Teetle Blad van „F1EL M MAAS" Openbare Vergadering van den Raad der Gemeente Venray, Land- en Tuinbouw. ZATBRDAO 22 MAART 1930 Een en vijftigste Jaargang No. 13 gehouden op 14 Febr. 1930, nakn. 4 uur. Voorzitter: de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester. Secretaris de heer L. F. M. van Haaren. Tegenwoordig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering met gebed waarna aan de orde is Beëediging van het nieuw benoemd lid van den Gemeenteraad, de heer P. van Bergen. De heer van Bergen wordt op verzoek van den Voorzitter door den Secretaris binnen geleid en legt vervolgens in handen van den Voor zitter de voorgeschreven eeden af. De Voorzitter heet mede namens den Raad, den heer van Bergen hartelijk welkom en zegt dat deze voor den Raad geen onbekende is. Reeds gedurende een periode immers behartigde hij met groote vlijt de belan gen der gemeente. Nam hij aan de beraadslagingen deel, dan deed hij dit kort en zakelijk. Spreker hoopt dat in deze nieuwe periode met den heer van Bergen in dezelfde voldoening als vroeger mag worden samengewerkt tot wel zijn der gemeente. De heer van Bergen dankt voor de tot hem gerichte woorden. Den heer Odenhoven verheugt het dat we weer iemand in ons mid den gekregen hebben die op het nippertje bij de verkiezing is gevallen. Hieruit blijkt weer, dat door onderlinge samenwerking meer kan gedaan worden dan door het optreden van één persoon alleen. Spreker hoopt, dat de heer van Bergen moge ijveren voor de gemeente in het algemeen en voor den arbeider in het bijzonder. Hierna spreekt de Voorzitter als volgt Het jaar 1929 was over het algemeen niet ongunstig. Wel was er tengevolge van den strengen winter de eerste maanden van het jaar veel werkloosheid en moest op ruime schaal ondersteuning plaats vinden, doch nadat de vorstperiode een einde had genomen, konden de talrijke arbeiders in de bouwvakken geregeld werk vinden. Ook in de sigaren-industrie kwam werkloosheid niet voor. Verschillende losse arbeiders vonden werk bij den aanleg der rioleering. Er werd vrij veel gebouwd, meest boerderijen, ook verschillende wo ningen voor den arbeidenden en kleinen middenstand. Over het geheel genomen was het jaar 1929 ook voor de landbouwers niet onbevredigend, hoewel er verschillende teekenzn zijn, die er op wijzen, dat de landbouwende bevolking slechts door voortdurende ver betering der bedrijfsmethoden een blijvend bestaan zal kunnen vinden. De resultaten van de ontginningen in de Peel geven reden tot te vredenheid. Een ingesteld onderzoek naar den' toestand op de eerste plaats van degenen, die een boerderij met rijkssteun op woesten grond hebben gesticht, heeft tot resultaat gehad, dat bijna allen zeker aan hun finantieele verplichtingen zullen kunnen voldoen. Er is gebleken, dat slechts zij, die werken willen en deskundig zijn, in de Peel iets kunnen beginnen, maar dezen slagen dan ook. In 1929 werden de laatste daarvoor in aanmerking komende O. L. scholen omgezet in R. K. Bijzondere, zoodat op 1 Januari 1930 in Venray nog slechts ééne O. L. school was, de O. L. school te Heide. Van de in 1929 door Uwen Raad genomen besluiten mag ik op de eerste plaats noemen, de voltooiing der rioleering en de dekking der hiervoor gedane uitgaven. Verder het beginsel-besluit tot medewerking tot stichting eener lagere Landbouwhuishoudschool te Venray en het besluit tot het verkenen van voorschotten voor den bouw eener eigen woning aan arbeiders, niet vallende