LMIJI FEUILLETON. Van jagers en stroopers. Zaterdag 29 October 1932 Drie en vijftigste Jaargang No. 44 RAPPORT, uitgebracht door eene Commissie uit den Gemeenteraad voor een aan te leggen verharden weg Venray-Merselo-Rïps-Gemert. Aan den Gemeenteraad van VENRAY. Ia Uwe vergadering van 15 December 1930 werd. ria breedvoerige bespreking, besloten eene Commissie van Raadsleden te benoemen, welke commissie zou hebben te onderzoeken en voorbereiden het aanleggen van een verharden verkeersweg tusschen Merselo en de Rips, welke weg eene zeer belangrijke afstandsverkorting beteekent tusschen Venray en Gemert en derhalve ook tusschen Venray en het industriegebied van Noordbrabant, wellicht het belangrijkste van ons geheele land en dus van groot algemeen belang is voor onze gemeente, terwijl daarnaast, die weg ook de gemeente, als eigenares en expïoitante van gronden en bosschen, groote flnantieele voordeden biedt en perspectieven opent, aangezien hij loopen zal door de terreinen, reeds beboscht of daarvoor aangewezen en verder doorsnijdt een groot complex van goed ontgin- bare gemeentegronden, zoodat hij het vervoer van het hout meer ge makkelijk maakt en dus de verkoopbaarheid en prijs grooter en honder den hectaren uitstekende ontginningsgrond ontsluit en dus beter ver koopbaar of verpachtbaar maakt. Tot leden dezer Commissie werden benoemd: de Raadsleden G. H. Houben, toenmaals tevens Wethouder, H. B. Odenhoven. thans tevens Wethouder*, P. M. H'. Pubben, tevens Wethouder en J. C. H. Ver meulen; zij werd geïnstalleerd door den Burgemeester, voor volgende vergaderiogen is de leiding gegeven aan den Heer Houben. Door allerlei omstandigheden, inzonderheid door het groote plan der bekenverbetering, is tot nog toe het plan van den weg naar de Rips eenigszins op den achtergrond gebleven en hebben wij gemeend, met het enlameeren dezer aangelegenheid te moeten wachten. Ook heb ben wij Dog altijd verwacht, dat nu eindelijk eens de Heidemaatschappij met bet groote streekplan zoude zijn gekomen, waartoe haar jaren ge leden opdracht is gegeven en dat volgens Uwen Voorzitter toen reeds, dus twee jaren geleden, in een vergevorderd stadium van voorbereiding verkeerde. Aldus is het gekomen, dat wij twee jaren lang niets van ons hebben deen hoeren. Nu echter de bekenverbetering flink vorder', zoodat het tijd wordt naar andere objecten voor werkverschaffing om te zien, nu bovendien, zooals de Voorzitter van Uwen Raad herhaaldelijk heeft betoogd, er op gerekend moet worden, dat de werkloosheid op schrikbarende wijze zal toenemen en de weikioozenzorg het volgend jaar eDorme offers zal vragen, nu derhalve tóch aan groote uitgaven voor werkloczensteun niet zal zijn te ontkomen en het dan toch altijd veel beter is productief werk te verschaffen en het geldt hier een voor de gemeente in haar geheel toch ontegenzeggelijk uitermate productief werk dan dat de menschen moeten leegloopen, meenden wij niet langer te mogen wach ten met deze zaak eens ernstig onder de oogen te zien. Daarbij komt als zeer belangrijke factor, dat de prijzen van ver hardingsmateriaal momenteel zoo laag zijn, als wellicht de laatste 25 jareu nog niet is voorgekomen, zoodat dus ook de kosten, welke niet als werkloon kunnen worden beschouwd en waarin dus van andere zijde niet of in niet zoo groote mate zal worden bijgedragen, belangrijk lager zullen zijn, dan het geval zoude zijn geweest of zal zijn in tijden van hoc.gere prijsnoteering. Al kan het vrijwel overbodig geacht worden, nog nader de belang rijkheid van dezen weg voor de gemeente Venray te betoogen, nu