Aspirin Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. De strijd van de spoorwegen. Den weg terug Buitenland. Binnenland. Provinciaal Nieuws Zaterdag 7 December 1935 Zes en vijftigste Jaargang No 49 Onze Karnemelk en Karnemelkspap een heerlijken voortref felijk voedsel voor jong en oud. Coöp. Zuivelfabriek „VENRAY" PEEL EN MAAS ADVERTENTIEPRIJS: 1 tot8 regels 60 ct. I Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY I ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct. reductie Telefoon 51 Giro 150652 Buiten Venray p. kwartaal 75 ct. Afz. nummers 5 cent. Voor het pasteuriseeren, het koelen, de betrachte hygiene enz. betaalt U bij afname van onze producten niets. Coöp. Zuivelfabriek „VENRAY" per regel 71/» ct. Bij contract groote Er wordt voldoende geschreven over de belangenstrijd tusschen de verschillende transportmiddelen, zoo dat ieder wel bekend is met de argumenten van de verschillende partijen. De bijdrijfsautohouders willen „den weg vrij", de spoorwegen willen de lasten, die zij hebben te dragen boven de andere vervoerders, afgewenteld zien, met name de hoo- gere arbeidsloonen ten gevolge van streng wettelijk geregelden arbeids tijd, en de schippers willen vrijheid en aanleg van kanalen op kosten van het rijk om zoo goedkoop moge lijk te kunnen vervoeren. Wat men echter niet vaak ver neemt, dat is het nut van de onder linge concurrentie op dit gebied. Men kan er zeker van zijn, dat de spoorwegen lang niet dit comfort en deze snelheden en verkeersdicht heid zouden bereiken van thans, wanneer zij daartoe niet gedwongen werden door de scherpe concurren tie der auto's. Niet alleen in ons land is dit het geval, maar vrijwel over de geheele wereld en zeker in alle West-Euro. peesche landen. Men ziet daarbij de snelle opeen volging van steeds meer verbeterin gen en versnellingen, waarbij de Dieselmotor een belangrijke rol speelt. Meer en meer komen de spoor wegen tot het inzicht, dat zij het stopverkeer en het verkeer op zij lijnen slechts kunnen behouden door het inleggen van korte, snelloopen- de treinen, die vooral geen nadeel ondervinden van het herhaaldelijk stoppen. De Dieseltrein, die slechts uit enkele, keurig ingerichte wagons bestaat, en die met maximum snel heid tot bijna op het station rijdt, om na het stoppen weer in zeer korten tijd diezelfde snelheid te be- x'eiken, begint veel meer overeen- eenkomst met een auto te krijgen dan met een eigenlijken trein van het begin van deze eeuw. Deze kleine eenheden, die met stoomlocomotieven feitelijk niet kon den worden bediend wegens de zeer hooge exploitatiekosten en den lan goren duur van het verkeer, zullen thans allerwegen moet worden in gevoerd. Wat het vrachtverkeer betreft, heeft de z.g. container een grootè toekomst. Dat zijn groote ijzeren kasten, waarvan 3 of 4 op een on derstel van een goederenwagen kun nen worden geplaatst. Men laadt de goederen op de sta tions of in de ontvangplaatsen in de containers. Is de ontvangplaats niet aan een spoorwegstation gelegen, dan kan de container op een auto naar het dichtsbijgelegen station worden gebracht. Daar wordt de container met een klein kraantje op het goederenplatform gezet, ge heel mechanisch, hetgeen zelfs bij een personentrein met kort opont houd mogelijk is en naar zijn be stemming verder vervoerd. Op dezelfde wijze kunnen op di verse kleine stations de voor die stations of omgeving bestemde con tainers van het goederenplatform worden afgelicht, terwijl de trein even stopt en na het vertrek van den trein worden geopend, waarbij de inhoud van de containers verder per auto wordt gedistribueerd. Vooral bij regelmatig terugkee- rende dagelgksche transporten geeft dit alles een enorme besparing aan tijd en kosten en kunnen de spoor wegen geheel concurreeren met de autodiensten door de goederen van huis aan huis af te leveren. Dit zijn slechts enkele voorbeel den van hetgeen in verschillende landen op het oogenblik op groote schaal geschiedt. Ook in ons land doet men min of meer aan die vernieuwing mede, ofschoon wij in dit opzie iet volstrekt niet aan de spits staan. Integendeel in vergelijking met andere landen dient ons spoorwegvervoer, wat deze moderniseering betreft, nog heel wat te verbeteren. Bij een dergelijke wijze van ex ploitatie der spoorwegen is echter snelle en voortdurende verbetering en vernieuwing van het aanwezig rollende materiaal een noodzakelijk heid. De tijd, dat locomotieven en v.