TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Onbereikbare
schatkamers der
wereld.
Geluksdroom
Ons weekpraatje.
Losse opmerkingen
Krakelingen.
Verkoudheid,
hoest, bronchitis
ABDIJSIROOP
Zaterdag 13 Maart 1937
Acht en vijftigste Jaargang No 11
Zelfs dieren bewaken
vele milliarden aan goud.
De Vereenigde Staten van
Amerika lieten voor eenigen tijd
ver van de bewoonde wereld
een ontzaggelijke kluis bouwen
welke meer op een fort dan op
een brandkast gelijkt. Militairen
zijn er doorloopend op wacht en
de modernste middelen zijn aan
gewend om eventueeie overvallen
te kunnen keeren. Wij willen nog
niet eens spreken over de kosten
van den bouw en bewaking van
dit „brandkastje".
Fort Knox is echter wel een
tegenstelling met andere bewaar
plaatsen van groote schatten in
de wereld. De Amerikaansche
Regeering zou wel vreemd op
kijken als men haar voorstelde,
haar goud te laten bewaken door
schorpioenen of spinnen
Als een der geheimzinnigste
plaatsen waar nog aan milliarden
goud en edelgesteenten moet
verborgen zijn, wordt de schat
kamer der oude Inca-stammen
beschouwd. Deze Inca's stonden
in de Grijze Oudheid reeds op
zeer hoogen trap van beschaving.
Pizarro, een Spaansch ontdek
kingsreiziger, betrad in 1533 als
eerste den Peruaanschen bodem
en trof daar genoemde stammen
aan. De oude scheeps-journalen
uit dien tijd geven een treffend
beeld van de groote rijkdom
waarin de Inca's leefden. Paleizen
geheel van wit marmer opge
trokken, vloeren bedekt met goud
en zilver, deuren geheel van
zilver en bezet met edelsteenen.
Hoe fantastisch deze verhalen
ook mogen lijken, de onder
zoekingen en opgravingen der
geleerden brengen steeds meer
de waarheid ervan aan het licht.
Deze Inca's hadden een schat
kamer waar veel goud en edel
gesteente werd bewaard en deze
plaats was slechts aan de Konin
gen en bewakers ervan bekend.
Oude documenten geven gebrek
kige aanwijzingen hoe en waar
men de schatten vinden kan en
vele avonturiers trekken er heden
ten dage nog op uit om te zoe
ken, doch slechts enkelen komen
terug.
De enkelen welke nog terug
komen zijn zoo gedemoraliseerd
door de ontzettende ontberingen
en moeilijkheden welke zij onder
vonden hebben, dat de animo
tot het vinden dier rijkdommen
er geheel en al uit schijnt te
gaan.
Al de oude documenten welke
wijzen op die onmetelijke rijk
dom, waarschuwen voor het ge
vaar aan het vinden er van ver
bonden. Zij spreken van giftige
deuren, giftige wanden, enz. enz.
Het zal dan ook wel deze
methode van bescherming der
schatten zijn, welke het lot van
reeds zoovele avonturiers bezegeld
FEUILLETON.
door
JAMES OLIVER CURWOOD.
heeft.
In Zuid-Amerika, diep in de
onherbergzame Andes, ligt vol
gens overlevering eveneens een
groote schat. Hier geen oude
Inca-kluis, doch een verlaten mijn.
Deze wordt echter bewaakt door-
spinnen. Het is de z.g. Tarantuia-
spin. Deze dieren kunnen reeds
door een enkelen beet of steek
de dood van een mensch bewerk
stelligen en zijn niet veel grooter
dan een gulden. En dan is het
niet een honderdtal van deze
dieren welke de verlaten mijn
onbereikbaar maken, neen het
zijn er duizenden en nog eens
duizenden. Zij zijn uiterst gevaar
lijk en strijdlustig, geen kleeding-
stuk is bestand tegen hun aan
vallen. Het uitroeien van deze
dieren zou jaren en jaren in
beslag nemen en het zou dan
waarschijnlijk nog de vraag zijn
of het lukken zou, kapitaal voor
exploitatie te vinden.
