Tweed© Blad van „FEIL MN MAAS"
Van Venray's
buitenkant,
Het Onze Vader.
melken
maitffd:
FKÜILLHTON
Geestelijke ontspan
ningsoorden.
Klooster-
balsem en
de Werkman
aV.mgen™ goud zoo good
Afschrijving op de
onkosten van aankoop
eener boerderij.
Ingekomen en vertrokken
personen.
Het Kamerlid Rutten.
LnuHO 4» iTucrtSZT
48» Jaargang. No. 28
door A. F. VAN BEURDEN.
Ik ben meermalen met wijlen den
ouden heer Nefkens, een liefhebber
van 't buitenleven en van het vis-
schen medegetrokken, als het werk
af was, naar de Spur kt, om dat
stuk eigenaardig stuk Venrayschen
grond, eigenlijk een groot moeras,
te bekijken, „fóeken te lichten" en
wat meer gedaan moest worden.
't Was niet bij de deur; door de
zanderige, droge duinvlakte van de
Smakterheide naar het natte gebied
van de molendrijvende Loobeek en
de van de Hooge Peel afkomende
van sloot tot beek aangegroeide
watertjes, dat was een fiksche wan
deling.
Maar de stevige, spraakzame be
geleider kon er tegen en ik was het
marcheeren in weer en wind, bij
zon en bij nevel gewend. De Peel
had het mij geleerd.
De Spurkt draagt een vreemde
naam, die men op meer plaatsen
vindt, maar de streek is nog vreem
der, 't is een soort natuurmonument,
vooral was het dat voor een dertig
jaar terug, zooals men er in onge
reptheid, eenzaamheid en woestheid
in een klein bestek weinig vond.
We zullen de Spurkt nader be
schrijven.
Tegen de Brabantsche grens ligt
een groote inzinking van den bodem,
waardoor de beken stroomen, die
het water der Peel naar de Maas
voeren. Die stroompjes hebben daar
geen vast bed, maar maker, er een
soort delta, vloeien door verschillen
de geulen verder en vormen aldus
een groot moeras, waarin het levend
water, den plantengroei en het be
staan van velerlei soorten water- en
moerasplanten bevordert.
Waar het langzamerhand droger
is geworden, groeien hooge struiken
wilgen, berken, elzen en ander
hout.
Waar het water echter de boven
hand hield, waren biezen, riet, lis-
schen, pompebladeren, waterleliën
opeengedrongen of gescheiden door
loopend water te vinden, dat zijn
weg tusschen heele en halve eiland
jes zoekt.
Hier wemelt het in den paartijd,
broedtijd en in den tijd der jonge
vogels van allerlei soorten gevleu
gelde waterbewoners.
Al wat zwent en duikt is hier te
vinden.
In het midden ligt een eilandje,
waarop boomen geplant zijn, die er
indertijd vastheid aan gaven.
In de schaduw dier tjoomen had
de natuurvriend een huisje gebouwd,
waarin gelegenheid tot zitten, gerief
voor berging van materialen, visch
gerij, proviand en een en ander om
den dorst te lesschen.
't Was een uitstekende gelegen
heid om het vogelleven te bespieden
en kalm te worden.
Zoo stonden wij op een goeden
zomermiddag in de „blakke" zon
aan der, kant van het blinkende
water, dat als een geultje tusschen
de met riet en biezen bezette kanten
lag.
Daar lag een vlak pontje, een
ondiep schuifje, aan een ketting met
een hangslot gesloten.
Dat werd losgemaakt en nu zou
den wij door die verschillende mini
atuurstroompjes naar het eiland
loodsen. Ik moest heel netjes in het
midden „in balans" gaan zitten,
want met zijn tweeën kon 't bij al
te veel beweging ons wel eens in 't
koele nat wippen, waar wij dan ook
met den modderigen, onvasten
bodem te doen zouden krijgen. Met
veel handigheid ging het op het
eiland aan.