reeds, gedurende meer dan 10 jaren herhaaldelijk en bij voortduring zoo in als buiten den Raad voor den aanleg van dezen weg is gepleit en de meest krachtige argumenten daarvoor zijn aange voerd, toch meenen wij juist thans, nu een der steeds aangevoerde mo tieven de werkverschaffing krachtiger naar voren treedt, terwijl een nieuwe factor, de bouw van het ziekenhuis, de reeks van argumen ten is komen vermeerderen en ook de andere redenen nog niets van hun kracht hebben ingeboet, integendeel zelfs, nog eens achtereenvolgens de voornaamste belangen, - die met den aanleg van dezen weg samengaan en dien aanleg volkomen motiveeren, naar voren te mogen brengen. 1. De werkverschaffing. Er komt een uitstekendeen veelomvat tende gelegenheid voor werkverschaffing, waarvoor, gezien de minder productieve werkeD, waarvoor andere gemeenten gesteund worden: aan leg rioleeringen, parken zelfs (in Huizen b.v. wordt in werkverschaffing met Rijksstenn een ongeveer f oOC.OOO kostend park met vijver aange legd), met grond een flinke bijdrage van het Rijk mag verwacht wordeD, Uw College sprak meermalen als zijne overtuiging uit, dat het in alle opzichten meer aanbeveling verdient werk te verschaffen aan de werkloozen, dan hun, zonder meer, steun te verlecnen. Nu de beken haar voltooiing naderen, nu zelfs werkloozen van Venray naar Wans sum moeten gaan werkeD en voor dat, eene andere gemeente ten goede komend werk. de gemeente Venray fiaantieel moet bijdragen, is het toch zaak, dat in Venray zelf naar werk wordt omgezien, opdat onze werkloozen, die wij gedeeltelijk moeten betalen, ook voor Venray wer ken, waardoor ook mede de Rijkssteun aan Venray ten goede komt, Kn eenparig zijn wij van oordeel, dat het veel meer aanbeveling ver dient de werkloozen aan dezen weg tewerk te slellen, dan aan het spit ten van grond, een werk, dat minder productief en urgent is, en zoo ver het dit wel is, in elk geval beter en veel voordeeliger op andere wijze kan geschieden. 2. Onze bosschen. De gemeente heeft in het gebied, dat deze weg bestrijken zal, reeds ongeveer 800 H.A. bosch in cultuur, welke oppervlakte jaarlijks met 40 tot 50 H.A. wordt vergroot. Over enkele jaren zijn de oudste bosschen verkoopbaar en dan volgt geleidelijk elk jaar een complex; nu reeds wordt jaarlijks eene groote hoeveelheid dun- ningshout verkocht, waarbij reeds veel geschikt voor mijnhout; ook dit neemt met het zwaarder worden der bosschen geleidelijk toe. Het be hoeft wel geen betoog, dat het eene enorme besparing aan vrachtkosten zal geven, later en ook thans reeds onmiddellijk, het vorig jaar werd door de gemeente reeds circa f 600.—" uitge geven aan vrachtkosten voor het brengen van verkocht hout per as 13 Het was middag, reeds één uur en nog was* vader niet terug. Ilij was toch zoo vroeg al naar het bosch gegaan. Zou hem een onge luk overkomen zijn? Met zulke angstige gedachten zat Selje aan het keukenraam en zag de straal nu eens op dan weer af. Een on bestemde angst had zich van haar gemoed meester gemaakt en hel was haar te moede als dreigd* haar een grool ongeluk. Eindelijk blafte de groote, zwarte hond in de »Kroon." Deze kon geen geweer zien, geen kruit ruiken zonder in blaffen uit te barsten. Zijn blaf fen was een teeken dal vuder op de komst was. Selje dekte de tafel. Maar van daag duurde het zoo lang, zoo schrikkelijk lang. Eindelijk zag zij den jager en vader komen, zij schrikte. Nieuwsgierig zagen de menschen over de onderdeur of door het venster en staken de hoofden bijeen. Wat was er voor gevallen? De angst van het meisje groeide gedurig