►lad van MLJLJki Het Geluk. Het cadeaustelsel op bons. FEUILLETON Arme Clara liemengde Berichten ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1930 Een en vijftigste Jaargang No. 39 „De Boekverkoopei" schrijft „De wereld wil bedrogen zijn." Wie deze slelling uitvcni, was een groot wijsgeer, maar vooral een geducht menschenkenner. In een enkel woord is hierin uitgedrukt de mate van onverstand, de kortzichtigheid, het gebrek aan nadenken, welke bij verschillende gelegenheden de massa blijken te beheerschen. Niet alleen, dat men de massa ge makkelijk een rad voor de oogen draait, neen, de massa wil bedrogen zijn, zoekt het bedriegelijke. de listig op touw gezette misleiding, zoo slechts een glimp van iets aanlokke lijks haar weet aan te trekken, of schoon de dichter waarschuwt „Mensch, o mensch, wordt niet bedrogen door den glimp van Ioozen schijn." Betooverend werkt op haar het woord: „cadeau",het woord: „gratis" En daarop speculeerden sommige fabrikanten, sommige handelaren, die meenen nu eens extra slim te zijn. Uit wat volgt, moge echter duid. l.jk blijken, dat ook zijzelven tot de ge dupeerden behooren. Wat n.l. is het geval Nadat in vroegeren tijd een onge vaarlijk „cadeaustelsel" in zwang was, waarbij een bakker een koekje en een slager een stukje worst cadeau gaf aan zijn afnemers, is het lang zamerhand uitgegroeid tot een plaag voor fabrikanten, handelaren en ver bruikers. Al deze categorieën zijn zooals duidelijk blijkt uit het „Ver slag van de Commissie tot onder zoek van het cadeaustelsel" in meer derheid verklaarde tegenstanders van het stelsel, en toch blijft het bestaan, omdat de een voor den ander de moed mist er kortweg mee te breken. Het is er mee als met de algemeene ontwapening. Men vergadert, men confereert, men kijkt elkaar angst vallig naar de oogen, men legt de meest vredelievende verklaringen af en onderwijl gaat men genoegelijk voort in het geheim vloten te bouwen. De bedrijfstakken, die zich geheel hebben weten vrij te houden van het door ieder weldenkend indu .trieel verfoeide systeem, kunnen, dat blijkt toch duidelijk, zich even goed, zoo niet beter ontwikkelen dan de overige, die er een deel van hun winsten aan meenen te moeten ten offer brengen. Omdat men nu eenmaal gewend is zijn hoed te koopen zonder daarbij een bon of cadeau te ontvangen, eischt geen enkel hoedenkoopend man zulk een buitenkansje van zijn leverancier, maar omdat men het publiek gewend heeft aan cadeautjes bij koek of zeep, beschouwt men dit bij den aankoop van zulke artikelen langzamerhand als zijn goed recht Laten de fabrikanten nu eens niet angstig zijn voor elkaar en Iaat ieder voor zich bij wijze van grootscheep- sche reclame adverteeren „Bij mijn artikelen worden noch bons, noch cadeaux verstrekt, omdat ik al mijn aandacht, besteed aan de qualiteit van mijn producten, omdat ik de verkoopsprijzen zoo laag mogelijk calculeer, omdat ik U reeds in mijn waren zelf de volle honderd procent van de door U bestede bedragen lever Wij zijn er in ons hart van over tuigd, dat de huisvrouw of wie tot Uw afnemers behooren, bij eenig nadenken zal leeren inzien, dat inder daad goede wijn geen krans behoeft. De overtuiging, dat men zijn eigen cadeaux betaalt en in den prijs èn in de qualiteit der waren, moet op Een overtuigend bewijs, zeide spottend een der andere kapiteins. Woont gij voor de eerste maal een krijgsraad bij Neen, senor, antwoordde de jonge man levendig. Ik woonde nog een ander bij, waarin ik met afschuw en afkeer den aangeklaag de schuldig sprak; want behalve mijn geweten, verbond mij ook mijn eed op de wet. Maar ditmaal sprak ik dezen, zelfs den eed, in aanmerking genomen, vrij. Het staat u vrij, dit te doen, zeide de president, gij