Tweed© Blad van „FEIL 11 MA AS FEUILLETON Van jagers en sfroopers. fbsTisr Zaterdag 27 Augustus 1932 Drie en vijftigste Jaargang No. 35 Folklore aan 'n ouder- wetsch Venraysch haardvuur. IV. DE KIEKENS MET ÉÉN POOT. (Een Noord-Limburgsch haard- vertelsel). „Oei 1 oei 1" Dat was Sinte-Petrus, die het ver zuchte. Al dagen en dagen achtereen was het snikkend heet en laf, en was de zon als een zengende vlam men kon bekant geen asem meer halen van wege de door de felle hitte verdunde lucht. Maar vandaag was het om er-in te blijven. De hem-1 leek ééa vuur! „Oeioei 1 herhaalde Sinte Petrus. Ik kan 't niet meer uithouden, mijn Heer't Is toch ook zo warm Dit slakend zakt Sinfe Petrus al temee in eikaar, en zijn lang kemels haren kleed bolde door de plotse neerplof op, zakte dan, en joeg op fijne gloeiende stof van de wit grijze grintweg. 't Was ook te bar, zoo fel de hitte gleierde dat zag de Heere nu Zelf ook in. Het zweet gudste.'t maakte Z n haren klam, en deed 't ruige kleed aaa Zijn lichaam plekken. Hij nam Zijn wandelstaf, en stak deze in de hoogte als om te tuchti gen, als om te gebieden. En hij sprak dan „Zontemper uwe hitte. Lucht bewolkt u." En, zie 1 daar kwam plots een koele bries toewaaien, en van verre van 't westen, van 't zuiden, van overal, daar kwamen even plots donkere wolken, groote en kleine, aandrijven. Weer hief de Here Zijn staf om hoog, en Hij sprak „Er dale een verfrissende bui over de droge aarde neer 1" Oogenblikkelxjk begonnen de wol ken te lekken, en streepte de koele regen op de schroeiende aarde, 't Begos ervan te dampen. En van verre, uit de bewoonde buurten, waar men al negen processies had gedaan om den Schepper regen af te smeeken, klonken vreugdekreten en in verscheidene huizen en kloos ters, ook te Venray greep men de jonge haantjes, kiekens, om ze, klaar gemaakt, van plezier, in feeststemming op te smullen. De regen bleef fiks neerstreepen, En, zoowaar in die kemelsharen hoop, die daar lag op de grintweg, daar kwam beweging, meer en meer en al spoedig rees Sinte Petrus daaruit op. Verrast keek hij om zich heen. Droomde hij Neen want hij voelde frisch de lekkere regen op z'n voeten uiteen pletsen, op z'n handen en op z'n hoofd. Ea dankeod zag hij op tot Zijnen Heer... en 't scheen Sinte Petrus weer of ze nog in hunne goeie Palestijnsche tijd waren. Toen sprak de Heer „De regen houde op, maar de verfrissching blijve En zie het gebeurde weerom zooals de Heer had gezegd. Ze vervolgden weer hun weg. En ze hadden nog een heel eind voor de boegze kwamen vanuit Frank rijk en hadden die dag al van Roer mond gelopen, en ze moesten nog tot diep in Holland 1 Welgemoed was Sinte Petrus met zijn Heer op stap gegaan, vast ervan overtuigd, dat door des Heeren wil en macht beiden plots zouden worden opge tild door de Engelen, en gedragen over landen en watervlakten, over bergen en stroomen. Had Hij niet eens gewandeld over het meer van Galilea, toen Zijne leerlingen tobden Den houtvester, een opene, eer lijke natuur zonder rimpel of kreuk wist hij gemakkelijk in te palmen. Hij was fatsoenlijk en solied van gedrag, dienstvaardig en begeerig tot in hel overdrevene toe om iets te leeren en nam iedere onderrichting met dank aan. Ook de moeder was hem spoedig genegen. Kleine dienst bewijzen trekken dikwijls meer dan men denkt. Zij was ziekelijk en hij kon uren lang bij haar in de warme keuken op de houtkasfc zitten en dan onderhield en troost te hij haar over den toestand en toonde het grootste medelijden en