TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Boeren in nood!
FEUILLETON.
Geluksdroom
Losse opmerkingen*
Krakelingen.
Zoo rillerig?
AKKERTJES
Zaterdag 3 Arpil 1937
Acht en vijftigste Jaargang No 14
De strijd tegen den
ondergang.
Het is allerminst onze bedoe
ling hier in een critiek te (reden
van de ten onzent gevoerde land
bouwpolitiek en van de vele en
velerlei soort crisis-maatregelen,
die van deze politiek het gevolg
waren.
Wij willen vooropstellen, dat
wij een zeer groot deel dezer
productie-beperkende maatrege
len niet alleen economisch-nuttig
maar zelfs economisch-geboden
achten: zonder deze maatregelen
ware ons landbouw en daarmee
meerdere andere onderdeden van
ons economische leven, eenvou
dig inééngestort.
Minder bewondering dan voor
den inhoud dezer maatregelen
kunnen wij hebben voor de wijze,
waarop zij werden ten uitvoer
gelegd en doorgevoerd.
Het geheele chapiter der land
bouwcrisisorganisaties, de invloe
den, die er op gewerkt hebben
en soms overheerschten, de ma
nier, waarop zij hun allesbe-
heerschende posiiie benut hebben,
is niet het meest fraaie en on
besmette hoofdstuk uit de va-
derlandsche historie tijdens de
jongste wereld-et isis.
Nochtans, ook dit terrein zullen
wij grootendeels onbetreden laten.
Slechts voorzoover de zeer sterke
centralisatie der crisisdiensten
en dies ook der getroffen maat
regelen ertoe lijdt, dat afzonder
lijke streken onbillijk behandeld
worden, zullen zij hier noodza
kelijk ter sprake moeten komen.
Wij hebben het land van Maas
en Waal doorkruist, aldus schrijft
v. D. in de Maasbode, waaraan
wij dit artikel ontleenen, met 't
loutere doel: deze bepaalde land
streek te leeren kennen en een
inzicht te krijgen in de econo
mische werking der landbouw
crisismaatregelen over dit be
perkte gebied.
Verder dan de doelstelling van
dit onderzoek willen wij onze
conclusies dan ook niet uitstrek
ken. Het resultaat onzer .bevin
dingen was, dat inderdaad meer
dere crisisaangelegenheden door
hun algemeenheid het beoogde
doel in de door ons bezochte
streek niet bereiken, dat een
rekening houden met plaatselijke
en regionale toestanden hier niet
slechts gewenscht, doch zelfs
noodzakelijk schijnt, dat een
minder dictatoriaal optreden van
boven af en wat meer vrijheid
voor de plaatselijke besturen, die
de bevolking kennen en daarmee
vertrouwd zijn, misschien de uit
komst zouden kunnen brengen,
die van de hoogste hand aan de
vele kleine boeren tusschen Maas
en Waal tot nog toe nimmer ge
werd.
Willen anderen naar aanleiding
hiervan nagaan, of in 't algemeen
decentralisatie en een meer regio
nale uitvoering van ons land
door
JAMES OLIVER CURWOOD.
49.
Er was nu geen seconde te ver
liezen, want zijn moordenaars waren
thans heel dicht genaderd.
Zij deed haat uiterste best met
vaste hand te schieten, doch Alan's
zwaar wapen trilde in haar handen.
Haar eigen kleinere geweer had ze
verloren gedurende haar vlucht naar
de kloof en toen ze bemerkte dat
ze ook van dit wapen de laatste
patroon verschoten had, begon ze
als een razende om zich heen te
slaan.
Plotseling als een booze geestver
schijning, stond John Graham aan
haar zijde. Als in een droom zag zij
zijn wreed, zinnelijk gezicht vlak bij
zich. Toen voelde ze zijn armen om
haar heen, waaruit ze tevergeefs zich
trachtte los te maken.
Als een wilde kat vocht ze, doch
ten slotte moest ze uitgeput den
strijd opgeven. Ze was niet bewus
teloos. maar haar krachten hadden
haar begeven, zoodal ze geheel
weerloos was.
