Visitl
kaar.
Fa.vd*
Jaarwisseling
Die NACHT-HOEST
zal ophouden!
akker's Abdijsiroop
Tafelen
Buitenland.
Provinciaal Nieuw>
Gemengde Berichten.
Adverl
Vanaf f
eoono.mUfi&S Ütjri e.en oplossing.
Is dit niet het geval dan rest ons
niets anders dan het valuta-experi
ment. Het is pompen of verdrinken
in 1870, toen Duitschland van den
dubbelen standaard tot het goud
overging, traineerden wij net zoo
als nu. Toen werden de gemoederen
eveneens opgezweept door het mone
taire vraagstuk het vraagstuk
der belangen-tegenstellingen tot
we in 1875 van monetair stelsel ver
anderden. Daarna is de economische
rust teruggekeerd en Europa kon
geleidelijk den weg opwaarts vervol
gen, die met enkele ups and downs
zijn einde in 1914 vond.
Wanneer in 1936 ook door ons
het monetaire experiment zou wor
den gevolgd of daartoe door het
doorslaan der zekering gedwongen
dan zouden wij ook ditmaal vijf
jaar van verbitterden monetairen
strijd achter den rug hebben.
Het verlaten van den gouden
standaard kan alleen plaats vinden
na een nieuwe regeeringscrisis. Het
naderend einde van 1935 dreigt ook
het einde van het huidige Kabinet
te worden, daar op ander gebied de
tegenstellingen zich aan het toespit
sen zijn.
Zal 1936 een volledigen omzwaai
van de Nederlandsche practische
economie te zien geven Indien dit
zoo mocht zijn, dan kan 1936 buiten
gewoon wisselende economische
aspecten ten beste geveD.
Als 'n simpel nieuwtje, verloren
tusschen allerlei wereldgebeurtenis
sen, stond onder 't opschrift „Per
sonalia" 't volgend berichtje in de
kranten: „Ontslag wegens gebleken
ongeschiktheid van „Oud Jaar" in
gaand perl Januari."
Meer niet
Een paar dagen later kon men in
koeiïge letters 't volgende lezen
Oproeping van sollicitanten voor
de vacature „Nieuw Jaar". Zij, die
hiervoor in aanmerking wenschen
te komen, worden verzocht 31
December tusschen 10—12 uur nm.
te verschijnen ten kantore van
„Overgang" en „Criticus".
Avond. 31 Dec. 8 uur. In de ruime
ontvangzaal van 't kantoor „Over
gang en Criticus" wachten diverse
sollicitanten 't uur der beslissing af.
Glad geschoren gezichten dwarrelen
bleekjes door de zaal en lezen als
treinreizigers in de wachtkamer
reclameplaten. Andere zitten voeten
trappelend op hun stoel heen en
weer te draaien. Nog steeds komen
nieuwe bezoekers bij, die bij 't zien
van hun collega's in spé 'n lang ge
zicht trekken. Ieder weegt z'n kan
sen in gedachten of hardop. „Je kunt
't er licht bij nemen, meent 'n nijl-
paard-achtig uitziend heer, die wgd-
beens vooroverhangend op z'n
wandelstok leunt.
Dat zijn zoo van die baantjes, die
brengen geld in 't laadje, waar je
niets voor hoeft te doen en hij schudt
z'n vierkant hoofd, dat 'n een eer
biedwaardige, glimmende kaalheid
laat zien. Voor zich zelf dacht hij
er bij: „Jullie hebben toch geenkans.
In 'n hoek zit 'n dame van onder
haar hoedrand de gevaarlijkste con
currenten op te sporen. Ze kijkt on
geduldig op haar horloge. „Toch
heeft ze wel veel kans" troost ze
zich zelf. Vrouwelijk personeel is
goedkoop.
Zenuwachtig wrijft ze over haar
wang en sticht groote verwoesting
in 't laagje blanketsel. Ze ziet haar
kans met groote verontrusting dalen.
Naast haar zit 'n dame, die kwistig
omgaat met reukwater.
Ze kucht gemaakt. Ze kan die
rooklucht niet verdragen en infor
meert belangstellend of haar soort-
genoote haar lot deelt. Haar beves
tiging wordt met eenige druppels
van 't kostbaar vocht beloond. Of
zij ook dacht kans te hebben
Het vernielde blanketsel-gezichtje
knikt overtuigend en beweert, dat
zij zeer goed „bij" is.
De oude tante was juist goed gaan
zitten om te bewijzen, dat zij nog
„bijer" was, toen haar aandacht
werd getrokken door een jongen
man, die binnen kwam. Hij zag er
sjofeltjes uit. Z'n verschoten hoed,
waaraan de tand des tijds of moge
lijke andere tanden geknaagd hadden
verliet even het hoofd, by wgze van
groet.
