Tweede Blad Tan „PIEL BET MAAS Zaterdag 3 Februari 1934 n vijftigste Jaargang No 5 ff Het ontstaan der Kath. Staatspartij. FEUILLETON. De ondergang der Bokruiters. Belastingontduikers De nieuwkoop van de Hengsten- associatie I. In 1789 brak de Fransche revolu tie uit, die in dit land. waar de macht geheel en al berustte in de handen der hoogere standen, op bloedige wijze het volk aan de macht bracht, zonder dat dit van langen duur was. Immers, al spoedig ge raakte de regeering weer in handen van enkelen, tot Napoleon het volk, dat zijn koning vermoord had, zelfs een keizer gaf. Engeland en Nederland werden al spoedig met de jonge republiek in strijd gewikkeld en in 1795 slaag de de Franschen er reeds in de Nederlanden te veroveren, daarbij zeker profiteerend van de revolutio naire gezindheid bij vele Nederlan ders. De toenmaals regeerende stad houder Willem V vluchtte 18 Jan. naar het bevriende Engeland. In de nu volgende jaren tot 1814 maakte Nederland practisch een pro vincie uit van de Fransche republiek. De beginselen der Fransche revolu tionairen, die spreken van vrijheid, gelijkheid en broederschap van alle menschen. waren edel en aanlokke lijk en al werd er in den regel wel niet naar gehandeld, toch brachten ze een nieuwen geest onder het volk en deden ze de Nederlanden kennis maken met algemeen kiesrecht en volksvertegenwoordiging. Toen dan ook in 1814 na Napo- leocsval onder groote vreugde de zoon van Willem V in ons land werd teruggehaald en er sprake was van de toekomstige regeeringsvorm was het duidelijk, dat deze niet weer alle rechten onder Fransch bewind genoten, kon terugnemen. Met de oude toestand vóór de Fransche revolutie, toen de regeering in handen was van enkele aanzien lijke families was voorgoed afge- gedaan en een nieuw bewind moest geschapen worden, steunend op de vrijheden door de Fransche revolutie verkondigd. 30 Nov. 1814 landde Willem te Scheveningen. Hij kwam als opvol ger van zijn vader, Willem V. Hij kwam echter niet als Willem VI, maar als Willem I, als souverein vorst volgens den wensch van het volk. Door deze tl'el werd wel dui delijk de kloof met het verleden aangegeven. Willem begreep zijn tijd, want bij de aanvaarding der koninklijke macht merkte hij nadrukkelijk op: „Ik aanvaard wat Nederland mij aanbiedt, maar ik aanvaard het ook alléén onder waarborging eener eigen grondwet, welke uwe vrijheid tegen volgende mogelijke misbruiken ver zekert." Zóó kwam Nederland zonder geweld aan een regeeringsvorm waar bij meer rekening gehouden werd met de rechten der burgers. Het had hier geen bloedvergieten gekost en de lange ontwikkeling in de toekomst zal ook zonder grooten strijd ver- loopen. Óm de rechten van de burgers te bevestigen, draagt Willem I aan een commissie van 14 onder leiding van Van Hogendorp, de samenstelling op van één wet, die de grondslag moest vormen van alle andere wetten otwel de grondwet. Uit dit historische overzicht hebben we dus gezien wat de grondwet bedoeld te zijntegenover de macht van den koning een korte aamen- vatting van de rechten en plichten der burgers, waaraan óók de koning onderworpen is. Uit de grondwet Een zonderlinge Historie. Naar het Duitsch. 