TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS Boeren in nood! FEUILLETON. Geluksdroom Losse opmerkingen* Krakelingen. Zoo rillerig? AKKERTJES Zaterdag 3 Arpil 1937 Acht en vijftigste Jaargang No 14 De strijd tegen den ondergang. Het is allerminst onze bedoe ling hier in een critiek te (reden van de ten onzent gevoerde land bouwpolitiek en van de vele en velerlei soort crisis-maatregelen, die van deze politiek het gevolg waren. Wij willen vooropstellen, dat wij een zeer groot deel dezer productie-beperkende maatrege len niet alleen economisch-nuttig maar zelfs economisch-geboden achten: zonder deze maatregelen ware ons landbouw en daarmee meerdere andere onderdeden van ons economische leven, eenvou dig inééngestort. Minder bewondering dan voor den inhoud dezer maatregelen kunnen wij hebben voor de wijze, waarop zij werden ten uitvoer gelegd en doorgevoerd. Het geheele chapiter der land bouwcrisisorganisaties, de invloe den, die er op gewerkt hebben en soms overheerschten, de ma nier, waarop zij hun allesbe- heerschende posiiie benut hebben, is niet het meest fraaie en on besmette hoofdstuk uit de va- derlandsche historie tijdens de jongste wereld-et isis. Nochtans, ook dit terrein zullen wij grootendeels onbetreden laten. Slechts voorzoover de zeer sterke centralisatie der crisisdiensten en dies ook der getroffen maat regelen ertoe lijdt, dat afzonder lijke streken onbillijk behandeld worden, zullen zij hier noodza kelijk ter sprake moeten komen. Wij hebben het land van Maas en Waal doorkruist, aldus schrijft v. D. in de Maasbode, waaraan wij dit artikel ontleenen, met 't loutere doel: deze bepaalde land streek te leeren kennen en een inzicht te krijgen in de econo mische werking der landbouw crisismaatregelen over dit be perkte gebied. Verder dan de doelstelling van dit onderzoek willen wij onze conclusies dan ook niet uitstrek ken. Het resultaat onzer .bevin dingen was, dat inderdaad meer dere crisisaangelegenheden door hun algemeenheid het beoogde doel in de door ons bezochte streek niet bereiken, dat een rekening houden met plaatselijke en regionale toestanden hier niet slechts gewenscht, doch zelfs noodzakelijk schijnt, dat een minder dictatoriaal optreden van boven af en wat meer vrijheid voor de plaatselijke besturen, die de bevolking kennen en daarmee vertrouwd zijn, misschien de uit komst zouden kunnen brengen, die van de hoogste hand aan de vele kleine boeren tusschen Maas en Waal tot nog toe nimmer ge werd. Willen anderen naar aanleiding hiervan nagaan, of in 't algemeen decentralisatie en een meer regio nale uitvoering van ons land door JAMES OLIVER CURWOOD. 49. Er was nu geen seconde te ver liezen, want zijn moordenaars waren thans heel dicht genaderd. Zij deed haat uiterste best met vaste hand te schieten, doch Alan's zwaar wapen trilde in haar handen. Haar eigen kleinere geweer had ze verloren gedurende haar vlucht naar de kloof en toen ze bemerkte dat ze ook van dit wapen de laatste patroon verschoten had, begon ze als een razende om zich heen te slaan. Plotseling als een booze geestver schijning, stond John Graham aan haar zijde. Als in een droom zag zij zijn wreed, zinnelijk gezicht vlak bij zich. Toen voelde ze zijn armen om haar heen, waaruit ze tevergeefs zich trachtte los te maken. Als een wilde kat vocht ze, doch ten slotte moest ze uitgeput den strijd opgeven. Ze was niet bewus teloos. maar haar krachten hadden haar begeven, zoodal ze geheel weerloos was. Maar niettegenstaande dit alles, kon ze toch nog duidelijk elk ge luid onderscheiden. Eensklaps drongen van uit de kloot schoten tot haar door, gevolgd door kreten, die alleen uit de kelen van Eskimo's kunnen voortkomen. bouwcrisis-systeem geen aanbe veling zou verdienen, ons zou dat niet anders dan aangenaam zijn. Wij echter gaan niet verder dan het concrete feitenmateriaal en de eigen waarneming ons uit drukkelijk veroorloven wij con- staleeren, dat in 't land van Maas en Waal althans zonder eenigen