Een gelijk geval vindt men in
Mexico in de bergen van Durango.
Hier zijn het schorpioenen welke
het den mensch practisch onmoge
lijk maken tot de verlaten mijn
door te dringen. Slechts een
expeditie van 2 blanken en 5
Indianen (de twee blanken ver
trokken met 14 Indianen doch
er stierven er 9 van door de
beten der schorpioenen is voor
eenige jaren levend teruggekeerd.
Zij deden fantastische verhalen
over de rijkdom der bodem, doch
gaven zelfs de moderne techniek
geens kans van slagen. De schor
pioenen waren zoo talrijk en van
zoo verschillenden aard, dat men
beter deed niet zijn leven in den
waagschaal te stellen.
In Zuid-Californië moet even
eens een rijk goudgebied liggen.
Hier is het echter de onmen-
schelijke hitte welke het bloed
in de aderen verdroogt en ver
giftige dampen welke deze vallei
tot een ware hel maken. Zij heet
dan ook niet ten onrechte de
„Vallei des Doods".
Zoo is de wereld nog vol van
groote schatten welke echter
door de natuur beschermd wor
den.
Misschien heel, heel ver in de
toekomst, als de wereld weer
groote uitvindingen rijker is,
misschien dat dan deze gebieden
veroverd kunnen worden. En
mogen wij de verhalen van over
leveringen gelooven, zoo zal er
dan een geweldige rijkdom bloot
gelegd worden.
NIEUW GUINEA.
SCHRAAL ALS BEZIT.
RIJK ALS BEGEEREN.
WE MOETEN ER IETS MEE
DOEN.
In eiken mensch, althans in eiken
man, leeft iets van den avonturier,
die, onvoldaan met een streven naar
de uitbating van het bekende, ver
wachtingen bouwt op de gedachten
aan datgene, wat het onbekende zou
kunnen voortbrengen.
Onze tijd laat den avonturen niet
veel kans meer. De binnenlanden van
Afrika, Australië en Zuid-Amerika
43.
Hij voelde, hoe ze nog steeds
krampachtig het pistool omklemde
Zelfs toen, te veel buiten adem om
te kunnen spreken, glimlachte ze
tegen hem Hij nam haar op en
spoedde zich naar het nauwe pad,
daar bij er van overtuigd was, dat
het dichte gebladerte hen aan de
oogen van hun vervolgers zouden
onttrekken
Hij verbaasde zich er over, hoe
licht ze woog. Als een kind lag zij
tegen hem aan, half begraven onder
haar mooie haar, en vaster klemde
hij haar in zijn armen, terwijl bij
zich haastte de hut te bereiken. Hij
voelde, hoe zij zich dichter tegen hem
aandrukte, waardoor haar hijgende
ademhaling als een zachte liefkoozing
zijn gezicht beroerde, en het was
hem alsof hii hierdoor nieuwe krach
ten kreeg. Haar hulpeloosheid gaf
hem een groot gevoel van geluk.
Toen ze het einde van de vallei
bereikt hadden, voelde A!an, hoe er
een zachte regen begon te vallen.
Het uitzicht werd nu ook duidelijker.
Hij liep een heuveltje op. Daar aan
gekomen maakte Mary Standish zich
uit zijn armen los.
Het was, alsof zij weer geheel tot
haar zelve kwam en in haar oogen
vindt men nauwkeurig in Baedekers
omschreven met aanduiding van de 1
plaatsen, waar men in comfortabele
hotels stroomend koud en warm
water kan overnachten.
