Purol bij Doorzitten - Zonnebrand - Stukloopen
De Warmte
T ranspireerends
Zomerhitte
De Kippenhouderij op
het platteland
Kinderverlamming.
Gemengde Berichten
zwerftochten, welke ze maken, gaan koppels,
soms uren ver door bergen en dalen, j
beeken, rivieren enz., steeds snuffe
lend en zoekend wat van hun gading
is. Des avonds zijn ze echter weer
allemaal present, als ze genoeg heb
ben van al die lif-lafjes en hun
buikje weer naar wat degelijker kost
begint te verlangen, dan keeren ze
van zelf weer huiswaarts, blijven
een half uur liggen gillen en blèren
voor de deur van hun eigenaar en
krijgen dan eindelijk hun slobberig
avondmaal.
Iedereen ziet nu dus duidelijk, dat
een Braziliaansch varken (behalve
wanneer het speciaal moet worden
vetgemest, (dan duwen ze het natuur
lijk ook in een hok) een heel wat
onbezorgder, vrijer en franker leven
heeft dan een Hollandsch varken,
dat maar al te dikwijls zijn troost
moet zoeken op een paar vierkanten
meter grond. Dit maakt dus het
vierde verschil uit.
Al te groote vrijheid echter voert
tot ongebondenheid, zoowel bij
menschen als bij dieren. Op hun
onderzoekingstochten door berg en
dal hebben ze, evenals een mensch.
wel eens graag een lekker hapje,
betreden verboden terrein, met het
gevolg, dat zoo'n lekker hapje dik
wijls een bloedig staartje heeft.
Al wie wel eens zoo'n kippen
gekakel en gekrakeel van twee
kijvende buurvrouwen heeft meege
maakt, begrijpt er alles van Hier
gaat het dikwijls nog maar om een
stoute kip, dus men begrijpt wat
een lawaai het moet geven als zulk
een snood varken het in zijn kop
krijgt om op andermans land, het
welk dikwijls vanwege de uitge
strektheid niet zoo goed afgesloten
kan zijn, zijn honger te gaan stillen
tusschen de aardappelen en maïs
velden.
Buurman A. zegt dan tegen buur-
man(vrouw) B houdt je varkens
thuis... Buurman B. zegtik verdraai
het, jij doet het ook niet enz. enz.
getwist, gevecht enz.
Die twisten worden helaas op
kermissen of feesten van Patroons
heiligen, wanneer de wijn is in dén
man en de wijsheid in de kan, met
messen en revolvers uitgevochten,
Menige brave ziel verhuist dan,
opgehitst door het liefelijk gekijf
van het godvruchtig vrouwelijk ge
slacht, midden tusschen gevecht en
getwist, verhit door den alcohol van
het eene leven naar een waarschijn
lijk minder aangenaam hiernamaals,
doodgestoken of doodgeschoten met
een half dozijn messteken of kogels.
Zoo ziet men dus, dat 's menschen
zaligheid ook al kan afhangen van
een varken.
Vijfde verschil is dus, dat een
Braziliaansch varken helaas dikwijls
een dramatische rol speelt, terwijl
het Hollandsche varken nooit anders
dan een gewone nuchtere varkensrol
speelt.
B. B. Slot volgt
Het zijn hoofdzakelijk het oogenblik, nu er nog geen vol- omgeving van den zieke, omdat deze
misschien wel uitsluitend Indische doende kennis aanwezig is, aan te bij hoesten, niezen of spreken, tal
Loopeenden en Khaki Kampbells. die bevelen is. van kleine vochtdruppeltjes in de
lucht verspreid, in welke het virus
Men moet dus vermij-
veroorzaakt Slapeloosheid, maakt
Benauwd en Onrustig. Mynliardt
Zenuwtabletten maken Kalm
geven U een Veikwikkenden slaap.
Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten
door
JOS. BOSHOUWERS te LENT
Eenden houden.