aan, de adem begaf haar Eindelijk kwamen beidon bin nen, spoedig stelde de houtvester vrouw en kind gerust en vertelde het voorval. Selje hing aan zijne lippen. Hue angstig was het haar te moede, luen zij hoorde dat Johan er bij geweest was! Had hij op vader geschoten? Vreeselijke ge dachte! Hoe geruststellend klopte haar het hart,' toen zij hoorde dat hij vader het Itven gered had. Zou zij boos op Johan zijn dat hij weer naar het bosch gegaan was? Zij kon het niet, al had zij het ook gewild. De zaak kwam voor het gerecht. De beide strocpers werden den zelfden dag gevangen weggevoerd. Johan, Koen raad en de jager waren behalve den houtvester ge tuigen. Verschoonend sprak de houtvester over dei. jongen boer, met klem sprak hij van zijn moedige daad. De jager zocht er echter een en ander over Johans strooperijen in te lasschen, hei- geer. volslrekt niet bij de zaak te pas kwam. De beide stroopers werden tot tienjarige tuchthuisstraf veroor deeld De schoenmaker heeft zich een jaar later opgehangen, de schaap herder werd door jicht en rheu- matisme totaal verlaird. Dat was het einde der beide stroopers. Ook Johan kwam er niet geheel zonder kleerscheuren af. De houtvester en de rechtbank wilden de zaak laten rusten. naar den harden weg te Merselo indien men met vrachtauto's onmid dellijk bij de bosschen of althans kort daarbij kan komen. He. is ons bekend, dat, als de bosschen per vrachtauto bereikbaar zijn, het hout vanwege de mijnen rechtstreeks wordt afgehaald. Uit een en ander volgt logisch, dat het hout veel en veel meer zal opbrengen als deze verharde weg is aangelegd, terwijl, als deze weg ei niet komt, het hout vrijwel onverkoopbaar moet worden geacht, Wij v/eten uit allerbeste bron, dat de meeste houthandelaren, sedert ook dit bedrijf geheel of nagenoeg geheel op vrachtauto's is ingesteld en de paarden veelal geheel of voor het grootste deel heeft afgeschaft, zelf niet eens reflecteeren op de bosschen, die niet aan of in de nabij heid van een verharden kunstweg zijn gelegen. 3. Onze boerdcryen en verdere grondeigendommen Dat onze boerderijen door dezen weg, die hen uit het isolement, waarin zij ver- keeren en dat steeds wel het grootste struikelblok voor de verpach ting, die de laatste jaren telkens met veel moeilijkheden gepaard ging, zal zijd geweest zullen verlossen, enorm in waarde zullen stijgen, spreekt wel vanzelf. Een direct finantieel voordeel van circa f 150. per jaar beteekent het al voor de gemeente, aangezien in de loopende pachtcontracten is bepaald, dal, wanneer het gronden-complex dooreen verharden weg wordt verbonden met andere verharde wegen, er f 2.50 per H.A. meer aan pacht moet betaald worden. Veilig mag worden aangenomendat dc boerderijen later wel onge veer f 10.-— per H.A. meer zullen opbrengen dan thans, hetgeen met de andere daar verpachte gronden, die uit den aard der zaak dan ook meer yewild en duurder zullen worden, gerust op f 1000.per jaar aan meer dere opbrengst mag worden geteld, met wélke 1 1000.— al een groot ge deelte der onderhoudskosten van den weg kunnen gedekt worden. Verder mag vooral niet uit het oog worden verloren, dat de ge meente daar nog circa 1000 H.A. goed ontginbaren en dan goed te verpachten of te verkoopen peelgrond heeft liggen. Naar deskundigen beweren en beweerd hebben, o.a, wijlen Wethouder Janssen, is dit de beste ontginningsgrond, die Venray ooit heeft gehad. Men moge hiertegen aanvoeren, dat het in deze, vooral op den landbouw zoo zwaar drukkende crisis periode, waarvan het einde nog niet is te zien, geen tijd is voor ontginnen, van den anderen kant mag toch ook worden aangenomen strenge meesters regecren niet lang dat die crisis niet blijvend kan zijn en als deze voorbij is, wel weer animo voor ontginning zal komen. Het ligt toch zeer zeker ook op den weg der gemeente, zich paraat te maken voor de zonder eenigen twijfel komende betere tijden. 