Op Reis.
Voor teren.
De aardbeving
in Italië
De Kippenhouderij op
het platteland
Gemengde Berichten
werd, blijkt wel uit volgende voor
val.
Misschien is het eenig in de
geschiedenis, maar in ieder geval
mag het onzen dames tot nederigheid
stemmen.
In het jaar 1566 namelijk moest
een ongehuwde moordenaar worden
onthoofd.
Twee jongemeisjes wenschten met
hem te trouwen, wanneer hem ge
nade werd geschonken. De schepe
nen willigden het aanbod in en
stelden den booswicht voor, een
van beide meisjes tot zijn vrouw te
kiezen. De verstokte vrijgezel echter
hoe hard hij anders ook om genade
riep, kon op deze voorwaarde niet
ingaan, zoodat eenigen tijd later z'n
hoofd, dat maar niet op hol te
brengen was, door den beul werd
afgehouwen.
Bij felle zon en schralen wind de
huid beschermen met een weinig
Purol of wat Purolpoeder en vooral
tegen den nacht het gelaat, alsook
alle schrijnende en stukgaande huid-
deelen inwrijven met Purol, dat
dadelijk verzacht en spoedig geneest.
Purol en Purolpoeder
zijn verkrijgbaar bij Apoth. en Drog.
Wij vulkanologen weten,
dat de Vesuvius aan den vooravond
van een uitbarsting staat, zooals in
de wereldgeschiedenis nog nooit is
voorgekomen
Wanneer men vanuit Napels over
Salerno en de Straat van Val va
naar Melfi reist, heeft men bijna
dagen noodig om over de Apenijnen
te trekken. Na een langen, moeilij
ken tocht bereikt men eindelijk de
hoogste kam dezer bergreeks. Van
hieruit heeft men het gezicht op de
hoogvlakte van Apulië. De keten
der Apenijnen wordt besloten door
den top van den Volture.
Aldus schrijft de beroemde Itali-
aansche vulkanoloog Luigi Pelmieri
in een rapport aan de „Koninklijke
Italiaansche Acedemie voor Weten
schappen." Ie Napels overdegroote
aardbeving, die in 1851 de geheele
streek bij Monte Volture teisterde.
Op dezelfde plaats heeft zich
deze nieuwe, zware aardschokkende
catastrophe afgespeeld, die, zooals
de berichten meldden, reeds verschei
dene duizenden menschen het leven
heeft gekost
Dezelfde landschappen zijn ook
thans verwoest, zoodat men goede
reden heeft, om aan te nemen, dat
het hier om een voortzetting der
gebeurtenissen van 79 jaar geleden
gaat.
Uit de rapporten over de ramp
in 1851 kan men lezen, dat er op
het aardoppervlak golfachtige bewe
gingen werden waargenomen, die
men kon vergelijken bij een regelmatig
openen en sluiten der aardkorst. De
jongste gebeurtenissen schijnen een
zelfde verloop te hebben gehad.
De oorzaak van de catastrophe in
1851 is, ondanks de intensieve on
derzoekingen van Palmieri en den
Duitschen vulkanoloog Deecke. nooit
geheel tot klaarheid gebracht. Het
schijnt echter wel als vaststaand te
kunnen worden aangenomen, dat het
toén zoowel als nü ging om een
samentreffen, een gecombineerde
werking van tectonische en vulkani
sche verschijnselen, waarbij het
tectonische geweld echter verreweg
de overhand had.
De Monte Volture, op wiens
hellingen Melfi en de andere ver
woeste dorpen liggen, is een vulkaan
die reeds 20 eeuwen geleden
uitgebrand. In een boek uit het jaar
1778, van de hand van een Napel-
schen monnik, abt Domenico kan
men voor de eerste maal eenige
wetenschappelijke beschouwingen
over den Monte Volture lezen.
Ook hier treft men een hoofdstuk
aan, waarin Domenico mededeelt,
dat de vulkaan reeds geruimen tijd
uitgedoofd is. Men ziet hieruit dus
wel, dat dit bergland reeds lang een
voorwerp van vulkanologische stu
diën was. Nu staat door de tijden
heen de Monte Volture als een een
zamen kegel van hardsteen in dit
landschap.