Maar niettegenstaande dit alles,
kon ze toch nog duidelijk elk ge
luid onderscheiden.
Eensklaps drongen van uit de
kloot schoten tot haar door, gevolgd
door kreten, die alleen uit de kelen
van Eskimo's kunnen voortkomen.
bouwcrisis-systeem geen aanbe
veling zou verdienen, ons zou
dat niet anders dan aangenaam
zijn. Wij echter gaan niet verder
dan het concrete feitenmateriaal
en de eigen waarneming ons uit
drukkelijk veroorloven wij con-
staleeren, dat in 't land van Maas
en Waal althans zonder eenigen
twijfel 't landbouwcrisis-systeem
te kort schiet.
De bevolking in 't land van
Maas en Waal, dit vlakke land
tusschen de twee groote rivieren,
bestond voor en in den aanvang
van de crisis voor minstens 60,
misschien zelfs voor 70 pet uit
kleine boeren.
Op 't oogenblik gaat dit per
centage niet meer op, omdat tal
van kleine boeren, den hopeloozen
strijd, die hun 14 a 15 uren
harden arbeid per dag kostte en
dan nog, jaar na jaar, hun karig
bezit deed slinken, hebben op
gegeven en in de werkverschaf
fingen zijn gegaan.
Een kleine boer en dit is
wel zéér typeerend die in de
werkverschaffing gaat, geraakt in
deze streek in beteren, om niet
te zeggen in goeden doen. Hij
wordt arbeider, hij verdient 11,
12, misschien 14 gulden per week
en dat beteekent rijkdom voor
hem en verlies van zorgen.
Hij behoeft niet meer elk jaar
een koe te verkoopen om zijn
hypotheekrente te kunnen betalen
hij gaat 's morgens weg en hij
komt 's avonds thuis; uren vroe
ger dan anders en in plaats van
6, 7 gulden, verdient hij er thans
12, 13 per week.
Maar zijn bedrijfje: de trots van
zijn zelfstandig bestaan, wordt
verwaarloosd, de grond, met véél
moeite en werk vruchtbaar ge
maakt, ontvangt geen voedsel
meer en verliest steeds meer van
zijn waarde, zijn zelfstandigheid
is deze kleine boer kwijt en zijn
f 13 loon ontvangt hij op kosten
van de gemeenschap.
Zoo zijn er in de eene ge
meente 70 tot tachtig, in een
tweede 20, in een andere 40, in
weer een andere 17, zoo is het
't heele land van Maas en Waal
door. En hoe raakt men deze
menschen ooit uit de werkver
schaffing kwijt?
Hoe anders, dan doordat zij
op een boerenerf terug kunnen
keeren, want zij zijn boer en voor
de fabrieken niet geschikt.
Maar in vele gevallen is het
boerenerf verkocht...
Niet a'len hebben zij den strijd
gewonnen gegeven, niet het
meerendeel zelfs. Daar zijn er
talloozen, die doorvechten, taai,
vasthoudend, omdat zij tezeer
gehecht zijn aan hun boer-zijn
dan dat zij het willen opgeven,
omdat zij liever vijftien uur per
dag hard sjouwen en zwoegen
op den eigen grond dan acht uur
op dien van staat of gemeente,
omdat zij hun boerenplaatsje met
enkele Hectaren grond tien, vijf
tien jaar geleden gekocht hebben
en het willen bewaren voor hun
Ze voelde, hoe de greep van Jóba
Graham's armen even verslapte.
Er kwam een uitdrukking van
woeste vreugde in zijn oogen, toen
zijn blikken vielen op den met zand
bedekten inham.
We hadden geen poëtischer
plek kunnen vinden, zei hij tot den
man, die het dichtst bij hem stond.
Laat vijf man achter en neem de
anderen mee om Schneider te hel
pen. En als je ze niet baas kunt,
kom dan hier terug. Zes geweren
van uit deze hinderlaag zullen het
zaakje beëindigen.
Mary hoorde duidelijk de namen
afroepen van de mannen, die moesten
blijven.
