TWirani BLAD VAN PEEL EN MAAS Qeld Jan. FEUILLETON. Spreekwoorden. Binnenland. Zaterdag 28 April 1934 Vijf en vijftigste Jaargang No 17 Het noodlot van de wegen. In den ouden tijd vertelden de boomen sprookjes. Zij hadden het over leven en liefde; zij spraken over de meisjes, die onder hun kro nen voor 't eerst Faust hadden ontmoetzij verklapten de hartsge heimen van de jongelieden die ge duldig hadden gewacht op hun aangebedeneen ook van andere dingen praatten zij van vorsten, die waren voorbijgegaan, van vor stinnen, die in hun sehaduw hadden geluisterd naar den zang der nach tegalen, van feeën, die in den mane schijn rondedansen uitvoerden rond hun stammen. Tegenwoordig vertellen de boomen bloedige geschiedenissen. Soms luister ik er Daar. Tusschen Zundert en Nijmegen, langs Breda, Tilburg en 's Hertogenbosch, tusschen Val- kenswaard en de Brabantsche hoofd stad langs Eindhoven hoorde ik in mijn jeugd stemmen van het verleden. De oude heirbanen wisten frag menten te vertellen uit de episodes van Napoleon, boeiende episodes uit het bewegelijke leven van Willem den Zwijger, kleurrijke historiën van de Bourgondische vorsten, die met hun voeten langs deze banen naar het Noorden zijn gereisd. En thans Thans laten de boomen hun won den zien. Elke wonde in hun bast is een klein of een groot drama, een drama der snelheid. Er staan eiken, die Napoleon hebben gezien en beuken, die zijn troepen hebben beschermd tegen de brandende hitte. Zij dragen nu lit- teekens van een halven meter, van een meter en meer. Elk litteeken zegt, dat een mensch het pleit tegen hun kracht heeft verloren. Zij staan onverwrikt. De mensch, die er tegenaanbotste. ligt ergeDS op een kerkhof of draagt een zware kneuzing mee op zijn levensweg. De boeren van de dorpen langs de baan kennen de geschiedenis. Tegen dezen boom is de dokter doodgereden, zeggen ze. Tegen dien boom is een pater doodgereden. Daarginds tegen den beuk zijn twee Amsterdammers doodgereden. En een dorp verder staat een eik, waar tegen een heel huishouden den dood vond. Er volgen bijzonderheden, want de Brabantsche boer let goed op, wauneer een ongeluk gebeurd is. Hij weet precies hoever delichaams deelen verspreid lagen, Hij weet ook, hoe dronken de bestuurder van den omgeslagen en verpletterden wagen was. En waar het feest ge vierd was, dat eindigde met de doodelijke botsing. Aan de zijde van de akkers zijn de boombasten ongerept. Aan dien kant vindt ge nauwelijks een gekerfde letter, een gekerfd hartje. Geen enkele wonde. De eg en de ploeg wonden niet. Zelfs de melkkar, de hooikar, de mestkar wonden niet. Wonden doet enkel de mensch die een machine in zijn handen maar niet in zijn macht heeft. 't Zijn droevige geschiedenissen, die onze boomen vertellen I Wat een haast, wat een haast in dezen tijd, zeggen zij. En waarom 's Ochtends in de vroegte jagen de wagens voorbij, alsof de dag niet lang genoeg is. Onlengs gebeurde het, dat een wagen vol ochtendbladen ai vóór zonsopgang met berijder en al in de binnenlanden van Brabant over den gladden weg tuimelde en zijn inhoud met verhalen over andere auto-ongelukken uitstortte. Dan komen de marktkooplieden, de han delsreizigers, de inspecteurs. Haast, haast 1 De vrachtwagens, waarvan Een plattelandsgoschiedenis yan de Belg,-Limbgrens. 