Umm S MANUFACTURE I 315DEEL!öSrr Weekblad voor VEN&AY, HORST en Omstreken. JAÏfQN^ J. VERMEULEN-ROELOFS Venray Gr Markt S CHAMPAGNE Vve. Puisard Cie. Na de Wasch t) manufacture! (VOODDEEUGST/i In het land der zwarten. Voor allen die Sukkelen Binnen!. Nieuws De Kippenhouderij op het platteland Springende handen, kloven, schrale lippen Kloosterbalsem Land- en Tuinbouw ZATERDAG 4 JANUARI 1930 Eer; en vijftigste Jaargang No. 2 BLIJKEN TOCH HET EEL EN MAA fq—»q igi Q J BLIJKEN J TOCH HET PRIJS DER ADVERTENT1EN1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7V« ct. bij abonnement lagere tarieven. Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOF Telefoon 51 GIRO 150653 ENR1Y ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ctper post 75 cent voor het buitenland t 1.05 bij vooruitbetaling, afzondert, nummers 5 cent WIJNHANDEL Al meet dan een jaar geleden, (tot m'n schaamte moet ik bijna anderhalf zeggen) hebt U 't relaas gelezen van m'n reis naar het donkere Afrika. En toen op het einde, meen ik. paar kleine details onder den titel- „In het land der zwarten Maat als het wat lang gebleven is bij die enkele details, en gi) met te. leurstelling hebt uitgezien naar ver deremededeelingen...., och, danmoet ge met uw goedig missiehart nog maar eens meelij hebben met een piepjong missionaris, en t hem met kwalijk nemen dat hij bijna t ge zegde verdiende „uit het oog, u het hart." Maar dat slaikrn alle geval van me af, overtuigd dat m n dagelijks gebed voor al «»'- vrienden het tegendeel hebben be wezen bij Hem, die in het verborgene ziet Daar waren heel wat redenen om met schrijven te wachten, k Weet van eigen ondervinding, dat men zich in het beschaafde Europa onmogelijk een idee kan «aken van de omwenteling die er plaats moet hebben in de idees en opvattingen van een pas aangekomen missionary Want 't idee dat men had van Afrika en zijn bewoners, toen men nog in het moederland was, strookt in de verste verte met met de tea- liteit. i, -fA De opvattingen zijn zoo heel anders, en de maniet van leven zoo hemelbreed verschillend met ons Europeesch leven, 't Vraagt den jongen missionaris dan ook heelw lijd om zich aan te passen aan- en zich eigen te maken met die A.ri kaansche zienswijzen. En, zich aan- nassen is toch 't eerste vereischte van den Priester die degelijk werken wil tusschen hen. tot wie hij is ^Dat zeide reeds St, Paulus. die met allerlei slag. van menschen om moest gaan. Weest Romein met de Romeinen en Griek met de Grieken en, zou ik zeggen, neget met den neget 1 natuurlijk in verstandelijken en christelijken zin verstaan. Duidelijk gezegd leer z n taal en zijn gewoonten aan. leer den neger en zijn opvattingen te begrepen, en leer zelf zoo te spreken en te han delen. dat hij u verstaat. Dat vraagt tijd, beste lezers, en soms heel wat offeis. En daarom was 't me onmogelijk eerder met kennis over dit nieuwe land te schnj VCDe taal leeten was 't werk der eetste drie a vier maanden, t Wilde ct Goddank nog al tamelijk vlug m, zoodat ik daar niet zoo heel veel moeite mee had. Na enkelemaanden was 't me gegeven m n medemis sionarissen te helpen en mijn goede nikkers van dienste te zijn. Toen was ik nog in Limbi, m de Residentie van den Bisschop. Want bii mijn aankomst werd wij aan stonds medegedeeld dat k niet verder het binnenland in zou gaan, maar aan het huis van den Vicaris zou verbonden blijven. Ik herinner me uit dien tijd n soort van felicitatiebrieven van vrienden of bekenden, die me zeker al met half roode knoopen zagen, omdat ik met den bisschop ging huizen. Ja! zoo oordeelt men weer in Europa, maar met in Afrika. Ik voor mij tenminste zag met leede oogen. dat mijn reisgezel. P. Meens 5 daaen verder t binnenland in- reisde" terwijl 'k