Twee oogen gluurden over de juk
beenderen en zochten 'n plaatsje.
Hg zat en zei niets.
'n Fat voelde onwillekeurig of z'n
stropdas ook recht zat. De dames
keken elkaar begrijpend aan en ze
lachten kleineerend. 't Nijlpaard
streek over z'n strak gespannen
vestje en schudde z'n haarloozen
schedel.
Toen sloeg de klok tien uur
Een belletje rinkelde en 't zou
beginnen...
De kolossus of-te-wel nijlpaard,
zeker van z'n zaak, was de eerste.
Hij komt op als 'n kreunende trek-
harmonica en waagde den sprong
naar binnen.
'n Menschelijk wezen, hoekig-breed,
norsch en hard, zich van z'n waar
digheid bewust, zit breeduit in 'n
armstoel achter een groene tafel.
In zijn breederi mond wipt 'n sigaar
van links naar rechts. Profiteerend
Nauwelijks hebt Ge U ter ruste begeven,
of die kwellende nachthoes! begint weer I
Neem daarvoor nu de vanouds beproefde
Akker's Abdijsiroop, welke dooreen nieuwe
toevoeging van Apotheker Dumont thans
nóg sneller en nog krachtiger werkt.
Begin vandaag nog en vannacht reeds zult
Ge rustig kunnen slapen door de bekende
het beproefde hoest-geneesmiddel I
Verhoogde werking door eenige nieuwe
toevoegingen. Verléagde prijzen: f 0.75,
f 1.25, f 2.- per flacon. Overal verkrijgbaar.
van 't opgaahlik! Overgang. Naast
hem, als een zwarte iyn, zit Criti
cus. Zijn gezicht is als een klomp
hersenen, waarin twee doordringen
de oogen achter brilleglazen.
„Oud Jaar" zit in een hoek minu
ten te tellen. Hij ziet er somber,
uitgewrongen geel uit. Z'n oogen
I kijken dof en moe. Als z'n opvolgers
I binnen komen, schrikt hij even op,
maar blijft venijnig hopen een jaar
uitstel.
't Nijlpaard overziet den toestand
en staat zenuwachtig spelend met
z'n horlogeketting, die van den
linker- naar den rechter-buikka^t
strak gespannen zit, recht voor
„Overgang". Hij rilt even.
U solliciteert de sigaar van
Overheid is even verspr<?ngen.
Kolossus knikt en haalt een bun
del getuigschriften en aanbevelingen
te voorschijn. Criticus wijst af
werend.
Beroep 't Nijlpaard gaat aan
't opsommen, welke ambten hij alle
maal bekleed en noemt cijfers.
Ongeschikt, zegt Criticus. Eén
man één ambt. Vertrek!
Kolossus gaat, verslagen.
Anderen gaan binnen, één voor
één, komen terug, zonder succes.
De oude tante is aan de beurt. Ze
snuift nog eens diep, stapt hoopvol
binnen en buigt nog dieper. Over
gang is veel kleiner geworden en
kijkt nog net boven de tafel uit. In
't peukje sigaar zit nog wat leven.
U solliciteert vraagt Overgang.
Mevrouw Snuif buigt weer.
Gehuwd
De zakdoek schudt van ja.
Zorgt dan voor je huishouding!
bgt Criticus haar toe* U kunt gaan!
Als 't Blanketdametje binnen is
en tot de ontdekking komt, dat
vrouwen onder geen voorwaarde in
aanmerking komen, valt ze flauw en
wordt door volgende „afgewezene"
weggedragen.
Oud Jaar kijkt hoopvol naar de
klok. Nog vijf minuten: als er geen
goede opvolger is, zal men gedwon
gen zijn de zaak op den ouden voet
voort te zetten en zal hg 'n jaar
kunnen profiteeren.
Overgang is zeer klein geworden
maar Criticus blijft even scherp
toezien.
De sjovele komt binnen.
U solliciteert vraagt Overgang
nauw hoorbaar.
Ja! antwoordt de sjovele vrijuit en
met z'n hoed in de hand staat hij
recht voor Criticus, die z'n versleten
plunje bekijkt, maar niets zegt.
Beroep
Eens had ik een betrekking, maar
door een ondoelmatig handelen van
eenigen, door verkeerde bezuiniging
raakte ik op straat. Men verweet
't aan de crisis. Ik ken 't leven en
heb me er door geworsteld tot nog
toe. Ik heb moed en doorzettings
vermogen....
De oogen van den sjofelen straal
den vuur, toen hij dat zei en keken
doordringend naar den verdwijnen
den Overgang.
Criticus wees, dat 't genoeg was.
Oud Jaar huiverde.
Toen sloeg de klok twaalf De
„plaats waar Overgang zat was leeg.