4. Onze markten De levensvatbaarheid onzer markten te betoo gen en haar toekomst als centrale en belangrijkste van deze streek, kan overbodig worden geacht. Iedereen is er nu wel van overtuigd, dat de Venraysche markten ,,de" marktpn zijn voor Noord-Liraburg en een groot deel van Noord Brabant- Men komt graag te Venray ter markt, ook uit Noord-Brabant en zefs juist uit dien hoek, Door den aanleg van dezen weg, waardoor net marktbezoek van eene meer en meer zich ontwikkelende streek van het Brabantsche peelgebied vergemakke lijkt wordt en dus bevor lerd, wordt het ressort onzer markten uitge breid en dus haar belangrijkheid vergroot, haar toekomst nog meer ver zekerd. 5. Onze landbouw- en middenstand. Vele factoren zouden wij kunnen opsommen, waardoor onze landbouwstand en onze handeldrij vende- en industrieele middenstand bij dezen weg zal zijn gebaat. Noemen wij slechts, dat dóór dezen verbindingsweg, die ons vele kilo meters dichter brengt bij het groote Noordbrantsche industrie-centrum, het afzetgebied van onze landbouwproducten wordt uitgebreid of althans die afzet wordt vergemakkélijkr, goedkooper gemaakt en dus bevorderd, terwijl van den anderen kant de vele goederen, d e van daar door landbouwers en winkeliers betrokken worden, goedkooper kunnen wor den aangevoerd, dus billijker geleverd. Noemen wij verder de aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid, dat de bewoners van het door den weg met Venray verbonden Brabantsche Peelgebied in Venray, dan voor ben de dichst bijzijnae grootere plaats, de winkels zullen komen bezoeken. Verder is niet denkbeeldig de mogelijkheid, dat onze aannemers, als deze weg er ligt, door de verkorting vin den afstand, nog meer con- curieerend op de groote werken, die geregeld in dat gebied worden aanbesteed, zullen kunnen inschrijven en aldus daar groote aannemingen doen, hetgeen indirect ook onzen arbeidersstand ten goede komt. Tenslotte, en dit is vooral van beteekenis al te weinig wordt vaak beseft van hoe veel belang voor vele zaken in eene gemeente is een dtnk verkeer, ook medegerekend het doorgaand verkeer velen, die thans andere wegen volgen voor het grootverkeer, ook met en van Duitschland, zullen hun weg dan zoeken over Venray en daar dan vanzelf meer vertier brengen. Thans ligt Venray vrijwel buiten het grootverkeer en mist dus de met dit grool verkeer onafscheidelijk samenhangende voordeden. Als deze weg er ligt. zal het verkeer van Noordbrabant met Duitschland voor een groot deel als vaDzelf leiden over VenrayWell. De moge lijkheid, dat de weg raar Waussum wordt overgenomen door het Rijk dat de keuze voor de wellicht binnen afzienbaren tijd te bouwen brug over de Maas, tusschen Venlo en Grave in deze richting wer den een paar jaren geleden reeds stappen gedaan dan op Well zal vallen, wordt ongetwijfeld vergroot als deze nieuwe weg er ligt en daardoor, zooals gezegd, veel meer grootverkeer via Vearay en Well zal worden geleid. 