in ons dierbaar Lim-
burgwijzen er onverbiddellijk op
dat men geen ongeluksprofeet
behoeft te zijn, om dat op den
duur te zien aankomen.
Achter die cijfers gloeit de
koorts van een ontaardend volk.
ZAAIER.
ALS IN DE EERSTE EEUWEN
VAN HET CHRISTENDOM.
Aan een ontroerend schrijven dat
de „Figaro" van een vriend in Rus
land mocht ontvangen, ontleenen
wij het volgende:
Alle eerbiedwaardige monumenten,
kerken en kloosters zijn verwoest,
veranderd in theaters of anti-gods
dienstige musea. In de afgelegen
voorsteden vindt men nog enkele
kleinere kerkjes. Doch des Zaterdags
avonds en aan den vooravond van
groote feestdagen moet de eenzame
priester vaak tot driemaal toe het
Lof of de Vespers celebreeren om
het groot aantal geloovigen in de
gelegenheid te stellen hierbij tegen
woordig te kunnen zijn.
Om ongeveer 3 uur 's morgens
wordt de eerste H. Mis opgedragen,
gevolgd door nog een tweede en een
derde H. Mis. Er wordt met groote
vurigheid gebeden.
De liturgische gezangen en gods
dienstige liederen worden zoowel
gezongen door kunstenaars, profes
soren, doctoren, studenten als door
boeren en kinderen. Tijdens de H.
wethouder don Tadeo van den
tegenovecgestelden kant aangewan
deld.
De burgemeester kon niet anders
doen, dan hem aan den ingenieur
voor te stellen, waarbij deze den
wethouder een en ander meedeelde
omtrent zijn plannen voor de water
lossing en de verbetering van het
terrein waarop zij stonden.
Ik wou, dat u die plek grond,
die hiernaast ligt en mij toebehoort,
ook zoudt kunnen verlossen van het
overtollige water, zei don Tadeo,
maar dat zal wel niet gaan, want
daar ontspringt juist de bron, die al
dit onheil aanricht.
Daarmee nam hij afscheid en ging
op het dorp toe, terwijl de beide
anderen verder wandelden.
Ze kwamen op de plek, waarover
don Tadeo gesproken had. Daar
ontwaarde de ingenieur een breeden
watersprong, die met geweld uit de
rotsen spoot.
De ingenieur trad er terstond naar
toemet den neus in de lucht snuf
felend, sprak hij
Een krachtige, heldere bron
t Zou me niet verwonderen, zoo dit
rotswater mineraalhoudend ware.
Dit zeggend hield hij de hand in
den waterstraal en slurpte er een
flinke teug van.
Waarachtig, 't is mineraal
water ik meende reeds voorheen
een zwavelphosforzuren schijn in het
afvloeiende water opgemerkt te heb
ben. U moet namelijk weten, senor
alcalde, dat ik bijzondere studies ge
maakt heb van de verschillende in
ons land voorkomende mineraal-
waterbronnen en dus een zekere
routine op dit gebied verkregen heb.
Voorzoover ik het beoordeelen kan.
Handelingen heerscht er in de kerk
een volmaakte orde en een absolute
stilte.... De priester geeft gelegen
heid om te biechten, hij geeft gods
dienstonderricht aan de geloovigen
en leert hun de gebeden. Wanneer
men de H. Mis wil bijwonen, moet
men minstens twee uur tevoren aan
wezig zijn. Alle voorwerpen van
waarde, zooals kerksieraden, de
klokken, de liturgische gewaden zijn
uit het kerkgebouw geroofd. De
priesters dragen bij het celebreeren
der H. Mis een linnen kazuifel en
in plaats van een kelk wordt een
glas gebruikt. Kortom, het gods
dienstig leven in sovjet-Rusland
toont zeer veel overeenkomst met
dat der eerste Christenen, die even
eens in het verborgene de H. Gehei
men moesten vieren.
Niet ver van de kerk hebben de
priesters een klein zolderkamertje
gehuurdde meesten zgn echte
kluizenaars geworden.