De waterbewoners trokken zich
niet zoo heel vee! van ons bezoek
aan. Ze wisten wel, dat de oude
he,er hen meer als vriendjes en gas
ten beschouwde, dan als menage
voor den schaftpot. En geen dreu
nend schot bracht doodschrik onder
hen. Het moeraskruid geurt en de
waterlelies liggen te rentenieren in
de zon.
Daar verschijnt een der vreemde
bewoners van de waterwildernis, de
fuut. Hij drijft op het water in de
zon, zoodat het wit van den hals
en de zijden schittert als zilver.
Wat een prachtvogel I Nefkens
knikt en wenkt, of ik hem wel zie.
De spitse snavel in het fuutenge
zicht, de bruine kopkuif met de als
horens opstaande ooren verschijnt
tusschen het riet en dan boven een
open plek. Hij is schuw en heeft
ons gezien. Hij duikt nu niet, maar
laaf zich zakken. Plotseling ver
dwijnt hij.
Let op, zegt mijn kundige bege
leider, hij is nieuwsgierig, een dertig
pas verder komt hij weer loeren en
werkelijk daar verschijnt de gehoorn
de kop weer even boven het water,
loerende en dan weer verdwijnend.
De fuut past bij deze omgeving;
hij past ook bij de zilvermeeuwtjes,
die ons rakelings omvliegen. Hij
behoort in de droomerig stille om-,
geving van de Spurkt.
Nu zijn wij met behendig boomen
aan het eilandje, bezet met berken
en wilgen. Het huisje blijkt ruim te
zijn en een stel stoelen, een tafeltje,
een ligstoel te bevatten. Ook een
proviandkasi, maar van een geweer,
of moordwerktuig geen spoor. Dat
behoort hier niet thuis, zegt papa.
Wordt vervolgd.
De oudste echter, Jean Jacques, een
veelbelovende bengel, dien hij voor
iedere kwajongenstreek met zweepslagen
beloonde, als hadde hijzelf hem niet
anders dan goede voorbeelden gegeven,
interesseerde hem nog een weinig,
omdat hij een lange broek droeg en
vroegrijpe wijsheid hem uit de oogen
keek.
De drie andere kinderen waren
meisjes en telden niet mee. Zij waren
niet eens gedoopt. Men had haar kleine,
popperige namen gegeven Mausi, Loly
en Baby, die genoeg waren om haar
in het dagelijksche leven van elkander
te onderscheiden.
Jean Favre sliep al vast en snorkte,
toen zijn oudste, Jean-Jacques, op han
den en voeten stil kwam aangeslopen.
Hij had zich muisstil gehouden bij de
thuiskomst zijner ouders en kroop be
hoedzaam naar den naasten stoel, waar
de kleeren van zijn vader over verspreid
lagen. Mei overmoedige handen tastte
hij de zakken van den werkmanskiel,
Hier vond hij van alles door elkaar
een horloge, blinkende stalen voor
werpen, sigaren...
Waar heeft die ouwe dat weer
vandaan gehaald
Geheel onder in den zak vond hij
MIJNHARDT's
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Laxeer-Tableiten60 ct
Zenuw-Tabletten 75 ct
Staal-Tabletten90 ct
Maag-Tabletten 75 ct
Bij Apoth. en Drogisten
beren.
Feitelijk is 't onmogelijk den indruk
weer te geven van een retraite,
men moet hieraan hebben deelgeno
men, om dit te kunoen beseffen.
De kalme rust in zulk een plaats
van afzondering, de echt broederlijke
geest, welke er voortdurend onderling
»onder de circa zestig retraitanten"
heerscht, verkwikken op een bijzondere
wijze den verjaagden geest en doen
het door den dagelijkschen arbeid ver
moeide lichaam volkomen op verade
ming komen.
Dan komt, dank zij de scherpzinnige
en duidelijke onderrichting der retrai
teleiders, het met .coo'ri buitengewone
scherpte naar voren brengen van »het
doel van 's menschen bestaan," waar
het toch tenslotte op aankomt.
