Op Reis. Voor teren. De aardbeving in Italië De Kippenhouderij op het platteland Gemengde Berichten werd, blijkt wel uit volgende voor val. Misschien is het eenig in de geschiedenis, maar in ieder geval mag het onzen dames tot nederigheid stemmen. In het jaar 1566 namelijk moest een ongehuwde moordenaar worden onthoofd. Twee jongemeisjes wenschten met hem te trouwen, wanneer hem ge nade werd geschonken. De schepe nen willigden het aanbod in en stelden den booswicht voor, een van beide meisjes tot zijn vrouw te kiezen. De verstokte vrijgezel echter hoe hard hij anders ook om genade riep, kon op deze voorwaarde niet ingaan, zoodat eenigen tijd later z'n hoofd, dat maar niet op hol te brengen was, door den beul werd afgehouwen. Bij felle zon en schralen wind de huid beschermen met een weinig Purol of wat Purolpoeder en vooral tegen den nacht het gelaat, alsook alle schrijnende en stukgaande huid- deelen inwrijven met Purol, dat dadelijk verzacht en spoedig geneest. Purol en Purolpoeder zijn verkrijgbaar bij Apoth. en Drog. Wij vulkanologen weten, dat de Vesuvius aan den vooravond van een uitbarsting staat, zooals in de wereldgeschiedenis nog nooit is voorgekomen Wanneer men vanuit Napels over Salerno en de Straat van Val va naar Melfi reist, heeft men bijna dagen noodig om over de Apenijnen te trekken. Na een langen, moeilij ken tocht bereikt men eindelijk de hoogste kam dezer bergreeks. Van hieruit heeft men het gezicht op de hoogvlakte van Apulië. De keten der Apenijnen wordt besloten door den top van den Volture. Aldus schrijft de beroemde Itali- aansche vulkanoloog Luigi Pelmieri in een rapport aan de „Koninklijke Italiaansche Acedemie voor Weten schappen." Ie Napels overdegroote aardbeving, die in 1851 de geheele streek bij Monte Volture teisterde. Op dezelfde plaats heeft zich deze nieuwe, zware aardschokkende catastrophe afgespeeld, die, zooals de berichten meldden, reeds verschei dene duizenden menschen het leven heeft gekost Dezelfde landschappen zijn ook thans verwoest, zoodat men goede reden heeft, om aan te nemen, dat het hier om een voortzetting der gebeurtenissen van 79 jaar geleden gaat. Uit de rapporten over de ramp in 1851 kan men lezen, dat er op het aardoppervlak golfachtige bewe gingen werden waargenomen, die men kon vergelijken bij een regelmatig openen en sluiten der aardkorst. De jongste gebeurtenissen schijnen een zelfde verloop te hebben gehad. De oorzaak van de catastrophe in 1851 is, ondanks de intensieve on derzoekingen van Palmieri en den Duitschen vulkanoloog Deecke. nooit geheel tot klaarheid gebracht. Het schijnt echter wel als vaststaand te kunnen worden aangenomen, dat het toén zoowel als nü ging om een samentreffen, een gecombineerde werking van tectonische en vulkani sche verschijnselen, waarbij het tectonische geweld echter verreweg de overhand had. De Monte Volture, op wiens hellingen Melfi en de andere ver woeste dorpen liggen, is een vulkaan die reeds 20 eeuwen geleden uitgebrand. In een boek uit het jaar 1778, van de hand van een Napel- schen monnik, abt Domenico kan men voor de eerste maal eenige wetenschappelijke beschouwingen over den Monte Volture lezen. Ook hier treft men een hoofdstuk aan, waarin Domenico mededeelt, dat de vulkaan reeds geruimen tijd uitgedoofd is. Men ziet hieruit dus wel, dat dit bergland reeds lang een voorwerp van vulkanologische stu diën was. Nu staat door de tijden heen de Monte Volture als een een zamen kegel van hardsteen in dit landschap. Het bergland er om heen is steeds in beweging. Het is voor de mannen der Wetenschap niet moeilijk te zien, dat deze hardsteenen kegel de be wegingen der aardkorst ten zeerste belemmert en dat dit vroeg of laat moet leiden tot een te zware span ning met de daaraan verbonden catastrophe. Zoo geeft dus de Monte Volture niet als vulkaan, doch als een rotsmassa, die