-agens van eerbiedwaardige leef tijden rustig dienst konden doen, is voorbg. Dit maakt echter het finan. cieele probleem voor de spoorwegen buitengewoon moeilijk. Doordat men vroeger 't aanwezige materiaal zoo lang in dienst kon houden was het mogelijk, de aan- schaffingskosten geleidelijk te amor. tLseeren. Thans dient de amortisatie veel en veel sneller te geschieden. Indien al onze spoorwegen, wat rollend materieel voor het passagiersver voer betreft, op het peil werden ge bracht van de Dieseltreinen en de treinen op het traject Rotterdam Hoek van Holland, dan zou een flink deel van de Nederlandsche industrie voor eenige jaren werk hebben en dan zou het personen vervoer op de spoorwegen ongetwij feld toenemen. De concurrentievraag is dus geen yraag van recht of billijkheid, maar een financieele questie, afschrijving van het in het oude en verouderde materiaal gestoken kapitaal en snelle afschrijving van het nieuwe materieel. Korte treinen, die snel op elkaar volgen. En. misschien... niettegen staande dit alles permanente ver liezen. De decennia voor den grooten oor log had men een trek naar de stad het was het uitvloeisel van het feit, dat men in concentratie van krachten en van kapitaal den weg zag naar rijkdom en materieel geluk. De gedachte aan een zoo groot mogelijke winst beheerschte ieders streven en al het andere werd naar de tweede plaats teruggedrukt. Hierin is geleidelijk verandering gekomen. Opvoeding, studie, sociale wetten stuwden de niet-kapitaalkrachtige massa naar boven en het overwicht van het kapitaal is aan het tanen. Daarbg voegde zich nog iets anders Richtte de trek zich vroeger naar de stad, zooals hierboven in het licht gesteld, nu deed zich het omgekeerde voor. De moderne vervoermiddelen maakten het mogelijk om vér van het werkcentrum te gaan wonen en door deze neiging werd de invloed van de stad geringer. De krachten, v/elke vroeger drongen in de richting van het zooveel mogelijk samen klonteren van de massa in enkele centra, werken nu middelpuntvliedend en verspreiden de menschen weer over een grootere oppervlakte. Hierdoor is tevens een einde ge maakt, misschien slechts voor korten tijd, aan de macht van het kapitaal, terwijl deze macht zich meer en meer gaat verleggen naar de ver schillende groepen van bedrijfs- genooten. Deze beweging is nog maar aan het begin, doch de richtlijnen hieromtrent teekenen zich steeds meer af. De vroegere zeer machtige en invloedrijke concerns reikten tot ver over de eigen grenzenzij zagen slechts concurreerende vreemde be langengroepen tegenover zich en vergaten, dat er nog Staten waren, die niet bestonden uit naamlooze vennootschappen, doch uit anders denkende, op bepaalde wijze staat kundig gegroepeerde inwoners. Deze groote commercieele en industrieele machtsgroepen bestreden elkander of zochten toenadering, maar hielden geen rekening met de staatkundige grenzen. Zij bouwden een mooiklinkend stel sel van internationalisme op, maar hier was het geen echt internatio nalisme het was slechts op speciale wijze georganiseerd bedrijfsegoïsme, dat zich van holle leuzen bediende, om den enkeling zand in de oogen te strooien. Het egoïstische internationalisme is in elkander gestort tijdens en na den grooten oorlog. De macht van het groot-kapitaal, hoe sterk ove rigens nog, is aan het tanen en be- vindt zich op den weg terug. Men moet zoeken naar een beter, gezonder internationalisme, doch men kan dit alleen vinden na het maken van schoonschip in eigen huis. Wat oogenschijnlijk een afzakking lijkt naar het vroegere benepen en verarmende nationalisme, moet juist worden gezien als een noodzakelijke interne saneering teneinde een veel beter en juister