Tweed© Blad van |;P1EL BW MAAi»5 Eerlijkheid. De eerste zaak Bij Scheren Purol bij doorzitten, en stuklpgpen dl.er Huid Spoeten Sprutol.' wremka n mëm&27 FEUILLETON Ingekomen en vertrokken personen. Koe zullen de jonge hanen 't meest opbrengen 48e Jaargang. No. 20 Als men bij vele menschen twijfelt aan hun eerlijkheid, o, wat zien zij U boos .aan. Zij niet eerlijk, nooit zullen zij iemand te kort doen en toch een Berlijnsche journalist heeft op zijn medemen8chen eerlijkheidsproeven ge nomen als kooper, en lazen wij onlangs in de Telegraaf Hij heeft zich den geheelen dag «verteld" en is tot de conclusie gekomen, dat maar één derde van het mensch- dom strikt eerlijk is. Hij heeft gewin keld en op de markt gekocht, bij kleinen en grooten, in kale wijken en in voorname stadsgedeelten. En na een dag royaal omspringen met klein geld kwam hij tot dit resultaaltweederden van de menschen zijn oneerlijk. De oneerlijkheid nam toe met het voornaamheidscar*het der wijken In de volkswijken was men eerlijker dan in de wijken, waar de schijn meer uit werking heeft en meer moet worden opgehouden. Hij heeft dien dag met zijn klein- geldvergissingen nog een ontdekking gedaan. De eerlijken, zegt hij, hebben een welwillend ouderlijk glimlachje, of het een oud krantenwijfje of een slanke, jonge caissière is, terwijl de oneerlijken een afwezigen, stekenden blik hebben en een gerings aarzeling in hun bewe gingen. Hij begon zijn proeven met een krantenvrouwtje, die hij het dubbele betaalde voor haar krant. Dadelijk kwam de glimlach: »U geelt te veel mijnheer." In een kousenwinkel, in een apotheek, waar hij te veel neer legde, verscheen ook de «eerlijkheids- glimlach." Maar toen volgden verschillende winkels, kleine en groote, waar de dertig, veertig pfenning, die hij te veel neerlegde, zender aarzelen werden opgestreken. Ook aan een fruitkar, een boekenstalletje slak de koopman, even met den stekende blik het geld vlug in de broekzak. Hij probeerde zijn proeven op zijn medemen8chen ook in de groote waren huizen. Men zou denken, de caissière die het bedrag toch aan moet slaan, die dus weat, dat het nog weer eens voor den kooper te zien is, waag het niet zoo gauw. Maar jawel, do journa list koopt voor 4 25 en legt 4 90 neer. Het belletje gaat, caissière strijkt de 4,90 op, maar slaat 4 25 aan. Ik heb ook wel gehoord van zakenmenschen, die 'n dergelijke proef lieten nemen door bevriende koopers om de eerlijk heid van hun caissière te beproeven en die ook heel dikwijls bedrogen uit kwamen. Maar om op onzen journalist terug te komen, hij is van plan binnenkor» de rollen om te draaien, zelf aan een kassa te gaan zitten en de koopers te veel terug te betalen, dan beproeft hij dus de klanten-eerlijkheid Of hij tot betere resultaten zal komen Ik vrees van neen. Praat maar eens met de bezorgers van brood, melk, groenten, fruit die aan uw deur komen. Hoe ze aldoor op moeten letten, met geld teruggeven, met wisselen, met tekortkomen, anders schieten zij er bij in en waarschuwt maar een klein deel der klanten als da bezorger zich in zijn eigen nadeel vergist. Let maar eens op hoe dankbaar ze zijn als ge ze op een fout opmerk zaam maakt en dat zijn dan menschen, die dagelijks weer terugkomen. Eerlijk zijn schijnt dus wel een moeilijke taak te zijn en toch is het zulk een mooie deugd en moesten we allen meewerken om ze bij de jeugd in te prenten en te ieeren beoefenen. Juist doordat de grooteren het met de