onder de Landarbeiderswet. Verder moge ik wijzen op de verdere vertering en uitbreiding van het wegennet. Ik spreek de hoop uit, dat ook 1930 voor Venray een gunstig jaar moge worden en wij onder Gods Zegen en Diens bijstand in goede samenwerking en onderlinge waardeering veel wat Venray tot heil zal strekken, mogen tot stand brengen. Bij de gehouden trekking blijkt dat no. 5 getrokken is, zoodat bij eventueele stemmingen in deze vergadering no. 5 der presentielijst, i.e. de heer Jacobs, het eerst zijn stem moet uitbrengen. Daarna worden de notulen der vorige vergadering voorgelezen en ongewijzigd vastgesteld. Vervolgens leest de Voorzitter voor het procesverbaal van kasopname bij den Gemeente-Ontvanger over het vierde kwartaal 1929, waaruit blijkt, dat op 20 Dec. 1929 het totaal der inkomsten bedroeg f 383.131.38i/ï het totaal den uitgaven f 240.928.51, zoodat op 20 Dec. j.l. in kas was f 142.202.87i Dit wordt voor kennisgeving aangenomen. Dan is aan de orde Voorstel van Bugemeester en Wethouders tot verkoop van 4 H.A. grond onder Ysselsteyn aan J. H. Greijn te Helden-Panningen. De Voorzitter zegt, dat deze grond niet geschikt is voor ontginning, het is een zoogenaamde „zandklef". Kooper wil er echter een kippenfokkerij stichten en aangezien het gewenscht is, dat er wederom een woning wordt gesticht, stellen B. en W. voor den grond te verkoopen voor f 250 per H.A. onder voorwaarde, dat op verbeurte eener onmiddellijk opeischbare boete van f 1000 vóór 31 December 1935 op dit perceel eene woning wordt gesticht. Wordt algemeen goedgevonden. Nog wordt algemeen goedgevonden aan J. H. Greijn voornoemd tot uiterlijk 31 Dec. 1933 het recht van voorkeur te geven op het overige gedeelte van perceel Sectie H. 1939, ter grootte van circa 4 H.A. Dan is aan de orde Vaststelling der voorloopige vergoedingen aan de bijzondere lagere scholen overeenkomstig artikel 101 der L.O. wet 1920. De Voorzitter deelt mede, dat de vergoeding per leerling het gemid delde bedraagt van de kosten per leerling der O.L. scholen te Venray over 1928 Deze kosten bedragen f 6.50. De gemeente moet hierop een voorschot geven van hoogstens 80 pet. Deze voorloopige vergoeding bedraagt voor R.K. Kerkbestuur Leunen Oostrum 488.80 531.70 712.40 608.40 f 629.20 f 2315.30 f 726.70 c. Oirlo d. Castenray e. Ysselsteyn f. Venray g. St. Josephsgesticht h. Zedel. Lichaam Ursula's Zusters f 2155.40 i. Bijz. Meisjesschool, Leunen f 551.20 Wordt algemeen goedgevonden. Vervolgens wordt behandeld het vezoek van Fr. Janssen te Oostrum om ten opzichte van de door hem gepachte gronden de oude pacht- voorwaarden geldig te verklaren. De Voorzitter zegt, dat de oorspronkelijk aan J. Janssen, M. Camps en Fr. Janssen verpachte gronden inmiddels zijn verkocht, behalve 4 H.A., die opnieuw zijn verpacht aan Fr. Janssen. Hem is toen gezegd, dat deze verpachting zou plaats hebben onder de thans geldende voor waarden en is ook een dienovereenkomstig verzoek door hem geteekend. Hierop is de akte gemaakt op de nu geldende voorwaarden. De heer Millen zegt, dat hij, volgens het request, gevraagd heeft of het 't zelfde was en hem toen gezegd is ja. Later bleek dit echter niet het geval te zijn. De Voorzitter zegt, dat Janssen het wel wist. De heer Stoot begrijpt niet, dat nu voor die 4 H.A. de voorwaarden moeten worden veranderd. Er was toch gezegd, dat de oude voorwaar den zouden doorloopen. De Voorzitter antwoordt, dat dit niet gezegd is. In de oude akten