10 Doch beiden wandelden hun weg op, zonder zich aan iemand of iets te storen. Thuisgekomen werden snel de besle kleederen afgelegd. Jan ging de dienstboden op 't veld nakijken en de huisvrouw nam toezicht over het gepolter der meiden. Op kasten, schoorsteenen en rekken veegde zij over vazen, beelden, schilderijen en kwam tot besluit dat een dikke laag stof de antikiteiten ontsierde. Alles moest bij haar blinken als een spiegel. Van huis uitwas zij gewoon alles netjes in orde te hebben. Maar zij wist bij ondervinding dat de Belgen in zindelijkheid van haar landgenooten veel te leeren hadden. Op Hollandsche koeslallen was het vaak veel reiner dan in veel boerenwoningen hier te lande. Zij beval dat het koperwerk, de tin nen schotels, hel heel keukenge- rief 's avonds na hel eten moest gepoetst worden. Vrouwenhanden mochten nooit stil staan. er vele al een halven nacht gerold hebben, rennen naar de grensstreken. Dat is het noodlot van de Brabant sche wegen een deel der automo bilisten jaagt en jakkert om tijdig bij de tolkantoren te zijn, een ander deel om niet te moeten wachten bij een pont over een van de greote rivieren. In den namiddag suist elke wagen, die met een G of een H gemerkt is, zoo snel mogelijk van Zuid naar Noord of omgekeerd, De P-wagens verraden bijna steeds het Limburgsch temperament van hun bestuurders. En de Belgische automobielen Och, laat ons vriendelijk blijven tegenover onze buren die hun vreugde over de volmaaktheid van onze Rijkswegen willen toonen met eigen levensgevaar. Haast, haast en vaak om niets. Allen zijn aangetast door de haastbaccil. Sommigen rijden in dien men deze beweging zoo noemen mag pardoes deor afsluitboomen van spoorbanen heen. Anderen vegen medemenschen van straat of fietspad. De boomen moeten zich schamen over onze onmenschelijke gehaastheid. Let eens op de gezichten van de bestuurders Het gevaarlijkste type is de woeste rijder, die een knuppel van een sigaar tusschen de tanden geklemd houdt. De pijprooker is minder gevaarlijk. Voor den bestuur der, die zijn stuur loslaat om een sigaret aan te steken, moet ge ver op zij gaan zijn aard is bloeddorstig. Maar ook de wijsgeer met peinzende oogen bedreigt uw leven hij is de man, die zich telkens vergist en gas pedaal met rempedaal verwart. De vrouw aan het stuur is lang gehoond durft gij dat nog doen Een vrouw is nooit zoo brutaal als een manzij heeft bovendien als vrouw het recht ergens te laat te komen zij zal in moeilijke oogen- blikken niet de behoefte gevoelen een bravourstuk uit te halen. Er zijn gezichten, die verraden, dat hun eigenaar veel beter achter een toonbank dan achter een stuur wiel tot zijn recht komen zal. En vinnige, die wel in een gevangenis of dergelijke inrichting maar niet bij een vehikel met een motor van 30 en meer paardekrachten behooren. Wat zouden er minder boomen geschonden worden, indien iedereen na zijn rijvaardigheidsproef ook een karakteiproef en een fatsoenproef af te leggen kreeg... Wij zijn nu met onze haast zóó ver in het automobielmisbruik ge vorderd, dat elke dag reekseh offers brengt. Men noemt hen slachtoffers, maar heel vaak zijn deze rijd- en haastoffers niets anders dan zelf moordenaars. De machine is duizenden de baas. En het ongeluk is dat de machine dit niet laat merken voordat het te laat is. Een paard waarschuwt. Een paard werpt den berijder af. Gij kunt mij niet baas, wèg er mee 1 zegt het. Het paard herhaaltgij leert het niet, gij leert het niet. De motor met zijn dertig, veertig paardekrachten waarschuwt enkel den schuchteren gebruiker. Hij slaat af, wanneer de gasaanvoer te gering is. Hij moedigt de dom men en de brutalen aanhoe méér gas, hoe sneller zijn gang. Geef gas en hij laat u voortsuizen over den weg nog méér gas en hij zal dansen als een aap, totdat de wagen zich om een van de oude boomen kiemt. In onze