zelf in het meer beschaafde Limbi moest blijven. Limbi is een Afrikaansch stadje. Nou ja 1 stadjeomdat er enkele blanken bijeen wonen wegens den tabakshandel en er enkele winkels ziin waar het hoogstnoodige. peper duur te verkrijgen is. Als menjong is .droomt men meer van echt Afrikaansche wildernis, van enkel zwarten en negerhutten. Romantische idees die met den tijd wel tamelijk nauw slijttn, maar den jongen mis sionaris toch vooruit stuwen in onherbergzame oorden en hem over Bronchitis en Kinkhoest Ag Siroop fi»»ch i9ij. Bonbons d°o* eoct Bi) Apoth. en DroqUit* 838-11 heel wat vermoeienissen heenhelpen. Enfin, we bleven in Limbi, om.... eenvoudig de leerschool door te maken, Eerst de taal. dan beginnen met preeken en biecht te hooren in dat nieuwe taaltje. Na een paar maanden reeds moest ik met mijn Overste op missiereis door de negerdorpen. Want dat is 't voornaamste en moeilijkste werk. Het zijn goeie kinderen die zwarten, maar men moet ze steeds naloopen en bijhouden om ze trouw te doen blijven. Och is 't ook zoo niet met den meer beschaafden blanke Zwart of wit, het zijn allemaal kinderen van den eenen Adam Daar in Limbi werd me een ouwe stoomfiets in de hand geduwd, om waar 't mogelijk is, de lange af standen wat vlugger af te leggen, 't Is een bar ouwe kar, die me soms goeie diensten bewijst, maar dan ook weer me midden in de wildernis den steek laat. Dan ga ik te voet verder en sleepen enkele nikkers m'n karretje naar de missie terug, om na de reis met veel moeite en zweet weer eens opgeknapt te worden. 't Interessante en minder interes sante van zoo'n missiereis zal ik u later wel eens vertellen. Nu schrijf ik slechts dat ik m'n leerschool doormaakte. Ja I maar ocharm, wat was ze kort van duur. Na amper negen maanden „volleerd" verklaard zou ik verder 't binnenland in om op eigen krachten te gaan werken. De werkelijkheid was echter dat de missiepost van Nzama met een ^enkele Priester bleef zitten en ik de eenige was die elders gemist kon worden. Het groote gebrek aan krachten gaf dus den doorslag en bepaalde eerder dat ik disponibel was, dan dat ik voor die benoeming geknipt was. Maar het moest, en moeten geeft dikwijls kunnen. Enfin, we gingen dan toch het zoo verlangde binnen land in een dag of vijf verder naar het Noorden, niet zoo heel ver meer van het vermaarde Nyassameer bij den stam der strijdlustige Angö-, ni's, .in het land van leeuwen en luipaarden?... daar zat poëzie achter. Ja maar ook koude werkelijkheid, die zich aan den jongen, onervaren missionaris zou doen voelen. Nu ik dit schrijf heb ik een jaar mogen werken of liever heengetobt in 't land mijner jongelingsdroomen Laat me u tot slot van dezen brief brokje koude werkelijkheid op dienen, in de hoop u later wat meer poëzie te doen genieten. Slot volgt. JAN DE PONTI, Missionaris Centraal Afrika. met Verstopping of moeilijken, tragen en onregelmatigen Stoelgang zijn Mijnhardt's Laxeertabletlen onmisbaar. Werken vlug zonder kramp of pijn. Bij Apoth. enDrog.Doos 60 ct Nieuwjaar. De herleving. De hevige branden in 1920. Onvol doende bluschmiddelen ten plat- telande. Normalisatie. Provinciale brandvveerbonden. Standaard- koppeling. Bevolkingsaanwas en uitbreiding van cultuurgebied. Natuurmonumenten. Behoud van natuurschoon. Gift van H. M. de Koningin Moeder. Zijn de wonderen de wereld uit. Huizen- Amerika. Amerikaansch muziek in de Hollandsche huiskamer. Het nieuwe jaar is weer begon nen. Weliswaar zitten we nog mid den in den winter, 't kan nog doen wat het wil; de aanvankelijk voor de liefhebbers van wintersport veel belovende vorst, had binnen enkele dagen weer afgedaan. Doch als 't gaat, zooals verleden jaar, moet de echte, de barre winter nog komen. Dan hebben we nog aardig