De geloovigen hebben grooten
eerbied en bewondering voor hun
priesters. De oude popen hebben
vaak den moed om zelfs by het
sovjet-bestuur een pleidooi te houden
voor de belangen der Kerk en van
de geloovigen. Zij dragen nog hun
lange haren en priesterlijk gewaad,
Op Paschen en andere hooge feest
dagen zijn de kerkan versierd met
groen en bloemen.
De anti-godsdienstige betoogingen
en de openlijke godslasteringen zijn
sterk verminderd. In den Paasch-
nacht hebben de sovjets getracht
om een godsdienstige processie te
belettener ontstond verzet onder
het volk, zoo zelfs dat de hulp der
militairen moest worden ingeroepen.
Doch inplaats dat de soldaten het
volk uiteenjoegen, wierpen zij hun
geweren op den grond, terwgl zij
zich bij de processie aansloten en
godsdienstige liederen zongen.
De omstanders weenden van vreug
de en aandoening, omdat zij begrepen,
dat God aan de soldaten de waarheid
had getoond.
Er worden zeer veel kinderen
gedoopt in de leeftijdsklasse van 10
15 jaar. Soms wordt aan 50 tot 60
personen tegelijk het H. Doopsel
toegediend. Ongeveer 90 procent der
bevolking is in haar hart nog ge-
loovig. Zelfs hooggeplaatste sovjet
ambtenaren gaan naar de naburige
kerken om hun godsdienstplichten
te vervullen, daar ze bang zgn, dat
zij in de plaats hunner inwoning
herkend zouden worden. Het gebeurt
vaak genoeg, dat arbeiders, die belast
zijn met het verwoesten van kerken,
des nachts voor de half-afgebroker
muren blijven staan, terwijl ze hun
gebeden verrichten.... Het volk komt
stukjes steen halen van de afge
broken kerken, die zij als een her
innering bewaren en die als geheilig
de voorwerpen zorgvuldig bewaard
worden.
Nu in vele dorpen de kerken reeds
gesloten zgn, komen de boeren, soms
over verre afstanden naar de stad
om daar hun godsdienstplichten te
vervullen. Daar de kloosters gesloten
zijn, leven heel veel monniken ver
scholen in de bosschen, waar ze
onderaardsche schuilplaatsen of hut
ten hebben gebouwd, welken bestaan
en plaats alleen aan enkele inge
wijden bekend is.
Het geloof in Rusland is veel
sterker dan vroeger en geen macht
ter wereld is in staat om het te
vernietigen....
Onkruidenbestrijding met kalk
stikstof in Zomergewassen,
De belangstelling voor kalkslikstof
als onkruidbestrijder neemt ook in
de zomergewassen telken jare meer
en meer toe.
De vele regens van den laatsten
tijd zal in belangrijke mate de ont
kieming en de groei van de meeste
onkruiden in zomergewassen bevor-
hernam hij, nadat hij nog eens een
paar teugen gedronken had, waarbij
de burgemeester hem navolgde, voor
zoover ik het beoordeelen kan, is dit
water rijker aan zwavelzuur-strontium
dan alle andere mij bekende soorten
en staat het in gehalte ver boven
de beroemde merken Solarés en
Mondariz ik zou zelf gelooven, dat
't het Vichy Catalan overtreft.
Maar ik zou dat eerst moeten
onderzoeken.
Jammer dat we geen flesch bij ons
hebben, dan kon ik er een portie
van meenemen om er een analyse
van te maken.
Gelukkig dat ik mijn koffer met
de retorten en instrumenten in de
fonda bij me heb.
't Zou me niet verwonderen, mijn
waarde burgemeester, dat het fortuin
van uwen vriend den wethouder
hoe heet de man ook weer o,
ja don Tadeo Algorin, die zoojuist
nog zoo moedeloos was en meewa
rig over die bron het hoofd schudde,
onverwachts gemaakt ware.
Ik zal hem vragen mij een kruik
van dit water in de fonda te zenden
en als de analyse goed uitvalt, waar
aan ik volstrekt niet twijfel, zal ik
de eerste zijn, om hem met dit
waardevol bezit geluk te wenschen.