een storenden factor beteekent in de structuur van dit landschap blijk van zijn aan wezigheid.... en zoo kon hij, hoewel hij slechts één der kleinere bergen is, een natuurverschijnsel veroorzaken, dat ontzettende gevolgen met zich meebracht. Zulke verschijnselen zijn in het land van de citroenen niet ongewoon. Het groote aardbevingsongeluk van 1896, zoowel als dat van het jaar 1906 in Katanga (Calabrië), dat ongeveer honderdduizend menschen het leven kostte, is door een derge lijke aardbeweging veroorzaakt. Bij beide rampen werden dezelfde aardscheuren en verschuivingen waar genomen als thans... Allicht zal men nu de vraag stel len, of de Wetenschap zulk een gebeurtenis dan niet vooruit kon voorspellen, zoodac het mogelijk zou zijn, de menschen tijdig te waar schuwen... Helaas is dit een onmoge lijkheid, want, hoewel de aard- beweging buitengewoon langzaam in heftigheid toeneemt, heeft het splijten plotseling en zonder de minste voor teekenen plaats. Wij weten nu b.v., dat op het oogenblik in Bulgarijë bij Smyrna de Oóst-Alpen zulke aard- bewegingen vertoonen. Of, wanneer waar het eventueel tot aard- icheuringen zal komen, kunnen wij niet vaststellen... Wanneer het bij deze aardbevin gen om een vulkanisch verschijnsel ging, zou een voorspelling niet tot de onmogelijkheden hebben behoord. Het is ons b.v. bekend, dat de Vesuvius aan den vooravond van een uitbarsting staat, zooals in de vulkanologische wereldgeschiedenis slechts zelden voorkomt(Dit heeft met de aardbevingsramp bij den Monte Volture, ondanks de nabij heid van den Vesuvius, niets te maken). Duidelijke voorteekenen maken het ons, vulkanologen, moge lijk een bepaalde voorspelling te dien opzichte te doen. Sedert 1923 namen wij een jaar lijks stijgende exhalatie waar. De uitgeworpen steenen en andere stoffen wijzen op de aanwezigheid van zoutzuurde gloeiend-heete bronnen in den krater hebben een temperatuur van meer dan 1000 Graden. Dat zijn besliste voorteeke nen Ik heb deze waarnemingen zelf verricht en in Genève een weten schappelijke voordracht erover ge houden. Weliswaar weet men ook in dit geval niet, of de uitbarsting morgen of eerst over een paar jaar zal plaats hebben, daar men het uithoudingsvermogen van de aard korststructuur op die plaatsen, die het meest van de inwendige spanning te lijden hebben, niet kent. Daarom heeft de Italiaansche regeering er van afgezien, om de bevolking dringend te waarschuwen of maatregelen te nemen tot het onder dak brengen en het transport van de vluchtelingen. Men heeft alleen mijn rapport overal bekend gemaakt. Terwijl een uitbarsting reeds eenigen tijd vooraf haar komst aan kondigt, bemerkt men een tectonische aardbeving, zooals die van de Volture, eerst op het oogenblik van de catastrophe. Merkwaardig is het daarbij, dat dieren speciaal hon den, katten, muizen, vossen en ezels het naderen van de aardschokken reeds eenige uren voor den aanvang voelen naderen en dikwijls als razenden te keer gaan. De mensch daarentegen wordt volkomen door de feiten verrast en ook de Weten schap kan in dit geval geen enkele prognose stellen. Slechts één ding weten wij met zekerheid het door aardbevingen vulkanische verschijnselen zoo dikwijls geteisterde Italië, het land van de Zon en de blauwe luchten, zal binnen afzienbaren tijd wederom het slachtoffer worden van een groote Vesuvius-uitbarsting. mijn leven verruil. met een ander leven Wordt vervolgd. Een reis door het aardbovings- gebied in Italië. Bari Melfi Napels. Mijn pogingen om Donderdag vroeg van Rome over Napels het aardbevingsgebied te bezoeken, moest ik al gauw opgeven. Overal waar ik op de een of andere wijze trachtte vanuit Napels het binnenland te bereiken, werd ik tegengehoudei met de woorden Uitgesloten, uit gesloten, de treinen worden slechts gebruikt voor het vervoeren van de hulptroepen. De straten