Noord- en Zuidpooltochten ge
schieden tegenwoordig in vliegtuigen
met afgesloten kajuiten, radio aan
boord. Nova Zembla, waar onze
voorouders overwinterden, omdat
een seizoen-retourtje toen tot de
onmogelijkheden behoorden, is nu
een toeristenoord geworden voor
dagjesmenschen. Zóó althans kan
men zeggen als men er rekening
mee houdt, dat de dag èn de nacht
in het hooge Noorden een beetje
langer duren dan ten onzent.
Avontuur in den Oost hoort even
eens tot het verleden. De leeuwen,
tijgers en olifanten van voorheen zijn
geciviliseerde schepselen geworden,
die we vertroetelen in den dieren
tuin of als artiesten laten optreden
in de film. De menscheneters hebben
allemaal emplooi gevonden in rei
zende ciscussen en de Balineesche
meisjes dragen een keurig Japansch
of Enschedeesch katoentje met
Parijsche bustehouders.
Degenen, wien de banden der be
schaving knellen waar ze zich ter
wereld ook bevinden hebben hun
hoop nog slechts gevestigd op het
onmetelijke, onbeschaafde, onbewoon
de en onvruchtbare gebied van
Nederlandsch Nieuw-Guinea, waar
mits men heel gauw is misschien
nog iets te ontdekken en te beleven
valt, als men er weet heen te gaan,
vóór de kaarten in druk zijn ver
schenen, die de speciale karteerings-
commissie onder leiding, naar ik
meen, van kapitein van Koppen, met
behulp van vliegmachines en foto
toestellen aan het samenstellen is.
Nederlandsch Nieuw Guinea
het is voor velen het eenig over
gebleven land van droomen en be
loften. Nuchtere, zakelijke, weten
schappelijke, technisch-ontwikkelde
menschen, zeggen, dat het er „niets
gedaan" is. De regeering, die een
en ander liet onderzoeken, zegt het
na. De grond is er droog en on
vruchtbaar, de bodem houdt geen
edele of andere metalen in, de grond
is over uitgestrekte vlakten verzuurd
van den regen, op andere deelen
verzengd van de zonln het hoog
gebergte verkommert men van kou
en ellende, van ijs en sneeuw en
onvruchtbaarheid. Het eindelooze
land is bijna onbevolkt, omdat geen
volk er te leven weet. En tóch
smachten duizenden uit de gecivili
seerde samenleving naar dit oord
van jammer en verschrikking, waar
alleen de malaria zich maar dan
ook krachtig als nergens anders
„thuis" gevoelt.
Duizenden smachten naar dit land,
alleen omdat het nog vréémd en on
bekend is en „dus" mogelijkheden in
zich „k a n" verbergen welke niemand
nog kent.
Men smacht naar Nederlandsch
Nieuw Guinea, zcoals de speler
smacht naar zijn kans, overigens de
bijua onbereikbare mogelijkheid, om
de Bank van Monte Carlo te laten
springen of degene te zijn, wiens
nummer uit 21000 loten wordt ge
trokken om den prijs van f 100.000
te bepalen.
Er z\jn blanke avonturiers geweest
die zelfstandig hebben geprobeerd
om hun geluk te vinden in Nieuw
Guinea. Allen, geen uitgezonderd,
hebben er verloren, wat ze bezaten
en zyn met een désillusie méér
teruggekeerd, voor zoover zeniet
aan malaria en andere ellende on
tijdig zijn omgekomen.
Vereenigingen zijn opgericht voor
„kolonisatie" van Nieuw Guinea.
Slechts de organisatoren hebben wat
kunnen verdienen aan de contributies.
Expedities zijn uitgerust, ze
droegen slechts trossen van ont
goocheling aan den wandelstaf.
Maar de idee laat de menschheid,
voor zoover ze geen toekomst ziet,
niet los, dat daar ver weg in ons
Indië, een „bezitting" ligt, die elf
maal zoo groot is als Nederland,
doch slechts de helft van het aantal
inwoners der stad Groningen telt.
lag een h- ldece glans.