Het bergland er om heen is steeds
in beweging. Het is voor de mannen
der Wetenschap niet moeilijk te zien,
dat deze hardsteenen kegel de be
wegingen der aardkorst ten zeerste
belemmert en dat dit vroeg of laat
moet leiden tot een te zware span
ning met de daaraan verbonden
catastrophe. Zoo geeft dus de Monte
Volture niet als vulkaan, doch
als een rotsmassa, die een storenden
factor beteekent in de structuur van
dit landschap blijk van zijn aan
wezigheid.... en zoo kon hij, hoewel
hij slechts één der kleinere bergen
is, een natuurverschijnsel veroorzaken,
dat ontzettende gevolgen met zich
meebracht.
Zulke verschijnselen zijn in het
land van de citroenen niet ongewoon.
Het groote aardbevingsongeluk van
1896, zoowel als dat van het jaar
1906 in Katanga (Calabrië), dat
ongeveer honderdduizend menschen
het leven kostte, is door een derge
lijke aardbeweging veroorzaakt.
Bij beide rampen werden dezelfde
aardscheuren en verschuivingen waar
genomen als thans...
Allicht zal men nu de vraag stel
len, of de Wetenschap zulk een
gebeurtenis dan niet vooruit kon
voorspellen, zoodac het mogelijk zou
zijn, de menschen tijdig te waar
schuwen... Helaas is dit een onmoge
lijkheid, want, hoewel de aard-
beweging buitengewoon langzaam in
heftigheid toeneemt, heeft het splijten
plotseling en zonder de minste voor
teekenen plaats. Wij weten nu b.v.,
dat op het oogenblik in Bulgarijë bij
Smyrna de Oóst-Alpen zulke aard-
bewegingen vertoonen. Of, wanneer
waar het eventueel tot aard-
icheuringen zal komen, kunnen wij
niet vaststellen...
Wanneer het bij deze aardbevin
gen om een vulkanisch verschijnsel
ging, zou een voorspelling niet tot
de onmogelijkheden hebben behoord.
Het is ons b.v. bekend, dat de
Vesuvius aan den vooravond van
een uitbarsting staat, zooals in de
vulkanologische wereldgeschiedenis
slechts zelden voorkomt(Dit heeft
met de aardbevingsramp bij den
Monte Volture, ondanks de nabij
heid van den Vesuvius, niets te
maken). Duidelijke voorteekenen
maken het ons, vulkanologen, moge
lijk een bepaalde voorspelling te
dien opzichte te doen.
Sedert 1923 namen wij een jaar
lijks stijgende exhalatie waar. De
uitgeworpen steenen en andere
stoffen wijzen op de aanwezigheid
van zoutzuurde gloeiend-heete
bronnen in den krater hebben een
temperatuur van meer dan 1000
Graden. Dat zijn besliste voorteeke
nen Ik heb deze waarnemingen zelf
verricht en in Genève een weten
schappelijke voordracht erover ge
houden. Weliswaar weet men ook
in dit geval niet, of de uitbarsting
morgen of eerst over een paar jaar
zal plaats hebben, daar men het
uithoudingsvermogen van de aard
korststructuur op die plaatsen, die
het meest van de inwendige spanning
te lijden hebben, niet kent. Daarom
heeft de Italiaansche regeering er van
afgezien, om de bevolking dringend
te waarschuwen of maatregelen te
nemen tot het onder dak brengen
en het transport van de vluchtelingen.
Men heeft alleen mijn rapport overal
bekend gemaakt.
Terwijl een uitbarsting reeds
eenigen tijd vooraf haar komst aan
kondigt, bemerkt men een tectonische
aardbeving, zooals die van de Volture,
eerst op het oogenblik van de
catastrophe. Merkwaardig is het
daarbij, dat dieren speciaal hon
den, katten, muizen, vossen en ezels
het naderen van de aardschokken
reeds eenige uren voor den aanvang
voelen naderen en dikwijls als
razenden te keer gaan. De mensch
daarentegen wordt volkomen door
de feiten verrast en ook de Weten
schap kan in dit geval geen enkele
prognose stellen.