de innigste deelneming. Zij was nieuwsgierig als alle dochters van Eva, hij wist altijd iets nieuws sn menig uur dat andere knapen en onder dezen ook de vurige en levenslustige Johan in de - Kroon zaten, vertelde hij ware en ver dichte geschiedenissen uit zijn soldatenleven en frischte de netel achtige herinneringen uit zijn verre geboorteplaats en eerste kinderjaren weder op. En wanneer dan de vroolijke jongelieden on om voort te komen 7 omdat de wind tegen was. Toen was hij, Petrus, ook een eind over het water gewan deld, terwijl de booze wind hooge golven opjoeg Maar nu zou hij niet twijfelen bij 'n eventueel door-de- lucht-gaan 'n luchtbuiteling te maken als toen, toen hij 'n fameus nat pak haalde, omdat in hem plots twijfel en vrees was gevaren. Maar de Heer, die door Zijne alwetend heid, ook wist, dat bij Sinte-Petrus het nu meer gemakzucht was, wilde hem hiervoor straffen. Tot nu Sinte Petrus was ineengezakt, en de Heer mededoogen kreeg. Het was wel, zo 1 Ze legden nog een heel stuk af voordat de zonne moe was, en daalde, en langzaam de avond kwam toestrenen. Ze waren toen gekomen aan de zoom van een groot heide vlakte. „Dat is de Peel," lei de Heer Sinte-Petrus uit„wij zullen hier blijven deze nacht." Sinte-Petrus z'n maag rammelde geducht ook de Heer had etenslust na de zware lange dagmarsch. Since Petrus streek al es met z'n hand over z'n maagstreek, keek es rond... „Ziet ge, ginds, die toren, Petrus 7 Die zoo kloek boven de bosschen uitsteekt 7 Ge kunt 'm nog nauwe lijks meer zien, omdat de avond- donkerte komt toerollen uit 't oosten. Kent ge hem 7" Sinte Petrus, met z'n hand nog op z'n maagstreek, tuurde... Nee hij wist niet. „Dat is Venray 1 Wel, Petrus kent ge dan die toren niet meer De. toren van een der schoonste en grootste kerken, die de bouwers u hebben toegewijd?" Ei 7... En dan herkende ie 'm. „Goed. Ge weet daac dan dus ook nog wel den weg, niet 7 Ga nu met alle rapte naar het klooster van het dorp, en zeg aan de broeder-kok uit Mijnen Naam, dat hij u brood mee geeft, en de twee kiekens, de vetste van die hij juist aan 't braden zal zijn." Brood 1 maar vooraltwee kiekensl gebraden lekkere bruingeioosterde Kiekens Wat heerlijk Sinte Petrus z'n oogen glommen, en ie zelf kreeg neiging om 'n salto te maken. Aanstonds snelde hij weg. rap rap en had haast geen tijd om asem te halen bij z'n loopen. Twee kiekens, gebraden haantjes het weten van den te smullen kost doortjoekte z'n lijf, en deed z'n rappe gang steeds maar sneller en sneller worden. Doch toen hij terugkwam, voelde hij 't danig in z'n beenen en in z'n lendenen. En z'n maag begon der mate te rammelen, te rammelen 1 dat hij er bekant bij neerviel, voor de tweede keer vandaag dan. Maar dan zag Sinre Petrus en rook hij de twee maal twee vette haantjesbilletjes die uit 't bruinpapieren omhulsel staken, vettig blinkend, bruin glanzend, zou hij 7 7 O, dat. dat... Wat zou zijn Heere wel zeggen Nee, nee... de haan 't waren nou wel maar 'n paar onnoozele kuikenhaantjes was anders een fataal wezen voor hem. Zoowaar... berouwtranen ont sprongen hem nu weerom uit z'n oogen, alleen door die onzalige herinnering. En Sinte-Petrus stapte v'ug door... Maar van-liever-lede begon de roering weer in z'n maag 't ram melde er geducht, 't maakte hem zelf bekant van-de-wereld-af. Goeie- grutte 1 dat nog volhouden tot ie aan de heidezoom was. Begon 't niet te troebelen voor z'n oogen 7 van moeheid, en van honger. En in die troebeling blonken zoo verleide lijk de vette bruine hanenbilletjes. Nee, 't ging niet meer, zoo af te blijven. Wie had ze trouwens ge- der lustig gezang uit de herberg naar het dorp togen, hoorde de jager onder dezen ook de stem van Johan, hetzij hij er bij was of niet. 