Terwijl de anderen zich weg
spoedden, bleef het geweervuur in
de kloof aanhouden. Men hoorde
geen tumult, geen kreten niets
dan het ononderbroken geknal der
schoten.
Opnieuw voelde zij den druk van
Graham's armen. Toen nam hij haar
op en droeg haar naar den inham:
en op een plaats, tot waar het dag
licht niet kon doordringen, legde hij
haar in het zand neer
Naar deze eeuwenoude plek, waar
niet lang te voren de gedachten aan
feeën bij Mary Standish was opge-
komen, begon er thans één vanuit
de steppen neer te dalen.
Het was een vlugge, behendige
figuur, heel rood in het gezicht,
j buiten adem van het harde loopen.
Geruischloos kwam deze naderbij
langs een weg, waarop men zich
niet kon voorstellen dat ooit tnen-
schelijke wezens zich zouden kunnen
bewegen. Deze verschijning was.
Stampede Smith.
Vanuit de opening van de kloof
kinderen, al is het ook ver
hypothekeerd „ver boven den
schoorsteen uit, tot in de wolken"
En die ieder jaar een koe
naar de markt brengen
De geschiedenis van Saïdjah
en den buffel speelt zich hier, in
het land der rivieren, onder
honderden daken van lage boeren
huisjes af. Het is een eentonige
geschiedenis, zooals gij weet,
maar eene, die zeer verbittert,
zelfs al neemt de overheid den
buffel niet willens en wetens en
niet voor zich zelf.
Men kan zeggen, dat over
wegingen, op feiten van dezen
aard gebaseerd, geen economische
zijn en dat gevoelsmotieven in
een economische materie niet
tellen kunnen.
Goed, wij laten gevoelsmotie
ven niet tellen, wij erkennen ten
volle, dat zij geen plaats kunnen
hebben in een ontwerp-crisis-
regeling, schoon misschien eer
in een ietwat-soepele uitvoering
dier regeling.
Maar is het dan economisch,
dat wij in het eene deel des
lands met ontzaglijke kosten
bouwgrond aan de zee ontwoeke
ren, in hel andere deel den
bouwgrond laten verkommeren
en vergaan
Verkommeren en vergaan, niet
minder 1
Wij zijn op meerdere boerde
rijen geweest, waar vier, vijf
bunders boschgrond vóór tien of
vijftien jaren ontgonnen werden
tot bouwland ten koste van wie
weet hoeveel arbeid en zweet en
waar diezelfde grond thans ligt
te verarmeren, waar hij „hoe
langer hoe harder achteruitloopt",
zooals de boer zegt, omdat er
geen geld is voor bemesting,
omdat de werkverschaffing geen
tijd laat voor bewerking.
Of is het economisch, dat hier
tal van gemeenten den arbeiders
in werkverschaffing twaalf tot
veertien gulden per week aan
loon moeten betalen voor werk-
objecten van geen al te groot
nut en zonder veel rendabiliteit,
terwijl velen aan deze arbeiders-
boeren met een steun van vijf
gulden per week op het eigen
bedrijfje zouden kunnen blijven
werken en daar de nuttige taak
verrichtten den grond zijn waarde
en hun stand zijn moreelen
ruggegraat te doen behouden
Een gemeente, die een veertig
tal kleine boeren uit de werk
verschaffing en terug naar het
eigen bedrijf kon sturen, zou daar
door wekelijks vier tot vijfhonderd
gulden vrijkrijgen. Als slechts een
deel van dit geld door de plaat
selijke autoriteiten, die den toe
stand van iederen boer individueel
kennen aard van zijn bedrijf
lasten, kindertal, hulpkrachten in
het gezin tot steunverleening
besteed zou kunnen worden, waar
er naargelang daaraan behoefte
bestaat, ware zonder meerdere
kosten, integendeel met nog een
flinke besparing, een veel be
had hij het gebeurde van de laatste
paar seconden gadegeslagen, en wat
hein onder andere omstandigheden
onmogelijk zou hebben toegeleken,
lukte hem thans
Zijn vroegere vechtersinstinct was
weer ontwaakt zijn bloed stroomde
sneller door zijn aderen en plotse
ling kwam het oude verlangen over
hem om in een gevecht te staan van
man tegen man.