twijfel 't landbouwcrisis-systeem te kort schiet. De bevolking in 't land van Maas en Waal, dit vlakke land tusschen de twee groote rivieren, bestond voor en in den aanvang van de crisis voor minstens 60, misschien zelfs voor 70 pet uit kleine boeren. Op 't oogenblik gaat dit per centage niet meer op, omdat tal van kleine boeren, den hopeloozen strijd, die hun 14 a 15 uren harden arbeid per dag kostte en dan nog, jaar na jaar, hun karig bezit deed slinken, hebben op gegeven en in de werkverschaf fingen zijn gegaan. Een kleine boer en dit is wel zéér typeerend die in de werkverschaffing gaat, geraakt in deze streek in beteren, om niet te zeggen in goeden doen. Hij wordt arbeider, hij verdient 11, 12, misschien 14 gulden per week en dat beteekent rijkdom voor hem en verlies van zorgen. Hij behoeft niet meer elk jaar een koe te verkoopen om zijn hypotheekrente te kunnen betalen hij gaat 's morgens weg en hij komt 's avonds thuis; uren vroe ger dan anders en in plaats van 6, 7 gulden, verdient hij er thans 12, 13 per week. Maar zijn bedrijfje: de trots van zijn zelfstandig bestaan, wordt verwaarloosd, de grond, met véél moeite en werk vruchtbaar ge maakt, ontvangt geen voedsel meer en verliest steeds meer van zijn waarde, zijn zelfstandigheid is deze kleine boer kwijt en zijn f 13 loon ontvangt hij op kosten van de gemeenschap. Zoo zijn er in de eene ge meente 70 tot tachtig, in een tweede 20, in een andere 40, in weer een andere 17, zoo is het 't heele land van Maas en Waal door. En hoe raakt men deze menschen ooit uit de werkver schaffing kwijt? Hoe anders, dan doordat zij op een boerenerf terug kunnen keeren, want zij zijn boer en voor de fabrieken niet geschikt. Maar in vele gevallen is het boerenerf verkocht... Niet a'len hebben zij den strijd gewonnen gegeven, niet het meerendeel zelfs. Daar zijn er talloozen, die doorvechten, taai, vasthoudend, omdat zij tezeer gehecht zijn aan hun boer-zijn dan dat zij het willen opgeven, omdat zij liever vijftien uur per dag hard sjouwen en zwoegen op den eigen grond dan acht uur op dien van staat of gemeente, omdat zij hun boerenplaatsje met enkele Hectaren grond tien, vijf tien jaar geleden gekocht hebben en het willen bewaren voor hun Ze voelde, hoe de greep van Jóba Graham's armen even verslapte. Er kwam een uitdrukking van woeste vreugde in zijn oogen, toen zijn blikken vielen op den met zand bedekten inham. We hadden geen poëtischer plek kunnen vinden, zei hij tot den man, die het dichtst bij hem stond. Laat vijf man achter en neem de anderen mee om Schneider te hel pen. En als je ze niet baas kunt, kom dan hier terug. Zes geweren van uit deze hinderlaag zullen het zaakje beëindigen. Mary hoorde duidelijk de namen afroepen van de mannen, die moesten blijven. Terwijl de anderen zich weg spoedden, bleef het geweervuur in de kloof aanhouden. Men hoorde geen tumult, geen kreten niets dan het ononderbroken geknal der schoten. Opnieuw voelde zij den druk van Graham's armen. Toen nam hij haar op en droeg haar naar den inham: en op een plaats, tot waar het dag licht niet kon doordringen, legde hij haar in het zand neer Naar deze eeuwenoude plek, waar niet lang te voren de gedachten aan feeën bij Mary Standish was opge- komen, begon er thans één vanuit de steppen neer te dalen. Het was een vlugge, behendige figuur, heel rood in het gezicht, j buiten adem van het harde loopen. Geruischloos kwam deze naderbij langs een weg, waarop men zich niet kon voorstellen dat ooit tnen- schelijke wezens zich zouden kunnen bewegen. Deze verschijning was. Stampede Smith. Vanuit de opening van de kloof kinderen, al is het ook ver hypothekeerd „ver boven den schoorsteen uit, tot in de wolken" En die ieder jaar een koe naar de markt brengen De geschiedenis van Saïdjah en den buffel speelt zich hier, in het land der rivieren, onder honderden daken van lage boeren huisjes af. Het is een eentonige geschiedenis, zooals gij weet, maar eene, die zeer verbittert, zelfs