Bij deze met geestdrift geuitte
woorden was de burgemeester na
denkend geworden. Dus die sluwe
wethouder, die hem overal in den
weg zat, zou hem ook hier weer
den loef afsteken.
Don Tadeo was bezitter van een
mineraalwaterbron, die misschien
millioenen opleveren kon, want zoo
had de ingenieur het uitgedrukt,
terwijl hij, de burgemeester daar
naast een terrein had liggen, dat een
deren. Het lijkt mij daarom niet
ondienstig een kort artikel te wijden
aan het bestrijden van deze onkrui
den.
De onkruiden vermeerderen zich
ontzettend snel en zeker wanneer
zooals dit jaar de groeivoorwaarden
gunstig zijn. Het oude spreekwoord
„Wie een jaar zijn onkruiden laat
staan, moet zeven jaren uit wieden
gaan", is dan maar al te waar.
Als een der voornaamste middelen
ter bestriding moeten wy het toe
passen van rijencultuur noemen,
Hierdoor kan men reeds vroegtijdig
schoffelen en op deze wijze worden
heel wat onkruiden gedood. Ook
door tijdig eggen en wieden kan
men veel onkruiden opruimen. Door
gebrek aan werkkrachten wordt
dikwijls echter niet voldoende gewied
met als gevolg een vermeerdering
van het onkruid.
Naast rijencultuur en schoffelen
zal de boer thans voornamelijk zgn
aangewezen op het gebruik van
chemische middelen ter bestrijding
van het onkruid.
De laatste jaren kemt daarvoor
voornamelijk kalkstikstof in aan
merking. De practijk heeft reeds
voldoende bewezen, dat kalkstikstof
voor de vernietiging van onkruid
met succes kan worden aangewend.
Een afdoende bestrgding der on
kruiden door middel van kalkstikstof
houdt echter nauw verband met den
tijd van aanwending. Omtrent de
aanwending dient daarom het vol
gende opgemerkt te worden.
Op zomergraan strooie men kalk
stikstof ongeveer 46 weken na het
zaaien, 's morgens over een bedauwd
of althans vochtig gewas, wanneer
het graan ongeveer een handbreedte
boven den grond staat en een hel
dere dag te verwachten is.
Zonnig weer na het uitstrooien,
hoewel verkieselijk, bleek absoluut
niet noodzakelgk, als men maar
droog weer houdt gedurende enkele
dagen na het uitstrooien. Het graan
lgdt weinig door het bestrooien om
dat dit min of meer recht opstaat
geheel in tegenstelling met de on
kruiden. Tijdig uitstrooien bleek een
eerste vereischte te zijn ter bestrg
ding van het onkruid, zooals herik,
melde, dauwnetel, goudsbloem, e.a.
Veelal gebeurt de aanwending van
kalkstikstof in de practgk nog te
laat. Voor een afdoende bestrgding
van het onkruid in zomergraan is
ongeveer 200300 Kg. per h.a.
noodig. Regelmatig uitstrooien is
een belangrijke factor. Men neme
de gangen niet breeder dan ongeveer
ïy, m.
Bij den verbouw van bieten wende
men 400600 Kg. per h.a. aan 23
weken voor het zaaien der bieten,
nadat de grond reeds eenigen tijd
tevoren zaaiklaar en tot een geschikt
kiembed is gemaakt.
Bij aardappelen gebruikt men de
kalkstikstof 2—3 weken na het poten.
Een hoeveelheid van 300400 Kg.
kalkstikstof is voldoende. In beide
gevallen kan de kalkstikstof veel
kiemend onkruidzaad dooden, zoodat
de bieten en aardappels veelminder
last hebben van de onkruiden.
Proeven van den laatsten tijd
hebben voldoende aangetoond, dat
zelfs in erwten het onkruid met
succes kan worden bestreden. Daar
voor gebruikt men ongeveer 250 kg.
per h.a. en strooie dit over een
vochtig gewas, wanneer de erwten
pl.m. 5 cM. boven den grond staaD.
Het is evenwel mogelyk, dat ook
kleinere hoeveelheden voldoende zijn.
