mm
Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
pYf g Groote Zomer-Opruiming vanjviaanda^
Behoudenis
OOSTRUM
i manufacturen
(YQQRDÊÊLIGSm
(manufacturen
CONTANT 10 pet. KORTING behalve op Lappen en Resten die aan spotprijzen genoteerd zijn.
Dit nummer bestaat
uit TWEE bladen.
der
De nationale landbouw en
nijverheid in België.
De lichaamslengte der
Nederlanders.
De Kippenhouderij op
het platteland
Marktberichten
Duivensport.
Gemengde Berichten.
Luiermand ,°mder°°dep'ek-
..Geengoudzoogoed
48e Jaargang. No. 27
i BLIJKEN
TOCH HET
PEEL EN MAAS
BLIJKEN
TOCH HET
PRIJS DER ADVERTENT1EN1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7'/t ct.
bij abonnement lagere tarieven.
Uitgave van FIRMA. VAN DEN MUNCKHOF
Telefoon 51
VENRAY ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct., per post 75 cent
voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling, afzonderl. nummers 5 cent
Groote Straat 14. Telef. 10 Venray
Als men drooraend langs golvende
korenvelden en hoogpluimende fabrieks-
schoorsteenen wandelt, denkt men aan
het lot van de zwoegende menschen
van thans en vroeger, maar ook aan
de ontwikkeling van landbouw en nij
verheid. De arbeiders en wroeters van
heden hebben het heel wat beter dan
vroeger.
De verbetering der vervoermiddelen
hébben zeker een groote rol gespeeld
in de verspreiding der producten. En
sedert verschillende jaren putten wij
onze eigen natuurlijke bronnen uit:
zelfs zijn er delfstoffen, die ons geheel
en al ontbreken.
In 1835 kochten we niet een enkele
Ion erts, ijzer, zink of lood. Op den dag
van vandaag echter importeeren wij
voor millioenen en millioenen. Zoo
deden wij ook op textielgebied. Doch
als de werkershand al deze ingevoerde
grondstoffen verwerkt heeft, ze tot een
bepaalden vorm heeft gefabriceerd, dan
worden de verwerkte stoffen in den
vorm van locomotieven, wagens, spoor
staven, halken, linnen, doek, stoffen
enz. naar den vreemde gezonden.
Bij een eersten oogopslag zou men
meenen, dat België's bloei en welvaart
in het tweede gedeelte der vorige eeuw
uitsluitend aan de drukke nijverheid te
danken was. Velen waren deze meening
toegedaan. Nochtans blijkt bij nader
onderzoek, dat de landbouw de eerste
en voornaamste nijverheid van het
land is. Om dit te bewijzen veroorlove
men ons eenige citaten en bewijsvoe
ringen.
Wij lezen o.a. in het laatste verslag
van de senatoriale commissie van den
Landbouw van de hand van den heer
Limage: »Een bloeiende en welvarende
landbouw is de rijkdom van een land..,
en toch zijn er in onze dagen nog heel
wat menschen, zelfs in de hoogste
sferen, hooge oomes aldus, die ofwel
met valsche economische begrippen in
't hoofd, of door vooroordeelen verblind
of door eigenbelangen beh6erscht, den
landbouw op den achtergrond schuiven
en dezen slechts als een medehelper
van handel en nijverheid beschouwen."
En de heer Mesureur, die druk in
de weer is om alle hinderpalen v«or
den uitvoer van landbouwproducten
van de baan te helpen, alsmede om
een prijsregeling van deze producten
te bekomen, schrijft in een vakblad
»Is de exploitatie van een land of van
een nijverheid een soort slachtveld,
waar de sterkste den zwakste ruïneert,
waar men het brood aan den mond
van den andere wil onttrekken? Het
procédé betaalt niet meer. De twee
bronaderen van België zijn de land
bouw en de nijverheid. Zou men een
gekker handelwijze kunnen uitdenken
om een dezer twee bronnen te laten
opdrogen of uitputten?"