internationale samenleving op te bouwen. Wij bemerken een schijnbare achteruitgang, die echter noodzakelijk is om vlugger vooruit te kunnen gaan. Het zwaartepunt is zich steeds aan het verplaatsen, want het heeft nog geen gevonden. Het lag in de tijden van den algemeene vrijhandel bij dien handeldaarna meende men, dat het bij de industrie moest liggeD en men zag een industrieele uitbouw, welke toch ongezond bleek te zijn. Nu wordt ook de industrie aan banden gelegd en het ziet er naar uit, dat het ruspunt zal worden ge vonden bij den georganiseerden middenstand, niet meer bij de enke lingen of bij groepen van enkelingen. Hoe meer het samenklonteren in enkele steden plaats gaat maken voor spreiding, hoe meer ook de groot-industrie zich moet beijveren om de verspreide bevolking op doelmatige wijze te kunnen bereiken. Een verspreide bevolking kan slechts gediend en bediend worden door een verspreide middenstand en daarom ziet men dien stand sterk in de op komst. Doch ook de invloed van dezen middenstand is aan het veranderen. In de concentratie-tijd, toen kapitaal en industrie zich in enkele centra begonnen op te hoopen, konden ook de groot-middenstandsbedrijven flo- reeren. Men werd aangewezen op de stad en in die stad op de groot warenhuizen. Het leek, of de onafhankelijke middenstander aan het pauperise eren was. Hierin is verandering gekomen. De spreiding der menschen leidt tot spreiding der middenstanders sprei ding der middenstanders leidt verder tot het in belang dalen van de groote stad en tot de opkomst van het platteland. Dit lijkt een weg terug, wat het echter niet is. Wij gaan naar een nieuwe zakelijke samenleving en al hoewel de lijnen van die samenleving nog slechts flauw zijn afgeteekend, mag men al duidelijk concludeeren, dat de middenstand daarbij een veel belangrijker rol zal spelen dan vroeger voor hem was weggelegd. DE ALGEMEENE TOESTAND. MOEILIJKHEDEN MET OLIE EMBARGO. Verschillende landen hlijken huive rig te zijn om mee te doen aan een olie-embargo tegen Italië. Daaronder zijn in de eerste plaats eenige olie produceerende landen, welke blijkbaar bevreesd zijn om een behoorlijk afzetgebied voor de toekomst kwijt te raken en een zoet winstje voor het heden te verliezen. Roemenië b.v. liet weten, dat het mee zou doen aan een olie-embargo, mits volstrekt alle staten, ook de niet-leden van den Volkenbond aan het embargo zouden deelnemen. Dat is op zich zelf al uitgeloten. De Canadeesche regeering heeft de houding van haar permanenten ver tegenwoordiger te Genève gedesavou eerd, blijkbaar óók met het doel om de handen vrij te maken of te houden ten aanzien van olie-levering aan Italië. En zelfs de minister van buit. zaken der Ver. Staten is op zijn vroeger krachtig standpunt inzake een verbod van levering van olie en benzine aan oorlogvoerende landen teruggekomen in den vorm Van een „nadere toelichting." Deze toelichting is in wezen niets anders dan een terugkrabbelen. Hij erkende thans, geenerlei eischen aan de olie-produ centen te kunnen stellen. In sommige kringen wordt beweerd, dat Ickes, zoo heet de minister, zou gehandeld hebben onder den onmid- dellijken druk der olie-producenten. We veronderstellen, dat Mussolini's dreigementen het hunne ook wel zullen hebben bijgedragen. HET EMBARGO VERIJDELD Mogen we de berichten uit Kome gelooven en ze klinken erg ver zekerd dan zijn de Italianen er zelfs reeds in geslaagd om een embargo op olie en benzine te ver ijdelen. De Italiaansche regeering en de „Societa Italo-Americana der Per- toleo" een dochter-maatschappij van de „Standard Oil Company of New Jersey" hebben namelijk een gentle- men-agreement gesloten, op grond waarvan deze maatschappij zich bereid verklaart, na afkondiging van een olie-embargo tegen Italië, dit land alle hoeveelheden petroleum, die het verlangt, te leveren. Zij krijgt daarvoor van de Italiaan sche regeering voor dertig jaar een monopolie op de Italiaans che markt. HET KABINET-LAVAL. HET WORSTELT OM HET BESTAAN. De lang-verwachte debatten over de z.g. strijdhonden zijn Dinsdag morgen om