Hij was eenigszins buiten adem en
zwijgend wees hij op de flauw zicht
bare schaduwen van zijn huis. Alles
leek uitgestorven, nergens was eenig
teeken van leven of van licht te be
speuren.
Toen was het, alsof plotseling,
vlak voor hun voeten iets uit de
aarde verrees....
Die beweging ging met een zach
ten kreet gepaard, een spookachtig
geluid, ternauwernood hoorbaar...
Sokwenna dook voor hen op. Hij
sprak veel en op vluggen toon,
waarvan alleen Alan iets begreep.
Hij deed aan een geestverschijning I
denken; zijn hoofdhaar en zijn baard
waren nat; er schitterde een eigen
aardig licht in zijn oogen.
Zooals hij daar druk gesteculeerend
en vlug pratend voor hen stond,
geleek hij op een kabouter
Voortdurend wierp hij angstige
blikken naar de vallei. Toen hij
uitgesproken had, wachtte hij geen
antwoord af, doch wendde zich om
terwijl hij hen met vlugge schreden
voorging in de richting van het huis.
Wat zei hij allemaal vroeg
het meisje.
Dat hij blij is, dat we terug
zijn. Hij had de schoten gehoord en
kwam ons daarom tegemoet.
En wat zei hij nog meer, drong
het meisje aan.
De oude Sokwenna is bijge-
loovigen zenuwachtig Hij sprak
over dingen, die jij toch niet zoudt
begrijpen. Je zou hem misschien als
een gek beschouwd hebben, als hij
je verteld had, dat de geesten van
I zijn kameraden, die jaren geleden in
de kloof waren omgebracht, hem
Waar dus plaats zou zgn velen,
„onbekende" mogelijkheden, maar....
volgens de verkenners, welke onze
regeering en groote maatschappijen
meermalen uitzonden, slechts geschikt
zou zijn om een begraafplaats te
worden voor de blanken, die er zich
wilden vestigen.
Het verlangen is er en b 1 ij f t,
onder ons menschen, die elkaar zitten
te verdringen en geen middelen ge
noeg hebben voor de bevrediging
onzer materieele behoeften.
Zelfs heeft de politiek dit verlan
gen uitgebuit. Gelijk eens 'n rijke,
fantastische, niet geheel toereken
bare Franschman naar de Sahara
trok om zich daar als Keizer George
I te vestigen, zoo heeft de N.S.B.
haar oogen gericht op Nederlandsch
Nieuw Guinea. Ir. Mussert heeft het
zeivers gezegdVan Nieuw Guinea
moet een blanke Nederlandsche
provincie worden gemaaktEr zijn
landgenooten van den heer Mussert,
die daar geen bezwaar tegen zouden
opperen, als deze zich zelf daar met
het leiderschap zou willen belasten
en alleen zijn volgelingen voor de
kolonisatie bestemde..,.
'Fiof. Schermerhorn, die er een
verkenningsreis heenmaakte, noemde
Nieuw Guinea een „menschvijandig
land." Men heeft sedert een aantal
jaren getracht Indo-Europeanen, die
op Java geen bestaan meer konden
vinden, op Nieuw Guinea als kolo
nisten te vestigen, het is een
hopelooze mislukking geworden.
Ziekte en armoede teisterden de
menschen. Allen krijgen er zware
malaria, rapporteerde Dr. Vrijburg,
een veearts, die er gewoond en ge
werkt heeft. Dr. J. Winsemius, die
eenige jaren op Nieuw Guinea ver
toefde, schilderde het land in een
dezer dagen van zijn hand verschenen
boek als een hel!
vanavond omringd en gewaarschuwd
hadden voor wat er ging gebeuren.
In elk geval is hij voorzichtig ge
weest. Zoodra wij uit het gezicht
verdwenen waren, heeft hij alle
vrouwen en kinderen de bergen in
gestuurd. Keok en Nawadlook ston
den er op om te blijven. Ik ben er
blij om, want als zij door 't soort
mannen als Graham en Rossland
achtervolgd en ingehaald zouden
worden...