Maar hiermede is het dagelijksch
program eener retraite nog niet afge
werkt.
Het aangename met het nuttige ver-
eenigend, wordt er in de ontspannings
uren gelachen en pret gemaakt als
menig o.nzer niet zal kunnen denken,
terwijl de sluitingsdag der retraite
vooral van de eerste retraite door
velen als de gelukkigste hun levens
wordt beschouwd.
Mogen derhalve al degenen, die in
't verleden nog niet het voorrecht ge
noten aan een gesloten relraiie deel
te nemen en vooral zij, die in de
komende maanden over vrijen tijd
te beschikken hebben, eens drie daag
jes hiervoor atzonderen, men raad
plege de retraite aankondigingen achter
in de kerken op lijsten aangegeven en
ook zij zullen met innige voldoening
op deze dagen terugzien bij het
afscheid nemen uit volle borst spreken:
sans adieu au revoir en zoo
eenigszins mogelijk een volgend jaar
terugkomen.
N.L. v. G.
ïagimadia UtisdisUagta.
De vacantietijd nadert. Velen zijn
vervuld met de gedachte »Hoe zullen
wij de vacantiedagen doorbrengen
En tallooze uitstapjes rijzen voorden
geest. Eén uitstapje en wel naar een
der geestelijke ontspanningsoorden
de retraitehuizen wordt helaas maar
al te vaak onopgemerkt voorbijge
gaan.
Niet weinigen onder de Roomsche
mannen en vrouwen, jongelingen en
meisjes willen er zelfs niet van weten.
Bij het vernemen of het lezen van
het woord x> retraitehuis" schrikken ze
eenigszins terug en gaan warempel
denken aan kniezen en eindeloos bid
den gedurende drie dagen.
Niets is minder waar.
De waarheid is, dat men bij 't einde
eener retraite eerst begrijpt van hoe
groot nut naar ziel en lichaam zoo'n
driedaagsche afzondering is, om dan
tot de overtuiging te komen, welk een
noodzakelijk voedsel de ziel gedurende
een reeks van jaren heeft moeten ont.
een broodkorst, een overblijfsel van
vaders eten op den timmerwinkel. Dat
was juist wat de knaap zocht, want hij
verging van den honger. Hij beet in de
korst, at de helft gretig op en sloop
toen weer naar de matras terug.
Hé I Mausi 1... Loly, Baby I Is de
honger ingeslapen?... Taart heb ik...
fijne, met appelmoes 1" En hij smakte
met de tong...
Mausi nam zwijgend de broodkorst
en men hoorde niets meer in het zol-
derkamerije dan het geknabbel der
hongerige muisjes" die haar dagelijks
brood" verorberden en het snorken
van den man, die zijn »dagelijkschen
roes" uitsliep.
Mona-Liza de familie Dimier
ging zij naar haar kamertje,
Toen
verliet,
dat op de derde verdieping gelegen
was. Moeder Sabine scheen reeds te
bed gegaan. De gordijnen der alcoof
waren dichtgeschoven en een lamp
met rooden schijn verspreidde haar
tevreden en rustig licht.
De kamer was eenvoudig, doch be
haaglijk gemeubeld, en verried het
geheel beschouwende leven der bewoon
ster. Het grijze hoofd, dat op een
gebloemd kussen rustte, paste zoo vol
komen in deze omlijsting. Gelijk de
atmosfeer van een Hollandsch binnen
huisje, zoo ademde ook hier alles orde
en netheid,
De oude vrouw bezat een dier ondoor-
dringbare gezichten, met bleeke wangen
en bloedlooze dunne lippen, die onein-
Nierkwalen maken u spoedig oud
Het komt in den middelbaren leeftijd
en daarna maar al te vaak voor, dat
men last krijgt van rugpijn, duizelig
heid, zenuwpijnen en urinekwalen. Dit
is gewoonlijk een gevolg van overspan
ning der nieren het zijn waarschu
wingen van de nieren, dat zij sinds
lang hulp behoeven. Want gedurende
uw heele leven, dag en nacht, werken
de nieren om de vergiften uit uw bloed
te filtreeren. Als zij hierin falen, kunnen
ernstige en diepgaande kwalen zich
ontwikkeien.
