TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS Vliegen. De puntjes op de i. FEUILLETON. Mesalliance Een en ander over Abessynië. Zaterdag 14 December 1935 Zes en vijftigste Jaargang No 50 Wij zullen het niet hebben over de wonderbare vluchten, die tegenwoordig per vliegmachi ne worden gemaakt, maar over een andere manier van vliegen, waarbij men op vasten grond blijft. We bedoelen hier het hoogvliegen, duidelijker gezegd het leven boven zijn stand. God heeft de zaken nu een maal zoo geregeld en verschil lende standen ingesteld de een gebiedt, de ander gehoorzaamt de een is geacht en beroemd, de ander verborgen en onbekend de een heeft alles in overvloed, de ander lijdt gebrek. Hiermede willen wij niet zeg gen, dat men niet mag trachten vooruit te komen in de wereld, neen, dat is zelfs plicht. Maar men moet zich wachten niet te gelijken op dien kikker, die een koe zag en ook zoo groot wilde worden, zich zelf opblies met het treurig gevolg, dat hij.... barstte. In alles vliegt men dikwijls hooger dan men kan. In kleeding, voeding, woning, omgang, uit spanning, en zooals de ouden zongen, zoo piepen de jongen de kinderen apen het heel ge trouwelijk na. Men leeft boven zijn stand en dat euvel heerscht overalbij rijken, bij burgers, bij armen, in steden en op dorpen, bij dienst boden en bij arbeiders. Vroeger gaven de ouders hun kinderen een opvoeding volgens hun stand, maar tegenwoordig ver daarboven, al kan de bruine het niet trekken. Vroeger leerde de zoon het vak zijns vaders en werd een eerzaam werkman. Nu moet hij ambtenaar, onderwijzer, kantoor schrijver, winkelbediende of iets dergelijks worden, met een kraag, net hoedje en bij regenweer een waterproef-jasje. Dat lijkt voor namer, maar met dit onderscheid, dat hij nu dikwijls al morrende en klagende met een inkomen moet rondkomen, niet geëven- redigd aan den stand, dien hij heeft aangenomen. Vroeger leerde moeder aan haar dochter het huishouden wasschen, koken, stoppen, naaien, in één woord, de handen uit de mouw steken. Tegenwoordig woidt dat afgodje opgetooid en flaneert ze veel langs straten en wegen, wordt kantoorbediende, typiste enz. Van werken worden de teere handjes zoo vuil en grof. Vroeger speelden de jongens met hoepel of met knikkers. Nu spelen de broekjes al competitie wedstrijden, heel ver van huis. Vroeger waren onze kamers eenvoudig en net gemeubileerd. Tegenwoordig? Kussens, tapijten pendules, spiegels en niet te ver geten een schemerlamp en radio, „Ja, ja, daar komt wat kijken in een huishouding!" klaagt moeder de vrouw. Zeker komt er veel kijken, vooral wanneer het huishouden op zulk een leest geschoeid wordt en men in alles te hoog vliegt. En wat zijn de gevolgen Vroeger betaalde men met gereed geld, leefde men tevreden en met weinig zorgen. En nu... is het schuld maken of tobben en sukkelen om aan zijne verplich tingen te kunnen voldoen. Men klaagt over concurrentie en slechte I tijden. Wanneer men wat minder laan de weelde offerde en wat I minder branie maakte, dan zou j het leven in den familiekring i vaak veel aangenamer en geluk kiger zijn. De kloosterindustrie van ....Ds. Lingbeek. Er zitten in onze Tweede Kamer die een echte „werk- 1 kamer'' blijkt te zijn en geen „praatkamer" enkele protes tante dominees, die bezeten zijn van een waanidee tegen Rome en den Paus en de Katholieke Kerk en tegen wat zij noemen I „de verroomsching van Neder- j land." In de plaats, dat deze menschen strijden vóór iets, zijn zij altijd aan het vechten tégen iets, wat aantoont, dat zij het met hun eigen eigenlijk heele- 1 maal niet eens zijnalthans daarin niet genoeg houvast vin den, om van daaruit iets op te bouwen. Vooral de kloosters en de onderwijs-gevende kloosterlingen moeten het bij die twee maniak ken ontgelden. Over de rijkdommen der kloos terlingen, de goederen in de doode hand, over de tractemen- ten, welke de kloosterlingen trek ken (waarachtig, voor werk, wat ze doenen eenigen tijd ge leden over de klooster-industrie daar tobben die stakkers dag en nacht mee. 