26 Wel, dat moei immers een ziels- goede man wezen, die geen viieg kwaad zal doen. Hoewel, hij ging toch ook veel om met Til en Carsten.r En herinner je niet meer je gesprek met Tils knecht over die witvisch en de scheerling vroeg Festenrath. De chirurg heeft den kleinen Merlens opium toegediend; hij had den armen knaap noodig voor zijn hokuspokus, liet hem de geesten bezweren en vergiftigde hem, toen ik den knaap leerde kennen; want hij vreesde, dat George uit de school zou klappen. Dan zou het de duivel in eigen persoon zijn I riep Peter hoofdschuddend uit. Zooiets zou ik nooit van den man hebben kunnen denken en er zullen maar heel weinig menschen zijn, die het willen gelooven. Dat vrees ik ook hernam de kapitein. En toch is hij worden alle andere wetten afgeleid. De grondwet maakt daarom de regeeringsvorm van een laod uit en om die te veranderen moeten we dus de grondwet wijzigen. Gaan we nu deze eerste grondwet eens na en ook de anderen die haar volgen om te zien hoe de verhou ding koniog volk zich ontwikkeld heeft en hoe telkens de macht van den koning inkromp ten bate van de macht van het volk. Het volk was met deze eerste grondwet zeer tevreden. Was ze dan ook zoo royaal voor de burgers? Naar onzen smaak allerminst, maar hier speelde de vreugde over de verlossing uit de slavernij van Napoleon een voorname rol. Wat zijn nu de voornaamste punten van de eerste grondwet De macht van den koning is zéér groot. Hij heeft de uitvoerende macht en de A. Wetgevende macht deelt hij met de volksvertegenwoordiging Deze bestaat uit één kamer van 55 leden voor 3 jaar gekozen niet door de burgers maar door de Prov. Staten. Die kamer kon wetten voorstellen (initiatief), aannemen of verwerpen nietwijzigen (amendement). De zittingen ziin niet openbaar. We zien hoe gering de macht van het volk was. Dit blijkt uit drie punten. Ie. het geringe aantal volksver tegenwoordigers. 2e niet rechtstreeksch door het volk gekozen. 3e. niet openbaar. B. De ministers waren géén ver antwoording schuldig aan de Kamer, en alleen dienaren van den koning. „C. De begrooting werd door de kamer goedgekeurd.. Dit had echter ni;t veel te beteekenen, omdat het grootste deel der begrooting voor ééns en altijd werd vastgesteld, alleen bijzondere posten werden elk jaar bepaald. D. Het bestuur over de koloniën berust geheel alleen bij den koning. Wanneer we deze bepalingen ver gelijken met den toestand van heden dan zien we dat de democratische idee nog heel ver te zoeken is. Nederland heette van nu af een constitutioneele monarchie te bezitten d.w.z. dat de monarch zich bij eede verplichtte, zich te houden aan een grondwet. Nu leven we nog onder een c.m. Hoe rekbaar dit begrip is zien we overduidelijk. (republiek aristoc. dem.) (monarchie absoluut constitut.) De Nederlanden waren zeer tevre den over deze grondwet en verlang den niets beters. Toch heeft ze geen laog leven gehad en den stoot naar de hervorming is niet op de eerste plaats van Nederland, doch van België uitgegaan. In 1815 hebben de Groote Mogend heden, die na Napoleons val de toe standen in Europa weer trachten te regelen, België met Nederland ver- eenigd. Daartoe werden enkele wij zigingen in de Grondwet aangebracht die van weinig belang zijn. Of deze vereeniging een gelukkige zet was van de hooge beeren, is een kwestie die zich later zelf heeft op gelost in negatieve richting. De volksaard van beide volkeren is zeer verschillend en werd verscherpt eenerzijdsch door het verschil in Godsdienst, anderzijdsch door de strijd in België tusscben Vlamingen en Walen. Lang heeft de verbinding dan ook niet geduurd, de opstand van 1831 maakte er een einde aan. De Belgen waren de eerste, die onder Koning Willem, zich tegen de Grondwet begonnen te verzetten. Willem had dan ook een eigenaar dig idpe van een c.m. De werkzaam- het, die aan alles schuld heeft! Hij heeft ze allemaal verleid I Maar wat kunnen we doen Er bleef niets anders over, dan den chirurg zorgvuldig te laten bewaken, hem dan volgens