wat te goed. Maar dit hebben we vast, dat de donkere dagen rond Kerstmis achter den rug zijn, dat de dagen, zij het ook langzaam aan weer lengen. Ai is het misschien ook wat al te optimistisch aan de Nieuwjaarsgedachte de gedachten aan herleving der Natuur te verbin den, nog luttele weken toch. en de eerste symptomen van die herleving zullen zich vertoonen en, met een beetje goeden wil kunnen we er de voorboden in zien van de naderende lente die intusschen nu nog zoo verre is, nu we den winter nog niet half gehad hebben. Doch verre of niet verre, de gedachte aan die her leving moge ons sterken, en ons de kracht geven na den terugblik op het oude afgeloopen jaar, met moed en vertrouwen verder te gaan op den levensweg en de gesluierde toe komst hoopvol tegemoet te treden. In het afgeloopen jaar heeft het zoo hier en daar in ons kleine landje nogal eens willen branden. Men denke aan den hevigen brand, die het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam vernielde aan dién, waardoor het Leidsche Stadhuis ir een ruïne werd herschapen en einde lijk aan den hevigen brand, waardoor de stad Middelburg geteisterd werd. Denkende aan die felle branden, kunnen we ons zoo'n beetje voor stellen de hevigheid, waarmede bijv. een brand in de middeleeuwen, om zich heen woedde, in den tijd dat de bluschmiddelen zoo ijiterst primi tiefwaren en de brandweerorganisaties daarom evenredig. Het mag eigenlijk verwondering wekken, dat niet alleen van kleine plattelandsgemeenten, maar zelfs van grootere steden getuigd moeten worden in dezen modernen tijd dat de brandbluschmiddelen niet toereikend geacht moeten worden. En, dat het kan voorkomen, dat de hulp van de eene gemeente aan een andere in geval van brand, niet af doende kan zijn, doordat het mate riaal van de eene gemeente soms niet op of met de apparaten van de andere gemeente te gebruiken is. Vermoedelijk zal met betrekking tot een en ander de normalisatie commissie terrein van werkzaamheid vinden kunnen, waar zij de nor malisatie-commissie trachten wil een heid te brengen op technisch gebied, overal waar eenheid gebracht zal kunnen worden, overal, waar eenheid nuttig en noodig kan zijn. Om weer tot de groote branden terug te keeren, de aandacht van verschillende autoriteiten is gevallen op de vraag, wat gedaan kon wor den om branden te voorkomen en wat er gedaan kan worden om bij eventueele branden zoo succesvol mogelijk op te treden. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Land bouw heeft na overleg met vertegen woordigers van de Kon. Ned. Brand- weervereenigingen tot den commis saris der Koningin in de verschillende provincies een schrijven gericht, waarin gewezen wordt op de nood zakelijkheid van de oprichting van brandweerbonden als afdeelingen van de Kon. Ned. Brandweer-Vereen, te Utrecht. Een provinciale bond zal in vele opzichten verbetering kunnen bren gen in de toestanden ten plattelande, ook in verband met de normalisatie a. van de koppelingen. Door de normalisatie-commissie voor het Brandwezen is trouwens al een genormaliseerde koppeling voor geschreven, wat niet zeggen wil, dat bij elke brandweer die standaard koppeling zoo maar één, twee, drie j is ingevoerd. Uniformiteit in bluschbrandmiddelen daarheen gaat voor een belangrijk deel thans het streven naar verbete ringen. Wij Nederlanders zijn trotsch op ons' land. Waarom zouden we het niet zijn Onze malsche weiden, onze vruchtbare akkers, ons prachtig vee, onze bosschen, onze heiden, zee en strand Wordt en werd het niet door vreemdelingen geroemd? Maar ons klein landje is een be perkt gebied en meer en meer eischt de voortdurende groei van onze bevolking, dat er uitgezien wordt naar uitbreiding van de bronnen van bestaan landbouw