't Laat hun geen rust. Wat de klooster-industrie be treft, we zullen het nu eens hebben over een ander soort klooster-„industrie" als die, waarover die anti-papisten het hebben, en wat de heeren heele- maal over het hoofd zien en wat toch oneindig in waarde, en beteekenis, en invloed boven die door hen bedoelde uitsteekt. De klooster-„industrie" van het vrijwillig voor heel het leven lang gekozen leven van armoede, gehoorzaamheid en zuiverheid. De klooster-„industrie" van het altijd gebonden zijn aan bepaal de huis- en leefregels, welke heelemaal niet op een „wereldsch" leven zijn ingesteld. De klooster-„industrie" van veel gebed, veel heilig stilzwij gen, van veel onthechting van het ook onschuldig genoeglijke dat de wereld biedtvan veel vasten en onthouding, van veel stil-gedragen versterving. De klooster-„industrie" van (Een ongelijk Huwelijk) Roman door Cor de Blij. 16 Hij bewoonde in Den Haag een groothuis aan de Willem de Zwijger laan. Zijn kinderloos huwelijk met 'n vrouw, die haar plichten zocht in maatschappelijk werk, voelde hij aan als een leemte, verborgen achter een mom: de goeie oom „Bod."' Zij was de stuwende kracht van vereenigingen op allerlei gebied, dierenzorg was haar hobby... „die arme stomme schepseltjes." Wat heeft U ons verrast met dat unagnifique schilderij VaiV het in de smaak Ja, „Rommer", fijn besnaard kunstenaar., buitengewoon talent... hij weet een sfeer te scheppen.... Hé Bob, jij had bij Kleykamp meer vues op die „Kregten"... Och Hetty, smaken verschillen, de jongelui.,, A, daar komt je Oom Max... We zien jullie straks nog wel. Adieu. Adieu. Dag Tante Ada, Oom Max, allerliefst van U... mijn meisje... De nieuw aangekomene was Mr. Max van Segwaert tot Segwaert, gewezen officier van Justitie, met zijn vrouw, eveneens resideerend in den Haag. Jongste broer van Mevrouw van Beers. Het was een va et vient... familie leden... clubgenooten... studenten officieren... kortom de crème de la crème, zooals 's avonds Verhoeven tegen zijn vrouw zei, vooral de „lintjes" der heeren bezoekers had den hem geïmponeerd. De clou van den middag was het bezoek van den voltalligen Senaat uit Leiden. De corpsleden waren deftig in rok, waarboven hun jonge, enkele geblaseerde, gezichten quasie mannelijk uitstaken Ze waren aan komen rijden in een ouderwetsche coach bespannen met rijk bepluimde paarden. Statig schreden ze naar de twee verloofden... statig hun buigin gen... statig hun gelukwenschen. Ze hadden hun oolijke maskers afgelegd van voor enkele dagen, toen ze te Leiden in de kroeg hun verlovings- voorfuifje gevierd hadden. Toen was bacchus hun gastheer, nu kwamen zij als zonen van Auto- lykes, den God der oudheid, die onder de menschen als de listigste, de bekwame gerekend werd... Aan staande Juristen.... bloem van proce- deerend Nederland Dat Pa Verhoeven buitengewoon in zijn sas was... voor parvenu's bestaat er een achtste hemel. De gasten waren verdwenen de familie vereenigde zich aan een intiem diner. „Couturier" had exotische schotels geserveerd... het menu was een openbaring. Oppervlakkige men schen voelen zich het beste gedispo neerd na een copieus