VRAAG In „Rust Roest" zag
ik aanbevolen, meer eenden te
houden. Hier treft men ze goed als
niet meer aan. Gaarne vernam ik of
eenden ook zoo gehouden kunnen
worden, dat ze ook in den winter
leggen. Want zonder winterleg zal
de winst dunkt me nooit van be-
teekenis kunnen worden. Ik woon
hier op eene ontginning en heb
ruimte in overvloed, echter geen
water van beteekenis. Als u het eens
is met „Rust Roest" zou ik wel eens
met een toompje van een paar dozijn
willen beginnen. In de Bedrijfspluim-
veehouder zie ik wel adressen uit
de streek, waar ik vroeger woonde
en die ik dus ken. Antwoord gaarne
in Peel en Maas.
Uit Venray.
ANTWOORD De eendenhou
derij gaat in de meeste streken van
ons land achteruit. In Noord-Brabant
en Limburg werd zij nooit heel druk
beoefend, maar zoo weinig als nu
het geval is, kwam de laatste jaren
toch niet meer voor.
De schrijver in Rust Roest is,
naar ik meen te mogen veronder
stellen, in Tonsel geweest, een dorpje
vlak bij Harderwijk op de Veluwe.
Wij zijn daar ook meermalen
geweest en moeten zeggen, dat de
lui het daar aardig voor mekaar
hebben. Als men o.a. een kijkje gaat
nemen op het bedrijf van den heer
A. Jansen te Tonsel, dan neemt
men zijn hoed of pet af voor het
gepraesteerde.
Er zijn nog wel meer flinke een
denbedrijven in die streek, maar ik
geloof niet, dat ik bezijden de waar
heid ga door te beweren, dat het
bedrijf van den heer Jansen voor
noemd de primus is.
Misschien loopen er thans wel
15000 eenden, allemaal in kleine
het daar zonder zwemwater moeten
stellen.
Tonsel is een duinstreek, bestaan
de uit puur, wit zand, waar zelfs
nog geen grassprietje van beteekenis
groeit.
De leg der eenden is er reusach
tig opgevoerd. De heer Jansen komt
ieder jaar op de legwedstrijden boven
het gemiddelde van 300 eieren per
eend. Het is haast niet te gelooven,
zooals die eenden leggen.
Wie met eenden gaat beginnen,
die zal dus in elk geval zeer ver
standig doen, daar de dieren te
koopen. Want als de leg maar rond
de 150 eieren per jaar bedraagt, dan
is er van winst absoluut geen sprake,
dan moet er geld bij.
Want de prijzen der eendeneieren
zijn lager dan die van kippen en de
eenden hebben meer voedsel noodig
dan kippen. Men kan gerust zeggen
'1/3 maal zooveel.
Wanneer dat allemaal gekocht
moet worden, dan kan de eenden-
houderij niet rendabel zijn of men
moet reusachtig goede legsters heb
ben
Een voordeel van de eendenhou-
derij is, dat de eend een vogel is.
die zich bijzonder goed aan ons
klimaat aanpast. Ziekte of sterfte
komt daarom weinig voor. Dokteren
hier nog meer uit den booze, dan
bij kippen. De eendenhouder weet
dat echter al gauw uit eigen ervaring
een eend is maar kort ziek en sterft
zoo goed als altijd, wanneer ze iets
mankeert.
Maar nog eens, ze is niet vaak
ziek. Hierom behoeft men het dus
niet te laten.
De huisvesting kost ook minder
dan van kippen. Een tochtvrij bokje,
voorzien van droog strooisel, is
voldoende, het behoeft maar tijdelijke
beschutting te geven tegen sneeuw,
harde vorst en sterken wind. Overi
gens blijft de eend toch liefst buiten
liggen, ook gedurende den nacht.
De heer Jansen uit Tonsel zeide
ons, dat hij z'n eenden alleen bij
streng winterweer of sneeuw tijdelijk
vasthield, den overigen tijd bleven
ze buiten.