half elf voor slechts spaarzaam bezette banken begonnen. De regeering was bij den aanvang der zitting vertegenwoordigd door den minister v. binnenlandsche zaken, Paganon. Op de agenda stonden, zooals be kend, een tiental interpellaties over de activiteit der strijdhonden en van het volksfront die respectievelijk van links en rechts zijn ingediend, en twee wetsontwerpen. Het eene regelt het houden van openbare bijeenkomsten en betoogin gen en is naar den rapporteur over deze aangelegenheid, Chauvin, ge noemd. Het tweede wetsontwerp regelt den invoer, de vervaardiging en het bezit van wapens. De regeering is blijkens den inhoud der beide wetsontwerpen slechts bereid om tegen alle uitwassen, zoo als straatterreur, van links of rechts komende, op te treden. Het Volks front echter wil alleen optreden tegen de Croise de Feu, de Vuur- kruisen, die een fascistischen grond slag hebben. Dat bleek b.v. nog eens uit de rede van den communist Ramette, die verklaarde, dat hg het nutteloos achtte de beide wetsontwerpen goed te keuren, om een einde aan de activiteit der liga's te maken. Het rapport-Chauvin achtte hij gevaarlijk, daar het even goed tegen dt linksche arbeidersorganisaties kon worden aangewend. De communist besloot met de be wering, dat de meerderheid van het Fransche volk achter het volksfront stond. Het kabinet-Laval moest daar om verdwijnen. DE RADICAAL-SOCIALISTEN BEMIDDELEN. Na de schorsing van de namiddag zitting der kamer hield de radicaal- socialistische kamergroep een bijeen komst, waarop Rucart aan de aanwezigen den tekst voorlegde van een motie, waardoor een einde werd gemaakt aan de debatten over de liga's en welke als volgt luidde ,De kamer, vastbesloten slechts een regeering te steunen, die besloten is de republikeinsche instellingen met kracht te verdedigen en de openbare orde te verzekeren, gaat over tot de orde van den dag." Deze motie was evenwel on aan nemelijk voor de radicaal-socialis tische ministers, wijl zij geen votum. van vertrouwen jegens de regeering inhield. Na tusschenkomst van Herriot ging de radicaal-socialistische groep hierop uiteen, zonder zich uit te spreken over de voor de regeering onaannemelijke motie. Kif, du ziek met ingang van t Jan. a.$. op ,,Pcei en WfLuU»'' auówteeien, óntvanqen de tót dien datum iteiscki^neH- de nummers qeatti AMBULANCE NAAR ABESSYNIë. GOEDE VOORNEMENS. WE MOETEN CONCURREEREN! BELAGING VAN DE KATHO. LIEKEN. Met het vertrek van een Ned. Ambulance naar het oorlogsterrein in Abessynië ter verzachting van de gevolgen van het barbarisme, dat het brengen van „beschaving" door Italië in dat land oplevert, toont ons volk zich van zijn beste zijde. Eindelijk zal er een re- geeringsmaatregel komen tot hulp van de kleine middenstanders. Verder is in den maak een maat regel tot beperking van mechani satie in de sigarenindustrie en tegen de vestiging van vreemde lingen als zelfstandige nering doenden. Onze industrie moet kunnen concurreeren op de wereldmarkt, zegt minister Gelissen De groote vraag is, of dat kan zonder een Japansch loonpeil. Ons geboortecijfer daaltMoge dat voor de regeering een 'aan leiding zijn, om eindelijk eens een andere politiek te gaan voeren ten opzichte van het groote gezin. Een uitlating in Volk en Va derland, die iets zegt over de houding van Mussert ten opzichte van de Katholieken. Het communisme is in 't Zuiden ONZE AMBULANCE NAAR ABESSYNIë. Niet zoodra was de menschontee. rende veroveringsoorlog van Italië tegen Abessynië 'een feit geworden, of ons Ned. Roode Kruis deed een beroep op het volk, om steun tot uitzending van een ambulance naar het oorlogsterrein, om daar mee te helpen tot leniging van het name loos wee van de arme slachtoffers van den oorlog, ongeacht tot welke natie, welk ras of welken godsdienst deze ook behooren. Deze daad van ware naastenliefde siert ons volk en we mogen er ook trotsch op zijn, dat deze ambulance den naam van Nederland gaat hoog houden op het gebied, waarin onze kleine natie zich immer groot heeft gehouden. Met een roerende plechtigheid, waarbij H.K-H. Prinses