Urinezuur-zouten hoopen zich dan in
het bloed op, en vormen de kristallen,
die zenuwpijnen en rheumatiek veroor
zaken of wel wordt een onvoldoende
hoeveelheid water aan het bloed ont
trokken, waardoor zich waterzuchtige
zwellingen kunnen vormen. Ook kunnen
ontstaan blaasstoornissen, niersteen,
niergruis, blaasontsteking, ischias, spit,
vermagering, zenuwachtigheid en gebrek
aan energie.
Vermijd de ontwikkeling dezer ver
schijnselen. Wek de nieren op en
versterk ze met Foster's Rugpijn Nieren
Pillen. Dit specifieke niermiddel werkt
rechtstreeks op de oorzaak van uw
kwaal, reinigt en versterkt de nieren,
lenigt de urinekanalen en regelt dd
werking der blaas.
Zoowel mannen als vrouwen kunnen
baat vinden bij het gebruik van Foster's
Rugpijn Nieren Pillen.
Verkrijgbaar (in glasverpakking met
geel etiket let hier vooral op) bij
apotheken en drogisten f 1.75 per
flacon 40
dig kunnen zwijgen en niet verraden
van hetgeen er in haar gemoed omgaat.
Het blauw der oogen scheen door het
vele schreien verbleekt, doch haar
diepe, zachte blik getuigde van goed
heid en zachtheid voor den even-
mensch.
Glimlachend ontving zij haar dochter
en vroeg belangstellend Gij waart
beneden. Wat zegt Dimier?
Hij verwenscht hemel en aarde.
Ja, ja, zoo is het steeds, dat is het
begin later wordt men stom Mom
zet thee voor den nacht, ik wil van
nacht niet slapen.
Ik wil ook waken, moeder, want
de dood waari om het huis, en ik ben
angstig en vrees zijn knokige hand,
Zij stak het spirituslicht op, en trad
in de naaslbijgelegen kamer, die haar
eigendom was en geheel den stempel
harer persoonlijkheid droeg.
Hier zag men geen snuisterijen, geen
nietswaardige prullen. Aan den wand
hingen etsen en in den,hoek der kamer
stonden groote, groene bossen rietplui
men, die een stukje natuur tooverden
tusschen deze nauwe wanden. In de
lengte waren tegen den muur planken
aangebracht van dennehout, die vol
boeken stonden en wier keuze een
koenen onverschrokken geest verried,
De afkeer tegen alle minderwaardige,
oogenschijnlijk mooie dingen drukte
zich ook uit in haar kleeding, die uiterst
eenvoudig en donker van kleur hare
tengere gestalte omgaf. Zij droeg geen
linten en strikjes, _nöch gouden of
zilveren sieraden,
van heel haar
Staan niet de
werklieden het
meest bloot aan
kleine verwondin
gen, die men nipt
telt, maar die toph
dikwijls de zoo
gevreesde bloed
vergiftiging ver
oorzaken? Vlug Akker's Kloosterbalsem
(60 cent) er op en ge behoeft er niet meer
naar om te zien. Kloosterbalsem doet zijn werk
stil en goed - geneest, zuivert en verzacht. En
bovendien - geen .beter wrijfmiddel bij stijve
spieren of rheumatiek. Geen wonder dat duizenden
van Kloos-
kosten op een anderen voet af te
schrijven, dan op de andere, voor den
aanxoop gedane uitgaven toelaatbaar
wordt geacht.