den vorm aan te klagen en dé ver klaringen van de gevangen bok ruiters af te wachten. Iedere onverstandige, onberaden slap kon bij zulk een doortrapt man gevaarlijk worden. Hij begaf zich dus naar den overste en verklaarde, dat Kirchhoff de leider der bende was, legde hem in korte woorden uit, hoe hij op zijn verdenking was gekomen en verzocht hem den chirurg en diens woning nauwkeurig te laten bewaken. Een geluk, dat de oude heer zulk een onvoorwaardelijk ver trouwen in den kapitein stelde, anders zou hij waarschijnlijk ook in staat zijn geweest, het hoofd te schudden en te verklaren, dat een man van eer niet in zijn rust gestoord mocht worden. Drie dragonders vatten post voor Kirchhoff's huisdeur. Festenrath verzocht Peter even eens een oogje op het huis te houden. Toen reed hij met den overste de stad binnen, ten einde Bokelmann en de overige rechter lijke en politieambtenaren te wekken en hun mede te deelen, dat niet bij Meersen, maar op een uur afstand van Hertogenrade een groot deel van de bokruiters heid en wilskracht van den koniog waren buitengewoon groot zelf wilde hij alles tot in de kleinste bijzonderheden regelen, maar hield daarbij eigenzinnig vast aan eigen meening en inzicht. In zijn ministers zag bij dienaren, en het gevolg was, dat bekwame mannen, die zich als werktuig te goed achten, ontslag kregen of oamen. Het spreekt van zelf, dat de ontevredenheid over een of andere wet zich dus alléén tegen den koning richfte, die zich niet achter zijn ministers veischuilen kon. Belangrijke zaken regelde hij geheel en al buiten de kamer om enkel bij Koninklijk Besluit, zoodat zijn regeering wel eens betiteld wordt als de besluiten-regeering. De Nederlanders vonden dit zoo als gezegd wel goed, maar bij de Belgen ontwaakte het verzet, geleid door de liberale partij. Deze partij, welks ideën zooveel invloed gehad hebben en nog hebben, hoewel het aantal actieva liberalen zoo gering is, vormden toen de revolutionaire massa. Steunende op de idee's van de Fransche revolutie, verlangde zij de vrijheid (liberté) des volks en ook de vrijheid van den persoon. Het is interessant om te zien, boe in de politiek de partijen van karak ter veranderen. Liberale partij, toen de revolutionairen, nu de aarts conservatieven. Zoo is het gegaan met de socialisten en zal het met nog meerdeien gaan. Het komt om dat ze hun tijd niet begrijpen en langzamerhand verstijven. Dat dit de Staatspartij niet overkomen zal moet ons werk zija. De liberalen zijn in deze tijden degenen geweest, die de voorvech ter? waren voor de democratische idee en als zoodanig in haar ver dienste niet gering. Daarnaast is echter haar verkeerde invloed niet te overzien. Haar idee's van onbe perkte vrijheid voor ieder, zijn waar schijnlijk de grootste schuld aan de huidige crisis, die vooral te danken is aan de overmatige productie, ont staan, doordat ieder alléén voor zich zelf trachtte te zorgen, zonder aan de gemeenschap te denken. Lijnrecht hiertegenover wil het fascisme, het nationalisme staan, dat gemeenschapzin en tucht eischt maar reeds tientallen jaren staat hiertegen over de R K. Staatspartij, steunend op het gezag van den Paus (1864) en op de algemeen christelijke be ginselen, die geen absolute vrijheid maar verstandige beperking opleg gen. De liberalen dan verlangden meer invloed van de kamer op de regee ring, vooral op wetgeving en finan ciën. Dat ze den koning voorloopig het niet al te lastig maakten, was het gevolg van diens anti-dericale politiek. Toen ze echter merkten, dat hij over een concordaat met R. dachr, ontwikkelden zij een krachtige