Dan zou de dood te verkiezen
zijn, eindigde Mary Standish, terwijl
haar handen zijn arm vaster o mklem
den,
- Ja, dat geloof ik ook, maar dat
kan nu niet gebeuren. In het open
veld was het voordeel aan bun kant
doch wij kunnen nu Sokwenna's hut
verdedigen, totdat Stampede met z'n
herders is aangekomen. Met twee
goede schutters tegenover zich, zul
len ze de hut toch niet durven be
stormen, Nu is al het voordeel aan
onze zijde, wij kunnen schieten, iets
wat zij niet zullen durven.
Waarom niet
Omdat jij in huis bent en
Graham wil je levend... niet dood
hebben. En kogels...
Ze hadden nu de deur van Sok
wenna's hut bereikt en op hetzelfde
oogenblik aarzelden ze en keken
terug in de duisternis van waaruit
ze gekomen waren
Het geluid van stemmen drong
plotseling van achter de omheiningen
tor hen door
De mannen schenen nu openlijk
voor den dag te willen komen, want
men had de gebouwen ontdekt en
duidelijk hoorden zij, hoe ze elkaar
in de steppen toeriepen...
En tóch blijft het verlangen van
duizenden, die geen toekomst zien,
naar het onbekende verschiet van
Nieuw Guinea uitgaan. Ook in andere
landen, waar een overbevolking is,
heerscht en groeit dat verlangen.
Uit verhandelingen in hetJapan-
sche Lagerhuis bleek, dat Japan ons
Nieuw Guinea als kolonisatiegebied
wenscht. Dat verlangen kan op den
duur zoo hevig worden, dat het aan
leiding geeft tot een oorlog.
Om een begrip van nationale eer
mogen we ons gebied niet uit handen
geven aan vreemden. We mogen
Japan niet op de drempel laten
komen van een gebied, dat buiten
Nieuw Guinea hier en daar rijk
is, en elders waard om het te be
houden.
Maar het feit blijft en zal met de
jaren schriller tegenstellingen gaan
vormen, daar de menschheid zich op
vele plaatsen verdringt op de wereld
en daar ergens in onze archipel een
land is, elf maal grooter dan Neder
land en een bevolking, half zoo
weinig als die van de stad Groningen
Een onvruchtbaar land, een land van
verschroeid zand, koude sneeuw,
verzuurde aarde muskieten, malaria,
moerassen. Een, naar het lijkt, ver
vloekt land, een menschelyke hei.
Maar, waar „misschien" ergens goud
korrels op den bodem glinsteren, of
petroleum kan worden aangeboord....
Een land dus met nul, komma en
dan 'n kleinigheid aan „mogelijk
heden" welke in de bewoonde wereld
niet meer bestaan.
Wat moeten we doen met dit bezit?
Als we het willen behouden en
en het begeeren van een wereld niet
tegen ons willen afroepen en op den
duur niet in oorlogsvlam wenschen
te doen ontlaaien, dan zullen wij,
Nederlanders, toch eens zelf de
mogelijkheden van deze hel mceten
gaan exploreeren.
Steunt de Frar.cis-
caanscne Missiën
ABONNEERT U op het
St. Aiitonius-Maandblad
10 cent per maand.
VOORKOMEN IS BETER DAN
VERHELPEN.
In het landbouwbedrijf heeft men
veel tegenslagen te verwachten. Wjj
denken nu eens niet aan crisistegen
slagen, waardoor wij al vrijwel murw
geworden zijn. Maar er zijn ook
tegenslagen, narigheden, die onaf
hankelijk van de crisis ons deel
worden. Bedrijfstegenslagen.
Daar hebt ge, om maar wat te
noemen, het uitwinteren van de
graangewassen. Daar zit ge maar
mee. Wat moet er gedaan worden
Het valt niet gemakkelijk om daar
een antwoord op te geven.