binnenlanden vindt ge nog menschen, die gaan kunnen. Veel boeren en boerinnen. Ook be woners van kloosters en abdijen. Zij weten wat wandelen zonder haast is. Nu en dan komen zij langs de boomen van den grooten weg. Zij tellen de wonden, de litteekens. Dan weten zij genoeg. Elke week komen er bij. Zij maakte heel wat opmerkin gen, nam zich zooveel huisveran deringen voor, dat het de meiden kriegelig om 't lijf werd. Gelukkig kwam er afleiding in dit akelig vervelend gezeur. De suikeroom kwam kuchend goeden morgen zeggen en vernemen hoe 't jonge nichtje het maakte. Dit was wel gedaan. En weer begon haar losse tong te roeren over haar nieuwe vorderingen, over het gedane onderzoek, over pan netjes. en keteltjes, over de slor dige meiden. In een huishouden moet op alles gelet worden, d'r mag geen kruimel van tafel verloren gaan, was het amen van haar lang oremus, dat oom best beviel. Daar steekt het hem juist in 't bijeenhouden kind. Een cent moet men tien keer in de vingers ronddraaien eer men hem laat rollen. Zoo denk ik er ook over, maar dit is de meeste lui en bij zonder het dienstvolk niet in te prenten. Intusschen kwam Jan uit het veld terug, verwelkomde den goeden nonkel. Zij moesten beiden maar wat de kamer ingaan, ter wijl zij voor het middageten zorgde. Oom vond hel uitstekend en verzocht na gedaan werk hem wat gezelschap te houden. Hij hoorde haar zoo gaarne praten, i Jan werd door oom Dorus ge Is 't wonder dat de feeëa gevlucht zijn Zouden zij ooit terugkeeren? Misschien, misschien. Maar dan zullen de menschen eerst moeten leeren, volkomen meester te worden over de machine en de boomen langs de heirbanen wederom met rust te laten... Als in een bliksemlicht Wanneer in den zomer een onweer opkomt, krijgt de lucht een donker dreigend aanzien. Als een pikzwarte nacht, waarin geen sterreschittering te zien is, zoo kan een noodweer over een landstreek hangen. En als dan plotseling een haastig bliksem licht uitschiet en een lichtende kron- kelstreep trekt over het uitspansel, zien we, enkele oogenblikken maar, heel helder de omgeving of het wijde landschap voor ons. Zoo kunnen soms frappante ge zegden. scherpe uitdrukkingen, mooie gedachten een dieperen doorkijk geven op het leven- en wereldge beuren roniom ons. Zoo lazen we dezer dagen de volgende uitspraak van een eenvoudigen politieman, in een onzer grootste zuidelijke steden, bij gelegenheid van een kermis al daar „Nog één jaar crisis, en we komen door de kermisdrukte niet meer heen M.a.w. hoe erger de crisis en de malaise toenemen, hoe meer ook het uiterlijke, wereldsche genot en plezier en uitgaansleven toenemen een verschijnsel, dat werkelijk op meer plaatsen geconstateerd wordt. Wat is de diepere oorzaak daar van Dat de menschen niet meer de goede karakterhouding weten aan te nemen tegenover de veelsoortige kruisen en moeilijkbeden en weder waardigheden, waar zij tegenover staan. Dit tijdsbeeld is hetzelfde als van een huisvader, wiens zaken slecht gaan en die dan zijn tegenspoed gaat verdrinken in de herberg. In de plaats dat de tegenspoed hem staalt, zijn activiteit en energie prikkelen, in de plaats dat hij gods lienstiger gaat worden en in een verhoogd christelijk offerleven de eenige kracht zoekt, welke hem nog redden kan en die hem de ware levensvreugde ook in de miseries van het leven, kan blijven schenken, drijft de vreugdeloosheid hem tot uitspattin gen wat natuurlijk niets anders is dan den duivel door.... den duivel uitdrijven. Zóó bezien is het werken voor meer christelijke levensernst, voor een inperking van