diner. Zoo ook Gijs Verhoeven. Breed zat hij in de rookkamer in gezelschap van Papa van Beers onder het genot van een Henri Glay. Een aromatische wolk omhulde de gelukkige Vaders. -Amice, we kunnen terug zien op een buitengewoon geslaegde middag. Het geluk straelde uit de veel uitboeting voor de zonden van anderenvan veel smeek gebed voor allerlei miseries, nooden van honderden, die zich dagelijks in de verschillende kloosters komen aanbevelen en de gebeden, vooral in die van zgn. slotzusters of zusters „achter de tralies". De klooster-„industrie" van duizenden missionarissen, broe ders, kloosterzusters, die in de verre landen, te midden van onbeschaafde heidenen allerlei pioniersarbied verrichten, vaak ten koste van hun leven, van hun gezondheid. De klooster-„industrie" van uitdeeling van (middag-)eten aan de honderden, duizenden armen, welke zich dagelijks aanbieden aan de kloosterpoort, om daar gespijzigd te worden. De klooster-„industrie" maar dat moge volstaan, om te laten zien, dat er ook nog een ander soort „industrie" bestaat dan die, welke in het verwarde brein van Ds. Lingbeek rond spookt en waarvan hij heele maal geen notie schijnt te heb ben ook niet kan en wil hebben met een dergelijke mentaliteit. En dat is het, waar het op aankomt. Deze menschen ontbreekt de ware christelijke breedziende en breedvoelende liefde, welke hen minstens onbevooroordeeld ern stig zou doen kennisnemen van den waren geest en de ware ge- teekenis en het ware werk van de kloosterinrichtingen. Zelfs de door Ds. Lingbeek bedoelde kIooster-„industrie" staat altijd nog volledig in dienst van het kloosterlijke ideaal a! willen we er hier niet meer van zeggen. Tenzij ja tenzij hij het kloosterlijke ideaal totaal mis kent, er heelemaal niet van weten wil het misschien ook wel paapsche afgoderij of stoutigheid of zooiets vindt. Maar dan valt er natuurlijk heelemaal niet meer te praten. Dan moeten zulke menschen eens eerst beginnen met eens ernstig kennis te nemen van het kloosterlijke leven, uit serieuze boeken of wat nog beter en doeltreffender is, met eens eeni gen tijd in het klooster... zelf door te brengen Maar daar zal men Ds. Ling beek voorloopig wel niet be hoeven te verwachten We wilden met bovenstaande maar eens laten zien, hoe er nu nog altijd zijn, die zich door allerlei drogredenen, misverstand, onwetendheid, vooroordeelen enz. laten misleiden. Hoe is het mogelijk, vragen wij ons dan af. Ja, hoe is het mogelijk. Hoe kan men den heel duide- lijken zin der H. Schrift op vele plaatsen zoo misverstaan, dat er- ketterijen uit ontstaan, dus het tegenovergestelde van wat er ge leerd wordt Zoo is de mensch, de mensch- heid een raadsel. En zal hij een raadsel blijven, als hij zijn eigen klein-menschelijken weg blijft 'volgen en niet de koninklijke .heirbaan van waren godsdienst en openbaring en door Christus gesticht Kerkgezag en kerkelijke leiding. 'n Oude geschiedenis maar zij blijft altijd nieuw. Zelfs figu ren als Ds. Lingbeek blijven in dien zin.... onsterfelijk ZAAIER. oogen van onze jongelui. Ik kan dan ook niet anders dan mijn volle adhaesie betuigen aan deze verbintenis. Cheer up, old man. Van Beers hief zijn glaasje tripel sèc. Het was nu wel niet heelemaal volgens de etiquette, om een pousse café in de bibliotheek te drinken, doch de burgemeester achtte een dergelijk moment het meest juiste om tot een listig finantieel transactie plannetje te komen... Nou is ie murw, dacht hij.. z'n eenigste kans. Wel, Burgemeester, ik waerdeer, Verhoeven begon geafFecteerd te praten uw appreciaetie voor mijn dochter ais een groot