weet wel, dat gij uwe stem, als de beurt aan u komt, schriftelijk moet afgeven. De beurt komt het eerst aan mij, antwoordde de jonge man, het blad met levendigheid na derende en zijne vrijsprekende stem daaronder schrijvende. De overigen schreven elk op hunne beurt, hunne stem neder en toen het blad in handen van den president kwam, waren de stemmen gelijk verdeeld. De jeugd, wier schoonste voor recht de grootmoedigheid is, had voor het leven gestemd, de drie oudere rechters voor den dood den duur algemeen doordringen en als het zóó ver is, zal het geven van cadeaux niet langer een reclame, maar een soort anti-reclame worden. Wij gelooven zelfs, dat de tijd nadert, welke deze gedachte tot rijp heid brengt. Het publiek wordt hoe langer hoe meer overstroomd met nuttelooze en vaak ongewpnschte zaken. Voor huismoeders, die er dienst boden op na houden, heeft de kwestie nog een andere kant. Wanneer een havermout-fabrikant lepels en vorken ter beschikking stelt op bons, welke natuurlijk gracielijk ten behoeve der keukenprinses worden ingewisseld, dan kunt ge er zeker van zijn, dat de haverraoutrekening onrustbarend stijgt totdat „Mina" aan haar 12 couverts toe is. Ge kunt protesteeren of niet, behalve de gezinsleden zul len zoowel de hond als de kat. de duiven en de kippen een duchtige havermoutkuur ondergaan, die hun gezondheidstoestand wellicht afdoende knauwt. Maar raillerie a part. Vaak zal het cadeaustelsel, op deze wijze begrepen tot verspilling leiden. En zullen de afnemers hun presentjes dan niet dubbel en dwars betaald hebben Meermalen werd reeds in Midden standskringen de nadeelen van het stelsel voor den reëelen handel be sproken en aangetoond. Wij kunnen ons hier dus tot een enkele greep beperken. Wanneer een fabrikant bonnetjes insluit bij zijn artikelen, dan zullen er laat ons zeggen 50 pet. verloren qaan. Hij looft dus cadeaux uit, waarvan slechts de helft daadwerke lijk behoeft te wprden uitgereikt. Hij calculeert de cadeaux in den prijs en wie niet mee profiteert, betaalt toch dien verhoogden prijs zonder de voordeelen te genieten, die slechts aan de hardnekkige verzamelaars ten goede komen. Dit is althans voor den fabrikaint geen nadeelige zaak, ofschoon de verbruikers voor een groot deel dupe zijn. Laat ons nu eens zien in hoeverre en onder welke groepen bet systeem toegepast door de fa. Scheepstra in Leeuwarden slachtoffers maakt. Deze firma verkoopt èn aan fabrikanten èn a<xQ winkeliers de boekeubons „Nationaal" a 1 ct. per punt. Voorts stelt hij boekencatalogussen beschik baar, waarin achter elk boek het aantal punten (centen) vermeld staat, waarvoor het bij hem te krijgen is. Wij zullen bier nu niet nagaan op welke wijze de fa. Scheepstra in het bezit kwam van boeken, welke haar tot deze werkwijze in staat stellen. De bepalingen onzer organisatie, die van uitgevers en boekverkoopers, zullen wij ditmaal eens buiten be schouwing laten. Wij willen ons nu eens uitsluitend beperken tot het beschouwen van de economische werking vau dit systeem. Aannemende dus, dat alles vol komen reglementair in zijn werk gaat, komen wij dan tot de volgende conclusies le. de verbruiker is op gelijke wijze dupe als reeds in het voor gaande is beschreven. Hij betaalt natuurlijk a priori zijn eigen cadeau. Wel komt hij in het bezit van een aantal bons, die hij wellicht weggooit, verliest, kwijtraakt. In het gunstige geval, dat hij inderdaad een flink aantal bons bij elkaar krijgt, zal hij een keuze moeten doen uit de „Boekenlijst Nationaal", die (en dat pleit tenminste voor velen onzer uitgevers) slechts boeken van eenige uitgeverijen bevat. M.a.w. het geld, dat hij toch op een of andere wijze zelf betaalt, mag hij nu, met de reeds genoemde