Als men het voer allemaal moest
koopen, kunnen ze voor heel wat
geld aan. Oorspronkelijk waren de
bedrijven op de Veluwe ook betrek
kelijk klein en toen konden de eige
naars voor 'n krats het z.g. „nest'
uit de Zuiderzee krijgen. Het „nest"
bestaat uit vischjes garnalen, schelpen,
zeegroen en is een kostelijk spul
voor de eenden.
Het onderhoud was daardoor
goedkoop. En dit had tot gevolg,
dat de eendenhouderij zich in die
streek overal sterk uitbreidde. Geluk
kig waren daar eenige bekwame
eendenhouders onder, die zich met
energie toelegden, niet alleen op de
uitbreiding, maar ook, ja vooral op
de verbetering der eierproductii
En de lui, zijn er wonderwel in
geslaagd, wat maar goed ook is,
voor ze, want anders zou er thans,
het „nest" schaarsch wordt, van
rendement geen sprake meer kunnen
zijn.
Met het schaarscher worden van
het nest, heeft men daar allerlei
voederproeven genomen, om te weten
te komen, met welk voeder de pro
ductiekosten per ei het laagst waren
Want daar gaat het toch om. Als
men de voederkosten per eend met
slechts 10 cent per jaar kan ver
lagen (dat is nog niet 1 cent per
maanddan beteekent dat voor den
heer Jansen met z'n pl.m. 15000
eenden een voordeel van 1500 gul
den
Hier demonstreert zich de macht
van het kleine
groote bedrijven te Tonsel
moeten een bestaan opleveren, andere
bronnen van inkomsten hebben die
menschen niet.
Vraagsteller zal mogelijk eenige
eenden willen houden als klein
nevenbedrijfje. En dan zal de winst
niet van groote beteekenis zijn, dunkt
me. Anders waren er op de Veluwe
toch niet zoo reusachtig veel eenden
op een bedrijf noodig, om hier een
bescheiden bestaan op te leveren.
Ik zeg bescheiden bestaan, want
meer is het niet, wanneer de winst
alleen moet komen uit den verkoop
van consumptie-eieren,
Men moet niet vergeten, dat de
beste bedrijven op de Veluwe, die
in den loop der jaren naam gemaakt
hebben tegen flinke prijzen eendaags-
kuikens en jonge eenden van de
hand kunnen doen.
Wil de eendenhouderij hierin het
Zuiden iets worden, dan zal men
op de eerste plaats de daarvoor
noodige kennis moeten opdoen
op de tweede plaats enkel dieren
houden, zooals daar in Tonsel, van
buitengewone productie
Uit de jaarcijfers (van 300 en
meerblijkt, dat de winterleg van
eenden geen illussie is
De Geldersche Veiling (te Arnhem)
krijgt midden in den winter elke
week veel meer dan 100.000 eenden
eieren, alleen van Tonsel, ik meen
dat de heer Jansen er wel 30.000 in
de week heeft, ook als 't hard
wintert.
Maar of wij hem zoo maar alles
na kunnen doen
Ik vrees met groote vreeze en
durf dus nog maar niet zoo grif
toegeven, dat de eendenhouderij Op
Het spijt me, dat ik nog niet
enthousiaster kan schrijven.
De hoofd-inspecteur van de volks
gezondheid (besmettelijke ziekten)
heeft, omdat hem in verband met het
veelvuldig voorkomen van gevallen
van kinderverlamming in ons land
van verschillende zijden werd ver
zocht, een handleiding samen te
stellen, welke gevolgd kan worden
bij de bestrijding van deze ziekte en
bij het verplegen van zieken, naar de
,N. R. Crt." meldt, een vlugschriftje
geschreven en aan burgemeesters
verzocht, bij het waarnemen van een
geval van kinderverlamming in hun
gemeente den belanghebbende een
exemplaar uit te reiken. Het is van
den volgenden inhoud:
,De kinderverlamming wordt ver
oorzaakt door een ziektekiem, die
klein is, dat ze in het micros
copisch preparaat niet zichtbaar
wordt. Ze gaat ook door filters mét
zeer kleine poriën. Men spreekt
daarom van een filtreerbaar virus.