Daar hebt ge, om een tweede
voorbeeld te nemen, het niet of
slechte opkomen van de suikerbieten
of het wegvallen kort na het op
komen. Dat is een tegenslag, die
nog wel zoo erg is, overzaaien. Men
kan goed praten. Maar hoeveel is
men er niet mee ten achter en hoe
wordt de groeiperiode er niet door
bekort
Men moge een ras hebben met
een hoog suikergehalte en met een
zeer goede opbrengst.... in normale
omstandigheden, maar als daarbg
het wegblijven, zwak opkomen en
wegval.en een normaal verschijnsel
wordt, komt men toch nog achterop
Buitenlandsche afkomst verloochent
zich niet zoo gauw. En met een
Hollandsche naam krijgt men nog
geen Hollandsch karakter.
Een biet, die geheel op Hollansche
toestanden van klimaat en bodem
en van cultuur is gekweekt geduren
de een halve eeuw, zooals de Kuhn
P. zal het fiere Hollandsche karakter,
krachtig staande blijven in moeilijke
omstandigheden, niet licht laten
varen. Dat blijkt, want het lastig
en schadelijk kwaad van wegblijven,
zwak opkomen en wegvallen komt
bij deze biet zoo goed als niet voor.
Dat leert de practijk. En ieder
bietenteler zal weten, hoe goed het
is, als het bietengewas het land
spoedig en gelijkmatig vult. Dat is
een eerste vereischte voor een goed
resultaat van den verbouw.
De genoemde suikerbiet heeft als
echte Hollander een goed weerstands
vermogen tegen onze vele ongunstige
voorjaarsweers-invloeden. Dat is een
groot voordeel.
Door deze te telen kan men schade
voorkomen, wat beter is dan door
noodwenig overzaaien de schade maar
iets te verkleinen.
Voetstappen werden geboord en
bevelen weerklonken; vermengd met
vloeken van enkelen, die blijkbaar in
het struikgewas verward waren ge
raakt. Uit dit alles viel op te merken
dat hun belagers reeds dicht in de
buurt gekomen waren.
Het kwam Alan voor, a'sof zijn
hart voor een kort oogenblik ophield
te kloppen
In deze vlugge, recht op hun doel
afgaande bewegingen van hun vij
anden lag iets onrustbarends. Hij
hoorde ze reeds voor zijn hut en
deuren werden geopend. Kletterend
viel een ruit in en overal doken
lichten op.
Toen begon Sokwenna vanuit zijn
gebarricardeerd venster te schieten
Het eerste schot werd gevolgd door
een tweede, een derde, tot de oude
man zijn geweer had leeggeschoten.
Voordat het vijfde schot viel, be
vond Alan zich in de hut, terwijl hij
de deur achter zich grendelde en
versperde.
Bij het door schermen gedempte
kaarslicht zag hij Keok en Nawad
look op den vloer gehurkt zitten.
Met een enkelen oogopslag merkte
hij wat Sokwenna gedaan had. De
kamer was een arsenaal herschapen.
Geweren lagen gereed met er naast
stapels kogels..,
ln de oogen van Keok en Na
wadlook brandde een strijdlustig
vuur, terwijl zij de patronen in de
handen hielden, gereed om met deze
de magazijnen der afgeschoten ge-
j weren weer te vullen.
In het midden van de kamer stond
Mary Standish. De schermen waren
zoodanig om de kaarsen geplaatst,
dat het licht naar buiten kon vallen
ZESDAAGSCHE SPORT-
ZWENDEL
U weet natuurlijk, wat de gevol
gen zijn, als kok en keukenmeid met
elkaar aan het kijven raken.
Dat heeft de afloop van de Rot-
terdamsche Zesdaagsche weer ge
leerd. Deze „sport"-ondernemïng is
op een financieel fiasco uitgeloopen.