risico's, besteden aan één artikel, n.l. boeken en dan nog wel aan enkele bepaalde boeken De stem van den president moest beslissen. Deze aarzelde niet en de pen grijpende, schreef hij »Ten opzichte der zaak José Cama* is mijne stem, dat hij tot de straf van het doodschieten veroordeeld worde, naar de wet en de koninklijke verordenin gen van 17 Febr. 1778 en van 6 Maart 1815" en onderleekende Victor Guerra. Den volgenden dag reisde de overste met den post naar Madrid en den daaropvolgende» werd José Camas doodgeschoten. Korten tijd na de verhaalde ge beurtenissen bevond zich de naar Europa terugkeerende kapelaan in zijne woning opgesloten en ten prooi aan de diepste smart. In zijne handen hield hij eene cou rant, die in een van Malaga ge dateerd bericht de vermelding der terechtstelling van een vader moordenaar bevatte. Die ongelukkige, heette het in de courant, José Camas ge naamd" en door onwederlegbare bewijzen overtuigd, bekende nooit zijn misdaad. Zij het uit aange boren of gehuichelde onnoozelheid hij kon of wilde niets te zijner verontschuldiging aanvoeren, wat zijn ontzettend misdrijf zou kun nen verminderen. Hij stierf met nederige onderwerping, maar hield tot op het laatste oogenblik niet Een handig jurist zou hierop haast de bepalingen tegen „gedwongen winkelnering" van toepassing weten te brengen. Want inderdaad, het is eigenlijk niets anders dan dat Het eenige, werkelijk voor beide partijen bevredigende bonnensysteem is dat der kassabons. Het publiek geraakt dan bij aankoop tot een zeker be drag in het bezit van geld. Dit geld kan naar eigen goedvinden besteed worden. Het zou al een heele stap in de goede richting zijn, als men zich uitsluitend hiertoe bepaalde. De onderlinge concurrentie ten aanzien van het aantal te verstrekken bons bij aankoop van een bepaald bedrag, waartoe de wiakelre s worden opge zweept, zal dan ook niet meer be staan. 2e. de fabrikant of winkel er is ditmaal zelf ook dupe. Want hij be taalt de bons a 1 ct. aan Scheepstra vooruit. Of ze verloren gaan, inge wisseld worden of nietze zijn ge kocht en betaald. M.a w. het voor deel, dat wij hierboven ten aanzien van zijn eigen bons beschreven, komt nu niet hem ten goede, maar een ander, die zijn geld al binnen heeft en zeker van zijn leveranciers geen credieten noodig heeft, want. zijn afnemers betalen hem vooruit. Wie heeft ooit zooiets gehoord Men heeft de Nederlandsche. koop lui wel eens de „Chineezen van Europa" genoemd. Dat was niet vriendelijk. Maar nu is toch wel gebleken, dat er altijd baas boven baas is de Chineezen. hebben zich bij de neus laten nernen. Er was er een, die nog vroeger opstond dan zij. De ffrma Scheepstra was er wel achter, toen zij d t systeem uitdacht. Geld vooruit innen en afwachten, of we er nog wat voor leveren moeten ook. Bij haar snijdt het mes aan 2 kanten le. Winst op de boeken, uit hoofde van de vanwege den uitgever genoten korting, 2e. Winst op de bons, uit hoofde van de vetloren geraakte, oningewis selde en bij de handelaars in voor raad blijvende „punten" (centen). En het hakt er nogal in ook. Wij vernamen, dat de fa. Scheepstra reeds 4.000.000 bons heeft weten te plaatsen, dus voor een bedrag van f 40.000. Laat ons nu eens aan de lage kant blijven en veronderstellen, dat 40 pet. van de bons zoek raken. Zonder eenig risico kan de firma dus reeds t 16.000 in haar zak steken. Aan de 60 pet. bons, die ingewisseld worden, verdient zij ook nog 40 pet., of tewel f 9.600. Uit deze cijfers blijkt, dat de gezamelijke winkel ers de firma Scheepstra f 25.600 toever trouwen om reclame voor hen te maken. Of anders gezegd: de winke liers geven f 40.000 uit en hunne clienten krijgen voor een netto waarde van f 14.400 in