Hij voelde zich weer dezelfde
Stampede van vroegere dagen, waar
in geen rekening gehouden werd met
menschelijke of goddelijke wetten,
doch hartstocht en moordlust den
boventoon voerden.
Zijn droom een laatst groot
gevecht, dat de slotpagina's van zijn
levensboek zou vullen scheen
verwezenlijkt te zullen worden. En
welk een gevecht zou dat niet wor
den, als hij dat witte zandvlak on
gehoord en ongezien zou kunnen
bereiken.
Zes tegen eenl Zes mannen met
geweren in de hand en pistolen
binnen hun bereik. Hij zou geen
schooner einde kunnen wenschen,
dan te vallen, strijdende voor die
vrouw,., en Alan Holt I
Hij was blij dat de aandaebt der
mannen afgeleid werd door het
schieten in de kloof en hij dankte
God voor dit helsche lawaai, waar
door hij ongemerkt kon naderen.
Bijna was hij beneden, toen een
groote rots afbrak en neerviel.
Twee van de mannen wendden
zich om. doch op hetzelfde oogen
blik gebeurde er iets anders Een
kreet, een schrille kreet, de stem van
een vrouw in doodsangst en wan
hoop klonk vanuit den inham en de
vijf mannen wendden hun blikken in
vredigender toestand verkregen.
Men heeft uit de Maas-en-
Waal-streek reeds jarenlang stem
men hooren opgaan om tot
gesteunde tewerkstelling van
kleine boeren op het eigen bedrijf
te geraken.
Korten tijd geleden is er ,iu
een ministerieele maatregel afge
komen waarbij zulk eene tewerk
stelling als proefneming mogelijk
wordt gemaakt. Doch juist de
voorwaarden, daarvoor vastge
steld, bewijzen, dat men niet
centraal, vanuit den Haag de
wil moge er al goed zijn de
behoeften der verschillende land
streken kan overzien.
In aanmerking komt n.l. alleen
duidelijk-controleerbaar of „zicht
baar" werk. Hiermede wordt be
doeld le. het ontginnen van
een stuk heide 2e. het omspitten
van weiland tot bouwland 3e
het draineeren van het land en
het graven van nieuwe sloten
4e. het opbrengen van bagger.
Wanneer men over de kleine
lappen grond wandelt, waarop
in het land van Maas en Waal
dit soort van werk zou moeten
geschieden merkt men met één
oogslag, dat het landvolk hier
met deze fcrmule niet gebaat is.
Er is geen onland of heide,
tot omspitten heeft de kleine boer
geen vierkante meter land over,
de noodige slooten zijn er en de
bagger heeft hij in een halven
dag eruit.
Wat men daarom vraagt, is,
dat de kleine boer de normale
noodzakelijke werkzaamheden op
zijn bedrijf met een geringen
steun zal kunnen blijven ver
richten, werkzaamheden, waar
door zijn grond en de toestand
van zijn bedrijf werkelijk ver
beteren.
Controle daarop is mogelijk
door een ter plaatse georiënteerde
commissie en door de Rijksland-
bouwconsulenten.
Het eigen belang reeds zal
trouwens de lieden ertoe dwingen
dezen arbeid goed te verrichten.
In alle gemeenten, waar wij
toefden, zagen, zoowel de ge
meentebesturen als de boeren
reikhalzend naar zulk eene rege
ling uit. Maar, kan men vragen,
heeft de kleine boer recht of
althans aanspraak op een derge-
lijken steun, is er reden om dien
te verleenen
Wij zullen dit nader hebben te
bezien.
v. D.
DIE GOEDE OUDE TIJD.
Door de redactie van de Mededee-
lingen van het Centraal-Bureau is
eens gesnuffeld in een pakje weke-
lijksche mededeelingen van 24 jaren
terug.
Het is wel interessant wat daarin
gevonden werd. Naar aanleiding
ervan wordt een vergelijking ge
maakt van de prijzen der stikstof-
meststoffen van toen, dat is Maart
1913 en nu, Maart 1937.