acliviteit tegen Willem en met andere oorzaken kwam hier de opstand van 1831 uit voort, die eindigde met de onafhankelijkheid van België. Nu de strijd met de Belgen van de baan was. kreeg Willem e;hter te doen met de Nederlanders. Aan vankelijk heftig verontwaardigd over de eischen der Belgische liberalen, begonnen echter langzamerhand die idee's ook hier door te dringen en werd ook in Nederland een liberale partij gesticht onder den grooten, onpartijdigea Torbecke, hoogleeraar te Leiden. Door de liberale actie gedwongen diende Willem in 1840 een nieuwe wijziging op Je grondwet io, die trouwens noodig was wegens de afscheiding van België. Maar groot was de teleurstelling, toen bleek, dat zij voornamelijk veranderingen in hielden, die weinig nieuws brachten De liberalen hadden ministerieele verrast en gevangen genomen was. VIII Een beschrijving te geven van de opwinding, die er sedert drie uur in den morgen, toen de zaak langzamerhand ruchtbaar werd, in het stadje heerschte, zou on mogelijk zijn. De ontzetting was algemeen, vooral in de gezinnen van hen, die zelf lot de gevangen bokrui ters behoorden, want de vrouwen en kinderen hadden natuurlijk geen flauw vermoeden gehad om trent de nachtelijke bijeenkomsten van hun respectieve mannen en vaders. Tot Bokelman, die bijna het hoofd was kwijtgeraakt, had Fes tenrath nog niets over Kirchhoff gezegd. Wel echter drong hij aan op een huiszoeking bij Carsten. Met betrekking tot den diefstal bij den rentmeester had dit on derzoek geen resultaat; er werden evenwel een menigte andere ge stolen voorwerpen ontdekt. In de morgenschemering werden nog drie mannen, die getracht hadden de stad binnen te sluipen gevangen genomen er. naar de stadsgevangenis overgebracht, die het aantal gevangenen nauwelijks kon bevallen en waarvoor twaalf dragonders de wacht hielden. Boden te paard waren naar Aken, Maastricht en andere plaat verantwoordelijkheid geëischt. Ze kregen die, maar alleen de strafrech terlijke, niet de staatkundige (30). De rechtstreeksche verkiezing waarom ze gevraagd hadden, bleef eveneens een vrome wensch. Het was nu uit met 'skonings populariteit en heel spoedig werd hem duidelijk, dat het volk hem niet meer wilde. Nog hetzelfde jaar deed hij afstand van den troon, zoodat zijn oudste zoon koning werd. Hij ging naar Berlijn wonen, waar hij in 1843 overleed. Nog even een enkel woord over de ministerieele verantwoordelijkheid Hierin lag het princiep van de volks macht. De ministers zijn de gevol machtigden van den koning, door invloed uit te kunnen oefenen op hen. oefende men dus invloed uit op den koning zelf. Want wanneer men den minister voor een of ander feit ter verantwoording roepen kan, dan roept men feitelijk den koning ter verantwoording die zijn opdracht gever is. Zoo spoedig de ministers verantwoordelijk zijn aan de volks* vertegenwoordiging zal de koning bij hun keuze met de wenschen van het volk rekening moeten houden anders zouden de niet-gewenschte ministers snel weer verdwenen zijn. Dit is dan ook tot 1848 toe het groote strijdpunt gebleven. Dit was de leus der liberalen waarmee ze ten strijde trokken. Het is zonderling, dat de moderne stroomingen weer juist de tegenover gestelde richting ingaan. De natio nalisten eischen „den sterken man" die ongeremd en ongehinderd door ministers of verteginwoordiging zijn gang kan gaan. We komen zoo weer terug tot den tijd van meer dan honderd jaar geleden, we stellen ons vrijwillig weer in een toestand waartegen we honderd jaar gevoch ten hebben. Het liberalisme is zooals zooeven reeds gezegd hier zelf schuld