eerlijkheid zoo nauw niet nemen, zelfs in het bijzijn der kinderen ver tellen, hoe zij, zooals ze dat dar. noemen een ander te slim zijn afgeweest, brengen zij verwarring bij de kinderen omtrent het begrip eerlijkheid. Het beteekent niet alleen, niet stelen wat men moeilijk krijgen kan. Maar nooit en nimmer, ook niet als het ons haast in den schoot valt, nemen of behouden wat ons niet toekomt. Wat worden er niet weinig verloren zaken aan den rechtmatigen eigenaar terug gegeven, terwijl wat wij vinden ons zoo toch niet zonder meer toekomt, maar wij wel degelijk verplicht zijn, te trachten den eigenaar uit te vinden. Laten wij zorgen, dat de zonnige eerlijkheidslach, dien de Berlijnsche journalist bij zijn medemenschen onl dekt heeft, ook de onze wordt en die van de jeugd om ons heen. IN MIJNE NIEUWE BETREKKING géén Pyn en naschrynen of stuk gaan der huid, indien men vóór het inzeepen de baardoppervlakte in wry ft met Doos 30, Tube 80 ct PDROL lagesaaflsa Midêieeïiagea. Om jong te blyven. Het feit, dat uw gezondheid te wen- schen overlaat, is waarschijnlijk de eenige reden, dat gij u door lichte zorgen reeds zenuwachtig, versleten en oud gevoelt. Misschien zijt gij een dier noodelooze stachloffers van een nier aandoening. Laat deze te voorkomen nierzwakte u niet oud maken voor uw tijd. Zoek en verbeter de oorzaak van uw kwaal. Tracht weer flink en gezond te worden. Die pijn in de lendenen, die ellendige blaasstoornissen, hoofdpijn en duizeligheid, dat afgematte, zenuwach tige gevoel behoeven u niet langer te kwellen. Alle tesamen maken uw leven tot een last, die zoodra gij uw nieren verzorgd hebt, verdwijnt. Verzwakte nieren kunnen met Foster's Rugpijn Nieren Pillen verstsrkt worden, waardoor gij u in elk opzicht jonger voelt. Begin onmiddellijk met het ge bruik. Zonder uitstel I Wacht niet, tot gij last krijgt van rheumatiek, ischias, spit, blaasontsteking of waterzucht. Ook tegen dergelijke ernstiger kwalen worden Foster's Pillen aanbevolen, doch voorkomen is altijd beter dan genezen. Verkrijgbaar (in glasverpakking met geel etiket let hier vooral op) bij apotheken en drogisten f 1.75 per flacon. Van 22 April tot 6 Mei. INGEKOMEN: M. J. Drabbels, dienstknecht, Lang straat 33 van Broekhuizen. J H. Peelers, dienstknecht, Oostrum D 57 van Sambeek. M. G Martens, z.b Wieënweg 2 van Maashees. H. H. Komhoff, koperslager. Lang straat 21 van Helden. W. A. Pot, bloemist, Langstraat 12, van Mook. D. J. Peters, letterzetter, Bleekstraal 10 van Rheden. Ch. C. Seuren. dienstbode, Oirlo E 11 van Grubbenvor8t H. Eschenbrucher, kleermaker, Sta tionsweg 8 van Houten. J. G. Deckers, dienstbode, Merselo M 110, van Bergen (L.) A. M. van Handel, dienstbode, Oos trum D 42, van Wanssum. P. J. Poels, dienstknecht, F 40 van Horst. Th. M. Vollenberg, dienstknecht, L 5a van Maashees. 10 Neen, riep het in mijn binnenste, zelfs als hare naaste bloedverwanten haar verdenken en beschuldigen, zelfs als de man, aan wien zij sedert jaren gehecht is, een ongehoord brutaal mis dadiger en hare betrekking tot hem eene misdadige ware, de moordenares kan zij niet zijn. Ik begon haar verhoor met zachten ernst, zij deed zich geweld aan om hare smart te beheerscben. Gij zijt eergisteren avond hier aangekomen Ja, met mijn oom Alfred, het was reeds nacht. Waar waart gij tot dien tijd ge weest Bij familie aan de Hannoversche grenzen. Waarom kwaamt gij hierheen Mijn oom kwam mij afhalen. Welke rede gaf hij daarvoor? Hij