zijn geheel en al versperd door groote troepen vluchtelingen." Ik wilde echter niet werkeloos blijven en zoo besloot ik langs een omweg het geteisterde ge bied te bereiken. Vanuit Rome loopt een even voor treffelijke als weinig gebruikte vlieg verbinding naar Bari. Deze route nam ik. Na een vlucht van twee en een half uur liggen de Apenijnen reeds achter mij en was Bari bereikt, waar de lijnrechte kust het groen van de Apulische Hoogvlakte van het blauw der Adriatische Zee scheidt. In Bari verschilt het roezemoezige leven van de reeds eenigszins aan het Oosten herinnerende havenstad niet met dat van andere dagentot nu toe zijn de „golven der verschrik king" hier nauwelijks doorgedrongen. Alleen aafe het station gaat het veel drukker toe. De eerste vluchtelingen waren juist aangekomen. Dit zijn echter hoofdzakelijk meer gegoeden, die uit vrees voor hun leven de bedreigde streek ontvlucht zijn. Eenige angst is hun niet aan te zien. Van> Bari voert de trein ons naar Altamura, door en door een provincie-stadje. Het lijkt wel uit gestorven en niets wijst hier nog op de catastrophe. Met een boemeltreintje reis ik naar Spinazzola. Op alle stations is er een langdurig oponthoud. Wij moe ten nl. op de eerste hulptreinen wachten. Veewagens vol fascistische soldaten snellen ons voorbij evenals vele D-treinen met gekwetsten. De kleine dorpjes in het dal van de Gravina hebben klaarblijkelijk weinig geleden.... Een schaapherder blaast ergens op zijn fluit... waarschijnlijk een vreedzaam liedje. Spinazzola bereiken wij om 2 uur 's middags. Hier begint de ellende eerst, want hoewel de stad zelf ongedeerd is, lijkt het in de buurt van het station wel een verstoorde mierenhoop. Ik zie hier de eerste1 vluchtelingen, lieden met hun heele hebben en houden bij zich. Vrouwen bidden en mannen uiten hun ellende door luide vloeken echt Italiaansch! De stationchef weet niet, wat te doen. Zijn wagenpark is gerequireerd, de dienst is totaal in de war Hij wil onzen trein wel verder laten gaan, doch kan ons geen garantie geven wij Venosa, het eigenlijke döel van de reis wel bereiken kunnen. Een taxichauffeur, die onmiddellijk den journalist in mij herkent, brengt uitkomst Met een stortvloed van woorden beveelt hij mij een bezoek aan het verwoeste gebied in zijn wankele Fiat aan. Hij beschouwt de geheele catastrophe als een onver wacht buitenkansje, een beziens waardigheid!.... Ik ga op zijn voor stel in en spoedig zijn wij op reis. Met een bewonderenswaardige kalmte rijdt hij over de verwoeste wegen overal vertoonen zich reeds scheuren en op sommige plaatsen is de weg bijna voor de helft wegge slagen. Mijn chauffeur suist "erder en tracht mij te doen gevoelen wat .aardschokken" eigenlijk zijn. Na een half uur rijden komen wij n Venosa aan. Soldaten zijn juist bezig aan den ingang van de stad een neergesmakten hoogspannings mast op te ruimen.... een tolboom voor de hel, want Venosa is er erg aan toe De Apulische huizen van samengekitte kalkturf zijn gebarsten alsof zij uit gips waren opgetrokken. Het zijn slechts puinhoopen. Enkele huizen die van baksteen zijn blijven staan. De stad is uitgestorven. De carabinieri wijzen met de hand naar de bergen daar bevindt zich de bevolking. Niemand durft te blijven deze menschen hebben het instinct van een dier, dat zich ook verbergt om het onheil niet te zien. Vijf dooden zoo vertelt men mij heeft Venosa te beklagen. Nu volgt de eene verwoesting na de andere. Eerst vreedzame lande rijen, olijfboomen, bloemenvelden, citroenengaarden, goudgele vijgen en dan plotseling Barile totaal ver woest De dorpsstraat lijkt wel een holle weg tusschen puinhoopen. Het wemelt er van de menschen mili tairen, doctoren, zusters, alles loopt ordeloos door elkaar! Ook nog enkele dorpelingen. Hier en daar ziet men een weenende vrouw of een boer, die niet van zijn huis is