en veeteelt en dat er getracht wordt een behoorlijke verhouding te verkrijgen en te be waren tusschen den bevolkingsaan was en de oppervlakte in cultuur gebrachten grond. En zoo kan het er in de toekomst met onze heiden en andere woeste gronden slecht gaan uitzien althans te oordeelen van het standpunt van natuurschoon. Wat natuurschoon betreft moet de jongere generatie al heel wat missen van hetgeen onze vaderen een lust der oogen was. Weliswaar is de schoonheid van de natuur geen economische waarde die in geld is uit te drukken, maar desniettemin is zij van beteekenis. Verschillende landschappen hebben uit natuurhistorisch, geografisch of geschiedkundig oogpunt groot belang. Daarom is het streven verklaren van hen, die het hunne willen doen en anderen hulp inroepen om het land- schapsschoon zooveel mogelijk in tact te laten. Zooveel mogelijk, want land- en tuinbouw, veeteelt en industrie stellen eischen. moeten die wel stellen, welke met het behoud ook van natuurmonumenten heel dikwijls in strijd is. Thans is er een uitgesproken streven waar te nemen ten deele van de Drentsche heide, een der meest typische en karakteri stieke deelen, voor het.thans levende geslacht en ook'voor het nageslacht, in ongerepten staat te bewaren. De tijd. dat al onze heiden in cultuur gebracht zullen zijn, is zeer zeker nog wel verre, maar voorzorg kan ook hier niet kwaad en al hebben we dan niet als de Vereenigde Staten van Noord-Amerika een grootsch en uitgestrekt terrein te reserveeren als bijv. Yellowstone-Park, een stukje hgide reserveeren van zeshonderd vijftig H. A. mag allicht voor ons klein landje een aardige reserve als natuurhistorisch monument geacht worden. H. M. de Koningin-Moeder deed reeds van hare belangstelling blijken door een belangrijke bijdrage in de kosten, noodig voor het behoud van het heidegebied bij het Drent sche dorp Dwingeloo. Volgens sommigen zijn de wonde ren de wereld uit. Volgens anderen beginnen ze pas. Moeten we ons j eigenlijk nog wel ergens over ver- i wonderen De razende, onmetelijke vlucht, welke de techniek genomen heeft „bewonderen" moeten we althans zeker. Niet het minst op het gebied van de radio. Het zendstation „Huizen" had met Kerstmis iets bij zonders. Het schakelde over op Amerika en weldra konden de luisteraars zich aan Amefikaansche muziek van Amerikaanschen bodem vergastenWaarlijk de wonderen beginnen pas We spreken hier met Indië en we luisteren naar een sousa- marsch, door Amerikanen in hun land uitgevoerd! heeft men vaak last van schrijnende handen. Dit schrijnen houdt dadelijk op door Purol. door |OS. BOSHOUWERS te LENT. Waarom sommigen nog maar heel weinig eieren raapten. Op de kippen, die niet leggen, wordt gefoeterd, maar die kunnen meestal zelf niks aan doen. De schuld ligt in 9 van de 10 gevallen bij den eigenaar. Wij zullen hieronder eens eenige punten aangeven, waaraan het liggen kan, dan moet ieder voor zich zelf maar uitmaken, welke der punten op hem van toepassing zijn. Ie De kuikens te laat geboren. Dan wordt het nooit iets, want deze beginnen pas te leggen als de dure tijd der eieren voorbij raakt of reeds voorbij is. Ook zijn en blijven de eieren van het laatbroed klein. Ik voor mij heb de Leghorns, die tusschen 15 April en 10 Mei geboren zijn, het liefst, Barnevelders en Reds minstens een maand eerder. Wanneer zijn de uwe geboren, aandachtige lezer? 2e De kuikens te vroeg geboren. In dit geval raken zé om dezen tijd niet zelden in den lichten hals- rui en dan staken ze voor 4 tot 6 weken. Te vroeg geboren is echter lang zoo nadeelig niet als te laat, want de eerste hebben al 'n macht eieren gelegd, vóór ze in de rui vallen, en ook groote in den aller- duursten tijd, om dat die kippen toen al lang aan den leg waren. De bezwaren van vroeg-broed worden sterk overdreven. Ik voor mij heb liever W. L.. die Februari of Maart geboren zijn dan kuikens van na Mei. Wanneer zijn de uwe geboren, aandachtige lezer? 