handen. Winkeliers, weest toch niet zoo dom om nog langer dergelijke uit wassen in het leven te houden 1" Welk recht heeft de fa. Scheepstra eigenlijk op belooning Welke dienst bewijst zij de maatschappij De uit gevers en fabrikanten maken pro ducten aan. Zij vergrooten de pro ductie ten behoeve van de consu menten, De boekverkooper en alle andere winkeliers distribueeren en verplaatsen die producten naar waar er vraag naar is. Beide groepen hebben een productieve taak te ver vullen in de maatschappij. Het is billijk en economisch noodzakelijk, dat zij een loon uit die maatschappij verkrijgen, waardoor zij hun arbeid kunnen voortzetten Maar welke taak vervult een bon nenfirma als Scheepstra Geen enkele Slechts een maatschappelijk onge- wenschte. Het is een parasiet, die op, zijne onschuld te bezweren. Volgde de opgave van den pre- sid nl en der rechters, die den krijgsraad hadden uitgemaakt. Hij hijmompelde don Caspar met ontzetting voor zich, hij kon den ongelukkige veroor- deelen, van wiens onschuld hij overtuigd wasArme, nog gruw zamer dan zijn vader, vermoorde broederArm schepsel, dat zich willoos aan hel wilde dier prijs gaf, dal hem verscheurde De kapelaan had zijn hoofd met beide handen bedekt, en een diepe, zware zucht ontsnapte van tijd tot tijd zijne bedrukte borst. Op dat oogenblik hoorde men iemand aan de deur van zijne kamer tikken. Ik kan niemand ontvangen," zeide de pater kapelaan met zwakke stem, ik hen niet wel. Open, senor don Gaspar, ik ben het, Bernardo, en moet u zien, zeide eene slem van buiten. De kspelaan, die de stem van den ouden vriend zijns broeders herkende, Leproefde zich zoo goed mogelijk te herstellen en oper.da. Tio Bernardo, zeide hij tot hem, g'j kent het nieuwe ongeluk, waarmede God mij bezocht heeft, dat mij buiten staal stelt iemand te ontvangen. Ik weet alles, antwoordde de oude maü, en nog meer dan gij gelooft. En ik kom u zeggen, dat uw broeder onschuldig was. Ik wist het wel, dat die zich op de bloedaren dec maatschappe lijke welvaart heeft vastgezet en er de beste krachten aan tracht te ont trekken, zonder er iets voor terug te geven. En zulk een parasitair werk wordt door de maatschappij beloond met een tweevoudige winst En daaraan werkt een deel van de Nederlandsche nijverheid en den Nederlandschen handel thans mede Rustig laat men zich zand in de oogen strooien. Wij twijfelen niet of bij eenig nadenken, zal iedereen moeten toe geven, dat hier sprake is van een bedrog, dat wellicht thans nog niet vervolgd kan worden, ofschoon een desbetreffend wetsartikel t.z.t. zeer zeker zijn beslag krijgt, maar dat toch met alle middelen moet worden bestreden. Op zichzelf i3 het reeds in strijd met den goeden gang van zaken, dat een z g. afdeeling bedrijfsreclame zooals de fa. Scheepstra dit deel van haar zaak kenschetst, ten koste van verschillende groote maatschappelijk groepen, tweeledige winsten weet te behalen. Anderszijds moet worden ingezien, dat het weer neerkomt op een nieuwe belasting van het bedrijfmen gaat de exploitatiekosten, die beter gedrukt konden worden, vrijwillig verhoogen, alleen omdat men de moed mist, een voor een. zulk een voor den handel noodlottig systeem, dat slechts neer komt op verspilling van maatschap pelijke goederen, den rug toe te keeren. Men klopt elkander maar geld uit den zak. En men moet nimmer ge looven, dat de cadeau-ontvangers dan tenminste tevreden zijn gesteld. Zij zullen steeds meer gaan eischen. Een steeds hoo'ger percentage van zijn winst zal men hebben af te geven terwille van., elkaar. Daarom vinden wij het zoo ver standig van het Bestuur van de Ver eeniging „Friesland" het volgendein haar blad te pubÜceeren „Het is verboden I Het Bestuur van de Vereeniging „Friesland" verzoekt Leden en Win keliers er rekening mede te houden dat het verboden is op Sigaren, Tabak, Sigaretten enz. enz. boeken en andere bons cadeau te geven. Het Bestuur vertrouwt erop, dat de Winkeliers zuilen inzien en be grijpen, dat het algemeen geven van Bons geen andere bereekenis voor de Winkeliers kan hebben, dan elkanders verkregen winst weder afhandig te maken." Wij ontleenen deze mededeeling aan „De Sigarenwinkelier" en juichen het toe, dat het Bestuur van bedoelde Vereeniging bij de fabrikanten heeft wéten te bewerken, dat ook 'de eenige onwillige, niet aangesloten sigarenwinkelier, dien zij als „indirec- ten prijsbederver" zeer juist karak- teriseeren, door staking van leverin gen gedwongen werd op te houden met het verspreiden van boos. Bravo Zoo moest elke rechtge aarde middenstandsvereeniging han delen. Des te eerder was dan het einde van al dergelijke uitwassen daar. Wa: de boekenbons betreft, ten slotte, vermeldt „de Sigarenwinke lier" nog de volgende bizonderheid „Slechts één kan er beter op wor den. Slechts één zal de voordeelen, de buitensporige voordeelen. opstrij ken, nl. de verkooper van de bonnen, waarover wij hierboven schreven, Wilt gij bewijzen Ziehier dan. Een onzer winkeliers welke onna denkend voor f 50.bonnen had gekocht, wenschte dezelve weder bij de Bonnen-Firma in te wisselen. Zulks was mogelijk, echter met een verlies van 40 pet. (zegge veertig pet.) Hetgeen dus wil zeggen, dat ongelukkige niet in slaat was, zulk eene misdaad te begaan. Maar de bewijzen waren zoo over tuigend, en zijne onbekwaamheid zich te verdedigen, zoo groot, dat de waarheid niet aan het licht kon komen. Dat uur zal komen, don Gaspar, antwoordde de veteraan. Maar Le laat, zuchtte de kapelaan op een stoel terugzin kende. Dal zal de smart zijn, die de rust mijns levens verbitteren zal, zeide Tio Bernardo, over wiens gebruinde wangen de eerste tranen rolden, die deze man weende, wiens standvastigheid aan onge voeligheid grensde. Maar die José was naar hel schijnt, zelf er 't ijverigst op uit, dat zijn treurig lot vervuld zou worden. Ik heb hem bevolen, wanneer zij hem ontdekten, voor alles het mij bekend te maken; juist dat echter verzuimde hij. God heeft hem met weinig verstand geschapen, maar zijn eenzaam leven heeft hem geheel en al onnoozel gemaakt. Hoe hebt gij hem dan na zijn^ desertie gezien vroeg de pater kapelaan in gespannen ver wachting. Ja, sennor, antwoordde Tio Bernardo maar hoor naar mij, ik zal u alles vertellen. Zoodra zich hel gerucht verspreid had, dat José de moordenaar geweest was, zeide ik onmiddellijk bij mij zeiven, dat het niet waar kon zijn, de betrokken winkelier voor de f 50 gekochte Bons er slechts weder f30 voor terug kan krijgen. Zegt zulks U niet genoeg Maar afgezien nog zelfs van de principeele kwestie, die wij hierboven uitvoerig genoeg meenen te hebben uiteengezet, als men dan al iets zou willen cadeaugeven op bons en als men daarvoor boeken zou willen kiezen, was het dan voor den fabri kant of den winkelier niet veel voor- deeliger geweest de bons bij boek verkoopers te koopen en deze con ditie te maken, dat slechts die bons behoefden te woiden betaald, die inderdaad bij den plaatselijken boek handel werden- ingeleverd, waardoor en het nadeel der verloren geraakte bons en de verliezen bij de terug gave zouden worden vermeden Wij willen hier op het oogenblik niet beslissen of wij al of niet dit voorstel aan decadeaugevende firma's zouden moeten doen, aangezien wij het orincipe verwerpen, maar wij formu'eeren het maar eer> zoo, om aan te toonen, dat de royale industrie ditmaal niet met zijn welbegrepen eigenbelang heeft rekening gehouden, anders was ongetwijfeld een dergelijk voorstel van haar zelf