Kom naast me zitten, sprak Cri
ticus. Jij bent Nieuw Jaar-
We zullen eerst afscheid nemen
van Oud Jaar.
Schuldbewust stond Oud Jaar voor
Criticus met neergeslagen oogen,
zijn vonnis af te wachten. Zijn door
gezakte knieën rilden...
Toen sprak Criticus
Oud Jaar: Je hebt ons bedrogen,
Je hebt ons maar wat voorgelogen.
Je bent niet nieuw geweest
Je bent even achter de schermen
gegaan,
Je trokt daar vlug 'n ander pakje aan
Maar in je huisde 'n zelfde geest.
Je hebt ons veel beloofd,
Je hebt ons meer ontroofd.
Je hebt geen woord gehouden.
Maar we zijn je gelukkig kwijt,
En geloof me, 't is hoog tijd.
Niemand zal er om rouwen!
De wereld is in nood,
Jij bracht haar geen brood,
Niet geestelijk en niet stoffelijk.
Jij bracht slechts haat en nijd,
Rampen, ellende, strijd.
Je gedroeg je zeer onhoffelijk.
Jij hebt je taak volbracht,
Je hebt ons wel bedacht
Met al je treurigheden.
Neem dan als 'n straf
Mee naar je graf
De krans van je verleden.
Kom binnen Nieuwe Jaar
Onze wenschen liggen klaar,
Te veel om op te noemen.
We zijn niet veel gewend,
Met een beetje reeds content
Maar we willen niets verbloemen.
Wat eenmaal is gebeurd
Daarover niet getreurd
Ge krijgt 'n blanco vel,
Maar niet talmen en meteen
Beginnen met punt één
Verander deze hel!
Geef steun, waar hij wezen moet
Zie toe en verdeel hem goed.
Denk ook aan den boer den pachter,
Zorg voor handel en industrie,
En vergeet de school ook nie,
Anders raakt ons volk ten achter!
Over den gulden is genoeg gepraat
Velen wachten op de daad!
Anderen houden hem liever gaaf.
Eerst uitkijken en bezinnen,
Maar dan aanpakken en beginnen,
Wacht U voor nutteloos gedraaf
Nieuwjaar, op U is onze hoop gesteld,
We hebben 't reeds voorop gemeld
Uw taak is wel zeer zwaar,
Maar samenwerking maakt ons sterk
Samenwerking verlicht uw werk,
We vertrouwen in 't Nieuwe Jaar!
H.
EEN OUD NOORD-BRABANTSCH
VOLKSGEBRUIK.
INBINDEN
van Illustraties, Jonge Wacht,
Roomsche Jeugd en andere
Boekwerken, extra voordeelig.
Firma van den Nunckhof
Dina van Dalen zou gaan trouwen.
De pastoor had het Zondags in de
„leste mis" voor de laatste keer af
gelezen: „Dina van Dalen en Jan
Sengers, derde roep". Bekende hu
welijksbeletselen enz. enz.
Na de mis werd 't door 't kerk
volk nog eens besproken, er werd
eens gelachen en geschertst en... 't
werd goedgevonden... Huwelijksbelet
selen waren er geen en 28 jaar, ze
had d'ren ouwer.
't Had er lang opgesteld, 't jong
volk uit de gebuurt, dat 't eens aan
'n bruiloft zou komen. Er werd ge
peeld. 't Mansvolk haalde gruun bij
mekaar, de durskes vlochten slingers
en maakten bloemen van rood en
wit papier. Alles lag klaar.
Toen kwam onverwacht, op 't
laatste oogenblik, de tijding, 't zou
niet doorgaan... Dina durfde er niet
aan
't Praatje waalde rond door de
stallen, door de huizen, door 't dorp,
door de velden. Iedereen vist 't,
iedereen sprak er over. 't Was echt
waar, de mis was al afgezegd.
Dat was een tegenvaller. Dus geen
bruiloft-
Een paar weken later.
De lenteavond zweeft over 't dorp.
De pasgemolken koeien staan hun
droomkoppen in 't slootwater te
spiegelen.
De boerenzoons zijn nu afgewerkt
en komen onder de dikke lindeboom,
die midden in 't dorp staat, te saam
om hun belangen te bespreken,
lederen avond komen ze hier, de
buurters en zitten gehurkt of staan
leunend tegen den geduldigen stam
van de zwijgzame, luisterende linde.
Een late werker komt met de schop
op z'n rug aangesjokt. Hij staat stil
en leunt op z'n schop.
Afgewerkt Toon vragen ze.
't Wordt tijd, zegt Toon. Hij
trekt aan z'n pijp en spierst eens.
Heddet al gehurd, we zullen
toch 'n bruiloft krijgen.
- Wie trouwt er, vragen ze allen
tegelijk
- Dina van Dalen en Driek Man-
ders.