af te slaan. Sommigen ervan lijken wel waanzinnig hun gezicht vertoont een wanhopige angstuitdrukking soldaten gaan met draagbaren voorbij onder een wit laken zie ik, slap naar beneden hangend een vermor zelde hand. In de kerk, die wonder boven wonder gespaard is, heeft zich een ambulance opgesteld. Hier liggen de gewonden en 35 dooden Tien minuten verder: Rapolla. Dit stadje ligt aan een kromming van de rivier. Eertijds een paradijs dat door vele vreemdelingen bezocht werd, omdat het zoo echt Italiaansch was en nu... Een paar witgelakte hotelletjes staan nog overeind, me lancholisch en verlaten Wij rijden er om heen, want de weg door het stadje is versperd. 23 dooden zegt men. Achter de hotelletjes op een soort sportterrein is het kamp der vluchtelingen. Zij staan met ver wezen gezichten naar ons te kijken; het is een menschenslag, dat niet veel kan verdragen Weer een kwartier verder ligt Melfi, de stad der Hohenstaufen Het r.ieuwe stads-gedeelte met tal- looze villa's en landhuizen is onge deerd, alleen de bewoners zijn ge vlucht. In de binnenstad zien wij echter puinhoopen, die even hoog zijn als de enkele huizen, die nog niet verwoest zijn De kerktoren ingestort en ook de burcht, het prachtige bouwwerk van Frederik II, heeft twee hoektorens verloren. Op de markt verdringt zich het volk Soldaten deelen brood en kaas uit. Vlak daarbij liggen onder lakens de dooden. Melphi heeft 120 dooden in totaalDe aanblik is meer dan ver schrikkelijk. Het lijkt wel een stad in de vuurlinie. Een humoristische plakkaat van een Amerikaansche filmklucht schijnt dit alles te willen hoonen de bioscoop is er echter niet meer. Een eindje verder doet een ezel zich te goed aan geraniums, die uit een venster zijn gevallen. Twee kinderen gaan zingend door de stra ten.... vlak daarachter komt een colonne soldaten met een baar. Wij verlaten deze stad des Doods en rijden verder langs Lacedonia, Bisaccia, Aquilona. Overal hetzelfde beeld. Langs de straatwegen kampeert de bevolking. Verscheidene malen worden wij aangehouden. Men heeft honger en er wordt hen geen eten gebracht. Mussolini kan niet overal voor zorgen. Boven ons circelen vliegtuigen. Langzamerhand valt de duisternis. In Barila kan ik juist een trein nemen, die met vluchtelingen en ge wonden naar Potenza gaatUit een gesprek met deze ongelukkigen ver neem ik, dat er nauwelijks één gezin is, waar men geen man, vrouw of kind verloren heeft. Ik laat mij nu vertellen, hoe alles gebeurd is, hoe de eerste stooten de daken reeds deden instorten en hoe men, in den slaap gestoord, door het puin naar de straat moest kruipen. Steeds weer hoort men weenen en.... vloeken. Te middernacht krijg ik de snel trein naar Napels te pakken. De duisternis spreidt zich langzaam over de woestenij langs de spoorbaan uit... Napels heeft ook geleden. Wat men hier ziet, zijn echter slechts de voor boden van het onheil, dat het binnen land heeft getroffen. De eerste officieële schattingen worden juist genoemd: 1800 dooden! 4000 gewonden! Heeren die gewoon zijn na het scheren zich even te poederen, maken gaarne gebruik van Purol poeder. dat verzachtend en gezond voor de huid is. Prijs 45 ct. per doos en evenals Purol verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten. Ongedierte in het hok. Waar de leg om dezen tijd van het jaar met reuzensprongen naar beneden gaat, daar is de aanwezigheid van luizen in het hok heel dikwijls de oorzaak daarvan. We raden onze lezers aan, vooral nu goed toe te zien, en voorzorgs- j maatregelen te nemen. Wie een spuit heeft, gebruike deze iedere week 'n keer om een oplossing vancreoline (3 pet.) of Rids in alle deelen van het hok te spuiten en vooral daar, waar de mestzolder en dezitstokken bevestigd zijn. Ligt de zitstokken zoo nu en dan eens uit de inkepin gen op, want daar verbergt de roode luis zich overdag 't