Slechts één ding weten wij met
zekerheid het door aardbevingen
vulkanische verschijnselen zoo
dikwijls geteisterde Italië, het land
van de Zon en de blauwe luchten,
zal binnen afzienbaren tijd wederom
het slachtoffer worden van een groote
Vesuvius-uitbarsting.
mijn leven
verruil.
met een ander leven
Wordt vervolgd.
Een reis door het aardbovings-
gebied in Italië.
Bari Melfi Napels.
Mijn pogingen om Donderdag
vroeg van Rome over Napels het
aardbevingsgebied te bezoeken, moest
ik al gauw opgeven. Overal waar
ik op de een of andere wijze trachtte
vanuit Napels het binnenland te
bereiken, werd ik tegengehoudei
met de woorden Uitgesloten, uit
gesloten, de treinen worden slechts
gebruikt voor het vervoeren van de
hulptroepen. De straten zijn geheel
en al versperd door groote troepen
vluchtelingen." Ik wilde echter niet
werkeloos blijven en zoo besloot ik
langs een omweg het geteisterde ge
bied te bereiken.
Vanuit Rome loopt een even voor
treffelijke als weinig gebruikte vlieg
verbinding naar Bari. Deze route
nam ik.
Na een vlucht van twee en een
half uur liggen de Apenijnen reeds
achter mij en was Bari bereikt, waar
de lijnrechte kust het groen van de
Apulische Hoogvlakte van het blauw
der Adriatische Zee scheidt.
In Bari verschilt het roezemoezige
leven van de reeds eenigszins aan
het Oosten herinnerende havenstad
niet met dat van andere dagentot
nu toe zijn de „golven der verschrik
king" hier nauwelijks doorgedrongen.
Alleen aafe het station gaat het veel
drukker toe. De eerste vluchtelingen
waren juist aangekomen. Dit zijn
echter hoofdzakelijk meer gegoeden,
die uit vrees voor hun leven de
bedreigde streek ontvlucht zijn.
Eenige angst is hun niet aan te
zien. Van> Bari voert de trein ons
naar Altamura, door en door een
provincie-stadje. Het lijkt wel uit
gestorven en niets wijst hier nog op
de catastrophe.
Met een boemeltreintje reis ik naar
Spinazzola. Op alle stations is er
een langdurig oponthoud. Wij moe
ten nl. op de eerste hulptreinen
wachten. Veewagens vol fascistische
soldaten snellen ons voorbij evenals
vele D-treinen met gekwetsten. De
kleine dorpjes in het dal van de
Gravina hebben klaarblijkelijk weinig
geleden.... Een schaapherder blaast
ergens op zijn fluit... waarschijnlijk
een vreedzaam liedje.
Spinazzola bereiken wij om 2 uur
's middags. Hier begint de ellende
eerst, want hoewel de stad zelf
ongedeerd is, lijkt het in de buurt
van het station wel een verstoorde
mierenhoop. Ik zie hier de eerste1
vluchtelingen, lieden met hun heele
hebben en houden bij zich. Vrouwen
bidden en mannen uiten hun ellende
door luide vloeken echt Italiaansch!
De stationchef weet niet, wat te
doen. Zijn wagenpark is gerequireerd,
de dienst is totaal in de war Hij
wil onzen trein wel verder laten gaan,
doch kan ons geen garantie geven
wij Venosa, het eigenlijke döel
van de reis wel bereiken kunnen.
Een taxichauffeur, die onmiddellijk
den journalist in mij herkent, brengt
uitkomst Met een stortvloed van
woorden beveelt hij mij een bezoek
aan het verwoeste gebied in zijn
wankele Fiat aan. Hij beschouwt de
geheele catastrophe als een onver
wacht buitenkansje, een beziens
waardigheid!.... Ik ga op zijn voor
stel in en spoedig zijn wij op reis.