het walgelijke, wereldsche publieke genotsleven óók zuiver economisch gesproken, een absolute noodzakelijkheid. En blijkt dat andere diepe woord van den Zaligmaker weer eens te meer waar; „Zoek eerst het Rijk Gods en Zijne gerechtigheid en al het andere zal U worden toegeworpen". „Omdat men om het eeuwig leven niets meer geeft, geeft men ook niets meer om het (aardsche, natuurlijke) leven" zoo lazen we onlangs in een artikel van Dr. Jos. de Boer, met speciale toepassing bedoeld op de buwelijkszonde. Het een hangt met het andere samen. Het aardsche, natuurlijke men scheoleven krijgt pas volle waarde en beteekenis door het hemelsche, bovennatuurlijke leven en wanneer meD in zijn berekeningen alleen een aardsche, wereldsche maatstaf aan legt, dan kijkt men niet aan gene zijde van het graf, dan schakelt men God en Zijne geboden uit zijne plannen uit dan viert de lage zelfzucht hoogtij en het is gedaan met de onsterfelijke kinderzielen. Den hemel bevolken wat kan luk gewenscht. Beter keuze kon hij nooit gedaan hebben. D'r zat werk, overleg en spaarzaamheid in. Jan's oogen straalden van dar tele blijheid. Ook de eigen pastoor kwam nu kennis maken met de nieuwe parochiaan. Een bittertje werd gedronken, een sigaar opgestoken op de gezondheid en het geluk van de twee jonge vereenigde levens. Toen de dorpsherder onder wat opgewekt gekout zijn druppeltje opslurpte, beierde de kerkklok twaalf uur. Zijn tijd wasgekomen Jan wilde nog eens inschenken, maar de geestelijke weigerde. Het was goed geweest. Hij klopte de jonge vrouw op de schouders Kind, veel geluk en tot later. Goeden dag samen. Dag, heer pastoor. Nu ijlde de vrouw naar het haardvuur, onldekselde een paar ketels, proefde met den potlepel aan de ziedende soep, slak dan met een vork in de rookende aardappelen. Knechts en meiden kwamen zonder roepen binnen. Hel klok gelui en hun hongerige magen zeiden hun dat er thans gelepeld en gevorkt moest worden, Jan vroeg inlichtingen over het ver richte werk en schreef hun voor wat er 's namiddags moest ver richt worden. De meiden kwamen van den stal, stelden het etensgerief ter hun dat schelen en..., men ontvolkt de aarde. Men wil niet meer met God samenwerken die toch de onsterfelijke zielen schept welke heerlijke samenwerking I en alle schoon menschenwerk wordt ook vernietigd. Wanneer men den band met de bovennatuur doorsnijdt, moet tenslotte ook de natuur reddeloos verloren gaan. Het christelijke groote gezin is natuurlijke en bovennatuurlijke vruchtbaarheid. Gezin, maatschappij en Kerk vinden daar hun gezond voortbestaan. Is een Nederlandsch fascisme bestaanbaar? Een poosje geleden schreven we, dat het ons toescheen, dat de was dom van het Nederlandsche fascisme, zooals zich dat openbaart in N.S.B. af Fascistenbonden, tot staan was gekomen. Wanneer we als onze meening uitspreken, dat het Nederlandsche fascisme reeds over haar hoogtepunt heen is, dan zeggen we dat toch waarlijk niet om den een of ander te ergeren dat zou toch waarlijk te kinderachtig zijn maar om naar eerlijke overtuiging een antwoord te zoeken op een vraag, welke bijna iedereen interesseert en voor de maatschappij van groot belang is. We respecteeren volkomen ook de zienswijze van de menschen, die ons gevoelen, voor wat de beantwoor ding der vraag betreft, niet deelen, maar toch willen we er op wijzen, dat naar onze meening de feiten in de afgeloopen maanden ons oordeel hebben bevestigd dan afbreuk gedaan. In den Alg. Fascistenbond zit geen groei meer. De kopstukken van die partij meenden, dat het 'm zat inde opperleiding en