Kom. kom Toon, geen gekheid
Om de verdomme geen gekheid,
zin Toon, hij heeft 't zelf tegen mij
gezegd, als hij 't liegt, lieg ik 't, dè
zeg ik oe
- Zo 'nen auwe gek, wa prakki-
zeert ie toch
Die Dien, die DienDat hadden
ze niet verwacht. Geld doet wonderen
zei Toon en hij kuierde naar huis.
Driek Manders was 'n boer van
68 jaar, met veel geld. Ze moesten
Ze moesten hem niet erg in't dorp.
Altijd was hij op z'n eigen geweest,
had hard gewerkt en gepot. Hij had
met z'n zuster de boerderij gedaan,
maar nou die gestorven was zat hij
alleen, met de grote last. Wat moest
ie beginnen
Dina was bij hem komen werken.
Dina was 'n flinke meid, die 't boe
renwerk kende. Elke dag 'n gulden
geven, dat was hard geld vond Driek.
Zoo'n pin was ie
We zullen samen trouwen, dan
ben de rijk, had hij tegen Dina ge
zegd.
Dina lachte er 'ns om, maar zei
niet, neen. Dina berekende d'r kan
sen. Lang zou Driek niet meer leven,
dan was ze rijk't Geld won
Die avond gekte de jongelui onder
de linde er over en wisten van alles
te vertellen.
't Praatje ging over 't dorp als 'n
onweersbui.
t Gebeurde, dat Dina van Dalen
en Driek Manders op 'n Zondag in
Mei de eerste roep kregen en dat er
in de kerk afkeurend werd gemom
peld, dat ze de tweede roep kregen
en er weer afkeurend werd gemom
peld en dat ze de derde roep kregen
en er voor de derde keer afkeurend
werd gemompeld.
En 't gebeurde ook op 'n nog veel
schoonere dag in Mei, dat Dina en
Driek in alle vroegte als man en
vrouw in de huwelijksboot stapten.
Er was niet gepeeld, want Driek
hielt geen feest„de tijd was te
slecht!" Zo'n verrekte pin! Er ge
beurde nog meer...
't Was 's avonds druk onder de
linde.
Wat 'n stel, wat 'n stelVan alles
maakte tegenwoordig mee
't Bier was goed grinnikte 'n
ander.
We zullen zelf maar feest hou
den, meende er een en hij stak 'n
groote sigaar aan.
Dat kon 't niet velen, 't jonkvolk.
Wie nog vijf cent in z'n vestje had,
schoot bij de barbier binnen om even
later met 'n vette sigaar te ver
schijnen. Er werd gepaftDe feest
stemming kwam er in
Mannen we moeten 't bruids
paar gaan feliciteerenWe gaan ze
'n serenade brengen, klonk 't, dat
hoort er bij
Toen kwam 't groote woord, waar
allen op gewacht hadden „We gaan
tafelen
Vijf minuten later was de optocht
klaar. Opgeschoten lummels bliezen
op lampenglazen, rammelden met
kettingen en sloegen op schelle dek
sels. Anderen kwamen met bloemen
en groen aanslepen. Gekleurde doe
ken werden aan stokken gebonden.
Lampions, die de moeders ooit als
'n aandenken uit Kevelaer hadden
meegebracht, werden er nu aan ge
waagd.
Voorwaarts ging de stoet, de dorp
straat door. 't Toeterde en schetterde,
't lawaaide De ouderen schudden
bedenkelijk hun koppen't liep ver
keerd; maar er was niets aan te
doen 't Vee in de stallen werd
onrustig In de wei begonnen de
koeien 'n keel op te zetten.
De troep bleef staan voor de deur
van de boerderij waar 't nieuwe paar
woonde. Er werd gespeeld. Men riep
om 't paar, maar 't kwam niet
buiten, 'n Paar klommen op 't dak
en braken de schoorsteen af, die met
veel lawaai instortte. Binnen bleef
alles stiL Ruiten rinkelden. Er werd
'n kar voor 't huis gerold. Een boer
kroop er op, blies op z'n lampeglas
en verzocht stilte. Er werd gespeecht.
Geacht bruidspaar.
Op deze schoone avond kan ik niet
nalaten, uit naam van m'n dorps-
genooten, die gij zoo vriendelijk hebt
uitgenoodigd, 'n kort woord tot ute
richten. Gij begrijpt, dat 't voor mij
'n waar genoegen is....
De burgemeesterklonk 't plot
seling. 't Werd stil. Ernstig, zich van
z'n waardigheid bewust, kwam de
burgemeester met den veldwachter
aanloopen.
Zwijgend klom hg op de kar, keek
over 't volk en sprak
Mannen ik begrijp dit grapje,
maar 't is nu genoeg. Ieder gaat
naar z'n huis en kan morgen voor
rekening van 't bruidspaar in café
de Zwaan, twee potten bier gaan
drinken.