De renners kregen daardoor tekort
en toen kwamen de „onthullingen"
los
Pellenaars b.v. verklaarde, dat de
directie het hem zwaar had aange
rekend, dat hij tegen Piet van Kem
pen had gereden, terwijl bij 't begin
van den wedstrijd was afgesproken,
dat van Kempen aan den kop zou
moeten blijven
Ook uit de mededeelingen van
andere renners bleek, dat de Rot-
terdamsche Zesdaagsche van afspra
ken aan elkaar hing.
Deze dingen zijn noch vreemd noch
nieuw. Moeskops heeft al eerder tot
in details den Zesdaagsche-zwendel
onthuld.
En toch blijft bij zoo'n gelegen
heid het A.N.P. per radio telkens de
stand van het oogenblik aangeven,
net alsof het alles écht zou zijn!
En de groote bladen geven er ko
lommen copie over, met ontroerende
verhalen er tusschen door van het
gehalte: „Hoe de groote Piet van
en de gevaarlijke gevolgen daarvan.
Sommige menschen, die wat vatbaar
zijn op borst en keel denken, dat
het nu eenmaal hun lot is 's winters
te moeten hoesten, kuchen, hijgen;
benauwd en vol op de borst te zijn.
Indien Gij tot diegenen behoort, probeert
dan eens de nieuwe verstèrkte Akker's
Abdijsiroop die honderdduizenden hun
levens-blüheid heeft teruggegeven. Reeds
na enkele lepels bemerkt Ge dat dit mid
del U zal kunnen helpen. De slijm, die
U op de borst drukte, en U benauwd maakte,
komt gemakkelijk los, de hoestbuien wor
den zeldzamer en verdwijnen. Uw adem
haling wordt weer diep en gcruischloos
en de slijmvliezen van Uw borst en keel
worden versterkt. De planten-exlracten
en de codeïne, de grootste hoest-bedwin-
ger. maken de nieuwe verstèrkte Abdij
siroop tot ,.'s werelds béste Hoest-siroop".
AKKER 's verstèrkte
Veria-,gdc prijiea75 ct., f 1.25, f 2-, f 3.50 p. flacon
Kempen bij een der sprints een
klein kanarie-Pietje won
Het is toch te hopen, dat de men
schen zich voor zulke onwaarach
tige dingen, die de sport slechts in
discrediet kunnen brengen, het geld
niet meer uit den zak zullen laten
kloppen.
DUBBEL-MISDADIGE
WERKLOOZEN.
In een der laatste nachten heeft
de Ameterdamschë politie een drietal
stomdronken mannen aangehouden
om ze op het „brö" hun roes te
laten uitslapen. Zooals gebruikelijk,
werden ze bij die gelegenheid ge
fouilleerd. Ze hadden allen 'n stem
pelkaart in den zak als werklooze.
De een had overigens niets, maar
nummer twee torste ook een bedrag
van f 700 bij zich en de derde een
kapitaaltje van f 2700.
Gestolen? Neen, het onderzoek der
politie wees uit, dat een en ander
inderdaad „eerlijk overgespaard en
eigen geld" was.
De twee bezittende werkloozen
zijn natuurlijk dadelijk in voorarrest
gezet, omdat ze door bet aannemen
van steunuitkeeringen de gemeen
schap bleken te hebben opgelicht.
Hun misdaad is een dubbele. Ze
hebben niet alleen de gemeenschap
opgelicht, maar ook huu kameraden
werkloozen benadeeld en een slech
ten naam bezorgd.
Zoo'n geval immers draagt er
weer toe bij, dat sommige burgers
hooge politiek gaan voeren, uit het
voorgevallende bewijzende, dat die
kerels er beter aan toe zijn dan
menige zakenman die z'n pooten
aan zijn lijf weet te gebruiken.
en in bet halfduister ontdekte hij
haar bleek gezichtje, omgeven door
haar loshangend haar. Er lag een
angstige uitdrukking in haar oogen
toen ze Alan aankeek.