Dat de ziekte werkelijk door zulk een
filtreerbaar virus wordt veroorzaakt,
is aangetoond door proeven opapen.
Wanneer apen besmet worden met
stoffen, afkomstig van personen, die
aan de ziekte lijden, worden ze ziek
vertoonen dezelfde ziekte-ver
schijnselen, welke bij den mensch
worden waargenomen. Deze proeven
hebben geleerd, in welke van de
zieken afkomstige stoffen de ziekte
kiem aanwezig is. Op grond van bij
zondere onderzoekingen kan worden
aangenomen, dat de ziektekiemen
zich bevinden in het keel- en neus-
slijm, in braaksel, in ontlasting en
urine van den lijder. Wie in aan
raking komt met deze stoffen kan
besmet worden, doch niet alle be
smette personen vertoonen ziekte
verschijnselen. Vandaar dat de
besmetting niet alleen door zieken
kan worden verspreid, doch ook door
personen, die met de zieken in aan
raking zijn geweest, alhoewel ze zelf
niet ziek worden. Dit zijn de z.g,
ziektekiem- of virusdragers. Ze door
staan de ziekte, doch ook het besmet
zijn met het virus veroorzaakt een
onvatbaarheid, w ardoor deze per
sonen, wanneer ze later weer aan
besmetting bloot staan, gewoonlijk
geen ziekteverschijnselen vertoonen.
Mén mag op goede gronden aan
nemen, dat wanneer in een gemeente
eenig geval van kinderverlamming
wordt waargenomen, de verspreiding
van de ziektekiem onder de bevol
king reeds heeft plaats gehad, waar
door ten slotte een algemeene onvat
baarheid ontstaat. Hierdoor is het te
begrijpen, dat de ziekte hoofdzakelijk
onder de jonge kinderen wordt waar
genomen, aangezien de oudere kinde
ren en de volwassenen bij het voor
komen van de ziekte in vroegere
tijden reeds besmet werden en
daardoor onvatbaarheid verkregen.
Waarom de besmetting in talrijke
gevallen niet voert tot ziekteverschijn
selen en in enkele gevallen wel, is
nog niet bekend.
Wanneer de ziekte gedurende
eenigen tijd in een gemeente is waar
genomen. verdwijnt ze gewoonlijk
weer plotseling, vermoedelijk als
gevolg van de inmiddels ontstane
onvatbaarheid der bevolking. Het zijn
dus voornamelijk de kinderen beneden
6 jaar, die door de ziekte worden
aangetast, doch oudere kinderen en
zelfs volwassenen blijven niet geheel
en al verschoond.
Teneinde de uitbreiding van de
ziekte zooveel mogelijk te weren, is
het noodig het gevaar, dat van den
zieke uitgaat, te beperken.
De geneeskundige, die een geval
van kinderverlamming waarneemt,
verplicht daarvan binnen 24 uur
kennis te geven aan den burgemeester
van de gemeente, waarin de lijder
zich bevindt, en aan den inspecteur
van de volksgezondheid (besmettelijke
ziekten).
De behandelende geneesheer schrijft
maatregelen voor om uitbreiding van
de ziekte te weren. Zooals echter
uit het volgende zal blijken, zijn deze
maatregelen in de woning van den
patiënt dikwijls zeer moeilijk toe te
passen.
Indien de toepassing van de door
den behandelenaen geneesheer voor
geschreven maatregelen niet mogelijk
is, kan de burgemeester opneming
in een ziekeninrichting gelasten. Deze
opneming in een ziekeninrichting is
niet alleen gewenscht voor het weren
van de uitbreiding van de ziekte,
doch ook in het belang van den
patiënt. In een ziekeninrichting kan
voortduren^ aandacht besteed wor
den aan een deskundige verpleging
en behandeling, en het gelukt daar
mede menigmaal de gevolgen der
ziekte zoodanig te beperken, dat
geen gebreken overblijven, die den
patiënt anders het geheele leven tot
last blijven.