Inderdaad. Wij betrekken groote
hoeveelheden bevroren vleesch Moet
dit hoog belast worden, wijl onze vee
stapel bedreigd wordt Geenszins, want
duurder vleesch zou het loon der werk
lieden doen opslaan. Er is vrije invoei
van landbouwproducten. Moet men het
tegenovergestelde doen? Hier gelden
dezelfde redenen. Maar dan late men
ook de boeren vrij om in te voeren
wat ze willen, zoo de ingevoerde ar
tikelen de verbetering van veestapel en
gronden bezorgen, als b.v. scheikundige
meststoffen en veevoeder. Dit zijn de
eerste grondstoffen van den landbouw
en noodzakelijk tevens voor zijn ont
wikkeling, even goed als de eerste
grondstoffen voor de nijverheid, die
heelemaal geen invoerrechten betalen.
Gelijkheid in alles en voor allen. Indien
men de uitbreiding van den landbouw
ontmoedigt en belemmert, hoe duur
moeten wij dan niet de groenten, de
suiker enz. betalen en wat zal er dan
nog overblijven van de magere koren
velden, die de moedige boeren nog
bezaaien 1 Voegen wij er bij, dat, wan
neer alleen op de uiterst vruchtbare
velden koren zou geteeld worden, de
wereld geen voldoende brood zou heb
ben.
Indien het den boer thans goed gaat
in vergelijking met zijn vroegere
armoede, dan moeten wij niet vergeten,
dat vroeger de landbouw meestal de
lasten te dragen had. Geen wonder
dan ook, dat tot omstreeks 189U de
prijswaarde der gronden steeds dalend
was. Indien het verbruik van land
bouwproducten tegelijk met de stijging
van den bloei der nijverheid grooter
werd, dan is dit nog eens een bewijs,
dat de natuurlijke en industrieele rijk
dommen van een land hand in hand
gaan en dat een bevoordeeling van de
een ten koste van de andere de alge-
meene voortbrengst zou schaden en de
handelsbalans met het buitenland niet
in evenwicht zou houden Wij kunnen
niet loven zonder in den vreemde te
verkoopen, wijl we in hei buitenland
moeten koopen.
In 1904 wij citeeren deze cijfers,
wijl we voor het oogenblik over geen
ander statistieken beschikken voer
den wij voor 328,872,017 frank granen
in 234,093,709 frank koren, 7,356,691
fr. rogge, 47,505,065 fr. tarwe 39,907,552
fr. mais. Welke som zal dit thans zijn
vooral wegens de waarde van den
dollar en de grootere behoefte 1
Nochtans dank aan de noeste land
bouwbevolking en aan de massa land
bouwbedrijven, vooral in de Vlaan
deren, voedt onze landbouwvoortbrengst
75 percent van de bevolking en voeren
wij voor een milliard producten uit.
Dit vertegenwoordigt een waarde van
ongeveer 12 milliard, die de landbouw
uit den Belgischen bodem haalt, zonder
veel kosten van grondstoffen, met
uitzondering van een zekere hoeveel
heid kunstmeststoffen en landbouw
machines.
De opbrengst onzer nijverheid wordt
ook op 12 milliard geraamd, doch onze
nijverheid, gelijk we hierboven zagen,
is een transformatie nijverheid, die voor
de helft, nl. 6 milliard, grondstoffen in
den vreemde aankoopt en deze aan
koop in den vreemde weegt dan ook
vrij zwaar in de handelsbalans. Noch
tans, hoewel onze landbouwarbeids-
krachten met 25 percent verminderd
zijn, heeft de voortbrengst in intensiteit
gewonnen door de vele ontginningen
van heide en woeste gronden, en een
grooter gebruik van landbouwmachines
Ook zijn in den landbouw meer men
schen aan 't werk dan in nijverheid
en handel samen.
Tot heden wisten de boeren geen
fortuin te msken. Wel waren de land
bouwers voor den oorlog, ten koste van
veel moeite en arbeid, er in geslaagd
om behoorlijk te kunnen leven en een
klein spaarcentje aan kant te leggen.