Welke resultaten bij de bestrgding
van onkruid met kalkstikstof kunnen
worden verkregen, bewyzen proef
velden en practgk van dit jaar en
voorgaande jaren voldoende. Wij
raden derhalve een ieder, die last
heeft van onkruid, sterk aan eens
een proef te nemen met kalkstik
stof.
Bijen.
Nog steeds wordt het nut der bijen
voor de bestuiving van het fruit nog
onvoldoende beseft.
modderpoel was.
Een klein duiveltje, dat in zijn
hoofd zat, draaide even aan eeD
schroefje in zijn hersenstoen flitste
er een stralende gedachte door zijn
hoofd hij kreeg een „idee lumineuse"
zooals de Franschen zeggen.
U zoudt mij een plezier doen,
senor ingeniero, wanneer u over die
zaak voorloopig niet met don Tadeo
zoudt willen spreken Hij is wel de
bezitter der bron, maar ik lig er met
mijn veel grooter terrein naast en
heb daarom eveneens belang bij deze
ontdekking.
'k Begrijp u, senor alcalde, zei
de andere en knipte hem een oogje,
u is een vooruitziend mensch en ik
begrijp waar u op afstuurt.
Indien u dat terrein met die bron
in eigendom kondt verkrijgen, zoudt
u met niemand behoeven te deelen
en u zoudt tevens uw eigen grond
duur aan den man kunnen brengen
voor het bouwen van een groot
kurhaus, badhuizen, hotels, een casino
z.
Ik zal u wel in verbinding bren
gen met eenige kapitalisten, die een
naamlooze vennootschap oprichten
tot het stichten van een badplaats
en de exploitatie van een mineraal-
waterbron en deze terreinen voor
ongekende prijzen van u koopen of
tegen hooge jaarlijksche renten in
pacht zullen nemen
Laten we afspreken, dat u mij nog
dezen middag een paar kruiken van
dit water in mijn logement stuurt,
dan zal ik het terstond analyseeren
en 'k beloof u, dat ik voorloopig
met niemand anders over deze ont
dekking zal spreken.
Dienzelfden avond kwam de bur
gemeester kwansuis een bezoek
We zijn in ieder geval aan het
winnen. De groote meerderheid der
fruittelers weet nu toch wel, dat
zonder byen heel weinig fruit te
halen. De heer van der Kroft geeft
altyd vier voorwaarden, die noodza
kelgk zgn voor een goeden oogst van
fruit 1. bemesting, 2. besproeiing.
3. snoeien, 4. bijen.
Nu is er al heel wat over geschre
ven, hoeveel bijenvolken noodig zijn
voor een goede bestuiving van de
boomgaarden. De samenstelling van
den boomgaard speelt hier een groote
rol. Valt den bloeitijd nog al uit el
kaar, dan kan natuurlijk met minder
volken worden volstaan, dan wanneer
alles tegelijk bloeit. Maar behalve
van de soorten is dit ook afhankelijk
van het weer. Zooals dit jaar een
voorbeeld daarvan geeft. Kersen, per
ziken en pruimen worden 'door het
gure weer zooveel in de bloei ge
remd, dat ze bijna samenvallen met
de peren en de vroege appelen. We
mogen dus het getal bgenvolken, dat
er per bunder noodig is zeker niet
te laag stellen. Algemeen wordt te
genwoordig dan ook genomen vijf
bgenvolken voor elke bunder boom
gaard van fruit, dat tegelijk bloeit.
Voor een gemengden boomgaard, die
niet tegelijk bloeit kan met minder
volken worden volstaan. Natuurlijk
is dit bedoeld voor een boomgaard,
die flink ontwikkeld is, want voor
jonge aanplant heeft men absoluut
niet dat aantal volken noodig.
Nu blijkt echter, dat velen de be
hoefte aan bijen heel ver onder
schatten.
De heer van der Kroft geeft daar
in „Dei Nieuwe Veldbode" een mooi
voorbeeld van. Hg gaat uit van de
eisch, dat er per hectare volwassen
boomgaard vijf bgenvolken noodig
zgn.