hadden we 4, 5 verschillende redacties. Daarom heeft de Raad juist gezegd, dat er uniformiteit in de pachtvoorwaarden moest komen en dit is ook steeds sindsdien gebeurd. Spreker noemt verschillende voorbeel den en wijst o.a. op overdracht pacht St. Servatiusgesticht. De heer Stoot vraagt voorlezing van het betreffend gedeelte der notulen, waaruit z.i. juist blijkt dat de grond in pacht BLIJFT. De heer Millen meent uit het request te hebben gelezen, dat Janssen den Voorzitter niet goed heeft begrepen. De Voorzitter zegt dit niet te kunnen helpen. De heer Goumans vindt er geen bezwaar tegen aan het verzoek te voldoen. Janssen is een goed pachter en ontginner, die als voorbeeld kan gesteld worden. De Voorzitter zegt dat het op zich zelf geen halszaak is, maar het is een gevaarlijk precedent. Er is nu eenmaal goedgevonden, dat over dracht van pacht voortaan slechts volgens de thans algemeen geldende voorwaarden zal worden toegestaan. De heer Vermeulen zou voor deze netelige zaak 'n commissie van drie of vijf leden willen benoemd zien om deze nog 'ns nader te onder zoeken. De Voorzitter vindt de kwestie niet van zoo'n groot belang. De heer Odenhoven is er voor deze zaak aan te houden. Janssen is het niet eens met B. en W. en spreker vindt, dat deze zaak nader moet worden onderzocht. De heer Vermeulen zou daarom juist 'n commissie benoemd willen zien die dan in de eerstvolgende vergadering rapport kan uitbrengen. Wethouder Pubben vindt het typisch, dat er juist nu zoo'n geval is dat is anders nog nooit geweest. Er moet toch systeem zitten in zulke zaken. De heer Goumans vindt de zaak zoo gering, dat hij het verzoek van Janssen maar zou inwilligen. De Voorzitter zegt het hier niet mee eens te zijn; het gaat om het precedent. Spreker heeft er echter geen bezwaar tegen een commissie te benoemen zooals door den heer Vermeulen genoemd, en wijst hiervoor aan de heeren Jacobs, Stoot, van Dijck, Goumans en Vermeulen. Het aanvullingskohier der trottoirbelasting wordt vervolgens vastge steld tot een bedrag van f 20.91. Daarna komen in behandeling a. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan het Rijk gel- delijken steun te vragen tot een bedrag van f 3500 om dit beschikbaar te stellen aan een landarbeider ter verkrijging van een plaatsje. b. Voorstel van Burgemeester en,. Wethouders tot het verleenen van een voorschot tot een maximum van f 3500 ingevolge de Landarbei derswet aan G. Vullings, landarbeider, ter verkrijging van een plaatsje. De Voorzitter zegt, dat de overgelegde stukken zijn onderzocht en orde bevonden en geheel voldaan is aan de wet. Spreker leest ver volgens de conceptbesluiten voor. De heer Odenhoven vraagt wat de wet onder landarbeider verstaat, waarop de Voorzitter antwoordt, iemand die van landarbeid in loon dienst in hoofdzaak zijn beroep maakt. De heer Odenhoven vraagt nog als hij dan aan ander werk meer verdient, waarop de Voorzitter antwoordt, dat dan zijn hoofdberoep niet landarbeider is. Daarvandaan, dat er hier te Venray practisch weinig menschen zijn, die aan de gestelde vereischten voldoen. De heer Stoot wijst nog op de mogelijkheid dat iemand nu eenmaal het plaatsje heeft en dan eigen boer wordt. De Voorzitter antwoordt dat dit tegen de bedoeling der wet zou zijn. Het kan zich echter voordoen, dat zoo iemand als hij ouder wordt ten slotte keuterboertje wordt. Maar feitelijk is dit niet in den zin der wet, die hare werking enkel over landarbeiders in den eigenlijken