Ik hoop, dat er aan m'n oproep
gevolg gegeven wordt, anders zullen
er onaangename maatregelen getrof
fen worden. Ik heb gezegd
Leve den burgemeester! klonk 't
in koor, leve bruid en bruidegom
In optocht trokken ze af. Ze waren
voldaan.
THEO VIRL.
Na de vredes-,,vergissing", In
binden of krachtig optreden
Beestenwerk, dat oorlog heet!
Italiaansche verliezen.
De min of meer dramatische wen
ding, die er in de houding van En
geland en Frankrijk ten opzichte
van Abessynië gekomen was, welke
zich uitte in een een vredesvoorstel,
dat een bijna volkomen loslaten van
het aangevallen land inhield, blijkt
ernstige gevolgen te hebben.
Begraven onder scherpe afkeuring
van Abessynië en den Volkenbond
is het vredesvoorstel van het tooneel
verdwenen, terwijl feitelijk niemand
een poging heeft gedaan om het te
redden.
He directe gevolgen van deze mis
lukte vredespoging zijn o.m. geweest
een danig verzwakte positie van
Laval, die met leege handen en een
geweldig moreele nederlaag uit Ge-
nève terugkeerde en het aftreden
van den Engelschen minister van
buitenlandsche zaken Hoare.
De Engelsche regeering heeft haar
positie gered, door Hoare als zonde
bok de politieke woestijn in te stu
ren en door ruiterlijk te bekennen,
dat de regeering op dit punt een
fout heeft gemaakt.
En al kan men waardeering heb
ben voor de wijze, waarop Baldwin
hierbg het boetekleed heeft aange
trokken, toch zou de vraag gesteld
kunnen worden, of een regeering
van Engeland, die in zulk een be
langrijke kwestie, op zulk een span
nend moment in de internationale
politiek op zulk een stumperige
wijze handelt, nog wel voldoende
prestige bezit, om in deze bewogen
tijden de leiding te nemen in de in
ternationale politiek.
Het Engelsche parlement, reeds
bewogen door de droeve figuur van
het eene slachtoffer, heeft Baldwin
na zijn ruiterlijke verklaring van
zijn vergissing, die ook hij betreurde
een votum van vertrouwen gegeven.
De Engelsche mentaliteit, om alles
wat Engelsch is, zoo hoog mogelijk
te houden, vooral tegenover het
buitenland, zal hier wel een belang
rijke rol hebben gespeeld.
De vraag blgft echter, of de re
geering den slag te boven komt.
Na het gebeurde zal van een ver
trouwelijke samenwerking tusschen
Engeland en Frankrijk in de naaste
toekomst wel geen sprake meer
zijn.
Deze jongste mislukking van de
vredespolitiek van Laval is weinig
minder dan catastrofaal en vooral
de trotsche Engelschen zullen het
de Franschen niet gemakkelijk ver
geven, dat zij de onmiddellijke oor
zaak zijn geweest, dat Engeland
deze droeve figuur heeft gespeeld.
Intusschen zijn we met deze mi
nister-crisissen, wat het conflict in
Abessynië betreft, niets verder ge
komen. Het voorstel tot oplossing
is voor goed van de baan.
Maar wat nu
Er zijn maar twee mogelijkheden
voor den Volkenbond n.l. drastisch
op te treden tegen Italië en op die
wijze het conflict spoedig te doen
beëindigen, opdat aan de onrust en
spanning in Europa, zoo spoedig
mogelgk een einde komt. Of wan
neer men geen kans ziet, Musso
lini met machtsmiddelen te doen
buigen met hem vriendelijk te gaan
praten en concessies te doen.
Dit laatste wil menniet: het voor
stel Laval—Hoare, dat deze richting
insloeg, is met algemeene stemmen
verworpen.
Mogen we de Engelsche ministers
gelooven, dan wil Genève ook het
eerste niet en schrikt het terug voor
militaire sancties. Behalve Engeland
was er niemand, volgens Hoare en
Baldwin, die het durfde te laten
aankomen op desnoods militaire
maatregelen tegen Italië.
Genève zal echter een keus moe
ten doen. De zaak laten zooals ze
nu loopt, is een voortdurend spelen
met het oorlogsvuur en ook een
ondermijnen van het Volkenbonds-
prestige.
Dat Engeland thans weer 't oude
standpunt gaat innemen van een
dwingen van Italië, blijkt wel uit
zgn formeeren bg de Volkenbonds
staten, of zij hun aandeel willen
nemen in de militaire maatregelen,
welke eventueel tegen Italië noodig
kunnen zgn.
En inmiddels besloot de groote
fascistische raad te Rome, eensge
zind, met onbuigzame vastberaden,
heid den strijd in Abessynië voort te
zetten.