't Is waar, meest was hij er bij, want gaarne zat hij in den kring zijner vroolijke kameraden gaarne stond hij „aan het hoofd waar het gepaste vermakelijkheden gold, ja hij stiet hen dikwijls terug door zijne heftigheid, maar gaarne vergaf men het hem daar hij hel toch zoo boos niet meende. Wie de dochter hebben wil, moet eerst de ouders het hof ma ken, zegt een oud spreekwoord, De jager kende kende dit en handelde hiernaar. Ook thans bij het feest was hij de voorko mendheid zelve. De boschwach- tersvrouw had een der kleinen uit het oog verloren; spoedig haalde hij hem weder bij. Had zij haar man iets te zeggen of te geven hij bracht het over. Daar danste een vreemde heer dien zij niet kende, vlak tegenover haar zat een meisje dat zij vroeger niet gezien had het duurde niet lang of de jager wist wie en van waar zij waren. Hij haalde bier en wist het beste vat uit te zoeken, hij bracht gebak en koek aan, hij wierp de suikerklontjes ongeteld in het bier en daar de theelepeltjes ont braken, sneed hij bereidwillig stokjes uit de beukentakken om het suikerbier om te roeren. Het feest liep ten einde. haald 7 Zou hij 7 7 „Wacht, dacht bij, als kreeg hij plots een slim gedacht, ik heb 't ik zal van ieder kuikenhaantje één billetje afnemen, dan ziet de Heere 't niet eens." En Sinte Petrus bezweek voor de bekoring. En zalig smakkend smulde hij de twee kuikenpootjes naar binnen. En lekte z'n lippen nog es na. Toen hij bij z'n Heer kwam. reikte hij 't meegebrachte zonder toeten of blazen over en de Heer verdeelde het medegebrachte. Maar opeens fronste een plooi tusschen de werkbrauwen van de Heer. Zoo onnoozel mogelijk begon Sinte-Petrus alvast te eten. „Kijk es, Petrus wat is dat 7" sprak Hij, Sinte Petrus berispend aanziende, „Mijn kuikenhaantje heeft maar één pooten, waarachtig, die van jou ook Petrus, waar zijn die twee andere pootjes gebleven 7" Sinte Petrus talmde met de schielijk volgestopte mond. -- Mijn Heer, ik ik weet het niet, zei hij dan. ,Maar ge zult die kuikenhaantjes toch niet zoo van den broeder-kok hebben ontvangen, wel Pefru>?" „Jawel, mijn Heer. Maar misschien hebben de kuikenhaantjes en de kiekens hier in deze streek allemaal maar één poot. We hebben immers al zoovele rare en wonder-eigen aardige dingen gezien op onze wegen 1" „Dat is niet mogelijk, antwoordde de Heer. Want al de hoenders, al 't vliegend volkje, hetzij nog kieken of reeds volwassen, hebben twee pooten. Aldus heb Ik ze Zelf ge maakt 1" Maar Petrus zei hierop niets terug, en deed of hij 'n wolfshonger had. Hij mummelde nog wat van dat 't wonderbaar feit kon bestaan. Maar de woordenwisseling bleef dan ook hierbij, waarschijnlijk ook, omdat nu de heerlijke bout alle mondbeweeg in beslag nam. Den volgenden morgen logen beiden vroeg op pad. De zonne nipte nog maar even over de bosschen, toen ze Venray al achter hun rug kregen. Ze waren al bijna aan de Maas, en de zon was inmiddels hooger opgeklommen, en de morgen begon warm te worden. Bij 'n wegenkruising liep hun weg langs een haag, waarachter 'n menigte hoender volk piepte, kakelde en kraaide, al naar gelang 't kuikens, hennen of hanen waren. Door een gat in de haag was een kloek ge kropen met heur kuikens. Ze hadden 't hun geschonken morgenvoeder blijkbaar reeds op, want