zin bedoelt uit te strekken. Als het tevoren te voorzien is, mag het dus niet het mag niet op verkapte wijze een steun worden voor iemand, die zich op andere wijze helpen kan of die niet landarbeider wenscht te blijven. De Voorstellen van B. en W. worden hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Nog is aan de orde Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan J. Moorrees eene vergoeding toe te kennen onder voorwaarde, dat hij zich verplicht het bakhuisje langs den Stationsweg af te breken. De Voorzitter zegt, dat dit bakhuisje daar zeer in den weg staat. Over de overneming hiervan is al eens meer onderhandeld doch tot heden zonder gunstig resultaat. Thans zijn we in relatie getreden met den A.N.W.B., de K.N.A.C. en den B.B.N. en er is goede hoop, dat deze gezamelijk eene flinke bijdrage zullen geven. Er wordt eene ver goeding gevraagd van f 400. Het voorstel van B. en W. is nu dat de Gemeente de rest betaalt, indien minsten de helft door de drie bonden gezamelijk wordt betaald. Spreker leest vervolgens de voorwaarden voor, waaronder wordt voor gesteld de bijdrage ad hoogstens f 200 te verleenen. Wordt algemeen goedgevonden. In verband met het voorstel van Burgemeester en Wethouders om het rijden van den gemeentelijken autobusdienst Venray—Station weder om voor vier jaren publiek aan te besteden, vraagt de heer Odenhoven onder welke voorwaarden die geschiedt. De Voorzitter antwoordt hier straks liever in geheime vergadering over te spreken. De heer Odenhoven meent anders dat over een zoo openbare en van algemeen belang zijnde zaak, als ons openbaar vervoermiddel naar het station is, ook in openbare vergadering mag en moet gesproken worden. Wordt goedgevonden dit punt aan te houden tot na de geheime vergadering. In verband met het ingekomen verzoek van den R. K. Limburgschen Middenstand, wordt algemeen goedgevonden thans vooralsnog geen gemeentelijke winkelsluitings-verordening in te voeren. Ingekomen stukken. Hierna doet de Voorzitter mededeeling van de volgende ingekomen stukken. a. Ontvangst schrijven Ged. Staten van Limburg betreffende onder zoek geloofsbrieven van Bergen. b. Goedkeuring raadsbesluit tot vaststelling presentiegeld raadsleden. c. Schrijven betreffende vaststelling verhooging jaarwedden Wet houders. Deze worden voor kennisgeving aangenomen. Vooits zegt de Voorzitter, dat na het opmaken der agenda nog is ingekomen een request van Th. Janssen e.a. muziekautomaathouders te Venray. Spr. leest het request voor en zegt, dat de Burgemeester inderdaad slechts op Zondagen en enkele andere dagen verlof geeft om muziek te maken. Hij is echter niet voornemens aan het verzoek te voldoen om eiken dag muziek toe te staan, omdat hij het niet wenschelijk acht, dat in de cafés maar vrij eiken dag muziek kan gemaakt worden. De heer Millen zegt, dat er ook onderteekenaars van het request bij hem geweest zijn. f 40 is inderdaad te veel, nu er slechts op weinige dagen van het jaar muziek mag zijn. Daar kunnen ze niets meer aan verdienen. De bedoeling van het request is dan ook, dat er ook 'eens op werkdagen muziek gemaakt mag worden, al is het dan ook niet absoluut vrij eiken dag. De Voorzitter zegt, dat de menschen tevoren wisten, dat het aantal dagen beperkt' is. Als de onkosten te hoog zijn, dan moeten ze maar ophouden met muziek te maken in hun inrichting. Spreker voor zich zal er heelemaal niet droevig om zijn. De heer Millen zegt, dat ze bij de aanschaffing niet