al neemt de overheid den buffel niet willens en wetens en niet voor zich zelf. Men kan zeggen, dat over wegingen, op feiten van dezen aard gebaseerd, geen economische zijn en dat gevoelsmotieven in een economische materie niet tellen kunnen. Goed, wij laten gevoelsmotie ven niet tellen, wij erkennen ten volle, dat zij geen plaats kunnen hebben in een ontwerp-crisis- regeling, schoon misschien eer in een ietwat-soepele uitvoering dier regeling. Maar is het dan economisch, dat wij in het eene deel des lands met ontzaglijke kosten bouwgrond aan de zee ontwoeke ren, in hel andere deel den bouwgrond laten verkommeren en vergaan Verkommeren en vergaan, niet minder 1 Wij zijn op meerdere boerde rijen geweest, waar vier, vijf bunders boschgrond vóór tien of vijftien jaren ontgonnen werden tot bouwland ten koste van wie weet hoeveel arbeid en zweet en waar diezelfde grond thans ligt te verarmeren, waar hij „hoe langer hoe harder achteruitloopt", zooals de boer zegt, omdat er geen geld is voor bemesting, omdat de werkverschaffing geen tijd laat voor bewerking. Of is het economisch, dat hier tal van gemeenten den arbeiders in werkverschaffing twaalf tot veertien gulden per week aan loon moeten betalen voor werk- objecten van geen al te groot nut en zonder veel rendabiliteit, terwijl velen aan deze arbeiders- boeren met een steun van vijf gulden per week op het eigen bedrijfje zouden kunnen blijven werken en daar de nuttige taak verrichtten den grond zijn waarde en hun stand zijn moreelen ruggegraat te doen behouden Een gemeente, die een veertig tal kleine boeren uit de werk verschaffing en terug naar het eigen bedrijf kon sturen, zou daar door wekelijks vier tot vijfhonderd gulden vrijkrijgen. Als slechts een deel van dit geld door de plaat selijke autoriteiten, die den toe stand van iederen boer individueel kennen aard van zijn bedrijf lasten, kindertal, hulpkrachten in het gezin tot steunverleening besteed zou kunnen worden, waar er naargelang daaraan behoefte bestaat, ware zonder meerdere kosten, integendeel met nog een flinke besparing, een veel be had hij het gebeurde van de laatste paar seconden gadegeslagen, en wat hein onder andere omstandigheden onmogelijk zou hebben toegeleken, lukte hem thans Zijn vroegere vechtersinstinct was weer ontwaakt zijn bloed stroomde sneller door zijn aderen en plotse ling kwam het oude verlangen over hem om in een gevecht te staan van man tegen man. Hij voelde zich weer dezelfde Stampede van vroegere dagen, waar in geen rekening gehouden werd met menschelijke of goddelijke wetten, doch hartstocht en moordlust den boventoon voerden. Zijn droom een laatst groot gevecht, dat de slotpagina's van zijn levensboek zou vullen scheen verwezenlijkt te zullen worden. En welk een gevecht zou dat niet wor den, als hij dat witte zandvlak on gehoord en ongezien zou kunnen bereiken. Zes tegen eenl Zes mannen met geweren in de hand en pistolen binnen hun bereik. Hij zou geen schooner einde kunnen wenschen, dan te vallen, strijdende voor die vrouw,., en Alan Holt I Hij was blij dat de aandaebt der mannen afgeleid werd door het schieten in de kloof en hij dankte God voor dit helsche lawaai, waar door hij ongemerkt kon naderen. Bijna was hij beneden, toen een groote rots afbrak en neerviel. Twee van de mannen wendden zich om. doch op hetzelfde oogen blik gebeurde er iets anders Een kreet, een schrille kreet, de stem van een vrouw in doodsangst en wan hoop klonk vanuit den inham en de vijf mannen wendden hun blikken in vredigender toestand verkregen. Men heeft uit de Maas-en- Waal-streek reeds jarenlang stem men hooren opgaan om tot gesteunde tewerkstelling van kleine boeren op het eigen bedrijf te geraken. Korten tijd geleden is er ,iu een ministerieele maatregel afge komen waarbij zulk eene tewerk stelling als proefneming mogelijk wordt gemaakt. Doch juist de voorwaarden, daarvoor vastge steld, bewijzen, dat men niet centraal, vanuit den Haag de wil moge er al goed zijn de