ze stonden kloek en kuikens, op één poot te staren naar de klimmende zon. Dat zag Sinte Petrus. „Mijn Heer mijn Heer I uitte hij triomfantelijk, z'n Heer bij Zijn mouw trekkend om Zijn aandacht op te wekken, mijn Heerzie toe. Daar 1" „Nou 7" „Daar daar, mijn Heer 1" „Nou Wat is er 7" „Wel 1 ziet U dan niet, dat daar de haDen, de kippen, de kiekens maar één poot hebben 7" Even glimlachte de Heer. Maar, presies doende of Hij ze niet zoo direkt zag, liet Hij ze Zich goed wijzen. „O, Petrus wacht maar eens even 1 zei Hij dan. De Heer hield stil, en met Zijn handen klappend, riep Hij „ksss 1 ksss 1 allee Onmiddellijk schrokken de beestjes, en zetten 't op 'n loopen natuur lijk op twee poten. „Ziet ge nu, Petrus wie heeft dus gelijk 7 En wie heeft gisteren avond zoo kunnen jokken 7" Dat had Sinte Petrus niet ver wacht Ja maar...è... antwoordde hij min of meer bedremmeld, en daardoor wat stotterend, op zoo n manier, ja... da... dat zal wel Dat is ja gansch natuurlijk. Als, als LI gisteren avond 'ook maar eens „ksss 1 ksss alleegeroepend hadt, mijn Heer, dan zouden die twee hanenkuikentjes ook' wel weer twee poten hebben gekregen 1" GERARD LEMMENS. IfigBsaRiêa MiiMstóases. Onnoodig L\jden. Als iedere beweging u pijn doet, als pijn in de lendenen, urinestoor- nissen, hoofdpijn, duizeligheid, en rheumatische pijnen uw leven tot een last maken en gij uw werk moet laten liggen, wordt gij gewaarschuwd, dat de organen van uw rug niet be hoorlijk werken. Waarom wilt gij noodeloos lijden aan rheumatiek, spit, waterzucht of blaaszwakte 7 Gebruik Foster's Rugpijn Pillen bij het eerste waarschuwende teeken der organen, welke de uriae afschei den en zoodoende de onzuiverheden uit het bloed filtreeren. Foster's Pillen heelen en versterken deze verzwakte organen, zoodat de on zuiverheden, welke zich andere op- hoopen en afzetten, en zoodoende eindelooze pijn en ongemak veroor zaken, afgevoerd worden. In alle deelen van Holland hebben dankbare personen hun levenslust herwonnen, dank zij Foster's Pillen. Bij alle drogisten enz. a f 1.75 per flacon. 28 Meermalen poogde de jager het sehoone boschwach terskind ten dans op te leiden, maar iederen keer ontving hij een weigering. En daarbij haalde zij telkenmale den jongen bóer ten dans af. Het kwam den jager voor, dat zij hem steeds afsloeg en maar altijd met Johan danste, zelfs zonder dat hij er haar om verzocht. Dit was ook zoo. Hij kon met haar niet ten dans komen, ofschoon Setje met andere boerenknapen bereidwillig en dik wijls danste. Nijd en wraakzucht doorwoelden zijn borst, toorn en haat vlamden uit zijn oogen. Het was avond geworden. Reeds daagden de sterren aan het blauw van den wolkeloozen hemel. De houlveslersvrouw was met de knapen naar huis gegaan; zij kon de avondlucht niet verdra gen. De houtvester als schutters en president van het feest, kon nog niet vertrekken. Het was de tijd, die aan de «buurvrouwen" van het dorp, zoo wel als aan de jonge deerns bij het wasschen, bleeken of spinnen stof tot onderhoud geeft, namelijk de tijd waarop de beauté's van het dorp iedereen houdt zich daar natuurlijk voor van het feest huiswaarts keerden, of liever zich huiswaarts lieten brengen. Wie heeft u gisteravond naar huis gebracht Ik ben heel alleen gegaan. Wat doortrapte leugenaarster Iugekomea en vertrokken personen van 5 tot 19 Aug. VERTROKKEN M. Hendriks, onderwijzeres naar Belfeld; J. Geurts, dienstbode, naar Venlo Kleine Kerkstraat 9; E. v. Berkel. z.b. naar Alkemade Roelof Arendsveen