wisten, dat ze alleen op Zondag vergunning zouden krijgen, anders hadden ze zoo'n duur instrument nooit aangeschaft. De Voorzitter antwoordt, dat ze dit wisten of althans konden weten. Ze zijn allen ingelicht. De heer Odenhoven meent ook, dat meer inschikkelijkheid kon worden betracht en men wat soepeler moest zijn ten aanzien van het geven van muziek vergunning De Voorzitter zegt, dat de heeren toch weten, dat op bijzondere feestdagen, vrije dagen, zooals men dat hier noemt, vergunning wordt gegeven. De heer Odenhoven vindt het toch wat verregaand, dat ze voor het stemmen van het instrument zelfs vergunning moeten vragen, waarop de Voorzitter antwoordt, dat dit voor de goede orde is de politie moet dat toch weten. De heer Odenhoven vindt ook de belasting aan den hoogen kant. Als men er alle dagen aftrekt, dat geen vergunning voor muziek gegeven wordt, blijven er geen veertig over en betalen deze menschen dus onge veer f 1 per dag. Spreker is er dan ook voor, als er niet meer vrijheid voor muziek te maken komt, de belasting in elk geval te verlagen. De Voorzitter zegt, dat net hooge bedrag der belasting juist bedoeld is als rem: B. en W. achten tingel-tangels niet in het belang der gemeente. De heer Odenhoven vraagt of radio-muziek ook onder deze belasting valt, waarop de Voorzitter bevestigend antwoordt. De heer Millen vraagt wat soepeler te zijn voor het geven van muziek bij bruiloften, die van café tot café trekken, waarop de Voorzitter ant woordt, dat hiervoor nog steeds verlof is gegeven, als ze tevoren maar steeds zeggen, hoe laat ze ongeveer daar en daar zullen zijn. Dit komt niet op 'n half uur, maar het is absoluut noodig dat hij het weet, alweer voor de goede orde en om de politie op de hoogte te kunnen doen zijn. De heer van Bergen meent toch dat radio-muziek niet onder de ver ordening valt. De Voorzitter antwoordt, dat het op vele plaatsen al met name in de politieverordening is verboden zonder vergunning, en ook de belasting op openbare vermakelijkheden uitdrukkelijk er op van toepassing is ver klaard. Desnoods vullen we dan hier de verordeningen ook aan. De heer Millen blijft de belasting te hoog vinden en stelt voor ze met f 10 te verlagen. De Voorzitter vindt het verkeerd aan dat bedrag te tomen. De heer Odenhoven zegt dat het toch veel te hoog is voor een radio of gramaphoon. De Voorzitter wijst er nogmaals op, dat het mede als rem bedoeld is. De heer van Bergen vindt de verhouding tot andere plaatsen onjuist en is ook voor verlaging. De Voorzitter zegt tegen verlaging te zijn en zal ook de muziek- vergunningen niet verder uitbreiden. De heer Millen handhaaft zijn voorstel om de belasting met f 10 te verlagen, welk voorstel gesteund wordt door de heeren van Bergen en Odenhoven. Ook de heer Vermeulen vindt het bedrag te hoog. Wethouder Pubben vreest moeilijkheden met de plaatselijke vereeni- gingen, die toch al een moeilijk bestaan voerendie kon men dan beter verlagen. De Voorzitter zegt, dat dit hier los van staat. Het gaat er thans vooral over, dat we hier niet overal tingel-tangels krijgen. Spreker merkt nog op, dat, als het voorstel onverhoopt mocht worden aangenomen, de wijzi ging, als ze door de Kroon wordt goedgekeurd, op z'n vroegst eerst met 1 Januari 1931 zal kunnen ingaan; de bedragen zijn nu door de bestaande houders van bedoelde muziekautomaten voor 1930 reeds voldaan en ook op de begrooting is rekening gehouden met de thans geldende bedragen. In stemming gebracht