liefst. Door de luis komt de kip om dezen tijd van het jaar direct in de En daar de eieren in prijs stijgen woeten we dat zien te voorkomen. Maak toch elke week het hok schoon. Dat werk is wel het meest loonend van 't oogenblik i Ik wat door )OS. BOSHOUWERS te LENT. Beenzwakte. VRAAG Mijn W. L. van ruim maanden zijn zoo gegroeid, dat iedereen, die ze ziet. er over roept Maar nu zijn er voor 14 dagen enkele zwak in de pooten geworden, het wordt nu zoo slim, dat ze blijven leggen. Het zijn juist de grootste, die ik er tusschen heb. Ze vermageren snel. zeker ook omdat slecht aan het voer kunnen, de anderen loopen ze om en duwen ze opzij. Wat raadt u mij aa geef enkel hardvoer omdat ze vroeg zijn. Uit Venray. ANTWOORD Van hieruit kan ik onmogelijk met zekerheid zeggen wat de juiste oorzaak is. Ik zal eenige vragen stellen, die misschien op de een of andere gemaakte fout attent kunnen maken, le Zitten er niet te veel dieren uw hok Zoolang de oude kippen niet opgeruimd zijn, heeft de boer dikwijls veel te weinig plaats voor het jonge goed. 2e Is het in het hok niet te heet, als de zon schijnt. De pootziekte ij uw dieren begonnen voor den regentijd, dus toen het heet was. Overdag heet beteekend ook nachts heet, als er geen losse ramen zijn, en kom ik tot de vraag: de. Zijn de ramen allemaal vast (met uitzondering) van het bovenlicht? En liet u de deur niet openstaan, totdat u zelf naar bed ging Anders blijft de hitte van den dag ook nachts in het hok. Bij een opfokgelegenheid moeten ook draai- of schuifbare ramen zijn, anders komt er niet genoeg frissche lucht naar binnen en koelt het des avonds niet voldoende af. 4e. Is het een uitstekend terrein, waar de dieren los loopen. ik bedoel een terrein, waarin ze van alles nog wat kunnen vinden Zoo niet, dan is het gevaarlijk enkel hardvoer te geven. Misschien hebben ze laatst, toen het zoo heet was, veel te weinig oprok voer genomen, omdat de bak ken natuurlijk in de hokken staan, die toen mogelijk veel te heet en te benauwd waren. Ik raad u aan a: de dieren die niet flink terbeen zijn, direct er tusschen uit nemen, anders wordt het heelemaal niks. Deze zet u apart in een luchtig vertrek en geef ze daar meelvoer met gist en wat meer voederkalk er in. Het hardvoer mengt u aan met levertraan. De overige verstrekt u ook och- tendvoer, al is het alleen tot in den voormiddag, 11 uur b.v. Hieronder wat gist en voederkalk mengen, ook al zit het reeds in het voer. Niet veel natuurlijk 1 a 2 pet. gist en een paar pet. voederkalk. En natuurlijk zorgen, dat de huisvesting in orde is, vooral wat aangaat de luchtverversching. Sla deze niet te licht aan Dunschalige ruwe eieren. VRAAG: Ik raap tegenwoordig nogal windeieren, wel niet zoo heel veel, maar toch iedere week enkele, Het ergste is echter, dat de schaal van alle eieren dun begint te wor den, van sommigen zelfs heel ruw Wat zou de reden zijn Ze loopen los en krijgen het voer van den Landbouwbond. Ze krijgen volop schelpen en oude kalk. Ik had gaarne antwoord in Peel en Maas van a.s. Zaterdag. Uit Venray. ANTWOORD: Ik kan het niet anders verklaren, dan door aan nemen, dat ge te weing meelvoer en te veel hardvoer geeft. De leg van de kippen mindert nu overal, dat merk je zoo duidelijk aan de weke lijksche aanvoeren bij de Roermond- sche en Venlosche Mijn, Ook op de andere veilingen natuurlijk, maar ik bepaal me liever tot het centra van uwe streek Bij verminderenden leg hebben Je kippen ook minder hardvoer noodig Ik zou zoo zeggen Blijf ze evenveel ochtendvoer geven als tot nu toe. doch verminder de hoeveelheid ge- mengd graan. Geef inplaats van laatste ook eens 'n paar dagen kippenrijst. Tuberculose-bestryding. Door de Centrale vereeniging tot bestrijding der tuberculose, is een telling gehouden,betreffende ingeko men giften over het halfjaar 1930, van collecties, verkoop Emmabloem