B238; G, Bosch, voorwerker, naar Arn hem Velperweg 146a; A. Raus, onderwijzeres, n. Maas- bree; H. van Geenen, fabrieksarbeider, naar Maashees A48; P. Rongen, z.b., naar Maashees; H. v.d. Putten, dienstbode, naar 's Bosch Schapenmarkt 8; M. Kennis, z.b., naar Echt; W. Reynders, dienstbode, naar Maashees 80; M. Engels en vrouw, vrachtrijder n. Meeilo Blitterswijk 80; verstoort Uw gestel en humeur. Neem geen sterk werken de purgeermiddelen, doch de een normale ontlasting gevende 0.65 p. flacon. De Crisis-Varkenswet. Hoe den boer steuu wordt verleend. Op 15 Augustus is de crisis var kenswet in werking getreden. Er zal nog niet volledige uitvoering worden gegeven aan alle bepalingen van de wet, o.m. niet aan die betreffende het merkeD der varkens. Dit zal pas later zijn beslag kun nen krijgen. Het elï'ect reeds voor de in- Averkingtreding. De landbouwers hebben reeds geprofiteerd van den invloed der verwachtingen, door het vooruit zicht op deze wet, gewekt. Direct na de bekendmakingen van den Minister, dat het in de bedoe ling van de regeering lag, de var kenshouderij te steunen, zijn de prijzen der varkens gestegen tot een niveau dat vrij ver ligt boven dat van de wereldmarkt. Men moet aannemen, dat sedert begin Juni, toen de prijzen het laagste punt hadden bereikt, n.l. van 8 cent per pond, levend, de land bouwers van 5 tot 7 cent per pond meer hebben ontvangen dan zij anders zouden hebben gekregen. Nederlandsehe en Gewestelijke centrales. De Nederlandsche Varkenscentrale aan welke de uitvoering de wet in hoofdzaak is opgedragen voor- loopig nog gevestigd in het depar tement van Economische Zaken en Arbeid te 's Gravenhage wordt in htiac taak bijgestaan door elf gewes telijke varkenscentrales, voor elke provincie één, met uitzondering van een gedeelte van Gelderland, n.l het Rijk van Nijmegen en het Land van Maas en Waal dat bij Noord- Brabant is gevoegd. Deze Gewestelijke Varkenscentrale dragen op hun beurt een deel der werkzaamheden over aan plaatselijke commissies. Deze zorgen voor de inventarisa tie en het merken van de varkens. Zij bepalen op grond van alge- meene regels ook 't aantal varkens dat bij iedeiea varkenshouder zal kunnen worden gemerkt. Financiering van den steun. De geldmiddelen, noodig om de prijzen te steunen en om de tekorten op den export aan te vullen, worden verkregen door heffingen. Deze zul len geschieden van alle geslachte varkens naar het slachtgewicht. Als slachtgewicht geldt het sehoone varken met de nieren. Voorloopig is de heffing bepaald op 9 cent per K.G. slachtgewicht, hetgeen ongeveer overeenkomt met 7 tot 7i/s ct. per K.G levend ge wicht. Deze heffingen geschieden voor zooveel de varkens met het oog op de vleeschkeuringswet toch moeten worden gekeurd door de keuringsdiensten. Geen ingrijpen in den biuncn- laudschen handel. Het ligt niet in de bedoeling om in te grijpen in den binnenlandsche handel, d.w.z. in den handel in varkens, bestemd voor de binnen landsche markt. Op de gewone wijze kunnen slagers, commissionnairs, of wie dan ook, de varkens bij de land bouwers koopen. Alleen indien mocht blijken dat van de zijde van dezeD niet medegewerkt werd om den landbouwers een behoorlijken prijs uit te betalen, zou de mogelijkheid niet uitgesloten zijn, dat de Neder landsche varkenscentrale gedwongen wordt, ook in den binnenlandschen handel in te grijpen. Goneentratio van don export. Inzake den export ligt het in de bedoeling een (verdere) concentratie tot stand te brengen. Reeds met