ïMmm fYOQimi™ Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. UiroNqft J. VERMEULEN-ROELOFS Bedevaart der H. Familie Boeren in Frankrijk |7oetbaldag te Oirlo| (manufacturen! MANUFACTUREN j BLIJKEN I TOCH HET lYQORDEELlöST/) CHAMPAGNE Vve. Puisard Cie. Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. Zondag 7 Juli a.s. Ingezonden, Marktberichten; Steunt het Liefdewerk «Oud Papier". KI oc ster loet l s> em Provinciaal Nieuws IBezoekt Zondag 7 Juli V.V. D. 1. S. ZATERDAG 6 JULI 1929 Vijftigste Jaargang No. 27 i BLIJKEN l TOCH HET PEEL EN MAAS PRIJS DER ADVERTENTIEN1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7«/« ct. Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOF VENRAY ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ctper post 75 cent bij abonnement lagere tarieven. Telefoon 51 voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling, afzonderl. nummers 5 cent Wijnhandel Venray, Gr. Markt 5 „BEHOUDENIS DER KRANKEN" OOSTRUM. Wegens den lagen stand der Maas tusschen Venlo en Tegelen kunnen wij niet ter bedevaart gaan naar Roermond. Om nu de leden der H. Familie niet teleur te stellen, gaan wij toch a.s. Zondag 7 Juli een boottocht maken, en wel naar NIJMEGEN. De H. Mis met algemeene H. Communie is om kwart na vijf. Om zeven uur vertrekken de bussen naar Maashees (de fietsers vertrekken iets vroeger). Om half acht vertrekt uit Maashees de boot naar Nijmegen. Wij gaan te Hatert bij Nijmegen aan wal en dan in processie met muziek naar de kerk van de Eeuwige Aanbidding van het H. Sacrament te Brakkenstein. Daar wordt koffie ge dronken (koffie a 12 cent per persoon en middageten a f 1.20, dus juist zooals in Roermond). Verder wordt daar Lof gehóuden en gepreekt over het H. Sacrament en de H. Familie. Dan wandelen wij naar de H. Landstichting, die gezamenlijk bezich tigd wordt en uitgelegd door een Eerw. Pater. Na de bezichtiging is er even tijd om een verfrissching te gebruiken waarna wij onder muziek terugkeeren naar onze boot. Dus in plaats van Roermond naar Nijmegen. De Directeur, Kapelaan GEURTS. P. S. Familieboekjes meebrengen en medaille opsteken. Meer dan ooit houdt men zich in Frankrijk bezig met de verhuizing van het platteland, die een dreigend gevaar wordt voor het land en de natie zelf Geen wonder ook I Geheele streken worden ontvolkt en zelfs ontbreken in de vruchtbaarste streken de noodige menschen om den grond te bebouwen en productief te maken. Van alle kanten rijzen er jammer klachten op en roept men om ener gieke maatregelen opdat het platteland niet zal uitsterven. Honderd jaar geleden waren twee derden der inwoners nijvere boeren volgens da jongste volkstelling is de boerenstand echter tot op een derde geslonken en deze dreigt nog verder de helling af te glijden. Vreemdelingen vullen wel eenige plaatsen aan, maar bieden van den anderen kant geen waarborgen voor de voortzetting van het Fransche ras. Met hel oog op de toekomst kan men zelfs nog hopen, dat er genoeg Franschen op den akker zullen over- blijven, die de heerlijke overlevering van trouw aan den eigendom en de familie gestand zullen doen 1 Ook hier spreekt de geschiedenis boekdeelan vol wijsheid. De Egyptenaren bouwden aan de poorten van de woestijn de Pyramiden de raadselachtige Sphinx, die nog heden de bewondering wekken. Doch hun hooge cultuur kwijnde weg van den dag, dat het blinkende goud en de kostbare edelsteenen, van uit het diepe Afrika langs de vallei van den hoogen Nijl aangebracht, den landelijken arbeid door overdsad van weelde en zingenot deden prijsgeven hun invloed en beschaving gingen te ioor van den dag, dat da boeren