uitgegaan. Voor de organisatie van ons eigen vak kan deze regeling nog dit voor deel hebben, dat geen enkele uitgever zich voor de verleiding zou zien ge plaatst iet; te doen wat niet mag, althans niet behoort en dat van knoeien in geen enkel opzicht sprake zou kunnen zijn. Ten slotte heeft de consument nog het groote voordeel, dat hij bij den plaatseiijlcen boek handel een keuze heeft uit alle boeken, zonder zich te behoeven te beperken tot die uit eenge vrij beknopte boekenlijst. Voor alie belanghebben den zou zulk een regeling veel en veel voordeeliger zijn, terwijl nog deze maatschappelijke overwinning wordt behaald, dat een parasiet zijn levenskansen ziet verminderen, ja zelfs verdwijnen. Moge het zelfs niet noodig blijken, dat ook de bona fide handel eendoor hem verderfelijk geaebt stelsel met de eigen middelen bestrijden en ver nietigen gaat. Moge de gansche middenstand zich het zand uit de oogen wrijven, schijn van waarheid weten te onder scheiden en een eind maken aan een werkwijze, die noch moreel, noch maatschappelijk verantwoord, slechts leiden kan tot verzwaring van het toch al zoo overbelaste bedrijfsleven, tot onregelmatigheden, beunhazerij, waar tegenover eigenlijk geen enkel werkelijk voordeel kan worden ge plaatst. Wij besluiten met een opwekking aan de verschillende middenstands bonden en -vereenigingen. Laten wij ons niet aan dien „loozen schijn" vergapen, maar laten wij gezamer lijk arbeiden tot uitroeiing van alles wat een gezonde ontwikkeling van alle bedrijven belemmert en vertraagt. ingekomen en vertrokken personen van 5 tot 12 September INGEKOMEN: H. F. Th. Cremers, z.b., Eindstraat 17 van Zevenaar; C. G. Schellen, z.b.. Hensenius- straat 13 van Grubb^nvorst Th. J. G. Sijbers. voeger. Hoender straat 26 van Eindhoven M. J. A. Kooien, onderwijzeres, Eindstraat 8 van Oisterwijk H. H. C. de Bruyn, verpleger, Stationsweg 32 van Boxmeer. VERTROKKEN N. A. A. Stegerman, electricien, naar Heer, Schoolstraat 13; J. Poels, landbouwer, naar Grave en ik bleef daarbij, ook voor den rechter, die mij liet roepen. Ik kon geen anderen grond aanbren gen, dan die, dat ik den ongeluk kige kende, die zelfs niet in staal was, eene vlieg te dooden, en dat deze overtuiging meer gold, dan alle bewijzen, die zij mij voorleg den. Ik koesterde een vermoeden, wie de schuldige zou kunnen zijn, maar kon het niet wagen, hem le noemen, zonder een bewijs aan le voeren, dat mij daartoe had kunnen machtigen. En wien houdt gij voor den dader van het misdrijf 7 vroeg de kapelaan, zijne oogen onderzoekend op hem richtende. Eene Kaïnsziel, die gij niet kent, pater. Dat is een korrel uit een anderen zak en zal wel op zijn tijd gemalen worden; alles zal gebeuren, als de strik maar niet scheurt. Ik had, toen het ongeluk gebeurd was, den hond van mijn vriend, die trouw, moedig en van een goed ras was, bij mij genomen. Op zekeren dag, toen ik de verlatene herberg voorbijging, bleet het dier voor de deurslëan, en begon klagend te huilen. Hoe ik hem ook toeriep, hij wilde inij niet volgen en zich niet van de deur verwijderen. Ik moest hem open doen, zeide ik bij mij zei ven, omdat hij zich zou kunnen over tuigen, dat zijn heer er niet meer was. Ik opende voor hem de deur, die toen nog op hare plaats was, en het dier liep snel naar binnen. A. W. P. Claessens, z.b., naar 's Hage, Laan van Meerdervoort 27; G. P. J. v. Meijel, z.b., naar Echt L. J. Poels. dienstknecht, naar Vierlingsbeek A. J. J. G. Nuyens, z.b., naar Boxmeer, 't Zand B 85 G. M. v. Lierop, dienstbode, naar Blerick, Klein-Echtenray. Clara Bow is een der beroemdste filmsterren der Vereenigde Staten. Zij is pas 23 jaar en komt handen te kort voor al de minnaars, die er naar dingen. Zij was nog een