het oog op de controle en om ervoor te waken, dat de voordeelen van de crisisvarkenswet werkelijk komen daar, waar zij moeten gelden is dit noodzakelijk De 'grootste export van het Nederlandsche var kensvleesch vindt plaats in den vorm die gij zijt Wil ik het u eens zeggen Hannes was bij u Dat had ik onmiddellijk ge- dachl... of... Hebt ge het wel opgemerkt, Pauline wat heeft Andrees Pie pers gisteravond veel met Trina gedanst Zeker heb ik het opgemerkt en zoo'n leugenaarster zegt, dal zij hem niet mag lijden. En gisterenavond heeft hij haar eeri heelen zak suikerboonen gebracht, zeker voor een halven gulden. Zeg eens Trees, hebt gij Net je gisteren niet gezien, met wat air zij ons voorbijging? Ja, dat zal wel zijn, zij heeft het erg in den bol. Zij meent, dat zij reeds hoog en droog op de hofstede zit. Dén geheelen avond heeft Hannes met haar gedanst als waren zij in het geheel niet daar, nu, mij kan het juist niet schelen, maar ik heb* mij toch tot in mijn ziel geërgerd. Juist alsof in ons dorp geen fat soenlijk meisje meer te krijgen is. Gij hebt wel recht, Belje. En 's avonds heeft hij haar een half uur ver naar huis ge bracht, zoo'n domme gek. Hij had zoo ver niet behoeven te loopen. En zij moest zich schamen. Zoo gaat het vier weken lang op alle koffievisites en zoo'n oude vrouwelijke dorpskalender weet dikwijls vijf jaren vooruit alle mogelijke paren aan te wijzen Ook Setje en de jonge boer boden den lieden stof tot gesprek Al pratende over koetjes en kalf jes sloegen zij met al de anderen langzaam den weg in naar het dorp. Hadden zij maar eenigszins op hun omgeving acht geslagen, zoo zouden zij bemerkt hebben hoe menig nieuwsgierige blik op hen gevestigd was, hoe menig nieuwsgierig meisje walnadercrac om van de zaak zeker te zijn zij zouden dan ook bemerkt hebben, hue een hooge gestalte met fon kelende oogen zich in de schaduw der beukenlaan zocht te verbergen Eindelijk was de weg afgelegd en de twee buurkinderen scheidden Met vluggen slap schreed Johan nu op de boerderij aan. Onder uil het dorp klonk het vroolijk gezang uit de «Kroon", ham tegemoet. Neen, nu mocht hij er niet heen Hij was op dat oogenblik niet ge stemd om zich aan luidruchtige vroolijkheid over te geven. Al peinzend trad hij verder. Plotseling verneemt hij een vluggen stap achter zich. eer hij zich kan omkeeren, voelt hij een hevigen stag op zijn hoofd. En bijna was hij bewusteloos neer gezonken zoo hevig en onver wacht kwa ii de slag. Fluks draaide hij zich om week ter zij en stond vuor zijn verraderlijken tegenstander. Hij was geheel weerloos, zou hij wijken of stand houden? Schurk, waarom slaat van bacon en versch geslacht vleesch. De baconexport zal geheel ge concentreerd worden. Daar de export van versch vleesch voor een goed deel in handen is van de exportbedrijven, is daarmede natuurlijk tevens deze versch vleesch- export geconcentreerd. Niet uitge sloten zal het evenwel zijn, dat de andere expor eurs van versch var- kensvleesch, die zich met deze export tot nu toe bezig hielden en niet een exportbedrijf houden mits onder controle, dezen export blijven voort zetten. Extra-speksteun. Vooral om te zorgen, dat de meest onvoordeelige, d.w.z. de aller zwaarste varkens, zoo spoedig mo gelijk worden opgeruimd legen een behoorlijken prijs, heeft de Neder landsche varkenscentrale bepaald, dat zij den export van spek van varkens boven een bepaald slachtgewicht (voorloopig bepaald op 2oo K,G. slachtgewicht) zoo noodig voor een paar weken zal steunen