daarom werd Baars van zijn taak ontheven en Baars op zijn beurt was er van overtuigd, dat de partij niet militant genoeg optrad en daarom stichtte bij een nieuwe fascistische fractie, welke haar begin selen met de knuppel-methode zal trachten te verbreiden. Ir. Mussert hield in Volk en Vader land een oratio pro domo om te verklaren, hoe het komt, dat ook de N.S.B. niet meer groeit als de spreek woordelijke kool. Dat zat 'm in de regeerings-vervolging van fascistische ambtenaren en in het Vasienmande- ment van de Nederlandsche bisschop pen. Maar.... het verlies was nu bijna weer ingehaald. We kunnen bovendien bij voort during constateeren, dat voor fascis tische bijeenkomsten steeds geringer belangstelling wordt betoond. Een enkelen keer, wanneer hier of daar op een herrie-vergadering wordt ge rekend, mag een zaal al eens volloopen, meestal gaat een protesteerende drie kwart menigte dan vóór het einde heen. Wij voor ons, we gelooven niet aan een toekomst van een Neder landsch fascisme, tenzij deze bewe ging dooreen hernieuwde economische inzinking den chaos als bondgenoot zou meekrijgen. Als we nu voorts een antwoord moeten geven op de vraag, waarom het Nederlandsche fascisme blijkbaar zal falen, dan constateeren we aller eerst, dat het fascisme, geboren uit de gesteldheid van de economische conjunctuur, voor ons land, waar de fascistische invloed nog niet zoo overwegend was, aan belangstelling inboette, doordat veler aandacht werd getrokken door de overweging, hoe ze zouden kunnen profiteeren van de langzame, maar onmiskenbare economische opleving. De wanhoops- stemming maakte geleidelijk plaats tafel, schepten op. Boer en boerin tafelden in de kamer. Onder weinig gepraat, veel bla- zens, werd de soep bij veel tus schen poozen ter kele gejaagd. Ze leek aangebrand en te weinig gezouten. Aardappelen kwamen dampend ter tafel, die met wal ajuinsaus opgestoofd waren. Trien keek naar een pannetje met wat vleesch maar bespeurde nergens iets. Pier smeet met drif tige hand zijn eetgetuig neer. De anderen rinkelden op hun borden. Die meent wel dat we in den vasten leven merkte Ties op. Best mogelijk, zei Trien. Schrale jammer gaat hier voor goed beginnen 1 Doch als wij geen vleesch krijgen, dan verdom ik heden een steek te werken. Laat ons maar met eten en arbeiden staken I Zoe gezegd, zoo gedaan I Met vorken en lepels werd er fel op borden en tafel geslagen 't ls hier een magere proviand, op hand o jerimimi, o jerimimi zong Ties op eens luid. O jerimimi, o jerimimi, zon gen de anderen in refrein. Wat is hier gaande riep driftig de bazin. Wij wachten op vleesch 1 donderde Pier. Gij zult er ook wel voor een dag zonder kunnen, sprak de jonge voor berekenende overwegingen. In het bijzonder echter heeft de jongste geschiedenis van het fascisme in het buitenland ons afgeschrikt. We gelooven niet meer aan de mogelijkheid van een speciaal Neder landsch fascisme, dat ons werd voor gespiegeld, omdat de fascistische propagandisten wel voelden, dat een volstrekte dictatuur en willekeurige beknotting van de geestelijke vrij heid met onzen volksaard in strijd zou wezen. Het Duitsche fascisme zou anders wezen dan het Italiaan- sche, maar de methoden van wille keur en onderdrukking zijn niet anders en niet beter gebleken dan de Itali- aansche. En danOostenrijk 1 Oos tenrijk zou een zéér bijzonder soort fascisme te zien geven. Een corpora tieve maatschappij zou er worden opgebouwd naar de beginselen van Quadragesimo Anno 1 De verschil lende belangenorganisaties zouden hun eigen zaakjes te bedisselen krijgen