aan. Door het vrijheidsbeginsel tot het uiterste door te voeren heeft het de vrijheid belachelijk gemaakt en doet het de menschen verlangen naar precies het tegenovergestelde... de dwang. Maar de geschiedenis leert ons, dat deze uiterste tegenstelling het ook niet lang houden zal en eindelijk weer tot rust zal komen op den gulden middenweg. Maar zal dit gaan zonder bloed en ellende 1 Laten we dit althans in Neder land probeerea. Daar niet van vrij naar gebonden en dan naar een ge matigde vrijheid. Neen laten we die tweede toestand liever aan anderen overlaten en onze vrijheid op ver standige wijze herzien. Slot volgt. KERNLEIDER. krygen nog een kans. Het aantal personen, dat bij aan gifte van inkomen en vermogen de fiscus misleidt, is grooter dan men denkt. Wie belasting ontduikt, pleegt een strafbaar feit. Hij stelt zich bloot aan een strafvervolging. Het te wei nig gehevene wordt met \erhooging (de bekende viervoudige verhooging) nagevorderd. Wij hebben gevallen meegemaakt, dat het belastingplichtigen duizenden kostte. Tot op beden echter kon men eigener beweging onjuiste aangiften herzien. Men betaalde dan alleen bij hetgeen over de laatste drie belas tingjaren te weinig was gegeven. Een strafvervolging werd door de belas tingadministratie niet uitgelokt. De viervoudige verhooging bleef achter wege. Blijkens een dezer dagen in de pers sen gezonden, om de plaatselijke overheid met het gebeurde op de hoogte te stellen en te vragen om afgevaardigden naar Hertogenrade af te zenden, teneinde het verhoor der gevangenen te leiden. Fesienralh was overal, waar hij zich maar even liet zien, het voorwerp van een bijna angstige eerbied en belangstelling. Men noemde hem nu nog maar alleen bij zijn waren naam. Latere berichten van den luite nant Muller meldden, dat hij nog vier boeren had gevangen geno men, die in het broek verdwaald waren. Bovendien had hij tusschen het kamp en Hertogenrade een grooten, zwaren, pikzwarten bok gevonden, die door een messteek in het hart gedood was. Men kan zich voorstellen met welk een huiverige, schuwe be langstelling de Hertogenraders dezen bok omringden, toen hij op een wagen de stad werd binnen getrokken. Eindelijk moest Festenrath er wel toe overgaan met Bokelmann ook over Kirchhoff te spreken De goede rechter was door de succesvolle onderneming van den kapitein, door de misslagen, die hij zelf begaan had en door het wantrouwen, dat hij in de laatste dagen tegenover den scherpzin- nigen man aan den dag had ge- legd, geheel en al in zijn schulp gekropen en zoo mak als een lam geworden. verschecen mededeeling beeft de Mi nister van Fioanciëa aan de Inspec teurs der belastingen medegedeeld, dat alle aanschrijvingen worden in getrokken. waarbij'aan de Inspec teurs werd opgedragen een tegemoet komende houding aan te nemen te genover personen, die de belasting administratie met de door hen begane ontduikingen van inkomsten- en vermogensbelasting geheel uit eigener beweging in kennis stellen De Minister geeft echter belasting ontduikers nog één kans. Hij, die voor 1 Maart 1934 alsnog uit ge heel eigener beweging aangifte doet van verzwegen inkomen en vermogen, wordt slechts enkelvoudig nagevor derd. Hij krijgt dus geen verhooging. Een strafvervolging wordt niet uitgelokt. Wij meenden goed te doen voren- slaande ter kennis van de lezers te brengen. Niet omdat wij vermoeden, dat de belastingontduikers met name onder de lezers zouden moeten wor den gezocht. De ervaring leerde ons echter, dat vaak belasting ontdoken wordt door hem van wien men zulks niet ver moedt. Zou er slechts een lezer door