Vergeten wij ook niet, dat de boer, de
vroeger zoo vaak beschimpte, heel wat
te verduren heeft van droogte, over
strooming, vriesweer, hagel, bliksem,
brand en ziekten. Met den oorlog
hebben de Belgische boeren goede
jaren gehad. Ze hebben eenig kapitaal
veroverd, dat ze winstgevend beleggen
in den aankoop van woeste gronden,
die ze in vruchtbare akkers herschep
pen. En vele werklieden die in de
nijverheid werkzaam waren, keeren
terug tot de oude moederaarde, die hen
een vrij en onafhankelijk bestaan ver
schaft.
Overal wordt de ploeg gezet om de
hoeve grooter en beter te maken, om
den grond meer en beter te doen voort
brengen. Een betere verstandhouding
tusschen nijverheid en landbouwbelan
gen zal hoogeren bloei brengen.
delde lengte van alle lotelingen in die
periode 168,6 c.M daar blijkt uit het
onderzoek van v. d. Broek, dat in de
periode 1921 -1925 de gemiddelde lengte
tot 170,77 c.M. gestegen is. Een toe
neming dus van 2,17 c.M. in ongeveer
twintig jaar.
Niet alle deelen der bevolking heb
ben in gelijke mate aan deze toeneming
deelgenomen Zoo is b.v. na de periode
19891907 de toeneming der lichaams
lengte het slerkst bij de bevolking van
Drenthe, die van gemiddeld 167,46 in
de eerstgenoemde periode gestegen is
tol 170,80 in de tweede. Het geringst
was de toeneming in Limburg, waar
het gemiddelde steeg van 167,48 tot
167,83- Deze provincie staat, wat de
lichaamslengte betreft, onderaan.
De provincie Utrecht vertoont een
merkwaardig verschijnsel Tusschen de
beide onderzochte perioden is de be
volking als geheel in lengte toegenomen
van 169,56 c M. tot 171,33 c.M. Dit is
minder dan het rijksgemiddelde. Na
Limburg is dan ook het gemelde in
Utrecht het minst gestegen. Dit ver
schijnsel heeft een bijzondere oorzaak
n.l. eer. toeneming van het aantal zeer
korte personen in deze provincie. Dit
verschijnsel was ook reeds voor de
periode 18981907 vastgesteld, maar
blijkt sinds dien voortgang gemaakt te
hebben.
Dat deze vermeerdering van zeer
korten slechts een bepaalde groep der
bevolking dezer provincie betreft, blijkt
hieruit, dat het aantal »iange", d.z
lotelingen var. 1,70 M en meer, toege
nomen is van 74,4 pet. tot 61,11 pet.
In de provincie Utrecht is dus als
plaatselijk verschijnsel een oorzaak
werkzaam, die bij bepaalde personen
den lenteg.'oei ongunstig beïnvloedt.
Men vraagt zich af, of dit verschijnsel
in verband kan staan met een ander
welbekend feil, n.l. het veelvuldig
voorkomen van struma in deze pro
vincie.
De langste bevolking treft men in
ons land aan in Friesland en N.Holland.
De eerstgenoemde provincie gaf een
gemiddelde van 172,33 c M Wanneer
men van de tweede provincie, Amster
dam waar de gemiddelde lichaams
lengte door het Joodsche deel der be
volking gedrukt wordt buiten be
schouwing laat, dan overtreft deze zelfs
Friesland nog, met een gemiddelde van
172,47 c.M. (Amsterdam170,8). De
toeneming sinds de eerste periode
bedraagt hier voor Amsterdam 2,40
c.M voor het »platteland" 2,53 c.M.
Ook hieruit blijkt, hetgeen reeds vroeger
vastgesteld was, dat ook het Joodsche
deel van de bewoners van Amsterdam
aan de algemeene verbetering der
lichaamslengte deelnemen'
Ten slotte ging prof. Van den Broek
in op de vraag, in hoeverre de oorlogs
periode van invloed is geweest op den
groei. Hij wijst er daartoe op, dat tus
schen 1921 en 1925 de lengte der
lotelingen regelmatig toenam, en wel
in totaal gemiddeld 7 m M. De lotelingen
van de jaren 1921 tot 1925 hebben allen
in hun groeiphase de »oorlogsvoeding"
medegemaakt, en desniettegenstaande
is de lengtetoeneming niet in ongun-
stigen zin gewijzigd; de voedingsver
houdingen tijdens den oorlog hebben
dus op dit hiologisch verschijnsel geen
invloed geoefend.