Wel bevatten de wekelyksche
mededeelingen toen geen noteeringen
van zwavelzure ammoniak, naar uit
een prijscourant voor het eerste
die richting
Op hetzelfde oogenblik kwam
Mary Standish te voorschijn, gevolgd
door Graham, die zijn handen naar
haar uitstrekte. Met doodsbleek ge
zicht en fladderend haar trachtte zij
te ontkomen. Er lag een demonische
uitdrukking in Graham's oogen en
hij scheen niets anders dan alleen
haar te zien. Hij greep haar, drukte
haar weer tegen zich aan, terwijl ze
vergeefsche pogingen aanwendde om
zich vrij te maken-
En toen klonk er een kreet, zoo
als nog nimmer te voren in de
Geestenkloof gehoord was gewor
den. Deze kwam van Stampede
Smith. Van af een hoogte van meer
dan twintig voet sprong hij neer op
de met zand bedekte ruimte.
Voordat hij op den grond terecht
kwam, had hij reeds zijn twee pisto
len te voorschijn gehaald en eer de
mannen hadden kunnen begrijpen
wat er voorviel, floten de kogels om
hen heen, Drie van de vijf vielen
getroffen neer, alvorens de andere
twee tijd hadden gehad hun geweren
te grijpen.
Slechts één van de twee kreeg de
kans een schot te lossen, maar bijna
onmiddellijk daarop viel hij. in het
hart getroffen, ter aarde, terwijl de
andere eveneens in een ommezien
onschadelijk was gemaakt
En toen keerde Stampede Smith
zich naar John Graham
Gedurende deze korte oogenblik-
ken stond Graham als aan den grond
genageld, met het meisje nog steeds
tegen /ijn borst gedrukt. Hij bevond
zich achter haar, beschut door haar
lichaam. Haar hoofd beschermde zijn
hart, en toen Stampede zich om
wendde. trok hij zijn revolver, ter
halfjaar van 1913 bleek, dat deze
bedroeg f 17,30 af Wanne in Duitsch-
land. Dat wil dus zeggen, dat per
kg. ammoniakstikstof minstens 84
cent betaald moest worden, hier in
ons land. Voor salpeterstikstof was
de prijs per kg. stikstof 93 cent.
Dat waren me pry zen in die goede
oude tijd
Vergelijk ze eens met die van
thans.
De salpeterstikstof, byv. die in
kalksalpeter, kost thans ongeveer 38
cent en de ammoniakstikstof komt
op 25 cent per kg. Is dat even een
verschilVan 93 op 38 en van 84
op 25 cent.
By de allesbehalve rooskleurige
toestanden in ons bedryf van thans
is het goed, nu we vol gaan van be
mestingsplannen, die om het natte
weer nog niet uitgevoerd kunnen
worden, toch ook eens bedenken wat
het ons vroeger wel gekost zou heb
ben, na zoo'n abnormaal nat seizoen,
als we nu gehad hebben. Neen, het
zou toen niet zoo vlot gegaan zyn
iets extra te geven. En we geven
dus straks onze kalksalpeter k 38
cent, die vroeger twee-en-een half
maal zoo duur was, wat extra, want
het land heeft het zoo noodig voor
een goede oogst, voor een goede
weide. En in vele gevallen kan op
kleigronden en op in goede kalktoe-
stand zich bevindende zandgrond het
nog veel goedkoopere zwavelzure
ammoniak van 25 cent, dat vroeger
driemaal zoo duur was, gegeven
worden.
De bodem vraagt niet naar de
prijs, maar toont zyn dankbaarheid
voor een goede bemesting door een
ryke oogst.
ONZE NOBELPRIJSWINNAAR.
Geleerdheid vindt meestal geen of
slechts zeer weinig belooning in
volksvereering. Misschien begeeren
geleerden deze ook niet. De bladen
hebben er schoone brokken tragiek
van gemaakt, dat de Nederlandsche
Nobelprijswinnaar voor i cheikunde
in Amsterdam het station uitstapte,
zonder dat iemand hem in de hoofd
stad begroette. Terwijl als Marietje
Mastenbroek 'n zwemrecord heeft
gekraakt, het Amsterdamsche sta
tionsplein nauwelyks de enthousias
telingen kan bevatten, die het be
roemde meisje bij haar aankomst
willen toejuichen.