Met een bewonderenswaardige kalmte
rijdt hij over de verwoeste wegen
overal vertoonen zich reeds
scheuren en op sommige plaatsen is
de weg bijna voor de helft wegge
slagen. Mijn chauffeur suist "erder
en tracht mij te doen gevoelen wat
.aardschokken" eigenlijk zijn.
Na een half uur rijden komen wij
n Venosa aan. Soldaten zijn juist
bezig aan den ingang van de stad
een neergesmakten hoogspannings
mast op te ruimen.... een tolboom
voor de hel, want Venosa is er erg
aan toe De Apulische huizen van
samengekitte kalkturf zijn gebarsten
alsof zij uit gips waren opgetrokken.
Het zijn slechts puinhoopen. Enkele
huizen die van baksteen zijn
blijven staan. De stad is uitgestorven.
De carabinieri wijzen met de hand
naar de bergen daar bevindt zich
de bevolking. Niemand durft te
blijven deze menschen hebben het
instinct van een dier, dat zich ook
verbergt om het onheil niet te zien.
Vijf dooden zoo vertelt men
mij heeft Venosa te beklagen.
Nu volgt de eene verwoesting na
de andere. Eerst vreedzame lande
rijen, olijfboomen, bloemenvelden,
citroenengaarden, goudgele vijgen en
dan plotseling Barile totaal ver
woest De dorpsstraat lijkt wel een
holle weg tusschen puinhoopen. Het
wemelt er van de menschen mili
tairen, doctoren, zusters, alles loopt
ordeloos door elkaar! Ook nog
enkele dorpelingen. Hier en daar ziet
men een weenende vrouw of een
boer, die niet van zijn huis is af te
slaan. Sommigen ervan lijken wel
waanzinnig hun gezicht vertoont
een wanhopige angstuitdrukking
soldaten gaan met draagbaren voorbij
onder een wit laken zie ik, slap
naar beneden hangend een vermor
zelde hand. In de kerk, die wonder
boven wonder gespaard is, heeft
zich een ambulance opgesteld. Hier
liggen de gewonden en 35 dooden
Tien minuten verder: Rapolla.
Dit stadje ligt aan een kromming
van de rivier. Eertijds een paradijs
dat door vele vreemdelingen bezocht
werd, omdat het zoo echt Italiaansch
was en nu... Een paar witgelakte
hotelletjes staan nog overeind, me
lancholisch en verlaten Wij rijden
er om heen, want de weg door het
stadje is versperd. 23 dooden zegt
men. Achter de hotelletjes op een
soort sportterrein is het kamp der
vluchtelingen. Zij staan met ver
wezen gezichten naar ons te kijken;
het is een menschenslag, dat niet
veel kan verdragen
Weer een kwartier verder ligt
Melfi, de stad der Hohenstaufen
Het r.ieuwe stads-gedeelte met tal-
looze villa's en landhuizen is onge
deerd, alleen de bewoners zijn ge
vlucht. In de binnenstad zien wij
echter puinhoopen, die even hoog
zijn als de enkele huizen, die nog
niet verwoest zijn De kerktoren
ingestort en ook de burcht, het
prachtige bouwwerk van Frederik II,
heeft twee hoektorens verloren. Op
de markt verdringt zich het volk
Soldaten deelen brood en kaas uit.
Vlak daarbij liggen onder lakens de
dooden. Melphi heeft 120 dooden in
totaalDe aanblik is meer dan ver
schrikkelijk. Het lijkt wel een stad
in de vuurlinie. Een humoristische
plakkaat van een Amerikaansche
filmklucht schijnt dit alles te willen
hoonen de bioscoop is er echter
niet meer. Een eindje verder doet
een ezel zich te goed aan geraniums,
die uit een venster zijn gevallen. Twee
kinderen gaan zingend door de stra
ten.... vlak daarachter komt een
colonne soldaten met een baar.
Wij verlaten deze stad des Doods
en rijden verder langs Lacedonia,
Bisaccia, Aquilona. Overal hetzelfde
beeld. Langs de straatwegen kampeert
de bevolking. Verscheidene malen
worden wij aangehouden. Men heeft
honger en er wordt hen geen eten
gebracht. Mussolini kan niet overal
voor zorgen. Boven ons circelen
vliegtuigen.