6. Ons Ziekenhuis. Ten slotte kunnen wij van de vele nog restende argumenten, die voor den aanleg van dezen weg pleiten, nog ncemen het Ziekenhuis, waarmede onze gemeente, dank zij de zoo vruchtbaar gebleken samenwerking van kerkelijke en burgerlijke overheid, zal worden verrijkt. Mede ook door de ligging, welke voor dit zieken huis is gekozen o i. eene zeer gelukkige keuze is het belang en de urgentie van den door ons gewilden weg. nog weer eens vergroot. Het beiioeft immers geen betoog, dat de bewoners van 'het meerge noemde Brabantsch Peelgebied, hetwelk door dezen weg met Venray wordt verbonden, in voorkomende gevallen van het alsdan voor hen het dichtst bijgelegen eu gemakkelijkst te bereiken ziekenhuis zullen ge bruik maken en aldus medewerken om den opzet van dit ziekenhuis te De jager wist het echter door te drijven dat vanwege de opper- houtvesterij een aanklacht wegens stro'operij legen hem werd inge diend. Hij kreeg veertien dagen gevangenisstraf en de kosten van het proces. Een grootere geldsom bevrijdde hem van de onteerende straf. Deze handelwijze van den jager wekte niet weinig de verontwaar diging van het dorp. Dat Johan op stroopen was uilgegaan, ver wekte in het eerst verwondering spoedig echter dacht niemand er meer aan. Den jsger vergaf men hel echter zoo licht niet dal hij hem uit wraakzucht had aan- d. De verbittering stygt. Weder kwam de Winter in het land en dekte veld en pad piel hooge lagen sneeuw. Alle gemeen schap had opgehouden, zelfs de posten üèpen niet meer. Wie niet heel goed ter been was, dorst zich Zondags zelfs niet naar de dorps kerk le wagen. Van huis tot huis werden paden gemaakt en deze wegen tusschen de sneeuwmuren toonden alleen aan, dat er nog leven in het dorp heersch'.e Binnen had men genoeg le doen om de ijsbloemen op de vensters te ontdooien. Het waren rustige, gemoedelijke dagen, alle arbeid bestond daarin, hout voor den haard le hakken en daartoe maak te men het zich ook gemakkelijk en men haalde zich hakhout, tak ken van de dennen, waar men beschut was tegen sneeuw storm. Slechts de kinderen lieten zich niet in huis houden. Hier was een schaar, die den vijver van sneeuw schoonveegde en spoedig gleden zij pijlsnel langs de gladde ijsbaan, daar was een rozenwan- gigeknaap bezig, hoe hij een vogelknip uit baksteen en planken kon samenstellen de vreugde straalde den kleinen knaap uil de blauwe oogen, die begeerig naar de spreeuwen opzagen, die nog vrij op den nolenboom zaten en nieuwsgierig op den arbeid van den knaap neerzagen cp een andere plaats waren jongens en meisjes bezig een grooten »sneeuw- man" op te stellen en onder dien arbeid klapperden hun tanden en krompen zij bijna van koude ineen. In het huis van den houtvester ging het rustig en kalm toe hij scheen geheel veranderd sinds het voorval in net bosch. Over den jongen boer sprak hij zelden, en wanneer hij het deed, geschiedde het zonder tcorn of hartstochtelijk heid. Dat deze hem het leven ge red had, erkende hij met dank. Selje hoopte. Den jager Kamper kon hij het echter niet vergeven dat hij hem voor het gerecht daagd had en menig scherp woord doen slagen, zijn levensvatbaarheid te vergrooten, zijn groei te bevor deren. Resumeerende spreken wij als onze volle overtuiging uit, dat de aanleg van dezen weg een groot algemeen belangvoor Venray beteekent en de daarvoor te maken kosten waarvan ook nog een zeer groot gedeelte van andere zijden zal komen volkomen gewettigd, meer nog in dezen tijd, nu daarin een zoo productief object voor werkverschaffing is gelegen en op die wijze de gemeente, die de werkloozen tóch moet steunen, voor dat geld een werk tot stand kan brengen, dat vroeg of laat anders toch gemaakt moet worden, terwijl bovendien nu met grond een meer dan gewone bijdrage van het Rijk mag verwacht worden. Wij hopen door een en ander Uwen Raad dezelfde overtuiging te hebben kunnen bijbrengen met