Hij was op het punt haar gerust
stellend toe te spreken en haar te
zeggen, dat Graham's mannen niet
op de hut zouden durven schieten,
toen plotseling een helsch lawaai
losbarstte...
Sokwenna's geweerschoten werden
tienvoudig beantwoord en een regen
van kogels viel op de houten muren
neer. Twee daarvan vonden hun weg
door het venster. Met een enkelen
sprong was Alan aan Mary's zijde,
terwijl hij haar naast Keok en Na
wadlook op den grond trok. Zijn
gezicht was lijkbleek en hij kookte
van woede.
Ik had gedacht, dat ze niet op
vrouwen zouden schieten, zei hij, op
vreemden, harden toon. Ik schijn me
vergist te hebben en ik geloof, dat
alles me nu duidelijk is.
Voorzichtig, met het geweer in de
hand, naderde hij het venster Hij
behoefde er niet langer naar te ra
den, want hij wist nu zeker, wat
Graham van plan was te doen en
deze wetenschap vervulde hem met
afgrijzen.
Hij en Rossland begrepen zeer goed
dat er in Sokwenna's ut wel een
schuilplaats voor Mary Standish
gevonden zou kunnen worden en zij
rekenden er dan ook op, dat Alan
Holt haar daar verbergen zou, ter
wijl hij zou blijven doorvechten tot
dat hij neerviel...
Dit moordplan, want iets anders
was het niet, was handig in elkaar
gezet en hij, Alan Holt, was degene.
TREKHONDENWET.
HERKEURING TREKHONDEN.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen ter algemeene ken
nis, dat door hen eene herkeuring
van alle trekhonden wordt bevolen,
welke zal worden gehouden op 23
en 24 Maart a.s.
Dinsdag 23 Maart a.s. voorm. 9 uur
te Oostrum beginpunt weg Ge ij sieren;
voorm. 10 uur te Oirlo bij J. Nelissen;
voorm. 11 uur te Castenray kermis
terrein; nam. 3 uur te Leunen bij 't
tranformatorhuisje.
Woensdag 24 Maart a.s. voorm 9
uur Dorp, Henseniusplein; voorm. 10
uur Nachtigaal Deurnesche weg en
nam. 2 uur te Merselo, kermisterrein.
De honden moeten voldoen aan de
volgende eischen
die ter dood veroordeeld was.
Het schieten had opgehouden en
in de stilte, die daarop volgde, lag
voor Alau een groote beteekenis
Ze stonden hem een zekere tijdruim
te toe, waarin hij hen, die onder
zijn bescherming stonden, in veilig
heid kon brengen.
In den vloer van Sokwenna's hut
bevond vich eei valluik. Dit ver
schafte toegang tot een provisieka-
kamer en kelder, waarin zich een
raampje betond, van waaruit men
de vlakte kon overzien.
In het kaarslicht zag Alan, hoe dit
luik geopend was en gestut werd
door een stok. Sokwenna was handig
geweest, want hij had alles voorzien.
Gebukt staande onder het venster
keek hij naar de meisjes Keok. met
een geweer gewapend, was naar de
ladder gekropen, die naar den zolder
leidde en begon naar boven te
klimmen. Ze ging naar Sokwenna
toe om zijn geweer voor hem te
laden. Alan wees naar het geopende
luik.
G-uw, ga daarin, riep hij.
Dat is de eenige veilige plek- Daar
kun je de geweren laden en ze ons
dan overreiken.
Mary Standish keek hem strak aan
doch bewoog zich niet Krampachtig
hield zij een geweer in de handen
geklemd Ook Nawadlook maakte
geen enkele beweging, terwijl Keok
bedaard naar boven klom en in het
duister verdween.
-Ga naar den kelder, beval hij.
Groote God, indien u hierblijft...
Een glimlach verhelderde Mary s
gelaat.
Wordt vervolgd.