Acht de behandelende geneesheer
of de bevoegde autoriteit den patiënt
zonder gevaar voor anderen in eigen
woning te verplegen, dan dienen
uitgebreide maatregelen te worden
genomen om de besmettingskans op
te heffen.
De besmetting kan geschieden door
inademing van de lucht uit de naaste
aanwezig is.
den om, indien de patiënt hoest,
niest of spreekt, vlak voor hem te
staan of te gaan staan, aangezien
men anders veel kans loopt de in
de lucht verspreide en besmette
druppeltjes in te ademen. Het houden
van een zakdoek voor den mond
van den lijder kan het gevaar ophef
fen. Is het noodzakelijk om gedurende
een hoestbui den zieke te helpen,
dan gaat men achter hem staan of
wende het hoofd af. Men kan ook
den mond en neus van den zieke
of van den verpleger met een gaas
sluier bedekken. In de kamer van
den zieke wordt zooveel mogelijk
slechts één persoon voor de ver
pleging toegelaten, terwijl verder
bezoek zooveel mogelijk tot het
allernoodzakelijkste is te beperken.
Kinderen worden in geen geval tot
de ziekenkamer toegelaten met het
oog op het groote besmettingsgevaar
dat hen dreigt.
Behalve door inademing kan men
zich besmetten door aanraking van
de van den zieke afkomstige stoffen
of van voorwerpen, die met deze
stoffen zijn verontreinigd. Zooals
reeds werd gezegd bevinden de
ziektekiemen zich in neus- en keel-
slijm, in braaksel, in ontlasting en
in urine. Degene, die den lijder ver
pleegt moet in de ziekenkamer een
waschbare jas of groot schort aan
trekken, welk kleedingstuk in het
ziekenvertrek wordt achtergelaten,
indien men dit verlaat. Wanneer de
verpleegde met den zieke of met
besmette stoffen of voorwerpen in
aanraking is geweest, moeten de
handen ontsmet worden. Dit laatste
eveneens noodzakelijk vóóc het
verlaten van het ziekenvertrek.
De ontsmetting der handen ge
schiedt door dezen met water en zeep
te wasschen en daarna in verdund
kresolzeepwater na te wasschen.
Men houde voor die ontsmetting,
behalve waschgerei, en kom met
verdund kresolzeepwater (kresolzeep
water is een 5 pet. oplossing van
kresolzeep; verdund kresolzeepwater
een 2i/« pet. oplossing) in het
ziekenvertrek gereed. Men neme
dezelfde voorzorgen in acht bij het
afleggen van personen, die aan
kinderverlamming zijn overleden.
Ter ontsmetting van besmette
voorwerpen worden deze gedurende
ten minste 2 uur in verdund kresol
zeepwater ondergedompeld en eerst
daarna gewasschen. Glazen of ander
vaatwerk, bestemd om daarin slijm,
braaksel cf gebruikt gorgelwater op
te vangen, worden vooraf tot op de
helft met onverdund kresolzeepwater
gevuld en eerst geledigd, nadat de
stoffen ten minste twee uur met het
ontsmettingsmiddel gemengd zijn ge
weest. De lijder mag geen gebruik
maken van een privaat. Hij worde
met ondersteek, urineflesch of kamer
pot geholpen. Dein deze voorwerpen
opgevangen stoffen worden met
gelijke hoeveelheid kresolzeepwater
terdege gemengd. Na twee uur met
het ontsmettingsmiddel gemengd te
zijn geweest mag de ontlasting en
urine in een privaat geworpen of op
andere wijze verwijderd worden. Het
eet- en drinkgerei, dat gedurende de
ziekte -niet door anderen gebruikt
mag worden, moet in de zieken
kamer blijven en aldaar met een
heete 2 pet. soda-oplossing worden
gereinigd. Na overbrenging naar een
ziekeninrichting, herstel of overlijden,
moet de ziekenkamer en alles wat
zich daarin bevindt ontsmet worden
Het meest komt daarvoor in aan
merking een formeline-ontsmetting
Na de ontsmetting worde de kamer
goed gelucht en zooveel mogelijk
aan zonlicht blootgesteld. Personen,
die met zieken in aanraking zijn ge
weest en dus virusdragers zijn, ver
mijden gedurende eenige weken
zooveel mogelijk met jonge kinderen
in contact te komen. Vooral hen
zoenen levert groot gevaar op
Ten tijde van een epidemie gebruike
men hoofdzakelijk gekookte spijzen
en dranken en men vermijde zooveel
mogelijk het tezamen komen van
jonge kinderen uit verschillende
gezinnen.