met een bepaald bedrag per K.G. spek, ten einde de markt hier niet opnieuw te belasten. Het ligt in de bedoeling om, ten einde moeilijkheden te voorkomen, dit spek van een bepaald merk te voorzien. Productie-beperking. Aan de landbouwers heert deze wet reeds voor zij in werking trad voordeel gebracht en zij hoopt, in de toekomst nog dit groote voordeel te brengen, dat zij de varkenshou derij op een loonende basis houdt. In dezen crisi tijd wordt hiermede aan een ernstigen wensch voldaan. De mogelijkheid van prijsverhoo- ging zal, zelfs als men geen rekening houdt met de belangen van de con- -sumenten, aan vrij enge grenzen ge bonden zijn. Inventarisatie en merken, den loop van de volgende maand zal een inventarisatie gehou den worden van alle aanwezige varkens. Bij deze inventarisatie zul len ook alle aanwezige dieren wor den gemerkt met een oormerk, zooals dat tot nu toe bij stamboek varkens o.a. gebruikelijk is. Het ligt in de bedoeling voor- loopig den handel in biggen enz. geheel vrij te laten, zoodat de eenige bemoeiing, die de fokkers zullen hebben, is dat zij de biggen zullen moeten laten merken en dat zij niet meer fokzeugen mogen houden dan hun wordt medegedeeld. Huisslachting. Van alle slachtingen zal de hef- g moeten worden betaald met uitzondering van een gedeelte der buit slachtingen. Vrijgesteld zullen moeten worden de huisslachtingen van hen, die niet meer dan twee varkens per jaar mesten en er één voor eigen gebruik slachten. Het is niet billijk te achten, dat de landbouwers, die in zoo hooge mate profiteeren - bij een prijs verschil van 5 cents per pond maakt het op een varken van 200 pond reeds £10 uit, ook nogmaals vrijge steld zouden 2ijn van 'n betaling der heffing op huisslachtingen. Zij zullen evengoed als de slagers daarvan hebben te betalen, de heffing, die bedraagt 9 cent per K.G. geslacht, hetgeen overeenkomt met f 7.50 per 100 K.G. levend gewicht. Het is niet anders dan billijk te achten, dat iemand die voor al zijn varkens profiteert voor een bedrag van misschien f10, voor een te slachten varken de heffing zou betalen v. f7.50. Liet men zulks vrij, dan zou dat niet alleen een daling met zich medebrengen van den uit te betalen prijs, maar het zou een zeer onbillijke concurrentie beteekenen voor de slagers. gij mij? riep hij en stortte in blinde woede op den jager los. Deze was teruggesprongen om zich tot een nieuwen slag gereed le maken. Zijn voet gleed uit, hij struikelde. In een oogwenk was Johan hem naar de keel gevlogen, ont rukte hem den stok en slingerde dien ver van zich af. Nu begon een woedende strijd. Ieder zocht den anderen op den grond le krijgen. Eensklaps tastte de jager in den zak van zijn jachtrok, een blank jachtmes flikkerde in zijne handen. Hond! wilt gij steken? riep Johan; met de eene hand hield hij zijn arm vast, met de andere wrong hij hem de keel toe. De jager stortte ter aarde; het mes ontviel zijne handen. Johan raapte hel op en wierp het van zich af. Zijn tegenstander was overwonnen. Stroop®r, laat mij los, kreun de deze. Die woorden brachten Johan buiten zich zeiven van woede. Het was een geluk, dat hij slok nog mes ter hand had. Toen de eerste woede voorbij was, verheugde hij zich dat hij niet zoo ver gegaan was. Eenige zware vuistslagen vielen. Men- schen kwamen nabij; Johan liet den jager los. Deze schuimbekte van woede over zijne schandelijke nederlaag, sprong op en verdween in de struiken. De schutters 'trokken onder het

Peel en Maas | 1932 | | pagina 5