veurrecht... Parvenu scholden de hersens van Van Beers... Vaderlijk... Burge meesterlijk wuifde hij met zijn hand, waarbij het familiewapen zeer tot zijn recht kwam. De heeren werden spitsvondig in het lanceeren van complimentjes, daarbij had de flesch likeur nog al eens „meegelogen." Apropos amice... ik zit in een beetje vervelend parket. Vanmiddag fluisterde mijn zwaeger van Segwaert tot Segwaert me een buitengewoon goede tip in, Daer heb ik morgen vroeg een bedragje van twee mille veur noodig, en ik zou het inderdaed niet gaerne willen missen. Wil jij me even met dat bedrag assisteeren je begrijpt zag, dat ik het niet bij me heb... je gaet niet naer een receptie van je kinderen met twee duizend pop in je portefeuille. Hahaha. Van Beers wachtte met half toe geknepen loeroogen... Bozend hart... joviale lach. Masker Verhoeven besprong een moment het argwaanduiveltje... overgebleven GESCHIEDENIS. Vóór de 19e eeuw is de geschiede nis van Abessynië, dat er als 'n ver geten rijk lag in 't N. O. van Afrika, voor 't wereldgebeuren van weinig belang. 't Land heeft z'n eeuwen doorge worsteld in binnenlandsche twisten. Stamhoofden trachtten zich met wapengeweld op te werpen tot alge meen heerscher. Slaagde er een in, dan werd hij na 'n kort bestuur, voor hij z'n zaken geregeld had, weer door 'n ander onderworpen. Gebrek aan eenheid was er de oor zaak van dat ook dit volk den storm te verduren had van de verwoesten de en niets ontziende Turken, die als fanatieke volgelingen van den profeet de nieuwe leer met vuur en zwaard trachtten in te voeren. Alleen de krachtige hulp van ingrijpende Portugeezen behoedde hen voor 'n zekeren ondergang. Maar eenheid kwam er niet. Nog driehonderd jaar lang streden de koningen van Tigre, Anshara en Shoa om de opperheerschappij, tot tenslotte in 't midden der 19e eeuw Theodorus, vorst van Amhara er in slaagde. Als 'n ware tyran hield hg huis en niet alleen z'n eigen onder danen hadden z'n wreedheid te ver duren, vooral de vreemdelingen, waar onder op de eerste plaats de missi onarissen, hadden veel van zijn on- drukking te lgden. Toen hij er niet voor terugschrok, eenigen van hen, waaronder zelfs 'n Engelschen gezant, gevangen te ne men, was de maat vol. 'n Tuchti- gings- expeditie onder 'n Engelschen generaal maakte 'n einde aan z'n harde regeering. Toen men hem ge vangen wilde nemen, maakte hij 'n einde aan z'n leven. De heerschappij kwam nu in han den van Johannes, die koning van Tigre was, en als deze in 1889 sneu velt, roept 'n vergadering van de voornaamste vorsten Menelik van Sjoa tot keizer van Abessynië uit. Onder zijn regeering komt Abes synië te staan in de belangstelling van de groote mogendheden. Italië, dat evenals andere landen in dien tijd, uitzag naar koloniën, stelde er zelfs te veel belang in, en voelde in den slag bij Adoea, de macht van Menelik, die 't te laag had geschat. Dat Menelik de stichter van de nieuwe hoofdstad, Addis Abeba is, en z'n heele hofhouding en regee- ringscollege daarheen verplaatste, is reeds eerder ter sprake geweest. t)e laatste jaren van dezen grooten vorst zijn minder gelukkig geweest. Lichamelijk versleten, zwaarmoedig en terneer geslagen sleet hij z'n dagen, teruggetrokken in z'n paleis en liet de regeeringszaken over aan zijn gemalin, keizerin Taitoe, 'n heerschzuchtige, zakelijke vrouw. Menelik had geen zoon. 