Langzamerhand valt de duisternis.
In Barila kan ik juist een trein
nemen, die met vluchtelingen en ge
wonden naar Potenza gaatUit een
gesprek met deze ongelukkigen ver
neem ik, dat er nauwelijks één gezin
is, waar men geen man, vrouw of
kind verloren heeft. Ik laat mij nu
vertellen, hoe alles gebeurd is, hoe
de eerste stooten de daken reeds
deden instorten en hoe men, in den
slaap gestoord, door het puin naar
de straat moest kruipen. Steeds weer
hoort men weenen en.... vloeken.
Te middernacht krijg ik de snel
trein naar Napels te pakken. De
duisternis spreidt zich langzaam over
de woestenij langs de spoorbaan uit...
Napels heeft ook geleden. Wat men
hier ziet, zijn echter slechts de voor
boden van het onheil, dat het binnen
land heeft getroffen.
De eerste officieële schattingen
worden juist genoemd: 1800 dooden!
4000 gewonden!
Heeren die gewoon zijn na het
scheren zich even te poederen,
maken gaarne gebruik van Purol
poeder. dat verzachtend en gezond
voor de huid is. Prijs 45 ct. per
doos en evenals Purol verkrijgbaar
bij Apoth. en Drogisten.
Ongedierte in het hok.
Waar de leg om dezen tijd van
het jaar met reuzensprongen naar
beneden gaat, daar is de aanwezigheid
van luizen in het hok heel dikwijls
de oorzaak daarvan.
We raden onze lezers aan, vooral
nu goed toe te zien, en voorzorgs- j
maatregelen te nemen. Wie een spuit
heeft, gebruike deze iedere week 'n
keer om een oplossing vancreoline
(3 pet.) of Rids in alle deelen van
het hok te spuiten en vooral daar,
waar de mestzolder en dezitstokken
bevestigd zijn. Ligt de zitstokken
zoo nu en dan eens uit de inkepin
gen op, want daar verbergt de
roode luis zich overdag 't liefst.
Door de luis komt de kip om
dezen tijd van het jaar direct in de
En daar de eieren in prijs stijgen
woeten we dat zien te voorkomen.
Maak toch elke week het hok
schoon. Dat werk is wel het meest
loonend van 't oogenblik
i Ik
wat
door
)OS. BOSHOUWERS te LENT.
Beenzwakte.
VRAAG Mijn W. L. van ruim
maanden zijn zoo gegroeid, dat
iedereen, die ze ziet. er over roept
Maar nu zijn er voor 14 dagen
enkele zwak in de pooten geworden,
het wordt nu zoo slim, dat ze
blijven leggen. Het zijn juist de
grootste, die ik er tusschen heb. Ze
vermageren snel. zeker ook omdat
slecht aan het voer kunnen, de
anderen loopen ze om en duwen ze
opzij. Wat raadt u mij aa
geef enkel hardvoer omdat ze
vroeg zijn.
Uit Venray.
ANTWOORD Van hieruit kan
ik onmogelijk met zekerheid zeggen
wat de juiste oorzaak is.
Ik zal eenige vragen stellen, die
misschien op de een of andere
gemaakte fout attent kunnen maken,
le Zitten er niet te veel dieren
uw hok Zoolang de oude
kippen niet opgeruimd zijn, heeft de
boer dikwijls veel te weinig plaats
voor het jonge goed.
2e Is het in het hok niet te heet,
als de zon schijnt. De pootziekte
ij uw dieren begonnen voor den
regentijd, dus toen het heet was.
Overdag heet beteekend ook
nachts heet, als er geen losse
ramen zijn, en kom ik tot de vraag:
de. Zijn de ramen allemaal vast
(met uitzondering) van het bovenlicht?
En liet u de deur niet openstaan,
totdat u zelf naar bed ging Anders
blijft de hitte van den dag ook
nachts in het hok.
Bij een opfokgelegenheid moeten
ook draai- of schuifbare ramen zijn,
anders komt er niet genoeg frissche
lucht naar binnen en koelt het des
avonds niet voldoende af.