middel van dit artikel de toegesto ken hand aangrijpen, dan zou on^e moeite niet tevergeefs zijn geweest. Mochten er onder de lezers zijn, die inkomen en vermogen verzwijgen, dan raden wij hen dringend, zeer dringend zelfs, aan hun verhouding tot de fiscus voor 1 Maart a.s. te zuiveren. Denk toch vooral niet, dat de fiscus Uw ontduiking niet op het spoor komt. De controle van de zijde van de belastingadministratie wordt hoe langer hoe scherper. Het is er nu heusch den tijd niet om lang en breed te discusseeren over de vraag, of de kans op ont dekking al of niet groot is. Herstel vóór 1 Maart a.s. Uw fout. Laat er geen gras over groeien. Na 1 Maart a s. is de gelegen heid Uw fout te herstellen onher roepelijk voorbij. Het is tijd om inlichtingen te vragen. G. MUSKENS, Venray. Vergadering Henasten- Associatie Venray, Ilorst, Sevenum en Omstreken. Zondag 28 Januari 1934 had in het Patronaat te Castenray de jaar vergadering plaats van genoemde Associatie, onder leiding van den Onder-Voorzitter, den Heer V. Pyls te Venray. Na opening der vergadering met den Christelijken groet en een woord van welkom aan de aanwezigen, speciaal aan den ZeerEerw. Heer Verheggen, Pastoor te Castenray, herdacht Spreker in welgekozen en pieëteitvolle bewoordingen den overleden Voorzitter, den Heer Jan Poels, wiens laatste werken gewijd was aan de belangen der Associatie en wel bijzonder om de moeilijk heden uit den weg te ruimen in verband met den invoer uit het buitenland van den nieuwen bengst Dompteur Delcourt. Spreker her dacht den Heer Poels als den invoer der van het Belgisch koudbloed type, niet alleen voor Hengsten, maar ook voor Merries en Veulens. Als bijzonderheid deelde de Voor zitter-mede, dat de pas aangekomen hengst Dompteur Delcourt, waar voor de Heer Poels zich zooveel inspanning getroost heeft, nog nooit verslagen is geweest en twee jaar lang de reserve-kampioen is geweest in België, wel een bewijs dat de Hij dreigde uit zijn vel te sprin gen, toen Festenrath hem rustig den chirurg als hoofdman van de bende noemde, boog zich daarna onder den ontzettend zwaren last van vermoedens en aanklachten, die Festenrath opsomde en ween de tenslotte over de slechtheid van de menschen in het algemeen en van Kirchhoff in 't bijzonder. Met betrekking tot dezen laat- sten werd besloten, bij wijze van uitzondering een andere gedrags lijn ie volgen, hem niet direct in hechtenis te nemen, maar hem streng te laten bewaken. Nog had niemand der gevange nen hem ais «meester" aangeduid en waarschijnlijk wisten alleen Carsten, Vliet en Til iets van dit geheim. Daar men kon verwachten, dat hij in den loop van den dag een bezoek zou brengen bij den rent meester vandaag zou immers zijn verloving plaats vinden 1 kwam men overeen, hem rustig zijn gang te laten gaan en hem twee begeleiders, een gerechtsdie naar en Peter Joshem, mee te geven; op dezen laatsten was Fes tenrath absoluut gesteld, als den eenigen vertrouwbaren man, dien hij kende. Gedurende de afwezig heid van Kirchhoff zou zijn wo ning doorzocht worden, want doordat hij tol nog toe zijn woning nog niet had verlaten, kon hij ook nog niets naar elders hebben gebracht. Heer Poels voor de Associatie het beste* zocht en wist te verkrijgen. De leden der Associatie zijn dan ook grooten dank verschuldigd aan hun overleden Voorzitter, en Spreker durft dan ook verwachteD, dat allen de H. Misssen zullen bijwonen, die voor de zielerust van den Over ledene zullen worden opgedragen te Venray, Castenray, Horst en Seve num. Staan le de vergadering werden 5 Onze Vaders en Wees Gegroelen gebid voor de Heer Poels, op wiens graf namens de Associatie een prach tige krans is neergelegd. Hierna kwam in behandeling het accountantsrapport van den Heer Paulussen te Roermond, waaruit wij opteekenen, dat de Associatie telt 192 ledeD, elk met een aandeel van f 50.