op hielden te werken op de rijke aanslib bingen. Ook nu nog staan we stom voor het machtig beeldwerk en de grootsche vormenschoonheid van de Grieken. Maar hun scheppende kracht hield op, toen ze de rhetoren op de Agora's, de zeevaarders en handelslieden boven den herder van Arcadia verkozen. De kleine boeren van Gato en Virgi liu8 hebben hen vervangen, nadat deze de macht der Carthagers, op zeevaart en handel gegrondvest, neergehaald hadden. En toen de Romeinen op hun beurt den landbouw verwaarloosden en dezen vreemden overlieten, werden ook zij overrompeld, evenals de bergstroom vaak de vlakte en ds valleien onder water zet en verzandt. Vreemde boeren, noordelijke barbaren met hun talrijke families, gehecht aan den grond met hun zweet en bloed gedrenkt, verjoegen en verdrongen de afstammelingen van de stichters van het Romeinsche rijk, badend in wellust en geneuchten. Het waren ruwe Frankische, Saksi sche. Bre'onsche, Normandische boeren die nieuw leven in een uitgeputte wereld brachten. Ze stegen in grootheid aanzien. En hel Frankrijk van de Middeleeuwen, op landelijke en familie tradities opgebouwd, bazuinde zijn prestige hoog en ver uit, zelfs lot in het verre Oosten. Negentig procent van de vroegere bevolking van Frankrijk bestond uit boeren, die het land tot hoogen bloei brachten. Steden waren toen nog weinig tel. En het wordende Frankrijk dankt zijn roem, welvaart en grootheid aan het sterke boerenras, dat telkens, na rampen en weeën, nieuwe levens sappen gaf'en aanvoerde. Het treffendste voorbeeld van deze oude boerenfamilie vinden wij in de Canadeesche nederzetting IndeXVIlIe euw weken niet minder dan 60 000 Fransche boeren uit, om wille van staatkundige gebeurtenissen. En deze Fransche kolonie telt heden meer dan drie millioen menschen waarvan de meesten »boeien" gebleven zijn metal de liefde en gehechtheid aan eigen land en grond. Deze deugden vindt men nog bij de Fransche kleine boeren, ondanks het feit dat zooveel onheilen den bodem beroerden en hun oogst vernielden. Het is dan ook niet te verwonderen, dat Frankrijk vreest voor zijn dierbaar 8le en beste levenssappen, want raoch ten deze te Ioor gaan, dan zal Frankrijk, bij de opgave van zijn landbouw, andere verdwenen beschavingen volgen De boer is immers de ingewortelde boom, die den grond moet beschermen en rechthouden. De man, die zijn schspen weidt, die den ploeg hanteert, die fruitboomen en hout plant, mag gerust den stedeling in de oogen kijken, want de boer zorgt er voor, dat de mensch niet van honger omkomt en dat zijn geslacht niet uitsterft. De industrieel wijzigt en vervoert, de koopman ruilt en wisselt, alleen de boer brengt werkelijk voort. Arbeid is 's werelds wet en de onver biddelijke voorwaarde van zijn vooruit gang, doch de landelijke arbeid, hat gebaar der schepping voortdurend vernieuwend, blijft noodzakelijk en onmisbaar. Zoo adelt het werk van den boer niet alleen den mensch zelf, maar wordt de boer door zijn werk heer en meester over oorlog en vrede. En hoe beter de boer het edele en schoone van zijn laak doorvoelt, hoe sterker hij zich za hechten aan het erf en den grond ten bate van hem zelf en ten bate van het geheele gemeenebest Met het oog op de hoedanigheden van het boerenvolk voor den groei en den bloei van het Fransche land, gaan er van alle kanten stemmen op, om den boer op zijn land te houden, om zijn arbeid loonender en aangenamer te maken, om landvluchtigen weder naar de heimat te doen wederkeeren Wordt het boerenbedrijf winstgevender, dan zal de landbouwer zoo gauw zijn ploeg niet verlaten. Hier ligt een groote sociale taak, die tevens een gtool