4e. Is het een uitstekend terrein,
waar de dieren los loopen. ik bedoel
een terrein, waarin ze van alles
nog wat kunnen vinden Zoo niet,
dan is het gevaarlijk enkel hardvoer
te geven.
Misschien hebben ze laatst, toen
het zoo heet was, veel te weinig
oprok voer genomen, omdat de bak
ken natuurlijk in de hokken staan,
die toen mogelijk veel te heet en te
benauwd waren.
Ik raad u aan
a: de dieren die niet flink terbeen
zijn, direct er tusschen uit nemen,
anders wordt het heelemaal niks.
Deze zet u apart in een luchtig
vertrek en geef ze daar meelvoer
met gist en wat meer voederkalk er
in. Het hardvoer mengt u aan met
levertraan.
De overige verstrekt u ook och-
tendvoer, al is het alleen tot in den
voormiddag, 11 uur b.v. Hieronder
wat gist en voederkalk mengen, ook
al zit het reeds in het voer. Niet
veel natuurlijk 1 a 2 pet. gist en
een paar pet. voederkalk.
En natuurlijk zorgen, dat de
huisvesting in orde is, vooral wat
aangaat de luchtverversching. Sla
deze niet te licht aan
Dunschalige ruwe eieren.
VRAAG: Ik raap tegenwoordig
nogal windeieren, wel niet zoo heel
veel, maar toch iedere week enkele,
Het ergste is echter, dat de schaal
van alle eieren dun begint te wor
den, van sommigen zelfs heel ruw
Wat zou de reden zijn Ze
loopen los en krijgen het voer van
den Landbouwbond. Ze krijgen volop
schelpen en oude kalk.
Ik had gaarne antwoord in Peel
en Maas van a.s. Zaterdag.
Uit Venray.
ANTWOORD: Ik kan het niet
anders verklaren, dan door aan
nemen, dat ge te weing meelvoer en
te veel hardvoer geeft. De leg van
de kippen mindert nu overal, dat
merk je zoo duidelijk aan de weke
lijksche aanvoeren bij de Roermond-
sche en Venlosche Mijn,
Ook op de andere veilingen
natuurlijk, maar ik bepaal me liever
tot het centra van uwe streek
Bij verminderenden leg hebben Je
kippen ook minder hardvoer noodig
Ik zou zoo zeggen Blijf ze evenveel
ochtendvoer geven als tot nu toe.
doch verminder de hoeveelheid ge-
mengd graan. Geef inplaats van
laatste ook eens 'n paar dagen
kippenrijst.
Tuberculose-bestryding.
Door de Centrale vereeniging tot
bestrijding der tuberculose, is een
telling gehouden,betreffende ingeko
men giften over het halfjaar 1930,
van collecties, verkoop Emmabloem
en insignes enz. Daarbij is gebleken
dat Horst mag gerekend worden
onder de voornaamste plaatsen wat
betreft het geven van geldelijke aal
moezen voor dit doel. Door de
Centrale vereeniging is een bedrag
van ongeveer f 225 ontvangen sinds
Januari 1930.
G. H. Vaossen f
In den ouderdom van 49 jaar is
Zaterdag te Maasbree overleden de
heer G. H. Vaessen, wethouder dier
gemeente en lid der Prov. Staten
van Limburg.
Naar wij vernemen, is de heer
D. Schijnen te Venlo, als eerstvol
gende van de lijst, de aangewezene
om den Statenzetel, opengekomen
door 't overlijden van den heer
Vaessen, te bezetten.
Muziekfeest te Venlo.
Zondag herdacht de muziekver
eniging „Fanfare" te Venlo, haar
75-jarig bestaan met een festival
waaraan een zestal muziekgezel-
ichappen deelnam.
Na een muzikale wandeling door
de stad, werd de feestvierende ver
eeniging en hare gasten, ten stad-
huize. door burgemeester en wet
houders ontvangen.
Gedurende den geheelen namiddag
werd door de verschillende muziek-
vereenigingen op het feestterrein
geconcerteerd.