In de bijeenkomst der Academie van
Wetenschappen te Amsterdam heeft
prof. A. J. P. v. d. Broek uit Utrecht
gesproken over de lichaamslengte der
Nederlanders
Prof. van den Broek herinnerde er
aan aldus schrijft de Tel. hoe in 1925
een commissie werd ingesteld voor een
anthropologisch onderzoek der bevolking
van Nederland. Deze commissie werd
in subcommissies verdeeld, waarvan
een onder leiding van spreker tot taak
heeft de gegevens te verzamelen be
treffende de lichaamslengte der Neder-
landsche bevolking.
Als eerste algemeen resultaat van
het onderzoek dier subcommissie, blijkt
dat de toeneming in lichaamslengte, na
de periode 1898—1907 niet tot stilstand
is gekomen. Want bedroeg de gemid
door
JOS. BOSHOUWERS te LENT.
Hoe te voeren?
Vraag: Ik heb gekocht 10 weeksche
hennetjes, W.L. en geef tot nu toe nog
opfokvoer van.... Nu zijn ze 13 weken.
Gaarne vernam ik in Peel en Maas,
wat ik ze nu moet geven. Ze loopen
in een flink grasveldje achter het huis
en hebben een goed hok. Ze zijn dan
ook buitengewoon gegroeid, ieder roept
daar over. De dieren zijn afkomstig
van iemand, die uitsluitend Horster
kippen heeft, dus dat zal wel goed
zijn. Mej P. te V.
Antwoord: Uw brief is gedateerd
26 Juni. Als u dit antwoord leest, zijn
de W.L. dus al 14 weken oud. Ik
reken uit, dat ze dus einde Maart
-geboren zijn. Dat is voor Leghorns in
het algemeen een maand te vroeg. Ik
kan me best begrijpen, dat ze flink
zijn uitgegroeid, dat doet vroegbroed
doorgaans en vooral wanneer u lang
met opfokvoer aan den gang blijft, wat
met u het geval was.
De groote massa zal waarschijnlijk
voor den winter in den rui vallen. Om
te voorkomen, dat ze opal te jeugdigen
leeftijd gaan leggen, raad ik u aan, ze
voorloopig enkel hardvoer te geven,
hetzelfde dat u aan de groote kippen
geeft.
Dat bijzonder jong gaan leggen, vind
ik geen voordeel, want de eieren zijn
dan klem en blijven ook langer
klein. De persoon van wien u deze
hennetjes gekocht heeft, deed ze mis
schien graag weg, omdat hij ook vrees
de voor in den rui vallen. Waarschijn-
ijk heeft hij de volgende twee broedsels
voor zich zelf aangehouden. En daar
kan ik hem geen ongelijk in geven.
Als u het volgend jaar weer tien
weeksche W.L. hennetjes koopt, neem
ze dan, als u daar gelegenheid toe
heeft, die einde April of de eerste helft
an Mei geboren zijn. Dan kunt u na
het opfokvoer direct met het ochtend-
voer b -ginnen, en hoeft u noch te
remmen, noch te forceeren.
Ze hebben „jeuk"
Vraag: Bij mijn kuikens van acht
weken doet zich het geval voor, dat ze
veel veeren verliezen. Ik heb ze al
eens onderzocht, maar vind niets. Het
schijnt dat ze jeuk hebben, niet opeen
bepaalde plaats maar over het heele
lichaam Waaraan wijt u dit Ze groeien
anders dat het een lust is om te zien.
Ik heb er wel 50 denk ik, maar in het
hok liggen opvallend veel veeren. U
kunt hierop antwoorden in De Klein
veeteelt of in Peel en Maas. Op beide
ben ik geabonneerd. J. te G.
AntwoordVoor De Kleinveeteelt
het deze week te laat. Daarom vindt
het antwoord hier. Als de kuikens
goed groeien en er in 't geheel geen
ongedierte te bespeuren valt, dan zou
ik me maar niet ongerust maken.