Voor de beschaving en de hooge
eischen der veiligheid heet het inde
betreffende resolutie
i BEESTENWERK, DAT OORLOG
HEET!
Een Duitsch strgder uit den grooten
wereldoorlog, die de hel aan den
IJzer had meegemaakt, heeft ons
eens gezegdhet gruwelijke van een
oorlog kan je niemand vertellen en
niemand beschrijven; dat kent alleen
in zijn volle diepte en ellende degene,
die midden in dat beestenwerk heeft
gestaan.
Aan die uitspraak werden we her
innerd, toen we het relaas lazen van
een oorlogscorrespondent, die vertelt
van de verschrikkingen en de ellende
van den oorlog in Abessinië. Hg
licht een tipje op van den sluier die
in dat ongelukkige land gespreid is
over een berg van nameloos wee en
afschuwelijk en onmenschelijk lijden.
Wij worden met afschuw vervuld
voor eiken oorlog, wanneer we een
kgkje krijgen in dit voorportaal van
de hel.
Men leze slechts
Talloos zijn de lijdensgeschiedenis
sen die in Dessie worden verteld en
steeds weer zgn het de zwakken en
hulpeloozen, die het meest in het
gedrang komen. Dat is in alle oor
logen zoo, vooral echter in Afrika,
want niet alleen de mannen, ook de
vrouwen en kinderen trekken hier
mee ten oorlog. Niemand mag thuis
blijven.
Nu is echter het allerdroevigste,
dat het legercommando te velde aller
minst voor het lichamelijk welzijn
van de soldaten zorgt, zooals dit in
Europeesche legers het geval is.
Een militaire intendance bestaat
er niet, voor proviandeering wordt
dus niet gezorgd, met het gevolg,
dat er herhaaldelijk om de nog voor
handen zijnde levensmiddelen fel ge
vochten wordt en de zwakken
trekken daarbij natuurlijk aan het
kortste eindje.
Oude lieden en kinderen blijven
half uitgeput langs den weg liggen,
niemand helpt hen en velen sterven.
Anderen kruipen op handen en
voeten, met uitputting vèn hun laat
ste krachten naar Dessie en bedelen
daar om medelijden en erbarmen.
Zieken laat men eenvoudigweg
liggen, zoodat zij van iedereen ver
laten sterven. Wellicht hebben zij
thuis nog familieleden, die zich om
hun lot zouden bekommeren, doch
deze zgn verre, heel verre en hebben
eenvoudigweg geen vermoeden van
het onuitsprekelijk lijden van deze
arme schepsels, die onder een
gloeiende zon, omzwermd door mil-
lioenen vliegen, hun laatsten adem
uitblazen.
Tot overmaat van ramp ramp is
in 't leger nog een pokkenepidemie
uitgebroken, die tal van slachtoffers
eischt. Het behoeft niet te verwonde
ren, dat deze epidemie zich razend
snel onder de in armzalige tenten
ondergebrachte soldaten verbreidt.
Er bestaat nog wel zoo iets als
een Abessinisch Roode Kruis, maar
in het Noorden functionneert dit
nergens.
De gewonden blijven eenvoudigweg
liggen, om te sterven of weder te
herstellen, zooals God het wil.
Velen hunner hebben over den
onder normale omstandigheden in
tien dagen af te leggen weg van
het front naar Dessie, strompelend
en hinkend, twintig dagen gedaan en
zijn hier tenslotte aangekomen, waan
zinnig van de pijn, halfdood van ont
beringen, met hopeloos geïnfecteerde
wonden.
Afschuwelijk en beestachtig, zijn
we geneigd uit te roepen! Maar zelfs
het redelooze beest doen we onrecht
wanneer we zgn naam koppelen aan
dit schandelijk gedoe.
En dat bedroevend tafereel van
ontaarding en wreedheid wordt op
gehangen door den redelgken mensch,
geschapen naar Gods beeld en ge
lijkenis.
En de huichelachtigheid wordt
zoover gedreven, dat zulk een af-
schuwelgk spel gespeeld wordt
onder het mom van het brengen van
„beschaving" aan een onontwikkeld
volk
VENRAY, 28 Dec. 1935
Gisteren Vrgdag hield de Ge
meenteraad van Venray een open
bare vergadering, welke zoo noodig
vandaag zal worden voortgezet.
Aanvang 3 uur.
Aan de orde is
1. Notulen.
2. Kasopname ten kantore van
den gemeente-ontvanger over het 4e
kwartaal.
3. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot wijziging van het
Reglement van Orde voor den Raad
der Gemeente.
4. Voorloopige vaststelling der
gemeentg-rekening dienst 1934 met
rapport der Commissie ad hoe.