Doodelyk auto-ongeluk te Sittard
Zondag is in het Fransche klooster
te Sittard de heer J. Thissen, die
Donderdagavond op den Rijksstraat
weg te Sittard door een passeerende
luxe-auto overreden werd, zonder
tot bewustzijn te zijn gekomen over
leden. De chauffeur van den auto,
welke dit ongeluk veroorzaakte, was
zonder zich om het slachtoffer te
bekommeren doorgereden. Zaterdag
hebben de maréchaussees van Sit
tard hem in de omgeving van Maas
tricht aangehouden. De voorruit van
den auto was van onbreekbaar glas,
maar niettemin totaal versplinterd,
De auto is van een handelsreiziger
uit Rotterdam.
Een 103-jarige.
De weduwe Magnée te Maastricht
hoopt 7 Augustus a.s, haar 103-den
verjaardag te herdenken. Ruim 66
jaar is zij reeds weduwe en van
haar zeven kinderen zijn er thans
nog drie in leven. Haar physieke
gesteldheid is in het algemeen nog
betrekkelijk goed en gezicht en ge
hoor bewijzen haar nog goede
diensten.
200 K.M. wegwedstrijd in Limburg
Zondag had de laatste oefenrit
ter voorbereiding van de deelname
der Ned. wegrenners aan de we
reldkampioenschappen op den weg
voor wielrijders plaats.
Het traject, dat 201 K.M. lang
was, ging over Blerick-Venlo-
Roermond - Sittard Maastricht-
Gulpen Mechelen-Vijlen-Vaals
Gulpen Maastricht Sittard—
Roermond -Hom—Kessel—Blerick
alwaar de finish was.
Onder leiding var. den heer
Darmstadt te Roermond startten 1*5
deelnemers, waarvan er 8 de finish
bereikten en wel 1. W. Cober.
Hoensbroek. in 6 uur 10 min.
M. v. d, Horst, Klundert 3.
Franssen, Ubachsberg 4. E Raay-
makers. Rotterdam-; 5. L. Buis,
Halfweg 6. H. Polak. Steenbergen
c h VA d' PuttCD, Heerlen
Schaft, Zaandam.
Konings-ei.
Het vinden van een boon in een
koek is tegen Driekoningen-Avond
een geliefd vermaak.
De heer B. te Wolder-Maastricht,
had echter het twijfelachtig genoegen
een boon te vinden in een versch
gekookt kippenei.
Een verzoek om bankbiljetten
van f 5.
Door de Nederlandsche maat.
schappij voor Handel en Nijverheid
is aan den Minister van Financiën
een schrijven gericht waarin wordt
verzocht, door de Nederlandsche
ook biljetten van een kleiner coupure
dan f 10, bijvoorbeeld van f 5
laten uitgeven.
Aanbesteding.
Onder architectuur van den heer
J. van Weegen te Vierlingsbeek
werd te Sambeek aanbesteed de ver
bouwing van het Raadhuis.
Er werd ingeschreven als volgt
P, Cremers, Boxmeer f 8980
Jac. van Os, Sambeek en J.
Schrijnen, Boxmeer f 8950
Veldhuizen en Coenen,
Maashees f 8550
Corn. Heurkens, Boxmeer f 8500
H. v. d. Braken, Oploo f 8483
H. Huibers, Sambeek f 7973
M. Peters, Boxmeer f 7737
Peters v. d. Sterren, Boxmeer
en Joh. Stiphout. Sambeek f 7700
Aits, Sambeek f 7670
Schoofs, Boxmeer f 7103
Het werk is nog niet gegund.
Tragisch ongeval.
Maandagnacht is de 21-jarige
Nijhuis, uit de buurtschap Mander
onder de gemeente Tubbergen, toen
hij des avonds per rijwiel huiswaarts
keerde, op ongeveer 200 meter
afstand van zijn woning, dood langs
den weg gevonden met verbrijzelde
hersenen. Waarschijnlijk door een
val van zijn rijwiel is de vollelading
hagel van het jachtgeweer, dat hij
bij zich droeg, in zijn hersens ge
drongen, hetgeen den dood heeft
veroorzaakt.
Bliksem ingeslagen.