't Werd dus 'n brandende kwestie, wie opvolger zou zijn. Z'n oudste dochter Regga had hij uitgehuwelijkt aan Negus Migaël, 'n Mohamme- daansche vorst. Hun zoon Lidj Jassoe werd aan 't keizerlijk hof opgevoed en onderwezen in den uit zijn boersche afstamming.Het flitste!... November... Vader pacht betalen... zijn liefderijke gift... bestemd voor... Burgemeester... die tegenover hem zatnu twee mille bij hem leenend... Komisch Dan Maer zeker... ik zal je oogen- blikkelijk een cheque schrijven.... Masker De aanneemsom voor den nieuwen weg kon betaald worden... nu waren chicanes over het basalt overbodig... Symen betaalde1 HOOFDSTUK XII. Ik zal je voorlezen, wat ik hem geschreven heb, vrouw „Waarde Gijs. We hebben je brief ontvangen en daaruit vernomen, dat het met de gezondheid bij U allen goed is. Datzelfde is bij ons ook het geval. Frans en Jan en Lena zijn ook goed. Alleen met onze Marie is het niet in orde. Ze heeft in haar nieuwe bedoening zeker wat te veel van haar krachten gevergd, alles was dan ook nieuw voor haar; in ieder geval heeft je broer Jan haar naar het ziekenhuis in De venter gebracht, om wat tot kalmte te komen. Wij, ouders, wisten dat niet zoo, zij heeft ons verdriet willen besparen en als rechtgeaard broeder heeft hij haar bijgestaan. Je brief, Gijs, heeft je ouders veel verdriet berokkend. Dat jij je voor je afkomst schaamt, want, dat is het toch maar, is niet mooi van je. Het vierde gebod luidt Eert Uw Vader en Uw Moeder. Herinner je, Gijs, dat de apostel Petrus driemaal onzen Heer heeft Christelijken staatsgodsdienst. Toen deze den mannelijken leeftijd bereikt mmvpM ,PPn had en Menelik niet meer in staat ELKEN WINTER LEED HIJ was te regeeren, ontstond er weldra 11 f 'n strijd tusschen keizerin Taitoe en aan IlifQyfl jUTOPH haar tweede dochter eenerzijds enIIUIIMWII en dezen jonge prins anderzijds. I llf»4ah«a/>Ia»> Ohdanks de tegenwerking van"x 611 Wllllvl VUCICII velen,, die liever de keizerin hielden,' V werd deze laatste keizer, en eenmaal s Dank zij den KLQOSTERBALSEM in handen, werd de| komt hij daar voor goed van af. „Door mijn beroep moest ik den ge- l I geheelen dag op straat toopen en daar- I door gingen de plekken altijd open en begonnen te zweren. Van alles pro- 1 beerde ik, maar baat vond ik niet, tot' I dat ik met Klooslerbalsem begon. El- ken ochtend en avond deed ik die o/> de plekken. Ze genazen binnen een week prachtig en voor goed. Nu smeer ik als 't koud wordt van te voren mijn handen en voelen eiken ochtend met Kloosterbalsem in en heb sedert dien geen last meer van winterhanden en w. S. te 'S'Gr. ORIGINEEL TER INZAGe de heerschappij keizerlijke familie gevangene van z'n paleis. Spoedig ook liet Jassoe zien, dat hij geen waar Christen was. De kerk was hem 'n hinderpaal bg 't uitvoeren van zijn plannen. Haar macht was te grooten stond hem in den weg. Om zich los te maken van de kerk en haar macht te onder drukken, zocht hij steun bij de^ Mohamedanen. Overal in zijn rijk liet F hij moskeeën bouwen en onderdrukte de christenen zooveel mogelijk. Dit is tenslotte zgn ondergang ge--weien genau. worden, 't Christelgk rijk kon geen m* Mohamedaansche vorst als keizer AKKER S 0R dulden. Zijn overgang tot *t Mohame- mmm m||if|i|||||| paj werd beschouwd a,s KLOOSTcRDALSEM 't Gevolg was, dat de Abuna hem Geert goud ZOO goed" "SS van den troon vervallen verklaarde - en in zij» plaats weed nu Zauduti tot keizerin gekroond, terwijl Ras Rneomatlek, spit en pijnlijke spieren Tafari tot regent werd uitgeroepen. Maar zoo heel eenvoudig was dat Schroefdoos 35 ct. Potten: 62V2 ct. en ƒ1.04 niet, want Jassoe had ook nog z'n aanhangers. BON voor Inzenden in open couvert. Na 'n strijd van vijf jaar gelukte GRATIS als drukwerk (V/2 ct.) aan 't Ras Tafari den verstooten keizer MONSTER Handelmij.L.I.Akker,R'dam