Juliana van haar belangstelling blijk gaf en waarbij zij de verheven beteekenis van deze daad van naastenliefde schetste, hebben de dappere mannen der ambulance afscheid genomen en zij kunnen zich ervan verzekerd houden, dat het geheele Nederland sche volk hen met hartelijke belang stelling volgt naar hun verheven arbeid. De wensch van onze Prinses, dat de ambulance spoedig zal kunnen terugkeeren, is zeker ook de wensch van het heele volk, omdat daarin de bede besloten ligt tot een spoedige beëindiging van de schandelijke moordpartij in Abessynië. HULP AAN KLEINE MIDDENSTANDERS. Eindelgk daagt er ook van Re. geeringswege hulp voor de kleine middenstanders. Voor velen komt die hulp al te laat, wat niet wegneemt, dat we nog van harte toejuichen alles wat op dit terrein zal worden gedaan. In zijn memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer op het verslag inzake de begrooting van Handel, Nijverheid en Scheepvaart zegt de Minister, dat hij een regeling heeft ontworpen om hulp te brengen aan middenstanders, speciaal kleine mid denstanders. Wat hiermee bedoeld wordt De Minister drukt het aldus uit De kleinste onder de onderne mers, die zich veelal door hard werken een bescheiden bestaan verwerven, maar wier financieele draagkracht menigmaal voor die van werknemers onderdoet, niet opgewassen is tegen de bg zonde re moeilijkheden, waarvoor zg zich onder de tegenwoordige omstan digheden geplaatst zien. Maar excellentie, als nu maar de noodige spoed wordt betracht. van zijn grondstoffen, de voortdurende en zorgvul dige analyse tijdens het fabricatie-proces door eersteklas deskundigen, garanderen een product van naam. Het product van vertrouwen. Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ets. Bij ons wordt alles zoo geweldig lang overwogen NOG MEER GOEDE VOORNEMENS. Minister Gelissen houdt van aan pakken. Daarvan getuigt o.m. ook zijn voornemen, om te ver gaande mechanisatie in de industrie tegen te gaan. Een ontwerp van wet om dit te bewerkstelligen in de sigaren-indus trie zal weldra in openbare behan deling komen. Ditzelfde is het geval met een ontwerp van wet tot regeling van het zelfstandig uitoefenen van be roepen en bedrijven door vreemde lingen. Speciaal de overweging, dat immigranten, die hier niet langer in loondienst kunnen werk zaam zijn, zich meer en meer zelfstandig vestigen, maakt een regeling ter zake urgent. CONCURREEREN Minister Gelissen zegt in boven genoemde Memorie van Antwoord in een paar woorden nog zeer be langrijke dingen. Hij is 't er mee eens, dat zijn taak voornamelijk zal bestaan in't nemen van maatregelen tot behoud en verruiming van werkgelegenheid. Onze industrie, zoo gaat hg voort, kan echter niet uitsluitend voor de binnenlandsche markt werkenwe moeten blijven exporteeren en daar toe zal de Ned. industrie op den duur in staat moeten zijn, om op de wereldmarkt te kunnen concur reeren. Dat is een geweldige waarheid De vraag is maarhoe ver reikt dat en hoe moet dat mogelgk worden gemaakt Natuurlijk door aanpassing, zal de regeering zeggen. Aanpassing van de loonen, want daarop zoekt de regeering het in hoofdzaak bij haar personeel. Maar als 't daarheen moet, dan zullen we pas op de wereldmarkt volledig kunnen con curreeren, als we de loonen aange past hebben aan die van Java en Japan Van welvaart is dan geen sprake meer, zelfs niet van een bescheiden menschwaardig bestaan. Men ziet, hoe ontzettend moeilijk deze zaak is. En dat het gemakkelijker is, een oplossing aan te geven, dan ze in practijk te brengen. DALEND GEBOORTECIJFER. Ons bevolkings-overschot daalt. In het tijdperk van 19301934 is ons bevolkingscijfer gestegen met 450.000 is ongeveer 110.000 per jaar. Het laatste jaar, genomen van Augustus tot Augustus, bedraagt de toename slechts 87.000. Gevolg van dalende welvaart Of ook gedeeltelijk door ondermgning van den religieuzen grondslag in het volksleven Zou deze geboorte-teruggang voor onze regeering ook niet een aanwij zing moeten vormen, dat haar politiek die uit financieele overwegingen de groote gezinnen veel