in zelf gekozen raden. De persoonlijke en geestelijke vrijheid zou er worden gegarandeerd. Jawel 1 Dollfuss heeft het misschien heel goed en schoon bedoeld, maar de dictatuur en de fascistische beginse len drijven nu eeomaal naar nood lottige consequenties. Fascisme kan niet bestaan zonder geweldmethoden, zonder aantasting van de persoon lijke en geestelijke vrijheid. Politiek worden de Oostenrijkers tot een éénheidsorganisatie samengedrongen en in de vakbeweging dito. In. Duitschland zien we, hoe zelfs het kerkelijk leven aanpolitiek-fascistische banden wordt vastgelegd. We hebben het vertrouwen in de mogelijkheid van een speciaal Neder landsch fascisme verloren en daarmee is voor de massa voor goed elke aantrekkelijkheid van het fascisme in het algemeen, vergaan Wat alles bijeen echter niet weg neemt, dat het fascisme ook ten onzent haar invloed heeft laten gelden en dat nog doet. Voor onze staats structuur kan het fascisme later blijken van een te loven beteekenis te zijn geweest. Met onze democratie en vlotte vrijheidszin zijn sinds jaar en dag voortgehold, op het hellend vlak des tijds en de vaart werd zoo angstwekkend, dat een catastrophe niet ware uitgebleven, wanneer de remmen niet tijdig waren aangezet. Dat zulks gebeurde, danken we in zekeren zin aan het fascisme. Door bezinning komt de democratie thans tot rede. Origineele aanvullingen. Spreekwoorden en zegswijzen vormen een kostbaar stuk van onzen taalschat. Het onderwijs dient de jeudige Nederlanders ook aan dien rijkdom deelachtig te doen worden. Maar de jeugdige Nederlanders zijn niet allen even goedleersch. Het komt voor, dat ze beter het voetbal film- en Schlagerjargon kennen dan wat vernuftige voorvaderen voor hen verzonnen. In het Onderwijsverslag over 1931 klaagt de Inspecteur te Arnhem erover, dat op de lagere scholen de spreekwoorden over 't algemeen slecht werden gekend. Die klacht wordt echter getemperd door de mededeeliog, dat er ook vinding rijken waren, die zelf den spreek- woordenschat aanvulden. De Iaspecteur hield zijn onderzoek namelijk zóó, dat hij de eerste helft van spreekwoorden op het bord schreef en den kinderen om de aan vulling vroeg. De volgende Dieuwe vondsten kwamen daarbij o.m. voor den dag Een kat in den zak... is niet op zijn gemak. Met den hoed in de hand... staat de bedelaar aan den kant. Waai liefde woont... is haat onttroond. Wat gij niet wilt, dat li ge schiedt... doet ook een ander veel verdriet. Wie een kuil graaft voor een ander... is niet erg schrander. Wie de schoen past.., zet ze niet in de kast. Op groote voet... geeft trage spoed. Op groote voet... stappen. Op groote voet... is nimmer goed. Hij knijpt de kat... en wordt gekrabd, (meisjes). Hij knijpt de kat... in de staart (jongens) Al is de leugen nog zoo snel... je gaat er soms voor naar de hel. Ons dunkt, dat de uitvinders van zulke oorspronkelijke aanvullingen nog beter cijfer verdienden dan degenen, die precies wisten, welke wijsheden vroeger werden uitgedacht. Zij beschamen de eens door een autoriteit geleverde uitspraak, dat we een fantasieloos volk zijn geworden. vrouw. Zoo zijn we het niet gewoon. En als wij geen vleesch krijgen, dan ziet ge maar naar ander volk uit, dreigde Pier, die vuurrood van woede werd. Zoo zij meende dat ze op »'n smoutbiegel«, wat aardappelen en flauwe soep kon den werken, dan was haar naam van den eersten dag gemaakt. Van heftige woorden, van lee- lijke verwijten kwam het tol daden. Met een zwierenden zwaaienden arm smeet Pier de borden op den grond rinkelend stuk en wilde hij Jan en de vrouw