wordt het voorstel Millen om de kleine localen te brengen van f 40 op f 30, en de overige zoo te laten, aangenomen met 9 tegen 4 stemmen. Voor stemden de heeren Jacobs, Goumans, Millen, Odenhoven, Vermeulen, van Bergen, Nelissen, Geurts en Stoot. Tegen de heeren Strijbos, Wethouder Pubben, van Dijck en Wet houder Houben. Hierna gaat de Raad in geheime zitting over. Na heropening der vergadering stelt de Voorzitter aan de ordeVoor stel van Burgemeester en Wethouders om het rijden van den gemeente lijken autobusdienst Venray—Station wederom voor 4 jaren publiek aan te besteden. De heer Odenhoven zegt, dat, nu de nieuwe aanbesteding van onzen autobusdienst naar het Station weer voor de deur staat, het 't beste zou zijn en ook het meest vertrouwenwekkend, dat we kregen, groote, flinke, royale bussen. De bussen die thans nog naar het station rijden zijn te klein. Daarbij neemt de post hierin een heele ruimte in beslag. Hij hoopt dan ook, dat we binnenkort zullen krijgen flinke, groote en royale bussen. Te kleine bussen, is ook niet in het belang der gemeente. De Voorzitter antwoordt dat bij de te houden aanbesteding de ge legenheid voor groote bussen is geopend en als het eenigszins gaat, zullen B. en W. zeer zeker met den algemeenen wensch naar grootere bussen bij de gunning rekening houden. Hij hoopt dan ook dat de uitslag zoo danig zal zijn, dat van den zomer mooie, flinke bussen naar het Station rijden. De heer Millen vraagt hoe het staat met het aanschaffen van een motorwals, waarvan de heer Stoot indertijd heeft gesproken. De Voorzitter antwoordt, dat daar te veel mee gemoeid is. Het is zelfs zoo duur dat de Provincie niet tot aanschaffing zal overgaan. Wel kunnen we echter profiteeren van het contract, dat de Provincie gesloten heeft met een walsen-exploitatie. De heer Vermeulen vraagt of de Voorzitter reeds geïnformeerd heeft over het in druk doen verschijnen der notulen. De Voorzitter antwoordt, dat de drukker bereid is bij wijze van proef de officieele notulen in 1, 2 of 3 weken in het uiterste geval vóór de volgende vergadering in Peel en Maas te plaatsen. Burgemeester en Wethouders hebben daartegen principieel geen bezwaar als de Raad het wenscht. Het zal natuurlijk toch noodig zijn, dat er direct een resumé komt, want er moet rekening mee gehouden worden dat de notulen nooit in 8, zelfs niet altijd in 14 dagen of 3 weken klaar kunnen zijn, want de Raadsvergadering brengt altijd veel werk voor de Secretarie, en daarna pas kunnen de notulen gemaakt worden. We hebben er nu eenmaal rekening mede te houden, dat wij een tusschen-gemeente zijn en er niet, zooals in groote plaatsen, een commies-redacteur op na kunnen houden. Willen de heeren een proef, B. en W. is het goed. De drukker zal dan 'olgens afspraak een 15-tal afdrukken ter beschikking van de gemeente stellen. Wordt toch algemeen op prijs gesteld eens een proef te nemen. De heer Odenhoven vraagt hoever we staan met ons rooilijnenplan en uitbreidingsplan, waarop de Voorzitter antwoordt, dat het eerste geheel gereed is en het uitbreidingsplan in vergevorderden staat van voorbe reiding verkeert. Niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed. Ingiiaatoa J£«de4ssliaa»a. Bevryd uw lichaam van urinezuur. Bij verzwakte nieren brengen urinezuur en andere vergiftige on zuiverheden uw heele gestel in de war. Daarom is het zoo gevaarlijk om waarschuwende verschijnselen te verwaarloozen zooals rugpijn,uri- nestoomissen, blaaskwalen, rheuma- tische