— De Associatie bezit 2 heng sten. De opbrengst van den gestor ven hengst Audacieu was f 5593.50 terwijl de aankoop van den nieuwen hengst met onkosten bedroeg f 9000. Aan de Boerenleenbank is de Asso ciatie schuldig f 6000. In 1933 werden 133 merries gedekt. De dekgelden werden thans bepaald voor Dompteur Delcourt f 50, en Cavaliet f 15. De voergelden der heogsten werden verhoogd met f 25, wegens de prijsstijging der haver en dus gebracht op f 650 per dier,- per jaar. De gewone subsidie van f 25 voor de kerk van Castenray zal ook thans verleend worden. Als Com missie van Comptabiliteit werden gekozen de beeren PubbeD, Merselo. Hanssen, Ayen, Thielen, Meterik en Haenen te Sevenum. Uit respect voor den overleden Voorzitter, werd op deze vergadering, die zoo kort na diens overlijden ge houden is, nog niet overgegaan tot het kiezen van een nieuwen Voor zitter. Nadat bij de rondvraag enkele huishoudelijke aangelegenheden be handeld waren, sloot de Voorzitter deze vergadering op de gewone wijze. Venray, Horst, Sevenum eo. Venray groeit nog, Venray bloeit nog, Trotseert d orkanen als een.eik Hoe depressie ook moog' klauwen. Hoe z'ook drukt op Limburgs gouwen, Nooit kreunt Venray „ik bezwijk." fa, zoo is het 1 maar dan klemt ook ot middellijk de vraag, hoe 't toch komt, dat deze associatie, gelegen aan den rand van de Peel, in wel standsgraad onbetwist de prima inter paces is in de aanmerkelijk gedunde rij der nationale zustervereenigingen. Er zijn wel streken in ons vader land, wier bodem beter geschikt is voor 't kweeken van 't koudbloed- paard. Wij kennen associaties, wier leden over 't algemeen beschikken over evenveel kennis en ervaring. Direct geven wij toe, dat er voor zitters zijn, wier gedegen kennis, ambitie en leiderstalenten overbekend zijn. Maar... deze gerenommeerde asso ciatie heeft een voorzitter, mao van hoog gezag, die door zijn liefde voor zijn volk een onbeperkt vertrouwen geniet en juist hierdoor een domi- neerenden en beslissenden invloed kan doen gelden. Zietdat is de sleutel van 't geheim. Om acht uur in den morgen verliet de chirurg zijn woning. De gerechtsdienaar Muller en Peter Joshem volgden hem op eenigen afstand. Kirchhoff ging eerst, zooals steeds, naar hel klooster. Daar scheen hij blijkbaar van de nach telijke gebeurtenissen gehoord te hebben, want toen hij weer builen kwam, vroeg hij aan Muller, of dat alles wel waar zou zijn, in het klooster hadden ze hem zulke wonderlijke dingen verteld. Muller naast hem voortloopende vertelde hem, wat hij gehooid had en dat in betrekking tot Festen- ra tlTs deelnemen aan de ontdek king groolendeels zonderling ge noeg klonk. .luist dit gedeelte scheen intus- schen den chirurg het levendigst te inleresseeren. Hij verwonderde zich buitengewoon, hoe zeer die kapitein zoo had kunnen huichelen en merkte listig op,of men iemand die zich zoo' lang voor een ander had uitgegeven, wel onvoorwaar delijk mocht vertrouwen. Daarop gaf de gerechtsdienaar Muller geen antwoord, omdat hij er totaal niets op wist te zeggen en Peter Joshem wierp slechts van tijd tot lijd sombere zijdelingsche blikken op den chirurg, alsof hij wilde te kennen geven: Jou leer ik nu pas goed kennenOverigens deed Kirchoff, alsof hel tiem in 't geheel niet hinderde, dat die bei den voortdurend aan zijn zijde

Peel en Maas | 1934 | | pagina 7