Amsterdam
7389
59
391
1075
botterdam
4684
36
332
1164
s Hage
2974
22
211
577
Utrecht
985
1
63
153
Uaarlem
1343
6
54
295
Groningen
1419
3
36
332
Totaal 18794 127 1087 3596
We kunnen derhalve aannemen,
dat in genoemde zes gemeenten en
op de rijkswegen jaarlijks minstens
200 dooden vallen tengevolge van
ongevallen bij het moderne groot-
verkeer.
En hoeveel doodelijke ongevallen
komen daar niet bij voor de meer
dan duizend overige gemeenten des
lands
Bij de meeste od gevallen zijn
automobielen vracht- en luxe-
anto's betrokken. In 1929 in
Amsterdam 6866, in Rotterdam 2733,
'sGravenhage 2141, in Utrecht
654, in Haarlem 1099, in Groningen
754.
Er is wel geen bewijs voor noodig
te conc'udeeren, dat een aan
zienlijk aantal dezer ongevallen op
rekening van het alcoholgebruik
moet worden gesteld. Wie geregeld
de verkeers-ongevallen in de bladen
nagaat, weet hoe er dikwijls bij
moet worden vermeld, dat de inzit
tenden tevoren goed gedronken had
den, dat de chauffeur niet nuchter
was enz.
Statistische cijfers geven hierover
geen voldoend inzicht. Over 1927
wordt bij 25 ongevallen op de rijks
wegen dronkenschap als oorzaak
opgegeven. Maar wie zal zeggen,
hoeveel gevallen, waarbij onvoor
zichtigheid, onoplettendheid, te snel
rijden, stuur kwijt raken enz. mede
het misbruik van drank moet
worden toegeschreven
Daarom - en dit is de reden
waarom de brochure werd uitge
geven dient de aandacht gevestigd
te blijven op de noodzakelijkheid,
dat de bestuurder eener auto in
nuchteren toestand zij. Om de veilig
heid op den openbaren weg zoo
hoog mogelijk op te voeren, moeten
vele middelen worden aangewend,
want ook de oorzaken der ongeval
len zijn vele. Maar daarbij moet
ook de volle aandacht gewijd wor
den aan de verderfelijke rol van den
alcohol.
Geheelonthouding is voor den
bestuurder, aldus de schrijver der
brochure C. J. Toebes, de veiligste
weg.
Wij zeggen het hem na. In elk
geval moet de bestuurder een matig
mensch zijn.
oksels en voeten
behandele men met Purolpoeder. Dit
is het meest afdoende middel daar
voor. Het kost 45 en 60 ct. per bus
en is evenals Purol, verkrijgbaar bij
Apoth. en Drogisten.
Over verkeersongeval
len en een voorname
oorzaak.
De „Vereeniging voor Alcohol
bestrijding bij het Snelverkeer" heeft
een brochuurtje laten verschijnen
over Verkeersongevallen in Neder
land in 1929.
We lezen daarin cijfers, die indruk
maken.
Zoo zien we, dat in 1927 op de
rijkswegen alleen (over volgende
jaren en over andere wegen bestaan
nog geen statistische gegevens), in
ons land bij verkeersongevallen het
aantal slachtoffers was als volgt
dooden 94
zwaar gewonden 177
gewonden 303
licht gewonden 334
In de zes grootste gemeenten van
ons land waren het aantal verkeers
ongevallen en de gevolgen
Totaal ernstig licht
gew. gew,
veroorzaakt vaak Hevige Hoofdpijn
een paar Mynliardt's Hoofdpijn-
tabletten doen deze spoedig bedaren.