zeide, dat mijne tante het wenschte, het deed haar leed, dat wij in ongenoegen gescheiden waren, ik was toch haars broeders kind, zij wenschte mij weder bij zich te hebben. Was er iemand bij toen Alfred dit zeide Wij waren geheel alleen. Waart gij reeds vroeger in het huis uwer tante Zij had mij reeds als kind, na den dood mijns vaders, tot zich ge nomen. Waart gij werkelijk in ongenoegen van haar gescheiden? Zij sloeg de oogen neder en weende Ja, ik was onvriendelijk tegen tante geweest, en zij had veel verdriet van mijzij had mij zeer lief, toen ik weg was zag ik het in en het deed mij leed genoeg, daarom was ik ook dade lijk bereid met mijn oom terug te keeren. Slechts de onschuld of de volleerdste huichelarij kon zoo spreken. Gij hebt een minnaar? vroeg ik, zonder voorbereiding. Zij werd gloeiend rood en zag mij eensklaps onwillekeurig aan, maar sloeg even snel, in groote verwarring de oogen neder. Het gloeiend rooc week niet van haar gelaat, het was de verwarring, die het onschuldig meisje beheerschte, want bij eene misdadigster zou eene doodelijke bleekheid het ge volg zijn geweest, zouden alle zenuwen gesidderd hebben. Haar antwoord klonk dan ook nauwelijks hoorbaar: ja. Nu hief zij eensklaps haar hoofd op, zag mij met hare groote zwarte oogen onbevreesd aan en zeide met luide, vaste, trotsche stem Maar hij is een braaf mensch wat men u ook van hem gezegd hebbe; het is een ongeluk voor hem, dat hij niet naar Pruisen kan terugkeeren, hij is geen misdadiger, geloof mij. Dat was weder die bedaarde, over J. A. H. Smals en gezin, landbouwer, Veulen, van Vierlingsbeek. M. W. Jannes en gezin, koopman, Lull G 20, van Castricum. P. J. Janssen en gezin, landbouwer, Oostrum G 57 van Broekhuizen. M B. J. Janssen, dienstbode, Groote Straat 3 van Venlo. H. H. Graus, electricien, Bleekstraat 6a, van Eindhoven. W. Heidens, dienstknecht, Steegs- broek I 20, van Grubbenvorst. M J. Geerets, dienstbode, Ysselsteyn, 57 van Grubbenvorst. P. A. Huys en gezin, arbeider, Gas straat 20, van Horst. H. M. Holtackers, dienstkn. Leunen K 107 van Sevenum. VERTROKKEN P. M. Hagenaars, landbnaarBakel De Rips. M. H. G. Verstegen, dienstbode, naar s Hage Daguenestraat 97. J. G Jacobs, dienstkn., naar Sevenum. P. Borghs en gezin, metselaar naar Maashees-Overloon. M. C Leijssen, dienstbode, naar Horst Oostenrijk. J. M Heus, schilder, naar Hoensbroek Heisterberg la. J. Marcellis en gezin, landbouwer, naar Horst B 52 J Deegen, dienstbode, naar Venlo, Henrungerweg 16. H. M. A. van Els, dienstbode, naar Eindhoven, Keizersgracht 7. P. H. A. Maassen, dienstbode, naar Roermond, Minderbroedersstr 2. H. v. Megen en gezin, landbouwer, naar Broekhuizen, Op de stok. W. M. van Dongen, z b., naar Horst, Eikelenbos. J. C. Kessels, z.b., naar Bergen, Well 153. J. M. G. Künen, zb., naar Sittard, College. H. P. B. Coppens, z.b. naar Nijmegen Brugslr. Valkhof 1. M. H. Deriks, z b., naar Wanssum. W. C. de Lauw, z.b., naar Wanssum Th. Beckers, z.b. naar Maashees Overloon. M. J. R. Jacobs, dienstknecht, naar WanssumGeysteren. P. J. Kerstjens, dienstknecht, naar Meerlo G 69. M. H. Janssen, dienstbode, naar Meerlo, Megelsum. J. B. Spreeuwenberg, landbouwer, naar Helden, Grashoek. W. E van Sleewijk, dienstbode naar Vegchel, Mariaheide. P. Th. M. Keyzers, dienstbode naar Broekhuizen. L. M. van Dijk, dienstkn. n. Deurne G. Kersten, dienstbode, naar Bergen, (L.) G 119. J. M. Linders, dienstbode, n. Wans- sum H 28. H. P. C. Aarts, dienstbode, naar