gevangen te nemen en hem weg te voeren naar 'n sterke burcht in 'n woest bergland, afgesloten van 't jn 1893 zegde hij 't verdrag op en... wereldgebeuren, dood voor z'n vroe- - gere onderdanen, die slechts fluiste rend over hem durven spreken. RAS TAFARI. Deze Ras Tafari, de vroegere re gent van keizerin Zauduti, is de tegenwoordige keizer van Abessynië, die er ongewild in geslaagd is de be langstelling van de heele wereld tot zich te trekken. Hij is de zoon van RasMakonnen, gouverneur van Harrar, die de ver trouweling was van keizer Menelik en naam had gemaakt in slag bij Adoea. Veel had hg voor de bescha ving van z'n land gedaan en 'twerd gevoeld als 'n harde slag dat hij reeds op 41-jarigen leeftijd stierf. Zijn werk zou door zijn zoon worden overge nomen en voortgezet. Ras Tafari had de westersche be schaving leeren kennen en waar- deeren en beschouwt 't als z'n levens taak deze naar zijn land en volk over te brengen. Hij zag in, dat daartoe 'n nauwer contact met de beschaafde landen 'n eerste vereischte was en verkreeg dit in 1923 door z'n lidmaatschap van den Volkenbond. Reeds tijdens zijn regentschap was zijn macht zoo groot, dat in werke lijkheid alle daden van hem uitgin gen en Zauditu alleen in naam re geerde. Bij haar dood verwierf hij dan ook de opperheerschappij over Abessyuië en voerde den titil: Keizer Haile Selassie I Negus Negusti. EERSTE BOTSING. Evenals 't Duitsche rijk bleef Italië tot 1881 in de koloniale politiek op den achtergrond, 't Had genoeg te doen in eigen land, waar de pas ge stichte staat alle krachten noodig had. Eerst in 't binnenland is nationale eenheid, dan pas kon men, z'n krach ten geven aan expansie. Koning Hum- bert I, die van 1878—1900 in Italië regeerde, droomde van een' machti gen staat. Italië moest 'n groote mogendheid worden en daarvoor wa ren op de eerste plaats kolonieën noodig. Frankrgk en Engeland hadden hun slag al geslagen en zich op de be langrijkste punten genesteld, de rijkste koloniën in beslag genomen. Er bleef in N.-Afrika voor Italië niet veel meer over. Als vergoeding voor Tunis, dat verloren was gegaan, richtte 't zijn oog op Abessynië. Menelik II aanvaardde in 1881 't Italiaansche protectoraat, maar reeds verloochend. Toen kwam zijn be rouw. Ik bid God in den hemel dat Hij je de hoovaardigheid moge vergeven, en jij het berouw moge ontvangen, zooals Petrus dat mocht. Want niet ons trof je met de hoogmoed, je beleedigt er onzen Hemelschen Vader mee, Die ons heeft aangesteld als je opvoeders, van welke taak wij ons steeds naar beste weten gekweten hebben. Je weet nu hoe ik er over denk. Onder deze omstandigheden had je dat geld niet moeten zenden, jongen. Al zijn je broer en vader boer, wij hebben onze eer en trots. Ik heb dan ook dat papiertje naar die firma teruggezonden. Op zulk geld, bedekking voor je zondige gedachten, geeft God geen zegen." Wat is dat Ga je de centen terug sturen snibte vrouw Ver hoeven. Ja zeker, ja zeker, dat geld neem ik niet aan. Is het je in je hoofd geslagen? Het kan beter van een stad als van 'n dorp... Dat wil ik niet verstaan Vrouw, jij hebt een willetje, maar ik heb er ook een. Dat geld gaat terug. Al waren hier geen maskers... toch zou men ze zich kunnen indenken als de verpersoonlijking van Heb zucht en Ziele Adel. Is er iets treuriger, dan een zoon, die zijn Vader, een man, die zijn broeder verloochent Al staat hij wat hooger op die maatschappelijke ladder de ziel moet met den geest meeklimmen. Twee onzichtbare sub stanties, die gescheiden staan ziel geest. Schooner is het de ziel te verheffen, want ééns zal die naakt staan, ontdaan van conventiefranje, de oorlog brak uit! De Abessijnen waren barbaren, die de nieuwe methode van oorlog voeren nog niet kenden; er zou weinig voor noodig zijn om die wilde horden, zonder eenheid, uiteen te slaan, zoo redeneerde Italië. Niets zou echter meer tegen vallen dan dat! 