daarnaast nog de overtuiging, welke ook de onze is, dat het zaak is, nu zonder uitstel met het werk te beginnen en niet weer te wachten totdat wellicht na tijd en wijle eens het zoo lang vergeefs verwacht groote streekplan zal verschijnen. Ons partieel plan behoeft daarop om geen enkele reden te wachten. Met de ontwer pers van dat plan kan trouwens desnoodig over de juiste richting van den weg enz. o-erleg worden gepleegd, mits maar het werk daardoor niet vertraagd wordt. Besprekingen en plannen zijn er nu genoegd ge voerd en beraamd, er moet nu eindelijk eens positief resultaat komen. Wij hebben daarom de eer Uwen Raad voor te slellena. in principe te besluiten tot den aanleg van een verharden verbindingsweg tusschen Venray—Merselo en den verharden weg, die reeds langs de Rips loopt b. Burgemeester en Wethouders uit te noodigen ten spoedigste U voor te leggen een uitgewerkt plan met kostenbegrooting en het daar heen te leiden, dat uiterlijk begin volgend jaar met den aanleg, althans van de aardebaan, op voldoende breedte voor een verharden weg voor grootverkeer kan worden begonnen en de verharding van die aardebaan daarmede kan samengaan of althans ten spoedigste kan volgen c. Burgemeester en Wethouders in overweging te geven, naast het vragen van gewonen en z.m. buitengewonen steun voor dit bij uitstek werkverschaffend plan aan het Rijk en zoo mogelijk aan de provincie of provinciën te trachten zich van den moreelen en wellicht geldelijken steun te verzekeren van de daarvoor geeigende vereenigingen als. Alge meen Nederlandsche Wielrijdersbond (AN.W.B.) Koninklijke Neder- landsche Automobielclub (K.N.A.C.) en de onlangs opgerichte Neder landsche Vereeniging voor Auto-Snelwegen (N.E.V.A.S.), welke laatste vexeeniging juist vooral ijvert voor korte, rechte, vrije autowegen. Bij een en ander zal uiteraard het noodige overleg met betrokken provinciën en gemeente niet kunnen worden ontbeerd. Onze commissie zal daarbij en bij de verdere voorbereiding en uitwerking der plannen volgaarne hare medewerking, voor zoover het college van Burgemeester en Wethouders daarvan gebruik wenscht te maken, blijven verleenen, evenals zij van haar kant zal blijven werken om een zoo veelzijdig mogelijken steun voor eene spoedige verwezen lijking der plannen te verkrijgen. Onze commissie meent daarmede voor Venray een goed werk te doen en ook Uw Raad kan zich verzekend houden, dat hier een goed en grootsch werk tot stand komt in het belang van den groei en bloei der ons allen dierbare gemeente. Moge binnen korte weken de eerste spade voor dit werk worden in den grond gestoken en den volgenden zomer reeds, de vroolijke zweepslag van den voerman en de lustige claxon van den auto. de oeroude stilte van dit peelgebied verlevendigen. Venray den 20 October 1932. De Commissie voornoemd, w.get. G. H. HOUBEN. H. B. ODENHOVEN. P. PUBBEN. ÏEAN VERMEULEN. Ingekomen en vertrokken personen van 14 tot 21 Oct. INGEKOMEN H. H. Henckens en vrouw, smid, Veulen van Maashees J. Karsten, bakker, Eindstraat 21 van Gemert M. Grassebrockhoff, religieuse, Overloonscheweg 2 van Lierop C. L. de Bondt. broeder. Leunsche weg 1 van Weert L. Janssen, landbouwer, Merselo M 48 van Kerkrade Th. Rief, wed. Tromp, z.b., Over- loonsche weg 2 van Goor J. de Bruijn, dienstbode, Kolkweg 6 van Sambeek. VERTROKKEN E. Wageraans, z.b., naar Maashees Holthees B 88 J. Creemers, dienstbode, naar Til burg Heuvel 83 H. Sanders, z.b., naar Vught P. Haars, onderwijzer, n. Nijmegen, Oude Heeschelaan 464 M. Stensen, dienstbode, naar Maashees B 42 J. Jacobs, schilder, naar Hassum