Sevenum. G. P. M. Weymans, dienstbode, naar Maashees-Overloon A 2. M. J. J. Arts, dienstbode, naar Nij megen, Franschestraat 40. het voorjaar, koop komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Bij alle Drogisten Door verschillende kippenhouders wordt mij om nadere inlichtingen ge vraagd omtrent het kapoeneeren en tevens om een adres waar de daarvoor benoodigde instrumenten te verkrijgen zijn, aldus schrijft de Heer W. Janssen uit Horst in de »Nutpluimveeteelt". In de nummers 4 van 15 September en 5 van 15 October 1926 van de Nut- pluimveeteelf, gaven wij over dit onder werp een tamelijk uitvoerige beschrij ving en zullen ter beantwoording van hen, die om nadere inlichtingen vroegen, meestal leden van de beide pluimveehoudersbonden in N.-Brabant en Limburg, een en ander herhalen en aanvullen. Vooraf willen wij nog even mede- deelen 't geen de Heer H. Weijs, Venray-Leunen, ons over zijn ervaring met kapoeneeren en kapoenen schrijft. Het vorig jaar zoo schrijft de Heer Weijs, zijn wij op uw aanraden met kapoeneeren begonnen en hebben 10 hanen de behandeling doen ondergaan. De behandelde dieren maken het goed i thans hebben wij bij een Wit Leghorn-kapoen een flinke partij kleine kuikens gedaan en het is een lust om te zien met welk een nauwgezetheid deze kapoen de kuikentjes verzorgt en hoendert. Vele bezoekers komen deze nieuwigheid bewonderen en allen heb ben er veel schik mee hoe deze kapoen de moederlijke zorgen behartigt, zoodat het hem geen moederhen kan ver beteren. Wie lust heeft raden wij aan bij den Heer Weijs, Venray-Leunen, het voor ons betrekkelijk nieuw soort kunst moeder te gaan bewonderen. Op het eigenlijke kapoeneeren terug te komen, merken wij op, dat vroeger dit werk zonder instrumenten geschiedde maar toen gingen 50 pet. op de helft tijdens de bewerking dood. Bij de nieuwe methode, dus met behulp van een compleet stel instrumenten, zullen hoogstens 3—5 per 100 het leven er bij inschieten en dan ligt de oorzaak nog gewoonlijk bij de onhandigheid van den bewerker. Om de eenvoudige operatie gemak kelijk te maken zijn drie voorwaarden in acht te nemen. Ie. De dieren moeten jong zijn d.w.z, voor lichte rassen, ongeveer een gewicht hebben van 1 pond, voor middelzware rassen anderhalf pond en voor zware rassen 1 K G., dus zoo ongeveer in den ouderdom van 9—12 weken. Het kapoeneeren van oudere dieren is moeilijker en daarbij ten opzichte van vleeschproductie vrijwel zonder doel. 2e. De darmen moeten ledig zijn waarom de dieren dan ook 36 uren van te voren finaal moeten vasten, wat in geen enkel opzicht schadelijk is. 3e. Wat eigenlijk wel vanzelf sprekend is, goed licht en liefst zon licht bij de bewerking. Wij probeerden het wel eens onder een heldere electrische lamp van 50 kaarsen, maar dit viel nog tegen. Wij zaten ons steeds met «Ie handen in het licht. Als men zich san een geslachte haan oefent, vindt men het beste den weg, waarna hel hoe langer hoe beter gaat. Voor een vakkundige operatie heeft men echter eenige instrumenten noodig De noodzakelijkste kosten zoowat f 9 terwijl een goed compleet stel f 12 kost Deze instrumenten zijn echter gauw verdiend door den duurderen verkoop van slechts enkele kapoenen en kunnen een menschenleven duren, zoo een en ander goed onderhouden wordt. Men gaat bij de bewerking als volgt te werk. Op.een tafel wordt een kom of schaal licht ontsmet water gereed gezet, benevens 2 gewichten van een pond en een paar