3e Het hok voldoet niet. Vier kippen op 'n vierkanten meter bodemoppervlakte is al aan den ruimen kant, iets minder is beter. In het hok mag het nimmer benauwd rieken en dat doet het, als er te veel beesten in zitten, of.... er wordt niet genoeg geventileerd. In sommige hokken kan men in 't gehéél niet luchten. Ik durf gerust te zeggen, dat er bijna overal veel te weinig geventileerd wordt. Het hok moet kurkdroog zijn. De mest dus minstens eens per week er uit, beter is 2 maal 's weeks en 't ideaal is eiken dag de mestplanken zuiveren. Geen werk, dat zoo goed betaald wordt, als 't zorgvuldig schoonmaken der hokken. Hieronder verstaan we ook 't tijdig ververschen van 't krabbed. 's Winters valt er veel mest in het hok. kijk maar eens onder de zitstokken, maar... ook op den bodem Voelen uw kippen zich ook zoo en dergelijke winterplagen zijn pijnlijk en staan leelijk. Verrassend vlug kunt U die ongemakken genezen met den verzachtenden Akker's die niet bijt, de huid lenig maakt en herhaling voor komt. Onovertroffen bij wonden, jicht, rheumatiek, huiduitslag en aambeien. Overal p. pot van 20 gram 60 cent. 50 gr. f 1.—v. 100 gr. f 1.75 behaaglijk, dat ze op den dag reuze- schik hebben met een stofbad te nemen en zich daarbij geheel onder 't kurkdroge bodembedeksel verstop pen, aandachtige lezer 4e De voedering deugt niet. Nu heb ik hier nog niet zoo zeer het oog op de kwaliteit van het voer, als op de manier van voeren. Wat wordt er tochgezondigd tegen de voornaamste regels eener behoorlijke voedermethode't Is bar Men ziet de kippen daar een groot deel van den dag bijeengehurkt neer zitten, zonder vertier, hetzij op den bodem, hetzij op de zitstokken. Dan is 't mis, hoor! Trekt je zelf maar bij de ooren, want jij bent de schuldige, niet de kip Volg de droogvoedermethode en laat de dieren zooveel ochtendvoer eten als ze maar willen. Hoe meer ze er van opeten, hoe voordeeliger. Begin dus niet te vroeg met hard- voer, want dit is gemakkelijker op te nemen en zal daarom bij voorkeur opgenomen worden. Ik kom om half 4 thuis, en dan pas krijgen mijn kippen het eerste hardvoer. Ze hebben er zin in ge kregen, dat verzeker ik je, maar aan het heele strooiselbed kun je zien, dat dit vele malen ten onderste boven gezet is, om naar 'n enkel overge bleven korreltje van den vorigen dag te zoeken. Blijft ook gij op den dag met het hardvoer weg. Je zult eens zien, wat er dan 'n flinken hap uit het ochtend- voer verdwenen is. Maar dat voer wordt in eieren omgezet. Het hardgraan moeten we onder- harken, versta je? O-n-d-e-r-h-a-r-k-e-n Dus niet over het vaak ook nog veel te dunne krabbed heen kletsen, zooals vaak gebeurt. Beweging moeten de kippen nemen, en vooral voordat ze op stok gaan Daarom ben ik geen voorstander van de tegenwoordige „krachtkcrrels". Die kun je niet onderharken. Zijn jullie kippen óók den heelen dag in de mode, aandachtige lezer 5e De kleine gerechten zijn ver geten. Daar wordt veel te weinig aan dacht aan geschonken en toch, ze zijn, ieder voor zich, onmisbaar. Wij bedoelen, (luister nu maar eens goed aandachtige lezer.) groen voer (boerenkool spruitkool, bieten, ook, (als je anders niet hebt,) gemalen schelpen, (grit genaamd,) een bakje met houtskool, nu en dan ook een handjevol gedroogde garnalen, steeds versch drinkwater, dat niet bevuild kan worden, Dat zijn allemaal zeer belangrijke zaken, al meenen velen van niet. In de kippenhouderij mag men niet van kleinigheden spreken alles heeft er 'n taak te vervullen. Vinden de kippen ook bij u al die