In Buisjes 60 en 30 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
Nieuwe sigarenfabriek.
De N. V. Sigarenfabriek „Arsifa'
te Horst gesticht, nabij Weisterbeek,
aan de Kiezelweg naar America, met
de daaraangrenzende directeurswoning
is gereed voor de exploitatie.
Voorloopig zal met een 20-tal
arbeiders begonnen worden met het
fabriceeren van sigaren.
Meisje van de Maasbrug
gesprongen en verdronken.
Toen Maandagmiddag de 19-jarige
H. S. uit Blerick met haar vader
over de Maasbrug ging, liep het
meisje plotseling naar de brugleuning
en voordat iemand haar ongelukkige
daad kon vermoeden, was zij over
de leuning gesprongen en viel naar
beneden in het water.
Zekere V., die op dat moment
ook de brug passeerde, bedacht zich
geen oogenblik en sprong gekleed
vanaf de brug te water. Het gelukte
hem het meisje enkele keeren vast te
grijpen, maar hij kon haar niet aan
den kant brengen. Tenslotte moest
hij zichzelf redden. Na een half uur
dreggen heeft men net lijk van de
ongelukkige opgehaald. De oorzaak
van haar ongelukkige daad, moet
waarschijnlijk gezocht worden in een
ernstig meeningsverschil, dat zij met
haar ouderlijk huis had, over een
dienstbetrekking.
De gevaarlyke Maas.
Vrijdagnamiddag is te Stein, de
40-jarige B. S. bij het zwemmen in
de Maas verdronken. Ofschoon een
andere zwemmer die het ongeluk zag
gebeuren, hem nog op het droge wist
te brengen, mocht hij hem toch niet
het leven redden. S. was vader van
drie kinderen.
Chauffeur gedood.
In den nacht van Zaterdag op
Zondag heeft op den Rijksweg even
voor het viaduct te Sittard een
ernstig auto-ongeluk plaats gehad.
Een luxe wagen, bestuurd door den
heer Ch. S. uit Sittard komende uit
de richting Nieuwstadt, trachtte in
groote vaart een voor hem rijdende
auto te passeeren, doch kon hierdoor
de zeer gevaarlijke bocht onder het
viaduct niet meer halen, waardoor
hij door de zich langs den weg be
vindende houten afrastering heenreed
en in een greppel terecht kwam. De
auto sloeg over den kop. Zwaar
gewond werd S. uit de auto gehaald.
Hij overleed kort daarna.
Em. Pastoor S. van Crugten f
Te Buggenum is, na voorzien te
zijn van de H.H. Sacramenten der
Stervenden, overleden de Zeereerw.
Heer S. H. van Crugten, emeritus-
pastoor van Heythuizen.
Servaas Hubert van Crugten werd
geboren te Roermond 19 Maart 1857,
volbracht zijn scudiën aan het college
zijner geboorteplaats en de Seminaries
het Bisdom Roermond, werd
priester gewijd 25 Maart 1882 en
achtereenvolgens benoemd totkape
laan te Noorbeek op 30 December
1882, kapelaan te Thorn op 29 Maart
1889, pastoor te America op 22 Juni
1897 en tot pastoer te Heythuizen
op 25 September 1908.
Op 1 October 1929 verkreeg Z.
Eerw. eervol ontslag.
Naar de Mfssie.
9 September a.s. vertrekken van
Amsterstam naar Flor/es de Z. E.
paters Boots (Horst), Duiffels (Amster
dam). Hooiveld (An'dijk), Rozing
(Heiloo) en de Eerw. i Iroeder Cele-
rinus, allen missionarissen van het
Goddelijk Woord.
Benoemingen in het Wisdom
Roermond.