en insignes enz. Daarbij is gebleken dat Horst mag gerekend worden onder de voornaamste plaatsen wat betreft het geven van geldelijke aal moezen voor dit doel. Door de Centrale vereeniging is een bedrag van ongeveer f 225 ontvangen sinds Januari 1930. G. H. Vaossen f In den ouderdom van 49 jaar is Zaterdag te Maasbree overleden de heer G. H. Vaessen, wethouder dier gemeente en lid der Prov. Staten van Limburg. Naar wij vernemen, is de heer D. Schijnen te Venlo, als eerstvol gende van de lijst, de aangewezene om den Statenzetel, opengekomen door 't overlijden van den heer Vaessen, te bezetten. Muziekfeest te Venlo. Zondag herdacht de muziekver eniging „Fanfare" te Venlo, haar 75-jarig bestaan met een festival waaraan een zestal muziekgezel- ichappen deelnam. Na een muzikale wandeling door de stad, werd de feestvierende ver eeniging en hare gasten, ten stad- huize. door burgemeester en wet houders ontvangen. Gedurende den geheelen namiddag werd door de verschillende muziek- vereenigingen op het feestterrein geconcerteerd. Doodelyk auto-ongeluk te Sittard Zondag is in het Fransche klooster te Sittard de heer J. Thissen, die Donderdagavond op den Rijksstraat weg te Sittard door een passeerende luxe-auto overreden werd, zonder tot bewustzijn te zijn gekomen over leden. De chauffeur van den auto, welke dit ongeluk veroorzaakte, was zonder zich om het slachtoffer te bekommeren doorgereden. Zaterdag hebben de maréchaussees van Sit tard hem in de omgeving van Maas tricht aangehouden. De voorruit van den auto was van onbreekbaar glas, maar niettemin totaal versplinterd, De auto is van een handelsreiziger uit Rotterdam. Een 103-jarige. De weduwe Magnée te Maastricht hoopt 7 Augustus a.s, haar 103-den verjaardag te herdenken. Ruim 66 jaar is zij reeds weduwe en van haar zeven kinderen zijn er thans nog drie in leven. Haar physieke gesteldheid is in het algemeen nog betrekkelijk goed en gezicht en ge hoor bewijzen haar nog goede diensten. 200 K.M. wegwedstrijd in Limburg Zondag had de laatste oefenrit ter voorbereiding van de deelname der Ned. wegrenners aan de we reldkampioenschappen op den weg voor wielrijders plaats. Het traject, dat 201 K.M. lang was, ging over Blerick-Venlo- Roermond - Sittard Maastricht- Gulpen Mechelen-Vijlen-Vaals Gulpen Maastricht Sittard— Roermond -Hom—Kessel—Blerick alwaar de finish was. Onder leiding var. den heer Darmstadt te Roermond startten 1*5 deelnemers, waarvan er 8 de finish bereikten en wel 1. W. Cober. Hoensbroek. in 6 uur 10 min. M. v. d, Horst, Klundert 3. Franssen, Ubachsberg 4. E Raay- makers. Rotterdam-; 5. L. Buis, Halfweg 6. H. Polak. Steenbergen c h VA d' PuttCD, Heerlen Schaft, Zaandam. Konings-ei. Het vinden van een boon in een koek is tegen Driekoningen-Avond een geliefd vermaak. De heer B. te Wolder-Maastricht, had echter het twijfelachtig genoegen een boon te vinden in een versch gekookt kippenei. Een verzoek om bankbiljetten van f 5. Door de Nederlandsche maat. schappij voor Handel en Nijverheid is aan den Minister van Financiën een schrijven gericht waarin wordt verzocht, door de Nederlandsche ook biljetten van een kleiner coupure dan f 10, bijvoorbeeld van f 5 laten uitgeven. Aanbesteding. Onder architectuur van den heer J. van Weegen te Vierlingsbeek werd te Sambeek aanbesteed de ver bouwing van het Raadhuis. Er werd ingeschreven als volgt P, Cremers, Boxmeer f 8980 Jac. van Os, Sambeek en J. Schrijnen, Boxmeer f 8950 Veldhuizen en Coenen, Maashees f 8550 Corn. Heurkens, Boxmeer f 8500 H. v. d. Braken, Oploo f 8483 H. Huibers, Sambeek f 7973 M. Peters, Boxmeer f 7737 Peters v. d. Sterren, Boxmeer en Joh. Stiphout. Sambeek f 7700 Aits, Sambeek f 7670 Schoofs, Boxmeer f 7103 Het werk is nog niet gegund. Tragisch ongeval. Maandagnacht is de 21-jarige Nijhuis, uit de buurtschap Mander onder de gemeente Tubbergen, toen