te lijve, die snel de deur voor zijn neus toesmeten en grendelden. Met vuisten sloe- §en en beukten nu de dienatmei- en en knechten op de deur, ver- wenschten de saamgekoppelde twee, dansten, sprongen en zon gen door de breede keuken. En als ze hijgend met hun lawaai ophielden, riepen ze Nog heden vertrekken wij. Zingend trok nu het verbitterde volk de straat op, vertellend zijn wedervaren aan allen, die het wilden hooren verder ging het herberg in, herberg uit. Intusschen kwamen de jonge gehuwden samen aan 'l preutelen en aan 't kijven. Lisebeth wilde niet toegeven. Dat was nergens dat het dienstvolk 's morgens en 'smiddags vleesch kreeg. De loonen waren zoo al hoog genoeg. En men mag de lui zeker niet ver wennen. AU zij over het huishou ÏHQBZOHDEEr IfEDBDEEUHSE* PIJN IN DE GEWRICHTEN. Gewrichtspijnen worden veroor zaakt door urinezuur dat zich heeft kunnen afzetten in de gewrichten tengevolge van onvoldoende zuivering van het bloed door verzwakte werking der daarvoor zorg dragende organen. Verkeeren deze organen in gezonden toestand, dan wordt het urinezuur geregeld met de urine uit het lichaam afgevoerd. Zijn zij verzwakt, dan raakt het bloed overzadigd ermede, het urinezuur kristalliseert en zet zich af in de spieren, gewrichten eDZ. De scherpe kanten der kristallen veroor zaken de ondragelijke pijnen, waaraan rheumatiek patiënten Jijden. Meer dan ooit is het in zulke ge vallen noodzakelijk de oorzaak van het kwaad weg te nemen. Tijdelijke verlichting mag aangenaam zijn, doch de pijn herhaalt zich daarna slechts erger. Door echter de afvoerorganen tot gezonde werking te brengen, wordt het urinezuur ook geregeld afgevoerd, en hiervoor kunt gij niets beters gebruiken dan het_middel.dat reeds jarenlang zijn deugdelijkheid bewezen heeft en waarvan duizenden verklaarden, dat het hun uitstekend geholpen heeftFoster's Rugpijn Nieren P.llen. Deze werken uitsluitend op de bovengenoemde organen, zij doen slechts één ding, doch doen dit dan ook uitermate goed. Neem nog heden een proef en ook gij zult overtuigd worden van de uitstekende hoedanighedeu van dit probate mid del. 50 Verkrijgbaar bij apothekers en drogisten a f 1.— f 1 75 en f 3.— per doos, omzetbelasting-inbegrepen. Let vooral op den juisten naam. Bollenzondag. Het rapport- Abrahams. Naar algemeene steunverlaging. Colijn verde digt geen uitbreiding van den Zondag-verkoop. Vereenvou digde spelling, Licht in het drama van de bosschen te Put- broek. den niet meester was, dan trok zij onmiddellijk de grens over. D'r woonden heel wat beter ar beidskrachten. Dit dreigement pijnigde Jan ge- weldig, die 't gebeurde erg be treurde en schrik had voor het opgewonden volkje, dat tot alles in staat was. Haar kon het nietschelen, maar zoo'n bocht, zoo'n schoeiies in het huis wilde zij volstrekt niet meer. En toen eenige uren later de half bedronken dienstboden alles kwamen verzakken en verpakken, verborg zich de jonge vrouw in een kleerkast. Jan wilde het volk overreden. Doch tevergeefs. Overal en beter dan hier waren brood en loon te vinden, klonk hun laatste afscheidswoord. Jan bleef alleen en zuchtte, boven hoorde hij zijn jonge vrouw razen en tieren. III. ZIJN OOM. Het vertrek van het dienstvolk baarde groot opzien in het dorp en ruzie in het huis van Geldjan, waardoor de lachend blauwe hu- welijkshemel verduisterde. Voor den Loer was het vertrek der dienstboden uiterst pijnlijk. Zijn levensideaal lag nu op een maal in scherven. Wat gedaan hoe verder gehuisd en geboerd Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1934 | | pagina 5