Kuikens »ruien" verscheidene malen
eer ze aan den leg zijn. Onder ruien
verstaan we dan het laten vallen vaD
enkele veeren. Daar u een 50-tal van
die hennetjes in één hok heeft, zullen
er dus nog al gauw eenige veeren bij
elkaar zijn. Door de groote massa lijkt
het ruien daarom erger dan hel is.
Wat die jeuk betreft, och bij regenach
tig weer, zooals we dit heele voorjaar
hebben gehad, pikken de kuikens
en ook de grootere hennen nog al
eens vaak in de veeren. Bij bestendig
droog weer komt dat minder voor.
Voor de securigheid zou ik toch de
spuit eens hanteeren en het heele hok
flink met Rids bespuilen ook over de
kuikentjes kunt u een straal laten
gaan.
ROERMOND. Op de Coop. Eiermijn
van Maandag was de aanvoer 4 000 000
eieren.
Groote eieren van f 5 70 tot f 6 80
Kleine eieren van f 5.tot f 5.60
Eendeneieren van f 5.50 tot f 6.
VENLO. Op de Coöp. Veilingvereeni
ging van Maandag was de aanvoer
1.020 000 eieren.
Groote eieren van f 5 80 tot f 6 60
Kleine eieren van f5tot f 5.70
Eendeneieren van f 5.90 tot f 6.
Uitslag der Zondag gehouden wed
vlucht van de Postduivenvereeniging
»De Zwaluw" vanaf Bretigny (Frank
rijk), afstand 419 K.M. De prijzen
werden behaald als volgt
le J. Creemers
2e, 6e, 9e en lie G. van Dijck
3e, 4e en 5e A. Janssen
7e Sint Servatiusgesticht
8e H. Strijbosch
10e J. Kusters
O verduif J. Oudenhoven
Duiven los 6 uur. Aankomste eerst
duif 10 uur 58 min. 11 sec., laatste duif
1 uur 1 min. 6 sec.
Tabaks vergunning.
Bij het in werking treden der Tabaks
wet was daarin bepaald, dat degenen,
die een Tabaksvergunning in hun
bezit kregen, telken jare, voor of op
den datum dezer vergunning daarvoor
5 gulden ten kantore van den ontvanger
behoorden te voldoen.
Werd dit nagelaten, dan werd een
waarschuwing uitgereikt, en, zoo noodig,
na een maand nog een. Deze waar
schuwingen waren kosteloos.
Thans is echter, ingevolge de Wel
van 27 December 1926 (Staatsblad no.
412) de toestand aldus.
Zij, die eene vergunning bezitten,
behooren voor het eind der maand,
vermeld in de dagteekening der ver
gunning, voor het loopende jaar, dus
tot en met December, zooveel maal 42
cent te voldoen, als er nog volle maan
den na voormelde maand over zijn, en
in het vervolg telkens voor den 20sn
Januari van ieder jaar f 5
Zij die dit nalaten, krijgen een waar
schuwing. waarvan de kosten thans
25 cent zijn en bij niet betaling binnen
YJF fl a De teere huid vat
fVlOOStCr- Jonggeborenen.
1 die bijna voort-
f durend bloot
I QP ÏT\ a- j- staan aan smetten
UaiaClllende enschrijIlen,ei.!cht
j een bijzondere zalf
ken en ontstoken
huidplooien te zuiveren en te genezen. Zulk een
zalf als Akker's Kloosterbalsem. (60 cent) die dan
ook in geen luiermand mag ontbreken. Koopt
daarom nog heden een pot - ook in tal van an
dere gevallen zal Kloosterbalsem goede diensten
kunnen bewijzen (bij brand-, snij- en andere
wonden, insectenbeten en als wrijfmiddel bij
rheumatiek en spierpijn). Zijn heerlijk ver
zachtende pijnstillende en ontsteking-werende
eigenschappen zijn de oorzaak van het korte,
kernachtige -
drie dagen een dwangbevel, waarvan
de kosten hoog zijn.