Te Erlekom, gemeente Ubbergen,
Maandagmiddag de bliksem
een boerderij van den heer J.
Aalders. Weldra stonden de boer
derij, twee hooibergen en de stal in
lichte laaie. Het vee en den huisraad
konden nog gered worden.
De moterspuit van Ubbergen was
ter plaatse en gaf met twee stralen
water. Alles brandde af. Alleen de
muren staan nog overeind.
Persoonlijke ongevallen kwamen
niet voor. Verzekering dekt de
schade,
WÜziging wet Rijkspostspaarbank
Vorhooging der rentevergoeding
tot maximum 3 pet. mogelijk
gemaakt.
Ingediend is een wetsontwerp tot
wijziging van de wet tot instelling
eener Rijkspostspaarbank. Behoudens
aanvulling van enkele leemten en
herstel van in de practijk gebleken
onjuistheden, wordt o.m. beoogd
een
Verhooging van het rontegevend
maximum dor inlagen.
Het rentegevend maximum voor
nlagen bedraagt thans f 1200. Voor
den huidigen tijd moet dit bedrag
te laag worden geacht, o.m. tenge
volge van de waardedaling van het
geld. Eenigermate kan dit blijken
uit het feit, dat ultimo 1928 niet
minder dan 97.357 hoekjes in om
loop waren met een tegoed van
meer dan f 1000. Voorgesteld wordt,
het maximum thans op f 2500 te
brengen.
Staatsschuldhoekjes.
Verder wordt voorgesteld, dat
slecnts voor hetgeen boven f 2000
op een spaarbankboekje is ingelegd
of voor een gedeelte daarvan, een
inschrijving op een Staatsschuld-
boekje zal kunnen worden verkregen.
De boekjes zullen dan. naar te ver
wachten is, meer dan lot dusver
slechts als „overlaat" van de spaar
bankboekjes dienst doen.
De positie der Rijkspostspaarbank.
Al vaak is er, na de algemeene
stijging van den rentestand tenge
volge van den wereldoorlog op
aangedrongen om ook de rentever
goeding van de Rijkspostspaarbank
iets op te voeren. De financieele
positie der Bank liet dat echter,
juist in de jaren, waarin voor ver
hooging der rentevergoeding het
meest aanleiding bestond, allerminst
toe. tengevolge van de toen lage
beurswaarde van het effectenbezit.
Ultimo 1920 kon de balans slechts
sluitend worden gemaakt met een
vordering op den Staat van bijna
f 50 millioen. In de volgende jaren
werd de positie gaandeweg minder
ongunstig. Voor het eerst in 1925
kon van een reserve van f 21 mil
lioen worden gesproken en sinds
dien kwamen door verder koers-
herstel van het fondsenbezit de
bedrijfsoverschotten van vele jaren,
welke steeds tot versterking van het
'nleggerskapitaal waren aangewend,
meer en meer tot hun recht. Ultimo
1929 bedroeg de reserve ongeveer
f 46 millioen, zijnde ruim 13 pet.
van het inleggerskapitaal. Indien de
grootte van dit fonds nog verder
blijft stijgen, wordt het billijk geacht,
een deel van het jaarlijksche bedrijfs-
overschot aan te wenden tot ver
hooging van de rentevergoeding
voor de inleggers.
Daarbij moet evenwel niet uit het
oog verloren worden, dat het in het
algemeen gewenscht is, de rente van
de Rijkspostspaarbank aan den lagen
kant te houden, teneinde niet teveel
k'j particuliere instellingen belegde
gelden naar den Staat te doen
vloeien. In verband met aard en
doel van de Rijkspostspaarbank mag
deze niet met particuliere instellingen
m concurrentie treden, noch al te
zeer een beleggingsinstituut voor
kleine deposito's worden.
Het komt de Regeering dan ook
voor, dat de rentevergoeding van de
Rijkspostspaarbank in normale om
standigheden niet boven drie pet.
moet uitgaan. Zij stelt daarom voor,
dit percentage als maximum in de
wet vast te leggen en de rente,
welke feitelijk wordt vergoed, bij