Dat op de onkosten van aankoop
eener boerderij naar een anderen voet
moet worden afgeschreven, dan op de
andere, voor den aankoop gedane uit
gaven is aan geen twijfel onderhevig,
juist omdat het karakter der uitgaven
de beleekenis daarvan voor het be
drijf zoo geheel verschillend zijn. Wordt
aangenomen wat thans de Raad van
Bestuur moet beslissen dat de kosten
in 5 jaren mogen worden afgeschreven,
een afschrijving zal alleen toelaat
baar zijn, als de boerderij door den
kooper zelf wordt geëxploiteerd, hetzij
in persoon, of met een zetboer, dan
beteekent dat, de landbouwer gedurende
5 jaren een bedrag ad f 700 (1/5 der
kosten) ten laste zijner bedrijfsrekening
mag brengen, dat dus de top" van zijn
inkomen f 700 lager wordt gesteld, dan
anders het geval zou zijn.
Het arrest van den Hoogen Raad,
betreffende een beroep, dat de Centrale
Boekhouding te Sappemeer had inge
steld op een beslissing van den Raad
van Beroep en dat voor den landbouw
van groote beteekenis mag worden
geacht, verdient nadere toelichting.
Het geding betrof een geval, waarin
iemand een boerderij had gekocht en
voor notariskosten, recognities, aan de
stad Groningen, landsgelden etc, een
bedrag van circa f 3500 had betaald
Dergelijke kosten dragen ongetwijfeld
een van dat der gewone kosten van
aankoop afwijkend karakter.
Koopt men een boerderij en men
erkoopt haar voor denzelfden prijs,
dus voor den prijs van aankoop, dan
zijn de kosten weg; ze zijn verloren.
Ze verhoogen dan ook niet de waarde
der boerderij.
Als we het geval stellen, dat een
boerderij in een tijdsverloop van een
jaar b.v. tweemaal wordt verkocht en
de kooper betaalt telkens f 3500 voor
onkosten, als bovenbedoeld, dan *oelt
men in een sterkere mate, dat die
kosten niet in de verkoopwaarde, of in
derf verkoopprijs der boerderij zullen
worden teruggevonden.
Welke is dan toch de aard dier kosten
uit een bedrijfshuishoudkundig oogpunt?
Men kan ze het best vergelijken met
de kosten, die men maakt bij de op
richting van een zaak; ze komen veel
met oprichtingskosten overeen, die men
gewoon is in een kort tijdsbestek, b.v.
5 jaren af te schrijven.
De Hooge Raad besliste nu in cassatie,
dat de afschrijving op zaken, die voor
de uitoefening van een bedrijf worden
gebruikt, zich behoort te regelen naar
het bedrag der uitgaven, die ter ver
werving van die zaken zijn gedaan en
dat met de kosten, waarop belangheb
bende zich beriep, rekening moet
worden gehouden, maar ook, dat, tenzij
daarvoor bijzondere redenen aanwezig
mochten zijn, er geen grond is om die
van 24 Juni tot 2 Juli
INGEKOMEN
Fr. Verheij, dienstknecht, Zwarte
water 16, van Groesbeek
L A. van Ras, molenaar, Merselo
M 41, van Uden
W. H. M. Kateman, bakker, Lang
straat 15, van Venlo
A. W. van Casteren, zonder beroep,
Koikweg 4a, van Beugen
VERTROKKEN
H. Schwachofer, zonder beroep,
naar Heerlen
J. H. Pluijm, dienstknecht naar
Deurne, A 95
J. H. van Soest, coiffeur, naar Roer
mond, Schoenmakersstr. 18
L Janssen, landbouwer, naar Horst
A 11
A. H. Gooren, dienstbode naar Meer-
lo—Swolgen
Th. M. J. van Stiphout, dienstbode,
naar Eindhoven, Demer 27
J. Nooijen, dienstknecht, naar Deurne
D. G. van der Vuh, zonder beroep,
naar Groningen, Groote Markt 37
B. M. de Vries, zonder beroep, naar
Den Haag, Anjelierstr. 15
F. A. Kastelijns, meesterknecht sig.
fabr., naar Eersel, Nieuwstr. 193
M. A. Hendriks, verpleger, naar
Boxmeer, St Rochusplein C 34
J. M. Verkooijen, verpleger, naar
Tdgelen, Schoolstr. 9
straalden van innerlijk leven in het
bleeke gezichtje met de onregelmatige
trekken, waarvan men het eigenlijke
schoon de »ziel" had kunnen noemen.