Maar de overheid, de besturen onzer
universiteiten, onze eigene geleerde
wereld, zijn die zelf wel zoo haas
tig om den Nederlandschen geleerde
te geven, wat hem toekomt
Prof. Debije was en is hoogleeraar
in Berlijn. Nadat men dè,ar een la
boratorium van een paar millioen
voor hem heeft gebouwd en een
Noorsch comité van geleerden hem
den Nobelprijs had toegekend, kwam
vanuit Nederland de vraag aan Prof.
Debije, of hij niet aaD de Universi
teit in Amsterdam wilde doceeren.
We zouden cDze waardeering voor
de kwaliteiten ^van een Nederland
schen geleerde wel een beetje eerder
kunnen openbaren.
HEBBEN WE NU EEN VLAG
Het is jaren lang 'n nationale
schande geweest, dat we geen officieel
erkende kleuren van de Nederland
sche vlag hadden. Een particuliere
vereeniging propageerde een dundoek,
dat afwijkend was van de vlag,
welke door de traditie der laatste
eeuwen bestaans recht had verwor
ven. Er ontstond een hopelooze ver
warring en telkens opnieuw werd de
regeering gevraagd om aan dat be
schamend gedoe een einde te maken
door een officieele vaststelling van
de nationale kleuren.
Eindelyk kwam het zoover.
H. M. de Koningin onderteekende
een Koninklijk Besluit, waarby het
rood. wit en blauw tot de kleuren
der Nederlandsche vlag werd ver-
Gij hebl kou geval en voélt de koorls
opkomen. Ga naar bed en neem
"AKKERTJES", die als kabouters in
den nacht Uw opkomende verkoud
heid, Uw Griep zullen verdrijven.
Morgen slaai Ge op zonder koorts en
voelt Ge U weer prettig en gezond.
Rèdërtanésch Ongeëvenaard bij Griep,
Product gevatte kou, rheumatische
pijnen, Zenuwpijnen, enz.
12 st. 52 ct. Zakdoosje 20 cl.
Volgens recept vort Apotheker Dumont
Op elk "AKKERTJE" komt de naam
AKKER voor in "ruit"-vorm. Let
hierop en weiger elke namaak
wijl er een valsche, u tdagende glim
lach op zijn gezicht verscheen. Hij
begreep, dat Stampede hem niet zou
kunnen treffen, zonder ook het meisje
te raken.
Heel duidelijk drong het reeselijke
van de situatie tot Stampede door,
toen hij Graham langzaam maar
zeker zijn pistool zag opheffen.
Voor een kort oogenblik stond
Stampede perplexhij zag niets
anders dan dien glimlach, en dat
gezicht, dat vier. of misschien vijf
centimeter van het meisje was.... dat
hatelijke gezicht, den uitgestrekten
arm, en den loop van het pistool
op zijn hart gericht.
Plotseling, zonder zich verder te
bedenken, legde hij op Graham's
hoofd aan en schoot.
Het was Stampede en niet het
meisje, die voor een seconde, uit
angst voor de uitwerking van het
schot, de oogen sloot. En toen hij
deze opende, en zag, hoe Mary
Standish snikkend over het lichaam
van Alan gebogen lag, bracht hij
met een eerbiedige beweging den
nog warmen loop van zijn geweer
aan zijn lippen.
Daarna knielde hij bij het lichaam
van Alan neer en lichtte diens hoofd
op.
Het meisje had haar gezicht in de
handen verborgen. In haar groote
smart smeekte ze God haar te laten
sterven, want niettegenstaande de
overwinning op Graham, was er
geen hoop of vreugde in haar hart.
Alan was er niet meer. Een derge
lijke verschrikkelijke verandering op
zijn gelaat zou alleen de dood te
weeg hebben kuDnen brengen En
zonder hem had het leven voor
haar geen waarde meer.
heven. Men mocht meenen, dat de
vlaggestryd toen ten einde was.