5. Behandeling en vaststelling der
Gemeente-begrooting dienst 1936 en
der begrooting van den tak van
dienst het bedrijf der Gasfabriek.
6. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot vaststelling eener
verordening op de heffing van op
centen op de personeele belasting,
waarbij met ingang van het belas
tingjaar 1936 ten behoeve der ge
meente 85 opcenten zullen worden
geheven.
7. Voorstel van burgemeester en
wethouders om aan aanpachters
van gemeentegronden die voor 1930
hebben gepacht met uitzondering
van pachters van ontginningsgronden
wederom voor het pachtjaar 1935
1936 eene verlaging toe te staan van
10 pCt.
8. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot hen wederom te
machtigen zooals gebruike ijk tot
den verkoop van hakhout, turf, turf-
slijk, oude materialen en opnieuw
verpachting van de vervallen pach
ten gedurende het jaar 1936.
9. Behandeling van de aanvrage
der' Vereeniging Ons Belang te Cas-
tenray om de noodige gelden beschik
baar te stellen voor de stichtirg
eener bijzondere neutrale school te
Castenray.
10. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot het beschikbaar stel
len der noodige gelden aan het
schoolbestuur der bijzondere lagere
school te Oostrum ingevolge art. 72
der L.O. wet 1920 tot de aanschaffing
van banken en schoolmeubelen ïn
verband met de toeneming van het
aantal leerlingen en de aanstelling
eener vierde leerkracht tot een
maximum bedrag vin f 320.65.
11. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot belegging van een
bedrag van f 3000, afkomstig uit
den verkoop van gronden.
12. Voorstel van burgemeester en
wethouders tot het geven van een
naam aan den weg kadastraal be
kend onder Nr. 124, loopende vanaf
den Merseloscheweg (Jan de Bruin)
tot aan de Hoenderstraat (Joh. Ver
meulen) en deze te noemen den
„Bergweg" overeenkomende met de
plaatselijke aanduiding „aan den
Berg."
13. Behandeling der aanvrage van
Simon Lemmens om de tot dusverre
door hem gepachte boerderij groot
11.67 H.A. gelegen langs den weg
VenrayDeurne voor f 625 per H.A. i
te koopen. I
14* Behandeling ingekomen reclame
van Mej. Wed. Janssen, Venray,
Stationsweg, tegen haar aanslag in
de rioolbelasting.
15. Vaststelling van het eerste
suppletoir cohierder Rioolbelasting.
16. Ingekomen stukken.
BENOEMING.
Tot onderwijzeres aan het St.
Jozefgesticht alhier is met ingang
van 1 Januari benoemd Mej. Fincken,
onderwijzeres aan de Lagere Meisjes
school te Roosteren. Met ingang van
1 Januari zou Mej. Fincken te
Roosteren op wachtgeld gesteld
worden.
INSTALLATIE
PASTOOR STRIJKERS.
Te Venlo had Zondag op plechtige
wijze de installatie plaats van den
Zeereerw. Heer Strijkers, Pastoor
der H. Hart-parochie.
Aan den ingang der parochie werd
de nieuwe pastoor afgehaald door
een feestelijke stoet van katholieke
en godsdienstige vereenigingen.
Pastoor Strijkers werd hier het
welkom toegeroepen door burgemees- j
ter Berger, terwijl een groep welpen J
hem den herderstaf aanbood. De
stoet begaf zich dan door de feestelijk
bevlagde straten naar de- kerk. Aan
den ingang van het kerkgebouw
werden Pastoor Strijkers onder een
toepasselijke speech de sleutels over
handigd door den oudsten kapelaan
den weleerw. heer Helgers.
Vervolgens werd een plechtig Lof
opgedragen, waaronder de nieuwe
functionaris een hartelijke toespraak
hield. Een drukbezochte receptie op
de pastorie sloot de feestelijkheid
der installatie.
BETALING VAN BELASTING.
Bg een aantal belastingschuldigen
schijnt nog steeds de meening te
bestaan, dat zij hun aanslagen in de
directe belastingen kunnen voldoen
in twee termijnen, te weten ongeveer
de helft enkele maanden na het
ontvangen van het aauslagbiljet, en
het restant tegen het tijdstip, waar
op de laatste termijn vervalt.
Deze meening is echter geenszins
in overeenstemming te brengen met
de bedoeling van den wetgever, die
rich een betaling in maandelijksche
termijnen, aanvangende in de maand
volgende op die, welke in de dag-
teekening van het aanslagbiljet is
vermeld, heeft voorgeste'd, daar zg
anders leidt tot renteverlies voor
den Staat.
Naar wij van officieele zijde ver
nemen, heeft de minister van finan
ciën thans aan de ontvangers der
directe belastingen nieuwe voor
schriften verstrekt omtrent de tijd
stippen waarop tot vervolging moet
worden overgegaan, zulks ten einde
tot een regelmatiger betaling dier
middelen door de belastingschuldigen
te geraken.