't Italiaansche leger zou voor over machten komen te staan, waar niet op berekend was en zou niet alleen te strijden hebben tegen menschen, maar ook tegen 'n ongewoon klimaat, waar tenslotte niet tegen te strijden valt. 't Kwam in een land, waar 't geheel onbekend was. 'n Land met uitge strekte dorre zandwoestijnenen hooge granieten bergketens, kaal endoodsch, met oerwouden ondoordringbaar, met lieflijke dalen, levendig groen, maar waar 't echter in iedere struik een vijand moest zien, die gold voor tien. De tocht ging voorspoedig in het voorjaar 1895. Vele plaatsen in Tigre werden bezet. Alles ging naar wensch en reeds jubelde Italië, zeker van een goed einde. Toen kwam de eerste tegenstan der waar niet mee te strijden valt. De regen't Regende van den mor gen tot den avond en van den avond tot den morgen. De regentijd was aangebroken De grond werd vochtig, moerassig 't Leger bleef steken in de slrjkerige wegen en de opmarsch werd noodge dwongen gestaakt. Italië wachtte vergeefs op gunstige berichten.... Maar de vijand rustte niet. De regentijd stelde hem in staat zich voor te bereiden op den bloedigen slag, die komen zou. De eenheid, die de eeuwen niet hadden kunnen brengen, bracht wel de vijand, die de grenzen geschonden had en 't Noorden van 't rijk was binnen ge drongen. Rassenstrijd werd vergeten en ze gevoelden zich één, waar 't ging om hun recht en de bescherming van hun land. Eén oproep van Menelik tot z'n volk en 'n leger van honderdduizend man was op de been, allen bezield met 'n vaderlandsliefde, waarvoor ze sterven wilden, met 'n haat, waardoor ze wonderen van kracht zouden toonen. Geen moderne wapens zouden tegen hun krachten weerstand kunnen bieden. Moderne wapens in moderne landen, hier regeerde 't zwaard. Alle voorop gestelde keurig uitgewerkte ver- afgerukt het sierlijk drog kleed, waar mede de mensch haar zoo gaarne tot.tot in alle hoekjes doorzicht baar voor ^slechts Dien Eene, die geen ladder tot klimmen naar maat- schappelijken roem, als hoogste deugd erkent. Slechts stijgen door waar heid, liefde, reinheid. De ontvangdag ten huize „Duive- cate" was een succes. Auto's, vigi lantes, coupétjes, waren af en aan door de oprijlaan gegaan... de haute volè van Veldhoven en de buurt schap was opgekomen. Oude grappige menschjes, door Kitty met ingehouden pret becritiseerd, adellijke families, waarbij haar hartje sneller klopte, heertjes met ouder wetsche gekleede jassen, uitgestreken gezichten, bewust van hun deftig gedoe, dat ze met de gelegenheids- kleeding, aantrekkenWeer ont braken de familieleden.. waar de Amsterdamsche familie Verhoeven zich tevoren wel wat ongerust over had gemaakt. Je kon nooit weten... die vrouw van Jan, bijvoorbeeld, Lena heette ze, geloot ik, was een bij-de-handje... daarbij, dat soort menschen... kon een aanstaand ge parenteerd zijn met de van Beers, wel eens naar de bol slaan I Mevrouw Verhoeven had in dien geest zich tegenover haar dochter- kens uitgesproken..Ze vergat haar eigen aspiraties Bij het zenden van de verlovings kaarten had Jan gevraagd Zeg, Kit, schat, heb je dan heelemaal geen Ooms of Tantes of dergelijke nuttige dingen Sorry, daer, geen sterveling in deze wijde, wijde wereld.... Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1935 | | pagina 7