pijnen, stijve en opgezwollen gewrichten, gruis of neerslag in de urine, ischias en spit, gerommel in de ooren, hoofdpijn, duizeligheid en zenuwachtigheid Gij dient de behooi lijVe werking uwer nieren te herstellen, waardoo.r zij de vergiften uit uw bloed filtree- ren Het is onverantwoordelijk om de kans te loopen, dat zich blaas ontsteking, chronische rheumatiek, waterzucht, steenvorming in de nieren of blaas, en gevaarlijke chro nische nierziekten ontwikkelen. Duidelijk is, dat gij bijtijds uw nieren moet opwekken en versterken. Wacht niet langer! Gebruik Foster's Rugpijn Nieren Pillen, het specifiek niermiddel, in geheel Nederland om zijn succes bekend. Duizenden dankbare mannen en vrouwen zeg gen, dat Foster's Pillen hen geholpen hebben, en zij kunnen ook uw gezond maken en houden. Verkrijgbaar (in glasverpakking met geel etiket, let hier vooral op) bij apotheken en drogisten a f 1.75 per flacon. 36 Donderdagavond j.l. werden de bijeenkomsten van de Vereeniging Jonge Boeren besloten. De Firma Defa vertoonde de leerzame film ziektebestrijding in den boomgaard. We zagen hier de gunstige resul taten van besproeiing met Nesprasen en andere bestrijdingsmiddelen, die tegelijk rupsen dooden en schurft voorkomt. Daarnaast werd nog ver toont een interessante groei-film en een aardig filmpje, dat de lachspieren in beweging wist te brengen. De Weleerw. Zeer Gel. Pater Beaufort sprak ons over de verhou ding van den boerenstand tot andere standen. In keurige taal wees spreker ons op de noodzakelijkheid van samenwerking tusschen de verschil lende standen en de bijzondere positie van den landbouwer in de productie. De aarde met al haar rijk dom is door Gods mildheid ten dienste der menschen gesteld. Maar Gods wijsheid verorderde, dat de ver schillende maatschappelijke standen den daarvoor benoodigden arbeid zouden verrichten en dat hun aller harmonische samenwerking de onmis bare voorwaarde zou zijn om aan allen een redelijke welvaart, een menschwaardig bestaan te verzekeren. Onder dat licht bezien, verkrijgt de menschelijke arbeid een hooge beteekenis en wordt de arbeidende mensch als het ware de medewerker van God zelf. Op bijzondere wijze geldt dit voor den landbouwer, die immers de meest noodzakelijke levensmiddelen helpt voortbrengen en den arbeider meer direct medehelper wordt van Gods V oorzienigheid. Deze hooge en ideale opvatting van den menschelijken arbeid zal het persoonlijke en sociale leven ten goede komen, de samenwerking der standen bevorderen en zoo een schutse blijken tegen al de elementen, die onze Christelijke maatschappij dreigen te verwoesten. Een waardig slot voor leerzame avonden. Wat een goedkoope tijden beleven de boeren toch, zoo dacht ik toen ik deze week de prijzen van de diverse kunstmeststoffen eens naging. De stikstofmeststoffen zijn nog nooit zoo laag in prijs geweest als in dezen tijd. De Chilisalpeter met een prijs van f 10 ruim, Zwavelzure Ammoniak ook op dezelfde prijs, Kalksalpeter nog geen f 10, en zoo gaan we maar door. Een buitenstaander zou allicht gaan denken dat het boerenvak zoo kwaad nog niet is. Waar ergens vindt men zoo een lage prijs voor de te ver werken producten? Want niet alleen met de mest stoffen, ook met het veevoeder is het zoo. Dat laatste is nu voor den kenner een veeg teeken. Zijn toch voederprijzen laag, dan wil dat voor hem zeggen, dat ook de landbouw producten niet veel waard zijn. En

Peel en Maas | 1930 | | pagina 7