DOOR DE GLADHEID.
Op den Eusebiusbuitensingel, nabij
de Parkstraat te Arnhem is de
60-jarige mej. M. A. Sch. komen te
vallen. Zij bleef bewusteloos liggen
en werd een winkel in de nabijheid
oinnengedragen. Daar kon een ont
boden geneesheer slechts den dood
constateeren. Het stoffelijk overschot
is naar het gemeente-ziekenhuis
overgebracht.
VROUW TUSSCHEN TRAM
WAGEN EN MUUR BEKNELD.
Maandagmorgen te half elf is in
het centrum van Eindhoven de laat
ste wagen van een goederentram,
gaande in de richting van de grens,
op den gevaarlijken hoek Willem
straat-Kleine Berg, ontspoord.
De wagen sprong uit de rails en
slingerde over den weg, daar de
machinist de ontsporing niet opge
merkt had en doorreed.
Dóór het slingeren kwam de wagen
op bovengenoemden hoek tegen het
winkelpand der firma Bakel-Berings
terecht, waarvan de gevel ernstig
beschadigd werd.
Ongelukkigerwijze bevond zich
juist op dit punt de 32-jarige mej.
S. H. uit Woensel, die door den
wagen tegen den muur werd ge
drukt. Zeer ernstig gekwetst werd
zg ter plaatse in een winkel binnen
gedragen en later naar het R.K.
gasthuis vervoerd, waar zij kort
daarna overleed.
NIEUW HANDELSVERDRAG
MET DUITSCHLAND.
Aan het departement van buiten
landsche zaken te Berlijn is Maan
dag een verdrag onderteekend waarin
het Duitsch-Nederlandsche goederen
verkeer voor het jaar 1936 wordt
geregeld.
Voor het betrekken van landbouw
producten uit Nederland, in het bij
zonder van boter, kaas en eieren is
een regeling getroffen, waarbij voor
1936 een grootere invoer in Duitsch
land van deze artikelen is mogelijk
gemaakt dan die van 1935.
De in het bedoelde verdrag getrof
fen regeling
invoer van»
Nederland
komt daarop^
van den iQ^
Duitschland vJ
durende het jJ,
sing aan de ve>4
landsche markt
door verschili(f
verderen steun
Aldus het Nel
niqué. Het Duitfl
lingen bedoeld 1
als volgt weer:
De overeenkf
van goederen,-u
Nederland is g/
Duitschland toei
veer dezeifde
naar Nederland I
DOOR KOLE?|
Zaterdagavond
rade het ech'-
de Nieuwst1!"
gevonden.
een erge roet™
zoek is geblekel
Vrijdag was gl
men blijkbaard
dat voor de scl
de slaapkamerl
was geplakt,
door kolendam
binnengedrongen!
zekerheid kan v
dat beiden die]
stikt.
De man, de I
Duitsche natioj
op de mijn
23 jaar oud. 2
drie maanden
Het ongeluk 1
mej. Dols, in wil
paar op kamers/
ongerust maak]
levensteeken va«|
AUTO BOlj
Maand»»
schen weg
ongeluk gebeur!
Breda reed eel
hangwagen, ditX
uitwijken voor I
door de gladhei!
seling dwars ó\i
staan. Op hetze!
de uit de richti!
auto, waarin gi!
uit Aalst met ep
deren en een chf
Leiden, ter viel
feest.
Alle inzittenl
meer ernstig gef
ren, waarvan
van 210 jaar
verbonden te
Tilburg wordeti
overige drie eri
ren werden nsj
ziekenhuis te
waar bij aaükJ
kinderen bleek t
tweede ovep>
ziekenauto1,
overgebrat-
De vadfr
verwond wéts,
ziekenhuis verv«|
hoewel niet
worden opgenonl
overspannen tod
INSCHRLT -I
DIEN:!
De BurgemeeJ
innert de in 191J
personen aan
zich in de m
inschrijving
aan te geven.
Voor de inscl
zitting worder I
dag 6 Januari if
9 tot 12 uu
Hij, die nie."i
komen voor
dienst wegens
winnerschap, o: I
een geestelijk al
de aangifte m<
doen.
Zakboekjes
diend hebben, n|
gebracht.
Voor nadere >1
men zich ter sel
Venray, 16 Dej
De Burgem'.j
C|
Marlcil
VENLO. Op
eeniging van M
voer 1.650.000 ei
Kipeieren van
Kleine eieren
Eendeieren v&
ROERMOND,
vereeniging va
aanvoer 2.100.0C
Kipeieren
Kleine eieren
Eendeieren v?|
Wacht i
Wij hebbei fl
sorteerin:
en