koorden. Water ontsmetten kan men door een leggende moed, dien zij in het bosch getoond had. Waarom kan hij niet naar Pruisen terugkeeren vroeg ik. Hij heeft zich onder de smokke laars begeven, die aan de Hannoversche grenzen in Pruisen smokkelen, zij ver dienen veel geld en hij dacht, dat wij daardoor te eerder tot ons huwelijk zouden komen, daarom stond ik het toe, maar had ik vroeger alles geweten dan had ik het nooit toegestaan. Wat wist gij vroeger niet Dat er in Pruisen zulk eene zware straf op staat en dan.... En dan Zij verdenken hem, dat hij er bij is geweest, toen voor een drie maanden geleden een grenswachter door de smokkelaars gedood is, maar dat is niet waar. Hoe weet gij dat? Hij heeft het mij zelf gezegd. Het was mij niet mogelijk, het edel vertrouwen van het meisje door den geringsten twijfel te storen, al ware zij eene van die verdorvens wezens der maatschappij, die schijn van onschuld had iets betooverends voor mij, dat ik die niet wilde verwoesten. Ik richtte eene andere vraag tot haar. Is uwe betrekking met den jonk man, uwe verwanten bekend? Ja, zeide zij openhartig, zij was de oorzaak van mijne twist met tante, zij zeiden dat Frits een slecht mensch was en ik hem moest laten loopen maar hij beging slechts vrolijke, som tijds dolle streken, die hij wel is waar had kunnen laten, maar slechte streken paar druppels creoline er in te doen of een flinke scheut boorzuurwater. Dit laatste is 't beste en kan men in de apotheek of bij den drogist krijgen. Een koord wordt aan den eenen kant beide pooten (loopbeenen) bevestigd het andere om beide vleugels, terwijl aan de uiteinden de gewichten worden bevestigd, zóó dat aan eiken kant van de tafel een der gewichten komt te hangen. De hanen worden nu op een zijde gelegd en blijven door de spanning der gewichten stil liggen. Nu worden de veeren onder de vleu gels een weinig bevochtigd, waardoor deze gemakkelijk uit elkaar kunnen worden gespreid, wat noodig is om gemakkelijk de insnijding te kunnen doen. Liefst mogen geen veeren worden uitgeplukt. Dan moeten voorzichtig de twee laatste ribben worden opgezocht en wel zeer nauwkeurig. Dit kan wederom het best door met de vingers over die ribben te glijden langs den ruggegraat, waarbij de losse bovenhuid vrij strak, naar de heup naar voren, moet worden getrokken. Heeft men de beide laatste ribben gevonden, dan brenge men daar tusschen een snede aan met het daar voor bestemde en geschikte mes. Dit moet natuurlijk met de noodige voor zichtigheid gedaan worden, want anders snijdt men de ribben, die heel dun zijn ook door en dit kan nadeeliga gevolgen hebben en geneest niet zoo vlug. Dus, terwijl men het vel strak houdt met d9 linker, maakt men voorzichtig met de rechterhand tusschen de twee laatste ribben de snede. Deze snede kan te beginnen bij de ruggegraat circa 2 c.M. lang zijn. Nu worden de ribben met het daar voor bestemde instrument uit elkaar genomen. Dit instrument heet de opener. De linkerhand laat nu den duim los en stelt den ring van den opener, die door de rechterhand geopend wordt zóó, dat de testikeltang naar binnen kan worden gebracht. Indien noodig kan daarbij de insnijding nog iets ver groot worden. Het buikvlies, een zeer dun huidje, dat hel interieur, darmen, enz. nog bedekt, wordt met een haakje stuk getrokken. Dit mag niet door insnijding met een mes gebeuren, wijl dan veel gevaar ontstaat door beschadiging van de darmen, met zeer nadeelige gevolgen