Dan berekent hg, dat er in Eysden,
Sint Gertruid en Gronsveld 7280
bgenvolken noodig zgn, en er staan
er maar 280. Een tekort dus van
7000 volken. Zoo gaat hg van streek
tot streek in geheel Zuid-Limburg
en komt daar tot het reusachtige
tekort van 45000 volken.
Als men dan bij een aanbieding
van bgenvolken aan Limburgers
hoortwij hebben geen gebrek aan
volken, op de bijenmarkt in Maas
tricht komen er zeker meer dan
vierhonderd, dan moet men toch een
klein beetje lachen, als men de ge
tallen leest, die de heer van de
Kroft geeft.
Maar laat ons niet voor andermans
deuren vegen, maar voor eigen deur.
In het Oosten van Noord-Brabant
is de laatste jaren de fruitteelt heel
sterk toegenomen, zoodat de dorpen
met honderd en meer boenders
boomgaard heel talrgk zijn. En nu
vraag ikhoeveel van die dorpen
hebben meer dan vijfhonderd volken.
Als wij in Oost-Brabant aan het
getal van vgf bgenvolken per hectare
boomgaard moeten komen, dan zul
len alle imkers voorloopig nog gerust
hun bijen allemaal aan mogen hou
den, maar dan zullen ook.de fruit
telers door zelf byen gaaa te houden
of door bijenvolken te huren het
hunne moeten bijdragen. Aan al die
liefdesbetuigingen aan de bijen heb
ben we niets, als toch steeds de
imker er geld bij moet leggen, of
hoogstens er aan uit kan.
Al wat de regeering doet is ten
eerste accijnsvrije suiker verstrekken,
waarvoor het laatste jaar ook weer
een heele berg papier vuilgemaakt
moest worden en ten tweede een
klein invoerrecht op honing. Hoe
kunnen wij nu de bijeenteelt steunen
of bevorderen. In de eerste plaats
door honing te gebruiken, maar dan
ook inlandsche honing. Nog altijd is
de buitenlandsche honing veel goed-
kooper, al is hij dan ook veel minder
zuiver. Het tweede middel om te
helpen is, het zaaien of planten van
honinggevende gewassen en boomen.
Het steunen, door een geldelijke
vergoeding te geven als huur voor
de bgenvolken in den bloeitijd. Op
de vierde, maar voornaamste plaats,
door zelf imker te wordem Het is
mooi, interressant en werpt wel niet
veel geldelgk voordeel af, dat direct
te constateeren is, maar aan meer-
brengen bij den ingenieur in de
fonda. Hij brandde van nieuwsgierig
heid om den uitslag van het schei
kundig onderzoek te kennen
De ingenieur nam hem mee naar
zijn kamer, waar bi; terstond de deur
van binnen afsloot en geheimzinnig
fluisterend begon te spreken.
Zoojuist heb ik mijne analyse
beëindigd, waarbij hij op een aantal
groote en kleine retorten, glasbuisjes
en flesschen met gekleurd vocht
wees, welke op de tafel stonden.
De uitslag heeft mijn verwach
tingen bij verre overtroffen. Die
wethouder bezit in die bron een
schat, die hem millioen opbrengen
kanmaar de stommere weet het
niet. Het is thans aan U, als voor
uitstrevend en ondernemend man,
van deze ontdekking de vruchten
voor U alleen te plukken Voor mij
zelve wensch of verlang ik niet de
minste vegoeding ik leg de vruch
ten van mijn routine en ontdekkings
ijver gaarne op het altaar der vader
landsliefde. Alleen meen ik voor het
door mij verrichtte scheikundige
onderzoek aanspraak te mogen maken
op een vergoeding van vijfhonderd
pesetas, welke ik gaarne vóór mijn
vertrek van hier ontvangen zou.
Voor mijne tusschenkomst bij bet
verleenen der ridderorde, kunt U
zich later wel erkentelijk betoonen.
De burgemeester was in de wolken
bij het vernemen van deze buiten
gewoon gunstige tijding en beloofde
nog den volgenden dag de ter sprake
gebrachte vijfhonderd pesetas te
zullen meebrengen.
Wordt vervolgd.