behoeften der verschillende land streken kan overzien. In aanmerking komt n.l. alleen duidelijk-controleerbaar of „zicht baar" werk. Hiermede wordt be doeld le. het ontginnen van een stuk heide 2e. het omspitten van weiland tot bouwland 3e het draineeren van het land en het graven van nieuwe sloten 4e. het opbrengen van bagger. Wanneer men over de kleine lappen grond wandelt, waarop in het land van Maas en Waal dit soort van werk zou moeten geschieden merkt men met één oogslag, dat het landvolk hier met deze fcrmule niet gebaat is. Er is geen onland of heide, tot omspitten heeft de kleine boer geen vierkante meter land over, de noodige slooten zijn er en de bagger heeft hij in een halven dag eruit. Wat men daarom vraagt, is, dat de kleine boer de normale noodzakelijke werkzaamheden op zijn bedrijf met een geringen steun zal kunnen blijven ver richten, werkzaamheden, waar door zijn grond en de toestand van zijn bedrijf werkelijk ver beteren. Controle daarop is mogelijk door een ter plaatse georiënteerde commissie en door de Rijksland- bouwconsulenten. Het eigen belang reeds zal trouwens de lieden ertoe dwingen dezen arbeid goed te verrichten. In alle gemeenten, waar wij toefden, zagen, zoowel de ge meentebesturen als de boeren reikhalzend naar zulk eene rege ling uit. Maar, kan men vragen, heeft de kleine boer recht of althans aanspraak op een derge- lijken steun, is er reden om dien te verleenen Wij zullen dit nader hebben te bezien. v. D. DIE GOEDE OUDE TIJD. Door de redactie van de Mededee- lingen van het Centraal-Bureau is eens gesnuffeld in een pakje weke- lijksche mededeelingen van 24 jaren terug. Het is wel interessant wat daarin gevonden werd. Naar aanleiding ervan wordt een vergelijking ge maakt van de prijzen der stikstof- meststoffen van toen, dat is Maart 1913 en nu, Maart 1937. Wel bevatten de wekelyksche mededeelingen toen geen noteeringen van zwavelzure ammoniak, naar uit een prijscourant voor het eerste die richting Op hetzelfde oogenblik kwam Mary Standish te voorschijn, gevolgd door Graham, die zijn handen naar haar uitstrekte. Met doodsbleek ge zicht en fladderend haar trachtte zij te ontkomen. Er lag een demonische uitdrukking in Graham's oogen en hij scheen niets anders dan alleen haar te zien. Hij greep haar, drukte haar weer tegen zich aan, terwijl ze vergeefsche pogingen aanwendde om zich vrij te maken- En toen klonk er een kreet, zoo als nog nimmer te voren in de Geestenkloof gehoord was gewor den. Deze kwam van Stampede Smith. Van af een hoogte van meer dan twintig voet sprong hij neer op de met zand bedekte ruimte. Voordat hij op den grond terecht kwam, had hij reeds zijn twee pisto len te voorschijn gehaald en eer de mannen hadden kunnen begrijpen wat er voorviel, floten de kogels om hen heen, Drie van de vijf vielen getroffen neer, alvorens de andere twee tijd hadden gehad hun geweren te grijpen. Slechts één van de twee kreeg de kans een schot te lossen, maar bijna onmiddellijk daarop viel hij. in het hart getroffen, ter aarde, terwijl de andere eveneens in een ommezien onschadelijk was gemaakt En toen keerde Stampede Smith zich naar John Graham Gedurende deze korte oogenblik- ken stond Graham als aan den grond genageld, met het meisje nog steeds tegen /ijn borst gedrukt. Hij bevond zich achter haar, beschut door haar lichaam. Haar hoofd beschermde zijn hart, en toen Stampede zich om wendde. trok hij zijn revolver, ter halfjaar van 1913 bleek, dat deze bedroeg f 17,30 af Wanne in Duitsch- land. Dat wil dus zeggen, dat per kg. ammoniakstikstof minstens 84 cent betaald moest worden, hier in ons land. Voor salpeterstikstof was de prijs per kg. stikstof 93 cent. Dat waren me pry zen in die goede oude tijd Vergelijk ze eens met die van thans. De salpeterstikstof, byv. die in kalksalpeter, kost thans ongeveer 38 cent en de ammoniakstikstof komt op 25 cent per kg. Is dat even een verschilVan 93 op 38 en van 84 op 25 cent. By de allesbehalve rooskleurige toestanden