landsbelang is. Dit begint mem in de leidende Fran sche kringen goed in te zien, waar men dan ook aanstuurt op nechter vereenigingsleven, op beter vakonder wijs, op meer waardeering voor het werk van den Franschen boer vanwege de andere bewoners, die maar al te vaak smalend en spottend op zijn persoon en arbeid neerzien. De beambte, de soldaat, de industrieel, de handelaar gaan voorbij; ook de geleerden, de denkers en kunstenaars gaan voorbij; zelfs de groote eigenaars verdwijnen alleen de boer, die den grond het ondersteboven keert en omwoelt, de landbouwer, die deo akker bezaait, den oogst doet gedijen met Godes regen en zon, die op dezen grond zijn haardstede bouwt en er zijn familie sticht, blijft en zal er nog zijn als reeds e9n nieuwe cultuur de oude verdringt. In de vallei van den Nijl, waar de rijkdommen der Pharao'a een prooi van vernieling werden, doorploegt nog altoos do fellah den vetten bodem onder de vruchtbare zon. In Algiers en Marokka vertegen woordigen de Kabylen en Berbers nog den stam van een zeer oud boerenras, dat alle voorbijgaande overheerschin- gen van Carthagers, Romeinen, Van dalen, Byzantijnen, Arabieren en Tur ken door de eeuwen heen overleefde en tartte. Eenvoudige voorbeelden tusschen zoovele van de bestendigheid van het boerenbestanddeel te midden van voor bijgaande en kunstmatige regeerings vormen, liggen voor het grijpen. Mistral, de groote Fransche dichter, zei het zoo mooi meteen paarwoorden, die zelfs een zieners en wijageerenblik verraden, gelijk het overigens zoo vaak gebeurt met ware poëten »0, boeren, gij zult de meesters van de aarde blijven." Jal Maar dan moeten zij het ook willen en anderen het wenschen en bewerken voor hen. Hier ligt voor de Fransche politiek, die echter soms zoo intreurig kleinzielig kan zijn, een groot en open arbeidsveld Buittn verantwoordelijkheid der Redaotie. Van een harde" weg, een wagen en nog iets.... Het gebeurde vele eeuwen geleden neen, het gebeurde verleden week onder de rook van Venray. Langzaam ging hij voorwaarts de wagen, de lange wagen op vier wielen, annen met twee paarden, volge laden met telegraafpalen. Kalm, landelijk eentonig kwam hij aangereden van de halte Smskt- Maashees Dit voor historisch monster ging zijn krachten meten mat den nieuwen harden weg. De zon scheen vroolijk, luid klapte de zweep, de voerman floot, de paarden trokken wat ze konden. In rhytmische buiging, daling en stijging van hun sterke lichamen, krommend ent wringend hun nek onder het rinkelend juk, strekkend en spannend spieren en pezen, stapten zij voort, dampend en zwetend vol wee moed droomend van lang vervlogen dagen, toen zij nog als dartele veulens rondsprongen in frissche weiden bij koele beken Doch opeens, pafl Daar stonden ze, vast en onbeweeglijk als het houten paarc voor de poort van Troje. Zij trokken, trokken, geen beweging schudden met hun koppen, rinkelden met de bellen, zwiepten met hun staart, spraken elkander moed in, wisselden harde paarden kussen en gaven elkaar allerlei lieflijke benamingen in geheim zinnige paardentaal. Weer trokken ze trokken ze aan maar ze stonden als geklonken, als vastgekleefd met gom van Arabie aan de gloeiende nieuwe kiezel 1 Verwenschingen en krachttermen klonken achter hen, knallend striemde de zweep de lucht en dreigde boven hun moe-getrokken lijven. Eindelijk keken zij eens om en wilden juist weer flink aantrekken, toen ze van schrik plotseling alle hoop lieten varen. Zoo i8ts hadden ze nog nooit mee gemaakt, hun wagen weggezakt midden op een harden grintweg 1 Veel bewogen dagen hadden ze achter den rug moeizaam en hard was hun paardenleven