Maar daarna verklaarde Minister
de Wilde weer in de Kamer, dat het
oranje-blanje bleu als nationaal
dundoek „niet onwettig" was.
En nu heeft de voorzitter van het
hoofdbestuur van de vereeniging De
Princevlag, de heer Joh. Berlott,
een onderhoud gehad met den mi
nister-president om het streven der
vereeniging uiteen te zetten.
Op de vraag of de vereeniging
thans, na het uitgevaardigde Kon.
besluit, haar streven zou hebben te
wijzigen, gaf dr. Colijn den raad,
eerst af te wachten het wetsont
werp omtrent de vlaggenkwestie,
dat door den Min. van Binnenland-
sche Zaken is aangekondigd.
Hy verklaarde zich bereid daarna
opnieuw de vereeniging van advies
te dienen.
Thans geeft dus zelfs het hoofd
der regeering aan geinteresseerden
den raad om voorloopig voort te
wapperen met het oranje, blanje
bleu, niettegenstaande het rood,
wit en blauw bij Koninklijk Besluit
als ryksvlag is erkend!
We gaan weer voort met onze
particuliere liefhebberijtjes in na-
tionalen zin
MUSSOLINI, VERDEDIGER VAN
DEN ISLAM.
Dezer dagen heb ik Mussolini ge
zien, op een plaatje tenminste.
Hy zat op een vurig Arabisch paard
en strekte hoog ten hemel een gou
den zwaard, hem aangeboden door
een Muzelmansch comité by een
bezoek aan de N.-Afrikaansche kolo
nie Lybië.
Dat zwaard verzinnebeelde „de
degen van den Islam", waarmee de
leer van Allah, van Wien Mohammed
de Profeet is, over de aarde moet
worden verbreid. Mussolini heeft
zich daarmee als Beschermer van
den Mohammedaanschen godsdienst
opgeworpen....
Hy is óók al beschermer vanjden
Koptischen godsdienst in Lybië en
beschermer van den katholieken
godsdienst in Italië, waar hy het
kruisbeeld deed terugplaatsen in de
scholen. Evenzeer heeft hy zyn be
scherming toegezegd aan de Joden
in Palestina...
Mussolini beschermt alle godsdien
sten, welke hij maar te beschermen
kan krygen, mits de door hem over
wonnen en onderdrukte volkeren
maar bereid zijn om ook zyn geloof
aan te nemen, n.l. dat hy de baas
is en zijn schoonzoon graaf Ciano,
zyn profeet.
Ze strekte baar armen uit.
Geef hem aan mij, fluisterde ze
Geef hem aan mij.
Daar ze Stampede niet aankeek,
kon ze de uitdrukking op zijn ge
zicht niet waarnemen, doch ze hoor
de zijn stem.
Hij is niet door een kogel ge
raakt, zeide hij. Die is op een rots
afgeketst en een stuk daarvan heeft
hem recht tusschen de oogen ge
troffen. Hij is niet dood.en dat
zal ook vooreerst niet gebeuren.
Hoeveel weken, maanden of jaren
er verloopen waren sinds het voor
gevallene in de Geestenkloof, zou
Alan zich met geen mogelijkheid
hebben kunnen herinneren. Wel zag
hij nog heel duidelijk voor zich de
visioenen, die hij gehad had over
het rijden op een groote, witte wolk,
vergeefsche pogingen aanwendende
om een meisje, met lang. loshangend
haar, dat op een andere wolk voor
hem uitdreef, te grijpen. En toen
plotseling deze wolk doorgebroken
was en het meisje in een onmetelij-
ken afgrond was verdwenen, herin
nerde hij zich, hoe hij haar na was
gesprongen. Daarna zag hij hoe licht
plaats maakte voor de duisternis en
hoorde hij de muziek der cymbalen
en onderscheidde hij stemmen, waar
op hij in een diepen slaap was
gevallen. Hieruit ontwakende, vond
hij zich in een bed terug en keek hij
in een paar glanzende, betraande
oogen.
Een zachte, zoete verheugde stem
fluisterde „Alan
Slot volgt