in ons bedryf van thans is het goed, nu we vol gaan van be mestingsplannen, die om het natte weer nog niet uitgevoerd kunnen worden, toch ook eens bedenken wat het ons vroeger wel gekost zou heb ben, na zoo'n abnormaal nat seizoen, als we nu gehad hebben. Neen, het zou toen niet zoo vlot gegaan zyn iets extra te geven. En we geven dus straks onze kalksalpeter k 38 cent, die vroeger twee-en-een half maal zoo duur was, wat extra, want het land heeft het zoo noodig voor een goede oogst, voor een goede weide. En in vele gevallen kan op kleigronden en op in goede kalktoe- stand zich bevindende zandgrond het nog veel goedkoopere zwavelzure ammoniak van 25 cent, dat vroeger driemaal zoo duur was, gegeven worden. De bodem vraagt niet naar de prijs, maar toont zyn dankbaarheid voor een goede bemesting door een ryke oogst. ONZE NOBELPRIJSWINNAAR. Geleerdheid vindt meestal geen of slechts zeer weinig belooning in volksvereering. Misschien begeeren geleerden deze ook niet. De bladen hebben er schoone brokken tragiek van gemaakt, dat de Nederlandsche Nobelprijswinnaar voor i cheikunde in Amsterdam het station uitstapte, zonder dat iemand hem in de hoofd stad begroette. Terwijl als Marietje Mastenbroek 'n zwemrecord heeft gekraakt, het Amsterdamsche sta tionsplein nauwelyks de enthousias telingen kan bevatten, die het be roemde meisje bij haar aankomst willen toejuichen. Maar de overheid, de besturen onzer universiteiten, onze eigene geleerde wereld, zijn die zelf wel zoo haas tig om den Nederlandschen geleerde te geven, wat hem toekomt Prof. Debije was en is hoogleeraar in Berlijn. Nadat men dè,ar een la boratorium van een paar millioen voor hem heeft gebouwd en een Noorsch comité van geleerden hem den Nobelprijs had toegekend, kwam vanuit Nederland de vraag aan Prof. Debije, of hij niet aaD de Universi teit in Amsterdam wilde doceeren. We zouden cDze waardeering voor de kwaliteiten ^van een Nederland schen geleerde wel een beetje eerder kunnen openbaren. HEBBEN WE NU EEN VLAG Het is jaren lang 'n nationale schande geweest, dat we geen officieel erkende kleuren van de Nederland sche vlag hadden. Een particuliere vereeniging propageerde een dundoek, dat afwijkend was van de vlag, welke door de traditie der laatste eeuwen bestaans recht had verwor ven. Er ontstond een hopelooze ver warring en telkens opnieuw werd de regeering gevraagd om aan dat be schamend gedoe een einde te maken door een officieele vaststelling van de nationale kleuren. Eindelyk kwam het zoover. H. M. de Koningin onderteekende een Koninklijk Besluit, waarby het rood. wit en blauw tot de kleuren der Nederlandsche vlag werd ver- Gij hebl kou geval en voélt de koorls opkomen. Ga naar bed en neem "AKKERTJES", die als kabouters in den nacht Uw opkomende verkoud heid, Uw Griep zullen verdrijven. Morgen slaai Ge op zonder koorts en voelt Ge U weer prettig en gezond. Rèdërtanésch Ongeëvenaard bij Griep, Product gevatte kou, rheumatische pijnen, Zenuwpijnen, enz. 12 st. 52 ct. Zakdoosje 20 cl. Volgens recept vort Apotheker Dumont Op elk "AKKERTJE" komt de naam AKKER voor in "ruit"-vorm. Let hierop en weiger elke namaak wijl er een valsche, u tdagende glim lach op zijn gezicht verscheen. Hij begreep, dat Stampede hem niet zou kunnen treffen, zonder ook het meisje te raken. Heel duidelijk drong het reeselijke van de situatie tot Stampede door, toen hij Graham langzaam maar zeker zijn pistool zag opheffen. Voor een kort oogenblik stond Stampede perplexhij zag niets anders dan dien glimlach, en dat gezicht, dat vier. of misschien vijf centimeter van het meisje was.... dat hatelijke gezicht, den uitgestrekten arm, en den loop van het pistool op zijn hart gericht. Plotseling, zonder zich verder te bedenken, legde hij op Graham's hoofd aan en schoot. Het was Stampede en niet het meisje, die voor een seconde, uit angst voor de uitwerking van het schot, de oogen sloot. En toen hij deze opende, en zag, hoe Mary Standish snikkend over het lichaam