kind, toen zij reeds het schoonheidsrecord behaalde. Kranten en brieven staan vol lof over haar prestaties. Foto grafen worden nooit moede, hare bevalligheid op de gevoelige plaat te vereeuwigen. Kortom, Clara Bow staat op het oogenblik op hettoppunt van geluk 7 Arme Clara Zij ondervindt thans, hoe ijdel heel de wereld is. Zij heeft waarschijnlijk nooit de voorrede van Sint Alfonsus' bezoeken gelezen, maar zij gevoelt des te meer, hoe waar de woorden des Heiligen zijn; Geloof mij, alles is dwaasheid Feesten, schouwspelen, bijeenkom sten, uitspanningen, ziedaar de goe deren vol van bitterheid, vol van doornen. Geloof iemand, die 't weet bij ondervinding en dat nog steeds betreurt. Geloof iemand, die het weet bij ondervinding. Arme Clara Zij heeft haar verdriet uitgekreten in een in- tervieuw. waarin zij onder andere verklaarde „Ik wil altijd huilen. Ik kan altijd huilen. Alles is zoo dwaas en stum perig. Ik werk als een paard. De eene film na de andere en ik doe het om te vergeten. Ik kan nooit slapen. Ik slaap soms in weken niet. Is dat leven Het is een hel. Mijn zenuwen zijn kapot, ieder oogenblik kan ik instorten. Mijn contract loopt nog twee jaar, als ik het zoolang uithoudt, en dat is nog de vraag," 't Is waarachtig ook voor meisjes met eergevoel en gevoel van ver antwoordelijkheid geen kleinigheid om altijd weer opnieuw door Jan en alleman in alle mogelijke ontkleedin gen en alle mogelijke scènes op-het- kantje-af in uitstalkasten en op de film, te worden aangegaapt en aldus mede te werken aan het volksbeden. De fokyeedug te Cuyk. Reeds op tal van plaatsen is* dezen zomer een lokale of interlo kale keuring georganiseerd, waarop men veel en goed vee heeft kunnen bewonderen. Toch wil ik nog even de aandacht vestigen op den fokveedag te Cuyk, die op Donderdag 25 September a.s. zal worden gehouden. Deze dag zal niet alleen alles, wat op dit gebied gepresteerd is, overtreffen door het groote aantal stuks vee. dat zal woeden aangevoerd, de cataloog vermeld niet minder dan 564 num mers maar ook door kwaliteit, aangezien bet puikje uit bet Land van Cuyk wordt voorgebracht. Bij de steeds grootere beteekenis, welke de veefokkerij en de veehou derij voor het gemengde bedrijf krijgen, kan de veehouders niet ge noeg worden aangeraden den Cuyk- schen fokveedag te bezoeken. Zij kunnen daar leeren, wat er door eendrachtige samenwerking en kennis en volharding met de veefokkerij te bereiken valt. wat voor hen een aansporing zal zijn, zich met meer Hel doorliep al zoekend, de kamer, alleen bleef hel dikwijls staan, om het hoofd in r'e ho< gte te heffen en een klagend gehuil te uilen, tot het eindelijk in een hoek kwam, waarop het gewoon was, up een bos stroo te slapen uit dat haalde de hond een stuk lin nen voor den dag, dat hij woedend begon te verscheuren. Ik naderde hem, en nam hem dien lap af, waarin ik bij nauwkeuriger bezich tiging een stuk van een broek herkende, dat, zooals ik onmid dellijk begreep, het moedige dier den moordenaar zijns heeren had kunnen ontrukken. Men kon er aan zien, dat de hond tot aan den gordel des bezitters van dezen broek gesprongen was, want van daar was het stuk met geweld tot beneden toe afgescheurd aan den eenen kant een kleine zak, en in dien zak een brief. Een brief, riep de kapelaan bewogen uit. Ja, senor, een brief; en of schoon het een minnebrief was, en niets er in stond, dat eenige opheldering had kunnen geven, verried toch hel adres ge««oeg want uit een vonk kan brand on tstaan. Tio Bernardo, riepde kapelaan uit, opslaande en niet de handen over zijn hoofd gevouwen, in uwe handen lag zijne redding en gij liet een onschuldige sterven 7 Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1930 | | pagina 7