oor den patiënt. Na deze laatste be werking vindt men de testikels onder de voorlaatste rib aan den ruggegraat, goed kenbaar aan de lichtgele kleur en den boonachtigen vorm. Het andere eind van evengenoemd haakje dient en is geschikt gemaakt voor het wegschuiven van eventueel in den weg liggende darmen enz. Ik merk nog op, dat men den eersteD keer wel erg vreemd tegen dat inwendige van zoo'n haan opkijkt, maar daarom wordt ook aangeraden het eerst eens met een vooraf geslacht haantje te probeeren. Met zoo'n dood dier kan wat ruwer worden omgegaan en men leert, voor het echte kapoeneeren juist waar men moet zijn en men wordt er veel vrijer door. De meest gewichtige handeling is nu het afdraaien en weg nemen van de testikels of geslachtsballen. Al weer met de daarvoor bestemde tang worden deze één voor één vastgenomen en daarna wordt de tang 10 keer rond- heeft hij niet begaan en hij heeft het braatste hart van de wereld. Ik moest meer van haar te welen komen. - Hebt gij eergisteren afscheid van hem genomen Ja. z.eide hij u toen niets bijzonders? Ik herinner het mij niet. Denk eens na. Waarlijk ik weet niets. Zij sprak met alle kenteekenen van oprechtheid. Maar toen gij met hem in het bosch waart, zeide hij plotseling tegen u: Grietje, ik heb eene gedachte 1 Zij zag mij verwonderd, meteenigen schrik aan, ongeveer zoo als men iemand doet, van wien men iets ziet, dat aan tooverij doet denken. Het was geen kwaad geweten, dat haar deed ontstellen. In hare verwondering vergat zij te antwoorden. Sprak hij die woorden niet vroeg ik. Zij werd treurig. Zeker sprak hij ze, de arme Frits En welke gedachte had hij Hij wilde, dat ik, als ik hier was, mijne familie zou smeeken, dat wij mochten trouwen en mijne tante, dat zij ons een klein kapitaal zou geven om land te koopen. Zij sprak deze woorden openhartig, hare droefheid scheen zoo natuurlijk Eensklaps zag zij mij weder verwon derd, vragend aan. Maar hoe weet gij, dat Frits die woorden gesproken heeft? Zenuwachtig, Overspannen en Slapeloos Mijnhardt's Zenuwtabletten zullen Uw zenuwen kalmeeren en sterken en Uw slapeloosheid verdrijven. Buisje 75 ct Bij Apolh en Drogisten Ik weet het. Wij waren toch alleen Had ik nog eenigen twijfel over hare onschuld gekoesterd, die woorden zouden mij alle achterdocht benomen hebben. Als voorzichtig inquirent mocht ik hare vraag niet beantwoorden. Ik zette haar verhoor voort. Weet gij, dat uwe tante een tes tament gemaakt heef» Zeker, zij heeft mij daarin vijf honderd thalers vermaakt, met dat geld hadden wij land kunnen koopen. Ik vroeg haar verder naar de ziekte en den dood harer tante, zij antwoordde mij weder met dezelfde openhartigheid en bedaardheid. Ik vond mijne tante al ziek toen wij thuis kwamen, zij lsg te bed en had brakingen waaraan zij vroeger reeds had geleden, 's morgens liet zij rhabarber halen, maar toen zij die had ingenomen, werd zij nog erger. Ik was den geheelen dag bij haar om te helpen, zij was daarover zeer verheugd en be loofde mij, als zij beter was voor mij te zullen zorgen en met haar broeder over mij te spreken. De buurvrouw Kühl was er ook, zij bleef 'snachtsbij haar en ik ging om negen uur naar bed, maar tegen middernacht kwam vrouw Kühl mij wekken, mijn arme tante was gestorven. Ik deed haar nu speciale vragen. Was vrouw Kühl altijd bij de zieke Niet altijd, zij moest een paar keeren naar huis gaan. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1927 | | pagina 5