geweest; overladen karren, neerstortende regens, gloeiende zonnen, pijnigende muskieten, kwellen de honger, brandende dorst, zure haver, karren weggezakt in diepe modder op mulle wegen, honderden zweepslagen onverdiend neergekletterd op hun door- ribte werkpaardenhuid, noodgedwongen, in droeve gelatenheid hadden ze dit alles verdragen. z.e waren aan alles gewoon, ze hadden reeds van alles beleefd, maar zoo iets.... hun wagen weggezakt midden op een splinter- nieuwen harden grintweg, zoo diep, dat ze niet meer in staat waren hem er uit te trekken, neen zoo iets..??? Ze schudden met hun koppen, gaven elkaar groote paarden knipoogen en betreurden het ten zeerste, dat ze niet konden lachen evenals die tweebeenige voerman, die hun den heelen dag commandeerde. Steeds grooter werd het rumoer achter hen, steeds meer groeide het_ aantal van die tweebeenige schepsels, die konden praten, lachen en com- mandeeren en met hun slim paarden verstand begrepen ze wel, dat die schepsels het geval ook allerkomiekst en allerkoddig8t vonden. Zij zagen ze heen en weer loopen, met schoppen en spaden achter de wielen werken, nog eenmaal knalde de zweep boven hun hoofden, werd er getrokken aan de leidsels, klonk er een »hup paard, toe knol", maar ze keken elkaar eens aan, begrepen, gooiden hun koppen in de hoogte en ïleven stokstijf staan 1 Verloren moeite, zei hun paarden-instinct. Rustig bleven ze wachten op de dingen, die komen zouden. Ten slotte kwam er hulp, een dikke vette rond gebilde collega kwam langzaam aan gestapt. Die heeft betere dagen gekend dan wij, zuchten ze met diepe blaas balgenzucht. Een oogenblik voelden ze rich gekrenkt in hun paarden eer. Moet die meehelpen In spontane ruk zetten beide nog eens aan met alle kracht, maar het ging niet, ook die schande nog... en uit de diepste diepte van hun edele paardenboezem klonk weer een zucht: »Ach, waarom zijn we ook weggezakt op een harden weg, uit een zachten weg zijn we nog altijd uitgekomen 1" Maar er was niets aan te doen, de dikke college kwam naderbij, werd aangespannen vlak voor hun neus, keek van tijd tot tijd eens minachtend om naar zijn magere medebroeders en plotseling een hevige ruk aan de leid sels, vooruit riepen de menschen, hup paerd, toe knol huiderde de voerman, de zweep knalde, ze begrepen: nu moest het gebeuren. De drie sterke paarden, zij planten hun achterpooten vast op den grond, bogen de voor- pooten, hun achterlichamen krompen naar binnen uit vrees voor de dreigende slagen, hun ruggestrengen kromden als gespannen bogen, den kop omlaag, spieren en pezen in uiterste kracht inspanning, een geweldige ruk en de wagen stond weer boven op den grintwegl Hoera, riepen de menschen, juist alsof zij het hadden gedaan, de dikke knol keek eens om met een gezicht van als ik er niet geweest was en de twee paarden slaakten voor de derde maal een zucht, maar nu een zucht "an verlichling. Langzaam, plechtig, voorzichtig als een lijkwagen ging het verder, vol vrees elk oogenblik in de diepte te verdwijnen. Een 50 meter verder boem, de paarden schrokken, alweer., maar neen, het was nu maar gelukkig een kuiltje van een kleine halve meter, dat de wagen gemaakt had; zij trokken weer aan, een vijftig meter verder weer een gat, en nog er eens boem en weer eens boem en zoo bleven ze door- boemen tot aan den grooten Prov.weg MaasheesVenray. Da viervoeters bonkslen hun neuzen weer eens lieflijk tegen elkaar, felici teerde elkander, dat het gevaar geweken was, keken nog eens op zij naar den afgelegden weg en ofschoon ze het wel komiek vonden, toch welden een paar groote blinkende tranen op in hun trouwe