hij des avonds per rijwiel huiswaarts keerde, op ongeveer 200 meter afstand van zijn woning, dood langs den weg gevonden met verbrijzelde hersenen. Waarschijnlijk door een val van zijn rijwiel is de vollelading hagel van het jachtgeweer, dat hij bij zich droeg, in zijn hersens ge drongen, hetgeen den dood heeft veroorzaakt. Bliksem ingeslagen. Te Erlekom, gemeente Ubbergen, Maandagmiddag de bliksem een boerderij van den heer J. Aalders. Weldra stonden de boer derij, twee hooibergen en de stal in lichte laaie. Het vee en den huisraad konden nog gered worden. De moterspuit van Ubbergen was ter plaatse en gaf met twee stralen water. Alles brandde af. Alleen de muren staan nog overeind. Persoonlijke ongevallen kwamen niet voor. Verzekering dekt de schade, WÜziging wet Rijkspostspaarbank Vorhooging der rentevergoeding tot maximum 3 pet. mogelijk gemaakt. Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging van de wet tot instelling eener Rijkspostspaarbank. Behoudens aanvulling van enkele leemten en herstel van in de practijk gebleken onjuistheden, wordt o.m. beoogd een Verhooging van het rontegevend maximum dor inlagen. Het rentegevend maximum voor nlagen bedraagt thans f 1200. Voor den huidigen tijd moet dit bedrag te laag worden geacht, o.m. tenge volge van de waardedaling van het geld. Eenigermate kan dit blijken uit het feit, dat ultimo 1928 niet minder dan 97.357 hoekjes in om loop waren met een tegoed van meer dan f 1000. Voorgesteld wordt, het maximum thans op f 2500 te brengen. Staatsschuldhoekjes. Verder wordt voorgesteld, dat slecnts voor hetgeen boven f 2000 op een spaarbankboekje is ingelegd of voor een gedeelte daarvan, een inschrijving op een Staatsschuld- boekje zal kunnen worden verkregen. De boekjes zullen dan. naar te ver wachten is, meer dan lot dusver slechts als „overlaat" van de spaar bankboekjes dienst doen. De positie der Rijkspostspaarbank. Al vaak is er, na de algemeene stijging van den rentestand tenge volge van den wereldoorlog op aangedrongen om ook de rentever goeding van de Rijkspostspaarbank iets op te voeren. De financieele positie der Bank liet dat echter, juist in de jaren, waarin voor ver hooging der rentevergoeding het meest aanleiding bestond, allerminst toe. tengevolge van de toen lage beurswaarde van het effectenbezit. Ultimo 1920 kon de balans slechts sluitend worden gemaakt met een vordering op den Staat van bijna f 50 millioen. In de volgende jaren werd de positie gaandeweg minder ongunstig. Voor het eerst in 1925 kon van een reserve van f 21 mil lioen worden gesproken en sinds dien kwamen door verder koers- herstel van het fondsenbezit de bedrijfsoverschotten van vele jaren, welke steeds tot versterking van het 'nleggerskapitaal waren aangewend, meer en meer tot hun recht. Ultimo 1929 bedroeg de reserve ongeveer f 46 millioen, zijnde ruim 13 pet. van het inleggerskapitaal. Indien de grootte van dit fonds nog verder blijft stijgen, wordt het billijk geacht, een deel van het jaarlijksche bedrijfs- overschot aan te wenden tot ver hooging van de rentevergoeding voor de inleggers. Daarbij moet evenwel niet uit het oog verloren worden, dat het in het algemeen gewenscht is, de rente van de Rijkspostspaarbank aan den lagen kant te houden, teneinde niet teveel k'j particuliere instellingen belegde gelden naar den Staat te doen vloeien. In verband met aard en doel van de Rijkspostspaarbank mag deze niet met particuliere instellingen m concurrentie treden, noch al te zeer een beleggingsinstituut voor kleine deposito's worden. Het komt de Regeering dan ook voor, dat de rentevergoeding van de Rijkspostspaarbank in normale om standigheden niet boven drie pet. moet uitgaan. Zij stelt daarom voor, dit percentage als maximum in de wet vast te leggen en de rente, welke feitelijk wordt vergoed, bij

Peel en Maas | 1930 | | pagina 8