Z. D. H. Mgr. L. J. A. H. Schrijnen,
Bisschop van Roermond, hee»f aan
den Weleerw. heer J. M. J. A.
sen opgedragen, zijne theologische
studies te Rome voort te zetters en
heeft benoemd tot professor tel(j |pl-
duc den Weleerw. heer W<DfllG.
Halmans, beiden priesters vatra et
Seminarie. ,ts.
Brand. e'
Op de hoeve bewoond door den
landbouwer Litjens op den Geuzen-
dijk te Weert ontstond brand waatbij
de schuur en stalling met inhoud een
Drooi der vlammen werden. Het huis
Ueef gespaard.
Een 30-tal varkens kwam in de
vlammen om. Schuur en akkergerei,
de oogst en eenige karren gingen
verloren. Litjens zelf liep door ver
keerd gebruik van een bluschapparaat
brandwonden op, evenals een der
blusschers wiens ldeeren vuur vatten.
De oorzaak is onbekend. Verzeke
ring dekt gedeeltelijk de schade.
Verdronken.
In de Waal voor Nijmegen is
verdronken de 20-jarige onderwijzer
W. H., die met 2 vrienden was
gaan baden op de z.g.n. zandplaat.
Hij geraakte in een kolken verdween
in de diepte.
Uit de Waal voor Nijmegen is
opgevischt het lijk van een 17-jarig
meisje, waarvan de identiteit niet is
vastgesteld.
Ernstige aanryding.
Toen Maandagavond dedi;nstbode
van de familie van Gestel aan den
Geldropschenweg te Eindhoven en
het 14-jarig zoontje van den heer v.
G. en een logeetje per fiets van het
vuurwerk naar huis terugkeerden,
werden ze aangereden door een
vrachtauto. Het zoontje van den heer
v. G. werd op slag gedood, terwijl
het dienstmeisje zwaar gewond werd.
De dienstbode werd naar haar ouder
lijke woning te Zes Gehuchten ver
voerd, waar ze voorzien werd van
de H. H. Sacramenten der stervenden.
Tengevolge van een zonnesteek
overleden.
De 48-jarige arbeider J. N. uit
Wehl, die werkte op de steenfabrie.
te Gendringen en eenige dagen ge>
leden door een zonnesteek werd ge
troffen, is Dinsdag in het ziekenhuis
te Terborg overleden. Hij laat een
vrouw en zes kinderen achter.
Vreeselyk ongeluk op de
Loosdrechtsche Piassen.
Dinsdag waren te Oud-Loosdrech
4 watervliegtuigen afkomstig Vi
het vliegveld de Mok aangekom**
Zij waren in de onmiddellijke
bijheid van het zwembassin
Piashuis gemeerd. Te ruim 2
zouden de vliegtuigen weer vertreK
ken.
Als eerste vliegtuig startte het
watervliegtuig W 54.
Door tot nu toe onbekende oor
zaak is het vliegtuig direct na den
start neergestort. Het kwam boven
op den zwemtoren van het zwem
bassin terecht. Het toestel zoowel
als de springtoren werden vernield.
Indien de overblijfselen van het
vliegtuig in het bassin terecht waren
gekomen, dan zou de ramp nog
veel ernstiger dan thans het geval
is. geweest zijn.
Het vliegtuig was bemand met
een luitenant waarnemer en een kor
poraal-vlieger. Beiden werden ge
dood.
Op den springtoren bevond zich,
toen het vliegtuig daarop neerstortte,
een jongen.
Deze is met het vliegtuig in het
meer gestort en gedood.
Er zijn door deze ramp dus drie
personen om het leven gekomen.
Een gedeelte van de overblijfselen
van het vernielde vliegtuig kwam
op den vleugel van één der andere
watervliegtuigen, die nog gemeerd
lagen, terecht.
Een lui tenant-vlieger die op het
vliegtuig stond werd getroffen en
gewond. Een vleugel van het vlieg
tuig knapte af. De ramp veroorzaakte
een groote consternatie.