Bij betaling behoort de vergunning
ten kantore te worden vertoond, teneinde
daarop quitantie te ontvangen. Vroeger
werd een afzonderlijke quitantie afge
geven.
Bijslag op pensioen van oud
gepensioneerden der spoorwegen.
Op de balans der Nederl. Spoorwegen
is een bedrag van 5 millioen uitgetrok
ken voor het vormen van een fonds
waaruit de oud-gepensioneerden der
Nederl. Spoorwegen, dat zijn zij, die
voor 1 April L919 zijn gepensioneerd
en die behoeftig zijn, een bijslag op
hun pensioen zal worden verstrekt. Zij
die hiervoor in aanmerking meenen le
komen, moeten zich met een verzoek
richten tot de directie der Nederl.
Spoorwegen. Slechts hun die een aan
vraag indienen, kan deze bijslag worden
verleend. Wie niet vraagt, komt dus
niet in aanmerking.
Stamboek voor het Nederlandsche
Trekpaard.
De Vereeniging Stamboek voor het
Nederlandsche Trekpaard houdt dit
jaar haar nationale tentoonstelling weer
te Breda, op 13 en 14 Juli.
Voor deze (zevende) tentoonstelling
is meer animo dan het vorige jaar.
Ruim 300 van de beste fokproduclen
van het Nederlandsche trekpaard zullen
getuigenis afleggen van het kunnen
van onze fokkers.
Over buitenlandsche belangstelling
zal men niet te klagen hebben. Frank
rijk en Duitschland zullen regeerings-
vertegenwoordigers zenden. En ook
vertegenwoordigers van kamers van
landbouw en staatsstoeterijen uit
Duitschland en vooraanstaande fokkers
uit dat land en uit Frankrijk, België
en Italië zal men er kunnen aantref
feu.
Evenals vorige jaren zullen de
keuringen van de paarden den geheelen
eersten dag en den ochtend van den
tweeden dag in beslag nemen. Op den
namiddag van den tweeden dag worden
de paarden alle in den ring voorge
bracht, en worden tevens de prijzen
uitgereikt.
Behalve de beroemde vierspannen,
zullen dit jaar voor het eerst ook
ingespannen trekpaarden in den ring
komen. En wel éénspannen hengsten
en tweespannen merries. Reeds direct
de eerste maal blijkt voor deze beide
nummers veel belangstelling van de
zijde van de fokkers te zijn.
Uit do dorpsgemeenschap gesloten
Uit lerseke schrijft men aan de N.
R. G.
Het gansche dorp was Zaterdagavond
in rep en roer. R., verdacht van moord
op Biersteker, huisvader van tien
kinderen, moest voor de gramschap
zijner dorpsgenooten op de vlucht.
R. die den vorigen Dinsdag wegens
gebrek aan bewijs uit de voorloopige
hechtenis is ontslagen was voor den
kerkraad der Ger. gemeente geroepen
en ging daarheen, gevolgd deor enkele
personen. Dezen wachtten voor de kerk
zijn terugkomst af. Als een loopend
vuurtje ging dit door het dorp en
weldra was de menigte daar tot 600 b
700 menschen aangegroeid.
Dadelijk na zijn terugkomst uit de
vergadering werd er gejouwd en geroe
pen »slaat hem dood Steekt hem dood 1"
Inmiddels waren ook de burgemeester
en gemeente- en rijkspolitie ter plaatse
gekomen. Dazen konden slechts melde
grootste moeite verhinderen, dat R.
aangepakt werd.
R. vluchtte in de buurt bij een zwager
van hem in huis Onderwijl groeide de
menigte nog steeds aan. De politie
besloot, R. naar zijn eigen woning te
brengen. Dit ging slechts met de grootste
moeite, waarbij de bejaarde burgemeester
nog bijna onder den voet werd geluopen.
Nu en dan vloog er een steen door de
lucht, maar R. bereikte ongedeerd zijn
woning. Nog lang bleef de menigte
daar staan. Toen eindelijk 's nachts
a Ilea rustig was heelt de politie Rdie
niet durfde blijven, per auto naar
BrflhanLffpfr™»^* XI,aQ