en veel te veel belast, radicaal verkeerd is Nu is de goede religieuze grond slag nog in ons volk aauwezig, maar hij zal ondermijnd worden door een verkeerde politiek ten opzichte van de kroostrijke gezinnen. En wanneer het eenmaal zoo ver is, dan is een nationaal gevaar door financieele offers niet meer af te wenden, gelijk o.a. Frankrijk ons duidelijk leert, dat bezig is een volk van grijsaards te worden. DE ENORME WERKLOOSHEID. De cijfers over de werkloosheid in ons land vertoonen een ontstellend beeld zonder eenig perspectief. In één maand is het aantal met 15000 gestegen van 366.000 tot 381.936. En lang niet alle werkzoekenden staan bij de arbeidsbemiddeling ingeschre ven MUSSERT EN DE KATHOLIEKEN. Onder den dubbelen, instemmenden kop„En ander geluid" en „Tegen vermenging van kerk en politiek" drukt „Volk en Vaderland" volgend fraais af „Van de hand van dr. C. Ohie- müller, den bekenden secretaris van den Evangelischen Bond te Berlijn, verscheen ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van dezen bond een brochure „Politischer Katholizismus" waarin de auteur beschrijft hoe de Evangelische Bond zich nu 50 jaar verzet heeft tegen het vormen van kerkelijke politieke partijen, daar de Bond deze vermenging van geloof en politiek onjuist acht, en hoe dankbaar de bond is dat het Derde Rijk nu dezen strgd zijnerzijds be aamt en mede in naam van 't posi tieve Christendom het politieke Katholicisme verworpen en vernietigd heeft." De Evangelische Bond te Berlijn was steeds een der grootste vijanden van de Katholieken. Zooiets als onze (on) Evangelische Maatschappij En deze wordt nu door Mussert als getuige ingeroepen voor het goed recht van Duitschland's schandelgke politiek tegen de Kath. Kerk, waarop we in ons Buitenlandsche Overzicht wezen. En dat optreden heet dan te ge schieden in 't belang van het posi tieve Christendom De Katholieke volgelingen van Mussert worden wel voor heete pro blemen gesteld. Hun algemeen leider vindt zulk „positief Christendom", dat in werkelijkheid een plat heiden dom is, blijkbaar best 'T COMMUNISME IN 'T ZUIDEN. „LASTIG KNOK KEN MET MIJNHEER PAS TOOR Tusschen al het gebral en gescheld in de Communistische „Tribune" komt eens een verstandig woordje voor. „Jaap uit het Zuiden" begint een betoog over de communistische ach- terlijkhéid van Limburg en Brabant aldus „Wij moeten vaststellen, dat de provincie's Limburg en Brabant de zwakste plekken van de partij zijn en algemeen wordt aangenomen dat de oorzaken hiervan zijn dat het geloof hier een groote rol speelt en dat er vooreerst nog wel -n tijdje overheen zal gaan, voor en aleer de partij vasten grond onder de voeten krijgt. Oppermachtig is hier mijnheer pastoor en het is niet mogelgk daar tegen te knokken". Zelfs het knokken met leugen en laster, zooals de Communisten ge woon zijn (en als een deugd be schouwen heeft daar geen vat. Men zal het volgens Jaap eens anders moeten probeeren en zorgen... de godsdienstige gevoelens niet te kwetsen. Als men eenmaal baas is, zal men dan de schade wel inhalen Het Zuiden zal dezen snuiter dankbaar zijn voor deze onthulling. Een gewaarschuwd man geldt voor twee. Het is tusschen hier weer dezelfde methode als de S.D.A.P. vóór jaren beproefde. Die begon ook met laster praatjes op Katholieke geestelijken enz., maar kreeg den bonsdaarop werd het ook eens beproefd met camouflage, men hield zijn anticleri- calisme wat bedekt... Gelukkig was het Zuiden ook toen gewaarschuwd en liet zich niet begoochelen. VENRAY. 7 Dec. 1935 AANBESTEDING VRACHTWERK GASFABRIEK. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter kennis van be langhebbenden, dat zij VRIJDAG 13 DECEMBER a.s. des voormiddags 11 uur ten Raadhuize zullen aanbe steden het vrachtwerkte verrichten voor het bedrijf der Gasfabriek ge durende 1936. Gezegelde inschrijvingsbiljetten onder^opschrift „Inschrijving vracht- werk Gasfabriek" worden ingewacht uiterlijk Vrijdag 13 December a.s. des voormiddags 11 uur ten Ge meentehuize. Om 11 uur zullen de biljetten ia

Peel en Maas | 1935 | | pagina 1