paarden-oogen, toen ze de verwoesting zagen, die ze hadden aangericht.... Moeten jullie daar nog naar staan te kijken, bulderde de voerman. Ik rijd nog liever ia een autobus door de straten van Venray dan hier op dien nieuwen harden weg en hij zwoer bij zijn groote teen geen voet meer op dien harden weg te zetten, voordat hij werkelijk hard was 1 En de paarden, die stomme dieren, ze grinnikten, keken elkaar eens aan en fluisterden heel zschtjes: »Hoe kan onze voerman ook zoo dwaas zijn om met een kar op vier wielen, twee paarden en een paar telegraafpalen op een harden weg te gaan rijden... b. b. ROERMOND. Op de Coöp Eiermijn van Maandag was de aanvoer 4.950.000 eieren. Groote eieren van f Kleine eieren van f Eendeneieren van f VENLO. 5 90 tot f 5 20 tot f 5.tot f 7 50 5.80 6.90 Op de Coop Veilingver- eeniging van Maandag waren aange voerd 1.700.000 eieren. Groote eieren van t 6.40 tot f 7.60 Kleine eieren van f 5.60 lot f 6 3ü Eendeneieren van f 5 20 tot f 6.20 Ganzeneieren van f 13 40 Kippeneieren per Kg. f 1.04 en n in nuc) lendenen Ölyf dclcxr llocK met looperv Av<j{eri> Kjooóben boiserr» Z.O.L LLw py CO m i dde l U-j L" loeciareo U -Snel hïehcioc}. lyKe. verli'd^Hocj, K^alt-r*l*e Cn bezorgen. AKK£«"& C. cer> c;o»ad zoo qogd- (Ad. in Blokschrift) VENRAY, 6 Juli 1929. Belasting motorrijtuigen. Naar wij vernemen bestaat bij de belastingadministratie het voornemen om in de toekomst een intensief toe zicht op het gewicht der motorrijtuigen uit te oefenen door weging op den weg, zulks in verband met artikel 4 van het Koninklijk Besluit van 10 October 1927 Slbl. no. 331. Deze wegirrg kan belanghebbenden veel oponthoud en last veroorzaken. Het belang van houders van motorrijtuigen brengt daarom mede aan den betrokken belastinginspecteur vrijwillige weging te verzoeken. Zij kunnen daarna zorgen, dat hun wegenbela9tingkaart overeenstemming zij met de uit komst der ambtelijke weging. Door wegenbelaslingkaart en relaas var. weging bij elkaar te bewaren en eventueel gezamenlijk aan controle ambtenaren te vertoonen, voorkomen zij dan in het vervolg weging op den weg met de daaraan verbonden ge volgen. Op het dezer dagen gehouden examen van den huishoudcursus in nuttige en fraaie handwerken van Modevakschool E.N.S.'A I.D. slaagde een 10 tal dames uit St. Anthonis en Mej. Janssen uit Venray Zij genoten hunne opleiding bij Mej, G. \oesten, Gedipl LeeraresE N.S.A I D. Blijkens achterstaande adverten tie worden de autohouders uitgenoodigd ter vergadering op a s. Maandagavond in de Lunchroom Verheugen. Alslan zullen nogmaals de voer- diensten der Venraysche autohouders besproken worden. Op het te Sambeek gehouden concours behaalde de Handbuogschut- terij »St. Oda" alhier de rozenprijs, terwijl de heer Th. Siebers de derde personeele prijs werd toegekend. Voetbal. Zondag werden te Oirlo drukbezoch te aeriewed8trijden gehouden, die door de muziek van de Fanfare aldaar werden opgeluisterd. De uitslag was als volgt Eereprijs VVC Lotlum; le prijs BW Blitterawijck; 2e prijs HVG Horst; 3e prijs Montagnards Bergen. Morgen wordt aldaar een sportdag gehouden, waaraan de visr clubs van de overgangsklasse zullen dealcemen. Er is een prachtige beker uitgeloofd. Zie achterstaande advertentie. Vergezeld van hunne onderwij zers maakten de leerlingen der hoogste klassen van de Bijzondere Jongens school alhier een uitstapje naar Arn hem en omgeving. Hoogst voldaan keerden zij 's avonds terug. 0nz8 vroegere dorpsgenoot, de Zeereerw. Heer H. Wismans, thans pastoor te Lottum, is als zoodanig benoemd te Sevenum. de groote van de R.K Aanvang 4 uur.

Peel en Maas | 1929 | | pagina 1