Tegenover het venster stond een
ebbenhouten piano. Zij bekeek haar
trouwen kameraad met liefdevollen
blik, doch spelen wilde zij niet met de
zorg in 't hart.
Zij nam een boek in de hand, opende
het en las: »De liefde kent geen droef
heid. Zij vliegt, zij is vrij en niets kan
haar knechten".
Zij lachte en zeide, zacht fluisterend,
als kon iemand haar hooren y— inder
daad, de liefde kent geen droefheid, zij
vliegt 1"...
Door de halfopenstaande deur hoorde
men het kokende water borrelen. Zij
stond op, zette het avondbrood gereed,
verzorgde de oude vrouw, dronk zelf
een kop thee en ging weer naar hare
kamer terug, waarvan zij de deur
achter zich sloot. Toen nam zij een
handwerkje en liet haar gedachten den
vrijen loop.
Zij was bijna vijf en twintig jaar,
haar vader had zij nooit gekend en het
was duidelijk zichtbaar, dat elk woord
en elke opheldering die zij begeerde
omtrent den echtgenoot van Sabine, de
moeder pijnlijk beroerde.
Zij vermoedde alles en wist niets
Heimelijk had deze onwetendheid haar
jongen levenslust verstoord, haar trots
gebroken.
Moeder Sabine had haar streng opge
voed, en haar omgeven met een ver-
Eenvoud ging uitlstandige liefde, die haar verzorgde,
3zen en de oogen doch niet vertroetelde. Sedert zij, dank
De anti-rev. Standaard, die den heer
Ruiten bijvalt inzake zijn betoog om
trent het 7e leerjaar, zegt van hem
o.m.
»De heer Rutten behoort niet tot de
meest bekende Kamerleden. Evenmin
als trouwens zijn woonplaats, het
Limburgsche dorp Wanssum, een van
de meest bekende dorpen is. Deze
haar ijver en telent, een onafhankelijke
eervolle positie had verworven, oor
deelde zij het leven minder hard en
kon zij rustiger denken over het ge
heim, dat haar als een sluier omgaf.
De wonde was dicht en het litteeken
vergroeid. En wanneer zij hetonschul-
digreine gelaat harer moeder soms stil
betrachtte, dan werd zij telkens meer
overtuigd, dat deze vrouw geen schuld
aankleefde, en haar hart vervulde zich
met een dankbare liefde jegens de
moeder, die haar de dure leerschool
aan het conservatorium door het werk
harer moederlijke handen had mogelijk
gemaakt.
Nu was zij muziek-onderwijzeres aan
oen groot instituut in de stad. Zij ver
diende rijkelijk het onderhoud voor
haar en haar moeder en deze laatste
had zij reeds lang gedwongen, het
kantwerken neer te leggen, wijl zij
aan lichte gewrichtsverlammingen
leed.
Grijs en grauw lag het verleden
achter haar gelijk een zandig duin,
waartegen de golfslag der muziek wel
doend weerklonk. De kunst was haar
troost, 8n sedert zij beminde was zij
haar vertrouwde geworden.
Eens had zij een vriendin gehad
en verloren.
Marie Dimier was een wispelturig,
zacht meisje geweest, goedmoedig en
kneedbaar als was in beeldende han
den. Toen zij negentien jaar was, had
zij verkeering aangeknoopt met een
jongen arbeider. De vader wilde hier
niets van weten en gebood haar, deze
verhouding te verbreken. Marie weder
stond de strafste bedreigingen van haar
vader en gaf hare liefde niet prijs.
Wordt vervolgd.