dingskes, aandachtige lezer 6e Men houdt de kippen niet genoeg binnen. Met deze vacantie ben ik weer eenige dagen in den Gelderschen Achterhoek geweest en sthpte daarbij 28 Dec. te Zelhem. (tusschen Ruurlo en Doetinchem) uit de trein, waar 38 eierkisten stonden (elk van 100 eieren) die van de Amhemsche Veiling teruggekomen waren. Zelhem is een klein plaatsje, maar men heeft er echte kippenhouders wonen. Ik bezocht er eenige van en het viel me op, dat allen de jonge dieren (broed '29) absoluut vasthouden, dus ook op de mooie zonnige dagen 's Avonds (óf 's morgens) worden met kunstlicht gevoerd Reus achtig, de eieren, die er geraapt worden! Alleen de oudere dieren, waar men van fokken wil, loopen los en worden niet met kunstlicht gevoerd. Dat is daar regel geworden, huis voor huis Nu kan men ook wel resultaat behalen, als men niet absoluut vast houdt. Maar dan mogen ze toch alleen op de beste uren van den dag naar buiten en alleen nog bij gunstig weer. Kijk maar eens, wat ze buiten doen bij wind, regen of mist. Hoe is dit bij u gesteld, aandachtige lezer Als de kippen niet willen leggen, dan krijgen de kippen de schuld, in het gunstigste geval het voer, maar daar zit het hem meestal niet. Overweegt bovengenoemde punten en ik weet zeker, dat er bij zijn, die u het „mea culpa" doen uit roepen. Het is echter geen schande schuld te bekennen als 't maar ge- gebeurt met de intentie, van leven te veranderen. ZALIG NIEUWJAAR De grootste drukte met het land werk is nu wel gedaan en nu de landbouwer het dus wat rustiger heeft, kan hij ook weer eens aan andere zaken zijn aandacht wijden. Zoo kan het wel zeer nuttig zijn, de voederrantsoenen na te gaan, Dat is een werkje, dat eigenlijk al veel eerder "had moeten gebeuren. Wanneer het vee op stal komt, moet men ook weten wat en hoe te voeren. Ook met het oog op het inkoopen van krachtvoeder is het noodig. Maar desniettemin gebeurt het nog lang niet overal. Wie het nog niet deed, doe het nu. De lang ste staltijd moet nog komen en wan neer men aan het rekenen gaat, ziet men vaak pas, hoeveel men te veel of te weinig geeft en hoeveel men besparen kan. 't Doel van het voeren moet toch zijn zoo goed mogelijken tegen zoo laag mogelijken prijs de dieren van voedsel te voorzien. Aan beide mankeert vaak iets. Te veel eiwit, te weinig zetmeel of omge keerd, of van alles te veel. In den regel zien we. dat de landbouwers de dieren te goed doen. Daar zou natuurlijk niets tegen zijn, wanneer we het houden van melk- en mestvee en van varkens voor ons plezier deden en 't er niet op aan kwam of we veel of weinig er op verdienden. Nu is dat niet zoo. Waar op de landbouwproduc ten niet veel overgehouden zal worden, dient men op het vee zoo veel mogelijk te winnen. En daarom zal men het voeder in de juiste hoeveelheid en in de juiste verhouding dienen te geven en bij de keuze van de voedermoederen de goedkoopste moeten inslaan. Dat is alles het werk bij het berekenen van de voederrantsoenen. Om de rantsoenen te kunnen be rekenen, dient men enkele zaken te weten en wel in de eerste plaats wat elk dier per dag noodig heeft en in de tweede plaats de samenstel ling der verschillende voederroid- delen. We kunnen er natuurlijk niet aan denken, in kort bescek van dit artikel deze gegevens te verstrekken. 't Best is, dat men zich daarvoor een werkje aanschaft. Als bijzonder doelmatig kunnen we aanbevelen Ter Haar, het practisch berekenen van voederrantsoenen. Daarin komen massa's gegevens voor over de meest uiteenloopende voedermiddelen. Wanneer men die samenstelling eens nagaat, dan zal men zien, dat het er vooral op aankomt een vol doende hoeveelheid droge stof, ver teerbaar eiwit en zetmeelwaarde te geven.

Peel en Maas | 1930 | | pagina 1