van Alan gebogen lag, bracht hij met een eerbiedige beweging den nog warmen loop van zijn geweer aan zijn lippen. Daarna knielde hij bij het lichaam van Alan neer en lichtte diens hoofd op. Het meisje had haar gezicht in de handen verborgen. In haar groote smart smeekte ze God haar te laten sterven, want niettegenstaande de overwinning op Graham, was er geen hoop of vreugde in haar hart. Alan was er niet meer. Een derge lijke verschrikkelijke verandering op zijn gelaat zou alleen de dood te weeg hebben kuDnen brengen En zonder hem had het leven voor haar geen waarde meer. heven. Men mocht meenen, dat de vlaggestryd toen ten einde was. Maar daarna verklaarde Minister de Wilde weer in de Kamer, dat het oranje-blanje bleu als nationaal dundoek „niet onwettig" was. En nu heeft de voorzitter van het hoofdbestuur van de vereeniging De Princevlag, de heer Joh. Berlott, een onderhoud gehad met den mi nister-president om het streven der vereeniging uiteen te zetten. Op de vraag of de vereeniging thans, na het uitgevaardigde Kon. besluit, haar streven zou hebben te wijzigen, gaf dr. Colijn den raad, eerst af te wachten het wetsont werp omtrent de vlaggenkwestie, dat door den Min. van Binnenland- sche Zaken is aangekondigd. Hy verklaarde zich bereid daarna opnieuw de vereeniging van advies te dienen. Thans geeft dus zelfs het hoofd der regeering aan geinteresseerden den raad om voorloopig voort te wapperen met het oranje, blanje bleu, niettegenstaande het rood, wit en blauw bij Koninklijk Besluit als ryksvlag is erkend! We gaan weer voort met onze particuliere liefhebberijtjes in na- tionalen zin MUSSOLINI, VERDEDIGER VAN DEN ISLAM. Dezer dagen heb ik Mussolini ge zien, op een plaatje tenminste. Hy zat op een vurig Arabisch paard en strekte hoog ten hemel een gou den zwaard, hem aangeboden door een Muzelmansch comité by een bezoek aan de N.-Afrikaansche kolo nie Lybië. Dat zwaard verzinnebeelde „de degen van den Islam", waarmee de leer van Allah, van Wien Mohammed de Profeet is, over de aarde moet worden verbreid. Mussolini heeft zich daarmee als Beschermer van den Mohammedaanschen godsdienst opgeworpen.... Hy is óók al beschermer vanjden Koptischen godsdienst in Lybië en beschermer van den katholieken godsdienst in Italië, waar hy het kruisbeeld deed terugplaatsen in de scholen. Evenzeer heeft hy zyn be scherming toegezegd aan de Joden in Palestina... Mussolini beschermt alle godsdien sten, welke hij maar te beschermen kan krygen, mits de door hem over wonnen en onderdrukte volkeren maar bereid zijn om ook zyn geloof aan te nemen, n.l. dat hy de baas is en zijn schoonzoon graaf Ciano, zyn profeet. Ze strekte baar armen uit. Geef hem aan mij, fluisterde ze Geef hem aan mij. Daar ze Stampede niet aankeek, kon ze de uitdrukking op zijn ge zicht niet waarnemen, doch ze hoor de zijn stem. Hij is niet door een kogel ge raakt, zeide hij. Die is op een rots afgeketst en een stuk daarvan heeft hem recht tusschen de oogen ge troffen. Hij is niet dood.en dat zal ook vooreerst niet gebeuren. Hoeveel weken, maanden of jaren er verloopen waren sinds het voor gevallene in de Geestenkloof, zou Alan zich met geen mogelijkheid hebben kunnen herinneren. Wel zag hij nog heel duidelijk voor zich de visioenen, die hij gehad had over het rijden op een groote, witte wolk, vergeefsche pogingen aanwendende om een meisje, met lang. loshangend haar, dat op een andere wolk voor hem uitdreef, te grijpen. En toen plotseling deze wolk doorgebroken was en het meisje in een onmetelij- ken afgrond was verdwenen, herin nerde hij zich, hoe hij haar na was gesprongen. Daarna zag hij hoe licht plaats maakte voor de duisternis en hoorde hij de muziek der cymbalen en onderscheidde hij stemmen, waar op hij in een diepen slaap was gevallen. Hieruit ontwakende, vond hij zich in een bed terug en keek hij in een paar glanzende, betraande oogen. Een zachte, zoete verheugde stem fluisterde „Alan Slot volgt

Peel en Maas | 1937 | | pagina 5