M. v. d. Vorle, dienstbode, naar Blerick Antoniuslaan 49 A. van Bilsen en gezin, chauffeur, naar Grave Begijnenstraat 5. was hieiover reeds tusschen hen gevallen. Zijn vrouw was meesten tijds ziek en zoo kwam de lasL der huishouding bijna geheel op het meisje le drukken en bond haar geheel aan huis. De oude houtvester echter ging dag in dag uit naar het bosch, trots weer en wind, meer omdat hij het gewoon was dan omdat daar iets te doen viel. Voor Johan bracht de winter menig bitter uur. Sedert langen tijd waren zijn ouders mee van de eersten van h^t dorp zij had den zich beijverd hun erf uit te breiden, hunne landerijen te ver beteren en hadden zelfs in kom mervolle tijden met vlijt en spaar zaamheid zich er tamelijk door heen geslagen. Zijn moeder was nog zoo geheel en al van den ouden stempel trotsch op hare boerderij, eenvoudig en natuurlijk, spraakzaam en nieuwsgierig, ^ol deelneming voor alles wat haar omgaf, godsdienstig en vroom, was zij naijverig op de eer der boerderij. Dat eene woord: »hel is mij niet goed genoeg," besliste alles. En nu had haar zoon, de erf genaam der boerderij, zich voor zijn gansche leven ten schande gemaakt, door zich aan vreemden eigendom te vergrijpen. Dal smart te haar diep en kon niet licht ver zet worden. Dikwijls genoeg kon Johan het hooren, dat het haar nog altijd in Xagessgcisa Medsdsslmpa. Zoo oud, als gy u voelt Het leven is een genot, zelfs als gij 80 jear zijt, mits gij a maar jong voelt. Natuurlijk zijt gij niet meer zoo sterk, doch vele kwalen van den ouden dag kunnen voorkomen worden door de organen gezond te houden. Pijn in de lendenen, stijve en pija- lijke gewrichten en spiereD, urine- stoornissen, aanvallen van duizelig heid en soortgelijke klachten zijn te ernstig om verwaarloosd te worden. Draag zorg, dat urinezuur en andere vergiftige onzuiverheden behoorlijk uit het bloed gefiltreerd worden dan bestaat geen gevaar voor rugpijn, rheumatiek, ischias, spit, blaasontste king of waterzucht. Neem zonder uitstel Foster's Rug pijn Pillen. Dit speciale middel heeft duizenden dankbare gebruikers ge lukkig gemaakt, frisch, gezond en opgewekt. Volg hun voorbeeld en gebruik Foster s Pillen. Bij alle drogisten enz. a f 1.75 per flacon. 27 Bij Hoofd- en Kiësp^ MIJNHARDT'5 POEDERS Doos 4-5 ct Por stuk 8ct Bij Unv drogist. 115-6 het hoofd zal, en zij kon niet anders, zij moest er altijd over spreken en lamenleeren. En wan neer zij met tranen in de oogen hem aan het versland bracht, hoe hij als strooper steeds in vijand schap met den houtvester leefde en hoe onverstandig hij hand'Ide door de genegenheid van het meisje te zoeken en d< n vader van zich te s ooien, en hoe hij zich zeiven en het meisje redde loos ongelukkig maakte, wanneer hij zoo voortging, dan beloofde hij haar met de hand op het hart, dat hij nooit een buks meer in de hand zou nemen en op slroopen uitgaan. Ook dezen keer kwam »de Mei dag" weer met zijn groen loof en bonte bloemen, zijn blauwen hemel en nieuw leven. De nieuwe knechts en meiden, die maanden te voren hun dienst hadden opgezegd, aan vaardden huil nieuwe betrekkin"; de ouden hadden een dag te voren voor hen plaats gemaakt. Op de boerderij viel zelden een verande- ring voor; het werkend personeel had het goed en allen, knechts en meiden, waren gebleven, slechts een ontbrak, en dat was Koenraad, de opperknecht en bouwmeester. Waarom was hij weggegaan, daarover brak zich menigeen in het dorp het hoofd; de lezer ech ter zal het reeds weten en Johan wist het ook heel goed. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1932 | | pagina 5